FRANS HALS
KOFFIE-SOORTEN
EEN GELE NAPOLEON
DINSDAG 8 JULI 1930 'T" DERDE BLAD PAG. 9
HOE HET ZIJN KINDEREN VERGING aan 'n familie, waaraan zoo heerlijke talen
ten geschonken waren!
Ook de broeders van Frans Hals, Dirk en
Toost waren schilders, zoodat het schil
derselement wel sterk in de familie Hals
vertegenwoordigd was. Van Dirk, die in 't
eind van zijn leven nog een tijdlang in Lei
den heeft gewoond, bezit het Rijks-museum
een paar schilderijen. Hij was een talentvol
schilder van vroolijke gezelschappen.
Frans Hals had ook liefhebberij voor de
TRAGISCHE LEVENS...
Zijn beteekenis voor de Hollandsche
kunst
III (Slot.)'
Frans Hals was met een groot aantal kin
deren gezegend; hij had er twaalf: zeven
zonen en vijf dochters. Zijn oudste dochter
Sara, geboren in 1617, heeft door haar licht
zinnig en zeer onzedelijk gedrag haar vader
veel verdriet aangedaan; zij is eindelijk in
het „Werckhuys" terecht gekomen. Een an
dere van zijn dochters Adriaentgen ge-
heeten, was gehuwd met den talentvollen
Amsterdamsohen stillevenschilder Pi eter
Roestraten.
Schildcrsbloed.
Van Hals' zonen hebben er zes de schilders
loopbaan gekozen en 't is waarschijnlijk dat
zij de auteurs zijn van menige copie van 's
meesters werken, ofschoon er in 't geheel
maar weinig schilderijen van hen bekend
Een uitzondering hierop maakt zijn zoon
en naamgenoot Frans de Jonge, ge-bo
ren in 1618, wiens werken vaker voorkomen
en die stillevens schilderde, welke een toe
speling op de vergankelijkheid moesten voor
stellen. Ook zijn er, voorzien van hetzelfde
monogram, een aantal gezichten op schuren
en boerendelen bekend. In 1643 trouwde hij
met Hester Jans van Groen eveld t
Aan zijn zoon Harm en, geboren in 1611,
Worden eenige volkstypen toegeschreven,
stoere kerels, doch wat ruw van voorkomen;
overigens werkte hij geheel in den trant van
zijn vader.
Zijn zoon Jan of Johannes, wiens ge
boortejaar onbekend is, schilderde meest
kleine figuren in een binnenhuis. Het Haar-
lemsche museum bezit zulk een stukje van
hem Toch heeft hij ook eenige zeer ver
dienstelijke levensgroote portretten gemaakt,
die sterk den invloed van zijn vader ver
raden. Den 12 Januari 1648 trouwde hij met
de Haarlemsche jongedochter Maria de
Wit, die echter een half jaar later reeds
overleden was. Den 16 Mei 1649 hertrouwde
hij met Saertje Gerrits, ook van Haar
lem. Hij had het arm, zoodat zijn twee kin
deren in 1654 in een weeshuis werden ge
plaatst
C 1 a e s, geboren in 1628 en overleden in
1686, was een schilder van binnenhuizen en
stadsgezichten, waarschijnlijk ook van por
tretten. Zijn schilderijen zijn zeer zeldzaam,
misschien nam de brouwerij, die hij er sinds
1664 op na hield, hem te veel in beslag. Toch
is het Mauritshuis in den Haag zoo gelukkig
een schilderstuk van hem te bezitten, dat
een lezend meisje voorstelt, en dat hem als
een zeer begaafd figuurschilder doet ken
nen. Den 15 April 1672 werd hij ingeschreven
als lid van de Gereformeerde Kerlc.
Van R e y n i e r, geboren in 1630, kent men
eenige levensbijzonderheden, men weet zelfs
wie als getuigen bij zijn doop optraden. Hij
huwde in 1654 met Margaretha Lode-
vvijkx, een jonge dochter uit Amsterdam,
waar hij na 1659 ook is gaan wonen. Hij
heeft deze vrouw maar kort mogen behouden
en is in 1659 hertrouwd met Lysbeth
Pieters Groen, in de wandeling Moer
Hals genaamd. Dit echtpaar blonk niet uit
door edele hoedanigheden: hij was van een
vechtlustige natuur en zat diep in de schuld
en toen hij in 1672 stierf en zijn vrouw met
twee onmondige kinderen achterliet, leidde
zijn weduwe een zeer ongeregeld leven.
