|liruiur jCriitsrijr ttourant Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. A80NK2SPE*. per kwartaal ƒ3.25 (Beschikklngskosten ƒ0.15) |er weck 1 0.25. y0or het Buitenland bij Weke- lijksche zending „8.— J5ij dagelijksche zending ,7.— Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7/2 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar No 2955 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936. 1 blke regel DONDERDAG 23 JANUARI 1930 ADVERTENTlfiN: )t 5 regels11.17VS gel meer 032VS Ingez Medededingei- van 1—5 regels «2.30 Elke regel meer «0.45 1 Bij contract belangrijke korting. /J Voor het bevragen aan het bureau wordt berekend ƒ0.10 J 10e Jaargang Dit nummer bestaat uit DRIE bladen IETS OVER DE ROOMSCHE ZEDELEER De belangstelling, waarmede onze be spreking van Potter's „Verklaring van den Katechismus der Nederlandsche Bisdommen" ontvangen werd 2), deed ons besluiten ook van het pasverschenen vierde deel een korte uiteenzetting te geven. De vroeger door ons besproken drie deelen waren herzien en bijgewerkt door Prof. A. Mulders dit vierde deel js in hoofdzaak bezorgd door Prof. W. Koenraadt. Ook nu ging 't, als vroeger bjj de bestudeering van dit standaard werk: we troffen gedeelten aan, die onze volle instemming hadden, die ons bevestigden in de overtuiging, dat wij nog vele dingen gemeen hebben en „op denzelfden wortel stoelen"maar we kwamen ook stukken tegen, die ons zóó vreemd aandeden, dat we ons afvroe gen: hoe is 't mogelijk, dat geleerde mannen zulke dingen kunnen neerschrij ven en zulke ideeën kunnen verkondi gen. Dit deel geeft een uitvoerige uiteen zetting van de geboden, die de Room schen moeten onderhouden, 't Biedt een Roomsche ethiek of zedeleer. Daarom is dit deel voor ons, Protestanten, nog in teressanter dan de vorige boeken. We verblijden ons, wanneer Prof. Koenraadt de geschiedenis van de wét- geving, in Exodus beschreven, als waar heid aanvaardt en.de wet der tien ge boden beschouwt, als door God gegeven. 't Zou ons te ver voeren, wanneer we al 't geen onze instemming vond ook maar aanstipten. 'k Doe slechts een greep. Met allen ernst wordt gewaarschuwd tegen een groot gevaar van onze dagen het Spiritisme. Het is schrijft Prof. Koenraadt onder geenerlei voor wendsel geoorloofd, zich door oproeping van geesten of van zielen der overlede nen met de onzichtbare wereld in ge meenschap te stellen, zelfs dan niet, als men elke tusschenkomst des duivels bui tensluit (typisch Roomsch is weer het onderscheid tusschen doodzonde en da gelijksche zonde. Het bijwonen van spi ritistische vergaderingen met de bedoe ling om geesten te zien, is op doodzonde verboden. Wanneer iemand echter uit [nieuwsgierigheid een enkele maal een spiritistische vergadering bijwoont is dit slechts dagelijksche zonde). De vraag of een Katholiek socialist m zijn, wordt beantwoord met een de Katholiek kan nooit socialist zijn. En om de economische leer èn om de we reldbeschouwing wordt het Socialisme [onvoorwaardelijk afgewezen. De doel stelling van het Socialisme, het gemeen schappelijk bezit van de productiemid delen, is voor den Katholiek verwerpe lijk. Wordt dit verwerpelijke doel dan bovendien nog op gewelddadige, revolu tionaire wijze nagestreefd (en het klas- senstrijdbeginsel zoowel als de revolu tiegeest zitten iedere socialistische rich ting in het bloed) dan is dat Socialisme ook om zijn middelen onaannemelijk. Bovendien is de socialistische wereld beschouwing niet neutraal. Stel al dat waar was wat socialisten voortdu rend beweren dat voor het Socialisme «Ie godsdienst privaatzaak is, dan moet de «W Katholiek toch ook op dien grond tegen 1) P. Potter, Verklaring van den Katechis- dius der Nederlandsche Bisdommen, herzien en bijgewerkt door de professoren Koen raadt, Mulders en van Raamsdonk; IVe deel. loor Prof. W. M. J. Koenraadt, Teulings" Jitgevers-Mij., 's-Hertogenbosch 1929. 