KINDEREN
Voor Jonge Meisjes
Voor de Keuken
RESTANTEN
RESTANTEN
Electrische Lampen
2eK.
DEND
VOOR DE VROUW, No. 4
in alle afdcelingcn
radicaal
in alle afdeelingen
radicaal
men ook zijn bost mag doen, de kin- j dwingen, ik zou dien middag vast diè aard-
derziel te begrijpen, in vele gevallen zal
ons toch altijd weer voor raadsels zetten.
Zeker, het is plicht van ieder ouder en
opvoeder, om tot het uiterste te trachten het
kind te doorgronden, achter zijn beweegre
denen zien te komen, maar als dit met de
hesle bedoelingen ter wereld niet gelukken
mag durf dan ook eens iets over te laten
aan bet „goed vertrouwen", denk vooral niet
dadelijk kwaad van de dingen die ge
niet begrijpen kunt
Ik herinner mij in dit verband een aardig
voorval.
Een heel klein ventje mocht met zijn moe
der op een middag mee op visiste.
De gastvrouw, die veel van kinderen hie'.d,
wou het jongetje een plezier doen, haar
dochter nam hem eens mee in den tuin om
de kippon te gaan kijken enz. Toen ze
binnen kwamen vroeg zij hem: „en n
je zeker wel 's graag een lekker bordje van
die heerlijke aardbeien hebben?"
Maar kleine broer schudde beslist van nee.
„Heusch niet? Houd je daar niet van?
Weer zei hij nee.
Toen vroeg de verwonderde gastvrouw aan
de even verbaasde moeder: Houdt hij niet
van arbeien?
„Ja zeker. Graag. Laat maar eens zien,
Keesje, hoe lekker je ze opeet" en moe
der knipoogde eens tegen de anderen om te
«duiden dat het natuurlijk maar verlegen-
beid was van het ventje.
De dochter kwam intusschen met een
bordje prachtige aardbeien, flink wat suiker
er op, het was bepaald aanlokkelijk.
„Kom," zei de moeder," hij was een klein
beetje verlegen, geloof ik. „Maar als Moekie
!T bij is, eet jc ze wel graag op, hè vent?"
Maar de „vent" bleef halsstarrig weigeren,
ijj wilde geen aardbeien. Wit Moeder of de
inderen ook zeiden of probeerden, goed-
lehiks of kwaadschiks, broer hield de lip
pen stijf opeen.
„Ik begreep er niets van," zei de moeder
'.«J me later, ik geneerde me, omdat do men-
V tchen zich juist zoo uitgesloofd hadden voor
oj bet kiiul. Ik dacht nog even aan koppigheid,
maar hij is anders nooit koppig. En wil je
103 *el gelooven, dat hij thuis dienzelfden avond
nojr m?t smaak aardbeien heeft zitten eten?"
„Nu, diè had ik hem niet dadelijk daarna
thuis gegeven; ik «zou gezegd hebben „jij
houd er immers niet van", voor zijn straf,
ia om de reden eens te weten te komen",
ui ik.
J)at hèb ik geprobeerd" zei de Moeder. „Ilt
'm, zijn ze nu niet lekker? Dat zijn de
aien die je vanmiddag niet hebben
[Ü9 en als je gezien had, hoe zijn gezicht
Éfrbij plotseling betrok, als schrok hij van
[ï/eit, dat hij die vruchten van dien middag
1h had aangeraakt Maar dadelijk daarna
want 't is zoo'n bij-de-handje zei hij
en gerustgesteld: „dat kén niet Moes, want
hebt ze hier in de keuken schoongemaakt,
heb het gezien".
,Och," eindigde de moeder, met een lachje,
heb maar niet veel meer gezegd. Dat zijn
an die rare dingen die alle kleine kinderen
rel eens hebben, en waar je gewoon \oor
lAat."
Jaren later heeft „Broer" me verteld wat
iet geweest was.
Hij had pas het sprookje van sneeuwwitje
wren vertellen. Dat had erg op zijn kindcr-
ilOJ'f jke fantasie gewerkt, en de eerste dagen na
verhaal want pas langzaam sleet het
leefde hij aldoor in de stellige overtui-
hoe vrien-
1ERD h
4 -
CW
r 1 ,cc hij aiuvui iii ue öici.
ing, dat, wanneer een vreemde -
K -
rlijker hoe gevaarlijker dacht hij hem
ts geven wilde, dat was om hem te vcr-
iftigen.
