FRANS HALS KOFFIE-SOORTEN EEN GELE NAPOLEON DINSDAG 8 JULI 1930 'T" DERDE BLAD PAG. 9 HOE HET ZIJN KINDEREN VERGING aan 'n familie, waaraan zoo heerlijke talen ten geschonken waren! Ook de broeders van Frans Hals, Dirk en Toost waren schilders, zoodat het schil derselement wel sterk in de familie Hals vertegenwoordigd was. Van Dirk, die in 't eind van zijn leven nog een tijdlang in Lei den heeft gewoond, bezit het Rijks-museum een paar schilderijen. Hij was een talentvol schilder van vroolijke gezelschappen. Frans Hals had ook liefhebberij voor de TRAGISCHE LEVENS... Zijn beteekenis voor de Hollandsche kunst III (Slot.)' Frans Hals was met een groot aantal kin deren gezegend; hij had er twaalf: zeven zonen en vijf dochters. Zijn oudste dochter Sara, geboren in 1617, heeft door haar licht zinnig en zeer onzedelijk gedrag haar vader veel verdriet aangedaan; zij is eindelijk in het „Werckhuys" terecht gekomen. Een an dere van zijn dochters Adriaentgen ge- heeten, was gehuwd met den talentvollen Amsterdamsohen stillevenschilder Pi eter Roestraten. Schildcrsbloed. Van Hals' zonen hebben er zes de schilders loopbaan gekozen en 't is waarschijnlijk dat zij de auteurs zijn van menige copie van 's meesters werken, ofschoon er in 't geheel maar weinig schilderijen van hen bekend Een uitzondering hierop maakt zijn zoon en naamgenoot Frans de Jonge, ge-bo ren in 1618, wiens werken vaker voorkomen en die stillevens schilderde, welke een toe speling op de vergankelijkheid moesten voor stellen. Ook zijn er, voorzien van hetzelfde monogram, een aantal gezichten op schuren en boerendelen bekend. In 1643 trouwde hij met Hester Jans van Groen eveld t Aan zijn zoon Harm en, geboren in 1611, Worden eenige volkstypen toegeschreven, stoere kerels, doch wat ruw van voorkomen; overigens werkte hij geheel in den trant van zijn vader. Zijn zoon Jan of Johannes, wiens ge boortejaar onbekend is, schilderde meest kleine figuren in een binnenhuis. Het Haar- lemsche museum bezit zulk een stukje van hem Toch heeft hij ook eenige zeer ver dienstelijke levensgroote portretten gemaakt, die sterk den invloed van zijn vader ver raden. Den 12 Januari 1648 trouwde hij met de Haarlemsche jongedochter Maria de Wit, die echter een half jaar later reeds overleden was. Den 16 Mei 1649 hertrouwde hij met Saertje Gerrits, ook van Haar lem. Hij had het arm, zoodat zijn twee kin deren in 1654 in een weeshuis werden ge plaatst C 1 a e s, geboren in 1628 en overleden in 1686, was een schilder van binnenhuizen en stadsgezichten, waarschijnlijk ook van por tretten. Zijn schilderijen zijn zeer zeldzaam, misschien nam de brouwerij, die hij er sinds 1664 op na hield, hem te veel in beslag. Toch is het Mauritshuis in den Haag zoo gelukkig een schilderstuk van hem te bezitten, dat een lezend meisje voorstelt, en dat hem als een zeer begaafd figuurschilder doet ken nen. Den 15 April 1672 werd hij ingeschreven als lid van de Gereformeerde Kerlc. Van R e y n i e r, geboren in 1630, kent men eenige levensbijzonderheden, men weet zelfs wie als getuigen bij zijn doop optraden. Hij huwde in 1654 met Margaretha Lode- vvijkx, een jonge dochter uit Amsterdam, waar hij na 1659 ook is gaan wonen. Hij heeft deze vrouw maar kort mogen behouden en is in 1659 hertrouwd met Lysbeth Pieters Groen, in de wandeling Moer Hals genaamd. Dit echtpaar blonk niet uit door edele hoedanigheden: hij was van een vechtlustige natuur en zat diep in de schuld en toen hij in 1672 stierf en zijn vrouw met twee onmondige kinderen achterliet, leidde zijn weduwe een zeer ongeregeld leven. Zij „geneert haer met koppelen, besteeden en bestellen van