T; XÜgt PU ROL TWEEDE KAMER Uit de Pers. Radio Nieuws. Uit Oost-Indië HAAR GEHEIM ZATERDAG 18 OCTOBER 1930 DERDE BLAD PAG 9' DE ZUIDERZEESTEUNWET DE MINISTER KOMT AAN DE WENS CHEN VAN DE KAMER TEGEMOET DE VLOOTVOORSTELLEN OVERZICHT De Min. van Waterstaat had reeds Don- 'derdag goeden wil getoond om aan zijn critici tegemoet te komen. Eigener beweging, zullen we maar zeggen was hij gekomen met een bepaling, dat rege len zullen worden gesteld voor de instelling van plaatselijke Commissies van deskundi gen, die aan de Generale Commissie zullen hebben te adviseeren. Ook het met redenen omkleeden van afwijzende beschikkingen was 'n concessie van de zijde des ministers In de cardinale kwestie had. de minister 'oveneens zijn houding gewijzigd. Niet alleen dat hij de leeftijdsgrens, waarop levens lange tegemoetkoming mogelijk zal zijn, terugbracht van 65 op 60 jaar waar door een amendement der commissie van rapporteurs kon vervallen, maar hij wil de nu ook bepalen, dat met waardevermin dering rekening moet worden gehouden, bij het toekennen vam tegemoetkomingen en toe- Xnt achtte mr. Heemskerk nog niet vol doende. Want, zoo zei hij, bij wat de Min. als „tegenzet" biedt, geldt als conditie, dat de liquidatie van het oude bedrijf moeilijk heden moet veroorzaken en dat er moet zijn verplaatsing of vervorming van het bedrijf, dan wel de inrichting van een mieuiw bedrijf. In 's ministers bepaling zag de heer Heemskerk iets zoo van self sprekends dat het eigenlijk overbodig moest worden geacht om het in de wet neer te schrijven Hij bleef daarom aandringen op tegemoet koming wegens waardevermindering, ook wanneer liquidatie mogelijk is zonder re- geeringshulp. De Min. bleef er aanvankelijk bezwaar tegen maken en nog sterker tegen het amen dement-Duys, dat volledige schadeuitkee- ring wenschte. Van de eisch, dat aangetoond worde, dat men.op 25 Juli 1918 eigenaar was van schip en (óf) bedrijfsmiddelen, verwachtte de Mi nister groote moeilijkheden bij de uitvoering verwachtte de Min. groote moeilijkheden. Zal de toenmalige eigenaar altijd zijn vast te stellen en is het rechtvaardig, dat hij die een schip erfde vóór den fatalen ter mijn, een tegemoetkoming krijgt, in tegen stelling met dengene, wiens eigendom door overlijden van den vorigen eigenaar led later ontstond? Er zat wel iets in. En daarom was het Van den Min. verstandig om die gelegen heid te openen de zaak nog eens te bezien Het nader overleg met de Commissie" van .Rapporteurs hepft blij lebaar plaats gehad.1 Want vanmorgen verraste de Min- de Kamer met een nieuwe nota van wijzigingen .van den, volgenden inhoud: 1. In art. III vervalt in de voorgestelde Todactie van het tweede lid van art. 6: „al dan niet als gevolg van waardeverminde ring". De toevoeging bij art. III van een .vierde lid aan art. 6 Vervalt. 2. Na art. III wordt ingevoegd een nieuw artikel lila luidende: Na art. 6 wordt inge voegd een nieuw artikel 6a van den navol genden inhoud: „Bij algeaneene maatregel van bestuur worden voorschriften vastge steld omtrent de tegemoetkoming wegens waarvermindering van eigendommen als gevolg van de afsluiting van de Zuiderzee-" 3. In art. VI vervalt in de redactie van het eerste lid van art. 13 „bij de vaststel linguit eigen arbeid". Niet de wet zelf zou dus voorschriften bevatten omtrent de toekenning van tege moetkoming wegens waardevermindering maar ze zouden worden opgenomen in een algemeenen maatregel van bestuur. De Min. hield wel vol, dat hij niet ver anderd was, maar mr. Heemskerk, die zich in heel dit debat de parlementariër van groote ervaring en h'ooge allure toonde, stel de met korte woorden in het licht, dat het systeem omtrent de waardevermindering thans gewijzigd werd naar den wensch der Kamer. Om zeker te gaan vroeg hij den Min. nog