Zij „geneert haer met koppelen, besteeden
en bestellen van hoeren en ligtvaardige per
sonen", zoo werd in 1675 van haai- getuigd.
Zij heeft haar man tot 1689 overleefd en is
op het Westerkerkhof te Amsterdam hegra
ven. Bij haar dood werd zij als „uitdraag
ster" vermeld.
Slechts drie of vier schilderijen zijn van
Reynier Hals bekend. Een er van stelt voor
een vier- of vijfjarig meisje, misschien wel
een van zijn kinderen, blijkbaar uit zeer
eenvoudigen stand, dat bezig is uit een stee-
men pot pap off soep te eten. Dat stuk be
rust m het Hals-museum te Haarlem, daar
aan afgestaan door den heer Arthur Kay
te Glasgow. De zoons van Frans Hals werden
zeer slecht betaald voor hun schilderijen,
zij hadden dan ook allen een kommervol be
staan.
Verder had onze schilder nog een zoon
'Anthony, die ook schilder was en einde
lijk nog 'n zoon P i e t e r, die aan geestelijke
minderwaardigheid of aan zwakzinnigheid
leed. Hij werd evenals zijn zuster Sara in
het 7,Werckhuys" opgenomen, waarvoor ver
schillende instellingen van weldadigheid de
kosten bijdroegen, omdat zijn vader die niet
betalen kon.
Uit dit alles blijkt wel, dat de groote kun
stenaar niet veel genoegen van zijn kinderen
beleefd heeft en dat hot
een tragisch lot
was, dat hem en den zijnen beschoren was.
Het is al achteruitgang, inzinking en ont
aarding, wat we hier aanschouwen en dat
MANSPORTRET, 1625.
VenamSir Richard Wallace te landen.)
letteren, want hij was, evenals zijn broeder
Dirk, in 1617 en 1618 eerelid van de rede
rijkerskamer „De Wyngaerdtranken" en van
1616 tot 1625 was hij „beminnaar" van de
kamer „Liefde bovenal".
Ook was hij overman van het St. Lucas-
gilde.
Met dat al stond de beschaving van o
kunstenaar niet hoog, hij was een „vroolijke
Frans" en leidde met zijn tweede vrouw
ongeregeld leven. Zijn levensgedrag was niet
onberispelijk, hij dronk meer dan betamelijk
was en het gevolg was, dat hij veelal geld
gebrek in huis had en overal schulden
maakte. Hij stond
in do schuld
bij bakkers en slagers, schoenmakers en lin-
ncnverkoopers, bij de leveranciers van boter,
kaas, eetwaren, wegens huishuur en wat
niet al. Soms gaf hij een of meer van
schilderijen als onderpand voor de verschul
digde gelden. Wat hem vooral niet tot
verstrekte was dat hij ook schulden had
wegens „verteert gelach" in verschillende
herbergen.
Ook kreeg hij geen werk meer, zoodat hij
tot diepe armoede verviel en het scheen wel
of de droevige omstandigheden, waarin hij
verkeerde, zich weerspiegelden in de donke
re kleur van zijn latere werken. En toch
bleef hij in 1665 toen hij zelf reeds armlastig
was en in de meest benarde omstandigheden
verkeerde, nog borg voor zijn schoonzoon
Abraham Hendrixe Hulst, die het dus onk
al niet breed had, voor het vooral in die
dagen niet onaanzienlijk bedrag van ruim
458 gulden, wegens aan hem geleverde boter,
zeep en andere waren.
In 1654 verkeerde Frans Hals reeds in zulk
een geldnood, dat hij een schuld van 200
gulden bij zijn bakker Jan Ykessz niet in
staat was te betalen. Ter vergoeding daar
voor stond hij den bakker vijf schilderijen
af van Karei van Mander, van Maerten van
Heemskerck en van hemzelven.
Onze schilder schijnt ook
niet gemakkelijk in den omgang
te zijn geweest. In 1633 was hem opgedragen
het schilderen van een schutterstuk voor
Amsterdam, n.l. „het Corporaalschap van ka
pitein Reynier Reael en luitenant Cornells
Michielsz Blaeuw", de z.g. „Magere Compag
nie". Van afmaken van dit schilderij kwam
echter niets, ook niet toen hij in 1636 door
een notaris hiertoe werd aangemaand. Dit
kwam omdat de heeren uit Amsterdam niet
naar Haarlem wenschten te komen om voor
Hals te poseeren en h ij niet naar Amsterdam
verkoos te gaan. Het schilderij is toen vol
tooid door den Amsterdamschen schilder
Pie ter Cod de in 1637. Het hangt in het
Rijks-museum.
