JUruui? ^rittsdjr Courant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
SBONNEHBNTi
per kwartaal ƒ5.25
(Beschlkklngskostcn ƒ0.15)
$er week 0.25,
Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche zending6.
Bij dagelijksche zending h7^—
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 3 cent
met Zondagsblad 7/? cent
Zondagsblad oJet afzonderlijk verkrijgbaar tl
No 3122
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936
ADVGBTENTIENI
Van 1 lot 5 repels f L17W
Elke recei meer „0.22V4
Inert Aededer linger. r- '~v~
van 1—6 regels „2^0
Elke regel meer _(U3
Bij contract belangrijke korting. J
Voor het bevragen «mn ^et bureau
wordt berekend0.10
MAANDAG 11 AUGUSTUS 1930
10e Jaargang
Dit nummer bestaat uit VIER bladen
m TOT DEN STRIJD.
Het is m onze dagen van actie voor vredes
beweging en ontwapening, wat moeilijk van
strijd te spreken. Er zijn ook onder de
Christenen, die onder de bekoring van de
leuze zijn gekomen. In elk geval is het aan
tal van hen, die den socialen strijd schu
wen, niet gering.
Heel die vrees voor strijd, ligt ten deele
i aan de omstandigheid dat men geen idealen
heeft. Voor een ideaal strijdt en worstelt
men als het moet. Maar zonder idealen
•elite strijd onmogelijk.
Het is een oud ideaal, maar dat n
•leeds bekoring heeft voor ons, te zoeken
naar vrijmaking van den arbeid. Het leven
van den arbeid behoort te ontvangen een
eigen ordening. Daar moet zijn een samen
werking van de groepen en krachten die op
elkander zijn aangewezen, in organisato
risch verband.
Daar moet komen meer en meer een sa-
menspreken, samen overleggen, 6amen die
nen van het bedrijf, tot zegen van bet be
drijfsleven, tot heil van bet volk, tot wel
vaart van de massa, tot' eere Gods.
Dat ideaal wordt niet bereikt in den weg
van bet stilzitten, doch uitsluitend in dien
der sociale aotie. De zegen valt slechts den
vlijtige ten deel, de kroon, hem die naar dery
eisch heeft gestreden.
In die worsteling, men stelle zich deswege
gerust, komt men er niet zonder zelfverloo
chening, zonder gehoorzaamheid, zonder het
offer.
Dc toekomst teekent zich voor onze idea
len niet zoo heel gunstig af. Wij denken nu
niet allereerst aan economische moeilijkhe
den, al kan niemand die ontkennen. Ook in
die economische moeilijkheden echter, men j
vergete het niet, ligt een stuk schuld. Het j
inogc niet op onze persoonlijke rekening
zijn te schrijven, als volk en als volkeren
gemeenschap hebben wij er wel mee te
ken en or.6 er over te verootmoedigen.
Neen, wij denken thans, blijvend in de lijn
omar redeneering, aan de geestelijke gesteld
beid van ons volk. Daar is niet bet buigen
voor de wet des Heeren op sociaal terrein.
Ook niet daar, waar de meerderheid der be
volking nog niet vervreemd i6 van 's Heeren
Woord. Wij treffen in de z.g. orthodoxe stre
ken. zoo dikwijls toestanden die ons teleur
stellen en bedroeven, die ons met zorg ver
vullen.
Als wij niet komen krachtens onze begin
selen tot levensvervulling dan zullen wij
den invloed op bet leven verspelen, dan zijn
wij niet langer een zegen voor ons volk, dan
zijn wij niet meer getuigen van den Koning,
dan is het zout smakeloos geworden.
Dan zullen anderen komen, levend uit
andere beginselen, bejagend een ander doei,
zoekend een ander ideaal, dienend een an
deren God, en zij zullen het land in vlam
zetten, de geesten verkeeren en in den naam
des menschen doen, neen afdwingen, wat
wij om Gods wil hadden moeten vragen en
geven.
Is er dan hoop voor on6 volk? Zullen wij
in onze sociale worsteling komen tot het
licht?
Laat on6 dit aan onzen God overlaten.
Maar in onze ziel leve en trille na, het
woord waarmede Dr. Kuyper de openings
rede van het eerste Christelijk Sociaal Con-
gres besloot:
bracht .doordien mij in de zeven jaren, in van de „afschrikking" doen zich daar meer
Suriname doorgebracht, driemaal een gratie- dan duidelijk als eisch gevoelen.
een doodvonnis werd voor
beslissing
gelegd.