een categorisch antwoord op de vraag of schadevergoeding gegeven zal worden, on afhankelijk van hulp bij bedrijfsveranderin- gen of liquidatie. Zonder eenige reserve luidde 's Min. ant woord bevestigend. Toen konden de amen dementen worden ingetrokken. De Kamer had haar wensch verkregen en de visschers waren er mee gebaat Parlementaire strategie had gezegevierd over departementale zucht om in de oude lijn te blijven voortgaan. Het was een mooi succes, dat de Minister aan de Kamer had moeten toestaan. De Kaïperleden waren edelmoedig genoeg om den Min. er mee geluk te wenschen. A.s. Dinsdag heeft de eindstemming over het wetsontwerp plaats. Aanneming met al- gemeene stemmen op die der communis ten na mag worden verwacht. Anderhall uur heeft de Kamer nog ,de Vlootvooistellen besteed. De soc.-dem Brautigam heeft daarvan vijf kwartier lang met geweldige stemverheffing de wijsheid der ontwapenaars staan verkondigen. Er was geen enkel nieuw argumentje bij en alles was reeds vele malen weerlegd. We zullen dat niet opnieuw trachten te doen. In twintig minuten had de' heer v. Rap pard het standpunt van den Vrijheidsbond uiteengezet. Duidelijk deed hij uitkomen, welke verplichtingen onze positie in het verre Oosten ons oplegt. Het geraas over de verhoogde uitgaven werd als fabel ten toon gesteld. Technisch stelde de heer van Rappard zich omtrent den nieuwen kruiser geen partij. We doen wat we kunnen voor het beschikbare geld. Het beste is in dit geval om den verantwoordelijken Min. te volgen. Dinsdag wordt de slag voortgezet. VERSLAG De Kamer zette de behandeling van het wetsontwerp tot wijziging van de Zuider- zeesteunwet voort. De M in. v. Waterstaat lichtte een nieuwe nota van wijziging toe. Hij moest zich ook op practische gronden verzetten tegen het voorstel van de commissie van rapporteurs. Het stelsel van het ontwerp moest, meen de hij, volkomen gehandhaafd blijven. Hij kon niet toegeven een wijziging te brengen in het stelsel van de wei Het gaat er om "enige wijziging aan te brengen om de toe passing van de wet zoo soepel mogelijk te maken. Uit dit alles vloeit voort, dat op deze wet nooit een beroep zal kunnen wor den gedaan door hen, die meenen in ge lijke omstandigheden als de Zuiderzcevis- schers te verkeeren. Hier mag geen prece dent worden geschapen. De nota van wijzi ging strekt er toe, dat omtrent de tege moetkoming wegens waardevermindering van eigendommen als gevolg van de afslui ting van de Zuiderzee bij algemeenen maat regel van bestuurvoorschriften worden vastgesteld. Deze wijziging is in een afzon derlijk artikel opgenomen en uit de andere artikelen kan wat daarin omtrent waarde vermindering staat, vervallen. De heer Duys (s.d.) ontkent, dat de wij- ziging van den Min. een blijven bij het oude stelsel is. Het aanvaarden van de waardevermindering is een verandering van stelsel, waarin ook de Min. nu meegaat. Maar omdat het niet erg van harte gaat, is het van belang om te weten hoe de toekom- stige regeling er zal uitzien, althans in algemeene trekken. Kan de Min. daarom iets bevredigends mededeelcn, dan wilde de heer Duvs zijn amendement wel intrekken. De heer Heemskerk (a.r.) wees er op, dat de gewijzigde omstandigheden een prin cipieele reden vormen om tegemoetkoming voor waardevermindering meer naar voren te brengen. Aan den Min. werd gevraagd of de tege moetkoming wegens waardevermindering on afhankelijk zal zijn van 't vragen om hulp voor de pogingen om ander werk te vinden en van de moeilijkheden bij de gedwongen liquidatie van het bedrijf. Antwoordt de Min. daarop bevredigend, dan is de vrede eeteekenrl. De heer Oud (v.d.) zou het liefst de regelen voor tegemoetkoming in een wet vastleggen. Maar dat zou vertraging geven Als de Min. nu de hoofdregelen maar even wil