Qmimgeitectje Qtnumat Daqelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. BINNENLAND. NIEUWJAARSGROET Gemengd Nieuws. aSONNEHENTi J Per kwartaal f!2S (Beschlkklngskosten f 0.15) >er week t 92% Voor het Buitenland bij Woke- üjksche tending .8»— nit dagelijksche lending *7«— Alles bit vooruitbetaling Loose numniera 8 cent met Zondagsblad 7 A cent Eondagsblad alet afzonderlijk verkrijgbaar No 3233 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936 VRIJDAG 19 DECEMBER 1930 ADVERTENTIES, Van I tot S raaeli «HZ}? Elke regel cneer m022n Inm. liededer lingo. 1 van 1—5 regels i Elke regel meer .MS Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan het bureau wordt berekendf ®*li J 10e Jaargang Wie zich heden ais Kwartaallezer op ons blad doet inschrijven, ontvangt de tot 1 Januari a.s. verschijnende nummers GRATIS Abonné's op te geven aan de Agenten of aan de Administratie MM— Dit nummer bestaat uit DRIE biadet *1* VOORZICHTIG SCHRIFTGEBRU1K. Uit pnze lezerskring gewerd ons onlangs een vraag over de Schnftvermaning „Men moet Gode meer gehoorzaam zijn dan de menschen" in verband met oorlog- en lands verdediging. Ook van positief-Christelijke zijde kunnen er dus reserves zijn als de Overheid de onderdanen gelast om het oor logszwaard te trekken. Dit wordt onzerzijds natuurlijk onvoor waardelijk toegegeven en het lag in on3 voornemen de kwestie in de komende da gen in breeder verband te bezien. Nu er echter begeerte blijkt te- zijn om op zeer korté termijn iets over dit onderwerp te hooren-, zullen we daartoe gaarne over gaan. Een breede exegetische beschouwing is niet noodig. Het Schriftwoord, dat we vin den in Hand. 5 29 en hoofdstuk 4 19 is zóó klaar en duidelijk, dat de Statenbijbel er zelfs geen kantteekening op geeft. Slechts bij laatstgenoemde tekst wordt een opmerking gemaakt om de ernst er van te onderstrepen: Petrus geeft de verklaring als voor Gods aangezicht, in Gods tegenwoor- digheid, die alles ziet en hoort. De vermaning is trouwens zoo duidelijk als 't kan: indien een mensch, hoe machtig ook en hoezeer ge hem gehoorzaamheid ver schuldigd zijt, u iets opdraagt dat ingaat te gen Gods Wet en Woord, dan zult gij wei- - géren; anderzijds, als de mensch u verbiedt om te doen, wat God van u vraagt, dan zult gij Gode meer gehoorzaam zijn dan de men schen. Het kan eenvoudig niet duidelijker, wat de schriftuurlijke beteekenis betreft; dat de praktische toepassing moeilijkheden geeft, is waar, doch verandert aan het voorschrift niets. Zooals de uitspraak in de Bijbel voorkomt, heeft ze echter niets te zeggen over de vraag, die ons bezig houdt. Op beide plaatsen in de Handelingen heeft Petrus alleen dit op het oog, dat Jezus' vol gelingen het Evangelie zullen prediken on danks alle menschelijke verboden of bedrei gingen. Hiermee is volstrekt niet gezegd, dat gij de duidelijke vermaning ook niet op andere gevallen muogt toepassen, doch het maant wel tot zeer voorzichtig gebruik. In de eerste plaats hierom, wijl de tegen stelling zelden zoo klaar en duidelijk is als toen de Apostelen stonden voor de Joodschc raad. In de tweede plaats, omdat de neiging zoo groot is al te zeer gewaagde conclusies te naderen. Gehoorzaamheid aan God vervaagt men zoo licht tot de „inspraak van het ge weten" en daarmee wordt het gevaar heel groot, dat de beslissing niet hangt aan de objectieve waarheid Gods maar aan de men schelijke overlegging. Wil men derhalve dit Schriftwoord bezigen in verband met de ontwap.eningsgedachte; het is ons wel; maar men doe het dan met de allergrootste omzichtigheid. GODE MEER GEHOORZAMEN DAN DE MENSCHEN. Het is van belang er op te wijzen, dat de vermaning om Gode meer te gehoorzamen dan de menschen voornamelijk gehoord wordt in een kring, die overigens niets van gehoorzaamheid aan Gods Woord wil weten en die slechts