lliettror GTourant BR1EVEM UIT DE HOOFDSTAD XBONNBUENTs Per kwartaal ƒ3.25 (Beschikklngskosten 0.15) •►er week 1 0.25. Voor het Buitenland bi] Weke- lijksche zending fïij dagelijksche zending „7« Alles bil vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbnnl No 3099 Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken Bureau: Breestraat 123 —^Telefoon 2710 Postbox 20 - DINSDAG 15 JULI 1930 Postgiro 58936 A D V E B 1 C N 111 Hl Van 1 tot 5 reeels f 117V4 Like regel Jieer 0.22y» Inger Aeriedei Hneei. van 1—5 regels ..2A0 Elke regel meer .0.45 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan het bureau wordt berekend 10.10 10e Jaargang bestaat uit DRIE bladen EERSTE BLAD. COALITIEVORMING VOOR KABINETSFORMATIE. Het simpele commentaar, dat wij op de politieke rede van baron van Wijnbergen leverden, gaf „de Tijd" aanleiding een nota- rieele verklaring doch zonder registratie van de bevoegde kamerfractie te publi- ceeren, gelijk we die in de rubriek „Uit de Pers" hebben opgenomen. Het blad besluit met de ironische opmer king, dat politieke journalisten vooral in den komkommertijd zeer scherpzinnig zijn. We zouden deze speelsche vriendelijkheid gaarne willen rescontreeren met de opmer- 'kiing, dat zelfs politieke journalisten in. den komkommertijd gevaar loopen nerveus te worden en overhaaste conclusies te trekken. Want, wanneer de redactie van „de Tijd" met de voortvarende bedachtzaamheid, welke haar immer siert, ons artikel gele zen had, dan zou de verklaring misschien in wezen dezelfde zijn geweest, maar er on getwijfeld anders uitgezien hebben. We mogen er misschien aan herinneren, Öat onze gedachtengang deze was: De verklaring van het Roomsch Kath- partijbestuur in Oct. 1928 en het stembus program van 1929 toonden opvallende ver schillen met vroegere uitspraken, doch wij dachten niet als baron van Wijnbergen, aan een fundamenteele wijziging, omdat wij in de gewijzigde omstandigheden een bevredigende verklaring vonden. In ons artikel, over de uitspraak van Mr. Van Wijnbergen gaven wij onmiddellijk de tegenspraak van „de Tijd" zelf en we voeg den er aan toe, dat het voor ons niet het belangrijkste is wie formeel gelijk heeft Dit bewijst voldoende, dat we niet alleen, zelfs niet in de eerste plaats dachten aan de beslissing van de R.K. Tweede Kamerfractie, als wel aan een zekere strooming in de R.K. partij, waaruit een verlangen naar samen werking met de S.D.A.P. duidelijk bleek. Het zegt" weinig, dat die eventueelé sa- ïrienwerking „geen tien minuten aan de orde is geweest" in de R.K. Kamerfractie. Het kan ook van te voren „veel inspanning hebben gekost" om samenwerking te voor- i komen. Mr. Van Wijnbergen noemt die bij- eenkomst ook niet, doch spreekt van voortdurende inspanning. Alevel: wij spraken niet van den geest in dé R~K. Staatspartij, doch van een deel der R.K. pers, van een strooming dus, welke duidelijk naar samenwerking drong. En ook Mr. Van Wijnbergen had het over „termen, welke men moet weten te ver staan". We beroepen ons op de uitnemende ken nis, welke „de Tijd;,' heeft van de schakee ringen der R.K. pers om zonder citaten te herhalen: Er was een strooming, welke bij elke gelegenheid suggereerde: waarom zou den we het niet eens met de sociaal-demo craten probeeren? Over diezelfde pers, en niet over de katho lieken en over de bladen, welke „de Tijd" onder punt 2 (zie persoverzicht) bedoelt, spraken wij ten aanzien van het kwetsen der godsdienstige gevoelens. Ook wij, die voor ons samenwerking met de S.D.A.P. volstrekt afwijzen, beklagen ons gedurig, dat de roode pers aan spotters plaatsruimte verleent. Maar in een deel der R.K. pers kon men vaak een toon als deze beluisteren: „Als gij, S.D.A.P. met ons wilt samenwerken, waarom bemoeilijkt gij dat dan zoo vaak, door ons geloof en onze heiligste overtuiging te hoonen?" Al