Leiden's Onfzet
VRIJDAG 4 OCTOBER 1929
TWEEDE BLAD PAG. 6
FEESTVREUGDE IN DEN REGEN
;s-. t V&f
ZOU DE OPTOCHT DOORGAAN
OF NIET?.
v
HARING, WITTEBROOD EN GEURIGE
HUTSPOT
WAT EE ALLEMAAL TE DOEN WAS
Met plagerige tikjes pijpestraalde gister
morgen een gestadige regen tegen de ramen
der Leidenaars toen ze de oogen zich uit
wreven om te zien of hun optimisme van
den vorigen avond, toen de schijnbaar uit
geschreide hemel zich goedaardig boven hen
uitspreidde, gerechtvaardigd was geweest.
Eilacie, de egaal-grauwe lucht en de
glimmende straatkeien voorspelden weinig
goeds en al was men voor de gewone fees
telijkheden niet zoo bang, dadelijk rees de
vraag of de optocht wel door zou gaan en
als antwoord op die vraag kon men alleen
bij zichzelf overleggen: Als het zoo blijft niet,
maar je weet niet of 't zoo blijft. Dat was de
troostrede en daardoor gesteund heeft men
zicht alvast de morgenuren maar niet laten
vergallen en in zooverre dat mogelijk was
den dag met een hoopvol hart ingezet.
Alvorens we echter aan den eigenlijken
dag beginnen, dienen we eerst nog even op
den dag, daaraan voorafgaande terug te
komen.
2 October.
Vooral dos avonds was het op straat zeer
goed te merken dat er „een groot ding ging
gebeuren" den volgenden dag. Men genoot
vast een beetje van dc voorpret, door zich te
organiseeren in vrienden- en vriendinnen-
groepen opdat men op den feestdag niet zoo
vreemd tegenover elkander zou staan.
De taptoe bleef ditmaal achterwege, wat
misschien wel te betreuren was maar overi
gens aan de gezelligheid geen afbreuk deed.
„Dik Trom."
In de stadsgehoorzaal werden des middags
en des avonds een tweetal voorstellingen ge
geven van het bekende kinderspel „Dik
Trom" in drie bedrijven, naar het boek van
C. Joh. Kieviet, door het genootschap Jcugd-
Amusement onder leiding van Petro Beuk-
man.
De waarde van dit stuk uit een paedago-
gisch oogpunt, laten we liever maar in 't
midden, maar feit is 'het dat de zaal van
kinderen van het begin tot liet eind geboeid
is door het min of meer sensationeele spel.
Zó:"» leefde ze mee, dat ze eenparig met een
groot geschreeuw de stem verhieven tegen
de vrek en tegen de veldwachter Flipsc en
dat ze uit volle borst het lied van Dik Trom
Bieobruldcii.
De helden uit het overbekende boek kwa
men bijna allen ten tooneele en ze werden
door de kinderen als oude bekenden begroet.
Het spel was over 't algemeen heel goed ver
zorgd, al vinden we de figuur van Dik Trom
zelf niet zoo heel bijzonder geslaagd, maar
we kunnen ons voorstellen, dat het moeilijk
is deze rol goed te bezetten. Vader Trom had
overigens gelijk: „Het was een bijzonder
kind, dat was het."
Bij de middagvoorstelling waren door hot
Bestuur van de 3-October-Vereeniging genoo-
digd de kinderen van: het Heilige Geest- of
Arme Wees- en Kinderhuis; het R. K. ge
sticht „De Voorzienigheid", het Centraal Isr.
Wees- cn Doorgangshuis; het Kinderhuis
„Voordorp" te Leiderdorp; het Kinderhuis
„Nieuw Voordorp" te Voorschoten, het R. K.
Weeshuis aan de St. Jacobsgracht, het St.
Jozefshuis „St. Gei'. Majilla" en voorts de
kinderen van de Leidsche Politie-agenten en
van de onderofficieren van het 6e Reg. Veld-
Artillerie,
Wijdings Zangdlenst.