Den 29 Augustus 1666 is deze rijkbegaafde,
maar ongelukkige kunstenaar in den ouder
dom van 85 of 86 jaar gestorven en den len
September is hij op het koor van de St.
Bavokerk begraven. De groote man had ech
ter nog niet eens een eigen graf, hij werd
bijgezet in 't graf van een ander, wiens
naam en wapen op den grafsteen prijken,
waaronder ook zijn gebeente rust In 1924
heeft men echter op zijn graf (dat nauwkeu
rig bekend is) een steen met opschrift ge
legd, dat den naam vermeldt van den grooten
meester, die daar begraven ligt. Bovendien
heeft men in den Zuidelijken kooromgang
marmeren epitaaf aangebracht met de
bronzen beeltenis van Frans Hals en daar
onder de woorden:
Zijn hoogbejaarde weduwe Lysbeth Rey-
niersdochter bleef na den dood van baar
man in de diepste armoede achter. In dezen
nood wendde zij zich om onderstand tot het
stadsbestuur, dat haar daarop
uit de armenkas
een wekelijksohe toelage van 14 stuivers ver
leende. Dr. Bredius, die dit vermeldt, heeft
de aanteekening gevonden, waarin haar dit
bedrag werd toegezegd: „bij provisie
weecken uyt het rapsodium ofte uyt de
demnatien ten behoeve van de Armen te
ontvangen veertien stuyvers". En dan gaat
hij voort:
„Er stond eerst „twaelf". Het is alsof wij
de vergadering bijwonen. Men schrijft reeds:
twaalf. Een der heeren, met medelijden be
wogen, vindt dat toch wel wat heel min
„Nu dan, laten wij er veertien van maken.
Vinden de andere heeren het ook goed?"
En zoo werd twaelf doorgehaald en kreeg
Lysbeth Reyniersdochter veertien stuivers
per week".
Dat was dan het droevig lot van een
grootste kunstschilders, die ons land heeft
voortgebracht. Met zóóveel talenten en gavi
door God bedeeld, dat zijn werken thans met
geen goud te betalen zijn, moest hij vergeten,
miskend en aan de bitterste armoede ten
prooi, zijn leven roemloos eindigen!
In weerwil van de weinige waardeering,
die zijn toch zoo geniale kunst vooral in den
Iateren tijd van zijn leven ten deel viel, ja
van de miskenning, die hij moest ondervin
den, heeft Frans Hals toch op de schilders
van zijn tijd oen
grooten invloed
uitgeoefend, zóó zelfs, dat er misschien hon
derden schilderijen zijn, waarvan men niet
weet of zo aan hem of aan een zijner
volgers toe te schrijven zijn. Zóó heeft i
gepoogd hem na te volgen en in te dringen
in zijn manier van schilderen. Dit was
om maar enkelen te noemen het geval
met Gerard ter Borch, Pioter Codde, Gabriël
Metsu, Hendrick Gerritsz. Pot, Jan Miense
Molenaer en diens vrouw Judith Jans Lev
ter. Deze laatste volgde Frans Hals zoo g
trouw na, dat een groot gedeelte van haar
schilderijen aan hem zijn toegeschreven en
als zoodanig zijn betaald.
Ook heeft de groote meester talrijke leer
lingen gevormd, die op zijn sohilders-werk
plaats hun opleiding ontvingen. Hiertoe he
hooren Gerrit Adriaensz. Berckheyde,
Adriaen Brouwer, Adriaen van Ostade, Phi
lips Wouwermans en vele anderen.
Ook op Jan Steen, die gedurende Frans
HMs' laatste levensjaren te Haarlem woonde
moet hij 'n diepen indruk hebben gemaakt,
gelijk duidelijk blijkt uit den humor en het
lachen zijner figuren. Zoo verraadt met name
zijn „Rommelpotspeler" in hooge mate den
invloed van Frans 1-Ials.
Uit dit alles zal, voor wie het nog niet
wist, duidelijk zijn geworden hoe ontzaglijk
veel Frans Hals, de groote Haarlemsche
schilder, heeft bijgedragen tot den bloei en
den roem van de Hollandsche schilderschool.
E. D. J. DE JONGH Jr.
Gemengd Nieuws.
GROOTE BOERDERIJBRAND
Zondagnacht is de kapitale boerderij van
de weduwe Ven der Koppel te Dussen tot
den grond toe afgebrand. Niets kon worden
gered. Bewusteloos werd de 85-jarige be
woonster door eenige personen gered. De
nieuw ingehaalde oog&l ging in vlammen
op. De oorzaak van den brand is onbekend.