„Daarom" zei hij lachend, „al had-
en ze me met klappen en straffen willen
RECEPT VOOR GLUTON
9J.H
141104 Heel iets anders, waar ook veel naar
4 97ii faagd wordt al was het niet door onze
9S «eressen, is het recept voor plakstijfsel
«64 kleefpasta) die men zelf maken en... daar
1081 lat het om lanj* bewaren kan. De beken-
- potjes gluton, titanol enz. zijn wel goed
'ilOOt lerg gemakkelijk, maar op kantoren en in
•j? uisgezinnen waar men veel plakt (kinde-
fn) worden ze wat duur in het gebruik.
l|93u en kan het zelfde maken voor een derde
9Sl vierde van de prijs. Een zeer eenvoudige
«nier is wat ik zelf heel vaak gedaan
eb, gewone plakstijfsel koken en er dan,
wd, wat lysol dat men in elk huishouden
^looi voorradiB heeft, doorheen te roeren om
*l !t schimmelen tegen te gaan. Wel een paar
eken blijft je stijfsel dan goed, maar lan-
z toch niet En de pasta die we nu maken
ilgens recept duurt maanden zonder schim-
j Spelen of klonteren.
~'e eenvoudigste manier is (om ook met
nig te beginnen) koop (een) ons witte
oral alleen witte nemen anders komt
teleurstelling) dextrine, voor een dubbeltje
iden drogist te krijgen. Dit au-bain-marine
riten in twee kopjes koud water, ruim een
bartier. Dan na afkoeling bijvoegen: drie
am salycil (tegen de schimmel) en tien
uppels glycerine (tegen het dikworden)*
Op deze manier heeft men voor nog geen
.4 ïoüj ie stuivers een jampot vol kleefpasta, die
*1061 Voluut niet onderdoet voor de in de handel
r 97 inde potten. Men kan in plaats van saly-
H1J1) look nemen: lysol of formaline het laat
e|Pcl'ter voePt men pas bij de massa na af-
ai
'4101
H 83*1
oeling (om de schadelijke dampen)
Men doet het echter ook wel zoo: in een
„kenen jam- of vetpotje gaat wat witte dcx-
'4 ine bijv. een paar centimeter-hoogte. die
iH - ordt aangemaakt met goed-kokend water
donder stevig roeren wordt bijgevoegd tot
;n ongeveer tweemaal de hoogte heeft
li 81 ,cnl<el® dexterine. Warm ziet liet mengsel
>4 8i %r>js, maar gekoeld heeft het een mooie
si auwachtige witte tint Is de pasta te stijf
4S7H ri kan ze nog worden verdund met wat
9J' ikend water, onder stijf roeren er bijge-
*94* iegd. Na afkoeling gaan er 20—30 druppoU
"q nnaline door. ook onder gestadig roeren,
ijj doet de klaargemaakte pasta in goed-
ihoone (liefst even gedesinfecteerd met
fnialine of lysol) glutonpottcn.
Een ander recept dat door een lezeres in
i vrouwenrubriek van het H.bl. gegeven
erd is: tien gram aluin, dertig gram witte
'iker worden onder verwarming opgelort getrokken van punt tot punt. Men werkt die
1100 gr. water Daarbij 400 gr. dextrine, d t lijntjes weer met een kettingsteek, nu in
aken en na afkoeling een scheutje forma- j groen.
m er door roeren. I In de binnenkanten der hoekpunten komen
IX -
beien niét hebben gegeten; ik wou niet naar
de kabouters, ik wou hij „moekie" blijven:"
En „Moekie" glimlachte weer om het ver
haal. „Ik ben maar blij" zei ze, „dat ik dien
middag maar niet de schroef te ver aangezet
heb, al had 'k er heusch veel-zin in je
zou yèst gedacht hebben dat ik zelf óók jc
Uit zoo'n verhaal lecren we twee dingen:
dat zeer-kleine fantastische kinderen geen
grièzelighedcn, zelfs niet in sprookjesvorm
verteld moeten worden, die al te zeer op hun
verbeelding inwerken kunnen, en dat er
altijd gevallen zullen overblijven, waarbij
't absoluut ónmogelijk is, met ons groote-
menschenbrein de kinderlijke motieven na
te gaan, wanneer ze ons die niet eigener be
weging vertellen.
En het middel om dat gedaan te krijgen
is alleen: vertrouwen, hegrijpen.