De verantwoordelijkheid, welke een vi
tegenwoordiger van de Kroon in de Kolo
niën heeft te dragen is veelzijdig en veelom
vattend; maar liet zal een ieder duidelijk
wezen, dat juist in zulke gevallen, wanneer
men* wordt geroepen om als opperste straf
rechter te fungeeren, het gewicht ervan dub
bel wordt gevoeld.
Heeft men te voren in het Moederland bij
het Openbaar Ministerie gediend, dan denkt
men vanzelf terug aan vroeger uitgebrachte
gratie-adviezen en aan overwegingen, welke
daarbij golden.
Ook al trachtte men Rechtbank en Ge
rechtshof zoo zakelijk en objectief mogelijk
voor te lichten, en zich zoowel als jurist,
als ook als mensoh in liet eventueel resultaat
van eijn advies in te leven, toch stond men
in een andere verhouding tot de realiteit,
immers de uiteindelijke beslissing had men
niet in eigen hand.
Niet alzoo voor hen, op wier schouders dit
deel van de Koninklijke macht rust; welis
waar gelden ook in de overzeesche gebieden
de bepalingen van advies en voorlichting
door Parket en betrokken Rechtscollege,
maar tegenover het eindbesluit staat men in
zijn aansprakelijkheid alleen: met eigen
hoofd, eigen hart, en eigen geweten.
In alle drie hierboven genoemde gevallen
heb ik afwijzend op de ingediende gratiever
zoeken beschikt; en zoo is het helaas ge
beurd, dat de galg, na ruim veertig jaren
in onbruik te zijn geweest, weder op de bin
nenplaats van de gevangenis in het Fort
Zeelandia te Paramaribo is opgericht.
De eerste veroordeeling betrof een Kran-
sohen déporté, uit de naburige strafkolonie
ontvlucht, wiens bij ons ingeleverd Euro-
peesch strafblad een donkere reeks van ern-1
stige misdrijven bleek te vertoonen.
Had ihij zich binnen het grondgebied van
Nederlandsch Guyana van strafbare hande
lingen onthouden, dan zou hij, evenals zoo-
vele andere ongelukkigen, langs den regel-
matigen weg weder naar het deportatieoord
in St. Laurens zijn teruggeleid.
Spoedig werd evenwel bekend, dat hij zich
met een vermoedelijk ontvreemd vuurwapen
in de wouden ophield, in Boschnegerdorpen
doordrong en daar alles roofde wat van eijn
gading was.
Ten slotte plunderde hij den winkel van
een eenzaam wonend Chinees, stak daarna
het houten gebouw in brand en bewerkte
hierdoor, dat men den volgenden dag het
verkoold lijk van den winkelier op zijn
slaapstede, in de puinhoopen terugvond.
Zelfs bij zijn arrestatie, waartegen hij zich
ernstig verzette, wist hij met zijn vuurwapen
nog een der politiebeambten vrij ernstig te
verwonden.
Deze misdadiger was Roomsch-katholiek.
Het tweede geval, waarin bet Hof van
Justitie zich genoopt zag een doodvonnis uit
te spreken, was dat van een Britsch-Indiër
(een Hindoe) die uit wraak, na kalm over
leg, zijn vrouw vermoordde en met een hou
wer (groot kapmes) letterlijk in stukken
hakte.
De laatste van het droevig trio, een Bosoh-
neger, behoorend tot het kerkgenootschap
der Evangelische Broedergemeente, doodde
na een gansdhen dag op de loer te hebben
gelegen, een eveneens eenzaam wonend win
kelier, door hem onverhoeds van achter te
doorsteken.
Hierna laadde hij het grootste deel van de
winkelgoederen in een corjaal (lang vaar
tuig uit uitgeholden boomstam vervaardigd)
waarmede-hij voorloopig wist te ontkomen.
„dat al mocht de redding uitblijven, en al
moest de stroom der ongerechtigheid nog
hooger worden, er nooit van Neerland'e
Christenen zal kunnen gezegd worden,
dat door onze 6chuld, dat door de lauw
heid van ons christelijk geloof in hooger
of in lager standen, de redding onzer
maatschappij is verhinderd en de zegen
van God den Vader, verbeurd werd."
IETS OVER DE DOODSTRAF
Mr. A. J. A. A. baron van Heemstra, oud
gouverneur van Suriname, schrijft in het
Tijdschrift voor Strafrecht onder boven-
staanden titel een belangwekkend artikel,
dat wij met toestemming van de redactie
van genoemd tijdschrift uit Deel XI, afl. 2
in zijn geheel overnemen:
De onlangs door het lid der Eerste Kamer
Baron van Voorst tot Voorst tot den Minister
van Justitie gerichte vragen met betrekking
tot „de sohrikbarende vermindering van de
openbare veiligheid van stad en land", en
het wederwoord van dezen bewindsman, ge
ven mij aanleiding enkele korte beschou
wingen te wijden aan de doodstraf, welke
tot 17 September 1870 in ons Koninkrijk bin
nen Europa heeft gegolden, doch in onze
overzeesche gebiedsdcelcn gehandhaafd is
gebleven.