aangeven, dan kan de zaak afloopen.' De heer Kersten (s.g.) was ongerust of de Regeering maar niet op uitstel van de kwestie uit was. Immers de Min. zcide, dat hij niet van standpunt veranderd is. Zullen allen recht op tegemoetkoming heb ben, ook al zijn ze niet behoeftig? De heer de Visser (comm.) kwam er tegen op, dat een belangrijke materie aan de zeggenschap der Kamer wordt ont trokken. Dr. Schokking (c.h.) wil volkomen klaarheid over de beteekenis van de Regee- ringswijziging. Zij is vrucht van overleg met de Comm. van Rapporteurs en daarom mogen we aannemen, dat de wijziging po sitieve beteekenis heeft. Die beteekenis is in overeenstemming met de strekking van het amendement der Comm. v. Rapporteurs, tegen de redactie waarvan misschien wl enkele gerechtvaar digde bedenkingen konden worden gemaakt De heer Braat (plattel.) wilde alle schade vergoed zien. De Min. v. Waterstaat achtte wette lijke regeling der materie onpractisch. Een wet ware te stroef voor deze zaak. De ex-kenrjng van het element van de waardevermindering zat al in de wet: art. 6, derde lid. Daarom kan de Min. zeggen niet van standpunt te zijn gewijzigd. Omtrent het principe van de toekomstige regeling wilde de Minister gaarne de vragen van Mr. Heemskerk categorisch met „ja" beantwoorden. Het is inderdaad de bedoeling om afgescheiden van de poging om anderen arbeid te krijgen en afgescheiden van liqui datie moeilijkheden, imperatief een tegemoet koming wegens waardevermindering te Dit antwoord achtte de Min. beter dan te treden in subjectieve opvattingen, gelijk de heer Duys wenschte. De heer Duymaer v. Twist trok nu namens de Comm. v. Rapporteurs haar amendement in. Ook Ihet amendement-Duys werd ingetrokken. De heer Kersten "(s.g.) vroeg voor een speciaal geval, met het oog op de erfgena men, een toezegging .van den Min. De heer De Visser (comm.) constateer de, dat Van al de druktemakerij van Duys niets is terecht gekomen. Zijn amendement trok hij gaarne in. Er wordt spel gespeeld De Min. v. Waterstaat gaf den heer Kersten ten antwoord, dat zijn vraag moet worden beantwoord bij den algemeenen maat regel van bestuur. (Groote vroolijkheïd). Het nieuwe regeeringsartikel werd daarna met 91 tegen 2 stemmen aangenomen. Tegen de beide communisten. Verworpen werd het van den vorigen dag overgebleven amendement De V i s s er om op 55-jarigen leeftijd een uitkeering voor het leven toe te kennen voor het leven toe te kennen, met 86 tegen 5 stemmen: met de beide communisten stemden mee de heeren Braat en Floris Vos en bij vergissing de heer Marchant. Aan de orde was daarna een amende- ment-Duys om de rente van voorschotten te bepalen op ten hoogste 4 pCt. Een amendement-D e Visser (comm.) om rentelooze credieten te kunnen verlee- nen, werd niet ondersteund en bleef dus buiten behandeling. De heer Duymaer v. Twist (a.r.) zag in het amendement-Duys bezwaren met het oog op de Zuiderzeecredietwet en di langen termijn waarvoor hij de credieten wil vérleenen. Hij spreekt nl. van terugbe taling in 30 termijnen. Voor ouderen zou 't bezwaarlijk worden om crediet te krijgen De M in. v. W a t e r st a a t achtte do regeeringsregeling voordeeliger voor de ere dietnemers. Het minimum is daarin 3 pCt. Alle loopende credietoverecnkomsten zul- DE OCEAANVLUCHT VAN BYRD EN CONNOR INGEZONDEN MEDEDEELING Ook de Oostecsche vrouw weet dat Purol de huid gaaf en gezond maakt en bovendien fluweelzacht. len worden herzien in den zin van het re- geeringsvoorstel. Het amendement-Duys werd ontraden. Verwerping volgde met 6-1 tegen 2S stemmen; die van de soc.