ZONDAGSBLAD
DAMRUBRIEK.
m m
'M ®Sf
l
m
#CÜ
1
L
«jf i
ÏM I 'J
S£
-j i'..«
frj
n
m
uZ
9
v<v.
mf
0
BZjBS
mm
fl
assê-s
t TcS
a
1b gssg-
f. P a g T-i a SJLtsix bI,i
m iiiiiiiiuuiiiiiiiuniiiiiiiii iiiiiii
Redacteur: W HOEKSTRA, Tulpeboomstraat 6, Den Haag.
I ill I nil ill I liti ill
III1IIIIIIIIIË
□luiiiinniiiiininiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiii
Alle inzendingen beireftende deze rubriek te zenden aan bovenstaand adres.
Voor alle vraagstukken geldt: ..WIT BEGINT EN WINT".
Oplossingen worden binnen 8 dagen ingewacht en over 14 dagen met de namen der oplossers gepubliceerd,
OPLOSSINGEN
No. 305. Auteur: N. COHEN
Wit:
1. 2923
2. 34—29
-33
4. 37—321
5. 32X21
6. 28X8
7. 29—24
8. 24X4 en wint
Een fraaie zet.
Zwart:
13X18
18-22
21—27
20X39
17X26
39X19
3X12
No. 306. Auteur: P. KLEUTE Jr.
(Zwarte schijf op 25 bijplaatsen)
Wit: Zwart:
1. 37—32
2. 43-39
3. 35—30
4. 48—43
5. 47—41
G. 33X11
7. 26X3i en wint
28X40
40X49
25X32
49X38
46X37
17X6
Goede oplossingen ontvangen van de heeren: H.
Zijlstra, D. don Hertog, P. Spuij, M. van Balen, P. de
Boer, B. H. Cren.er, G. v. d. Meulen, den Haag; W. J.
v. d. Voort, Nieuw Vennep; B. Coster (301306), B.
C. Klijn, A. van Dommelen, W. van Dommelen, Rot
terdam; L. Mol, Loosduinen.
CORRESPONDENTIE
W. J. v. d. V. te N. V. Boekje reeds in Uw bezit
gekomen? Het is de m.,oite waardl
A. v. D. te R. Merci. Het laatste te afgezaagd.
Allen. Hoewel de meeste oplossers no. 306 vonden,
worden deze week voor het uitgeloofde boekwerk
wederom twee vraagstukken geplaatst.
K. B te 's-Gr. 's Woensdags van 8—12 uur in „De
Galerij", Ijian van Meerdervoort 419. Beginners ook
welkom! Contributie 10.20 p. w. Zie over no. 306 hier
boven. „Chr. Dam Verecniging" Zaterdag van 8—11
uur gebouw „Patrimonium", Steijnlaan 150.
„N. N." Reglementen t fO.llVi bij J. W. van Darte
len te Heemstede.
M. v. D. Ie R. Zal ho« nazien. Voorbaat dank.
KAMPIOENSCHAP VAN FRANKRIJK.
Zoo juist ontvangen wij bericht dat er een match
heeft plaats gehad tusschen Marius Fabre en Louis
Sigal om het kampioenschap van Frankrijk. Fabre
heeft deze ontmoeting van 10 partijen met grooten
voorsprong "ewonnen. Voor velen zal Sigal „de groote
onbekende" zijn. Inderdaad zijn in Frankrijk véél
sterkere spelers; deze match is, voor buitenstaanders,
dan ook onbegrijpelijk. Sigal is in Frankrijk vooral
bekend door zijn geweldig simultaanspel. Hij speelde
eens 106 partijen tegelijk!
DAMMEN IN DEN HAAG
Voor de „Chr. Dam-Vcrceniging" speelde Zaterdag
avond do jeugdige speler J. Winkelman, lid van het
„Residentie Dam-Gcnootschap", simultaan, inplaats
van onzen redacteur die wegens ziekte was verhin
derd. De Simultnanspeler won 15 partijen, verloor
twee en speelde er drie remise. Voorzeker een mooi
resultaat, daar deze speler slechts weinis routine als
simiiltaanspelcr heeft.
PARTIJEN.
Hieronder een 2-tnl partijen gespeeld in den wed
strijd om het kampioenschap van Nederland 1930.
B. RIS (wit) A. K. W. DAMME (zwart)
1. 32—27 17-21 2. 37-31 21-26 3. 41-37 19—23 4.