An den vooravond van den grooten dag
werd evenals vorig jaar ook thans weer in
de Hooglandsche Kerk door bet kerkkoor
„Ex Animo" een wijdings-zangdienst gehou
den, die onder leiding stond van Dr. J.
Riemens.
Het is altijd een hijzonder genot ln de
eeuwenoude kerk met haar heerlijke bouw
vormen gewijde liederen te hooren zingen en
ook dezen avond, ja in 't bijzonder dezen
avond, bij de herdenking van een historisch
feit, moest de historische omgeving alleen
reeds wijding geven aan de ziel.
Het kerkkoor heeft onder leiding van den
heer H. de Wolff uitnemend zijn best ge
daan en hetzelfde mag gezegd worden van
het kinderkoor, terwijl de hegeleiding bij
Mej. M. Schroot te Rotterdam in goede han
den berustte.
Dr. J. Riemens hield een lcorte herden
kingsrede waarin hij wees op de punten van
tegenstelling tusschen Philips II en Willem
de Zwijger.
Philips II was de man, die niets onzien-
de, de roomsche leer wilde handhaven. Op
de meest straffe cn gevaarlijke wijze tracht
te hij ook Nederland Roomsch te houden.
Willem de Zwijger daarentegen was een
heel ander man. Aanvankelijk zelf katholiek
wilde hij aan het geloof uitbreiding geven
op vreedzame wijze zonder gruwelen, maar
met vaste overtuiging. Daarom was hij een
voorstander van gewetensvrijheid. Toen de
hervorming meer en meer veld won en hij
inzag de dwalingen van het Roomsche ge
loof, ging hij echter tot het protestantisme
over.
Philips II heeft steeds met alle hem ten
dienste staande middelen Willem de Zwij
ger tegengewerkt. Tenslotte is het hern ge
lukt op laaghartige wijze over zijn tegen
standers te triumpheeren. Toch kon hij niet
verhinderen dat, middellijk door Willem de
Zwijger, het protestantisme meer en meer
veld won. Daarin was weer duidelijk te zien
de hand van den Heer, die gezegd heeft: Ik
zal het rijk der duisternis beschamen, dat
het niet meer wezen zal.
ITet was alles bij elkaar genomen een
[mooie avond.
X)e feestelijkheden des morgens.
Thans Komen we tot den eigenlijken feest
dag en dienen we te gaan beschrijven hoe
het publiek, gewapend met parapluie's zich,
dse morgens vermaakte en in den regen zijn
feestvreugde wist te bewaren,
Reveille.
Hef feest nam te zeven uur een aanvang
met de gebruikelijke reveille door het
Leidsch Politie-muziekgezelschap. Er waren
toen al heel wat menschen op de been op
de Breestraat voor de Stadsgehoorzaal, van
het halcon waarvan de muzikanten de ope
ning bliezen van den dag in het nog weife
lende licht. Even werd de wonde die gesla
gen is door den Stadhuisbrand weer beroerd.
Men was zoo gewoon de reveille te hooren
vanaf de trappen van het eeuwenoude raad
huis en op dezen historischen dag moesten
de armzalige gevelresten wel dubbel droevig
aandoen.
Koraal-muztek.
Intusschen werd het hoe langer hoe druk
ker op straat van menschen die zich naar
het v. d. Werfpark begaven om de koraal-
muziek te beluisteren. Nog altijd is dit een
bijzondere attractie, omdat er wijding van
uitgaat, wijding die een goeden inzet vormt
van den roezemoezigen feestdag.
Met medewerking van het Stedelijk mu
ziekcorps werden onder leiding van den heer
Leo J. Mens de oude liederen gezongen door
de honderden zangers als een hulde aan
„de helden, die in 't verleden, krachtig door
eenheid, sterk door gebeden, kloek in den
oorlog, wijs in beleid, 't land onzer Vaad'ren
hebben bevrijd". Wat aarzelend werd het
Wilhelmus, fie slotzanc. door (het rui bliek'
meegezongen. Aan het eind van de zang
werd door den Burgemeester, Mr. A. v. d.