hoeren en ligtvaardige per sonen", zoo werd in 1675 van haai- getuigd. Zij heeft haar man tot 1689 overleefd en is op het Westerkerkhof te Amsterdam hegra ven. Bij haar dood werd zij als „uitdraag ster" vermeld. Slechts drie of vier schilderijen zijn van Reynier Hals bekend. Een er van stelt voor een vier- of vijfjarig meisje, misschien wel een van zijn kinderen, blijkbaar uit zeer eenvoudigen stand, dat bezig is uit een stee- men pot pap off soep te eten. Dat stuk be rust m het Hals-museum te Haarlem, daar aan afgestaan door den heer Arthur Kay te Glasgow. De zoons van Frans Hals werden zeer slecht betaald voor hun schilderijen, zij hadden dan ook allen een kommervol be staan. Verder had onze schilder nog een zoon 'Anthony, die ook schilder was en einde lijk nog 'n zoon P i e t e r, die aan geestelijke minderwaardigheid of aan zwakzinnigheid leed. Hij werd evenals zijn zuster Sara in het 7,Werckhuys" opgenomen, waarvoor ver schillende instellingen van weldadigheid de kosten bijdroegen, omdat zijn vader die niet betalen kon. Uit dit alles blijkt wel, dat de groote kun stenaar niet veel genoegen van zijn kinderen beleefd heeft en dat hot een tragisch lot was, dat hem en den zijnen beschoren was. Het is al achteruitgang, inzinking en ont aarding, wat we hier aanschouwen en dat MANSPORTRET, 1625. VenamSir Richard Wallace te landen.) letteren, want hij was, evenals zijn broeder Dirk, in 1617 en 1618 eerelid van de rede rijkerskamer „De Wyngaerdtranken" en van 1616 tot 1625 was hij „beminnaar" van de kamer „Liefde bovenal". Ook was hij overman van het St. Lucas- gilde. Met dat al stond de beschaving van o kunstenaar niet hoog, hij was een „vroolijke Frans" en leidde met zijn tweede vrouw ongeregeld leven. Zijn levensgedrag was niet onberispelijk, hij dronk meer dan betamelijk was en het gevolg was, dat hij veelal geld gebrek in huis had en overal schulden maakte. Hij stond in do schuld bij bakkers en slagers, schoenmakers en lin- ncnverkoopers, bij de leveranciers van boter, kaas, eetwaren, wegens huishuur en wat niet al. Soms gaf hij een of meer van schilderijen als onderpand voor de verschul digde gelden. Wat hem vooral niet tot verstrekte was dat hij ook schulden had wegens „verteert gelach" in verschillende herbergen. Ook kreeg hij geen werk meer, zoodat hij tot diepe armoede verviel en het scheen wel of de droevige omstandigheden, waarin hij verkeerde, zich weerspiegelden in de donke re kleur van zijn latere werken. En toch bleef hij in 1665 toen hij zelf reeds armlastig was en in de meest benarde omstandigheden verkeerde, nog borg voor zijn schoonzoon Abraham Hendrixe Hulst, die het dus onk al niet breed had, voor het vooral in die dagen niet onaanzienlijk bedrag van ruim 458 gulden, wegens aan hem geleverde boter, zeep en andere waren. In 1654 verkeerde Frans Hals reeds in zulk een geldnood, dat hij een schuld van 200 gulden bij zijn bakker Jan Ykessz niet in staat was te betalen. Ter vergoeding daar voor stond hij den bakker vijf schilderijen af van Karei van Mander, van Maerten van Heemskerck en van hemzelven. Onze schilder schijnt ook niet gemakkelijk in den omgang te zijn geweest. In 1633 was hem opgedragen het schilderen van een schutterstuk voor Amsterdam, n.l. „het Corporaalschap van ka pitein Reynier Reael en luitenant Cornells Michielsz Blaeuw", de z.g. „Magere Compag nie". Van afmaken van dit schilderij kwam echter niets, ook niet toen hij in 1636 door een notaris hiertoe werd aangemaand. Dit kwam omdat de heeren uit Amsterdam niet naar Haarlem wenschten te komen om voor Hals te poseeren en h ij niet naar Amsterdam verkoos te gaan. Het schilderij