-dem., de commu nisten en den heer Floris Vos. Mej. Meyer stemde bij vergissing voor. Het laatste amendement-D uys verviel door deze stemming eveneens. Op voorstel van den Voorzitter werd besloten een tweede lezing te houden en wel a.s. Dinsdag bij den aanvang der ver gadering. Min. Reymer werd bij voorbaat door ver schillende leden reeds gelukgewenscht. Aan de orde was daarna de verhooging van do Defensiebegrooting, waarin de be kende Vlootvoorstellen zijn opgenomen. De spreektijd werd bepaald op 5 kwartier Een voorstel-D e Visser om onbeperkten spreektijd toe te staan, werd met onder steund. De Minister van Defensie was echter nog niet present. De heer K edel aar (S. D.) wilde daar om naar huis gaan. Onderwijl kwam de Minister echter bin nen en werd met gejuich begroet. Het woord was daarna aan den heer Brautigam (S.D.) Hij gewaagde met stemverheffing van ontsteltenis bij het Nederlandsche Volk over de bouwplannen van den Minister, vooral bij hen, die op ontwapeningsstand punt staan. Hij ging de opvattingen omtrent onze maritieme defensie na en herinnerde aan liet gebéurde met de verworpen Vlootwet. Wanneer de Kamer nu gelden voor het nieuwe plan toestaat, is er een zekere ver plichting om dat volgende jaren ook te doen. Wie geld geeft voor den kruiser, zal moreel verplicht zijn, ook gelden toe te staan voor de jagers en de onderzeebooten. Daarna hield de heer Brautigam finan cieele beschouwingen. Hij meende, dat voor de instandhouding van de vloot jaarlijks voor bijna 12 millioen zal moeten worden besteed. Tusschen 1940 en 1944 zal door ouderdom der schepen dit bedrag nog hoogd worden. Als wij nu die vloot heb ben, wat moet die vloot dan wel uitvoeren? De oliehavens, die men wil verdedigen, zijn veel beter te beschermen door een mijnen veld, wordt dit ontwerp wet, dan zullen we drie Kruisers hebben, die echter vrijwel geen gevechtswaarde hebben. De Java en Sumatra hebben nu reeds hun gevechts waarde verloren. De minister wil als hoofd wapen dan ook hebben de onderzeebooten. Deze zijn echter van weinig beteekenis voor de Kustverdediging blijkens de meening van de maritieme conferentie te Londen. Ze zijn alleen geschikt om jacht te ma ken op koopvaardijschepen. De Regeering deed beter op afschaffing van de duikboot, met haar slechte huisvesting voor de be manning, aan te sturen. Al wat we aan een vloot doen is geldverspilling. Nederland zal het best doen de oorlogs vloot af te schaffen en een politievloot in te stellen, die veiliger en goedkooper is. Met 75 Millioen doen we dan een heeleboel. Van eenzijdige nationale ontwapening wilde de heer v. Rappard (Lib.) niet weten. Ons land voert een vredespolitiek en wenschen voor de defensie slechts. dat- We hebben een positie te handhaven en belangen te verdedigen, die ons niet toe staan onze defensie te verwaarloozen. Minister Lambooy's plannen voor de vloot liepen niet verder clan 1920. Minister Deckers moest dus met voorstellen komen om den achterstand van vroegere jaren in te halen. Er is thans groot verschil met de Vloot wet van 1923. Dat verschil betreft het ma terieel en de destijds gewcnschte steunpun ten. Daarvan is thans geen sprake. In 1923 wenschte men wettelijke rege ling; thans behoeft de Kamer zich niet voor een lange reeks van jaren te binden. Van verhooging van militaire lasten is in de laatste jaren geen sprake. Het gaat er thans om om onze vloot met haar defensieve doelstelling op de meest economische wijze op peil te houden. Dat is noodig voor wie let op wat rond om den Pacific omgaat. Vast staat voorts dat we wel nimmer in een militair con flict alleen zullen staan. De militaire eischen zijn tot een minimum teruggebracht. In de komende 10 jaar zal voor nieuwen aanbouw minder worden gevraagd dan in de verleden 10 jaar. De voorgestelde kruiser blijft binnen ons financieel vermogen. De heer v. Rappard meende, dat in de technische toerusting ei van de verantwoordelijke minister moet worden gevolgd. Niemand had meer lust te