Jlirumr ^Eriïisrlje QTmimitt Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken ONS BLAD GRATIS EERSTE BLAD. BINNENLAND. Per kwartaal ƒ3.25 (Bescliikkingskosten 0.15) )er week 0.25 Voor het Buitenland bij Weke lijks» he zending „8.— Bij dagelijksclie zending „7. Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7/? cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar No 2918 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 58936. ZATERDAG 7 DECEMBER 1929 ADVERTENTIE N: Van 1 tot 5 regelsfL17Vj Like regel meer „0.22% Ingez. Mededeelingei van 1—5 regels «2.30 Elke regel meer «0.45 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan het bureau wordt berekend0.10 10e Jaargang WIE zich met ingang van 1 januari a.s. als kwartaal. jffzeb op abonneert, ontvangt de tot dien datum verschijnende NUMMERS adressen van nieuwe lezers op geven aan de administratie HET ZWAARTEPUNT Indien wij er in geslaagd mogen zijn aan te toonen, dat voorzorg geboden is en dat de Overheid geroepen tot be scherming des levens derhalve ook de voorzorg in acht te nemen heeft, zal het duidelijk zijn, dat men in het algemeen op Christelijk standpunt geen bezwaar kan maken tegen een sociale wetgeving, al klinkt dat wooi:d in onze ooren een weinig ongemakkelijk. Voor den een is alles goed wat onder het etiket „sociaal" wordt aangediend, voor den ander is dat contrabande. Wij hebben er echter op gewezen, dat het woord ons niet behoeft te misleide:?, zoo wij ons rekenschap geven van den eisch, welke gesteld wordt door de wer kelijkheid, die een gemeenschap, waar in men dus tezamen moet leven, geeft. En wie op de ordinantiën Gods het oog gevestigd heeft, weet, dat de hoogste Rechter gebiedt, dat wij onze naasten zullen liefhebben als ons zelf. Telkens echter kwamen wij te staan voor een scheidslijn der beginselen, vaarop verschillende beschouwingen des levens zijn gebouwd, die wij in tweeën onderscheidden als de Christe lijke beginselen, welke aan des Heeren Woord ontleend ook een Christelijke visie op heel het leven geven, terwijl daartegenover beschouwingen worden geleerd, die de H. Schrift niet als grondslag en uitgangspunt hebben. Wii komen alzoo tot de conclusie, dat ook de wetgeving de kenmerken zal dra gen van den geest, waaruit de wetgever leeft en dat dientengevolge het motief en de aanleiding om in eenige zaak door de wetgeving te voorzien wel erkenning en verdediging kunnen erlangen van den Christen, hoewel hij aan het karak ter dat een wettige regeling draagt en de wijze, waarop zij een voorziening tracht te brengen toch zijn goedkeuring onthouden moet. Nemen wij dus in aanmerking, dat de sociale wetgeving, d. i. die wettige rege ling, welke inzonderheid sociaal wordt genoemd als arbeidswet, ouderdoms- en invaliditeitsverzekering e. a., bijzonder lijk op aandrang van de sociaal-demo cratie werd ter hand genomen, dan is begrijpelijk, dat men met eenige beden king daartegenover staat, en mogelijk, dat men gegronde bezwaren heeft tegen karakter en wijze van verschillende be palingen, doch daarom werpe men met het badwater het kind niet uit. Wat is nu de zaak? Wij gingen uit van het beginsel, dat de Overheid geroepen is om het leven der burgers te beschermen en gerech tigheid te oefenen. Hiertegen kan nie mand bezwaar hebben. Die taak kan echter zeer verschillend worden opgelat. Wat is dat, het leven beschermen? Wat is het leven? Ziet men alleen op het stoffelijke, dan is het vanzelfsprekend, dat