Het meer wetenschappelijk terrein, waarop
zoovele criminologen van beteeken is zich
meermalen hebben bewogen, zal hierbij niet I
door mij worden betreden, wijl ik het niet
zou wagen mij met zulke geleerden te meten.
Indien ik mij echter onderwind deze <e-1
wichtige materie aan te roeren, geschiedt
Bij het beoordeelen van de gratieverzoe
ken, achtereenvolgens door deze moorde
naars ingediend, waren het vooral twee om
standigheden, welke mij in hoofdzaak heb
ben beziggehouden.
Eerst was daar uiteraard de kwestie van
het bewijs.
De onherstelbaarheid van de doodstraf,
welke voor velen een absoluut bezwaar tegen
dit instituut vormt, eisoht natuurlijk een zoo
danig samenstel van bewijsmiddelen, dat
zelfs elke schijn van eenig dubium is uitge
sloten.
De drie onderhavige vonnissen berustten op
bekentenissen, geloofwaardige getuigenver
klaringen en onwederlegbare aanwijzingen,
en dies achtte ik mij ^volkomen gerechtigd
een eindbeslissing op die hechte fundamen
ten te baseeren.
Toen hierover niet de minste twijfel meer
kon rijzen, stond daar, voornamelijk in het
eerste geval, de groote vraag voor mij: of het
den aardschen reohter vrijstaat den mogelij
ken genadetijd van zijn medemensch op aar
de te verkorten, en dezen dus vrij plotseling
voor diens Hemelschen Rechter te doen
verschijnen.
In eijn beleend werk over de doodstraf zegt
Prof. Mr. D. P. D. Fabius onder meer:
doch men vergeet daarbij, dat niet wordt
gestraft om aan qene zijde van den dood
over te brenqen, maar, omdat de misdadiger
zijn leven op deze aarde verbeurd heeft.
Onder de vele stellingen, door voorstan
ders van de doodstrraf verkondigd, heb ik
doze, met betrekking tot het onderhavig
vraagpunt, immer het kraohtigst bevonden
en bij de eindbeslissingen heb ik mij ook
hierdoor laten leiden.
Toen hierboven de misdrijven werden aan
gestipt, welke tot deze doodvonnissen heb
ben geleid, werd opzettelijk de kerkelijke
richting aangegeven, waartoe deze delin
quenten behoorden.
Zeer in het bijzonder hebben zoowel de
Roomsch-kathqlieke geestelijke, als de Hern
hutter zendeling die den Franschen vluchte
ling en den bewusten boschneger in hun
laatste levensweken hebben bijgestaan, hun
dankbaren indruk bekend gemaakt over den
ommekeer, welke in het zieleleven van deze
oestelingen was ingetreden.
Met den onafwendbaren dood voor oogen,
had een natuurlijk berouw zich meer en
meer verdiept, en er was sprake van een
kalm berusten en een izich vastklemmen aan
de Eeuwige Genade.
Ik weet, dat er onder de lezers van dit
Tijdschrift meerderen zijn, op wie deze laat
ste alinea geen indruk zullen maken; maar
voor hen, die mijn geestelijke strijdvraag in
deze wel verstaan, zal het duidelijk wc-zen,
dat dit heengaan in vollen vrede, den bitte
ren bijsmaak van de menschelijke beslissing
heeft weggenomen.
Het rechtsgevoel van die volkeren vordert
deze hoogste genoegdoening uitdrukkelijk
het is een feit, dat de bovenomschreven dood
vonnissen een repressie van misdrijven ten
gevolge hebben gehad.
Twee ernstige moorden in 1920
Gerechtshof te Arnhem, in hooger beroep
behandeld, hebben destijds de overtuiging bij
mij gevestigd, dat wederinvoering van de
doodstraf in Nederland noodzakelijk was.
De eerste dader, een holbewoner uit dc
nabijheid van Ede, viel des nachts den hem
onbekenden korporaal der infanterie Vós,
die per rijwiel van Apeldoorn naar de Hars
kamp terug reed, onverhoeds aan, sloeg hem
bewusteloos en begroef hem, na berooving,
Dg levend onder de aarde.
Dc andere, een jonge man uit Lobith,
drong des nachts in het huis van twee aldaar
alleenwonende dames Mackay binnen, sneed
beiden de keel af en roofde daarna het in
huis aanwezige geld.