33-28 4—19 5. 31 30 20—25 6. 40—34 15—20 7. 39—33
10-15 8. 34-29 25 34 9. 29 40 5—10 10. 40—34
10l i 11. 34—30 20-25 12. 41—39 11-17 13. 27—22
18.27 li. 31:11 0:17 15. 36-31 17—21 16. 31
12—18 17. 46-41 7-12 18. 41- 30 1-6 19. 36-25 12—17
20. 27—22 18—27 21. 3 <—31 26 37 22. 42:11 16 7 23.
36-31 21-26 24. 47-42 26:37; 25. 42:31 8—12 26
45-40 12-17 27. 31-27 7-11 28. 48-42 2-8 29. 42-37
14—20 30. 25 14 9 20 31. 40—34 24—29 32. 33 24 20 29
33. 35 44 13—18 34. 3i—31 4-9 35. 39-33 9-13 36
44—39 15—20 37. 50-44 20—24 38. 31-26 17—22 39.
28:17 11:31 40. 20:37 8-12 41. 37-31 12-17 42.
32-28 23 32 45. 38 27 6-11 44. 43-38 3—9 45. 49—43
24—.30 46. 38—32 19—24 47. 31—26 11—16 48. 32—28
18-22 49. 27 18 13 22 50. 28-23 16-21 51. 33-28
22 33 52. 39 28 17 22 53. 26:17 22 33 51. 17—11
30—34 55. 11—7 34—30 4334 33—38. Remise.
P. BEERS (wit) J. B. SLUITER (zwart)
1 33-29 19—23 2. 32—28 23:32 3. 37:28 20—25 4.
80-33 14-20 5. 41-37 10-14 6. 46-41 17-22 7. 28 17
11:22 8. 41- 39 7-11 9. 50 - 41 1-7 10. 37-32 11-19
11. 41-37 26-24 12. 29 20 25:14 13. 35-30 18-23
11. 31-27 22 31 15. 36 27 11-17 16. 13-28 15-20
17. 30 25 5-10 18. 38- 33 12—18 19. 27—21 10 29 20.
47- 41 23 32 21. 31:1 19-24 22. 37 28 13-19 23.
9 13 21. I ::i 17 22 2:. 2s 1/ 1:1 j.: 34
4 13 27. 41- 37 2 7 28. 37-31 1.3—18 29. 42—37 10—15
30. 44—39 31—29 31. 33 24 20 29 32. 43— 38 15—20 33.
31 20 2024. Zwart verliest.
„LE DAMIER DE GENèVE".
Het zal slechts weinigen bekend zijn dnt het
Pooliche spel, zooals wij het spelen, ook in Zwitser
land wordt beoefend.
WIJ ontvingen Ier bespreking een nummer van „Le
Daimer de Gcnèvc", een aardig, en in sommige op
lichten, belangwekkend tijdschrift, veyhijiH-iid om
de 3 maanden. In dit nummer was «fcl werk van
liollandsciio auteurs opgenomen. Redactie en admi-
MARIUS FABRE
(naar een teekoning van J. van Eik)
TWEE VRAAGSTUKKEN VAN LEZERS.
Vraagstuk no. 307.
Auteur: N. COHEN, Rotterdam
1 -2 3 4 5
I S3 M £3
<Gi!
19, 34, 35, 40 dan op 6.
Vraagstuk no. 308.
Autcu.: A. v. DOMMELEN, Rotterdam
-•£"r
PINKSTERVERLANGEN
Iloil'go Geest, kom ook in mij
wonen, werken, waken;
wil geheel mijn donk're ziel
tot Uw tempel maken.
Kom, o Ilcmclzonneschijn
met Uw milde stralen;
laat Uw licht, Uw liefdegloed
in mij nederdalen.
HcU'ge Geest, o wil ook mij
tot een Leidsman wezen;
dan heb ik op 't smalle pad
geen gevaar te vreezen.
Als ik dwaal, brengt Gij mij we
en in 's levens strijden,
Zult Gij, trouwe Leidsman, mij
veilig verder leiden.
Ileil'ge Geest, kom ook in mij
als do Trooste- wonen;
wil In alle droefenis
Uw nabijheid toonen.
Laat mij letten op Uw stem;
geef ook mij Uw vrede.
Kom, ja kom, o Ileil'ge Geest,
op mijn Pinksterbede.
Voor beginners
No. 309.