men zijn bemoeienissen slechts uitstrekt tot het ipaterieele. Of heeft de Overheid het leven wel degelijk ruimer te zien, gelijk het ook veelmeer omvattend is? Behoort het ze delijke en geestelijke leven ook niet tot het leven? Ja, vat men hierin niet het allervoornaamste van het leven? Hier staan wij voor een vraag, welke dns onmiddellijk midden in de moeilijke kwesties brengt, die ons politieke leven beroeren. Christelijke staatkunde, ordi nantiën Gods, de Wet Gods, Art. o(5 der belijdenis behoeven slechts te worden genoemd om ons in het labyrinth te plaatsen van problemen, die direct bij het stellen van de vraag voor onzen geest staan. Indien wij het toch juist hebben ge steld, dat het de roeping der Overheid is om het leven te beschermen, dan moet daaronder ook en in de eerste plaats liet geestelijke en zedelijke leven worden begrepen en dan heeft de Christelijke staatkunde volkomen recht om van de Overheid vervulling van die roeping te eischen. Wij zeggen dus van harte ja, ook het zedelijke en geestelijke leven en wij wil len er bij zeggen, dat geen Overheid aan die taak ontkomt, maar veeleer, dat Iedere Overheid, op welke wijze dan ook, haar macht op het geestelijke en zedelijke terrein laat gelden, zelfs al wil zij dat als geheel privaat terrein be schouwen. Ook dan gaat de natuur bo ven de leer. De mensch is een mensch van lichaam en ziel en het geldt voor ieder mensch, dat uit 't hart zijn de uitgangen des levens. Bij allen wetgevenden arbeid zijn ook de uitgangen des levens beslissend en daarom valt iedere wet ónder de critiek van het zedelijke ca geestelijke leven. Van fundamenteele beteekenis is in iederen staat, hoe degenen, die aan de wetgeving medewerken omtrent de ze delij ke en geestelijke dingen denken en hoe de gesteldheid huns harten is. Op den bodem van alle dingen ligt de religie. Voor een groot gedeelte van het gees telijke leven zal men dan ook bij. alle richtingen belangstelling vinden, als Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, daarin bewijzende, dat men zich tot het louter materieele niet beperken wil, ook niet in de Overheidsbemoeienis. Maar ook voor dit geestelijk terrein is het re- ligieuse leven van principieele beteeke nis. In den grond der zaak hangt daarom de geheele wetgeving in wezen en strek king af van het standpunt, dat de wet gever religieus inneemt. Daarom kwa men wij telkens voor de scheidslijn: Christelijk of niet-Christelijk. Want im mers werd men gewoon de volken van het Westen Christelijke volkeren te noe men, zoodra het gaat over de Christe lijke religie als zoodanig, dan komt de Christelijke belijdenis als criterium in het midden. Een diepere onderscheiding van het Christelijk geloof en het onge loof dient zich aan en het eerste ken merkt zich door de belijdenis der H. Schrift' als Gods Woord, waaraan men op alle terrein des levens is gebonden. Stellen wij nu nogmaals de vraag, of de Overheid geroepen is tot bescher ming van geheel het leven, dus ook en in de eerste plaats van het zedelijke en geestelijke, dan is het antwoord: Het leven is geestelijk, zedelijk en materieel een organisch geheel. Uit het religieuse leven wordt het geestelijke en zedelijke zoowel als het materieele bepaald. Hoe men regeert en leeft wordt van uit het centrale punt beheerscht: hoe staat het met de religie des harten. Daardoor wordt dus ook de vraag be heerscht, wat verstaat men onder gees telijk en zedelijk leven, hoe zal dat be schermd