spreken, zoo dat de voorzitter te ruim half 5 de vergade ring verdaagde tot Dinsdag. WAAROM KOOPT MEN DIEN ROMMEL? Over dit opschrift schrijft de „Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant": Gisteravond vonden wij in de bladen het bericht, dat in Delfzijl deze week per schip uit Rusland 2.300.000 K.G. koren aangevoerd is. Indien landgenooten dit koopen, voeren zij een misdadig bedrijf uit en behooren zij gesignaleerd te wor den. Deze verkoopen van Russisch-graan zijn immers geen reëel handelsbedrijf. Het geldt hier geen normalen invoer van buitenlandsche producten. Russen zelf de door de Sovjets uitgebuite en tot den bedelslaf gebrachte bevolkirfg van de groote steden, maar ook de boerenbe volking hebben aan dit voedsel zelve de grootste behoefte. Het is haar door de Russische bazen ontnomen, ten einde daarmede-door dumping moeilijkheden en troebelen als hèt kan, in andere lan den te veroorzaken. Het is geen toevalligheid, dat dit graan in Delfzijl gelost wordt. De Russische knechten, De Visser en Wijnkoop, die in het. Nederlandsche parlement zijn toege laten en geduld worden, zullen Moskou wel zorgvuldig op de hoogte gebracht hebben van den toestand in onze land- bouw-provincie Groningen, waar de graan producenten thans in de moeilijkheid zit ten. Zij zien geen kans in dezen tijd hun landbouwproducten tegen loonenden prijs te plaatsen. Dumping met Russische graanaanvoeren moet de situatie ten zeerste verergeren en doet gevaar voor moeilijkheden en conflicten op de ar beidsmarkt ontstaan. Dit is wat de bols jewistische machtliebbers begeeren: ster ke crisis in elk ander land en gelegenheid tot revolutioneering van de arbeiders massa. Wie de Russische dumping-artikelen koopt, bevordert de moeilijkheden voor eigen land in sterke mate en verschaft den vijand geld voor kruit en lood, tegen eigen landgenooten te gebruiken. Toch moeten er dezulken zijn, die ons volksbe staan en volksgeluk ondergraven. Wie zijn zij? Het Nederlandsche volk heeft het recht te weten, wie in onzen tijd den Judas spelen voor een handvol zil verlingen. Uit het Sociale Leven» BEDRIJFSSLAPTE Made aan 3(8 werklieden tegen do /oigenae week ontslag aangezegd. Hierdoor *al het aantal werklieden ;ot 313 3llr|cen. CHR. BOUWVAKARBEIDERS o, dan misschien i Zoo had b.v. de Ned. Chr. Bouwarbeli bond over het derde kwartaal een groei LSS leden. Oj> 1 October J.l. was daarmee Utrertób°zUn Najaa king der Jaarverslagen van secretaris en pen ningmeester, vermeldt de agenda o.a. ook, dat de heer G. Baas van Amsterdam oen rede zal houden over: ltoeping, taak en doel der Chr Vakbeweging. October, het orgaan van de Voreenigii Christelijke Kantoor- on Handelsbedienden, lo- plants van twee keer, thans driemaal pe. Dit kan ook van beteekenis zUn met hot oog op de winterpropaganda. Men zal zich her- zlch als Ideaal S518 op 1 Juli tot 3617 op 1 Octo- inst dus van 09 leden In het derde en 3 3 Votum en Zegengroet. 4 Schriftlezing- Joh 12-20—26 en Opc-nb. 11:5—10. 5. Gebed. Zingen: Gezang 3:1. 2. I en 5 Prediking tar aanleiding van Joh. 12 23. S. Zingen: Ge- ,ng 50:3 en 4. 9. Dankgebed. 10. Zingen: Go ng 267 1 cn 3. 11. Zegen. 12. Orgelspel. N.C.R.V. 5.50 u. Kerkdienst vanuit de hvang. Luth. Kerk te Weesp Voorganger: Ds. K. n. illlen. Ev. Luth. Pred. alduar. Organist- de ir H. W. van Klaveien. 1. Orgelspel. 2. Zln- i: Gezang 12 1 en 2. 2. Votum en Zegen- Ie. 4. Gebed. 5. Lezen: 1 Tim. 1. 6. Zingen: Ge- ig 173 1 en 6. 7. Eerste gedeelte der predi king over 1 Tim. 1 13a. 8. Zingen: Gezang 121 en 3. - 'rgrelsi 0uit den Liederenbundel. iltgegeven door het Ned. Luth. Genootschap oor In- en Uitwendige Zending. MAANDAG 20 OCTOBER HUIZEN. (1875 M.). N.C.R.V. 8.15 Tijdsein, 15—3.30 Morgeneonc-rt. 10.30 Tijdse'" *A lej. J. 12.30 Tijd- „„„.poneert vanuit de Luth. Kerk i dam, doi WÊÊ Zwart. 