Sande Bakhuyzen een krans gehecht aan het
standbeeld van v. d. Werf, den grootsten
burger van Leiden.
Intusschen was reeds een aanvang ge
maakt in het Waaggebouw met de uitreiking
van de feestgave
Haring en Wittebrood.
De muzikanten van het Harmoniegezel
schap „F. en D." hadden zich in plaats van-
op het Waaghoofd geïnstalleerd eveneens in
het Waaggebouw.
Er hcerschte een gezellige drukte in het
groote gebouw, wat geen verwondering be
hoeft te baren als men bedenkt dat de feest
gave aan niet minder dan 2272 personen
werd uitgereikt. Met mandjes gewapend
kwamen dc struische Leidsche moeders de
vette „harinkies" halen, terwijl door de fa.
Wed. Van Nolle gratis koffie en tabak wer
den uitgereikt.
De persfotograven cn filmoperateurs be
gonnen intusschen hoe langer hoe somber
der te kijken, want van de gezellige druk
te die anders heerscht in de ruimte voor het
gebouw, was niets te hespeuren en de aar
dige momenten waren voor hen dan ook
zeer sehaarsch.
Op de Jan van Hontkadc was het intus
schen een drukte van belang. Voor hun
kinderen hebben de menschen wel een beetje
regen over en zon stond dan ter weerszijden
van dc straat aen dichte haag van belang
stellenden.
de autoped-wedstrijden
gade fe slaan. 'Als er een onderdeel van fiet
programma geslaagd mag heeten, dan is het
deze nieuwigheid geweest. Aan de wedstrij
den werd door honderdzestig kinderen deel
genomen en het was een aardig gezicht te
zien hoe zij zich inspanden in den strijd te
gen elkaar om het einddoel het eerst te be
reiken. De muziekcorpsen „P. C. en L." en
„Athalia"' bliezen intusschen de regenstem
ming weg en zoo heeft men zich vermaakt
of het het schoonste weer van de wereld
Het was een sympathieke gedachte van
het bestuur der 3-Octobervereeniging om de
kinderen meer bij de feestviering te betrek
ken en ongetwijfeld is het in zijn opzet ge
slaagd. De kinderen kregen na afloop alle
maal een prijs of verrassing.
Uitslagen dei autoped-wedstrijden.
De uitslagen der autoped-wedstrijden wa
ren als volgt:
40 jongens van '10 tot 13 jaan
1. Frits Fontein; 2. Piet van Zijp; 3. Jan
van Zijp; 4. Henk Parmenhier; 5. Anton
Jansen; 6. Frans Mascnibroek; 7. Izak van
Dam; 8. Kees Bal; 9. Wim Appeltas; 10. Jib-
se Bronsgeest.
61 Jongens van 7 tot 9jaar:
1. Gerard Holst; 2. Hendrik Koppier; 3.
Teun Metz; 4. Tonny Lucas; 5. J. J. Meer
berg; 6. Jos Bats; 7. J. Lind van Wijngaar
den; 8 Piet Croma.
27 meisjes van 6 tot 9 jaar:
1. Marie Schimmel; 2. Jaantje Schrijvers;
3. Hendrika Minnenva; 4. Zus de Koning; 5.
Riekje Penscel; 6. Linie Oudshoorn.
31 meisjes v6n 10 tot 13 jaar:
1. Rika Dichen; 2. Hillie Pclder; 3. Truus
de Jongh; 4. Annetje Hullem; 5. Pietje v. d.
Blom; 6. M. S. Cramer.