met al zijn we dus van oordeel, dat „de Tijd" maar met baron van Wijnbergen moet uitvechten, hoe groot de inspanning was en wanneer deze werd getoond om sa menwerking met Rood te voorkomen; en, in de tweede plaats, dat de tegenspraak van „de Tijd", vastgehaakt aan onze opmer kingen, feitelijk langs ons heen gaat. In ons commentaar op de politieke rede van baron van Wijnbergen schreven wij als vaststaand te mogen aannemen, dat „het (in 1929) veel staatsmanswijsheid heeft ge kost om samenwerking (van de katholieken) met de sociaal-democraten te keeren." En wij voegden er aan toe: Dit laatste was trouwens in een deel der roomsch-kath. pers zeer duidelijk te merken. De manier, waarop b.v. de roode pers verzocht werd om de godsdienstige overtuiging der roomsch-kath. minder te kwetsen, wees er duidelijk op, dat men samenwerking begeerde. Echter, ook hier geldt het, dat de wal het schip keert; want de verhoogde acti viteit der roomsch-katholieken prikkelde juist de sociaal-democraten; en feller, dan in vele jaren het geval was, werd de godsdienst en speciaal het roomsche geloot gehoond. de sociaal-democraten mogelijk zou zijn, na de verkiezingen bij de katholieke ge kozenen'geen tien minuten aan de orde is geweest, en dat die vraag reeds dade lijk zóó is beantwoord, dat na de mislukte poging tot vorming van een parlementair rechtsch Kabinet, zonder één enkel tus- schenstation aan te doen, direct naar de extra-parlementaire combinatie werd doorgestoomd; 2. dat de katholieken, die politieke sa menwerking met de S.D.A.P. op princi- pieele en practische gi-onden afwijzen, niettemin steeds op eerbiediging van hun godsdienstige gevoelens, ook door de so cialistische partijpers, zullen blijven aan dringen. Waarom behoeft men in dit laatste een duidelijk teeken te zien, dat „men (van katholieke zijde) samenwerking begeer de?" Politieke journalisten zijn vooral in den komkommertijd zeer scherpzinnig. Soms lijkt het. wel eens, of zij het gras hooren groeien. Maar met dergelijke be weringen en conclusies moet men voor zichtig zijn. Om legende-vorming te voor komen. We nemen dit korte persoverzicht hier op, ter verduidelijking van het antwoord, dat wij te bestemder plaatse aan „de Tijd" BINNENLAND. OFFICIEELE BERICHTEN ONDERSCHEIDING. Bij K. B. is toegekend de zilveren eere- medaille van de Oranje Nassau-orde aan J. Rcelink, fabrikagechef by de firma J. Koning Zonen te Meppel. BELASTINGEN. Bij beschikking van den minister van finan- éiën is ingetrokken de overplaatsing van der. essayeur van den waarborg en de belasting van de gouden en zilveren werken, F. N .A Schepp van liet. kantoor van den waarborg en de belasting der gouden en zilveren werken te Schoonhoven naar dat te miTerd^m. Bij beschikking van den minister vnn finan ciën is dé ontvanger der directe belastingen enz. B. Bóth overgeplaatst van het kantoor van de directe belastingen te Enschedé ïiaar het kantoor van de directe belastingen enz. te Deventer. BUITENLANDSCHE ONDERSCHEIDING Bij K. B. is aan den heer H. J. Balfoort te Baam verlof verleend tot het aannemen van het ridderkruis der Kroonorde van Belgie. AUDIËNTIES. De gewone audiëntie van den minister van justitie zal Vrijdag 18 Juli a.s. niet plaats hebben. De gewone audiëntie van den minister van koloniën zal cp Vrijdag 18 en 25 Juli en 1, 8 en 15 Augustus niet plaats hebben. NIETS VERANDERD DE VIJFTIGSTE VERJAARDAG VAN H. M. DE KONINGIN BANIERGROET OP 16 SEPTEMBER. Het aantal inschrijvingen van vereenigim gen voor den riationalen baniergroet met bloemenhulde, te houden op 16 September a.s., voor het paleis Huis ten Bosch, ter gele genheid van den 50sten verjaardag van H. M. de Koningin, overtreft naar gemeld wordt verre de verwachtingen. Ongeveer 100 vereenigingen uit alle deelcn des lands hebben reeds ingeschreven, onder deze zijn 10 muziekkorpsen en 