1.30—5.30 Ultzei rgadering^ ter gelegenheid 2.30—1.30 90e 1 irgvval te Amsterdam, door den orgel het 50-jarig Amsterdam. 1. Orgelspel. 2. Ri vail Prof. Dr. H. H. Kuyper. 3. Promotie lot eere-doctor van de heeren- H. Colijn te Den Haag. Ds. D. Bakker te Santpoort. Ds. J. C. Rull- garije. 4. Zingen. 5. Orgelspel. S.SO'Tljdsein. 5.30 —6.30 Conceit: mevr. J. Hekkertv. Epnsden, sopraan: H. Hermann, viool; mej. Annie de Rid der, plano. 6.30—7 Spreker: de heer W. J. van Schelven, te Zierikzee. Onderwerp: „Wal S9.30 Uitzending van den Kerkavond. 1 den door het Comité van Amaterdamacho Zon dagsscholen in het Kerkgebouw der Herat. Ev. Luth. Gemeente aan den Kloveniersburgwal te Amsterdam, ter herdenking van het 150-jarig bestaan^der Zondagsschool. Sprekers: Dr. M. J. Muzikale medewerking verleenen: Een koor van 600 Zondagsschoolleerlingen, Do heer Jan Zwart, orgelist der kerk. 9.309.40 Persberichten. 9.40 11 Concert, te geven door het Clir. Fanfare corps „Patrimonium" te Amsterdam, o. 1. v. W. de Groot. 1111.30 Gramofoonmuziek. HILVERSUM. (Vóór 6 uur 298 M., nA 6 uur Comité Ds. C. J. 10.— Morgen wijding. V.A.R.A. 10.15 Voordracht. 10.30 Zieken- uurtje. 11.30 Concert. 12.— Concert. 1.45 Rust poos. 2.15 Orgelspel. 2.45 Frans Hullei werk. 3.30 Concert. 4.3( rem 5.- cert. 6. :ert. 7.31 rt. 10.45 Per «wartaal. Op 1 Januari kan röfer van 3700 zfln bereikt, iempo wordt aangehouden. AUTOONGEVAL. (BATAVIA) 17 Oct (Aneta). Drie mili tairen, die gisteravond in een taxi reden op den Tandjong-Priokweg zijn verongelukt, doordat de chauffeur zijn stuur kwijt raak te en ten slotte tegen een boom botste. Alle inzittenden inclusief de chauffeur werden zwaar gewond. VOLKSRAADVERKIEZINGEN. BATAVIA, 16 Oct (Aneta). De Verceni- ging van Ambtenaren bij het Binnen- landsch Bestuur stelde candidaat voor den Volksraad: dr. E. J. Burger, controleur ia Boven Langkat; mr. H. C. Hartevelt, assis tent-resident van Malang, dr. W. J. Beek, assistent-resident van Deli en Serdang. Heden zijn alle candidatcnlijsten in ge- BATAVIA. IC Oct. (Aneta). De Raad voor de Scheepvaart Heeft uitgesproken, dat de hoofdmachinis'. van het s.s. Tjikandi der Java China Japan Lijn (dat bij het eiland Changka aan den grond liep) in verschil lende opzienten was tekort geschoten. De Raad ontnam hem deswege voor veertien da gen zijn bevoegdheid als hoofdmachinist en veroordeelde hem in de kosten. De gezag voerder gaat geheel vrij uit. CONTRABEZOEK G.G. AAN INDO-CHINA EN SI AM BATAVIA. 16 Oct. (Aneta). De Gouver neur-Generaal zal zich 24 dezer tc Tandjong Priok inschepen op den gouvernementv stoomer Zuiderkruis, voor zijn reis naar Indo-China en Siani. oont Uw (rouw aanons blad ook door de ezerskringuiliebreiden FEUILLETON (is Toen gebeurde er iets vreemds. Mary O'Neil keek naar Tiny Tim, greep naar den poet van een ledikant cn werd zoo wit als haar schort. „Teddy!" riep ze, „Teddy!" Toen keerde ze ziioh om en rende de zaal uit .„Wat scheelt haar?" vroeg de kleine jon gen verwonderd. Juni schudde haar hoofd. „Ik weel het niet. Zij noemde jou Teddy; Ik ben nieuws gierig Later op den dag ontmoette zij Mary O'Neil in de gang. „Jun.i," zeilde deze „ik zou je graag wat vragen. Ik begrijp, dat je nieuwsgierig bent meer te weten. Denk niet dat ik gek ben of wat andere maar Juni, o, asjeblieft, vraag me niets, althans niet de eerete paar dagen!" Het was eohiter pas den volgenden na middag dat ze zelf het bureau binnenstoof. „Juni," zei ze, en er was nieuwe blijdschap in haar stem en haar oogen fonkelden als sterren; „Juni, ik heb hem gevonden. Teddy mijn kleine verloren baby. Dat is Tiny Tim, boven, Juni!" En dan kwam er de heele droeve geschie denis uit. „Het was naidat George gestorven was, mijn man, weet je," zei Mary