Deze beide monsters werdén tot levenlange
gevangenisstraf veroordeeld.
Thans,, na de hierboven geschetste .erva
ring in Suriname, is mijn overtuiging ten
deze nog versterkt.
Bij het beantwoorden van de vragen, door
Baron van Voorst tot Voorst gesteld, heeft
Minister Donner zich op de statistiek be
roepen.
Volgens dit gegeven zal Zijn Excellentie
ongetwijfeld gelijk hebben, maar naast het
getallen-materiaal is er nog een beoordeeling.
welke buiten de kwanta omgaat en
meer in de hoedanigheid indringt.
a onze dagen een zóó verbijsterende
driestheid bij het plegen van misdrijven, en
daarbij een zóó overwegende immoraliteit,
dat men zich soms angstig afvraagt, hoe
zulk een samenleving kan blijven voortbe
staan.
Voegt men hierbij de verwording
jeugd en het algemeen verslappen van de
zeden, dan snelt men naar het tijdstip toe,
waarin slechts hert: „Au grands maux, de
grands remèdes" redding kan brengen.
Is het weder invoeren van de doodstraf in
ons Vaderland waarschijnlijk?
Indien men op de algemeene inzinking
acht geeft, welke een groot deel van Europa
heeft bevangen; en men realiseert, dat het
niet meer de kracht der beginselen is, welke
-i vele wetgevingen grondslag ligt,
r veeleer de zucht om aan een meerder-
van defaitistische elementen te belie
ven, dan is het antwoord op vorenge6telde
vraag niet twijfelachtig.
Mocht het evenwel Mimster Donner nog
eens gelukken zijn welbewuste overtuiging
ten deze te doen zegevieren, dan zou dit
het bewijs wezen, dat er iéts van de
oud-Nederlandsche kracht is opgeflikkerd,
dat er een rechtgeaarde meerderheid is.
welke durft aan te pakken, wijl zij het
„Kwaad" als „werkelijk kwaad" aanmerkt,
en dat men ten behoeve van een krachtig
volksbestaan het heeft gewaagd; „hetj
recht te sterken".
werkelijk en krachtig, dat er een band was
die de Christen jonge mannen te zamen
bond en aan het moederland snoerde.
Reeds lang had men plannen in deze
richting, wijl men arbeid onder de tropen
zon noodzakelijk achtte, maar ten slotte
werd ook de mogelijkheid om tot uitvoering
te komen gezien, en als eerste zendeling
onder de verstrooiden, zouden wij haast zeg
gen, gaat nu Mr. Schokking uit.
Hij moet onder de oud-A. M. V. J.-ers
meer oi^anisatie brengen, hij moet bevor
deren de plannen, die de A. M. V. .T. heeft
voor het inrichten van tehuizen in Batavia,
Soerabaja en Médan, waar de jonge men
schen, die in Indië komen korter of lan
ger kunnen verblijven.
Daar kunnen zij vinden een sympathieke
omgeving, daar kunnen zij over dc moeilijk
heden worden heen geholpen, daar kunnen
zij op hun beurt pas uitgekomenen helpen,
daar kan het werk, dat verder te doen is.
worden voorbereid en gesteund.
Eenvoudig en klein lijkt dc aanvang.
Zeke* klein als men let op de uitgestrekt
heid van den archipel en het groote aantal
der verstrooiden. Maar het is ook maar een
begin.
Toch kan dit werk onder Gods zegen
groote beteekenis zijn, allereerst voor
jonge menschen die uitgaan en vinden
zij zoo dringend noodig hebben, een home
en goede vrienden.
Maar mee daardoor kan voor Indië zelf
dit werk grooter worden dan den schijn
baar eenvoudigen opzet zou doen vermoe
den.
Niemand verachte den dag der kleine
dingen. Meest alle Christelijk werk is een
voudig begonnen. Het Koninkrijk Gods is
gelijk aan een mosterdzaad, het kleinste der
zaden. Bedauwd van den hemel, gezegend
door den grooten Hovenier, wordt het een
boom, in welks takken de vogelen des he
mels nestelen.
Mr. Schokking heeft in zijn afscheids
woord duidelijk gesproken. Alle werk, ook
het zijne in Indië, gaat om God, die zich
zelf aan ons heeft willen openbaren,
zijn taak acht hij trouwens de taak
ons allen, getuigen tc zijn van den Heiland,
die onze Koning is.
Werk in deze overtuiging begonnen zal
niét ongezegend blijven; immers wijl Gods
Woord niet ledig tot Hem wederkeert
DE JAPANSCHE GASTEN
VERS CHITBEZOEKEN.