Auteur: L. BARTELING
J3_
JÊ^ÊKJÊ m
Zwart: 2, 8, 9, 12, 13, 15. 16, 18, 22,
Wit: 25, 26, 30, 31, 34-30, 39, 44.
(Uit: „Theoriquo et pratique du Jeu de dames".)
DE WERELKAMPIOEN IN HOLLAND
Eind September zal de wereldkampioen Ben Sprin
ger, uit Lyon, een rondreis maken door Nederland,
tot het geven van: Simultaan-wcdstrijdcn, blindpar-
tijen (1, 2 of 3 tegelijk), het meespelen in 4-kampcn,
Vereenigingcn welke Springer voor één van deze
attracties willen laten overkomen, gelieven zirh
spoedig in verbinding te stellen met onzen dam-
rcdactcur.
VARIA
ASPERGE ALS GENEESMIDDEL
Do chemicus, die de asperge naar haar voedings
waarde onderzoekt, komt tot do ontdekking, dat be
halve de augurken er geen groente is, die zoo wei
nig voedingsstoffen be"at als de asperge. Van een
K.G. asperges zijn slechts G72 gram eetbaar en van
dio hoeveelheid zijn slechts 30 grain zuivere voe
dingsstoffen. Maar daarop komt het, niet alleen,
aan. Want meer don de helft van de in den kop van
de asperge en in het wecke deel zich bevindende
stikstof bestaat, deels, uit asparagine, een slof, die
dc eigenschap bezit in het mcnschelijke lichaam de
werking van zwakke of zieke nieren opnieuw te
prikkelen.
De gunstige invloed van dc asperge bij nierziekten
is, in ieder geval, zoo opvallend, dat de geneeskun
dige waarde van dc asperge, tegenwoordig, als een
vaststaand feit wordt aangenomen. Het is ook ge
lukt, do non do versche asperge ontnomen aspar-
gine in den vorm van een aftreksel te winnen, het
welk nis een geneesmiddel door de zieken wordt in
genomen. Het gebruik van asperges werkt bovendien
zeer gunstig op de spijsvertering en daarom wordt
dc asperge door maaglijders zeer graag gegeten.
Naar een oud bijgeloof zou de asperge eter steeds
heerlijk cn aangenaam droomen en tegelijk zou een
deel van zijn liefste droomen ook in vervulling gaan.
Merkwaardige dingen verwachtten de oude Ro
meinen van het gebruik van asperges. F.en stengel
van een asperge om den hals gedragen gold als liof-
lesarnulet en het eten van asperges werd ook aan
bevolen aan lieden, die veel of dikwerf het woord
.ten voeren.
t men door het eten van asperges oud wordt
hoeft dc in de zeventiende eeuw lovende Frnnscho
schrijver Fontenelle beweerdcn hij heeft, wat
hemzelf betreft, het ook bewezen, want hij werd
Juist honderd jaar.
mm
m
<f e-s-ftwmmêM
ZATERDAG 7 JUNT
N°. 23 - 'JAARGANG 1A30
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
EEN ANDERE TROOSTER,
(Pinksteren)
En Ik zal den Vader bidden cn Hij zal u
eenen anderen Trooster geven opdat Hij bij
u blijve in der eeuwigheid.
Johannes 1416.
Van den Heiligen Geest sprak Jozus als van een
anderen Trooster, dien de Vader op zijn bede
zijnen discipelen geven zou, en daarna duidt Jezus
hen nog driemaal aan als d c Trooster.
Hij z t dus Jezus' werk bij zijn discipelen voort.
Slechts met dit onderscheid, dat terwijl Jezus van
zijn discipelen wegging en weggaan moest, deze
andere Trooster hen nimmermeer zou verlaten.
Ja, Jezus stelt zelfs den Heiligen Geest in dit op
zicht boven zichzelf als Hij zegt: Met is u nut dat
ik wegga, want inaicn ik niet wegga, zoo zal dc
Trooster tot u niet komen.
Dc Heilige Geest is dus do eigenlijke Trooster voor
Jezus' discipelen, die voor hen duurzaam is wat
Jezus zelf maar tijdelijk voor her. zijn kon.
Dien naam van Trooster daaruit to willen verkla
ren, dat de Heilige Geest de discipelen troostte over
Jezus' heengaan, doet te kort aan do rijke beteckenis
die deze naam heelt Het was toch veel meer dan
dit
Waarcm is de Heilige Geest don do Trooster
gehectcn?
