rm mÊÊW mmm WOENSDAG 11 JUNI 1930 TWEEDE BLAD PAG. 5 VEREENIGING VAN CHR. ONDERWIJZERS ENZ. DE 77»*° ALGEM. VERGADERING openingsrede maakten wij reeds mei wij voegener thans nog aan toe de namen van hen, die in 't bizonder welkom DE SCHOONE OMGEVING VAN NIJMEGEN VOORVERGADERING Oe ..Groote" kwam, zocals wij re Mo meld den, gist.-ren en neden, te Nijmegen m '-"it-te a gen.cue vergadering bijeen. Daaraan was voorafgegaan een bidstond op Maandag avond, terwijl Dinsdagmorgen in den voor middag uitstapjes naar de schoone omstre ken van Nijmegen, o.a. naar „Neerbosch" en „Heilige Landstichting" gemaakt waren. Ook werden in den voormiddag de ge wone voorvergadering gehouden van de dochtervereenigingen der Groote „Jacobus", „Bamabas", „Johannes" en „Lucas". VER. „JACOBUS" Algemeene vergadering. De vereeniging „Jacobus" kwam des mor eens om half 12 bijeen. Na opening gaf de voorzitter enkele toelichtingen bij "t verslag van den penningmeester. De contributie wordt vastgesteld op f3.— en 't bedrag per kind uit te keeren op foO De heer Scholtz werd herkozen als be stuurslid. De voorzitter spoorde de aanwezigen aan om elk in zijn eigen kring propaganda te maken en allen, die in de Chr. school arbeiden, op te wekken als lid toe te treden De heer G. de Jong gaf zich op als cor respondent voor Leiden en het bestuur hoopt, dat dit voorbeeld navolging zal vinden. Daarna sluiting. VER. „EARNABAS" De jaarvergadering. Het jaarverslag meldt het overlijden van 11 leden, zoodat het aantal volle leden 90 is. benevens 123 uitkeeringsleden. De balans geeft blijk van een gunstige toe stand. Het kapitaal der Ver. bedraagt ruim f 126.°°0. De uitkeering voor eens wordt voor 1930 vastgesteld op f330.—. De uitkeering aan de weduwen wordt verhoogd tot f60.—. De heer C. G. Wieg a n d werd herkozen als bestuurslid. Baron D. G. J. van Heem stelde zich beschikbaar de plaats als commissaris te vervullen, die door het over - - Eghen VER. „JOHANNES". Algemeene vergadering. Om 12 uur kwam de Ver. „Johannes" bijeen. Na gebruikelijke opening door den voor zifter werd het jaarverslag van den secre taris, den heer C. Z ij d e r v e 1 d vastgesteld. Daarin wordt een woord van dankbare her innering gewijd aan het aftredend Bestuurs lid, de heer E. J. Meer du ik, die wegens gezondsheidsredenen heenging. Besloten werd het jaarverslag, dat dit maal. door de verplichtingen tegenover de Verzekeringskans veel uitgebreider is dan gewoonlijk, te laten -drukken. Tot bestuurslid wordt gekozen de heer A. J. Rietveld fe Nijmegen. VEREENIGING LUCAS Algemeene vergadering De vereeniging „Lucas" vergaderde heden (Woensdag)morgen. Aan het jaarverslag van den secretaris, den heer D. Zijlstra, antieenen wij bet volgende: De vereeniging telde op 31 Dec. 1.1. 5773 loden. Dit jaar overleden -er 25 leden. In 't bij zonder herdenkt de secretaris wijlen den heer W. A. van Dongen, sedert jaren een trouw, meelevend lid van „Lucas". De heer G. Verschoor, sedert een kwart eeuw bestuurslid, moest wegens vertrek uit Rotterdam als zoodanig bedanken; terwijl de commissaris, de heer Tijo H. van Eeghen overleed. Dank wordt gebracht aan den heer J. Chr. van Vessem, die financieel en aan dr. KI in ker t, die medisch adviseur bleef; ook aan dr. Blanken en dr. Boüll, directeuren van „Sonnevanck" en „Zonnegloren". De balans sluit met 55.393,14: de winst en verliesrekening met 21.441.S5. Aan on dersteuning werd 15000 uitgekeerd, terwijl de contributie 17,372,— opbracht. In de vergadering van heden werden de verslagen goedgekeurd; de heer C. W. Berg hout als bestuurslid herkozen en de heer T. Bloos gekozen in de