Jlirumr ^Eriïisrlje QTmimitt
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
ONS BLAD
GRATIS
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
Per kwartaal ƒ3.25
(Bescliikkingskosten 0.15)
)er week 0.25
Voor het Buitenland bij Weke
lijks» he zending „8.—
Bij dagelijksclie zending „7.
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7/? cent
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
No 2918
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 58936.
ZATERDAG 7 DECEMBER 1929
ADVERTENTIE N:
Van 1 tot 5 regelsfL17Vj
Like regel meer „0.22%
Ingez. Mededeelingei
van 1—5 regels «2.30
Elke regel meer «0.45
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan het bureau
wordt berekend0.10
10e Jaargang
WIE zich met ingang van 1 januari a.s. als kwartaal.
jffzeb op
abonneert, ontvangt de tot dien datum verschijnende
NUMMERS
adressen van nieuwe lezers op geven aan de administratie
HET ZWAARTEPUNT
Indien wij er in geslaagd mogen zijn
aan te toonen, dat voorzorg geboden is
en dat de Overheid geroepen tot be
scherming des levens derhalve ook de
voorzorg in acht te nemen heeft, zal het
duidelijk zijn, dat men in het algemeen
op Christelijk standpunt geen bezwaar
kan maken tegen een sociale wetgeving,
al klinkt dat wooi:d in onze ooren een
weinig ongemakkelijk. Voor den een is
alles goed wat onder het etiket „sociaal"
wordt aangediend, voor den ander is
dat contrabande.
Wij hebben er echter op gewezen, dat
het woord ons niet behoeft te misleide:?,
zoo wij ons rekenschap geven van den
eisch, welke gesteld wordt door de wer
kelijkheid, die een gemeenschap, waar
in men dus tezamen moet leven, geeft.
En wie op de ordinantiën Gods het oog
gevestigd heeft, weet, dat de hoogste
Rechter gebiedt, dat wij onze naasten
zullen liefhebben als ons zelf.
Telkens echter kwamen wij te staan
voor een scheidslijn der beginselen,
vaarop verschillende beschouwingen
des levens zijn gebouwd, die wij in
tweeën onderscheidden als de Christe
lijke beginselen, welke aan des Heeren
Woord ontleend ook een Christelijke
visie op heel het leven geven, terwijl
daartegenover beschouwingen worden
geleerd, die de H. Schrift niet als
grondslag en uitgangspunt hebben.
Wii komen alzoo tot de conclusie, dat
ook de wetgeving de kenmerken zal dra
gen van den geest, waaruit de wetgever
leeft en dat dientengevolge het motief
en de aanleiding om in eenige zaak door
de wetgeving te voorzien wel erkenning
en verdediging kunnen erlangen van
den Christen, hoewel hij aan het karak
ter dat een wettige regeling draagt en
de wijze, waarop zij een voorziening
tracht te brengen toch zijn goedkeuring
onthouden moet.
Nemen wij dus in aanmerking, dat de
sociale wetgeving, d. i. die wettige rege
ling, welke inzonderheid sociaal wordt
genoemd als arbeidswet, ouderdoms- en
invaliditeitsverzekering e. a., bijzonder
lijk op aandrang van de sociaal-demo
cratie werd ter hand genomen, dan is
begrijpelijk, dat men met eenige beden
king daartegenover staat, en mogelijk,
dat men gegronde bezwaren heeft tegen
karakter en wijze van verschillende be
palingen, doch daarom werpe men met
het badwater het kind niet uit.
Wat is nu de zaak?
Wij gingen uit van het beginsel, dat
de Overheid geroepen is om het leven
der burgers te beschermen en gerech
tigheid te oefenen. Hiertegen kan nie
mand bezwaar hebben.
Die taak kan echter zeer verschillend
worden opgelat. Wat is dat, het leven
beschermen? Wat is het leven?
Ziet men alleen op het stoffelijke,
dan is het vanzelfsprekend, dat men zijn
bemoeienissen slechts uitstrekt tot het
ipaterieele.