worden en behooren te worden beschermd. Juist het onmiddellijk ver band tusschen religieus en zedelijk le ven, is aanleiding, dat de norm voor het zedelijke wordt vastgelegd door de reli gie, zoodat ook de beschermende taak, welke zich aan de norm zal houden daardoor wordt bepaald. Wie zich reli gieus in vrijzinnige lijn beweegt en de H. Schrift loslaat, legt ook andere zede lijke normen aan dan de H. Schrift en neemt de Overheidstaak anders op. Die vrijzinnigheid kan zoover gaan, dat men aan het geestelijke en zedelijke le ven onbeperkte vrijheid schenken wil, behoudens excessen, die de grenzen overschrijden van wat men algemeen belang acht. Doordat men aan de religie der H. Schrift niet de centrale plaats toekent, welke haar toekomt, verlegt men het centrum der zedelijke beoordeeling en komt in het materialisme terecht. Wil men dat niet, dan is er geen an der fundament dan de van God gegeven zedewet en moet men positie kiezen voor de religie der H. Schrift en die be schermen. Aangezien sedert de Fransche Revo lutie principieel, hoewel nog niet gan- schelijk in de practijk, gebroken werd met de centrale positie in de religie der H. Schrift, moest allengs de wetgeving afglijden in liberalistischen geest. Wij zeiden in de practijk niet ganschelijk, immers het werk der wet in de harten, hetwelk God onderhoudt, kan niet gan schelijk worden uitgeroeid. Tegen dien principieel liberalistischen geest streed het antirevolutionaire volk en niet zon der zegen. Hét kon echter niet bewer ken, dat het gansche bestier der regee ring en wetgeving weer van uit hel centraal beheerschende standpunt der H. Schrift werd geleid. DE TRIOMF VAN CAPABLANCA De bekende schaakmeester Capablanca gaf de Berlijnsche schaakwereld een verbluffend staaltje van zijn meesterschap te zien. 3f maal trad hi] in 't strijdperk. 25 maal kwam hij als overwinnaar uit den kamp, 4 maal speelde hij remiseslechts 2 maal moest hij 't tegen zijn tegenstander afleggen. Evenmin kon het verhinderen, dat in de wetgeving nog menig kenmerk van andere grondgedachten werd ingevoerd en het slaagde er niet in zoodanige macht te verkrijgen, dat het bestaande en vigeerende van zulk een zuurdeeg werd gelouterd. Wie critiek wil oefenen vindt dan ook een al te gemakkelijke taak en stof te over, wie bouwen wil, staat voor een uiterst moeizamen en te leurstellenden arbeid. Over enkele belangrijke punten van critiek willen wij sprekenals verzeke ring, vaccinedwang e. d.g., die onder ons volk de aandacht hebben, en ons standpunt daartegenover bepalen. OFFICIEELE BERICHTEN INVOERRECHTEN EN ACCIJNZEN. Bij K. B. is aan D. W. Bosscher, ontv. der iiv. en acc. te Groningen en aan A. Kloe- zen, verificateur der inv. en acc. te Amster dam eervol ontslag verleend. WAARBORG GOUD EN ZILVER. Bij K. B. is aaniG. F. C. baron van Till, .ontr. van den waarborg en de bel. der gou den en zilveren werken te Utrecht, eervol uitslag verleend. Bij K. B. zijn benoemd voor 1930 in de Comm. tot vaststelling van de minimum uitwatering: tot lid en voorz.: de heer C Fock, hoofd- insp. voor de scheepv. te 's-Gravenhage; tot lid en ondervuorz.: de heer P. i>. van 't Ilaaff, insp. voor de scheepv. te 's-Gra- venhage; tot lid en secr.: de heer Ir. A. van Driel, scheepsbouwk. adv. bij de scheepvaartinsp. te 's-Gravenhage, is aan genoemde commissie toegevoegd als plaats\erv. secr. de heer Ir. E. M. Neuerburg. scheepsbouwk. ingenieur bij de scheepvaartinspectie te 's-Gravenhage. POSTERIJEN