is toen vol tooid door den Amsterdamschen schilder Pie ter Cod de in 1637. Het hangt in het Rijks-museum. Den 29 Augustus 1666 is deze rijkbegaafde, maar ongelukkige kunstenaar in den ouder dom van 85 of 86 jaar gestorven en den len September is hij op het koor van de St. Bavokerk begraven. De groote man had ech ter nog niet eens een eigen graf, hij werd bijgezet in 't graf van een ander, wiens naam en wapen op den grafsteen prijken, waaronder ook zijn gebeente rust In 1924 heeft men echter op zijn graf (dat nauwkeu rig bekend is) een steen met opschrift ge legd, dat den naam vermeldt van den grooten meester, die daar begraven ligt. Bovendien heeft men in den Zuidelijken kooromgang marmeren epitaaf aangebracht met de bronzen beeltenis van Frans Hals en daar onder de woorden: Zijn hoogbejaarde weduwe Lysbeth Rey- niersdochter bleef na den dood van baar man in de diepste armoede achter. In dezen nood wendde zij zich om onderstand tot het stadsbestuur, dat haar daarop uit de armenkas een wekelijksohe toelage van 14 stuivers ver leende. Dr. Bredius, die dit vermeldt, heeft de aanteekening gevonden, waarin haar dit bedrag werd toegezegd: „bij provisie weecken uyt het rapsodium ofte uyt de demnatien ten behoeve van de Armen te ontvangen veertien stuyvers". En dan gaat hij voort: „Er stond eerst „twaelf". Het is alsof wij de vergadering bijwonen. Men schrijft reeds: twaalf. Een der heeren, met medelijden be wogen, vindt dat toch wel wat heel min „Nu dan, laten wij er veertien van maken. Vinden de andere heeren het ook goed?" En zoo werd twaelf doorgehaald en kreeg Lysbeth Reyniersdochter veertien stuivers per week". Dat was dan het droevig lot van een grootste kunstschilders, die ons land heeft voortgebracht. Met zóóveel talenten en gavi door God bedeeld, dat zijn werken thans met geen goud te betalen zijn, moest hij vergeten, miskend en aan de bitterste armoede ten prooi, zijn leven roemloos eindigen! In weerwil van de weinige waardeering, die zijn toch zoo geniale kunst vooral in den Iateren tijd van zijn leven ten deel viel, ja van de miskenning, die hij moest ondervin den, heeft Frans Hals toch op de schilders van zijn tijd oen grooten invloed uitgeoefend, zóó zelfs, dat er misschien hon derden schilderijen zijn, waarvan men niet weet of zo aan hem of aan een zijner volgers toe te schrijven zijn. Zóó heeft i gepoogd hem na te volgen en in te dringen in zijn manier van schilderen. Dit was om maar enkelen te noemen het geval met Gerard ter Borch, Pioter Codde, Gabriël Metsu, Hendrick Gerritsz. Pot, Jan Miense Molenaer en diens vrouw Judith Jans Lev ter. Deze laatste volgde Frans Hals zoo g trouw na, dat een groot gedeelte van haar schilderijen aan hem zijn toegeschreven en als zoodanig zijn betaald. Ook heeft de groote meester talrijke leer lingen gevormd, die op zijn sohilders-werk plaats hun opleiding ontvingen. Hiertoe he hooren Gerrit Adriaensz. Berckheyde, Adriaen Brouwer, Adriaen van Ostade, Phi lips Wouwermans en vele anderen. Ook op Jan Steen, die gedurende Frans HMs' laatste levensjaren te Haarlem woonde moet hij 'n diepen indruk hebben gemaakt, gelijk duidelijk blijkt uit den humor en het lachen zijner figuren. Zoo verraadt met name zijn „Rommelpotspeler" in hooge mate den invloed van Frans 1-Ials. Uit dit alles zal, voor wie het nog niet wist, duidelijk zijn geworden hoe ontzaglijk veel Frans Hals, de groote Haarlemsche schilder, heeft bijgedragen tot den bloei en den roem van de Hollandsche schilderschool. E. D. J. DE JONGH Jr. Gemengd Nieuws. GROOTE BOERDERIJBRAND Zondagnacht is de kapitale boerderij van de weduwe Ven der Koppel te Dussen tot den