Vrijdag bracht prinses Takamatsoe een
bezoek aan het Teyler-Museum en 't Frans
Hals-Museum te Haarlem. In den loop van
den middag heeft ook de prins het Frans
Hals-Museum bezocht.
Zaterdag werd een bezoek gebracht aan
de Leidscbe Hoogeschool. Na de ontvangst
in de vergaderzaal van curatoren werd hel
etnografisch muzeum bezocht. Prof. C. C
Krieger wees er op dat dit museum ten
nauwste verbonden is met de geschiedenis
'er relaties tusschen Japen en Nedprlann;
het museum bezit ook een verzameling Ja
pansche kunstproducten.
Ook de hortus botanicus werd bezocht,
waarna men naar Noordvvijk vertrok.
Zaterdagmiddag werd een bezoek ge
bracht aan de nieuwe sluis te IJmuiden.
Onder leiding van hoofdingenieur Hev-
ning en ir. Mulder begaf het gezelschap zich
per boot naar de nieuwe sluis, waar men
op het balcon van het centrale bedienings
gebouw een mooi overzicht had over de
sluis, waarin vijf stoomschepen tegelijk wer
den geschut. Daarna werd in de centrale j
bedieningskamer een uiteenzetting gegeven j
van het bedienen der sluisdeuren enz. De
prins en de prinses betuigden hun in;
menheid met liet bezoek en verlrokkéD
daarna per auto.
Heden werd Amsterdam bezocht.
VACANTIE-ADRESSEN
Met het oog op de groote drukte b\j
onze administratie, nu zoo velen onzer
lezers met vacantie gaan, wordt men
vriendelijk verzocht, deze tydelyke
adresveranderingen zoo spoedig mo
gelijk op te geven, liefst enkele dagen
van te voren. Komen zulke aanvragen
op het laatste oogenblik, dan is het
niet zeker, dat men aan z'n nieuwe
adres direct den eersten dag de krant
al ontvangt en hierop stellen de lezers
zelf toch zeker even grooten prijs
als wij.
INGEZONDEN MEDEDEELINO
AREND VAN AMSTEL.
HOFBERICHTEN
BRIEVEN UIT DE HOOFDSTAD
ER IS EEN ZEGEN IN
Vrijdagmiddag is Mgr. J. H. G. Jansen
door da Koningin op het paleis van de
Koningin-Moeder te Soestdijk in particu-
liere audiëntie ontvangen. De aartsbisschop
heeft zich een half uur lang met de Vorstin
onderhouden. Na afloop der audiëntie heeft
Mgr. zijn beide secretarissen, de- heeren J
v. d. Burg en dr. W Mulder, aan H. M.
voorgesteld.
Allen, die de tropen kennen, en die zich
in die eigenaardige psyche's hebben inge
leefd, moeten overtuigd zijn van de nood-
„II,. „,«i .„V, "HiXheid om de doodstraf te Wijven liand-
riilks, wijl de ambtelijke practijk mij met haven.
lew ernstige stral in aanraking heeft ge-1 Zoowel Üe leer van de „vergelding", als die
Over het werk van de Amsterdamsche
Maatschappij voor Jonge Mannen wordt in
onze kringen zeer velschillend geoordeeld.
Het ontbreken van een positieven grond-
Het ontbreken van een positieven grondslag
velen redmi aan het werk door deze
organisatie verricht geen steun te verleenen
Niet alleen in Christelijke kringen, ook wel
bij personen van de overzijde spreekt men
van een liberale actie, en het is zeker niet
onjuist dat oolc door hen, die in het alge
meen met Christelijke actie niet dwepen,
aan dit werk van de A. M. V. J. wel steun
wordt verleend.
Wij hebben voor onze actie, naar onze
vaste overtuiging, een andere basis noodig.
Wij voelen voor een meer positieven grond
slag, achten het ook juister dat de buiten
wacht precies weet wie wij zijn, al kost ons
dat ook de steun van bepaalde kringen
al bereiken wij daardoor verschillende groe
pen niet.
Maar dat behoeft geen reden te zijn om
het werk van anderen gering te achten,
noch om de oogen te sluiten-voor den zegen,
die God ook aan het werk geven wil, dat
het onze niet is en het onze niet kan zijn.
Het is voor betwisting niet vatbaar, wij
hebben daarop trouwens gewezen bij de
opening van het A. M. V. J.-gebouw, dat de
groote stad aan dit werk behoefte heeft en
dat er bewarende kracht van uitgaat. Im
mers grijpt men een kring, die aan anderen
ontsnapt, die anderen niet bereiken kun
nen, die alzoo anders onbearbeid zou blij
ven.