een Bijbeltekst, ruwweg uit alle verband gerukt, gebruikt als projectiel tegen anderen. En men zou deze tekst dus evenals alle andere, links laten liggen, indien men niet een ander gebod Gods verdraaid had naar eigen inzicht. Oorlogvoeren is moord, zegt men; het ge- Dod luidt: gij zult niet doodslaan; en wan neer nu de overheid u oproept ten oorlog, dan zult gij Gode meer gehoorzaam zijn dan de menschen. Ziedaar de drogreden. En, wijl voor ieder Schrift kenner onomstootelijk vaststaat, dal zelfverdediging geen moord is, volgt hieruit, dat een beroep der ontwapenaars op het woord van Petrus voor ons waardeloos is. Zij echter, die het Woord Gods aanvaar den, zooals het lot ons spreekt, maken te recht de reserve, dat ook tegenover de Over heid, die de oorlog verklaart, geldt: wij zul len Gode meer gehoorzamen dan u. En dan komt de toepassing, welke in onze zeldzaam ingewikkelde mcnschcnge- rneenschap ontzaglijk veel moeilijker is dar: In de tijd toen ons volk worstelde voor ge wetensvrijheid. Het is voor den eenvoudigen burger haast ondoenlijk om het al of niet gerechtvaardig de van een oorlog te beoordeel en. Waarbij wij echter in ons gezegend Tand dit groote voorrecht hebben, dat zelfs anti-militairisten ongevraagd verklaren: naar oorlog drijft de Nederlandsche regeering niet! Eén mobili satie, ieder weet het' zal hier niet. gelast worden dan ter verdediging van neutrali teit en nationaal bestaan. Wij kunnen hier slechts in theorie het geval stellen, dat de oorlog iets anders zou zijn dan zelfverdediging, in welk geval dienstweigering zou kunnen beteekenen Gode meer te gehoorzamen dan de men schen. Deze reserve wordt echter openhar- lig uitgesproken en laat de overheid dus niet in onzekerheid, gelijk de verklaring der S. D. A. P., die niet Gods Woord laat be- slissen, doch het zelf zal doen en zelfs niet naar vaste normen, doch lettend op poli tieke wind en revolutionair getij. Men vergete echter niet, dat in deze aan gelegenheid des vragers geen einde is. En dat de onderdanen, niet in staat om het ge heel te overzien, het woord der overheid, dat het gaat om de nationale zelfstandig heid, als waar zullen moeten aanvaar den, zonder het volkomen te kunnen toet- Ook bij de Overheid spreekt het geweten en wanneer het mijne daarmee en met de gewetens van vele anderen in tegenspraak komt, dan is gereede aanleiding tot zelf onderzoek en tot de vraag of mijn consciën tie misschien dwaalt. In dat geval is gehoorzamen aan de wettige overheid plicht en wordt de vrij moedigheid om te bidden, dat' God de wa pens zegene en de strijders voor wreedheden beware, ons niet benomen. De vragende lezers zullen echter beseffen, dat te dezer zake de principieele uitspraak heel wat eenvoudiger is den de praktische toepassing. Doch dat is met alle geboden Gods het geval: het Christendom praktisch beleven is immer het grootste probleem voor wie ernst maakt met de vraag: Wat wilt Gij, Heere, dat ik doen zal? OFFICIEELE BERICHTEN STAATSTOEZICHT OP MIJNWEZEN. Bij Kon. besluit is bij het Staatstoezicht op de mijnen benoemd tot ingenieur dei- mijnen Ir. V. H. Ploem. CONSULAATWEZEN. Bij Kon. besluit is de heer Guy Robert benoemd tot consul der Nederlanden te La Rochellc, buiten bezwaar van 's lands schat kist Het ressort van het consulaat strekt zich uit over de departementen Charente Inférieure en Charente. Aan den heer Ro bert moet in de Fransche taal geschreven worden. HOFBERICHTEN GENEESHEER ONTSLAGEN. De Koningin heeft aan Dr. J. H. Bungen- berg de Jong, op zijn verzoek, eervol ont slag verleend als geneesheer en heelmees ter bij Hr. Ms. hofhouding. WEGENVERBETERING EEN HOOGE RAAD DER WEGEN? De heeren Adr. Beers en ir. L. Swaab, respectievelijk vice-voorzitter en hoofdinge nieur van den Bond van Bedrijfsautohou ders in Nederland, schrijven is een adres aan den Minister