Verzekering deikt de 6dhade.
AUTO TE WATER GEREDEN
TENGEVOLGE VAN DEN MIST.
Door den dikken mist is te Broek op Lam-
gendijk de anto van den heer Bosman,
waarin ook nog vier andere personen waren
gezeten, i,n de diope vaart langs den Twuy-
verweg gereden. Aan alle inzittenden ge
lukte heit weer op het droge te komen. Al
leen hadden zij enikele verwondingen be
komen.
DOODELIJK AUTO-ONGELUK.
Zondagmiddag reed de 32-jarige mej. M
Wien met haar kind bij het oversteken van
den Grindweg te Wageningen, tegen de auto
m D. M. Bolkestein, uit Rotterdam, aan
Zij kwam zoo ernstig te vallen, dat zij met
n schedelfractuur in liet ziekenhuis moest
worden opgeonmen, waar zij is overleden. Het
kind bleef ongedeerd. Den automobielist treft
geen schuld.
MOTOR BOTST TEGEN ANTO.
Even buiten Dorst botste een motor tegen
een auto. De motorbestuurder, afkomstig uit
Den Haag, werd zwaar gewond opgenomen
cn later naar het St. Ignatiue-ziekenhuis te
Breda vervoerd. De duo-passagier bleef on
gedeerd.
Zondagavond is het tusschen de politie en
het samenscholend publiek te Bussum tot
een ernstig treffen gekomen. De oorzaak
was een dronken arrestant, die ernstig ver
zet pleegde en waarvoor het publiek partij
trok. De politieagent K. werd ernstig mis
handeld. Toen er assistentie kwam, poogde
men den arrestant te bevrijden, waarbij de
politie herhaaldelijk van sabel en gummi
stok gebruik moest maken.
Voor het hoofdbureau op den Huizerweg
drong omstreeks middernacht een groote
menigte saancn met de bedoeling, het bu
reau te bestormen. De marechaussee werd te
hulp geroepen, en met de blanke sabel werd
een aanval ondernomen, waarbij harde
klappen vielen. Tenslotte gelukte het de
menigte te verspreiden. Een der belhamels
is in zijn woning aan den Laarderweg ge
arresteerd; dat was een zekere R., varensge
zel, die ter beschikking van de justitie is ge
steld wegens openlijke verzetplegirtg.
DE ONTVLUCHTE PSYCHOPAAT.
Te Enschedé heeft de politie aangehouden
de uit het psychopaten-gesticht te Leiden
ontvluchte H. S. Pas na hevig verzet was
het mogelijk hem te arreste-aren. Waar
«chijnlijk heeft hij zich ook schuldig ge
maakt aan twee kleine diefstallen met i-n
sluiping in de gemeente Lonmeker in den
nacht van Vrijdag op Zaterdag gepleegd.
MIJNWERKER DOODGESTOKEN.
Te Nieuwenhagen is de 20-jarige Duitsche
mijnwerker K. doodgestoken. Hij kreeg mes
steken in de borat, rug en hals. De dader
eveneens een Duitscher, 21 jaar oud, is ge
arresteerd.
DOOR EEN FLAUWTE OVERVALLEN.
Doodelijk auto-ongeluk te Zeist.
De 53-jarige heer Van S., uit Amsterdam,
werd op den Driebergschen weg bij Zeist,
toen hij daar in zijn auto reed, door een
flauwte bevangen, met het gevolg, dat de
wagen tegen een boom botste. Ernstig ge
wond werd de heer Van S. met zijn echtge-
noote, die mede in den auto zat, naar liet
ziekenhuis overgebracht. Daar ia bij korten
tijd la-ter overleden.
VERDRONKEN.
Zondag is itn den Rijn bij Huissen (Bet.
bij het spelen het 8-jarig zoontje van den
caféhouder B. te water geraakt cn ver
dronken.
Bij Heteren is een jongen, die zich in een
boot op den Rijn begaf, te water geraakt en
verdronken.
Het 6-jarig zoontje van den arbeider A. H.
te Zeijervekl, is ip een wijk bij huis ver
dronken.
BRANDKAST OP HET BEEN.
Bij het transporteeren van een brandkast
van de boven- naar de benedenverdieping
eener villa aan den A mst el-dijk te Niauwer-
Amstel, brak een der touwen, waarmede de
kast tegengehouden werd. Een der werklie
den, de 33-jarige transportkneoht K. de V.,
uit Amsterdam, kreeg de kast op zijn rech-
teronderbeen, dat nagenoeg verbrijzeld w rd.