Tracht er biddend naar, uw kinderen te
leeren kennen en begrijpen, hun volle ver
trouwen te winnen. Vraag hen, zooveel mo
gelijk naar hun redenen, hun motieven en
begin vooral niet dadelijk met dwingen en
straffen, of met zelf verklaringen te geven
als bijv. „ja, je dacht zékero, dat is
zoo hatelijk voor een kind, wanneer we op
die manier soms een ergere gedachte achter
zijn daad zoeken, dan er achter zat.
TIJDIG WEGGENOMEN
Soms leeft gij naast een stille ziel
en beseft van haar rijkdom niets.
Cf: „Tijds genoeg, morgen doorgrond ik haar"
Zoo maakt gij U luchthartig diets.
En morgen komt, maar de Dood meteen
die neemt de stille mee
met heel den schat dien zij bezat
En gij blijft met uw rouw alleen,
schreiendmisschien van wee
dat gij zoo weinig hebt verstaan
van de stille die nu is heengegaan,
en die u zoo gaarne gegeven had
van heur grooten, heur kostelijken schatl
NELLIE VAN KOL.
Volgens het besef van verantwoordelijk
heid, dat ik in mij aanwezig voel, moet ik
beslissen, hoeveel in mijn leven, mijne be
zittingen, mijne rechten, mijn geluk, mijn
tijd, mijn rust, ik aan anderen moet wijden,
en hoeveel ik daarvan voor mijzelf behouden
mag. Evenals een golf niet op zichzelf be
staan kan, maar steeds deelneemt aan den
golfslag \an den oceaan, zoo moet ik mijn
leven nooit als iets afzonderlijks beleven,
maar altijd als een deel van het groote ge
beuren, dat om mij heen plaats vindt
A. Schweitzer.
Dit eenvoudig maar toch mooie randpa-
troon kan waarschijnlijk goed te pas komen
voor shawls in de eerste plaats, verder voor
blouses en japonnen, klein boekenkast-gor
dijntje, enz.
Zooals we het hier afbeelden was het ge-
GEBORDUVRDE RAND
nu de driehoeken die we op de afbeelding
zien. Ze worden uitgevoerd met de platte
sleek, de eene helft groen en de andere
blauw (zie afb. 1) men laat die kleuren
regelmatig afwisselen, zoodat, als het eene
driehoekje eindigt met een blauwe helft, het
bruikt voor een breodo sportshawl en op I daaropvolgende begint met een groene helft,
cream viyella newcrkt met wol in pauw-1 Dc rechtc lljntjoSi die vun de drieh0(,kjes uiti
naar den overkant loopen, worden met
blauw, mauve en groen.
Men teekent de rand als volgt: eerst
worden twee rechte lijnen getrokken met
een timmermanspot lood langs een rechte
liniaal. Zorg er goed voor, dat ze even
wijdig blijven loopen (met overal even groote
tusschenruimte). Die twee lijnen de be
grenzing van de driehoeken, worden later
in pauwblauw gewerkt met de kettingsteek.
Dat zet men op bepaalde afstanden (Gé 10
van elkaar, dat hangt af van de breedte
den rand) de stippen uit voor de drie-
hoekspunten van de tussohenliggende zig1
zag lijn. Die schuine lijntjes worden uit dc
hand of -als men wil, ook langs een liniaal
mauve wol, eveneens in kettingsteek, ge-
boHuurd. Boven de bovenste dwarse lijn
wordt nu een andere getrokken, die van af
stand tot afstand kleine cirkeltjes krijgt,
welke precies tegenover de onderste drie
hoekjes moeten komen te liggen. Deze cir
keltjes (zie afb. 2) worden met groene steel-
steek gemaakt, en de kleine mfddenrandjes
in knoopsteek met blauw. De rechte lijntjes
tusschen de cirkels zijn mauve.
Ten slotte (en zoo wordt dus al werkende
de hecle rand geteekend en opgebouwd)
komt er nu boven die cirkeltjeslijn nog een
dubbele dwarse linieering en gaat men de
ruimte tusschen die twee vullen met de
vischgraatsteek (zie afb. 3).
Andere kleuren waarin men deze rand
op lichten achtergrond zou kunnen uit
voeren, zijn: oranje, geel en een warm-
bruin; of ook: rood, mauve en purper.
Vooral op een lichte ijsjumper, zal een
rand als deze het aardig doen, men kan er
dan ook een shawl en muts mee opfleuren.