vacature-S. Stemer- ding, die Rotterdam metterwoon verlaat. De contributie werd vastgesteld op 3 per lid. geheeten 1 Welke gasten er 1 ZITTING VAN DINSDAGMIDDAG Opening en toespraken. Niet minder dan negen commissies waren met de voorbereiding der algemeene verga dering en wat daaraan vastzat, bezig ge weest. En alles liep dus op rolletjes. Vooral onder de elegante leiding van den voorzit ter, den heer J. Th. R. Schreuder van De voorzitter heette welkom de heeren J. C. L i g t v o e t, chef van de afd. L. O. F. van het departement van onderwijs, vertegen woordiger van den Minister; voorts IJ. A. A. H. Krootjes, wethouder van onderwijs van Nijmegen; P. Wielinga, hoofdinspecteur in de tweede inspectie; Mr. J. J. de Waal Malefijt, a ertegenwoordiger van Chr. Nat. Schoolonderwijs; Mr. J. J. Hangelbroek, secretaris van Unie en Schoolraad; K Brants, vertegenwoordiger van Chr. Volks onderwijs; P. van Ne^, namens Gerei' Schoolverband; Ds. E. Eykman van Antwer pen, namens de Prot. Chr. Scholen in Vlaan deron; A. E. Röttger, namens de vereen, van Prot. Chr. KweekschoolpersoneelH. v d. Tol voor M.U.L.O., A. J. Schreuder. namens Chr. Buitengewoon Onderwijs, Koen raads van de Klokkenberg en Gerritsen voor Chr. Scholen in Nijmegen; alsmede demita- ties van de Kerkeraden der Ev. Luth. ge meente en de Ger. Kerk ter plaatse. De heer Ligtvoet bracht de -groeten over van den Minister van Onderwijs. Mr. Terpstra, die gaarne de vergadering had willen bijwonen, gelijk hij zoo dikwerf ge daan heeft; ambtsbezigheden beletten hem dit echter. Spr. wees er op, dat de Vereen! ging, na het 75-jarig jubileum, het oude maar niet platgetreden pad blijft begaan. Er ligt een schaduw over deze vergadering, nu de vereeniging een bijna onherstelbaar ver lies leed door het overlijden van den cmi nenten oud-voorzitter P. Oosterlee. Het leven gaat echter voort en spr. wenscht namens den Minister dat de vergadering wel moge slagen en moge strekken' tot heil van '1 Christelijk onderwijs en van de vereeniging. REKENONDERWIJS. De nieuwe stroomingen in het Rekenonderwijs. Aan de orde kwam thans het onderwerp, hierboven genoemd,van den heer J. B Visser te Rotterdam. Deze rede is opgenomen in No. 19 van het Corr.blad van 7 Mei 1.1., terwijl in ons blad van gisteren een kort excerpt verscheen. Ter vergadering gaf de Inleider een korte toelichting op zijn referaat, waarna de itte de discussie opende met enkele opmerkingen over liet formeele in de groepen. Hij is van meening, dat de Inleider zijn verhandeling niet ge heel juist heeft ingesteld op de drie facto ren: de psychologic van het kind; het logi sche in de stof, welke behandeld wordt en het doel,dat men zich bij het rekenonder wijs voorstelt Voorts meent de heer Schreuder, dat de relaties bij de grootheden voor de kin deren grooter moeilijkheden opleveren dan hei getal. De heer Van der Valk van Frannekei vraagt of de Chr. onderwijzer niet min ol meer afwijzend moet staan tegenover de uit komsten der experimenteele psychologie Spr. wijst ook op 't gevaarlijke van de me thode-van Zelm en Bouman, welke in den grond steunt op de Hegelsohe filosofie. De resultaten van het rekenonderwijs zijp volgens spr. even gering als een eeuw gele den; de school wordt opgescheept met aller lei nieuwe snufjes, terwijl het eenvoudige werk achterwege blijft. Hierbij echter leeren de leerlingen zelfstandig denken. De heer Bouman (van de methode Bouman en Van Zelm) als gast tegenwoor dig, wijst op de twee stroomingen bij het ontstaan van het getalbegrip, welke eigen lijk één zijn: tellen en aanschouwen gaap samen. Het ranggetal maakt hot verband van de rij en sluit