1-Iij werd per auto naar een ziekeninrichting
te Amsterdam overgebracht.
DE EMMABLOEM-COLLECTE.
De netto-opbrengst der EmmaMoem-col-
lecte heeft dit jaar f 186.70,23 bedragen te
gen 154.065.21 in 1929. De gemiddelde op
brengst per bloempje was 12.87 (v. j. 11.63) c
DE TROMPETTER
VAN DEN WAPENSTILSTAND
In Besan^on is overleden de Fransche trom
petter Jules Sellier, die op 11 Nov. 1918 in
het Bosch van Compiègne het signaal van
den wapenstilstand blies.
AUTO TE WATER.
Een auto, waarin een geneesheer was ge
zeten, zou gisteravond te ongeveer zes uur
de brug oprijden van de Prinsengracht bij
de Spiegelgracht te Amsterdam. De wagen
kon de helling niet halen, gleed achteruit
en kwam in de gracht terecht. De dokter
werd door toesnellen-de burgers spoedig ge
red. De wagen werd later door de reddi-ngs-
wagen van de brandweer op den wal ge-
heschen.
MOTOR CONTRA AUTO.
Zondagmiddag is de motorrijder J. J., Uit
Hees bij Nijmegen te Scherpenzeel, tenge
volge van niet voldoende uitwijken, tegen
een auto opgereden. De heer J. werd tegen
den weg geslingerd en in bewusteloozon
toestand opgenomen. Hij is naai- het zieken
huis te Amersfoort overgebracht.
De duo-rijder kreeg eenige ontvellingen.
VECHTLUSTIGE LIMBURGERS.
Aan den Valkenburgwag te Heerlen heeft
een vechtpartij plaats gehad, waarbij een
der vechtenden, de 26-jarige losse werkman
B. uit Heerlen een levensgevaarlijken steek
wond aan den hals heeft opgeloopen. De
vermoedelijke dade-r had de vlucht genomen
en werd door het pub!eik achtervolgd; hij
wist echter te ontkomen. In den nacht is
hij, een 37-jarige H. uit Klimmen, door de
recherche in een café te Voerondaal on-nge
houden. Hij heeft reeds verscheiden veroor
deeli-ngen wegens mishandeling achter den
rug.
AUTO IN GREPPEL GEREDEN.
Op den rijksweg ond-er Nijmegen, bij het
buiten Ileijendaal Ie een auto waarin zich
bevonden dr. Stiemens en zijn dochter uit
Gennep en achterin twee dames en een heer
uit Amsterdam, mej. P. Apeldoorn, mej. J
Zurmühlen en O. Schutte, inspecteur bij do
N'ed. Spoorwegen in snelle vaart tegen
een op den berm staande lantaarnpaal ga
red-en c-n in een greppel terecht gekomen
Dr. Stiemens en zijn dochter, die de auto
bestuurde, zijn ernstig gewond naar het na
bij gelegen SL Candsiusz-ickenhuis vervoerd
De anderen bekwamen geen noemenswaar
dige verwondingen. De auto is zwaar ge
hovend.
HET NOODWEER TE OLST EN RAALTE.
Het ligt in de bedoeling uit verschillende
land-bouw-organisaities een commissie te be
noomen, dóe de 6teunverleening aan de
slachtoffers van het noodweer, dat Donder
dagavond de omstreken van Raalte en Dist
teisterde, zal ter hand nemen.
Voor het gezin van den landbouwer NiJ
meyer, wiens boerderij, 't Lentelo, zooals
men weet, door het vuur verwoest werd,
heeft men een houten noodwoning gebouwd
Het bezoek aan de geteisterde streek was
Zondag ongemeen druk. Honderden belang
stellenden waren per auto of flets van hein
de en ver gekomen om de verwoestingen in
oogensohouw te nomen.
BIJ HET BADEN VERDRONKEN.
Aan de stuw te Borgharen is de 17-jarige
arbeider Ilekker bij het baden i-n de Maas
verd-njiken.
Bij het baden in de gemeente badtorich
ting te Venlo is verdronken de 24-jarige on
gehuwde tuinarchitect C. de Groot, wonende
te Blerik.
Gisteravond is de 19-ja.rige Schellens,
kantoorbediende te Gormohem, in het Ka
naai van Steenenhoek bij li-et zwemmen ver
dronken.
Hoewel de sleepagcnt Bakstijn na twee
maal duiken den drenkeling spoedig op hel
droge wist te brengen en door inmiddels
ontboden geneesheer-en, dr. Schoyer cn dr.