Terwijl het meeste publiek zich thans
meer en meer over de stad begon te ver
spreiden en sommigen nog enkele uren naar
huis gingen, begaven zich ook velen naar de
kerkgebouwen waarin de
kerkelijke herdenking
van Leidens ontzet plaats vond.
In de Pieterskerk, die bij uitstek aange
wezen is voor de herdenking van het histo
rische feit van den dag, werd de dienst ge
leid door Ds. Kuilman.
Bij dezen dienst waren o.m. tegenwoordig:
Prinses Juliana, vergezeld van een studiegc-
noote, de rector-magnificus der Leidsche uni
versiteit, prof. dr. N. van Wijk, de burge
meester, mr. A. van do Sande Bakhuyzen,
de secretaris van Leiden, mr. dr. C. E. van
Stryen, prof. dr. J. Pb. Vogel, secretaris van
den senaat, mr. P. J. Idenburg, secretaris,
mr. P. E. Briet, lid van het college van
curatoren van de Leidsche universiteit, mr.
P. A. Pijnacker Hordijk, hoogheemraad van
Rijnland, verschillende wethouders, leden
van den gemeenteraad, vele Ihoogleeraren,
het bestuur, predikanten, ouderlingen,, col
lege van notabelen, der gem. commissie der
'Ned. Herv. gemeente, het collegium vqfn het
L.S.C., het bestuur van de Ver. voor vrou
welijke studenten te Leiden en van andere
studentenvereenigingen benevens tal van
militaire en burgerlijke autoriteiten.
Het kerkgebouw was vrijwêl geheel gevuld.
Ds. Kuilman had tot tekst gekozen Ps. 50
15: En roep mij aan in den dag der benauwd
heid; Ik zal er u uithelpen en gij zult Mij
eeren.
In de Hoolgraohtkerk was de voorganger
Ds. H. Thomas, die de heteekenis van Lei
den's ontzet uiteenzette en dit heugelijke feit
herdacht naar aanleiding van P6. 6612 en
13: Gij hadt een mensch op ons hoofd doen
rijden, wij waren in het vuur en in het water
gekomen, maar gij had ons uitgevoerd in
een verversching. Ik zal met brandofferen in
Uw huis gaan, ik zal Uw mijne geloften be
talen.
In de Chr. Geref. Kerk aan het Steen-
schuur ging voor ds. J. Jansen, die tot tekst
had gekozen: Ps. 97la: De Heere regeert,
de aarde overtuige zich.
In de Geref. Gem. aan den Nieuwen Rijn
was de voorganger ds. W. C. Laman, die tot
tekst gekozen had Ps. 14720a: Alzoo heeft
de Heere aan geen volk gedaan.
De optocht.
Toen een flinke partij geurige hotspot
naar binnen was gewerkt nam het middag-
feest een aanvang, dat ditmaal bestond uit
een groote optocht van historie en sage „de
Rijn" van St. Gotithard tot Katwijk aan Zee,
ontworpen en in teekening gebracht dooi
den heer Jan de Quaak. Onder dc oppcrlei-
ding van den heer Bernard de Koning had
op den Hoogen Rijndijk de opstelling plaats,
waarbij het publiek al van zijn belangstel
ling blijk gaf.
Er zijn wel stemmen opgegaan, die meen
den dat de fantasie van Jan de Quaak in
deze wat al te buitensporig was geweest,
maar dezulken zijn door de uitwerking van
de ideeën in dezen optocht in het ongelijk
gesteld. De gepersonificecrde Rijn als onder
werp voor een drie-Octoberoptocht lijkt op 't
eers'.e oog misschien wat eigenaardig, maar
wanneer men rekening houdt met het feit,
dat Leiden toch eigenlijk met den Rijn nauw
verbonden is, al moet ze hem dan ook ne
men met al dc gebreken van zijn ouderdom,
dan moet men toch toegeven dat 't idee lang
niet zot is, temeer waar men nu dc luister
rijke uitwerking ervan heeft gezien.