tevens het getal af. Wan neer het kind tolt, dan nummert het. In Duitschland wist incn geen weg met het ranggetal, omdat het verscholen op treedt, zoolang het niet de noemer vormt van een breuk. Eerst dan- als het kind afziet van het rangnummer komt het tot liet getal. Alias is telbaar; de aanschouwing moet zoolang gebruikt worden als het kind er be hoefte aan heeft Ten slotte denken de leer lingen niet meer aan voorwerpen, maar aan het getalbeeld. Plet begrip.getal is oen geheel ander dan ■n zaak'begrip: Met Plegel heeft de methode an, spr. niets te maken. De Inleider maakt nog enkele opmerkin gen over de gpstelde vragen, waarna de Voorzitter de behandeling van het on derwerp sluit. Toespraak Wielinga. De heer Wielinga, hoofdinspecteur ln deze (2de) inspectie; dankt voor de uitnoo diging, en is er van overtuigd, dat het rijks schooltoezicht ook op deze vergadering con tact kan krijgen met het onderwijs. Dit is een congres en men wil zoeken naar de rechte weg, welke we eenigszins kwijt zijn geraakt, sedert de „ouderwetsche som metjes" in den ban werden gedaan. Reeds dit zoeken alleen getuigt van den ernst van deze vergadering. Er is belangstelling voor het onderwijs; getuige de vele klachten, waardoor men zich echter miet van de wijs moet laten brengen; hoewel zelfonderzoek noodig is Doch het kunnen gaat niet boven het ken non; geen practijk zonder een diep, heilig levensbeginsel. De heer Wielinga herdenkt dan. nog wijlen Oosterlee met waardeering en sym- oathie: en praktisch man, doch door hel beginsel gedragen. Hij zag naast het kleine werk van eiken dag, ook de groote proble men van het leven. Zooals Oosterlee het onderwijs diende, be lmoren wij het allen te doen. De Voorzitter dankte voor dit harte lijke woord en sloot daarna de middagbijeen komst. Nadat een foto van de vergadering geno men was, vereenigden velen zich aan een gemeenschappelijk diner. GEZELLIGE AVOND. Muziek, zang, gymnastiek. Des avonds om 8 uur kwamen vele bezoe kers weer bijeen in „de Vereeniging" voor een gezellig samenzijn, dat zeer goed ge slaagd is, dank zij ook de medewerking van de gymnastiek-vereeniging „De Hazen kamp" en van het „Jong Leven Orkest" directeur H. v. d. Blom. Een strijkje zorgde voor de muzikale begeleiding. Begonnen en geëindigd werd met gemeenschappelijk ge zang, gespeeld werden o.m. „Vom Rhein zuj Donau" en „Abschied der Gladiatoren"; de dames werkten in de gymnastiek met de knots en de heeren met de brug, terwijl tijdens de pauze geserveerd en geconver seerd werd; wat oorzaak van veel activiteit Antwoord de Visser. De referent moet zich beperken tot de kwestie-Bonman. Niemand heeft de heer Bouman begrepen. Het ging niet over de a van zijn methode, maar over de filo- van Balland-PIegel, welke aan die „logica" ten grondslag ligt. De logica van Bolland staat ambhetisch tegenover die van Aristoteles waarop onze dogmatiek rust: ze de slaug uit het Paradijs. De denkleer en de leer vanhet zijn vallen imen in de filosofie van Hegel-Bolland: These, synthese, antithese; en dit door Bouman aanvaarde standpunt had hij be- hooren fe verdedigen. De h^er Bouman erkent een leerling te jn van Bolland, maar zijn rekenmethode 'heeft daar niets mee te maken. LEERMIDDELENTENTOQNSTELLING. Drie dagen geopend. Dinsdagmiddag is de Leermiddelenten toonstelling, welke als naar gewoonte, een jaarvergadering vergezelt, officieel geopend Niet minder dan 28 firma's hebben -het nieuwste en modernste materiaal geëxpo seerd. o is te. Nijmegen het nuttige en leer za-me met net aangename vereenigd. DE DERDE DAG. Woensdagmorgenuitstapje. De Commissie voor de uitstapjes heeft eer van haar werk. Zoo iets valt overal, doch natuurlijk voor al in Nijmegen, met zijn schoone omgeving, in den smaak. De morgen van heden was bestemd voor een autotocht door de omstreken en natuur lijk was het verrukkelijk. Om 10 uur werd de algemeene vergade ring voortgezet. Na gebruikelijke opening werd meegedeeld de uitslag der verkiezing TOor een lid van het hoofdbestuur. Medegedeeld werd de uitslag van de ver kiezing voor een lid van het hoofdbestuur, terwijl de afd. 