Men versta ons niet verkeerd. Wij bedoe
len niet een zekere listigheid bij deze Maat
schappij, die zou trachten onder een min
of meer neutrale vlag een lading te bergen
die niet door die vlag kan worden gedekt
Bij* de A. M. V. J. is het ruime standpunt
zeer bewust gekozen, de enge formuleering
van een grondslag afgewezen, treedt meer
dan elders het persoonlijk belijden en geloo-
ven van den leider naar voren. En herhaald
mag> worden, dat voor een bepaalde groep
jonge menschen juist deze methode en
deze arbeid als het ware is aangewezen.
Men pakt de dingen anders aan dan wij
dat gewend zijn. Het A M. V. J.-gebouw is
niet maar een gebouw waar men vergade
ren kan en clubwerk verricht, het is
modern bouwwerk op eersten stand,
hotel en restaurant met gelegenheid
pension, voor groote vergaderingen en
gressen, een inrichting, die niet onderdoet
voor de beste in deze soort in het buiten
land.
Men heeft niet alleen zijn eigen sportvel-
f"1' eigen vacantie-oord, prac
DIPLOMATIE
De nieuwbenoemde gezanten van Italië en
Mexico hebben hedenmiddag hun geloofs
brieven aan H. M. de Koningin overhan
RIJKSBEGR00TING
NAAR DE RAAD VAN STATE.
Het ontwerp-rijksbegrooting is Zatsrda.
an het departement van financiën naai
den Raad van State gezonden.
DE HANDELSCONVENTIE
DE R.K. WERKGEVERSVEREENIGING
ONTRAADT RATIFICATIE
De Minister van Arbeid heeft het advies
Staatscommissie voor de economische poli
tiek ingewonnen over de vraag, of dc regee
den loop van dit jaar gesloten
ONGEVALLENWETGEVING
Het ligt in het voornemen van de regpc-
ring de wijziging van de Ongevallenwet 1921
en de Land- en Tuinbouwongevallenwet
1922, strekkende tot verhooging van het be
drag der tijdelijke uitkeeringen van 70 pet.
tot 80 pet. van het dagloon, in werking te
doen treden op 16 Augustus a.s.
den, maar ook t<>
tisch en keurig in een der mooiste'streken
an ons land en alle werk draagt een voor
naam cachet.
Maar dat men de dingen groot aanpakt,
TWEEDE KAMER
BARON VAN BOETZELAER.
Het Nederlandsch Zendingsblad deelt
flat Dr. C W. Th. baron van Boetzelaer van
Dubbeldam, die op het oogenblik in Indië
vertoeft, van zijn reis naar de Molukken op
Java is teruggekeerd, weldra scheep gaat
naar Nederland cn in October hier te lande
terug zal zijn; in het najaar zal hij dus
weer aan de vergaderingen van de Tweede
Kamer deel kunnen nemen.
VRAGEN VAN KAMERLEDEN
INVOER VAN GRANEN.
Het Tweede Kamerlid Braat heeft den Mi
nister van Binnenlandsehe Zaken en Land
bouw gevraagd of de Minister bereid is te
overwegen ter bescherming van den Neder
landschen landbouw, om den invoer van
gerst en rogge uit Rusland en van tarwe uit
Argentinië stop te zetten, omdat wij mei
die landen toch geen noemenswaardige an
dere handelsrelaties hebben en Rusland
zelfs weigert om destijds geleende gelden te
erkennen, en of de Minister mogelijk on-
erkomelijke bezwaren van dien maatregel
blijkt nog wel het best uit de afvaardiging
van Mr. H. Schokking naar Indië als secre
taris van het werk dat de Mij. in Insulinde
zal verrichten. Dat men tot dit werk kwam
spreekt eigenlijk vanzelf. Daar zijn zoovele
oud-leden van de A. M. V. J., van het N.
J. V. en van de N. C. S. V. naar onze Oost
gegaan, men had daar dus zoovele handen,
de positie van de jonge menschen iu In
was zoo moeilijk vaak. dat men eigen-1
werd gedwongen stappen tc doen 'om
wat ,lier 111 llct moeder- wanneer vermoedelijk het rapport van de
land was gegrepen, cn om te toonen, daad- {"Staatscommissie-Lovink gereed zal ri'
aan de Kamer wil meedeelen.
RAPPORT COMMISSIE LOVINK.
Het Tweede Kamerlid Braat heeft den
Minister van Binnenlandsehe Zaken en
Landbouw gevraagd of het hem bekend is
of hij bereid is de Kamer mee to deelen,
ring deLHHH H(
Handelsconventie ter ratificatie aan de Sta-
ten-Generaal zal moeten voorleggen.