van Waterstaat, dat zij, met alle waardeering voor de werkzaam heden van de rijkscommissie van overleg voor dc wegenverbetering, toch van mee ning zijn, dat het aanbeveling verdient, onder gelijktijdige opheffing van die com missie en van de rijkswegencommissie, over te gaan tot de instelling van een Hoogen Raad der Wegen. GEZANT DIEKEMA GEOPEREERD De Amerikaansche gezant te 's-Graven- hage, de heer G. J. Diekema, heeft gister middag een operatie ondergaan, welke be vredigend is vcrloopen. WELDADIGHEIDSPOSTZEGELS EEN NIEUWE PROEF. Voor de verdeeling der opbrengst van postzegels en briefkaarten, die thans ver krijgbaar zijn, wordt onder goedkeuring van den Minister van Binnenladsche Za ken bij wijze van proef voor één jaar het systeem van verdeeling aldus gewijzigd, dat voor alle groepen van kinderen, die in aanmerking komen voor een deel van de opbrengst, de leeftijdsgrens wordt be paald op 18 jaar. Deze proef wordt genomen opdat een actie „voor het kind" bij het publiek niet dc gedachte aan minderjarigen van 18-21 jaar zal opwekken. PROVINCIALE STATEN VAN ZUID-HOLLAND Gisterochtend elf uur is de zitting van de Provinciale Staten van Zuil-Holland voortgezet. Bij het voorstel inzake wijziging der.be grootingen voor de prov. inkomsten en uitgaven, diensten 1929 en 'CO betreffende o.m. do bijdrage aan de gemeente Iliddei- kerk voor havenaanleg, voerde de heer Ten Hope (Lib.) eenige bezwaren aan. Vol gens overeenkomst draagt het Rijk f 130.000 hij, terwijl ook de Staten 130 mille bijdra gen en de gemeente Ridderkerk de rest. Spr. becijferde, dat de gemeente een schul denlast van f 250.000 krijgt en dat zij jaar lijks t 30.000 daarvoor zal hebben op te brengen. Hij vraagt zich af hoe de haven dit zal moeten opbrengen, waar tegenwoor dig vrijwel alles per auto wordt aangevoerd Venvezen wordt naar een heden bij de Staten terzake ingekomen adres, waarin de aanleg dezer haven wordt ontraden.. De heer Trouw (Lib.) kan zich niet voorstellen, dat in den tegenwoordigen tijd nu vrijwel alle tuinbouwproducten per auto worden vervoerd, deze dorpshaven nog be teekenis zal hebben. Het maakt voor een auto geen verschil uit om de goederen dm per schip verder moeten worden vervoerd, naar een bestaande goede haven in de buurt te brengen. Spr. zou het oude plan van de dorpshaven van Ridderkerk, nu in middels is gebleken, dat de oude vervoer middelen den strijd tegen den auto toch niet kunnen volhouden, maar willen laten rusten. De heer Diepenhorst (A.R.) herin nert eraan, dat nog onlangs met algemeene stemmen de Raad van Ridderkerk op den aanleg van deze haven heeft aangedrongen. Hij bepleit met klem de aanneming van het voorstel. De heer Van Eesteren (C.H.) be strijdt den heer Diepenhorst. De heer B r a a t (Plattel.) is voorstander van het oude plan. De heer Ter Laan (S.D.) wijst erop, dat het besluit door den Raad van Ridder kerk op regelmatige wijze is genomen en uitgewerkt. Hij vindt geen aanleiding om de nieuwe, door een groep belanghebbenden ingegeven oplossing in bescherming te nempn. De heer De Visser (comm.) vindt hot merkwaardig dat de s.d. fractie het oude plan nog verdedigt. Blijkbaar is zij tegen nieuwe denkbeelden. Na uitvoerig debat en nadat een schör- singsmotie-Ten Hope met 59—14 stemmen was verworpen, werd het voorstel van Ged. Steden z.h.s. aangenomen. Vergadering van 18 Dec. 1930. Provinciale begrooting 1931. Aan de orde is de provinciale begrooting voor 1931. De heer Van Eek (s.d.) begon zijn rede met de zonderlinge bewering, dat bij de bourgeoisie de belangstelling voor den arbeid der parlementaire lichamen daalt, zulks mede onder den invloed van fascisti sche elementen. (Bedoelt hij de soc.