Of heeft de Overheid het leven wel
degelijk ruimer te zien, gelijk het ook
veelmeer omvattend is? Behoort het ze
delijke en geestelijke leven ook niet tot
het leven? Ja, vat men hierin niet het
allervoornaamste van het leven?
Hier staan wij voor een vraag, welke
dns onmiddellijk midden in de moeilijke
kwesties brengt, die ons politieke leven
beroeren. Christelijke staatkunde, ordi
nantiën Gods, de Wet Gods, Art. o(5 der
belijdenis behoeven slechts te worden
genoemd om ons in het labyrinth te
plaatsen van problemen, die direct bij
het stellen van de vraag voor onzen
geest staan.
Indien wij het toch juist hebben ge
steld, dat het de roeping der Overheid
is om het leven te beschermen, dan moet
daaronder ook en in de eerste plaats liet
geestelijke en zedelijke leven worden
begrepen en dan heeft de Christelijke
staatkunde volkomen recht om van de
Overheid vervulling van die roeping te
eischen.
Wij zeggen dus van harte ja, ook het
zedelijke en geestelijke leven en wij wil
len er bij zeggen, dat geen Overheid
aan die taak ontkomt, maar veeleer, dat
Iedere Overheid, op welke wijze dan
ook, haar macht op het geestelijke en
zedelijke terrein laat gelden, zelfs al wil
zij dat als geheel privaat terrein be
schouwen. Ook dan gaat de natuur bo
ven de leer. De mensch is een mensch
van lichaam en ziel en het geldt voor
ieder mensch, dat uit 't hart zijn de
uitgangen des levens.
Bij allen wetgevenden arbeid zijn ook
de uitgangen des levens beslissend en
daarom valt iedere wet ónder de critiek
van het zedelijke ca geestelijke leven.
Van fundamenteele beteekenis is in
iederen staat, hoe degenen, die aan de
wetgeving medewerken omtrent de ze
delij ke en geestelijke dingen denken en
hoe de gesteldheid huns harten is.
Op den bodem van alle dingen ligt de
religie.
Voor een groot gedeelte van het gees
telijke leven zal men dan ook bij. alle
richtingen belangstelling vinden, als
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen,
daarin bewijzende, dat men zich tot het
louter materieele niet beperken wil, ook
niet in de Overheidsbemoeienis. Maar
ook voor dit geestelijk terrein is het re-
ligieuse leven van principieele beteeke
nis.
In den grond der zaak hangt daarom
de geheele wetgeving in wezen en strek
king af van het standpunt, dat de wet
gever religieus inneemt. Daarom kwa
men wij telkens voor de scheidslijn:
Christelijk of niet-Christelijk. Want im
mers werd men gewoon de volken van
het Westen Christelijke volkeren te noe
men, zoodra het gaat over de Christe
lijke religie als zoodanig, dan komt de
Christelijke belijdenis als criterium in
het midden. Een diepere onderscheiding
van het Christelijk geloof en het onge
loof dient zich aan en het eerste ken
merkt zich door de belijdenis der H.
Schrift' als Gods Woord, waaraan men
op alle terrein des levens is gebonden.
Stellen wij nu nogmaals de vraag, of
de Overheid geroepen is tot bescher
ming van geheel het leven, dus ook en
in de eerste plaats van het zedelijke en
geestelijke, dan is het antwoord: Het
leven is geestelijk, zedelijk en materieel
een organisch geheel. Uit het religieuse
leven wordt het geestelijke en zedelijke
zoowel als het materieele bepaald.
Hoe men regeert en leeft wordt van
uit het centrale punt beheerscht: hoe
staat het met de religie des harten.
Daardoor wordt dus ook de vraag be
heerscht, wat verstaat men onder gees
telijk en zedelijk leven, hoe zal dat be
schermd worden en behooren te worden
beschermd. Juist het onmiddellijk ver
band tusschen religieus en zedelijk le
ven, is aanleiding, dat de norm voor het
zedelijke wordt vastgelegd door de reli
gie, zoodat ook de beschermende taak,
welke zich aan de norm zal houden
daardoor wordt bepaald. Wie zich reli
gieus in vrijzinnige lijn beweegt en de
H. Schrift loslaat, legt ook andere zede
lijke normen aan dan de H. Schrift en
neemt de Overheidstaak anders op. Die
vrijzinnigheid kan zoover gaan, dat
men aan het geestelijke en zedelijke le
ven onbeperkte vrijheid schenken wil,
behoudens excessen, die de grenzen
overschrijden van wat men algemeen
belang acht.