De Algemeene R. K. Werkgeversverceni-
ging deelt naar aanleiding hiervan in een
adres aan de voorzitter van de Ministerraad
mede, dat volgens haar oordeel gezien de
ontwikkeling van de handelspolitieke ver
houdingen en gezien tic uiterst netelige jx>-
sitie, waarin verschillende Nederlandsche
bedrijfstakken zich bevinden, de ratificatie
van de Handelsconventie dient' te worden
ontraden.
„Wanneer wij het economisch werk van
Genève op het gebied der douanetarieven
sinds sinds Mei 1927 nagaan, aldus verder
het adres, dan moeten wij tot ons leedwezen
vaststellen, dat de afstand tusschen eener-
zijds hetgeen in Genève wordt aanbevolen en
overeengekomen en anderzijds wat verschil
lende regeeringen in practijk brengen, steeds
grooter dreigt te worden en dat de weinige
landen, die zich overeenkomstig de raad
gevingen en besluiten in Genève gedragen,"
steeds meer de dupe dreigen te worden van
de politiek der andere landen.
De groote groep van landen die het inwer
kingtreden der conventie i.z. de in- en uit
voerverboden en -belemmeringen afhanke
lijk had gesteld van de medewerking van
Polen, heeft zich uit deze conventie terugge
trokken, waardoor het lot dezer conventie
zeer problematisch is geworden en het nog
niet valt te voorspellen, in hoeverre Neder
land van zijn onvoorwaardelijke ratificatie
schade zal ondervinden. Door dezen loop
van zaken is in elk geval feitelijk de basis
ontvallen aan andere verdergaande conven
ties op dit terrein.
Bracht de handelsconventie nog slechts een
uiterst flauwe afspiegeling van hetgeen met
een tarisvenbestand werd beoogd, nd 't weg
vallen der moeder-conventie i.z. de in- en uil
voerverboden en belemmeringen, wordt deze
handelsconventic voor Nederland zelfs een
groot gevaar.
Het wil ons voorkomen, dat het gewenseht
om op korten termijn wederom een econo
mische conferentie bijeen te roepen, teneinde
na te gaan, of er aanleiding bestaat, gezien
de veranderingen, die na de teekening der
handelsconventie zijn ingetreden, opnieuw
de houding der verschillende landen tegen
over het probleem der handelsvrijheid te
overwegen.
Wij ontveinzen ons niet, dat weigering tot
ratificeeren dezer conventie door Nederland
eenigen indruk zou maken, doch aan den
anderen kant zal deze daad van Neder
land niet anders opgevat kunnen worden
dan als een waardig protest tegen de wijze
waarop vele landen onderscheid maken
tusschen hetgeen zij in Genève zeggen en wat
zij in edgen huis doen."
Muggebeten1
en Huidjeük] UROL
NEDERL. SPOORWEGEN
SNELHEDEN VAN 100 K.M.
De directie van de Nederlandsche Spoor*
wegen heeft per dienstorder aan het perso
neel medegedeeld, dat personentreinen sa
mengesteld uit vierassig personenmatrieel,
met uitzondering van de rijtuigen A.B.38,
4701 tot 4706 en 4711 tot 4718 op de baan
vakken Amsterdam C.S.—Rotterdam, Am
sterdam W.P.Utrecht grens bij Woudri-
chem, UtrechtGouda, UtrechtEindhoven
Venlo, UtrechtAmersfoort, Amersfoort
Zwolle (alleen in de richting naar Zwolle),
ZwolleGroningen, Amsterdam C.S.—Amers
foort cn Deventer—grens bij Oldenzaal met
een snelheid van honderd K.M. per uur ver
voerd mogen worden. Deze snelheid mag
venwel alleen worden toegepast, om ver
traging in te halen. Bij bochten met een
straal van 750 tot 1000 meter mag de snel
heid niet meer dan 90 K.M in een uur be
dragen.
Bij het afrijden van hellingen, die over
een lengte van 500 meter iets steiler zijn
dan: 1 200 mag de snelheid 100" kilometpr
in het uur bedragen. De machinist moet bij
vertraging van den trein van deze goedkeu
ring gebruik'maken om de snelheid der bo
vengenoemde treinen op te voeren, niet in
achtneming van de voorgeschreven snel-
heidsbegrenizing. Dit alles wannéér de groot
ste snelheid van de door hem bereden loco
motief 100 KiM. in het uur bedraagt.
DE GASKAMER
GAAT WAARSCHIJNLIJK NAAR
KATWIJK.