2) Ook Roomsche bladen als „De Bour- xick don" en „De Residentie-bode" schonken aam- me» dacht aan deze artikelen-ieeks en waardeer- -op» den den toon der bespreking. De Residentie- bode had echter één ernstig bezw-"" wk, mij minder gunstig uitgelaten ovi van pater Denifle, die een boek over Luther dat heeft geschreven. Zelfs werd een woord van e et Prof. H. H. Kuyper aangehaald, die in zeer at <ft waardeerende termen over Denifle's weten schappelijk werk zou hebben gesproken. Nu seon>zijn wij 't met de geciteerde woorden van i g»Prof. Kuyper geheel eens. Maar ook deze js to niet geciteerde woorden van Kuyper (Het zedel. karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome, bl. 32) hebben onze alge- nerilfcede instemming: „Geef hem (Luther) over 6008{in de handen van den kettermeester Denifle, waar hij den aartsketter niet levend ïgen, folteren en verbranden kan, hem uit i.jn graf te voorschijn haalt, uitschudt uit eijn lijkwade en nagelt aan den schand- Wl". In den tweeden druk heeft Denifle mkele gedeelten, die algemeen aanstoot had- lon gegeven, verzacht of weggelaten. Zelfs tpomsche schrijvers hebben den onhebbelij- len toon afgekeurd. (Kuyper, bl. 60). Kuy- ier bewijst met de stukken, dat Denifle zich an citaatvervalsching heeft schuldig ge- oaakL Vraagt de Residentie-bode meer uit- praken wij hebben ze tot onze beschik- istt, L927, I al' mng. het Socialisme gekant zijn. Want de godsdienst mag voor den Katholiek geen privaatzaak zijn. De godsdienst moet het middelpunt zijn van al zijn le vensuitingen. Evenwel de leuze „gods dienst privaatzaak" is een leugen. In werkelijkheid is voor het Socialisme de godsdienst geen privaatzaak. De grond slagen van het Socialisme, het histo- risch-materialisme en het klassenstrijd beginsel, zijn radicaal in strijd met het Katholicisme. Bovendien toont de socia listische praktijk van iederen dag, dat de godsdienst voor het Socialisme geen privaatzaak is: het haat en bestrijdt vooral den Katholieken godsdienst (bl. 231—233). Eelangwekkend is ook na te gaan, hoé de Roomsche zedeleer denkt over hét vraagstuk van den oorlog. Onderscheid wordt gemaakt tusschen een rechtvaardigen en onrechtvaardigen oorlog. In een rechtvaardigen oorlog is het geoorloofd de vijandelijke machten, voor zoover ze de wapenen dragen, van welken leeftijd en welk geslacht ook, te dooden. Nu kan een verdedigings- zoowel als een aanvalsoorlog rechtvaardig zijn. De verdedigingsoorlog: als alle an dere middelen hebben gefaald, is de ge wapende tegenweer het eenige middel om goederen van groot gewicht, als b.v. het onafhankelijk volksbestaan, tegen een onrechtmatigen aanvaller veilig te stellen. De wettige zelfverdediging komt aan de Staten evenzeer toe als aan de individuen. Ook de aanvalsoorlog kan rechtvaar dig zijn als laatste middel om aange daan onrecht te herstellen. Over dit punt zijn echter de Roomschen 't onder ling niet eens. Er zijn tegenwoordig Roomsche schrijvers, die dit wel in theorie toe stemmen, maar meenen dat in de prak tijk een aanvalsoorlog niet meer te rechtvaardigen is. De moderne oorlog zoo meenen zij kan niet gevoerd worden binnen de grenzen van recht vaardigheid en strijdt tegen de liefde, die God van ons in alle dingen eischt. De nadeelen aan den modernen oorlog verbonden zijn zóó alles overtreffend groot, dat