Bauer nog kunstmatige ademhaling werd
toegepast, bleken de levensgeesten reeds te
zijn geweken. Het slachtoffer was afkomstig
uit Nijmegen.
Radio Nieuws.
Tijdsein. 10,3'>— U
2 T)j<lsein. 2—2.45 J
4,15—5 Grsmofoonpti
Kinderuurtje te leli
i. te Delft, rnet mede
met medewerking: v. n de dame*;
itterdam. ung; T Stelni te Hll-
6 Ttjtfceln 7.15 Concert: de
■ÉMl. de
i Diai
Koers
plai
7.15—8 Spre
do heer H. J.
sterdam. Onderwerp: ..Kalenderhcrvori
Welk standpunt heeft de Christenheid hieru
over te nemen»' 8 Tijdsein. 8—11.30 Vit:
avond. Spreker; de neer Ferd. Kloek le
vorsum. Onderwerp; „De beteekenis van de
ziek in den Bijbel". Concert te geven door Leera
ren. Gemengd Koor c-n Strijkorkest van ,,l>»
Nieuwe Muziolwchool" te Utrecht, Zeist en Bilt-
hoven (Directeuren: Barend Renden en Fraui
v. d. Mcyden). Solisten: Jeanne Ruygrok, *anr;
Barend Renden, clavicembalo; Ludweg Werner
viola da gamba. Piet van den Hurk. fluit. Ge
mengd koor en Strijkorkest van „de Nieuws
Muziekschool", onder leiding van riet Tlggers en
d. Meydcn. In de pauze: Persberichten
Amsterdam.
Hll»
u V.\« Dia:
HILVERSUM (1875 M l VPRO 1010.15 Mor.
VARA 13 Politieberichten. 12.15 Gra.
.30 Kinder-
4.30 Orgel.
rt. 2 Toespraa!
lalfuurtje.
Land- en Tuinbouw.
DE LANDBOUWWEEK TE WAGENINGEN.
De heer v. d. Broek behandelde: „De gom-
ziekte bij de kersen". Een beschrijving van
deze ziekten werd gegeven, waarna proeven
werden besproken, waaruit bleek, dat de be
strijding een voedingskwestie ls.
De heer Schoevors behandelde de bestrij
ding van appelwunts, zaagwesp, steenrups,
frambozen kevertje en galmijt. Ir. Hus behan
delde de bestrijding van de appelbloesem-
kever.
Ir. van Poeteren besprak: „De bastaard-
satijnvünderplaag". Een gemeenschappelijk
overleg tusschen de hoofden van Rijks- en
Provinciale Waterstaat. Directeuren van lie;
Staatsboschbeheer en Ned. Heidemaatschap
pij en den Plantenziektenkundigen Diens
gaf volgens Spr. tot resultaat, dat volledig
uitroeien niet mogelijk werd geacht wegens
de geweldige kosten.
Wel werd het mogelijk geacht schade en
overlast van de aan de wegen wonenden te
voorkomen door langs weggedeelten, waar
huizen of boomgaarden stonden de boomen
van nesten te zuiveren.
Deze bestrijding zal ook nog in do volgeml-
jaren gevolgd dienen to worden.
Vermindering van de plaag is wel wwu
schijnlijke maar in welke mate kan nog nie
gezegd worden. Bescherming van de vogel,
is een eerste vereischte.
Do Plantziektenkundige Dienst zal voort
gaan aanwijzingen in dozo te geven voor
zoover economische bestrijding mogelijk is.
De landbouwweek werd door drie honderd
personen bezocht, w.o. Belgen en Bulgaren.
DE PAARDENFOKKERIJ IN NEDERLAND.
Het aantal gedekte merriën door hengsten
van het trekpaardenras en van het tuigpi^p-
denras in 1924, 1928 enN 1920 bedroog (op
honderdtallen afgerond) voor:
Trekpaarden Tulgpaarden Totaal
1924 49.600 15.600 65.200
1925 35.400 7.100 42.500
1929 28.200 6.500 34.700
VROEGE AARDAPPELEN.
Het Uitvoer Controle Bureau besloot de
sortecring der vroege aardappelen op heden
in drieën to laten ingaan. De maten dier
sorteering zijn als volgt:
I een doorsnede van 2838 m.m.
II een doorsnede van 3655 m.m.
III een doorsnede van 50 num. en meer.
PROEFTUIN GORINCHEM.