Wie het graag gemakkelijk (of stemmiger)
heeft, kan gerust de rand in één kleur uit
voeren.
Ook voor theemutsen en aanvattertjes kan
men den rand gebruiken. Voor het laatste
maakt men dan een hoesje op de manier
van tb muts, maar in het klein natuurlijk,
voert li> t, en werkt er dan een randje op.
Als materiaal ltan men hiervoor hot best
donker jute nemen of een wollen lacie e«
een dubbele flanellen voering.
Om nog eens te wijzen op de gevaren, die
verbonden zijn aan het omgaan met electri-
sche lampen, nemen wij hier over de „tien
geboden", zooals die voorkomen in den
„\Vat gij moet weten"-bundel, uitgegeven
door dc firma J. M. Meulenhoff, Rokin 44,
Amsterdam. Zij luiden als volgt:
le Laat reparaties alleen door vaklui uit-
2e. Laat de electrische geleidingen zoo
hoog aanbrengen, dat ze niet aan beschadi
ging zijn blootgesteld.
3e. Gebruik alleen losse snoeren (voor
schemerlampen, enz.) die zoo buigzaam mo
gelijk zijn en die op deugdelijke wijze zijn
geïsoleerd.
4e. Vermijd het, de snoeren te buigen of
te knikken, hang ze niet op aan scherpe
haken of spijkers-
5e. Laat stopcontacten en schakelaars
zoo hoog aanbrengen, dat ze buiten 't be
reik zijn van kleine kinderen.
Ge. Zorg ervoor, dat in de badkamer geen
schakelaar of stopcontact is onder het be
reik van den persoon, die een bad neemt
7e. Vermijd zoo mogelijk het aanbrengen
van stopcontacten in bad- en waschkamers,
in keldervertrekken en op andere gevaar
lijke plekken.
8e. Schroef alleen lampen in of uit als
de stroom is afgesloten en bekleed geen
enkele electrische lamp met gaas, papier of
andere licht-brandbare stoffen.
9e. Raak tijdens een onweer de electri
sche geleiding niet aan en
10e. Schakel bij langere afwezigheid alle
electrische apparaten uit
Het is een feit, dat een ongebruikt stop
contact altijd een groot gevaar blijft voor
spelende kinderen, die zoo gauw geneigd
zijn om overal met hun vingertjes aan te
komen. Twee vingertjes in de schijnbaar
zoo onschuldige openingen gestoken en
er bestaat gróóte kans op een ongeluk dat
de allernoodlottigste gevolgen kan hebben.
Natuurlijk zal elke verstandige moeder haar
kleinen peuters verbieden, om de stopcon
tacten aan te raken. Maar nog beter is het,
behalve te waarschuwen, tevens met eenvou-
digen stekker de gevaarlijke plek af te slui
ten.
DE BABY-BOX
Van dit nuttige „meubel", vertelt de Am-
sterdamsche kinderarts Dr. W. F. Enklaar in
zijn boek „Het gezonde cn het zieke kind"
het volgende:
Een van de beste hulpmiddelen om de op
voeding op een aangename wijze te leiden is
de box. In het tweede levensjaar behoort het
kind bijvoorbeeld van 9 tot 12 in de box.
Na het ontbijt en het gewone dagelijkscho
bad wordt het kind in de box gezet. Indien
omstandigheden en het weer het toelaten,
zullen wij de box buiten of op een veranda
of in een balconkamer plaatsen, in ieder
gcyal daar, waar licht en lucht ruim kun
nen toetreden. In diè box wordt, het kind
alleen gelaten met een enkel stuk speelgoed.
Voor de moeder zen is üeze regeling gemak
kelijk, omdat zij daardoor de handen vrij
krijgt voor haar bezigheden en voor liet Kind
is het goed, dat het aan zichzelf is overge
laten Het moet leeren zichzelf bezig te
houden. Het is noodig, dat het daarbij niet
overstelpt wordt met een reeks van indruk
ken en een massa speelgoed, maar dat het
geheel zoo eenvoudig mogelijk wordt gehou
den. Al naur den leeftijd een wollen o!
gummi-pop of nagemaakt beest, een beer,
een paard, of, als het kind iets ouder wordt
iets dat rollen kan, een eenvoudig wagentje
of iets dergelijks Het zal zich geleideI
wennen aan deze omgeving en zoeken te be
reiken, wat het kan. Ht zal "staan, kruipen
of loopen, en, als het vermoeid is, eenvoudig
in slaap vallen. „Ik acht het een groote
fout", aldus verder de medicus, „om kindo
ren zoet te houden door er iemand bij te
zetten, die zijn vernuft uitput met alles aan
te sleepen en het kind tenslotte verveelt en
ongedurig maakt. Laat men daarom gerust
bovengenoemde proef nemen. Ik weet zeker,
dat zij bij goede toepassing zal bevredigen..."