grond toe afgebrand. Niets kon worden gered. Bewusteloos werd de 85-jarige be woonster door eenige personen gered. De nieuw ingehaalde oog&l ging in vlammen op. De oorzaak van den brand is onbekend. Verzekering deikt de 6dhade. AUTO TE WATER GEREDEN TENGEVOLGE VAN DEN MIST. Door den dikken mist is te Broek op Lam- gendijk de anto van den heer Bosman, waarin ook nog vier andere personen waren gezeten, i,n de diope vaart langs den Twuy- verweg gereden. Aan alle inzittenden ge lukte heit weer op het droge te komen. Al leen hadden zij enikele verwondingen be komen. DOODELIJK AUTO-ONGELUK. Zondagmiddag reed de 32-jarige mej. M Wien met haar kind bij het oversteken van den Grindweg te Wageningen, tegen de auto m D. M. Bolkestein, uit Rotterdam, aan Zij kwam zoo ernstig te vallen, dat zij met n schedelfractuur in liet ziekenhuis moest worden opgeonmen, waar zij is overleden. Het kind bleef ongedeerd. Den automobielist treft geen schuld. MOTOR BOTST TEGEN ANTO. Even buiten Dorst botste een motor tegen een auto. De motorbestuurder, afkomstig uit Den Haag, werd zwaar gewond opgenomen cn later naar het St. Ignatiue-ziekenhuis te Breda vervoerd. De duo-passagier bleef on gedeerd. Zondagavond is het tusschen de politie en het samenscholend publiek te Bussum tot een ernstig treffen gekomen. De oorzaak was een dronken arrestant, die ernstig ver zet pleegde en waarvoor het publiek partij trok. De politieagent K. werd ernstig mis handeld. Toen er assistentie kwam, poogde men den arrestant te bevrijden, waarbij de politie herhaaldelijk van sabel en gummi stok gebruik moest maken. Voor het hoofdbureau op den Huizerweg drong omstreeks middernacht een groote menigte saancn met de bedoeling, het bu reau te bestormen. De marechaussee werd te hulp geroepen, en met de blanke sabel werd een aanval ondernomen, waarbij harde klappen vielen. Tenslotte gelukte het de menigte te verspreiden. Een der belhamels is in zijn woning aan den Laarderweg ge arresteerd; dat was een zekere R., varensge zel, die ter beschikking van de justitie is ge steld wegens openlijke verzetplegirtg. DE ONTVLUCHTE PSYCHOPAAT. Te Enschedé heeft de politie aangehouden de uit het psychopaten-gesticht te Leiden ontvluchte H. S. Pas na hevig verzet was het mogelijk hem te arreste-aren. Waar «chijnlijk heeft hij zich ook schuldig ge maakt aan twee kleine diefstallen met i-n sluiping in de gemeente Lonmeker in den nacht van Vrijdag op Zaterdag gepleegd. MIJNWERKER DOODGESTOKEN. Te Nieuwenhagen is de 20-jarige Duitsche mijnwerker K. doodgestoken. Hij kreeg mes steken in de borat, rug en hals. De dader eveneens een Duitscher, 21 jaar oud, is ge arresteerd. DOOR EEN FLAUWTE OVERVALLEN. Doodelijk auto-ongeluk te Zeist. De 53-jarige heer Van S., uit Amsterdam, werd op den Driebergschen weg bij Zeist, toen hij daar in zijn auto reed, door een flauwte bevangen, met het gevolg, dat de wagen tegen een boom botste. Ernstig ge wond werd de heer Van S. met zijn echtge- noote, die mede in den auto zat, naar liet ziekenhuis overgebracht. Daar ia bij korten tijd la-ter overleden. VERDRONKEN. Zondag is itn den Rijn bij Huissen (Bet. bij het spelen het 8-jarig zoontje van den caféhouder B. te water geraakt cn ver dronken. Bij Heteren is een jongen, die zich in een boot op den Rijn begaf, te water geraakt en verdronken. Het 6-jarig zoontje van den arbeider A. H. te Zeijervekl, is ip een wijk bij huis ver dronken. BRANDKAST OP HET BEEN. Bij het transporteeren van een brandkast van de boven- naar de benedenverdieping eener villa aan den A mst el-dijk te Niauwer- Amstel, brak een der touwen, waarmede de kast tegengehouden werd. Een der