16 zangver- eenigingen. Op 1 Augustus zal de inschrijving gesloten worden. Een album zal aan de Koningin worden aangeboden, vermeldende de namen der deel nemende vereenigingen. De heer De Marré, musicus te Rotterdam, heeft- een gedicht vervaardigd dóór den heer Engelsman te Middelburg getoonzet Dit ge dicht zal door de zangverenigingen worden uitgevoerd en opgedragen worden aan de Koningin. Elke deelnemende vereemgmg ontvangt een herinneringsmedaille, de muziek- en zangvereenigingen ontvangen een zilveren lauwerkrans. Men kan zich opgeven bij den heer K. Koet, Oosterstraat 25, Rotterdam, of bij den heer W. J. van Dijk, De Vliegerstraat 109, Den Haag. MEMORANDUM-BR1AND DE PUBLICATIE VAN HET ANTWOORD VAN NEDERLAND. Den minister treft geen verwijt. Op de vragen van den heer Schaepman, be treffende de publicatie'in de Fransche dagbla den, vóórdat dit in de Nederlandsche pers plaats vond, van het antwoord der Nederland sche Regeering op het Memorandum der Fran sche Regeering, heeft de Minister van Binnen- landsche Zaken geantwoord: Ondergeteekende is van oordeel, dat omtrent dit antwoord de pers gelijktijdig door de Ne derlandsche en Fransche Regeeringen had be- hooren te worden ingelicht. Te dien einde had hij bij de toezending van het antwoord aan de Fransche Regeering verzocht, hem tijdig in te lichten omtrent haar voornemens te dien aan zien. De voorbereidingen tot gelijktijdige pu blicatie waren dezerzijds getroffen. De Fran- i sche Regeering is evenwel, tengevolge van een 1 administratief verzuim, dat zij betreurt, tot I publicatie overgegaan zonder vooraf daarvan I de Nederlandsche Regeering in kennis te stel- Men heeft in vroeger jaren in de Gemeen teraden, breede discussies gehouden over de kwestie der salarieering van het Gemeente personeel. Vooral in de groote steden waar het ging om een corps van duizenden, en een geringe verhooging of verlaging op het gemeentelijk budget nog al eenigen invloed had, heeft men van dit soort debatten kun nen genieten. Daar is, hetzij met alle respect gezegd, geen ongeschikter college, om looncn en salarissen vast te stellen, dan juist een Ge meenteraad. Natuurlijk kan men in zulk een college wel spreken over de algemeene lijnen der loonpolitiek, over prestatie en be hoeften, over voorgaan of volgeil, over ge- zinsloon en kindertoeslag, maar het bepalen van het loon, voor bepaalde groepen, dient toch door meer deskundigen te gebeuren. Wat wij er ook in den loop der jaren van hebben gezien, was bijna steeds een vol maakt politiek spel: of indien m n deze uitdrukking niet ernstig genoeg vindt, zijn wij bereid te zeggendat politieke mo tieven in den regel zwaarder wogen dan economische. Hoe dikwijls hebben wij niet een loonsver laging hooren bepleiten, enkel omdat de kaspositie van de gemeente niet gunstig leek. Een voorgestelde verhooging hooren af wijzen louter omdat men voor verhooging van belasting vreesde. Maar hoe dikwijls hebben wij het ook meegemaakt, dat ingediende voorstellen ken nelijk als reclame-, soms als concurrentie- voorstellen waren bedoeld. Voorstellen die men niet zou hebben gedaan, wanneer men ecnige verantwoordelijkheid droeg, die men veilig kon doen, wijl men zekerheid had, dat ze verworpen zouden worden. Niet de politiek in den onjuisten zin van het woordmoet bij de loonbepaling mee spreken. Hier moet nauwlettend onderzocht, met verhoudingen gerekend, op kwaliteiten en verantwoordelijkheid gelet. Hier mag de economische factor niet uitgeschakeld, maar evenmin de zedelijke norm verwaarloosd. We hadden hoop, dat het Georganiseerd Overleg ons uit het moeras brengen zou. Daarin toch wordt binnenskamers beraad slaagd, daar zijn de deskundigen van beide kantep bijeen, daar is de rustige sfeer die noodig is om argumenten te stellen en, te Het zou zeker onjuist zijn indien wij zeiden dat er niets is veranderd. Indien .men zooals dat in Amsterdam het geval is, de besluiten van het G. O. niet amendeert, worden de discussies in den Raad zeker wel bekort Maar de politiek maakt zich er toch evenzeer meester van. 