Doordat men aan de religie der H.
Schrift niet de centrale plaats toekent,
welke haar toekomt, verlegt men het
centrum der zedelijke beoordeeling en
komt in het materialisme terecht.
Wil men dat niet, dan is er geen an
der fundament dan de van God gegeven
zedewet en moet men positie kiezen
voor de religie der H. Schrift en die be
schermen.
Aangezien sedert de Fransche Revo
lutie principieel, hoewel nog niet gan-
schelijk in de practijk, gebroken werd
met de centrale positie in de religie der
H. Schrift, moest allengs de wetgeving
afglijden in liberalistischen geest. Wij
zeiden in de practijk niet ganschelijk,
immers het werk der wet in de harten,
hetwelk God onderhoudt, kan niet gan
schelijk worden uitgeroeid. Tegen dien
principieel liberalistischen geest streed
het antirevolutionaire volk en niet zon
der zegen. Hét kon echter niet bewer
ken, dat het gansche bestier der regee
ring en wetgeving weer van uit hel
centraal beheerschende standpunt der
H. Schrift werd geleid.
DE TRIOMF VAN CAPABLANCA
De bekende schaakmeester Capablanca gaf de Berlijnsche schaakwereld een verbluffend
staaltje van zijn meesterschap te zien. 3f maal trad hi] in 't strijdperk. 25 maal kwam
hij als overwinnaar uit den kamp, 4 maal speelde hij remiseslechts 2 maal moest hij
't tegen zijn tegenstander afleggen.
Evenmin kon het verhinderen, dat in
de wetgeving nog menig kenmerk van
andere grondgedachten werd ingevoerd
en het slaagde er niet in zoodanige
macht te verkrijgen, dat het bestaande
en vigeerende van zulk een zuurdeeg
werd gelouterd. Wie critiek wil oefenen
vindt dan ook een al te gemakkelijke
taak en stof te over, wie bouwen wil,
staat voor een uiterst moeizamen en te
leurstellenden arbeid.
Over enkele belangrijke punten van
critiek willen wij sprekenals verzeke
ring, vaccinedwang e. d.g., die onder
ons volk de aandacht hebben, en ons
standpunt daartegenover bepalen.
OFFICIEELE BERICHTEN
INVOERRECHTEN EN ACCIJNZEN.
Bij K. B. is aan D. W. Bosscher, ontv. der
iiv. en acc. te Groningen en aan A. Kloe-
zen, verificateur der inv. en acc. te Amster
dam eervol ontslag verleend.
WAARBORG GOUD EN ZILVER.
Bij K. B. is aaniG. F. C. baron van Till,
.ontr. van den waarborg en de bel. der gou
den en zilveren werken te Utrecht, eervol
uitslag verleend.
Bij K. B. zijn benoemd voor 1930 in de
Comm. tot vaststelling van de minimum
uitwatering:
tot lid en voorz.: de heer C Fock, hoofd-
insp. voor de scheepv. te 's-Gravenhage;
tot lid en ondervuorz.: de heer P. i>. van
't Ilaaff, insp. voor de scheepv. te 's-Gra-
venhage;
tot lid en secr.: de heer Ir. A. van Driel,
scheepsbouwk. adv. bij de scheepvaartinsp.
te 's-Gravenhage,
is aan genoemde commissie toegevoegd
als plaats\erv. secr. de heer Ir. E. M.
Neuerburg. scheepsbouwk. ingenieur bij de
scheepvaartinspectie te 's-Gravenhage.
POSTERIJEN EN TELEGRAFIE.
REGISTRATIE EN DOMEINEN.
Bij K. B. is benoemd tot ontv. der reg.
en doin. te Harderwijk J. Klein te Amster
dam; is benoemd tot ontv. der reg. en dom
to Raalte J. Jaarsma te Dordrecht; is be
noemd tot ontv. der reg. en dom. te Woer
den J. Kamerling te Almelo; is benoemd tot
ontv. der reg. en dom. te Nijkerk M. Druk-'
ker to Haarlem.