-dem., de ja-en-neen-fascisten volgens de commu nisten?) Breedvoerig sprak hij, "evenals andere ja ren, over de werkloosheid en de bestrijding ervan door werkverruiming. Hij kwam we derom met zijn in vorige jaren enkele ma len verworpen voorstel om f 200.000 uit te trekken voor productieve werken, in deze provincie te ondernemen. De gemeenten kunnen met steun van de provincie werken ter hand nemen op het gebied van arbeiderswoningbouw, wegen aanleg, drooglegging van plassen, inrich ting van sport- en speelterreinen enz. Voorts zou spr. een N. V. willen zien ge sticht, in navolging van de provincie Noord-Holland, tot ontginning en bearbei ding van ongecultiveerde gronden. Hierdoor zou de uitzending van arbeiders naar ge heel andere deelen des lands kunnen ver minderen of vervallen. Spreker, die zich te dezen opzichte een ouderwetsch man noemt kent hooge beteekenis aan het gezinsleven toe. Zijn voorstel zal er mede toe bijdragen, dat de werkloozen uit handen van de arm besturen blijven. Dat er in deze dagen moet worden bezui nife'd, erkent spreker, maar die bezuiniging mag niet geschieden ten kosten van levens belangen. Spreker gelooft in de goede trouw van zijn medeleden, doch hij kan ton deze het standpunt van zijn tegenstanders niet anders dan als hardvochtig schetsen. Tenslotte bepleit hij maatregelen tot in stelling van een drankverbod aan chauf feurs in dienst va'n openbare personenver- voerbedrijven. Spreker dient op grond van een en ander twee moties in: Ie tot het uittrekken var. f 2U0.000 voor steun aan gemeentebesturen voor werkverruiming en 2e. tot stichting eener N. V. met gemeenten tot ontginning van gronden. De heer Dr. Hoffman (r.k.) constateert dat de economische moeilijkheden in den tegenwoordigen tijd zulk een karakter heb ben verkregen, dat men den weg niet meer kan vinden. In zijn voortgaande beschouwingen gaat spr. terug tot de middeleeuwen. Dc voorzitter wijst den spreker erop. dat de, provinciale begrooting aan de orde is. Dr. Hoffman, voortgaande, schetst den nood die er in land- en tuinbouw heer- schen en betoogt, dat deze nood moet wor den gelenigd. Waar de betrokken organisa ties credieten hebben gevraagd om in dezen nood te voorzien, daar zullen de Staten hebben te steunen. De heer Jansen Manenschijn (a.r.) is voorstander van souvereiniteit in eigen kring doch erkent volkomen, dat in bijzon dere gevallen speciale maatregelen noodig zijn. Dat er groote werkloosheid is, ontkent spreker niet. Een beroep op de fouten van de kapitalistische maatschappij is daartoe niet noodig. De vraag is evenwel of sedert ver leden jaar de situatie belangrijk is gewijzigd. Inderdaad is de werkloosheid zoo groot als wij in geen jaren hebben gekend, doch hoe wil men als provincie steun verlcenen on de werkloosheid opheffen? Men is niet klaar met een verwijzing naar Noord-Holland of Brabant. Gelooft de heer Van Eek werkelijk dat de gemeentebesturen, alleen omdat de provincie eenigen steun zou verlecncn, zullen overgaan tot den bouw van arbeiderswoningen of tot den aanleg van wegen? Spr. zou er alsnog over willen praten, wanneer de heer Van Eek duidelijk kan aangeven dat hij er zóó zou willen komen. Hij kan echter niets nieuws zien in het betoog van den heer Van Eek. Voor den wegenaanleg en dc wegenverbete ring is dit jaar 8 millioen uitgetrokken, waar van 5 millioen wordt geleend. Wat beteeken daarnaast de twee ton, die dc heer Van Eek beschikbaar wil zien gesteld voor de werk verruiming? Bovendien is van diens zijde tot de arbei ders gezegd: zijt ge voor werkverruiming, stemt dan op de S.D.A.P. Spreker wil zich niet voor dien wagen laten spannen, Wat dc begrooting zelve aangaat, consta teert Spr. dat zijn beschouwing omtrent den financieelen toestand, verleden jaar gehou den door de feiten is bevestigd. Hij vindt dit jammer, want dc financieele situatie zou gun stig moeten zijn, indien hij in het ongelijk ware gesteld. Ged. Staten hebben de opcenten op Rijksinkomsten- en