Vraag daartoe slechts In welk opzicht Jezus zelf
hun Trooster was geweest. liet is waar, hij duidt zich
zelf alleen in dit verband zoo aan en dan nog maar
zijdelings. Maar ge behoeft het eerste gedeelte van
dit hooidstuk maar in te zien om het te verstaan
hoe machtigo Trooster Jezus voor de fijnen is ge
weest.
Trooster, ja ook door de woorden die hij tot hen
sprak, maar toch veel meer nog door dat wat hij
voor hen deed en voor hen was. Trooster, moet hij
zoo niet genoemu worden die zeggen kan: Uw hart
worde niet ontroerd; gijlieden gelooft in God, gelooft
ook in mij? Die het kon betuigen: Ik ben de weg, en
de waarheid, en het leven.
Trooster is hij die zeggen kan: Die mij gezien
heeft, die heeft den Vader gezien. Trooster is hij door
dat in hem de Vai'er zelf U en do werken doet.
Maar dit wordt nu nog heerlijker als do Heilige
Geest komt. Immers door Hem komen de Vader en
Jezus woning maken tot in eeuwigheid.
Hadden Jezus' discipelen dan zooveel behoefte aan
een Trooster? vraagt ge allicht
Ge zoudt het antwoord op die vraag kunnen zoeken
in de omstandigheden waarin zij bijzonder verkeer
den. Zij «varen het toch die Jezus eens aansprak als:
gij armen, gij die nu hongert, gij die nu weent.
(Lucas 6:20, 21).
Maar „c vat tcrstonc dat niet hun uiterlijke om
standigheden alleen voor Jezus reden waren om hen
aldus aan te spreken, cn dat hij niet allereerst daar
over hen troosten wilde.
Was het dan hun eigen geestelijke gesteldheid,
waarin dj een trooster behoefden, of de g stel ij ke
gesteldheid van hot volk dés Ileorcu in die dagen?
Ge zoudt het kunnen onderzoeken. Maar het ant
woord zou u toch niet kunnen bevredigen.
Immers dio geestelijke gesteldheid is niet immer
dezelfde. En indien zo verbetert waartoe dan nog
langer een Trcjstcr, cn wel zulk een die In der
eeuwigheid blijft?
Om dio behoefte aan een Trooster to verstaan moet
gc u er niet in verdiepen, wie do discipelen toch
wel waren, maar hebt ge slechts bij het licht van
Gods Woord in uw eigen nood en behoefte af te
dalen. En dan verstaat ge het te beter van Jezus'
discipelen.
Dezer. Trooster toch hebt ge van noodc omdat ge
zonder Hem diep ellendig zoudt zijn.
En dio ellende is niet gelegen i uw levenspositie,
in den zwaren strijd om het bestaan: er zijn er die
dien hachelijken strijd doorworstelen met blijdschap
ir. het hart Er zijn ook die hem zelfs van verre niet
kennen, cn a^n wier levensgeluk toch een worm
knaagt, die schijnt nimmer te zullen sterven.
Het ligt dan ook heel ergens anders. Het is uw
vervreemding van God, waarin uw eigenlijke ellende
bestaat.
Immers ellende is zooveel als ballingschap: de
verbanning lit Gods gemeenschap.
En alleen zoo die ban wordt opgeheven en gij
weer bij uw God moogt wonen als zijn kind in zijn
Vaderhuis, dan zijt gij de ellende te boven.
Maar daaraan moet heel wat voorafgaan.
Gij, zwak en sterfelijk mcnsch van deze aarde, zijt
ongeschikt om den hemel te bewoner-
Meer nog, gij zondig en schuldig schepsel, hoe
zoudt gij voor God kunnen verschijnen indien uw
schuld daar nog onverzoend lag? Maar zelfs al is
het ooraccl weggenomen en uw schuld gedelgd, ja
al is een nieuw leven in u begonnen, dan is het nog
lang niet wat het moes. zijn.