'kDenk volstrekt niet alleen aan de com munisten, die zich van het G. O. niets aan trekken, en die geen overleg willen, maar diktatuur van de arbeiders. Ook anderp groepen ontkpmen er niet aan. Bij de bespre! kingen der resultaten van het overleg niet. Maar ook niet bij hun politieke beschou wingen tijdens de begrootingsdebatten. Alle gepraat dat men wel meer had wil len doen, dat men een volgende keer om hoog zal moeten, of naar beneden zal dienen te gaan, is weer de politieke pressie op het G. O. En in den regel" schijnt het ge makkelijker naar boven te duwen, dan naar omlaag al zou men rekening houdende met de wet der zwaartekracht, wellicht iets anders vermoeden. Het eenig juiste standpunt in de verhou dingen waarin wij leven is dat men de loon politiek overlaat aan het Collego van Bur gemeester en Wethouders. Men logge dat niet uit ad abstirdum! Een college dat dwaasheden in deze richting zou doen, een weg volgen die niet klopt op de gevoelens van den Raad, zou niet lang blijven. Maar eenig vertrouwen in de leiding is niet alleen noodig, maar juist in deze moeilijke materie volkomen terecht geplaatst. Zoo spoedig een Raad het college gaat overbieden om, in den regel louter politieke motieven, is het hek van den dam, is hel Georganiseerd Overleg volkomen kapot ge maakt, dreigt het Gemeentelijk leven te ontwrichten. Wij meenen niet, dat in het Georgani seerd Overleg zelf de politiek geen rol speelt. Integendeel wij zijn wel eens bang dat ook hiar allereerst politieke berekenin gen worden gemaakt De vraag moet steeds voorop staan, wat is recht en mogelijk. Maar soms schijnen deze vragen verdrongen door een andere, door de vraag hoe krijgen wij het meeste. Ook hier rijze geen misverstand. Wij heb ben respect voor vele onderhandelaars die voor de organisaties optreden. Ze toonen meermalen een breedte van opvatting die ons telkens weer de hoop doet herleven dat wij na de stormen der jeugd, toch ook de rijpheid van den mannelijken leeftijd zullen krijgen, 'in het zijn allereerst de politieke partijen, die dit kunnen bevorderen, door dit instituut rustig aan het werk te laten. Georganiseerd Overleg is uitmuntend, maar het is slechts te handhaven bij een krachtig bestuur. Een krachtig bestuur dat volstrekt niet conservatief behoeft te zijn, mr r dat het geheel in het oog vattend de doelen niet verwaarloosd en overwoeke ring van bepaalde deelen absoluut tegen gaat. Dat is niet de kwestie van 1 pet meer of minder, dat is de kwestie van een vaste lijn. AREND VAN AMSTEL. HET RUKSWEGENPLAN WEGEN VAN ROTTERDAM NAAR HET ZUIDEN VAN HET LAND DE OVERBRUGGING BIJ ZWIJNDRECHT Het schijnt derhalve noodig nog eens 1 te herhalen: jf 1, dat do .vraag, pf samenwerking r-gt BOOTTREIN N. V. STOOMVAART MIJ. ..NEDERLAND" Het Agentschap der N.V. Stoomvaart Mij .Nederland", de firma Kuyper, Van Dam en Smeer, te Rotterdam, meldt, dot de boottrein van het m.s. „Johan van Oldenbarnevelt" hetwelk 17 dezer te Genua verwacht wordt, 1 Vrijdagmorgen, 18 Juli, te ll u. 25 aan het Maasstation zal arriveeren. Aankomst te 's- Gravenhage (S.S.) 11 u, R.-K. VOLKSPARTIJ EEN ANTI-VLOOTWETACTIE. Het partijbestuur van de R.-K. Volkspartij heeft in zyne vergadering. Zaterdag j.l. in Utrecht gehouden, besloten, om een krach tige actie te organiseeren tegen m niFtei Decker's vlootplannen. Het zal een uitvoerig manifest richtc \oo- riMrelijk tot tie Katholieken van Ned ml nd Li eer landelijke ju ctestmeetulg organ sec en koit r.a de opening der Sinten-Generaal. Voor.