vermogensbelastingen met een grooter bedrag verhoogd dan liet wegvallen van de opcenten cp de personeele belasting op zichzelf noodig maakte. De druk is bij verminderd inkomen verhoogd, alleen door de uitzetting van de uitgaven der pro vincie. Toch ramen Ged. Staten 153 mille meer voor „onvoorzien". Wat het provinciale wegenplan betreft dat •10 millioen omvat, gelooft spr. dat dit bin nen den termijn van 15 jaren zal zijn vol tooid. Dit versnelde tempo zal er toe mee werken, dat de opcenten veel dichter bij de 10 dan bij de 5 zullen liggen. Spr. wil in dit verband vragen of het wel juist is, de worjoopigc reconstructie der we gen van „buitengewoon" te brengen op „ge woon". Hij zou dit in principe een goede, de gelijke politiek achten, indien daarmede geen belastingverhooging gepaard moest gaan. Het zal noodig zijn de kosten van de we- genverbetering te beperken binnen het raam van onze financieele capaciteit. Bruggenbouw waarvoor geen geld aanwezig is, dient achter wege te blijven en voor alle uitgaven behoort de dekking tevens te worden aangewezen. De heer Werker (v.d.) kan in verschil lende opzichten het betoog van den heer Jansen Manenschijn onderschrijven, met uit zondering evenwel van diens pessimisme. Wat het voorstel van den heer Van Eek betreft Spr. is het met Ged. Staten eens dat de provincie niet de eerst-aangewezene is om dit vraagstuk ter hand te nemen. De twee ton van den heer Van Eek zijn of veel te wei nig of te veel. Zij zijn te weinig om een be hoorlijk effect te hebben, doch tc veel indien zij zouden worden gegeven vóór werken die de gemeente anders tóch zouden onder nemen. De land- en tuinbouw kan worden ge steund door de bevordering van den aanleg van aan- en afvoenvegen en door samen werking met veilingvcrecnigingen. Ten opzichte van de electriciteitsvoorzie- ning huldigt spr. den arbeid van Ged. Sta ten. De drinkwatervoorziening behoeft op verschillende plaatsen nog verbetering en uitbreiding. De heer Trouw (lib.) huldigt het Colle ge van Ged. Staten Voor zijn arbeid en voor zijn medewerking inzake de commissie-Van Rijckevorsel nopens dc verbinding met de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche eilanden. Hij deelt echter niet de meening van Ged Staten, dat de gemeenten Hellevoetsluis en Middelhamis moeten bijdragen in de verbe tering van het veer tussehen die plaatsen. Er is geen streek in Nederland waar de toestand op verkeersgebied zoo verschrikke lijk is als op Flakkec. Het beste ware dat het Rijk de kosten op zich nam. Spr. heeft reeds hooren verluiden, dat belanghebben den. vernemende, dat Ged. Staten op 2? Dec. te Middelhamis een vergadering willen houden met de besturen van betrokken ge meenten en inzake de van de localiteit te eischen bijdragen, daar niet heen willen gaan, in de vrees, dat zij toch geen gelegen heid krijgen, om hun bezwaren te uiten Intusschen gelooft spr. dat daartoe de gele genheid wel zal worden gegeven. Tenslotte dringt spr. erop aan, dat het veer Hellevoetsluis—Midde'hamis niet af zonderlijk zal worden afgehandeld, doch dat het zal worden behandeld in verband met het veer Ooltgensplaat—Dintelsas— Numansorp, omdat het daarmee een ondeel baar geheel vormt. De heer De Kok (r.k.) bepleit eenige be langen van tuinbouwers. Hij zou o.a. Ged. Staten willen vragen, het daarheen te lei den, dat de taxaties voor de grondbelasting geschieden naar de bedrijfswaarde, daar zij anders in tijden van laagconjunctuur als deze te bezwarend zijn. Spr. bepleit samenwerking van Gemeen ten, waardoor het annexatiegevaar op den achtergrond geraakt De heer Beekenkamp (lib.) klaagt erover, dat de drinkwatervoorziening in de Krimpenenvoard nog niet tot een resultaat is gebracht Spr. heeft voorts hijgiënische bezwaren tegen het doen storten van allerlei vuil, waaronder afval uit ziekenhuizen, slachtaf