HOFBERICHTEN
ONDERSCHEIDING VOOR DE KONINGIN
PRAAG, 6 Dec. De president van de
Tsjccho-Slovaaksche republiek heeft aan
Koningin Wilhelmina het Grootkruis in de
Nationale Orde van den Witten Leeuw toe
gekend.
RIJNLANDS GEMAAL
Zo ven
Lollui
Naar aanleiding van het rapport der Sta
tcn-conimissie. inizake de stichting Rijnlands
gemaal, scheepvaartverbinding Amsterdam—
Gouda—Rotterdam, stellen Gedep. Staten
van Zuid-Holland thans voor het in het
Siatenbesluit van 19 Dec. 1922 sub C le be
paalde te vervangen door het volgende:
le. door de provincie, naast het door haar
aan te leggen scheepvaartkanaal, een uit- ó.i,hc"
ateringsknnaal te doen graven, aan de
eene zijde uitmondende in vorengenoemd Noorden""'
scheepvaartkanaal en aan de andere zijd*.' Sommei«dij
in den HolJandschen IJssel, benevens in da' tjjntetoord"
afwateringskanaal ongeveer ter plaa-sewaar e 00
de waterkperende dijk wordt doorsnede*:. T«tnnt v-.<
een keersluis te doen houwen, mits in dj»
kosten van een en ander door Rijnland eeni
som van 1 310.000 wordt bijgedragen".
DRINKWATERLEIDING
VOOR GOEREE EN OVERFLAKKKEE.
Gisteren hield de Stichting Drinkwater
leiding Goeree en Overflakkee te Middelhar-
nis haar eerste officieele vergadering.
Een dagelijksch bestuur werd benoemd,
bestaande uit twaalf leden, waarin elke ge
meente vertegenwoordigd is.
Tot voorzitter werd gekozen de heer L. J.
den Hollander, Burgemeester van Middel-
harnis en Sommelsdijk en tot secretaris F
Nicborg, Burgemeester van Stad a. h. Ha
ringvliet.
MIDDENSTANDSBEDRIJFS-
VEREENIGING
ERKENNING
Blijkens het besluit van den Minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid, is de M dden-
slandsbedrijlsvereeniging, opgericht door de
Vereeniging van den Chr. Handeldrijvenden
en Industricelen Middenstand in samenwer
king met het Chr. Nationaal Vakverbond,
erkend a^s^een volwaardige Bedrijfsverecni-
ging tot uitvoering der Ziektewet.
De Minister overwoog daarbij, dat inge
volge art. 91 lid 1 der Ziektewet deze be-
drijfsvereenigihg er een is in den ain der
wet, opgericht door eejn naar het oordeel
van genoemden Minister algemeen erkende
centrale organisaties of daarbij aanceslot.eo
vereenigingen van werkgevers en een of
meer naar het oordeel van genoemden Mi
nister algemeen erkende Vakcentrale cf
daarbij aangesloten verenigingen van ar
beiders.
Voor degenen, die tot nu toe beweerden,
dat de Chr. Middcns'andsvereeniging niet
zou gelden als een erkende werkgeverscen
trale blijkt dus uit bovenstaande genoeg
zaam, dat deze opvatting onjuist was. Een
groote voldoening voor de Vereeniging, dio
de eer heeft de eerste volwaard ge bodrijfs-
vereeniging te hebben opgericht.
ONZE GEZANT TE BERLIJN
De Nrderlandsche Gezant te Berlijn, Graaf
van Lvnburg-Stirum, is voornemens den
diplomatiek en dienst binnenkort te verlaten.
Nadat hij zijn ambt zal hebben neergelegd
hoopt hij een studiereis te ondernemen.
Schoolnieuws.
HEVIGE BRAND TE
AMSTERDAM
TWEE VERDIEPINGEN
UITGEBRAND
aanzienlijke waterschade
Gisteravond omstreeks half zes brak brand
uit in een perceel aan de Keizersgracht,
waarin gevestigd is de winkel van den an
tiquiteitenhandelaar Smits, waarboven de
verschillende étages verhuurd zijn aan ver
schillende bewoners.