IN DEN TREIN
De Vrouwenrubriek van het Hbl. ertelt de
volgende aardige ontmoeting:
Spoorwegen. Coupé tweede klas. Ik zit in
een hoek weggedoken achter een krant. In
Utrecht stappen mijn medereizigers uit en
komen er twee nieuwe bij. Een jonge dame,
naar schatting een jaar of negentien, en een
meneer, reus, al in de dertig. Hij helpt haai
de bagage in het net te leggen, zij bedankt
hem daarvoor en gaat tegenover hem zitten.
Ze zijn vreemd voor elkaar. Een tijd lang
wordt er niet gesproken in het comparti
ment, maar dan, na ecnigen tijd, als zij iet?
laat vaillen en haar visa-vis zich snel hukt
om dit op te rapen, begint de conversatie. In
den loop van het discours kom ik dan tc
weten, dat de jonge dame Engelsche les
geeft. Zij vertelt het onder de noodige
reserve, want, zegt ze: „Ik heb geen
diploma, maar ik hen ver genoeg om de
eerste beginselen uit Roorda I en II te on
derwij zen". Maar vis-d-vis vindt dat klaar
blijkelijk zeer belangrijk en informeert of
zij al veel lessen heeft. Lachend vertelt ze
hom, dat zo pas bezig is ze te zoeken. Als
hij eens iemand weet, houdt zij zich aan
bevólen. Graag zal hij dat doen. Dan
'n oogenblik pauze. Daarna begint hij weer,
over hetzelfde onderwerp. „Het lijkt mij toch
wel plezierig", zegt hij, „zoo ver in een taal
ie zijn, dat men daarin les kan geven. Weet
u wat, als u nog geen leerling hebt, mag ik
dan misschien de ééiste zijn? Ik heb mij n
lang willen bekwamen' in het Engelsch".
Zij, verheugd, grijpt het voorstel ter i
stond met beide handen aan, vraagt hem j
waar hij woont en hoe hijReeds heef' I
hij zijn portefeuille te voorschijn gehaald
en daaruit een kaartje genomen. Zij doet
hetzelfde; do kaartjes worden gewisseld,
ieder bekijkt het kurtonnetjo. Vuurrood wordt j
7.i'. plotseling. Want op zijn kaartje staat,
onder den naam W J. ML. Muylder
Leeraar Engelsch M. O. I
Een woord voor dc huisvrouw die 't zij
geregeld of door omstandigheden tijdelijk
haar dagen ziet vergaan met kleine „onbe
duidende werkjes" als vaten wasschen, aard
appelen schillen, stof-afnemen, alles op zich
zelf schijnbaar zoo doelloos;
Wie de waarheid verzwijgt, als de plicht
hem gebiedt te spreken, is een even groote
leugenaar, als hij, die een onwaarheid
spreekt.
AARDIG DESSERT
We weten 't allemaal wel: zal een zieke
goed eten, dan moet alles bijzonder smake
lijk worden klaargemaakt cn mooi opge
diend. Dan hebben we vooral de kunst noo
dig ,de schotels aardig op te maken en van
niets, iets te maken. Citroen- of chocolade
vla, opgediend op een diep bord, dat zal
de zieke niets aantrekken en we hebben
veel kans dat zij 't laat staan, maar pro-
beeren we het eens op de manier, zooals
ons plaatje aangeeft, cn we willen wedden,
dat 't er in gaat.
Voor servies kan hier het beste dienen een
of ander aardig kommetje, sierk^ametje of
iets dergelijks, 't Lekkerste is, wanneer we
dit vullen met schuimvla, natuurlijk als de
zieke dit hebben mag. Hiervoor hebben we
niet anders noodig dan eiwit en jam. Het
eiwit kloppen we stevig tot het stijf is. Dan
zetten we een beetje apart, om straks als
schuimkop te dienen en bij het overige voe
gen we, steeds kloppend, de jam, bij kleine
hoeveelheden tegelijk. Voor jam kunnen we
abrikozen-, bessen-, frambozen- of aardbeien
jam nemen ,wat we maar in huis hebben.