« heeft het partijbestuur zich schriftelijk gericht tot de S.D.A.P., den Vryz. Dem. Bond en de Chr. Dem. Unie, om tot een landelijke samen werking terzake te geraken, Het Dag. Bestuur van „Vreemdelingen verkeer" Dordrecht zond ons het volgende ter plaatsing: Het groote plan van den Rijkswegcnaan- leg moeten wij bezien uit het oogpunt van het algemeen belangT" De verbinding van Rotterdam naar het Zuiden heeft men zich van meet af aan ge dacht -zooveel mogelijk in het Westen van het land tot stand te brengen en wel door een overbrugging van de Oude Maas bij Zwijndrecht en het Hollanclsch Diep bij Wil lemsdorp. Plannen om deze verbinding nog meer Westelijk te brengen door een over brugging hij Numansdorp moesten door de zeer groote technische bezwaren worden op gegeven. De technische Commissie, de z.g. Commissie Van Heijst, die den Minister moest a-dviseeren over het tracé van de wegen van Rotterdam naar het Zuiden en Oosten van het land, heeft een 5-tal trace's bestudeerd (zie ons hlad van Vrijdag 6 Juni 1.1. Red.) Na degelijke studie heeft deze Commissie besloten aan den Minister te adviseeren tracé II (de overbrugging bij Zwijndrecht) voor uitvoering aan te be velen. O.i. is dit advies volkomen juist Het ver keer heeft in den loop der tijden zijn banen gekozen en beweegt zich voor de richting Noord-Zuid in het Westen van het land on weersprekelijk in de lijn van het tracé, dat nu door de technici wordt aanbevolen- Dat het verkeer in het Westen ook van oneindig meer beteekenis is dan dat van het Oosten, mogen de volgende cijfers dui delijk maken. Zwijndrechtsche Veer. Personen met en zonder rijwiel: 192-1: 2.475.4S6, Motorvoertuigen 52.500; Personen met en zonder rijwiel: 1929 3.254.295, Motor voertuigen 246.255. Papendrechtsche Veer. Personen met en zonder rijwiel: 1924: 1.193.264. Motorvoertuigen 26.250. Persi-nen met en zonder rijwiel: 1929: 1.608.253, Mot r voertuigen 93.895. Om de beteekenis der veren te kunnen vergelijken, wordt hier nog gegeven het - 'overvoer, over het veer GorinchemSlee wijk in 1928; tw, 48.335. Van dit veer zijn geen verdere cijfers bekend. Ook de toename van het verkeer is voor deze eerste veren veel grooter. Zoo wij het verkeer van de motorrijtuigen in 1924 op 100 stellen, dan is dat in 1929 voor Zwijn drecht 469, voo rPapendrecht 358. Uit alles blijkt dat het verkeer in het Westen gezocht moet worden. Tegen de nu meest gevolgde wegen zijn verschillende bezwaren, die naar voren ge komen zijn door de zeer hooge eischon, die het modern verkeer, in de laatste jaren gaat stellen. Zoo is er in de eerste plaats het bezwaar, dat liet verkeer wordt geleid door het een tram van Rotterdam. Wordt tracé II ge volgd, dan zal dit voorkomen worden, door dat ten Oosten van Rotterdam de nieuwe brug komt. In de tweede plaats bestaat de moeilijk heid, dat de tegenwoordige weg door de kom der gemeente Zwijndrecht loopt en verder het centrum van Dordrecht door snijdt. Tracé II voorziet ook hierin. In de gemeente Zwijndrecht komt een geheel nieuwe weg vrijwel langs do spoorbaan, terwijl de brug, naast de spoorbrug gepro jecteerd, aansluit op een weg in Dordrecht, die over Rozenhof loopt en bij den Spuiweg met een tunnel onder de spoorbaan door gaat en daarna langs een geheel nieuwen weg ongeveer bij de zeehaven op den straat weg uitkomt. Van het drukke stadsverkeer heeft men dus absoluut geen last De tun nel wordt natuurlijk dan gemaakt naast dien voor het stadsverkeer. Het groote voordeel van dit tracé is, dat de weg zoo dicht mogelijk de stad nadert zonder het doorgaand verkeer te hinderen. Dat dit van veel grooter beteekenis voor een stad is dan een weg, die op kilometers afstand de stad voorbijgaat, behoeft natuur lijk geen betoog. Met gerustheid kan dan ook gezegd worden, dat tracé II al de voordeelen van de bestaande verbinding heeft, terwijl de nadeelen geheel worden vermeden. De nieuwe wegen moeten het verkeer op- nëmen, maar hebben tegelijkertijd de