De groote centrale verwarming van den
proeftuin Gorinchem zal in Augustus worden
aangelegd.
MOND- EN KLAUWZEER.
In de gemeente De Werken en Sleeuwijk
breidt het mond- cn klauwzeer zich steeds
moor uit. Er zijn gevallen met doodelijken
afloop waargenomen.
VOORTDURENDE LANDBOUWCRISIS.
De inzinking van de pry zen der akker
bouwproducten vindt nog steeds voortgang.
Met uitzondering van den haverprys die op
hetzelfde peil bleef en den suikerpry's die
eenige styging vertoonde, waren de prijzen
van alle andere dezer producten weder lager
dan vorige maand. Dienter gevolge i3 ook het
groeps-indexcyfer aanmerkelijk gedaald. -
Het verloop der indexcijfers won de veeteelt
producten was eveneens weinig bevredigend.
Weliswaar zyn de cijfers voor rundvlee^h
en boter eenigszins hooger, doch die voor de
andere producten vooral varkensvleesch, kaas
melk en eieren zijn niet onbelangriik ge-
daald zoodat het indexcijfer voor de vee
teeltproducten en1 ook het nlgemeene index
cijfer voor de landbouwproducten aanzien
lijk lager was.
De voedermiddelen zijn voorts nog eenigs
zins in prys gedaald, terwijl Thomas slakke-
meel en de Kali duurder waren.
DE PROEFBOERDERIJ TE HAARLO.
De Geld. Ov. Mij. van Landbouw besloot
tot het aanschaffen van een drooginrichting
waar monsters van de perceclcn der proef
velden gedroogd kunnen worden, welke
inrichting in de proefboerdcrij te H&arlo
zal worden geplaatst.
INGEZONDEN MEDEDEELIN3
DE MEEST GANGBARE
bij Uw kruidenier zijn:
V. ROSSEM's
STER zacht, geurig, krachtig 65 cl.
No. 1 geurig, zwaar 55 cL
No. 3 geurig, zuiver 45 cl
No. 4 goed, zuiver40 cl.
per half pond
door
ARTHUR K. SOUTHON.
(21
Dein Hausas viel deze ongewone ontvangst evenzeer op als
Fane zelf. Ze volgden hem op den voet en ontblootten hun bajo
netten op beteekenisvolle wijze. Sergeant Achmed maakte zich
de tolk van hun onrust op fluisterenden toon:
„Kwand-i sohijn-t vandaag niet erg op de komst der politie-
troepen. D'r schijnt hier iets aan de hand te zijn".
„Ja, houd je mannetjes bij elkaar, sergeant. Ik ga naar het
paleis en we zullen wel eens kijken, wat daar te doen is."
Dat was hij ook van plan. Maar door den hardlooper was de
koning bereids verwittigd van zijn komst Had hij onaangediend
kunnen binnendringen dan zou hij weer den halfbloed gezien
hebben, die hem bij Mperu ontsnapt was. Hij zou hem op vurigen
toon haat ein opstand tegen het blanke ras hebben hooren
preeken.
Maar toen Fane onder de lage ingang van het leeme paleis door
dook, was Tulasd behoedzaam verdwenen in een van de donkere
kamers van dit konijnenhol, waar hij zioh veilig verstopt had. Op
zijn gelaat lag een uitdrukking van wraakzuchtige triomf. Zijn
plan om een rijk te stichten, lukte prachtig en Fane's plots ver
schijnen was hem niet onwelkom. De koning was precies afge
richt op zoo'n ontmoeting en Tulasd wist, dat hij zijn rol goed
zou spelen.
Want de vrees voor Mimba-Karo, den grootsten der goden,
had den koning dermate aangegrepen, dat hij zelfs zijn ontzag
voor de wet van den blanken man en zijn vriendschap voor
den Commissaris vergeten had.
HOOFDSTUK IX.
OPROER IN KWANDI.
Het paleis van Kwandi was gebouwd in den vorm van een
groot vierkant, met een open plek in het midden. Het groote
bladeren dak rustte op de buitenmuren en was aan de binnen
zijde geschraagd door houten pilaren, die op primitief-realistische
wijze gebeeldhouwd waren met vrouwenfiguren en groteske
ruiters. Van buiten leek het wel één groote muur van zondoor-
bakken leem mót slechts een kleine opening erin aan elk der
vier zijden, de lage poort, waardoor ieder moest uit- en ingaan.