O'Neil langzaam. „Ik had het toen vreesedijk arm, want on6 geld was langzamerhand geheel verslonden door George's ziekte. Ik denk da.t hij ten laatste van zorg en kommer is gestorven, ofschoon ze het tuberculoze noemden, zorg cn kommer over wat er van ons kleinen Teddy en mij terecht zou komen als hij was heengegaan. En het was heel moeilijk om werk te krijgen, met een baby." Mary O'Neil streek met haar handpalmen zacht over haar oogen, als om de opgewekte herinnering uit te wiesdhen. „Ten slotte bracht ik kleinen Teddy naar het „Kinder huis." Ik bleef staan kijken op een verbor gen plekje, totdat ze hem naar binnen haal den. Ikik maakte plannen om hard te werken cn hem later terug te halen, cn toen trok ik er op uit om werk te zoeken Je zult. je misschien herinneren, dat er eens brand is geweest in het Kinderhuis, en dat er toen vier kinderen verbrand zijn en alle aanteekeniingen en inlichtingen. Ze hebben Teddy nooit kunnen vinden, maar een moe de'' geeft, dunkt me, de hoop nooit op. Ik althans niet. En toen stierf er eon oude oc|i van me, die me wat geld naliet. Het scheen de ironie va.n het noodlot te zijn, dat het te laat kwam voor Teddy. Ik volgde nu een cursus in Verpleging en had me voor genomen, als ik mijn diploma had, naar kinderhuizen en weeshuizen te gaan, om Tedidy te zoeken. Daarom kwam ik hier, en nualle blijdschap weerkaatste in haar oogen, „en nu is hij hier ook! Sedert giste renmorgen heib ik allerlei nasporingen ge daan. Er is geen twijfel mogelijk. O, alsof ik mij zou kunnen vergissen!" „Mijn beste Mary, Qiet os bijna bijna als een sprookje, is 't niet?" „Ja, is 't zoo niet?" antwoordde Mary O'Neil, met diien nieuwen, blijden lach in haar oogen. „En nu Juni, ga ik naar boven, naar de ziekenzaal. Ik kan het bijna niet meer dragen dat ik hem niet zie!" Boven bespraken de jongens Juni's aan slaand vertrek. David had juist verteld dat hij met juffrouw Joslyn mee naar huis niooh't. „Dait is nou wel heel erg prettig voor jou," zoo vertolkte Apenootjes stem het algemeen gevoelen, „maar waarom pikte ze jou juist uit? Waarom mij niet?" „Of mij?" vroeg Tom fier; „daon had ze Muggs meteen gehad!" „Of mij?" echode Alex. „Wel," zei Aardappel, met weer dticn nieu wen toon van nadenken in zijn stem, „het zal misschien wezen omdat David een beetje kleiner lijkt clan wij. Hij i6 nog een héél kleine jongen, weet je!" F.n zoo was het Aardappel, die de eerete heftige jaloerechheid wegnam uit de harten van alle jongcn6 over Davids „geluk". Maar het was een treurig troepje dat Jund on David goedendag wuifde, don laatsten dag van Januari. Iedere jongen had een ge voel alsof er dien dag met de heele wereld iets heel ernstigs niet in orde was. Natuur lijk ging ze maar voor een week weg, maar in de oogen'van de ongelukkige kinderen vertegenwoordigt een week een oneindige tijdsduur. Juni voelde een brok in haar keel schie ten, terwijl ze het groepje vaarwel wuifde. „Dag, dag!" riepen ze. „Ik kom gauw terug, eerlijk hoor!" „Nu, en als ze dèt zegt, doet ze het ook," troostte Aardappel hen allemaal „want wat ze wil, dat doet ze!" Heel die reis naar huis had Juni pret in de groote, verwonderde oogen van David. Ilij had nooit eerder in den trein gezeten. Het scheen dat hij zich eens in een goede renwagen verstopt had, maar men had hem gesnapt, „vóórda.t er nog beweging in kwam." Maar nu, zittend op een met groen pluche bekleede bank, zijn boenen recht voor zich uitgestrekt, verzonk David in een bewonderend stilzwijgen. Maar het was o 7.00 duidieijk dait lichte huiveringen van blijdschap en opwinding bij zijn smal rugje op en neer kropen, telkens ais de locomo tief floot, telkens als de trein knareend tot stilstand kwam, of als hij puffend en bla zend, maar licht en vlug door de wijduit- gestrekte