Is alles goed vermengd, dan doen we de
vla in ons kommetje, zetten langs den rand
boudoirtjes of langwerpige biscuits, plaat
sen bovenop den schuimkop, dien we ver
sieren met een ingemaakt kersje of ander
vruchtje of een vlokje jam.
We kunnen het kommetje ook vullen met
andere vla's: citroen- vanille-, sinaasappel-
of frambozenvla. Daarbij houden we natuur
lijk rekening met smaak en voorkeur van
de zieke en met wat zij van den dokter
gebruiken mag. Alleen, we moeten zorgen,
dat de lekkernij voor onze patient een ver
rassing blijft en haar niet de illussie bene
men door te vertellen, dat 't maar mooi-
opgemaakte vanille-vla is („pap" zegt zij
dan misschien wel minachtend). Het geheim
van onze kunst moeten we maar voor ons
zelf houden, dat verhoogt de waarde.
GEWOONTEN DIE SCHADELIJK
ZIJN VOOR DE GEZONDHEID
Gaan slapen met koude voeten, hierdoor
wordt de bloedcirculatie belemmerd en de
slaap onrustig.
Het niet goed drogen van het hoofdhaar na
wassching. Hierdoor wordt vaak rheuma-
tische hoofdpijn veroorzaakt.
Het drogen van door verkoudheid vochtig
geworden zakdoeken, tijdens het gebruik.
Hierdoor wordt gelegenheid gegeven, dat ge
vaarlijke kiemen zich ontwikkelen
Het wrijven der oogen, indien daarin een
vreemd lichaam is geraakt. Hierdoor heeft
men kans het hoornvlies te beschadigen
Het drinken van koud water na het ge
bruik van warme spijzen. Hierdoor ontstaan,
door de plotselinge afkoeling, stoornissen
in de spijsvertering en in den bloedsomloop
der mondholte.
EEN VEEL GEVRAAGD RECEPT
is het volgende en ik hoop daarom dat de
genen die het uit ten treurc kennen, en
weten dat we het hier reeds meer dan eens
opgaven, zich niet zullen ergeren, want
weer telkens wordt ons gevraagd naar dit
recept dat bij velen bekend is onder den.
naam „Haagsche Bluf", bij andere weer on
der andere namen, als bijv. „scliuimgelci''
een eigen vinding.
De meest gewone vorm ris: neem een kop
fijne witte suiker (liefst basterd- geen brui
ne) met een kop bessensap en één eiwit.
Klop bet eiwit goed en voeg er langzaam
de suiker met de bessensap doorheen. Men
kan dit recept natuurlijk niet lang vooruit
klaarmaken, daar het dan al gauw zal in
zakken. Nriet voor niets heet het bluf want
«véél zit er niet in, imaar lekker is het wel.
Het is ook luchtig en dus een goed toetje
na een zwaren maaltijd. Velen gebruiken
op één eiwit veel meer bessensap en suiker,
dat hangt ervan af hoe dik men het heb
ben wil wrie het bijv. als vla over droge
rijst gebru kt, maakt het wat dunner,
ook hangt het veel van het koppen af. Som
migen doen dadelijk alles door elkaar en
beginnen dan met kloppen, maar de erva
ring leert, dat dit vaak tegenvalt, men kan
het dan soms niet dik meer krijgen, daar
om is het veiliger eerst het wit te kloppen
en de vloeistof langzaam bij te gieten tot
men denkt: verder gaat het niet.
Natuurlijk kan men ook nriet te dun ci
troen- of sinaasappelsap gebruiken, ik heb
dit vaak gedaan en vind het zelfs lekker
der omdat het iets minder zoet wordt.
Ik neem dan: sinaasappel-limonade
stroop met zeer weinig water verdund en
enkele druppels citroensap, onverdund. Er
hoeft dan weing of geen suiker bij want
de stroop is altijd al zoet.
Weer een andere variatie, die ik ook vaak
maakte is: in plaats van vruchtensap, mar
melade of jam te nemen. Ook dan diene,
wie niet van erg zoet houdt, er wat verdund
citroensap door te mengen. Het aardige is,
vooral voor kinderen of zieken bijv. dat men
er nu ook vruchtjes in ziet, ook is het stijf-
kloppen veel gemakkelijker dan wat sap.