's-Grayenhage rapporteerde dat het Graf van Groen van Prinsterer op het kerkhof „Ter Navolging" te Scheve- ningen in goeden tcoestand verkeert. Hierna volgde behandeling van het onderwerp „Vrij heid en gebondenheid van den klasseonder- wijzer, ingeleid door den heer van der Ho ven van Genderen, van Rotterdam, Spr. be gon met de opmerking, dat hij den tegen- woordigen toestand, waarin men op de scho len klasseonderwijzers en hoofden vindt, aanvaardde. Volgens het Christelijk prin cipe is een republikeinsche school, dat, is zoo eeno, waaraan geen hoofd verhanden is, niet af te keuren; of zij echter in de prac tijk ook bestaanbaar is, deze kwestie liet de inleider thans liever buiten beschouwing. Tegenwoordig bidt men voor allen, die het Christelijk onderwijs dienen, vroeger was -het voor den onderwijzer, en die hem hel pen, met andere woorden werd de klasse- onderwijzer min of meer als het knechtje de assistent van het hoofd der school be schouwd. Dat het zoo was is historisch zeer wel te verklaren uit het feit, dat onze voor vaderen iedereen geschikt achtten om bij het' onderwijs te werken: koster, doodgraver oud-koetsiers, deze allen kwamen in aan merking. Eerst waren de scholen éénmansscholen toen kwam -de ondermeester, en deze naam reeds duidt op de groote ondergeschiktheid der betrekking. De ondermeester werkte in den regel in hetzelfde lokaal als zijn baas dus onder voortdurend toezicht. Ook later toen de grootere scholen ontstonden, en de ondermeester meer alleen kwam te staan, bleef het toezicht op hem zeer groot, en was heel vaak zelfs kleineerend. Jn onze vereeniging werden klasseonder- rijzers i-n, het begin ook niet als lid toege laten. Later werden zij wel toegelaten, doch ze mochten geen bestuursfuncties vervullen. Toen in 1894 hiermede werd gebroken, dreigde dit zelfs een scheuring in de vereeni ging te doen ontstaan. Ook nu nog noemt de wet den klasse-on derwijzer slecht3 een „onderwijzer van bij- JSSk BONDSDAG GEREF. MEISJESVEREENIGINGEN Het Bondsbestuur 1 CHR. BEWAARSCHOOL- ONDERWIJS JAARVERGADERING VAN DE?T ~OND TE UTRECHT De rechtspositie van het personeel der Chr. Bewaarscholen Op Dinsdag 10 dezer werd te Utrecht in het gebouw der Chr. Bewaarschool aan den Springweg 93 de 9e algemeene jaarver gadering van bovengenoemden Bond ge houden. De Bondsvoorzitter, de heer Joh. Z u id- leer van Rotterdam, opende op de ge bruikelijke wijze de Vergadering, waar hij de afgevaardigden van aangesloten V eenigingen en verdere belangstellenden een welkom toeriep. Jn. zijn openings woord wees de voorzitter - op, dat er in het afgeloopen jaar op het terrein van het bewaarschoolonderwijs geen schokkende gebeurtenissen hadden plaats gehad. Het voorbeeld van de gemeente Utrecht, die in 1927 alle zorg voor v bewaar- schoolonderwijs van zich had afgeschud, heeft geen navolging gevonden. Hiertegen- wordt de overtuiging steeds algemee- dat er ook voor de overheid een taak ligt op het terrein van de schoolopvoeding van het kleuterkind. Onze schoolbesturen hebben ieder in eigen gemeente den plicht op te komen voor het goed recht der Chr. bewaarschool, om, waar en voórzoover