de voordeelen in 't niet ver dwijnen. Praktisch is een rechtvaardige aanvalsoorlog een onmogelijkheid. Prof. Koenraadt doet geen besliste uitspraak, doch constateert slechts „Zeker is, dat de rechtmatigheid van den aanvalsoorlog zal vervallen zijn, zoodra de uit den laatstgn wereldoorlog geboren volkenbond en het volkenrecht zich zoodanig zullen ontwikkeld hebben, dat ze de bevoegdheid en de kracht be zitten om eventueele conflicten tusschen de volkeren op meer vreedzame wijze tot oplossing te brengen" (bl. 191). Hoe staat de Roomsche zedeleer te genover de doodstraf? Theoretisch aldus Koenraadt kan de bevoegdheid om met den dood te straffen aan de burgerlijke Overheid niet ontzegd worden. Of ook in werke lijkheid de doodstraf moet gehanteerd worden, is van de concrete omstandig heden in het licht van het algemeen wel zijn afhankelijk, 't Is immers mogelijk dat alleen door invoering van de dood straf de maatschappelijke orde en de rechten der burgers voldoende te waar borgen zijn. Bij de behandeling van het zevende gebod wordt zeer ernstig gewaar schuwd tegen onreinheid en onkuisch- heid, en onder de voornaamste gevaren, waartegen we ons te wapenen hebben, genoemd bal en dans, schouwburg en bioscoop, vooral de lichtzinnige en zede- looze mode „waartegen in onze dagen de bisschoppen van Nederland, België en Duitschland zoo dringend hebben ge waarschuwd." Toch treedt hier reeds aan ^en dag het standpunt van „geven en nemen" (we zullen daar meer op wijzen). Nadat met instemming het woord van Fran- ciscus van Sales is aangehaald, die de danspartijen vergeleek met de padde stoelen, waarvan hij zeide: „de beste deugen niet", volgt de raad: Zijt gij wegens familieomstandigheden of om een andere reden verplicht aan die ver makelijkheid deel te nemen (wie mag ons verplichten tot dingen, die niet deu gen? K.), vermijdt dan alles, wat met de zedelijkheid in strijd is. Ook in ander opzicht verschillen wij. De Heidelbergsche Catechismus noemt terecht den huwelijken staat heilig. Een ongehuwde behoeft niet kuischer te zijn dan de gehuwde. Rome heeft een andere meening: De schoonste bloem der kuischheid is de maagdelijkheid. Hieronder verstaat zij het vaste voornemen van een persoon om zich voor altijd van iedere geslach telijke bevrediging, ook van de geoor loofde in het huwelijk, te onthouden. Op hoogen toon wordt de lof der „volmaak te zuiverheid" gezongen: „De kuisch heid, en veel meer nog de maagdelijk heid en de volmaakte zuiverheid zijn ver boven allen menschelijken lof ver heven zjj maken den mensch gelijk aan BEZOEK AAN NAARDEN De minister-president van Tsjecho-Slowakij e Br. Benesj heeft gistermorgen Waarden bezocht en een bezoek gebracht aan het graf van Comenius en het Comeniusmuseum. Wij zien hier het gezelschap in een de straten van Waarden; v. I. n. r. de Burgemeester van Waarden de heer M. P. van Wettum, dr. Benesj en dc heer J. Smits (voorzitter van dc Comenius-Vereeniging.) een engel, maken hem welgevallig bij God en bij de menschen en verrijken hem met veel goederen" (bl. 213). „Een bijzondere glorie is voor de maagden in het andere ieven voorbereid" (bl. 214) Maria heeft dan ook niet meent Rome door de geboorte van Jezus haar maagdelijkheid verloren. Zij was en is altijd gebleven de „zonne-zuivere Maagd". Maar spreekt de Bijbel dan niet over broeders van Jezus? Zeker, maar onder die broeders van Jezus moeten wij zonen van Cleopas of Alphaeus verstaan, die gehuwd was met de zuster van Jezus' moeder 't wa ren dus eigenlijk neven van Jezus. Reeds Hieronymus was van dit gevoe len en de meeste Roomschen zijn 't hier