werklie den, de 33-jarige transportkneoht K. de V., uit Amsterdam, kreeg de kast op zijn rech- teronderbeen, dat nagenoeg verbrijzeld w rd. 1-Iij werd per auto naar een ziekeninrichting te Amsterdam overgebracht. DE EMMABLOEM-COLLECTE. De netto-opbrengst der EmmaMoem-col- lecte heeft dit jaar f 186.70,23 bedragen te gen 154.065.21 in 1929. De gemiddelde op brengst per bloempje was 12.87 (v. j. 11.63) c DE TROMPETTER VAN DEN WAPENSTILSTAND In Besan^on is overleden de Fransche trom petter Jules Sellier, die op 11 Nov. 1918 in het Bosch van Compiègne het signaal van den wapenstilstand blies. AUTO TE WATER. Een auto, waarin een geneesheer was ge zeten, zou gisteravond te ongeveer zes uur de brug oprijden van de Prinsengracht bij de Spiegelgracht te Amsterdam. De wagen kon de helling niet halen, gleed achteruit en kwam in de gracht terecht. De dokter werd door toesnellen-de burgers spoedig ge red. De wagen werd later door de reddi-ngs- wagen van de brandweer op den wal ge- heschen. MOTOR CONTRA AUTO. Zondagmiddag is de motorrijder J. J., Uit Hees bij Nijmegen te Scherpenzeel, tenge volge van niet voldoende uitwijken, tegen een auto opgereden. De heer J. werd tegen den weg geslingerd en in bewusteloozon toestand opgenomen. Hij is naai- het zieken huis te Amersfoort overgebracht. De duo-rijder kreeg eenige ontvellingen. VECHTLUSTIGE LIMBURGERS. Aan den Valkenburgwag te Heerlen heeft een vechtpartij plaats gehad, waarbij een der vechtenden, de 26-jarige losse werkman B. uit Heerlen een levensgevaarlijken steek wond aan den hals heeft opgeloopen. De vermoedelijke dade-r had de vlucht genomen en werd door het pub!eik achtervolgd; hij wist echter te ontkomen. In den nacht is hij, een 37-jarige H. uit Klimmen, door de recherche in een café te Voerondaal on-nge houden. Hij heeft reeds verscheiden veroor deeli-ngen wegens mishandeling achter den rug. AUTO IN GREPPEL GEREDEN. Op den rijksweg ond-er Nijmegen, bij het buiten Ileijendaal Ie een auto waarin zich bevonden dr. Stiemens en zijn dochter uit Gennep en achterin twee dames en een heer uit Amsterdam, mej. P. Apeldoorn, mej. J Zurmühlen en O. Schutte, inspecteur bij do N'ed. Spoorwegen in snelle vaart tegen een op den berm staande lantaarnpaal ga red-en c-n in een greppel terecht gekomen Dr. Stiemens en zijn dochter, die de auto bestuurde, zijn ernstig gewond naar het na bij gelegen SL Candsiusz-ickenhuis vervoerd De anderen bekwamen geen noemenswaar dige verwondingen. De auto is zwaar ge hovend. HET NOODWEER TE OLST EN RAALTE. Het ligt in de bedoeling uit verschillende land-bouw-organisaities een commissie te be noomen, dóe de 6teunverleening aan de slachtoffers van het noodweer, dat Donder dagavond de omstreken van Raalte en Dist teisterde, zal ter hand nemen. Voor het gezin van den landbouwer NiJ meyer, wiens boerderij, 't Lentelo, zooals men weet, door het vuur verwoest werd, heeft men een houten noodwoning gebouwd Het bezoek aan de geteisterde streek was Zondag ongemeen druk. Honderden belang stellenden waren per auto of flets van hein de en ver gekomen om de verwoestingen in oogensohouw te nomen. BIJ HET BADEN VERDRONKEN. Aan de stuw te Borgharen is de 17-jarige arbeider Ilekker bij het baden i-n de Maas verd-njiken. Bij het baden in de gemeente badtorich ting te Venlo is verdronken de 24-jarige on gehuwde tuinarchitect C. de Groot, wonende te Blerik. Gisteravond is de 19-ja.rige Schellens, kantoorbediende te Gormohem, in het Ka naai van Steenenhoek bij li-et zwemmen ver dronken. Hoewel de sleepagcnt Bakstijn na twee maal duiken den drenkeling spoedig op hel droge wist te brengen en door inmiddels ontboden geneesheer-en, dr. Schoyer cn dr. Bauer nog kunstmatige ademhaling werd toegepast, bleken de levensgeesten reeds te zijn geweken. Het slachtoffer was afkomstig uit Nijmegen. Radio Nieuws. Tijdsein. 