val enz. uit Rotterdam en andere steden in de plassen van de provincie, of op het land Hij is dankbaar dat Ged. Staten reeds heb ben verklaard hieraan aandacht te willen schenken. Te ruim half zes wordt de vergadering verdaagd tot hedenochtend elf uur. DE CRISIS IN DE AARDAPPELMEELINDUSTRIE TEGEN HET REGEERINGSVOORSTEL- Het dagelijksch bestuur der coöperatieve aardappelmeelfabriek Musselkanaal en Omstreken heeft aan de besturen van de bij het Avehc aangesloten fabrieken een circulaire gezonden, waarin het als zijn oordeel uitspreekt, dat het regeeringsvoor- stel inzake steunverleening aan de aard- anpelmeelindustrie in den vorm van crc- dietverleening, onaanemelijk moet worden geacht. Voorts is genoemd bestuur van mecning dat. indien dc regeering niet ge-' negen is, in den een of anderen vorm 1.000.000 balen meel uit de markt te ne men, (wat het bestuur heel goed mogelijk, acht) zooveel mogelijk tot inkrimping en stopzetting der bedrijven zal moeten wor-, den overgegaar DE EERSTE VROUWELIJKE VEEARTS IN ONS LAND Vandaag is aan de Rijksuniversiteit te Utrecht de eer te beurt gevallen omde eerste vrouwelijke veearts in ons land te hebben „afgeleverd". De 23-jarige mejuffrouw J. Voet is van daag, na haar examens met gunstig ge volg te hebben gedaan, bevorderd tot vee arts. Het spreekt vanzelf ,dat dit niet onge merkt voorbijging, en dat de persvertegen woordigers, speurend naar wat dc moeite waard is om aan het publiek verteld tc worden, ook mejuffr. Voet hebben uitge vonden. En in haar rustige kamers aan de Koningslaan te Utrecht heeft ze met groote vriendelijkheid de persmannen, die haar kwamen interviewen tc woord gestaan en als resultaat daarvan kunnen we nu het volgende vertellen: De nieuwe veearts is drie en twintig jaar oud. Zij werd geboren te Overveen, waar haar vader een bollenkweekerij had en zij dus al vroeg in de gelegenheid was met allerlei dieren in aanraking te komen. Reeds vroegtijdig ontwaakte bij moj. Voet dc belangstelling en de liefde voor de die ren en toen zij de H. B. S. te Haarlem rnet einddiploma kon verlaten, had ze maar één begeerte: ze wou veearts worden. Van zoo n zonderlingen wensch had haar voogd haar ouders waren op jeugdigen leeftijd overleden niet veel terug. Hij ontried het haar, andere familieleden heb ben het eveneens sterk afgeraden, maar dat baatte niet, de adspiranie-veearts wist wat ze wilde en ze kreeg gedaan, dat zij het tenminste voor één jaar probeeren rnocht. Doordat de eerste jaars veterinairen onder de philosophische faculteit behooren, viel het in den aanvang niet op, dat er onder de studenten ook een meisje was, dat vee arts wilde worden, maar later, toen het eerste jaar achter den rug was, en mej. Voet gedaan kreeg, dat ze verder mocht gaan met haar studie, kwam dit veel meer naar voren. Het was ondertusschen toch al hier en daar uitgelekt, zoodat liet niet die verwondering baarde, welke anders ver wacht' had kunnen worden. Mej. Voet heeft verteld van de moeilijke omstandigheden, waaronder gewerkt moet worden en uit haar mededeelingen bleek, wel, dat het voor een meisje niet meevalt om voor veearts te studeeren. Dc professo ren en studenten waren zeer hartelijk voor de studente en hebben haar in de moei lijkheden zooveel mogelijk geholpen. Zij had niets dan lof voor de bejegening, welke ze van de hooglecraren en studenten had ondervonden. Wat er echter moest worden doorge maakt, bleek wel uit die enkele simpele mededeeling, welke de nieuwe veearts deed, namelijk, dat zij een maand lang ode ge meentelijke -slachtplaats te Utrecht onder de slagei-3 heeft moeten werken. Men kan nagaan, dat het daar geen plaats is waar men bij voorkeur vrouwelijke krachten aan het werk ziet, omdat de omgeving er ruw is, maar mej. Voet heeft volgehouden, zij had haar ideaal en wilde dat niet loslaten. Of ze