Omstreeks vijf uur was een zekere Giebers,
die op de tweede étage woont, thuis geko
men, en hij begaf zich onmiddellijk naar de
badkamer, die zich op den zolder bevindt,
na zich van te voren ervan vergewist te
hebben, dat de kachel in de kamer van een
anderen huurder, Halbertsma, goed brand
de en geen kwaad kon.
Nauwelijks echter bevond hij zich eenige
minuten in de badkamer of men kwam hem
waarschuwen, dat er brand was ontstaan in
de kamer van Halbertsma. Wat de oorzaak
hiervan was, kon niet worden vastgesteld.
Waarschijnlijk is een vonk uit de kachel
op den grond gevallen.
De brand liet zich reeds spoedig ernstig
aanzien. De kamer van Halbertsma stond
reeds na een minuut in lichte laaie en
breidde zich uit over de geheele verdieping.
Hierdoor was de toegang naar de straat af
gesneden. Hij slaagde er echter, met de hulp
van de brandweer, in, zich langs den achter
gevel van het huis te redden.
De brandweer, die onmiddellijk was ge
waarschuwd, verscheen aanstonds met zes
motorbrandspuiten, die van verschillende
posthuizen kwamen aangereden. Tientallen
meters slang werden uitgelegd en zoowel aan
de voor- als aan de achterzijde van het
brandende gebouw werd water gegeven. Het
vuur laaide echter zoo hevig, dat het gerui-
,men tijd duurde, voor de brandweer erin
slaagde het een weinig te temperen.
Reeds zeer spoedig stonden zoowel de
tweede als de derde verdieping in brand en
ondanks de groote hoeveelheden water die de
brandweer in de vlammen wierp, baande
het vuur zich een weg naar de zolderver
dieping. Dikke rookwolken stegen door de
kapot geslagen vensters naar buiten en
daarboven uit zag men op een gegeven mo
ment de vlammen uit het dakvenster slaan.
Inmiddels dreigde ook gevaar voor de bo
venste verdieping van het aangrenzende
huis, nummer 476. Deze verdieping wordt
bewoond door den heer B. Endedijk, con
cierge van de kantoren, die in dit perceel
gevestigd zijn. Reeds vraten de vlammen
langs een aanzienlijk deel van de kroonlijst
Met grooten spoed bracht de brandweer
langs den gevel een slang op de bovenste
verdieping. Juist op tijd, want een kist, die
tegen den muur stond, had al vlam gevat
tengevolge van de hitte. Verder kon de
brandweer zich er hier toe bepalen den muur
door spuiten nat te houden.
In het brandende perceel trad nog niet
zoo spoedig verandering in den toestand in.
Nu ook de zolderverdieping in brand stond,
laaiden de vlammen met verdubbelde lievig
heid op. Steeds meer materiaal rukte van
lieverlede aan. Zelfs de drijvende stoom
spuit kwam aanvaren.
Ten slotte echter verduisterde de gloed,
alsof de brand was afp. nomen. De slang op
den magirusladder werd ingehaald en reeds
was men bezig de ladder zelf in te halen,
toen eensklaps de vlammen zich met loeiend
geweld weer een weg door de zolderverdie
ping haanden. Ijlings werd de ladder weer
uitgeschoten en begon men weer opnieuw
vandaar met water te geven.
Een dichte vonkenregen steeg bijwijlen uit
het brandende gebouw op en verspreidde
zich wijd en zijd over de omgeving, die
zwart zag van nieuwsgierigen.
Na eenigen tijd bleek, dat het vuur aan
de achterzijde van het huis begon af te ne
men, zc t het gevaar voor verdere uitbrei
ding geweken was. Ook de tweede en derde
verdieping raakten uitgebrand, maar achter
de buitenste kroonlijst bleef het vuur voort
woeden. Door de spleten kon men het
schijnsel waarnemen. Nu echter concentreer
de de brandweer alle kracht op de plek. Een
tweede magirusladder werd opgericht en
spoedig wierpen twee straalpijpen met
groote kracht enorme massa's water op de
brandende plaats.