in met hem eens. Z. 1 BINNENLAND. OFFICIEELE BERICHTEN ONDERSCHEIDINGEN. Bij K. B. is toegekend de aan de Orde van Oranje Nassau verbonden eeremedaille, in brons, aan J. Escherich, wijnkoopersknecljt bij de firma van Oostveen en Co., tc Amster dam. CONSULAATWEZEN. Bij K. B. is de heer mr. H. G. van Oven, consul der Nederlanden in algeméenen dienst, belast met het consulaat-generaal der Nederlanden te Calcutta, benoemd tot con sul-generaal der Nederlanden aldaar. DIPLOMATIE. Naar uit Boedapest wordt gemeld heeft de Nederlandsche gezant in Hongarije mr. C. graaf van Aldenburg Bintinck aan den rijks regent zijn geloofsbrieven overhandigd. BUITENLANDSCHE ONDERSCHEIDINGEN De heer L. A. Roozen, directeur van het hotel de Witte Brug te Den Haag, en de heer J. G. Meyer, gérant in dat hotel, hebben tie Belgische onderscheiding van ridder in dc orde vain Leopold II ontvangen. Ook de I-Iaagsche inspecteurs van politie F. W. J. Boudier, H. J. Melse en tl. J. van der Wijk zijn tot ridder in die orde benoemd. De gouden medaille der Karol-orde van Roemenië is uitgereikt aan den dienst ge- daan hebbende kamerbewaarder tijdens de conferentie in de zalen der Eerste en Tweede Kamergebouwen, de heer K. J. Groos. De heer Henry E. Rey, directeur van het Hotel des Indes te Den Haag, is benoemd tot officier in de orde van de Kroon van Roemenië. De heer J. A. Wilton van Reede te Gees, directeur van De Kanter en Hordijk's Bank aldaar, is door de Fransche Regeering be noemd tot Officier de l'Instruction Publique. RECHTERLIJKE MACHT. Bij K. B. is benoemd tot kantonrechter te Leeuwarden mr. J. W. Tijsma, advocaat pro cureur en kantonrechter-plaatsverv. te Leeu warden, en zijn aan mr. J. W. Tijsma, kan tonrechter te Leeuwarden, opgedragen de werkzaamheden van kantonrechter te Ber- gum. ONDERWIJS. Bij K. B. is benoemd tot directeur van eil leeraar aan de R. H. B. S. te Sappemeer dr. G. Deinema. COMMISSIE VOOR HET MUNTWEZEN. Bij K. B. zijn, gerekend met ingang van 1 Januari 1930, benoemd voor den tijd van 3 jaren in de Commissie voor het Muntwezen: tot lid en voorzitter de heer dr. E. Cohen, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht; tot lid en secretaris de heer dr. P. n Romburgli, oud-hoogleeraar aan de Rijks universiteit te Utrecht; tot lid de heer mr. dr. C. A. Verrijn Stuart, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. BESMETTELIJKE ZIEKTEN. Van 12 tot en met IS dezer zijn in ons land 1 aangegeven 10 gevallen van buiktyphus, 1 geval van dysenterie (te Naarden), 294 ge vallen van roodvonk, 149 gevallen van diph- terie, 5 gevallen van nekkramp, 6 gevallen van besmettelijke kinderverlamming, en 2 gevallen van slaapziekte. GEMEENTEN. Bij K. B. zijn opnieuw benoemd: tot burge meester van Oosterhout, F. M. A. J. ridder de van der Schuercn; Waalwijk, E. C. J. Moonen; Rozendaal, F. J, W. baron van Pal- landt van Rosendael; Scherpenzeel, mr., A. Roijaards van Scherpenzeel. NOTARIAAT. Bij K. B. is benoemd tot notaris binnen het araond. Groningen, ter standplaats Leek, S. J. Posthumus, candidaat-notaris te Hilver sum. HOFBERICHTEN KONINKLIJK BEZOEK AAN DORDRECHT. H. M. de Koningin is voornemens bij gele genheid van de plechtige ingebruikneming van de zeehaven-outillage aldaar in de maand September van dit jaar een be2oek aan Dordrecht te brengen. ANTWOORDEN VAN MINISTERS BUITENLANDSCHE LEERKRACHTEN. Op vragen van het Tweede Kamerlid mej. Westerman, omtrent het- verleenen aan vrij veel vreemdelingen van vergunning om lager onderwijs te geven, speciaal in Limburg, heeft de Minister van Onderwijs geantwoord, dat het mogelijk is, dat de