En hier is liet juist dat de Heilige Geest zich ~.ls
de Troost-r doet kennen. D.w.z. als Degene die den
troos* van het Evangelie u mededeelt en in u werk
zaam maakt
Dezen troost dat gij met God verzoend zijt door
den dood Zijns Zoons; dezen troost dat God uw Vader
door Christus Is geworden; dezrn troost dat ge eens
alles te boven zijt. Dien troost u toe te eigenen, u
dien troost te doen genieten dat is het werk van
dezen Trooster den Heiligen Geest
En dit kan de Heilige Geest juist daarom zoo uit
nemend doen omdat Hijzelf God .s, die woning
maakt in uw hart
Israël mocht van ouds juichen: Dc Heere der heer
scharen is met ons, dc God Jakobs is ons een hoog
vertrek (Ps. 46:8). En we kennen ook onder het
Nieuwe Verbond de blijde rocmtaal: Zoo God voor
ons is, wie zal tegen ons zijn? (llom. 8:31).
Maar we hebben toch iets meer. Want het Woord,
dat hij God cn elf God wa^, heeft nu onder ons
gewoond.
Dat gaf voor Jezus' discipelen dat zalige, onbekom
merde leven. Jezus was hun alles, Hij los' elke moei
lijkhcid op. Hij wees hun den weg. Hij nam hun
zonden weg. In zijn tegenwoordigheid hadden ze aan
niets gebrek. Want in Jezus haddon ze do volheid
van ge> ado en waarheid bij zich.
Troost is voor bedroefden. Maar hier was do troost
van Jezus' bijzijn zoo krachtg, dat het aan do droef
heid niet eens toekwam.
Maar dit kon zoo niet blijven.
Jezus' plaats was bij den Vnder. Daar moest hij
heen. En nu moeten ze 1. n missen. Toch is dit
slechts dc doorgang tot Iets hoogers.
Zijn discipelen moeten zeiven aan hot werk, to
moeten voor Jbzus de wereld in. Want er is een
taak te vervullen in zijn dienst. Het is wel zalig, ge
tuigen te zijn van Jezus' werk. Maar hij heeft ook
werk voor de zijnen. Die in mij gelooft, do werken die
ik doe zal hij ook doen cn zal meerdere doen dan
deze, want ik ga henen tot mijnen Vader. (Joh.
1412).
En daartoe zal dan Christus zelf door zijn Heiligen
Geest hen «kwamen en stcrkch. Als zc dan in deze
vijandige wereld allcon zullen staan, cn Jezus zoo
ver van hen weg is in den hemel, dan is do Heiligs
Geest bij hen om uit do volheid van Christus daar
boven al hun gebrek «n gemis te vervullen.
Jezus kon nog van h~n g schelden worden. Maar
de Heilige Jeest nimmer.
En nu wordt de Heilige Geest hun Trooster, door
dat hij na Jezus' licncngann nog veel meer doet uit
komen wat er in Christus 11 God geschonken is.
Hij verheerlijkt Christus in do zijnen. Ilij maakt
dat het door hen in do wcrel I openbaar wordt wie
Christus is. Zijn zaak bestaat door hen hier op aardo
voort. Zij -.ijn er verantwoordelijk voor.
En in zichzelvcn zijn zc er onbekwaam cn onge
schikt toe. Mani nu komt de Heilig» Geest in hen
met zijn kracht en zijn genado or hen te sterken, to
leiden. Om alles i n hen te zijn, zooals Jezus eens
alles v or hen war.
Zoo bereidt hij hen toe tot het Vaderhuis. En zoo
lang als die zaligheid cn heerlijkheid nog toeft, voi^
goedt Ilij hun het gemis. Hij troost hen met zijn
tegenwoordigheid! Ilij troost hen met zijn woord,
dat waarachtig is, met Zijn a, at Hij niet laat
varen. Met de hope die niet beschuamt, omdat deze
Trooster zelf hut onderpand is van li ir vervulling.
~rDE OM PINKSTERW1ND
Mijn zicleorgel staat en zwijgt
Soms, als een schim z'n bank bestijgt
en spelen wil... dan zucht 'et,
en als mijn wil dc balgen treedt,
maar't spelend zielebecld vergeet,
dan bclgt het zich, dan vlucht 'ct.
Van tijd tot tijd een cnk'lc maal
als, Liefst', uw beeld m'n zielezaal
komt ingegleên, d&n blinkt 'ot
en heft g'u zwijgend op z'n bank,
dan waakt der stomme tongen klank
weer even op„dan zingt 'et
O Geest van God, vernieuw hot werk,
plant zulv'rer tongon in en sterk
de balgen In 't verstrammen.
Stuw uit uw reine hemelsfeer
een stormwind In mijn orgel neer,
een Piuksterwind en vlommcnl
SEERP ANEMA.
>00|0<0000000000000000000000»>0000i>000000»^0»00'