EN TELEGRAFIE. REGISTRATIE EN DOMEINEN. Bij K. B. is benoemd tot ontv. der reg. en doin. te Harderwijk J. Klein te Amster dam; is benoemd tot ontv. der reg. en dom to Raalte J. Jaarsma te Dordrecht; is be noemd tot ontv. der reg. en dom. te Woer den J. Kamerling te Almelo; is benoemd tot ontv. der reg. en dom. te Nijkerk M. Druk-' ker to Haarlem. HOFBERICHTEN ONDERSCHEIDING VOOR DE KONINGIN PRAAG, 6 Dec. De president van de Tsjccho-Slovaaksche republiek heeft aan Koningin Wilhelmina het Grootkruis in de Nationale Orde van den Witten Leeuw toe gekend. RIJNLANDS GEMAAL Zo ven Lollui Naar aanleiding van het rapport der Sta tcn-conimissie. inizake de stichting Rijnlands gemaal, scheepvaartverbinding Amsterdam— Gouda—Rotterdam, stellen Gedep. Staten van Zuid-Holland thans voor het in het Siatenbesluit van 19 Dec. 1922 sub C le be paalde te vervangen door het volgende: le. door de provincie, naast het door haar aan te leggen scheepvaartkanaal, een uit- ó.i,hc" ateringsknnaal te doen graven, aan de eene zijde uitmondende in vorengenoemd Noorden""' scheepvaartkanaal en aan de andere zijd*.' Sommei«dij in den HolJandschen IJssel, benevens in da' tjjntetoord" afwateringskanaal ongeveer ter plaa-sewaar e 00 de waterkperende dijk wordt doorsnede*:. T«tnnt v-.< een keersluis te doen houwen, mits in dj» kosten van een en ander door Rijnland eeni som van 1 310.000 wordt bijgedragen". DRINKWATERLEIDING VOOR GOEREE EN OVERFLAKKKEE. Gisteren hield de Stichting Drinkwater leiding Goeree en Overflakkee te Middelhar- nis haar eerste officieele vergadering. Een dagelijksch bestuur werd benoemd, bestaande uit twaalf leden, waarin elke ge meente vertegenwoordigd is. Tot voorzitter werd gekozen de heer L. J. den Hollander, Burgemeester van Middel- harnis en Sommelsdijk en tot secretaris F Nicborg, Burgemeester van Stad a. h. Ha ringvliet. MIDDENSTANDSBEDRIJFS- VEREENIGING ERKENNING Blijkens het besluit van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, is de M dden- slandsbedrijlsvereeniging, opgericht door de Vereeniging van den Chr. Handeldrijvenden en Industricelen Middenstand in samenwer king met het Chr. Nationaal Vakverbond, erkend a^s^een volwaardige Bedrijfsverecni- ging tot uitvoering der Ziektewet. De Minister overwoog daarbij, dat inge volge art. 91 lid 1 der Ziektewet deze be- drijfsvereenigihg er een is in den ain der wet, opgericht door eejn naar het oordeel van genoemden Minister algemeen erkende centrale organisaties of daarbij aanceslot.eo vereenigingen van werkgevers en een of meer naar het oordeel van genoemden Mi nister algemeen erkende Vakcentrale cf daarbij aangesloten verenigingen van ar beiders. Voor degenen, die tot nu toe beweerden, dat de Chr. Middcns'andsvereeniging niet zou gelden als een erkende werkgeverscen trale blijkt dus uit bovenstaande genoeg zaam, dat deze opvatting onjuist was. Een groote voldoening voor de Vereeniging, dio de eer heeft de eerste volwaard ge bodrijfs- vereeniging te hebben opgericht. ONZE GEZANT TE BERLIJN De Nrderlandsche Gezant te Berlijn, Graaf van Lvnburg-Stirum, is voornemens den diplomatiek en dienst binnenkort te verlaten. Nadat hij zijn ambt zal hebben neergelegd hoopt hij een studiereis te ondernemen. Schoolnieuws. HEVIGE BRAND TE AMSTERDAM TWEE VERDIEPINGEN UITGEBRAND aanzienlijke waterschade Gisteravond omstreeks half zes brak brand uit in een perceel aan de Keizersgracht, waarin gevestigd is de winkel van den an