aan wezigheid van vreemde leerkrachten in een grensprovincie als Limburg op het onder wijs, vooral in de Nederlandsche taal, een ongunstigen invloed zal oefenen. Hij is be reid bij het verleenen van vergunning een zekere beperking aan te leggen. Het aantal leerkrachten van vreemde na tionaliteit bedroeg begin 192S in Limburg 139 op een totaal van 2224. RAAD VAN STATE Voor den Raad van State, afdeeling voor de geschillen van bestuur is gister behan deld de kwestie van concessie-weigering een drinkwaterleiding voor Wijk-bij- Duurstede door Ged. Staten van Utrecht. De concessie werd geweigerd op grond dat dc plannen geen waarborg boden voor een goe de uitvoering. De heer Weikamp, lid van Gedep. Staten m Utrecht, zette uiteen, dat de concessie aanvrager geenszins in staat was een water leidingbedrijf technisch en financieel te lei den. Prof. Visser, adviseur in dezen van Ged. Staten, betoogde dat de aanvrager geen technicus op het gebied van waterleiding ls, zijn plannen absoluut onvoldoende waren. De Kon. beslissing volgt later. VOOR LIJDERS AAN VALLENDE ZIEKTE EERSTE KAMER VIER MINUTEN. De Eerste Kamer heeft zich gisteravond gedurende enkele minuten met de staats zaken bezig gehouden. De vergadering duur de zoo kort, dat onze sigaar niet eens tijd had om uit te gaan. Enkele onverstaanbare mededeelingen erd'en gedaan. Verstaanbaar werden de rapporteurs over twee groepen wetsontwer pen afgekondigd. Iets wat iedereen reeds uit de bladen wist Niets meer aan de orde zijnde viel de presidiale hamer tot sluiting der vergade- HET 50-JARIG JUBILEUM IS OP KOMST Een Kinder- en Jongenshuis noodig Over precies twee jaar zal de bekende Christelijke vereeniging voor de verpleging van lijders aan vallende ziekte, een halve eeuw bestaan. Gaat hot goed met deze vereeniging? Dat wil zeggen: Kan zij beantwoorden aan het doel, dat de oprichters zich voor oogen stel den? Men zou haast zeggen van niet; want, naar wij vernemen is in geen tien jaren een beroep op de algemeenc liefdadigheid gedaan. Zeg zelf, is dat niet bijna een verontrus tend verschijnsel voor een philantropische vereeniging? Is „bedelen" dan niet een der grondbeginselen van Christelijke actie? Wacht even. En herinner u even, wat we nog maar kort geleden schreven over „de Macht van het Kleine", het 3-cents-fonds voor deze vereeniging, waardoor jaarlijks duizenden bijeengebracht worden voor het goede. doel. Een leger van vrijwillige collec tanten is steeds mobiel en draagt het werk der stichtingen te Haarlem en te Heemstede. Daarom en daarom alleen behoeft geen beroep gedaan te worden op de algemeene liefdadigheid. De georganiseerde milddadig heid, versterkt door collecten en vaste bij dragen, maakt een algemeen beroep, over bodig. Door dien arbeid van ongenoemde, mis schien vaak persoonlijk onbekende vrienden, was de vereeniging in staat in den loop der jaren 2450 ongelukkigen en meestal gedu rende vele jaren te verplegen. Doch nu komt er een halve-eeuwsch jubi leum. En het bestuur der vereeniging gaat van de vanzelfsprekende veronderstelling uit, dat het Nederlandsche volk behoefte heeft om een dankoffer te brengen. Daarin kan het zich niet vergissen. Ware dit dankoffer noodig om een tekort te dekken; er zou niets op tegen zijn. Ver een i gin gen als deze mogen wel eens een te kort hebben- Maar zoo is het nu gelukkig niet.'Althans wat de financiën voor de dagelijksche zorging betreft. Er is echter wel een tekort aan ruimte. Er is n-1. groote behoefte aan een geheel nieuw en naar de eischen des tijds ingericht Kinder- en Jongenshuis. Wanneer het Nederlandsche volk voor elk jaar, dat de Vereeniging bestaan heeft een bankje van duizend bijeenbrengt, dus f 50.000 in 't geheel, dan kan daarvan het nieuwe huls wél niet geheel betaal^!