noo- steun van de publieke kassen te vra gen, omdat het opv,oiedcnd werk der bewaar school ook van sociale beteekenis is. Opmerkelijk acht spreker het, dat in den laatsten tijd een krachtige propaganda •ordt gevoerd, met opzettelijk voorbijgaan an de schoolbesturen, om de bewaarschool te brengen binnen de sfeer der praktische landspolitiek. Het opmerkelijke is, dat die 'actie uitgaat van vereeriigde organisaties ran onderwijzend personeel van lagere nij verheids- en bewaarscholen, waaronder ook enkele organisaties van personeel a in Chr. scholen. Het door deze organisaties a#n den Minis- NEDERL'. LUTHERSCHE UONGELINGSBOND IP®. nn spssx jSSBB li f9§ÉS|i «i/ -Sri t' 'JWJSI ïiSl? m t §4 -J*, fiRO ISö! tie Ncderl. Luthersche Jonqclingsbond hield zijn jaarlijkschen toogdag te Rotterdam. Dat ook hier de belangstelling groot u-as toont bovenstaands foto u/el4 stand". Volgens deze betiteling is het 't hoofd der school, die in de eerste klas de kinderen lezen en schrijven leert, en de juffrouw staat hierin met meer of minder succes bij. Zulk een voorstelling van de verhoudingen i de school moeten wij onvoorwaardelijk afwijzen als in strijd met de werkelijkheid cn van den aard van het onderwijzersschap taak van den opvoeder brengt mee. dat luj zijn werk verricht met volle, eigen verant woordelijkheid. Daartoe is vrijheid noodig. Spr. ging vervolgens ha wat vrijheid is, De klasseonderwijzer moet erkend word°n als volwaardige persoonlijkheid. In sommige aanstellingen wordt den klasseondcrwijzer opgelegd zich te onderwerpen aan de bepa lingen, die het hoofd meent te moeten ma ken. Op die wijs is de deur voor willekeur opengezet. Het is noodig, collegiaal overleg voor te schrijven. Vervolgens las Spr. gedeelten voor uit de instructie, op 24 April door de afdeelingen aangenomen. Spr. eindigde met een woord van oude wijsheid: Door saam te overleg gen, en 't goed woord te zeggen, vaart men altijd wel. (Applaus). Over de discussie hopen we morgen iets te zeggen. MIDDAGZITTING Rede Dr. K. Dijk. Nadat de middagzitting op gebruikelijke wijze begonnen was, sprak Dr. K. Dijk, van den Haag over: De Christelijke onderwijzer en het maatschappelijk leven. Levensvreugde aldus spr., bestaat niet in levensgelijkheid maar in de harmonische verhoudingen in het leven. In dit licht willen wij bezien het vraagstuk, dat ons thans bezig houdt Het gaat hier niet om een relatie van den on derwijzer en zijn werk naar hinmen, maar n een betrekking naar buiten. Onder maatschappelijk leven verstaan wij het geheel van fijnvertakte relaties tusschen de menschcn, dat zijn beginpunt vindt in het gezin. Wij kunnen ook zeggen, het maatschap pelijk leven is dat leven, waarvoor de school opleidend en vormend arbeidt. Dit contact tusschen school en maatschap pij worde ook geoefend door den onder ijzer persoonlijk, die mét hel volle leven in actief contact moeten staan. Het kan worden levendig gehouden door kennis van het mi lieu der schooljeugd, door mee te leven met gezinnen en door het streven van prac- tische toepassing van het onderwijs op de levenstaak, welke de kinderen later wacht. In verband hiermee, kan ook worden be schouwd liet maatschappelijk leven in de sociale bonden. Voor een christelijk onder wijzer komen alleen in aanmerking die bonden, welke staan op de basis der II. S. Aansluiting van de eigen organisatie aan een Sociale Vakcentrale is niet gewenscht, imdat de ideeële aard van het onderwijzers- verk, niet overeenkomt met karakter van den arbeid, w elke in den bond georganiseerd s. Bovendien bestaan er geheel andere ar beidsverhoudingen, en sluit het karakter school