Verder heb ik wel 'eens gehoord maar
niet zelf geprobeerd dat men bij het eerst
genoemde recept soms een paar blaadjes
roode gelatine voegt die vooraf in een wei
nig warm water geweekt, door de stijfgeklop
te massa geroerd wordt- In dat geval echter,
moet de bluf juist een poos vooraf klaarge
maakt worden. Men roert de massa voorzich
tig door, nadat ze in de vorm of schaal ge
goten is, dit om het zakken van de gelatine
te voorkomen.
Het aardigst dient men de bluf vóór op
glazen schoteltjes, gegarneerd met vanille
wafeltjes of ander bisquits. Vaak serveert
men het in 'n schaal, waarvan vooraf de bo
dem is bedekt met lange vingers of zoo iets.
Anderen geven het als vla over droge rijst,
koude griesmeel of zoo iets.
Met opzet hebben we dit eenvoudig recept
eens wat uitvoerig besproken, omdat men
daar eigenlijk meer aan heeft, dan een be
paald voorschrift, dat men precies dient op
te volgen, en dat toch nooit voor verschillen
de smaken pasklaar te maken is. Gelatine
bijv. doen sommige menschen letterlijk over
al in, terwijl anderen het eenvoudig niet
kunnen „uitstaanIedereen moet dat maar
voor eigen gezin of gezelschap uitmaken.
Rest me nog te vertellen dat men ook wel
de „bluf" garneert met fijngehakte noten
(amandelen), hazelnoten, etc.) die men er
overheen strooit, vooraf gebrand of niet, al
naar persoonlijke smaak.
GEZONDHEIDSRAAD
Verwaarloos geen hoofdpijn bij uw kind.
Hoofdpijn is bij kinderen geen natuurlijk
verschijnsel; het is een teeken dat er iets
niet in orde is. Het kan een gevolg zijn van
te groote inspanning van de oogen, hetgeen
door een bril verholpen kan worden; of het
kan een nog ernstiger oorzaak hebben. Laat
uw dokter die oorzaak zoeken.
Wees er niet te zeker van, dat het door
gebrek aan oplettendheid is dat uw kind iets
verkeerd doet; overtuig u, dat zijn gehoor
volkomen goed is. Van besmettelijke ziekten
a.s roodvonk, diphteritis houdt men dikwijls
dcofheid over ais gevolg van de ontsteking
van de keel en de gang, die deze met. het
oor verbindt Adenoïden zijn ook een gewone
oorzaak tot doofheid bij kinderen.
Zooals onze huismoeders nu onderdehand
wel weten, wordt de ouderwetsche manier
om pannen liefst nog wel met de deksels
erop in gesloten kasten te bewaren, tegen
woordig algemeen afgekeurd. Naarmate men
ze gebruikt, is het bezwaar natuurlijk meer
HET OPBERGEN VAN DE PANNEN
of minder erg, maar pannen die een poos
zoo staan, moeten na verloop van tijd wel
muf en onfrisch worden.
Veel beter is het daarom de pannen om
gekeerd op een open plank te zetten, die uit
richels bestaat, of wanneer ze op de hand
vatten kunnen steunen, kan het ook op een
gewone plank. Als maar niet de heele boven
rand plat ligt zoodat de binnenkant van de
lucht afgesloten is. In dat geval kan men
beter dc pan open overeind zetten met een
weinig water erin, dat voorkomt het muf en
stoffig worden. Alluminlum pannen laat
men echter niet staan met water erin.
De deksels van de pannen kunnen e»dan
los naast of achter gezet worden of wat
wel het best en het geriefelijkst is: achter
een houten richel tegen den muur gehangen
worden. Timmert men zoo'n richel op lood
rechte latten die tegen den muur gespijkerd
worden, en bovenaan de steunsels dragen
voor de pannenplank, dan is het bij elkaar
een ordelijk cn gemakkelijk stel. In den
onderkant van de plank kan men, dicht bij
den muur nog wat haken schroeven, waar
aan steelpannen kunnen opgehangen. Zoo
heeft men, met weinig kastruimte, toch alles
vlot bij de hand. Handige huisvrouwen
zullen best zelf zoo'n stelletje in elkaar kun
nen timmeren als tenminste de muur niet
al te lastig te brokkelig of te hard is,
om spijkers in te slaan. Maar wie iets betera
heeft, houde zich daarbij, dat spreekt van
zelf.