taak om de streek, waar ze doorgaan, te dienen. Tracé II voldoet hieraan in hooge mate mate. Want deze weg doorsnijdt een gebied, dat voor den tuinbouw van de grootste waarde is. Verder worden aan dezen weg gevonden -'.rie groote exportveilingen, Rot terdam, Barendrccht en Zwijndrecht De laatste, de meest Zuidelijk gelegen export veiling van groenten is van zeer grooto be teekenis. Niet alleen echter het tuinbouw-belang van deze streek wordt door den genoemden weg en brug gediend. Het industriegebied, waarvan Dordrecht het centrum is, ontwik kelt zich steeds en na het tot stand komen van zeehaven en Waterweg naar Zee is verdere ontwikkeling te wachten. Tracé II dient ook in dit opzicht de groote industrieele belangen op uitnemende wijze. Ook de plaatselijke belangen. Van de ar beiders, die werken op de groote fabrieken te Zwijndrecht zijn er niet minder dan 800 die in Dordrecht wonen. Zoo is cr op dit oogenblik reeds een zeer nauw contact tus- schen de stad aan de eene zijde en de fabrie ken aan de andere zijde van de Oude Maas. Dat contact roept om een vaste oeverver -hiding. Steeds is in Dordrecht het grooi»- laifg van een vaste brug met Zwijndrecht kond. Jaren geleden zijn er reeds plannen <>r gemaakt. Hier geldt het, dat wij niet i de toekomst alleen behoeven te letten .mr dat liet lieden dringend cisrht, -lal ,-leze verbinding komt. Het zal dan ook zoet zeker een dag van groote beteekenis voor de oude Merwestad zijn, als de eerste steen voor deze brug wordt gelegd. De kans is nu gunstig; wij hopen dat spoedig de beslissing i valt» CHR. HIST. UNIE DE Z0MERC9NFERENTIE TE LUNTEREN Onderwijs aan de rijpere jeugd ln de slotvergadering van de Chr. Hist. Zomerconferentie te Lunteren sprak Mr. Ph. J. Idenburgh over: „Het onderwijs aan de rijpere jeugd en het Ontwerp-Armemvet". Spr. geeft zich allereerst rekenschap van de igenaardige geestelijke gesteldheid der be- clkingsgrocp, tot welker ontwikkeling het wetsontwerp zal moeten bydragen, n.l. de rypere jeugd. De jaren na den leerplichtigen leeftijd bren gen den uitgroei van het kind tot menscb. Niet te zeer moeten zij bezien worden vanuit den gezichtshoek van het sexueele. Zij zijn van v~e c 1-omspannender beteekenis. Spreker typeert dien tyd als de periode, waarin het eigen ik wordt onderkend er vanuit dit ik npniefiw de wereld wordt ontdekt, maar lan 'vol van raadselen. Ouders moeten beseffen, dat het de plicht van de jeugd is," zich los te maken. De jeugd zoekt in dien tijd een rigen levensvorm, een eigen richting, een persoon lijke houding. De opgroeiende persoonlijkheid gaat, bewust of onbewust, weten, dat zij ee.-st tc-t volle ontplooiing zal komen in de twee eenheid van het huwelijk. Het sociaal besef neemt toe, men gaat kritisch staan tegenover het historisch gewordene. De tyd der rypere jeugd verdient nauw keurige aandacht. Het onderwijs aan de rijpere jeugd is ecu deel van het geheel der opzettelijke vormir.g van de oudere jeugd. Treffend is dat van onze jeugd tusschen 13 en 18 jaar 62.14 7c geen onderwijs ontvangt. Juist in den tijd dat de belangstelling ont waakt. Voor de vr ouwel like jeugd is de eisch van voorbereiding er evenzeer. In dat onderwijstekort moet worden voor zien. Gedeeltelijk zal het moeten geschieden door uitbreiding van het dagonderwijs, am- bachts- en nijverheidsonderwijs. Ook kan eT iets gedaan worden door de bevordering var het leerlingstelsel iin de groot-industrie cr door uitbreiding van de opleiding in land- ei; tuinbouw. Spr. acht den tijd voor leerplicht in het .".art- vullend onderwijs nog niet gekomen. Vervolgens stelt spr. de vraag: waardoor is het vervolgonderwijs ingestort? Er w fouten, er werd geen rekening gehouden de psychologie van de rypere jeugd. Er moet rekening worden gehouden met den puLerteita- l- eftyd als levensperiode, waarin het kmd tot volwassene groeit, voerend tot zelfbewustzijn en zelfstandigheid. De verantwoordelijkheid voor het welslagen-van het onderwijs moet ook op de deelnemers rusten. Dat prikkelt. Lr moet van de deelnemers peen wandelenoe cu- cvclopaediën gemaakt worden: de rypere jeugd zoekt geen feitenkennis, maar innerlijke harmonie. De leerkracht dient zich telkens in te stel len on de prac'yk. 