tiquiteitenhandelaar Smits, waarboven de verschillende étages verhuurd zijn aan ver schillende bewoners. Omstreeks vijf uur was een zekere Giebers, die op de tweede étage woont, thuis geko men, en hij begaf zich onmiddellijk naar de badkamer, die zich op den zolder bevindt, na zich van te voren ervan vergewist te hebben, dat de kachel in de kamer van een anderen huurder, Halbertsma, goed brand de en geen kwaad kon. Nauwelijks echter bevond hij zich eenige minuten in de badkamer of men kwam hem waarschuwen, dat er brand was ontstaan in de kamer van Halbertsma. Wat de oorzaak hiervan was, kon niet worden vastgesteld. Waarschijnlijk is een vonk uit de kachel op den grond gevallen. De brand liet zich reeds spoedig ernstig aanzien. De kamer van Halbertsma stond reeds na een minuut in lichte laaie en breidde zich uit over de geheele verdieping. Hierdoor was de toegang naar de straat af gesneden. Hij slaagde er echter, met de hulp van de brandweer, in, zich langs den achter gevel van het huis te redden. De brandweer, die onmiddellijk was ge waarschuwd, verscheen aanstonds met zes motorbrandspuiten, die van verschillende posthuizen kwamen aangereden. Tientallen meters slang werden uitgelegd en zoowel aan de voor- als aan de achterzijde van het brandende gebouw werd water gegeven. Het vuur laaide echter zoo hevig, dat het gerui- ,men tijd duurde, voor de brandweer erin slaagde het een weinig te temperen. Reeds zeer spoedig stonden zoowel de tweede als de derde verdieping in brand en ondanks de groote hoeveelheden water die de brandweer in de vlammen wierp, baande het vuur zich een weg naar de zolderver dieping. Dikke rookwolken stegen door de kapot geslagen vensters naar buiten en daarboven uit zag men op een gegeven mo ment de vlammen uit het dakvenster slaan. Inmiddels dreigde ook gevaar voor de bo venste verdieping van het aangrenzende huis, nummer 476. Deze verdieping wordt bewoond door den heer B. Endedijk, con cierge van de kantoren, die in dit perceel gevestigd zijn. Reeds vraten de vlammen langs een aanzienlijk deel van de kroonlijst Met grooten spoed bracht de brandweer langs den gevel een slang op de bovenste verdieping. Juist op tijd, want een kist, die tegen den muur stond, had al vlam gevat tengevolge van de hitte. Verder kon de brandweer zich er hier toe bepalen den muur door spuiten nat te houden. In het brandende perceel trad nog niet zoo spoedig verandering in den toestand in. Nu ook de zolderverdieping in brand stond, laaiden de vlammen met verdubbelde lievig heid op. Steeds meer materiaal rukte van lieverlede aan. Zelfs de drijvende stoom spuit kwam aanvaren. Ten slotte echter verduisterde de gloed, alsof de brand was afp. nomen. De slang op den magirusladder werd ingehaald en reeds was men bezig de ladder zelf in te halen, toen eensklaps de vlammen zich met loeiend geweld weer een weg door de zolderverdie ping haanden. Ijlings werd de ladder weer uitgeschoten en begon men weer opnieuw vandaar met water te geven. Een dichte vonkenregen steeg bijwijlen uit het brandende gebouw op en verspreidde zich wijd en zijd over de omgeving, die zwart zag van nieuwsgierigen. Na eenigen tijd bleek, dat het vuur aan de achterzijde van het huis begon af te ne men, zc t het gevaar voor verdere uitbrei ding geweken was. Ook de tweede en derde verdieping raakten uitgebrand, maar achter de buitenste kroonlijst bleef het vuur voort woeden. Door de spleten kon men het schijnsel waarnemen. Nu echter