dan nu als ideaal heeft om prakli- seerend werk te gaan verrichten? Natuur lijk niet, vertelde ze met een glimlach, en uit den klaren blik van haar oogen in het meisjesgelaat, dat zich in niets onderscheidt van andere meisjes in gracie en distinctie, bewees, dat ze ook nu weer weet wat ze wil, natuurlijk niet, ten eerste zullen de boeren er niet sterk op gesteld zijn orn een vrouw als veearts te hebben en ten tweede is het voor een vrouw geen werk om in donkere en koude stallen bij de boeren op het erf het vee te helpen. De bedoeling van mej. Voet is om assistente te worden bij Prof. Klaarenbeek in de kliniek voor kleine huisdieren. Hier zal ze zich kunnen wijden aan het zieke dier; hier zal ze haar jeugd liefde tot liet gewonde en door ziekte ge slagen dier kunnen uitleven, en zoo zal ze een levenstaak hebben gevonden, zooals ze zich dit altijd gedroomd heeft. Een vrouw van de daad, dat is ze ge weest. Maar zc zal aan andere jonge vrou wen de studie voor veearts niet aanraden. Zij is de eerste en zal voorshands de eerste wel blijven, naar we veronderstellen. Doch als ecnlinge is ze toch wel een voorbeeld van durf en doorzettingsvermogen. En daar om hebben we verteld van deze eerste vrouwelijke veearts in ons land! VICE-ADMIRAAL J. WENTHOLT t In den ouderdom van 79 jaar is te Den Haag overleden de gep. vice-admiraal J. Wentholt, oud-minister van Marine. Met het versöheiden van dezen vlagoffi cier is een persoonlijkheid heengegaan, die een belangrijke rol heeft vervuld bij onze zeemacht. Men denke hierbij slechts aan hot feit, dat admiraal Wentholt deel heeft uit gemaakt van twee opvolgende ministeries die niet politiek gelijk getint waren. He! was nl. in 1907, toen van het Ministerie-de Meester, de Minister van Marine, Cohen Stuart, wegens geringe waardeering zijner voorstellen in de Tweede Kamer ontviel, dat de toenmalige actief dienende vice-admiraal Wentholt zich als opvolger met de porte feuille van Marine belast zag. Het was in den woeligen parlementairen tijd, dat ver werping van de Oorlogsbegrooting, eerst die van generaal Staal, daarna die van ridder van Rappard het Ministerie-de Meester zich in het begin van 1908 verplicht zag tot af. treden en plaats moest maken voor het Mi nisterie-Heemskerk. Ook van dit kabinet heeft de thans ontslapene van Februari 190S tot Mei 1912 deel uitgemaakt De verwer ping op 7 Mei 1912 van door hem aange^ vraagde gelden voor een jiantsersehip maak te op dien datum een einde aan zijn mini sterieel beheer. De heer Wentholt werd 1 Sept. 1*09 to*, adelborst benoemd en werd 1 De.-. 1905 vice-1 admiraal, uit welke betrekking hij den 18en j Mei 1912 op de meest eervolle wijze onder toekenning van pensioen werd ontslagen. Vice-admiraal Wentholt was ridder in de' orde van den Ncdcrl. Leeuw, grootofficier in de orde van Oranje-Nassau, gerechtigd tot het dragen van het eere-teeken voor belang rijke krijgsverrichtingen voor expeditién naar Atjeh en naar Tamiang en voorts versierd met onderscheidene buitenlamlschc ridder orden. De teraardebestelling van het stoffelijk overschot zal plaats hebben Zaterdag te 12 uur 15 op dc begraafplaats Oud Eik en Duinen Evenals vorige jaren stellen wij ook m» onze lezers in dc gelegenheid hun elkander via ons blad toe te roepen. Het verzenden van naamkaartjes bij de jaar wisseling is kostbaar en het plaatsen >an een advertentie verreweg gnedkooper dan elke andere manier, speciaal voor zaken- menschen. Bovendien is, opdat dc kosten voor niemand een bezwaar behoeven te zijn, met den prijs dezer annonces verre afgeweken van de gewone tarieven. Zij, die in het Nieuwjaarsnummer een advertentie wenschen" te plaatsen, geheven dezt aan het bureau van ons blad, Bree straat 123, op te geven. De prijs is 0.50 voor 1—5 regels, 8 regels f 0.75, 10 regels L—tegen contante beta ling, of toezending