arbeidsconflicten uit. annecr aldus de verhoudingen, zuiver gehouden worden en de onderwijzers streven harmonische betrekkingen, ook met het sociale leven, zal hun werk zijn vrucht afwerpen, on onder den zogen Gods dienst baar zijn aan een christelijke levcnsont- plooïng. (Applaus), ter van Onderwijs aangeboden concept-ont werp tot regeling van het bewaarschoolon- derwijs moet door ons als in strijd met onze leginselen worden afgewezen. Gelukkig dat de Chr. personeelsorganisatie van bewaar schoolonderwijzeressen zich -niet geheel met (lit concept kan vereenigen. Ook in het maandblad „Antirev. Staat kunde" is in een artikel van een oud-strij der -het pleit gevoerd voor eene wettelijke regeling van het bewaarschoolonderwïjs. Hoe verblijdend spreker het ook acht, dat er zooveel belangstelling is voor de bewaar school, óók in de kringen, welke buiten het bewaarschool leven staan, en waar men 2ë jaar geleden haar met medelijdend schou derophalen voorbijging, toch is het te hopen, dat zal worden ingezien, dat de schoolbestu ren, als de meest direct belanghebbenden gelegenheid zuilen moeten hebben, inzake de wettelijke regeling van het bewaarschool- onderwijs een bescheiden woord mee te spre ken. Het oogenblik daarvoor acht het Bonds bestuur thans nog niet gekomen. De Voorzitter wees vervolgens op de gere gelde uitbreiding van het Christelijk bewaar- schoolondrivijs in het afgeloopen jaar, al kost het ook strijd en zorg in menige ge meente, de school in -stand te houden. Bestuursverkiezing. Aam de beurt van aftreding waren de be- tuursleden Joh. Zuidermeer te Rotterdam en Freule Lewe van Aduard te Zetten. De heer Zuidmeer werd op voorstel van de vergadering bij acclamatie herkozen, ter wijl in de plaats van Freule Lewe van Aduard werd gekozen Ds. J. J. Verhoog te Klazinaveen. De vacature van den -heer Prins, die als bestuurslid had bedankt, werd voorloopig onvervuld gelaten. Huishoudelijke zaken. De jaarverslagen van den secretaris en penningmeester werden uitgebracht. De heeren Kortleve te Rotterdam en Engel to Woerden werden aangewezen de finau- rieele administratie van den penningmees ter na te zien. Het Bondsbestuur werd ge machtigd een overeenkomst aan te gaan met de Directie van het maandblad „De Chris telijke Bewaarschool", waarbij ten behoeve in mede deel in gen van het Bondsbestuur ■ui de aangesloten vereenigingen, ruimte i dit orgaan beschikbaar wordt gesteld. Referaat van Mr. J. W. Noteboom. Door Mr. ,T. W. Noteboom, adj.-Direc teur der Dr. Abr. Kuvperstichting, werd ver volgens ingeleid: „Is voor de schoolbesturen de regeling der rechtspositie van het perso neel onzer bewaarscholen een eisch des tijds". Spr. begon met de opmerking, dat een -n de vele eischen van den tegenwoordigen tijd zeker die is tot regeling van de rechts positie. Als oorzaken van den drang naar eling bij wet cn reglement noemde spr. dc sociale strooming, die de belangen van al degenen, die in eenigerlei dienstbetrekking zijn geplaatst, in het centrum van de be langstelling heeft gebracht: voorts dc rechts- philosophische theorie van den rechtsstaat, die ook thans nog op ons maatschappelijk n staatkundig leven invloed oefent; en vooral hot' veranderd karakter, dat de dienst verhoudingen in hét algemeen hebben on dergaan, doordat het patriarchale, liet ge moedelijke, het soepele hebben plaats ge maakt voor het ambtelijke, strakke cn ge reglementeerde. Moeilijker dan de vraag, of regeling van de rechtspositie eisch des tijds is acht spr. de vraag, hoe de rechtspositie geregeld be hoort te worden. Spr. geeft een overzicht van de huidige rechtspositie van het