De gaskamer zalwaarschijnlijk te Katwijk
"t K0" komen. Hiervoor is uitgekozen een
rh-ata gelegen achter ee„ het vorig jaar voor
rekening var. het departemei.t van Defensie
ge-houwde loods voor rijdend materiaal bij de
Rijksschietbanen te Katwy'k a. d. R(jn. Op 18
dezer zal een commissie met Getlep. Staten in
het gemeentehuis zitting houden om even-
tucele bezwaren aan te hooren.
Gemengd Nieuws.
ERNSTIG MOTORONGELUK
TE OOSTERBEEK
DE WINKELSLUITINGSWET
ADRES AAN DE EERSTE KAMER
De R.K. Middenstandsvereeniginog „Dc
Hanze", afdoeling Arnhem, heeft aan de
Eerste Kamer der Staten Generaal een adres
gezonden, waarin met aandrang verzocht
wordt, het wetsontwerp „Winkelsluitings
wet" te willen aanvaarden.
naar een uniforme winkelsluiting
door een overgroot deel van dc winkeliers
erlangd wordt, aldus wordt in het adres
gezegd, bewijzen de gemeentelijke verorde
uingen die in ongeveer alle beteekenenda ge
meenten bestaan.
wettelijke regeling zal daarbij onge
twi.feld met elkaar tegenstrijdige bepalin
gen en verschillende verordeningen ophef
fen.
Bovendien zal een wettelijke regeling,
noodzakelijker geworden door de invoering
van het werktijdenbesluit voor het winkel
personeel alle winkeliers iu mi
omstandigheden laten werken.
Zondagavond even over zessen, heeft op
den Utïechtschen Weg, hoek Pieterbergschen
Weg te Oosterbeek, een ernstige aanrijding
plaats gehad tusschen den motorrijder Zee-
gers, uit Arnhem, die met een duopassagier
uit de richting Wageningen kwam en den heer
Tielen, uit Arnhem, die met een luxe-auto,
waarin nog een Hollandsche en een Engel-
sche dame waren gezeten, den Utrechtschen
Weg wilde oversteken.
Blijkbaar heeft de automobilist, die reeds
driekwart van den straatweg was gepasseerd,
den motorrijder niet opgemerkt. Hoe het zij,
beide voertuigen kwamen met elkaar in bot
sing, waarna de auto met kracht eerst door
ht hek van hotel „Schoonoord'' reed en ver
volgens tegen een boom botste.
De motorrijder, Zeegers, werd evenals zijn
duopassagier, tegen den grond gesmakt en
liep vrij ernstige verwondingen op, terwijl
hij z\jn enkel brak. De duopassagier, had
eenige ontvellingen aan de knie, terwijl de
dames in de auto klaagden over baar becnen
en schouder. De heer Thielen kwam er onge
deerd af.
Dr- Jongsma, uit Oosterbeek, verleende de
eerste hulp en liet den motorrijder, nadat het
eerste verband was gelegd, naar Arnhem
overbrengen. De motor werd evenals de auto
zwaar beschadigd.
EEN KIND IN BRAND.
Men meldt ons uit Den Haag:
Zaterdagmiddag. toen het 10-jarige meisje
H. R. stond tè kijken voor den schoenv-in-
-<:1 in de Vaillantlaan, hoek v. Ostadcstnar,
bemerkte eon voorbijgaande juffrouw dnt de
van het kind in brand
m 00wnnrJl'Ür "ata dat d" kleino afwachtte,
gehol-
zoowel de ontwikkeling als"tic'coliêgialïteii I Ivoardwr"^^^- T -
zal worden bevorderd. i..vim ernstii.e branawond.-n b>-
Tenslotte biedt bovendien liet ontwerp 1 moS ™rd"n 'tl'
mogelijkheid voor bijzo,„l-ro on,s,a„digP| ,,o:'kind vtm hSn givat I.' ?e"
kerheid te zeggen. Wtuirschijiilók ij een pijp,
van een voorbijganger d«
heden bijzondere maatregelen tc troffen.
PROV. STATEN VAN N.-HOLLAND
DR. A. KLINKENBERG BENOEMD.
In den Zaterdag te Haarlem gehouden
gadering var. het Centraal tJtemlorcau v.c.d
de vacature Ds. Hoogerhuyze tot lit! v.m
t> e._j- _^n Noord-Holland gek,,.., ,-
ru-u—v.. AJl|L (C<H)
de Prov. Staten
.verklaard Dr. A. Klinkenbc:
ito Amsterdam,
HELPT ALLEN MEE
ONS BLAD
IN DE GEZINNEN TE BRENGEN.
WAAS HET BEHOOBT