- worden, maar dan komt het huis er töch'zekQr. En dus......? .Wel heel eenvoudig:* ötej hal ve ton moet er komen. Niet -vandaag-of morgen; maar binnen twee jaar. B ijn n« u twee jaar, dat is op zijn laatst vóór 31 De cember 1931, want anders ligt het geld óp den jubileumdag 26 Januari 1932 niet gereed. Gij kunt daaraan meehelpen, door een ju- bileumgave in te zenden. Gij kunt nog beier helpen, door een couponboekje te vragen en de coupons in uw kring te verkoop^n. Deze jubileum-inzameling staat onder be scherming van Hare Majesteit de Koningin- Moeder en wordt met het oog op "het hce-rlij- ke doel .zoowel als om den vorm waarin die geschiedt, krachtig en ernstig aanbevolen door een eerecomité van 60 personen. Wc kunnen alle namen niet noemen. We wijzen er op, dat onder hen voorkom in de oud-mi nisters Slo emaker de Bruine en dr. De Vis ser, de directeuren van Maatschappelijk Hulpbetoon in Rotterdam en Den Haag, de vice-(.resident van den Raad van State, in specteurs van het staatstoezicht op Krank zinnigen, mr. A. A. de Veer lid der Eerste Kamer, dr. Frowein van de Staatsmijnen, en vele andere bekende personen op godsdien stig, philantropisch en geneeskundig gebied. Het uitvoerend comité bestaat uit: na mens den Kring der Zustere: de Besturende Zuster M. J. Pot en de w.n. Besturende Zus ter J. W. Knottenbelt.. Namens den Kring der Broeders: de Besturende Broeders F. IT. Jonker, de hoofdbroeder J. A. Hoekendijk. De Coujxmboekjes zijn verkrijgbaar bij, en de opbrengst er van wordt gaarne, binnen een half jaar na ontvangst, tegemoet gezien door J. A. Hoekendijk te Heemstede, Post giro No. 347S1. INGEZONDEN MEDEDEELING. GEVAARLIJKE BEROEPEN INVOER VAN PAARDEN IN BELGIE. Uit Brussel wordt gemeld: Een nieuw ministerieel besluit regelt den Tvoer van paarden in België. Uit Neder land naar België geëxploiteerde paarden mogen daar alleen binnenkomen langs de tolkantoren van: Antwerpen-haven, Osten- de-haven, Gent-haven, Brugge-kanalen, Zee- brugge-haven, Schapenburg-Westcapelle, Middelburg, Watervliet, Selzaete, de Clingc station en dorp, de Clinge-Paal, Santvliet, Esschen station en dorp, Meersel—Meerle, Strijbeek-Meerle, Weelde-station, Arendonek, Ac hei-station, Maesseyck, Visé-station en Mouland. ONZE MINISTERS DE MINISTER VAN WATERSTAAT. De Minister van Waterstaat zal van 25 Januari tot 3 Februari a.s. wegens verlof af- ezig zijn. DE DROOGMAKING VAN DE ZUIDERZEE LANDBOUWKUNDIGE VOOR BEREIDINGEN. Naar het „D. v. N.-B." verneemt, zal ir. Alf. Roebroek, rentmeester van het rentambt Niervaart, te Klundert, als zoodanig aftre den. Binnen enkele dagen zal zijn benoe ming afkomen tot landbouwkundig inge nieur bij de nieuwe Zuiderzeepolders, belast met het z.g. sociaal werk, o.a. het vormen van dorpen, het aanleggen van wegen, stich ten van boerderijen, enz. Aan ir. Mesu te Zwolle zal de zorg voor afwatering (vaarten, slooten, bemaling) worden opgedragen, ter wijl ir. Smeding te Deventer het eigenlijke landbouwkundige werk voor zijn deel krijgt. MIKPUNT VAN VELER SPOTZUCHT Ieder beroep heeft zoo ongeveer zijn eigen spreekwoorden geleverd en vele daarvan houden voor de beoefenaars een waarschu wing in. Men denke aan den schoenmaker* met zijn leest; de naaister, die wel eens een steek laten vallen; de bakker met zijn zoete broodjes; de kok en het lange mes; de kruidenier en krenten wegen; de melkboer en zijn „waterzucht". Al deze menschen en zoovele anderen, als bv. journalisten, mogen er zich echter over; verheugen, dat ze niiet voorwerp van dage lijksche spot zijn, zooals professoren en ge meentewerklieden, dominees, schoolmeesters en putjesscheppers. 