't leerplan moet soepel zijn. Spr. beantwoordt de vraag, of het inge diende wetsontwerp op het aanvullend onde>- wys het vervolgonderwijs zal behoeden vo' de oude fouten, ontkennend. Het ontwerp gaat mank aan gebrek aan psychologisch inzicht in het wezen der rypere jeugd. Voor reorganisatie van het vervolgond.e is dringend noodig: degelijke paedagugische cn organisatorische voorbereiding en een goede fir.ancieele regeling. Daaraan ontbreekt *t het wetsontwerp. Spr. is bevreesd voor fnuikende gevolgen van het wetsontwerp voor nijverheids- c- har.delsavendonderwijs, waarvoor thans ee goede subsidie-regeling bestaat. De posit: van de leerkrachten is niet geregeld. In de discussie bleek van algemeene afkeu ring van den inhoud van het ontwerp-Cursus- wet. Men had bezwaren van finantiee'en aard men keurde de versplintering van ons volk ai, dit het ontwerp in de hand zal werken, w'löe het nanvullend onderwijs aansluiten de practijk des levens allereerst. De keer Snoeck Henkeraans sloot daarna de conferentie met een kort woord. VOLKSBOND TEGEN DRANKMISBRUIK JAARVERGADERING. De Volksbond tegen Drankmisbruik hield heden te Amsterdam zijn 56ste algemeene vergadering onder voorzitterschap van Mr. Dr. F. W. Snijder van Wissenker- ke, die in zijn openingswoord er zijn vreug de over uitsprak, dat sedert de oprichting van den Bond de openbare dronkenschap sterk verminderd is. Ten aanzien van he' oprichten van jeugdafdeelingen sprak Spi zijn teleurstelling uit over den weinigen ijver, die door de afdeelingen voor dit werk betoond werd. Voorts memoreert spr. de werkzaamheden in het afgeloopen jaar en denkt daarbij voor al aan Amsterdam met haar talrijke koffie huizen, die telkens worden uitgebreid en naar de eischen des tijds ingericht. Aan Rot terdam, die pas weer twee nieuwe cantines, inzonderheid voor de zeelieden, opende. Aan Den Haag, die onder goede vooruitzichten het tweede jaar van exploitatie van haar koffiehuis met logement aanving. Aan Haar lem en Heemstede, die in dezelfde richtim plannen voorbereiden. Aan Hilversum, di< in Maart 1.1. een eigen paviljoen opende, met zeer bevredigende uitkomst Aan Assen, waar de exploitatie van 't buffet op het on langs geopende nieuwe sportterrein aan dr afdeeling wed opgedragen. Aan Utrecht. di< reeds twee butfetten had in het Academisch Ziekenhuis en et- nu een beeft ingericht voo.- bozoekers \an het Ooglijdersgesticht. Ten slotte wil spr. in het bijzonder wijzen op het gestadig uitbreidend werk bij de Zuidei werken. BEGRAFENIS J. H. MARINUS Gistermiddag werd onder zeer groote be langstelling Ier Hilversum ter aarde besteld 1-et stoffelijk overschot van wijlen den lieei J II. Marinus, oud wethouder dier gemeci te. welke heer op 24 Mei j.l. te Buitenzoi was overleden Het lijk wns ppr stoomschip .Mania" nnnr N'pderlnnd overgebracht en ir de vroegere woning van den overleden»- „D-- T.imborg" aan den 's Grnvelnndsrhen weg opgebaard. Do belangstelling was zeer groot Op de begraafplaats werden o.a. opgemerkt de oud-Minister H. Colijn, uit 's-Grav©nhage; den Minister vo- Waterstaat Mr. P. J. Rey- VADANTIE-ADRESSEN Met het oog op de groote drukte bij onze administratie, nu zoo velen onzer lezers met vacantie gaan, wordt men vriendelijk verzocht, deze tijdelyke adresveranderingen zoo spoedig mo gelijk op te geven, liefst enkele dagen van te voren Komen zulke aanvragen op bet laatste oogenblik, dan is bet niet zeker, dat men aan z'n nieuwe adres direct den eersten dag de krant al ontvangt en hierop stellen de lezers zeil toch zeker even grooten prijs als wij. Prof. Mr. V. H. Rutgers, van Amster dam; Prof. Mr. J. de Louter, van Hilver- burgemeester J. M. J. H. Lambooy, oud- Minister van Oorlog en tal van autoriteiten ut de koloniale en financreele wereld. Aan de groeve werd o.m. het woord ge- oerd door den heer II. Colijn, die met wijlen den heer Marinus directeur is geweest van het Nederl.