van het bedrag in post zegels, per postwissel of per giro. Lezers van ons blad. wonende buiten Leiden, worden opmerkzaam gemaakt op dit laatste. Tijdige opgave van de advertentie is zeer gewenscht. DE ADMINISTRATIE. NATUURMONUMENTEN Gedep. Staten van Noord-Brabant en de Minister van Binnenlandsche Zaken heb ben dezer dagen hun goedkeuring gehecht aan de overdracht van een complex heide, ter grootte van ongeveer 500 II.A-, door de gemeente Hoogeloon c.s. aan het Staats- boschbeheer. Het terrein, bekend onder den naam van Hapertsche Heide, is gelegen aan den har den weg van Eersel naar Postel (België). Een deel van het aangekochte terreju heeft uit floristisch oogpunt een bijzondere betee kenis en zal als natuurmonument blijven liggen. Een nevenliggend terrein, eigendom van baron Cartier de Machienne, dc Belgisch© gezant te Londen, zal eveneens behouden blijven. TE WOGNUM ONTVOERD IN ROTTERDAM AANGEHOUDEN. De Rotterdamsche kinderpolitie heeft de- zei dagen een bijna 19-jarig Ilongaarsch meisje aangehouden, dat hier geruimeu tijd met een zekere Jan den Bels zou hebben samengeleefd. Het onderzoek in deze zaak heeft uitge wezen, dat de fam. B., wonende te Wognum, in de mobilisatiejaren eenige Hongaarsche kinderen heeft verzorgd. Een daarvan kwam dezen zomer logeeree Zij kwam toen in kennis met een daar ver- blijvend persoon, bekend onder den naam van „Jan den' Bels" (een Belg). Toen zij la ter iemand op het dorp ontmoette, geraakte de omgang met Jan den Bels uit. Doch op zekeren dag, nadat de Wognummer-jongen was verhuisd, waren zoowel de Belg als het meisje spoorloos verdwenen. De poiitie stelde eon onderzoek in, dat zicli zelfs uitstrekte tot Frankrijk. De Belg kon echter niet worden achterhaald. Toen de Wognummer-jongen in het dorp terugkeer de, hoorde hij van het vertrek van het mois- je en den Belg. Hij wist toevallig waar Jan den Bels verblijf had gehouden. Het spoor leidde eerst naar Naaldwijk en toen naar Brielle. Onder een valschen naam werd hij daar aangetroffen en aangehouden. Ilij werd Dinsdag naar Wognum overgebracht en na een verhoor van eenige uren te Hoorn op gesloten. Uit zijn mededeelingen wa3 men gewaar geworden, waar zijn feitelijk verblijf was, nl. te Rotterdam. Een gister ingesteld onder zoek bracht aan het licht, dat de Belg met het meisje in onze stad woonden, onder den naam van den heer en mevrouw Boudewijns welke naam ook op zijn post staat De Rotterdamsche kinderpolitie heeft het meisje aangehouden. Zij heeft bekend, dat zij met den Belg is meegegaan, nadat de Wognummer-jongen van het dorp was ver trokken. Verder vertelde zij dat zij later herhaaldelijk naar huis had geschreven, dóch de Belg had deze brieven telkens onder schépt. De Rotterdamsche kinderpolitie droeg haar over aan de kinderpolitie ie Am sterdam, die 't meisje naar Hoorn overbracht Het verhoor vindt heden plaats. Het is ge bleken dat het meisje al dien tijd te Rotter dam met Jan den Bels, een onguur type, heeft samengeleefd. BRANDEN. Te Amsterdam is aan de overzijde van hel IJ op een terrein van de gemeentelijke vuil- verbranding brand ontstaan. Dit terrein was bedekt met teerafval en vuilnis. Echter waren in de onmiddellijke nabij beid ongeveer 400 vaten teer opgesla gen. De motorspuit van dc post Plaat ijzer- weg en de ladderwagen van de hoofdwacht aan de De Ruylerkade rukten uit Beide wa gons konden, daar de toegangswegen voor deze voertuigen niet berijdbaar waren, het terrein van den brand niet !>ereiken. liet blusschingswerk moest dan ook verricht worden door de drijvende stoombrandspuit Jason, die een kanaal kon opvaren tot in de onmiddellijke nabijheid van het brandende terrein. De brand was toen spoedig ge- bluscht. HELPT ALLEN MEE ONS BLAD IN DE GEZINNEN TE BRENGEN. WAAR HEI BEHOORT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 1