10,3'>— U 2 T)j<lsein. 2—2.45 J 4,15—5 Grsmofoonpti Kinderuurtje te leli i. te Delft, rnet mede met medewerking: v. n de dame*; itterdam. ung; T Stelni te Hll- 6 Ttjtfceln 7.15 Concert: de ■ÉMl. de i Diai Koers plai 7.15—8 Spre do heer H. J. sterdam. Onderwerp: ..Kalenderhcrvori Welk standpunt heeft de Christenheid hieru over te nemen»' 8 Tijdsein. 8—11.30 Vit: avond. Spreker; de neer Ferd. Kloek le vorsum. Onderwerp; „De beteekenis van de ziek in den Bijbel". Concert te geven door Leera ren. Gemengd Koor c-n Strijkorkest van ,,l>» Nieuwe Muziolwchool" te Utrecht, Zeist en Bilt- hoven (Directeuren: Barend Renden en Fraui v. d. Mcyden). Solisten: Jeanne Ruygrok, *anr; Barend Renden, clavicembalo; Ludweg Werner viola da gamba. Piet van den Hurk. fluit. Ge mengd koor en Strijkorkest van „de Nieuws Muziekschool", onder leiding van riet Tlggers en d. Meydcn. In de pauze: Persberichten Amsterdam. Hll» u V.\« Dia: HILVERSUM (1875 M l VPRO 1010.15 Mor. VARA 13 Politieberichten. 12.15 Gra. .30 Kinder- 4.30 Orgel. rt. 2 Toespraa! lalfuurtje. Land- en Tuinbouw. DE LANDBOUWWEEK TE WAGENINGEN. De heer v. d. Broek behandelde: „De gom- ziekte bij de kersen". Een beschrijving van deze ziekten werd gegeven, waarna proeven werden besproken, waaruit bleek, dat de be strijding een voedingskwestie ls. De heer Schoevors behandelde de bestrij ding van appelwunts, zaagwesp, steenrups, frambozen kevertje en galmijt. Ir. Hus behan delde de bestrijding van de appelbloesem- kever. Ir. van Poeteren besprak: „De bastaard- satijnvünderplaag". Een gemeenschappelijk overleg tusschen de hoofden van Rijks- en Provinciale Waterstaat. Directeuren van lie; Staatsboschbeheer en Ned. Heidemaatschap pij en den Plantenziektenkundigen Diens gaf volgens Spr. tot resultaat, dat volledig uitroeien niet mogelijk werd geacht wegens de geweldige kosten. Wel werd het mogelijk geacht schade en overlast van de aan de wegen wonenden te voorkomen door langs weggedeelten, waar huizen of boomgaarden stonden de boomen van nesten te zuiveren. Deze bestrijding zal ook nog in do volgeml- jaren gevolgd dienen to worden. Vermindering van de plaag is wel wwu schijnlijke maar in welke mate kan nog nie gezegd worden. Bescherming van de vogel, is een eerste vereischte. Do Plantziektenkundige Dienst zal voort gaan aanwijzingen in dozo te geven voor zoover economische bestrijding mogelijk is. De landbouwweek werd door drie honderd personen bezocht, w.o. Belgen en Bulgaren. DE PAARDENFOKKERIJ IN NEDERLAND. Het aantal gedekte merriën door hengsten van het trekpaardenras en van het tuigpi^p- denras in 1924, 1928 enN 1920 bedroog (op honderdtallen afgerond) voor: Trekpaarden Tulgpaarden Totaal 1924 49.600 15.600 65.200 1925 35.400 7.100 42.500 1929 28.200 6.500 34.700 VROEGE AARDAPPELEN. Het Uitvoer Controle Bureau besloot de sortecring der vroege aardappelen op heden in drieën to laten ingaan. De maten dier sorteering zijn als volgt: I een doorsnede van 2838 m.m. II een doorsnede van 3655 m.m. III een doorsnede van 50 num. en meer. PROEFTUIN GORINCHEM. De groote centrale verwarming van den proeftuin Gorinchem zal in Augustus worden aangelegd. MOND- EN KLAUWZEER. In de gemeente De Werken en Sleeuwijk breidt het mond- cn klauwzeer zich steeds moor uit. Er zijn gevallen met doodelijken afloop waargenomen. VOORTDURENDE LANDBOUWCRISIS. De inzinking van de pry zen der akker bouwproducten vindt nog steeds voortgang. Met uitzondering van den