-lndi-sch Landsyndicaat. Voorts door Prof. de Louter en door burgemeester Lambooy, die de verdiensten van den heer Marinus gedurende de crisisjaren 1914—1918 schetste, door den voorzitter van de Am bachtsschool, de heer J. L. van Os en an deren. Een zoon van den overledene bedankte >or de groote belangstelling bij de begrafe- is getoond. ANTWOORDEN VAN MINISTERS STEIGERS IN HET NOORDZEEKANAAL. 1. Is de minister bereid mede te deelen of en in hoeverre juist is het gerucht, vol gens welk een gedeelte der steigers in het Noordzcckanaal vanwege de verbrecding van dit kanaal moet worden opgeruimd? 2. Indien deze geruchten juist zijn. is do minister bereid te bevorderen, dat van Rijks wege deze steigers worden vervangen door de noodige binnenhavens, voor welke ver vanging van Rijkswege eenerzijds pleit, dat door vanwege 't Rijk genomen maatregelen in het belang van de scheepvaart deze stei gers moeten vervallen en anderzijds, dat de landbouwers in dezen moeilijken tijd be zwaarlijk de kosten kunnen dragen van het maken der noodige binnenhavens? heeft de minister van waterstaat geant woord: Inderdaad zullen als gevolge van de ka naalverbreding langs de oevers bestaande werken moeten worden opgeruimd. Voor het treffen van maatregelen, als ln overweging worden gegeven bpstaat. naar de meening van den ondergeteekende, voor het Rijk geen aanleiding. Leger en Vloot. DE NIEUWE LEGERREORGANISATIE. Bij beschikking van den Minister vnn Defensie zal de nieuwe legerreorganisatia (Vredesorganisatie der Infanterie) op 1 October a.s. in werking treden. De belang rijkste wijzigingen memoreeren we hier. Do samenstelling van den staf van een Infan teriebrigade zal luiden als volgt: 1 Kolonel, brigadecommandant 1 Kapitein, toegevoegd, 1 Eerste-luitenant adjudant 1 Ma j ooi en 1 Adj.-ondcroff. administrateur. Een regiment infanterie zal bestaan uit den staf van het regiment (waarin opgeno men het mobilisatie-bureau) en do regi mentsschool. De regimentsschool zal be staan uit den staf van de regimentsschool en drie compagnieën, onderscheidenlijk de tirailleur-, en mitrailleur- cn de specialis- tencompagnie. De majoor, hoofdofficieren voor speciale diensten, deel uitmakende \an den staf van het regiment, is hoofd van het mobilisane- bureau en voorts o.m. belast met de leiding van afzonderlijke cursussen voor reserv«r- officieren. Het mobilisatie-bureau is belast met do registratie van het met groot verlof zijnde personeel, de verdere mohilisatie-voorben-i- ding van het regiment, de wapening, het verdere materieel, de kazerneering. do mu nitie, en met de overige door den regiments commandant te hepnlen diensten. EEN GEDENKSTEEN OP JAN MAYKNLAND. Gisternamiddag 1 uur is van de Marinewerf te Nieuwediep vertrokken de pd-tiekruisir Nautilus met bestemming nam Jan Mayeuland. waar, zomls men weet, een duad van p ëtett zal worden verricht: de plaatsing van een steen op het eraf van Uutgcrt Jacobszoon en zijne res Hollandsche makkers die daar in April 1681, by een poging tot overwintering, zyn omgekomen. Land- en Tuinbouw. MOND- EN KLAUWZEER. Met ingnng van heden is Ingetrokken de beschikking waarbij werd verboden het ver voeren of doen vervoeren van herknuwendo nieren en varkens, nnnr ee» kring omvat tende het eiland Voorne cn Putten. HELPT ALLFN MEF ONS BLAC IN DE GEZINNEN TE BRENGEN. WAAK HET BEHOORT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 1