concentreer de de brandweer alle kracht op de plek. Een tweede magirusladder werd opgericht en spoedig wierpen twee straalpijpen met groote kracht enorme massa's water op de brandende plaats. Tegen dezen aanval was het vuur niet lang bestand. Weldra verdween het ook hier. Bij stralen liep het bluschwater langs den gevel van het perceel omlaag in het sous-terrain. De waterschade is dan ook aan zienlijk. Ook de brandschade is zeer groot, daar slechts weinig in de eerste verwarring uit het huis gered kon worden. De beide bovenste verdiepingen en de zolder zijn to taal uitgebrand. Ook het dak is ernstig be- S°Dc(1'bet rokken en zrn allen tegen brand verzekerd. T. De burgemeester, de wethouders Kropman en Douwes, en de hoofdcommissaris, waren op het terrein van den brand aanwezig. De brandweer bleef nog verscheidene uren nadat de eerste auto's waren ingerukt, met de nablussching bezig. DOOR GAS BEDWELMD Zeer bij tljds gered. Men meldt ons uit Rotterdam: De 42-jarige H. H. O. wonende Breede >cale comtté's f73 413 Mr. J. J. HANGFII.BROEK, adj.secr. van de Unie Een School met den Bijbel Hilledijk, is Donderdagav. half 6, toen hij in 5 i de Rommenhöllorsche koolzuur- en zuurstof- 11 fabriek aan de Rijnhaven in een naar men dacht geheel leege tank was afgedaald, bc- 5 dwelmd door koolzuurzwavelgas en bcwus- l teloos geraakt. o De man had een lantaarn bij zich. die door het eas uitging. Daar iedereen, die in J deze fabriek in een tank afdaalt, ren touw s om het lichaam heeft om eventueel te kun- 0 nen worden opgetrokken en men gelukkig g vrij spoedig zag, dat de lantaarn uitging 0 werd hij opgehesehen. U, Door dm Geneesk. D'enst en een dokter Te Eindhoven stortte hij de in aanbouw werd gedurende ongeveer anderhalf uur zijnde magazijnen van de N. V. Vroom cn 1 zuurstof behandeling toegepast, waarna O Dreesman een beton-lift naar ben.dcn, ten- s weer vrijwel bijkwam. In het ziekenhuis gevolge waarvan de 26-jarige gehuwde ar. aan den Coolsingel is hij daarna ter verpF- heider L. Lavou uit Aalst een ernstige sche- ging opgenomen. Zijn toestand is bevredi delbreuk bekwam. De man is kort daarna gend. loverleden. NADER ADRES Ziezoo, dacht ik bij mezelf, over Wil lemstad en Curasao behoef ik mij niet meer bezorgd te maken. Majoor Slobbe, militair van figuur, magistraat van hoofd en mensch van hart, gaat er heen als opvol- ger van den zachtmoedigen Fruytier, en die zal de Venezolaansche varkentjes wel wasschen als ze opstandig gaan knorren. Geen 24 uur na mijn berustende medi tatie over Willemstad komt de directeur van het postkantoor te Roosendaal mijn rust over Willemstad verstoren. Hij schreef nl. aan een vriend van mij, die te Willemstad woont, o.m. het volgen de: „Het komt voor, dat corresponden tie,bestemd voor de plaats Uwer inwo ning, vermoedelijk door de mindere bekendheid en doordat in de adressen de plaats van bestemming „Willem stad" niet van de aanvulling „Noord- Brabant" of „Nederland" is voorzien, naar Willemstad Curasao wordt gezon den". Mijn vriend brieft mij dat weer over en vei zoekt mij er in 't vervolg rekening mee te houden; doch hij lucht meteen zijn over- kropt gemoed en vraagt, of een directeur van een postkantoor te Roosendaal (wik Roosendaal: in Brabant of bij Arnhem, raagt hij sarcastisch) het recht heeft de Willemstadstedelingen te grieven met de op merking, dat de plaats hunner inwoning vrij onbekend is. „Neen meneer, de Venezolanen zullen bier de peentjes niet komen opscheppen. En dat Willemstad in Curasao meer be kend zoü zijn dan de moederstad Willem stad in Nederland; nou, als dat waar is, •dan dateert het pas van den laatsten tijd en zou men beter van „berucht" kunnen spreken Bovendien, als het juist is, dat brieven voor Willemstad hier naar Willemstad déar gezonden worden, dan ligt dat alleen aan de kindschheid van Tante Pos, die om een milligram meer je heele corresponded tie in de- war schopt, maar voor duizenden kilometers geen cent meer berekent. 