bewaarschoolpersoneel cn ging vervolgens na in welk opzicht na dere regeling wenschelijk Ls. In verband met het verschillend karakter van het bewaarschool- en het lager onder wijs zou yegcling op denzelfdcn voet niet kunnen plaats hebben zonder doorvoering van de fi.nancieele gelijkstelling t. a. v. het bijzonder bewaarschoolonderwijs. En in ver band met de enorme financicele lasten, die thans reeds op het staatsbudget drukken, acht spr. het uitzicht daarop niet zeer groot Thans reeds kan regeling va» de r^its- positie plaats vinden wat aangaat de ver* plichtingen. Voorkeur verdient, dat dit a» schiedt bij akte van aanstelling of instructie en met eerbiediging van vrijheid en zelf standigheid der onderwijzeressen bij het ver vullen van haar taak. De regeling zou zich tot enkele hoofdzaken kunnen beperken, zoo als goedkeuring van leerplan cn lesrooster, oudervergaderingen, het niet vervullen van bij- of nevenbetrekkingen e. d. Bij het regelen van de rechten van hot personeel maakt spr. onderscheid tusschen rechten, die niet, en andere, die wel ver. band houden met de financiën. Onder de eerste groep brengt spr. o. m. do vaste en tijdelijke aanstelling en het instel len van een commissie van beroep, waar voor spr. een algemeene regeling en een be perkte competentie bepleit. Het instellen Mr. W. NOTEBOOM van een onpartijdige Instantie ter beslissing van geschillen is wenschelijk, wijl het wille keur beperkt en een sfeer van vrijheid waar borgt. Wat aangaat de rechten, die verband hou den met de financieels positie, wijst spr. op de ongelijkheid en onzekerheid, waardoor de positie van het bewaarschoolpersoneel zich op het oogenblik kenmerkt. Uniformiteit en uitsluiting van alle risico moet niet het doel dat hij dc regeling van do rechtspositie moet worden beoogd; doch de toestand, zoo als die thans is, kan niet door den beugel. Verbetering in dit opzicht verwacht spr. ooral van een rijksregeling. Spr. memoreert n dit verband de pogingen tot wettelijke re geling van de ministers Heemskerk en do Een wettelijke regeling, moet naar spr.'s oordeel, uitgaan van tweeërlei beginsel: lo. financiecle gelijkstelling van overheids- (neutraal) onderwijs en hijzonder onderwijs 2e. handhaving van zoo groot mogelijke ijheid van de bijzondere scholen. Od politiekon grond moet tegen finan ciecle achterstolling van «lo voorstajjders van het christelijk bewaarschoolonderwijs wor den opgekomen Gelijkstelling betcekcnt volledige betaling van het christelijk onderwijs uit de over heidskas na aftrek der schoolgelden Spr. meent dat ter wille \nn tie vrijheid een offer moet worden gebracht. Gedeelte- lijke financicele gelijkstelling eenerzijds. doch anderzijds een medolvtalen dor inge zetenen als waarborg voor «lo vrijheid Ook t.'a. liet personeel acht spr. een volledige gelijkstelling niet wensclieUik. Al te groote afhankelijkheid van de besturen acht spr. niet aanbevelenswaardig; doch hu vreest nog meer voor een te los worden van don band tusschen liet bestuur en het per soneel. Daarom beveelt hij een middenweg aan, waarbij het Rijk zekere niinimum- eischen stelt betreffende salaris e. d. niet u- lioud van de vrijheid der besturen, om bo ven die minima uit te gaan. Voor de vrije ontwikkeling van het onderwijs acht spr. di« vrijheid onmisbaar. Nadat de dehatters door den inleider wa- rep beantwoord, werd <le vergadering na gehouden rondvraag op de gebruikelijke wijze gesloten. VERBOND VAN CHR. LETTERKUNDIGE KRIJGEN De deelnemers afin de Zomer conferentie van het Verbond Kringen m Aederland. (Voor verslag zie men pag. tj.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5