landen stoof, waar liior en daar een boerderij stond, die met het heele land schap scheen weg te draaien. „Waar is het nu allemaal?" vroeg hij ten laatste. „Waar is het?" „Wal, David?" „Ai die huizen, cn winkels en dingen?" Juni trok hem met een moederlijk gevoel naar zich toe. „Dit i6 nu het open veld," zei ze. „Dit zijn landerijen en daar zijn geen huizen en straten en winkels, en zulke din gen." Eens, op een tusschenstation, ging de trein even achteruit, en David ba ret te plot seling in tranen uit. „Wat is er?" vroeg Juni ongerust, „We gaan terug," snikte hij. „We gaan terug, cn we zullen er nooit komen. O, kijk toch, we gaan terug!" Maar de lach straalde opnieuw uit Da- vide oogen, toon Juni hem snel verzekerde, dat ze werkelijk alleen maar een eindje terug gingen om te beter weer vooruit ie kunnen stuiven, HOOFDSTUK VIII. „De onbekende soldaat." Ze stonden allen op het perron, toen bet bekende Cherryvale-slationnetje in zicht kwam ook Ted en Dora. „Voor on6 naar huis gekomen!" riepen ze Juni toe in jeug dig egoïsme; Nan, en Susan, die kleinen Da vid strak aankeek cn zei: „llallo!" ton hoog sle verbaasd bij Davids prompt antwoord: „Hallo jijzelf!" Mollie, diie Juni omhelsde met al haar oude hartstochtelijkheid. „O, Juni,' zei ze, „zou jij ook niet willen gaan trouwen?" Juni vond zichzelf in eens te midden van heel den stroom van vroolijkheid en rumoer en veranderingen, die een bruiloft mee brengt. „Ik kan het wezenlijk haast nöet geloo- ven," bekende ze aan Nan. „Ted en Dora wel. ze schijnen me nog zoo belachelijk jong." „Mij ook," zei Nan langzaam. „Maar ik veronderstel dat dit de typische zienswijze is van alle oudere zustere. Ted verdient ge noeg om hen beiden te onderhouden, en Dom is een aardig klein ding!" „Enze zijn zoo zicthbaar verliefd op el ka ar 1" „O, wat dat betreft," antwoordde Nan lachend, „dit is in orde!" Als Juni vond dat de drukte en het kleine stadsleven thuis heel wat verschilde van dat in het Weeshuis, die paar eerstvolgende da gen, het was niets in vergelijking met wat kleine David ondervond. Om mee te beginnen, da.t geheele huise lijke leven was niieuw en vreemd voor hem. Hij had zelfs nooit te voren geweten, dat er meneohen ware© als deze, menschep die met „scherp" spraken, (het was zijn eigen woord), die lachten en praatten en sch-• t- sten met elkander aan wondervolle, bijna ongelooflijke maaltijden. En dat meisje, Susan genaamd. David be sliste, dat zij „fijn" was! Hij had nooit ce* neten, dat kleine meisjes zoo aardig' kon den zijn! Ze nam hem mee, om samen een nabij gelegen heuvel af te glijden, leerde hem te krabbelen op een paar schaalden, d>ie ze van oom Ted had weten los te krij gen; „omdat je nu gaat trouwen en eeen schaatsen meer noodig hebt!' had ze tegen hem gezegd. Ze nam David mee naar de drogisterij en kocht er ongekende lekker nijen. Kn ze beloofde hemtM-orcriltjk. dat, als hij in den zomer tei'UjFfcwnm, ze h m zou leeren paardrijden. Maar Da vul ver slikte zich juist cn stikte bijna in een zuurtje, toen ze dat zei Bijgevolg zag Juni weinig van David. „Gaat het goed?" vroeg ze lachend om den glans in zijn oogen en do kleur op r.mi wangen. ..O. juffrouw Joslyn," gnuifde hij, ..hel a zoo fijn. Denk eens aan ik heb nooit eerder," vrijmoedig herinnerde hij er aan „ik heb nooit eerder met een me'sje gespetld!" En de Zondag was voor David n >g grooter verrassingen. Allen ginmn V mor gens naar de kerk. Hij drong zich hi el Itcht tegen Juni aan. Heel vaak kwam het over hem, alsof hij vroeger ook eens op een plan's als deze was geweest waar ergens wi„t hij niet rustig, cn schemerig en mooi. rn-t kleine plekjes rood en groen en goud van de veneters op den grijzen steenen grond. (Wordt vervolgd.) J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 9