Tegen dezen aanval was het vuur niet
lang bestand. Weldra verdween het ook
hier. Bij stralen liep het bluschwater langs
den gevel van het perceel omlaag in het
sous-terrain. De waterschade is dan ook aan
zienlijk. Ook de brandschade is zeer groot,
daar slechts weinig in de eerste verwarring
uit het huis gered kon worden. De beide
bovenste verdiepingen en de zolder zijn to
taal uitgebrand. Ook het dak is ernstig be-
S°Dc(1'bet rokken en zrn allen tegen brand
verzekerd. T.
De burgemeester, de wethouders Kropman
en Douwes, en de hoofdcommissaris, waren
op het terrein van den brand aanwezig.
De brandweer bleef nog verscheidene uren
nadat de eerste auto's waren ingerukt, met
de nablussching bezig.
DOOR GAS BEDWELMD
Zeer bij tljds gered.
Men meldt ons uit Rotterdam:
De 42-jarige H. H. O. wonende Breede
>cale comtté's f73 413
Mr. J. J. HANGFII.BROEK,
adj.secr. van de Unie
Een School met den Bijbel
Hilledijk, is Donderdagav. half 6, toen hij in
5 i de Rommenhöllorsche koolzuur- en zuurstof-
11 fabriek aan de Rijnhaven in een naar men
dacht geheel leege tank was afgedaald, bc-
5 dwelmd door koolzuurzwavelgas en bcwus-
l teloos geraakt.
o De man had een lantaarn bij zich. die
door het eas uitging. Daar iedereen, die in
J deze fabriek in een tank afdaalt, ren touw
s om het lichaam heeft om eventueel te kun-
0 nen worden opgetrokken en men gelukkig
g vrij spoedig zag, dat de lantaarn uitging
0 werd hij opgehesehen. U,
Door dm Geneesk. D'enst en een dokter Te Eindhoven stortte hij de in aanbouw
werd gedurende ongeveer anderhalf uur zijnde magazijnen van de N. V. Vroom cn
1 zuurstof behandeling toegepast, waarna O Dreesman een beton-lift naar ben.dcn, ten-
s weer vrijwel bijkwam. In het ziekenhuis gevolge waarvan de 26-jarige gehuwde ar.
aan den Coolsingel is hij daarna ter verpF- heider L. Lavou uit Aalst een ernstige sche-
ging opgenomen. Zijn toestand is bevredi delbreuk bekwam. De man is kort daarna
gend. loverleden.
NADER ADRES
Ziezoo, dacht ik bij mezelf, over Wil
lemstad en Curasao behoef ik mij niet meer
bezorgd te maken. Majoor Slobbe, militair
van figuur, magistraat van hoofd en
mensch van hart, gaat er heen als opvol-
ger van den zachtmoedigen Fruytier, en
die zal de Venezolaansche varkentjes wel
wasschen als ze opstandig gaan knorren.
Geen 24 uur na mijn berustende medi
tatie over Willemstad komt de directeur
van het postkantoor te Roosendaal mijn
rust over Willemstad verstoren.
Hij schreef nl. aan een vriend van mij,
die te Willemstad woont, o.m. het volgen
de:
„Het komt voor, dat corresponden
tie,bestemd voor de plaats Uwer inwo
ning, vermoedelijk door de mindere
bekendheid en doordat in de adressen
de plaats van bestemming „Willem
stad" niet van de aanvulling „Noord-
Brabant" of „Nederland" is voorzien,
naar Willemstad Curasao wordt gezon
den".
Mijn vriend brieft mij dat weer over en
vei zoekt mij er in 't vervolg rekening mee
te houden; doch hij lucht meteen zijn over-
kropt gemoed en vraagt, of een directeur
van een postkantoor te Roosendaal (wik
Roosendaal: in Brabant of bij Arnhem,
raagt hij sarcastisch) het recht heeft de
Willemstadstedelingen te grieven met de op
merking, dat de plaats hunner inwoning
vrij onbekend is.
„Neen meneer, de Venezolanen zullen
bier de peentjes niet komen opscheppen.