haverprys die op hetzelfde peil bleef en den suikerpry's die eenige styging vertoonde, waren de prijzen van alle andere dezer producten weder lager dan vorige maand. Dienter gevolge i3 ook het groeps-indexcyfer aanmerkelijk gedaald. - Het verloop der indexcijfers won de veeteelt producten was eveneens weinig bevredigend. Weliswaar zyn de cijfers voor rundvlee^h en boter eenigszins hooger, doch die voor de andere producten vooral varkensvleesch, kaas melk en eieren zijn niet onbelangriik ge- daald zoodat het indexcijfer voor de vee teeltproducten en1 ook het nlgemeene index cijfer voor de landbouwproducten aanzien lijk lager was. De voedermiddelen zijn voorts nog eenigs zins in prys gedaald, terwijl Thomas slakke- meel en de Kali duurder waren. DE PROEFBOERDERIJ TE HAARLO. De Geld. Ov. Mij. van Landbouw besloot tot het aanschaffen van een drooginrichting waar monsters van de perceclcn der proef velden gedroogd kunnen worden, welke inrichting in de proefboerdcrij te H&arlo zal worden geplaatst. INGEZONDEN MEDEDEELIN3 DE MEEST GANGBARE bij Uw kruidenier zijn: V. ROSSEM's STER zacht, geurig, krachtig 65 cl. No. 1 geurig, zwaar 55 cL No. 3 geurig, zuiver 45 cl No. 4 goed, zuiver40 cl. per half pond door ARTHUR K. SOUTHON. (21 Dein Hausas viel deze ongewone ontvangst evenzeer op als Fane zelf. Ze volgden hem op den voet en ontblootten hun bajo netten op beteekenisvolle wijze. Sergeant Achmed maakte zich de tolk van hun onrust op fluisterenden toon: „Kwand-i sohijn-t vandaag niet erg op de komst der politie- troepen. D'r schijnt hier iets aan de hand te zijn". „Ja, houd je mannetjes bij elkaar, sergeant. Ik ga naar het paleis en we zullen wel eens kijken, wat daar te doen is." Dat was hij ook van plan. Maar door den hardlooper was de koning bereids verwittigd van zijn komst Had hij onaangediend kunnen binnendringen dan zou hij weer den halfbloed gezien hebben, die hem bij Mperu ontsnapt was. Hij zou hem op vurigen toon haat ein opstand tegen het blanke ras hebben hooren preeken. Maar toen Fane onder de lage ingang van het leeme paleis door dook, was Tulasd behoedzaam verdwenen in een van de donkere kamers van dit konijnenhol, waar hij zioh veilig verstopt had. Op zijn gelaat lag een uitdrukking van wraakzuchtige triomf. Zijn plan om een rijk te stichten, lukte prachtig en Fane's plots ver schijnen was hem niet onwelkom. De koning was precies afge richt op zoo'n ontmoeting en Tulasd wist, dat hij zijn rol goed zou spelen. Want de vrees voor Mimba-Karo, den grootsten der goden, had den koning dermate aangegrepen, dat hij zelfs zijn ontzag voor de wet van den blanken man en zijn vriendschap voor den Commissaris vergeten had. HOOFDSTUK IX. OPROER IN KWANDI. Het paleis van Kwandi was gebouwd in den vorm van een groot vierkant, met een open plek in het midden. Het groote bladeren dak rustte op de buitenmuren en was aan de binnen zijde geschraagd door houten pilaren, die op primitief-realistische wijze gebeeldhouwd waren met vrouwenfiguren en groteske ruiters. Van buiten leek het wel één groote muur van zondoor- bakken leem mót slechts een kleine opening erin aan elk der vier zijden, de lage poort, waardoor ieder moest uit- en ingaan. De vertrekken warren laag en donker, maar 'n ruime galerij liep langs al die kamers, die dicht bezet was met een soort banken van roode klei. Aan de binnenzijde van het paleis was het dak slechts vier voet boven den grond, om de zaal koel te houden, zoodat iemand die de galerij wilde betreden zich eerst vierdubbel moest opvouwen, wilde hij er door kunnen. Op één plek, was evenwel een nieuw doorgang gemaakt precies tegenover de hoofdpoort, waar