De vertrekken warren laag en donker, maar 'n ruime galerij liep
langs al die kamers, die dicht bezet was met een soort banken
van roode klei. Aan de binnenzijde van het paleis was het dak
slechts vier voet boven den grond, om de zaal koel te houden,
zoodat iemand die de galerij wilde betreden zich eerst vierdubbel
moest opvouwen, wilde hij er door kunnen. Op één plek, was
evenwel een nieuw doorgang gemaakt precies tegenover de
hoofdpoort, waar een soort koepel gebouwd was; waarin een po
dium was van roode aarde. Hierop zat de koning iederen dag
om audiëntie te verleenen en reoht te spreken. De open ruimte
in het paleis was zoo ruim, dat daar gemakkelijk vijf duizend
menschen een plaats konden vinden.
Toen Harey Fane was binnencgegaan, snapte hij waarom hij
geen manspersoon op de markt gezien had.
Met een vlugge blik links en rechts terwijl hij de galerij over
liep, had hij bemerkt, dat de leemen banken in het midden dicht
bezet waren met mannen en aan den overkant ontdekte hij nog
honderden bloote beenen, die juist zichtbaar waren van onder
het laag neerhangende dak.
Recht tegenover hem, midden onder de koepel, zat de koning,
achterover geleund in leoren kussens. Hij maakte geen annstalto
om op te rijzen, toen de commissaris aankwam een openlijke
boleediging, die den politieman niet vriendelijker stemde. Mot 'n
enkel woord legde Fane hem het zwijgen op, en daarop wandelde
hij de. binnenplaats over, tot hij recht voor den koning stond.
Door de stilte, die op zijn entree was gevolgd, kon hij duidelijk
de snelle ademhaling van die honderden mannen hooren en hij
zag, dat iedereen gewapend was met een Jachtgeweer of een
speer of een ijzeren hartsvanger.
Aan den udtereten rand van het podium bleef hij staan. De
koning keek ietwat onbenullig in de doordringende grijzo
oogen, die hem In zijn ziel schenen te willen boren, maar hij
hield ook zijn mond. 1-Iet was een botsing tusschen twee karak
ters. Fane had vast besloten,, den koning 't eerst te laten spre
ken, want hoe klein ook 't was ongetwijfeld (jen doelpunt
in den wedstrijd. Langen tijd, zoo althans leek het in do oogen
van de toeschouwers, wier zenuwen tot het uiterste gespannen
waren, sprak geen van beiden. Maar eindelijk moest de koning
op zij gaan voor dc sterke persoonlijkheid van den blanke.
„Welkom, Teribi-ekun", zei hij met een ongure stem.
„Waarom blijft ge op uw kussens liggen, als de vertegen
woordiger van don grooten koning der blankon in uw paleis
komt? De koning kent de gebruikelijke ceremonie en vroegor
heeft hij zich daar ook altijd aan gehouden. Is do koning soms
moe?" vroeg Fane op kouden toon.
„Ik ben ziek en kan niet opstaan", loog de vorst -
„'t Spijt me dat te hooren", antwoordde Fane, die deed, alsof
hij het geloofde.
„Hebt u eenlangen reis gemaakt?"
„Ik kom van het offorbosch in het oerwoud, waar ik iets zag,
dat niet goed was".
Fane wierp de beschuldiging er zoo plotseling uit en met zoo'n
striemende klank ln zijn stem, dat de oogen van don koning
even knipperden; >en moment scheen de vrees hom te over-
meesteren. Zichtbaar probeerde hij zich to herstellen en weer
had hij een uitvlucht:
„Welke offerplek bedoelt u ©n wat was er niet goed?"
„Een offerplek, hier twee uur vandaan, heelemaal nieuw, en
een man daarin, die doodgemaakt was op de manier van uw
voorouders, als zij de goden wilden behagen."
„Mij is niets bekend van zoon offerplek", antwoordde de
koning halsstarrig, „en bovendien is er \an t jaar nog geen
menschenoffer gobracht."
„Hebt u mijn beet-belastJng gemd?" vroeg Fanc fti, ineens
van onderwerp veranderend, waardoor do koning in de war
gebracht werd.
„Neen, mijn volk is aim cn zij kunnen het niet betalen. Do
oogst is mislukt, want de godon zijn vertoornd op ons, omdat
wij u gehoorzamen cn niet hen. Daarom hebben zc ons gestraft
op deze wijze."
„Als u maar zegt, dat Ik hot spoedig heb."
„Misschien. Als do goden ons weer gunstig zijn."
Fanc gaf geen antwoord. Toen, met stem verheffing, zoodat
heel dc opeengepakte mcnschenmassa het duidelijk verstaan
kon:
(Wordt vervolgd.)