En dat Willemstad in Curasao meer be
kend zoü zijn dan de moederstad Willem
stad in Nederland; nou, als dat waar is,
•dan dateert het pas van den laatsten tijd
en zou men beter van „berucht" kunnen
spreken
Bovendien, als het juist is, dat brieven
voor Willemstad hier naar Willemstad
déar gezonden worden, dan ligt dat alleen
aan de kindschheid van Tante Pos, die om
een milligram meer je heele corresponded
tie in de- war schopt, maar voor duizenden
kilometers geen cent meer berekent.
't Is de dwaasheid gekroond.
„Willemstad, het Willemstad, dat een
voorname plaats in onze geschiedenis in
nam en dat onze taalschat met één van de
schoonste spreuken heeft verrijkt, ligt im
mers niet in de binnenlanden van Borneo,
maar bij de monding van één onzer roera-
ruchtigste stroomen. En dan moet men
niet in West-Indië gaan zoeken".
Ik was het roerend met deze uiteenzet
ting eens en ten bewijze daarvan heb ik
roljn vriend een briefkaart met felicitatio
gestuurd, fout geadresseerd (want Cura
sao speelde me nog parten):
1 Aan
Mijn vriend Van Slobbe,
die naar de Klundert kijkt,
of hij de
WILLEMSTAD......
De Postambtenaar vond dit adres onvol-
ledig, en schreef er met kleine letters or^-
der: „ook ziet"; een ander schreef er op:
gedresseerde onbekend, zie Kurassau;
maar de ambtenaar van de Zeepost schreef
er op: Thans nog Willemstad in Neder--,
land; en toen kreeg ik eindelijk de fraai
versierde kaart terug.
Men adresseere dus voortaan:
Willemstad bij K 1 u n d er tl
AUTO MET VIER PERSONEN
TE WATER
Men meldt ons uit Hillegersberg:
Gistermiddag is ongeveer vijf uur op den
Hoofdweg onder Hillegersberg een ernstig
ongeluk geschied.
De 50-jarige heer Voorwinde, wonende in
de Jericholaan te Rotterdam, reed daar in
zijn auto in de richting Hillegersberg. Drie
dames, Voorwinde, Noordam en A. de Raadt
waren zijn passagiers. Voor hem uit reed
een Fordauto, bestuurd door B. den Hollan
der uit Nieuwerkerk. De heer V. wilde de
ze auto passeeren en gaf daarom signalen.
Juist toen hij de auto links voorbij wilde
rijden, wendde Den H. het stuur naar links
om een boerenerf op te rijden. De heer V.
was toen, om een aanrijding te voorkomen,
nog meer naar links gegaan en kwam op
den berm van den weg terecht. Zijn auto
bad toen te groote snelheid om hem te
kunnen stoppen en reed in de vaart die
langs den weg is gelegen.
De bestuurder van de Fordauto, die het
ongeval zag gebeuren en twee onbekend ge
bleven mannen schoten onmiddellijk to
hulp. Den H. begaf zich geheel tó water,*
de twee anderen tot hun middel. Gedrieën
slaagden zij er in de vier passagiers, die
dreigden te verdrinken, op 't droge te bren
gen. Per particuliere auto werden allen
zoo spoedig mogelijk naar Rotterdam naar
hun woningen gebracht, waar zij zich onder
geneeskundige behandeling hebben gesteld.
Allen zijn er vermoedelijk met natte klee-
ren en den schrik af gekomen, behalve me
vrouw Noordam, die hoogstwaarschijnlijk
haar rechterbeen heeft gebroken.
Het politie-onderzoek wees uit, dat de
Fordauto aan de linkerzijde den richting
wijzer miste. Den Hollander heeft dat wel
geweten, doch er op het oogenblik dat hij
Hij heeft daarom de handle voor dezen
wijzer gedraaid, in de gedachte, dat de
wijzer inderdaad zou worden opgelicht, ter
wijl het effect natuurlijk nihil was.
De auto, die slechts licht beschadigd was,
is gisteravond door een bergingsauto van
Jacatra gelicht
ONDER EEN LIFT VERPLETTERD.