'k Heb mij daarom nooit een grapje op deze menschen veroorloofd, omdat ik vrees de, dat de lezers het „veralgemeenen" zou den en door 't generaliseeren een heele groep getroffen zou worden. Anders had ik u wel eens verteld, hoe een professor, die gaarne over „heel ons volk" schreef, aan zijn dienstbode een uitbrander gafom dat ze lióar paraplu naast die van hem in denzelfden bak zette. Maar ik dacht er toch aan, toen ik in „De Vrijheid" het volgende las, dat ik al leen maar overneem, zonder eenig commen taar. „In „De Houten Pomp", het anti-revolu tionaire spotblad, had een stukje gestaan over dcspotissche Groningsche boeren. Een landbouwer uit het Noorden komt hiertegen nu ten krachtigste op. Hij schrijft, na een warme verdediging van zijn medeboeren, o.a. het volgende: „Meermalen moest ik dominé's, zelfs pro fessoren, die bij ons logeerden, als ze ons dienstpersoneel ontmoetten en deze hen vriendelijk groetten, deze heeren zeggen: mijnlieer, hij of zij groet u, anders werd er heclemaal geen notitie van 't dienstperso neel genomen. Om de eer dezer heeren op te houden, heb ik meermalen mijn inwo nend personeel fooien ter hand gesteld, die deze heeren vergaten het te geven." Waarop dan weer--„Piet Politiek A.zn." (Abraham,zoon?) antwoordt ,dat de (gerefor meerde) rloriiinó's, die bij hem gelogeerd hebben, steeds vriendelijk waren voor alle leden van het gezin. Waaruit te concludee- ren valt, dat er vriendelijke en onvriendelij ke,. egoïstische en onbaatzuchtige gerefor meerde dominees zijn. Precies als bij de ge reformeerde (of ongereformeerde) boeren, precies nok als bij de beroepsgenooten van u-oUmij,- geachte lezer!" MINISTERIE VAN KOLONIËN i INGENIEURS GEVRAAGD. Bij den dienst van den Waterstaat en 's Lands Burgerlijke Openbare Werken in Nederlandsch-Indië kunnen worden ge plaatst eenige aan de Technische Hooge- school te Delft of te Bandoeng gediplomeer de civiel ingenieurs en bouwkundige "inge nieurs. Sollicitaties (ongezegeld) vóór 15 Febr. a.s. te richten aan het Commissariaat voor Indische Zaken (Afdeeling B, Eerste Bu reau), alwaar ook inlichtingen zijn te be komen. DEP. VAN DEFENSIE EEN JUBILEUM. De heer R. G. H. Fraussen, assistent-biblio thecaris bij het dep. van Defensie, heeft gis teren zijn veertigjarig jubileum in Rijks dienst gevierd. De waarnemend voorzitter van de bibliotheekcommissie, mr. dr. Kra mer, deelde mede dat de Koningin den heer Franssen de eeremedaille van de Oranj'e- Nassau-orde in zilver heeft geschonken. RADEN VAN ARBEID Bij beschikking van den Minister van Arbeid zijn benoemd in de Raden van Ar beid te Haarlem tot plaatsvervangend arbei der-lid P. Schaar, te Leiden tot plaatsver vangend arbeider-lid A. Sasburg, te Rotter dam tot plaatsvervangend arbeider-lid P. M. de Gier. NEDERLAND IN DEN VREEMDE G. J. DIEKEMA. De Amerikaansche gezant in Den Haag, de heer Diekema, heeft zich bereid ver klaard, aan te zitten aan een maaltijd, hem aan te bieden door de Vereeniging Neder land in den Vreemde op 5 Februari in het restaurant Anjema in Den Haag en daar het woord te voeren over: De Nederland sche 'nederzettingen in Amerika. ZIEKTEWET ERKENDE BEDRIJFSVEREENIGING. Bij beschikking van den Minister van Ar beid is als bedrijfsvereeniging, in den zin van artikel 91, eerste lid, der Ziektewet, er kend de Nederlandsche Bedrijfsvereeniging „De Ziekte Onderlinge", tc Leeuwarden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 1