't Is de dwaasheid gekroond. „Willemstad, het Willemstad, dat een voorname plaats in onze geschiedenis in nam en dat onze taalschat met één van de schoonste spreuken heeft verrijkt, ligt im mers niet in de binnenlanden van Borneo, maar bij de monding van één onzer roera- ruchtigste stroomen. En dan moet men niet in West-Indië gaan zoeken". Ik was het roerend met deze uiteenzet ting eens en ten bewijze daarvan heb ik roljn vriend een briefkaart met felicitatio gestuurd, fout geadresseerd (want Cura sao speelde me nog parten): 1 Aan Mijn vriend Van Slobbe, die naar de Klundert kijkt, of hij de WILLEMSTAD...... De Postambtenaar vond dit adres onvol- ledig, en schreef er met kleine letters or^- der: „ook ziet"; een ander schreef er op: gedresseerde onbekend, zie Kurassau; maar de ambtenaar van de Zeepost schreef er op: Thans nog Willemstad in Neder--, land; en toen kreeg ik eindelijk de fraai versierde kaart terug. Men adresseere dus voortaan: Willemstad bij K 1 u n d er tl AUTO MET VIER PERSONEN TE WATER Men meldt ons uit Hillegersberg: Gistermiddag is ongeveer vijf uur op den Hoofdweg onder Hillegersberg een ernstig ongeluk geschied. De 50-jarige heer Voorwinde, wonende in de Jericholaan te Rotterdam, reed daar in zijn auto in de richting Hillegersberg. Drie dames, Voorwinde, Noordam en A. de Raadt waren zijn passagiers. Voor hem uit reed een Fordauto, bestuurd door B. den Hollan der uit Nieuwerkerk. De heer V. wilde de ze auto passeeren en gaf daarom signalen. Juist toen hij de auto links voorbij wilde rijden, wendde Den H. het stuur naar links om een boerenerf op te rijden. De heer V. was toen, om een aanrijding te voorkomen, nog meer naar links gegaan en kwam op den berm van den weg terecht. Zijn auto bad toen te groote snelheid om hem te kunnen stoppen en reed in de vaart die langs den weg is gelegen. De bestuurder van de Fordauto, die het ongeval zag gebeuren en twee onbekend ge bleven mannen schoten onmiddellijk to hulp. Den H. begaf zich geheel tó water,* de twee anderen tot hun middel. Gedrieën slaagden zij er in de vier passagiers, die dreigden te verdrinken, op 't droge te bren gen. Per particuliere auto werden allen zoo spoedig mogelijk naar Rotterdam naar hun woningen gebracht, waar zij zich onder geneeskundige behandeling hebben gesteld. Allen zijn er vermoedelijk met natte klee- ren en den schrik af gekomen, behalve me vrouw Noordam, die hoogstwaarschijnlijk haar rechterbeen heeft gebroken. Het politie-onderzoek wees uit, dat de Fordauto aan de linkerzijde den richting wijzer miste. Den Hollander heeft dat wel geweten, doch er op het oogenblik dat hij Hij heeft daarom de handle voor dezen wijzer gedraaid, in de gedachte, dat de wijzer inderdaad zou worden opgelicht, ter wijl het effect natuurlijk nihil was. De auto, die slechts licht beschadigd was, is gisteravond door een bergingsauto van Jacatra gelicht ONDER EEN LIFT VERPLETTERD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 1