een soort koepel gebouwd was; waarin een po dium was van roode aarde. Hierop zat de koning iederen dag om audiëntie te verleenen en reoht te spreken. De open ruimte in het paleis was zoo ruim, dat daar gemakkelijk vijf duizend menschen een plaats konden vinden. Toen Harey Fane was binnencgegaan, snapte hij waarom hij geen manspersoon op de markt gezien had. Met een vlugge blik links en rechts terwijl hij de galerij over liep, had hij bemerkt, dat de leemen banken in het midden dicht bezet waren met mannen en aan den overkant ontdekte hij nog honderden bloote beenen, die juist zichtbaar waren van onder het laag neerhangende dak. Recht tegenover hem, midden onder de koepel, zat de koning, achterover geleund in leoren kussens. Hij maakte geen annstalto om op te rijzen, toen de commissaris aankwam een openlijke boleediging, die den politieman niet vriendelijker stemde. Mot 'n enkel woord legde Fane hem het zwijgen op, en daarop wandelde hij de. binnenplaats over, tot hij recht voor den koning stond. Door de stilte, die op zijn entree was gevolgd, kon hij duidelijk de snelle ademhaling van die honderden mannen hooren en hij zag, dat iedereen gewapend was met een Jachtgeweer of een speer of een ijzeren hartsvanger. Aan den udtereten rand van het podium bleef hij staan. De koning keek ietwat onbenullig in de doordringende grijzo oogen, die hem In zijn ziel schenen te willen boren, maar hij hield ook zijn mond. 1-Iet was een botsing tusschen twee karak ters. Fane had vast besloten,, den koning 't eerst te laten spre ken, want hoe klein ook 't was ongetwijfeld (jen doelpunt in den wedstrijd. Langen tijd, zoo althans leek het in do oogen van de toeschouwers, wier zenuwen tot het uiterste gespannen waren, sprak geen van beiden. Maar eindelijk moest de koning op zij gaan voor dc sterke persoonlijkheid van den blanke. „Welkom, Teribi-ekun", zei hij met een ongure stem. „Waarom blijft ge op uw kussens liggen, als de vertegen woordiger van don grooten koning der blankon in uw paleis komt? De koning kent de gebruikelijke ceremonie en vroegor heeft hij zich daar ook altijd aan gehouden. Is do koning soms moe?" vroeg Fane op kouden toon. „Ik ben ziek en kan niet opstaan", loog de vorst - „'t Spijt me dat te hooren", antwoordde Fane, die deed, alsof hij het geloofde. „Hebt u eenlangen reis gemaakt?" „Ik kom van het offorbosch in het oerwoud, waar ik iets zag, dat niet goed was". Fane wierp de beschuldiging er zoo plotseling uit en met zoo'n striemende klank ln zijn stem, dat de oogen van don koning even knipperden; >en moment scheen de vrees hom te over- meesteren. Zichtbaar probeerde hij zich to herstellen en weer had hij een uitvlucht: „Welke offerplek bedoelt u ©n wat was er niet goed?" „Een offerplek, hier twee uur vandaan, heelemaal nieuw, en een man daarin, die doodgemaakt was op de manier van uw voorouders, als zij de goden wilden behagen." „Mij is niets bekend van zoon offerplek", antwoordde de koning halsstarrig, „en bovendien is er \an t jaar nog geen menschenoffer gobracht." „Hebt u mijn beet-belastJng gemd?" vroeg Fanc fti, ineens van onderwerp veranderend, waardoor do koning in de war gebracht werd. „Neen, mijn volk is aim cn zij kunnen het niet betalen. Do oogst is mislukt, want de godon zijn vertoornd op ons, omdat wij u gehoorzamen cn niet hen. Daarom hebben zc ons gestraft op deze wijze." „Als u maar zegt, dat Ik hot spoedig heb." „Misschien. Als do goden ons weer gunstig zijn." Fanc gaf geen antwoord. Toen, met stem verheffing, zoodat heel dc opeengepakte mcnschenmassa het duidelijk verstaan kon: (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 9