De stoet werd geopend door een vaandel-
wacht met het vaandel der 3-October Vereen,
samengesteld door den heer II. Ilarmsen.
Dan volgde een muziekcorps te paard en
daarachter een aantal rijtuigen met liet be
stuur der 3-Octobervereeniging.
We zullen echter niet aldus met een op
somming doorgaan, want dit zou te lang
dradig worden cn langdradig was de optocht
zeker niet.
Geboren uit de zonnekoningin op den St.
Gotthard zien we de zuigeling in de armen
van Helvetia (Zwitseiland) omgeven door
bergfeeën. Zonder aan de kinderziekten gele-:
Een fotopagina, waar Wé 'eigenlijk geeft
bijschrift bij noodig hebben. Het spreekt voot
zichzelf. Ondanks het ongunstige lueer slaag
de onze eigen fotograaf erin, nog eenigi
goede opnamen te maken. Behalve de plaat»
jes op pagina 5 hebben we hierboven nog
een paar momenten van de optocht, welk&
,,de Rijnvoorstelde. Links en rechts groep»
jes deelnemers, die in de H.B.S. aan deft
Hoogen Rijndijk afxoachten of het droog zal
worden en of het door zal gaan.
De foto in het midden is genomen van uit
ons kantoor op de Breestraat. Er waren toch
nog heel wat menschen op de been, zooalè
men ziet. Pessimisten, die beweren dat het
[eest in 'f water gevallen zou zijn, hebbeft
kennelijk ongelijk.
Verder ziet u nog 'de afbeelding van eeft
paar aardige praalwagens. De eene is hel
zomerhuisje van den Rijngrootvorst, waai
de gastheer in de Trinklaube op een delicaat
rijnivijntje tracteert. De andere stelt voor dè
eerste praalwagen in de stoet, voorstellend
hoe de Zonnestralen de sneeuw op de Zwit»
scrsche bergen doen smelten, waaraan di
geboorte van den Rijn te danken is.
den te hebBen zien we het kind opgroeien
tot jongeling. We zien de Rijnprins te paardi
terwijl hij omgeven wordt door de zonen en
dochteren des lands, door ridders en edel»
knapen, totdat hij als Rijnvorst, als ppladijn
van Keizer Karei den Grooten binnenrijdt
in Bourgondië en Oost-Frankenland terwijl
de grooten des lands in Karolingisch gewaad
hem eere bewijzen. Dan treden wc het land
der sagen binnen. De Rijnvorst, schatbewaar»
der van het Rijngoud met de Nibelungen be»
vindt zich in gezelschap van Siegfried en
Chriemhild, Brunhild en zelfs van Attila, de
Godegisel in den voormiddelceuwschen tijd»
maar het is een wonderlijk Vorst, de Rijn*
Hij leeft in alle tijden en zoo zien we hem
spoedig als groot-wijngoedbezitter fuiven op
't edel druivennat. In. een zomerhuisje noo-
digt hij de gasten tot dep wijnproef en za
drinken en klinken. Ze drinken een bcetja
te veel want de Rijnroofridder, waarin iia
zooeven nog vreedzame verandert, schaakt
een Edelvrouwe, en voert haar heen naar da
Paltz, waar ze echter weet te ontvluchten en
dit is het dat hem voert in de armen van
„die schönste Jungfrau, de Lorelei", in een
weemoedige stemming van sleependen zang.
Ich weiss nicht was soil es bedeutcn....
Dan echter begroeten zeven bergridders
den grootvorst in het zevengebergte dat hij
doorrijdt naar Keulen als kruisridder. De
stad met haar fraaie gebouwen trekt aan
ons oog voorbij, maar reeds nadert Hollands'
grens cn als een bezadigd man houdt da
Rijngrootvorst zijn blijde inkomste in Hol
land, begroet door Maas cn Waal cn door
talrijke herauten. Arnhem cn de andere ju-
weelcn van Gelderland, als frissche schoo-
non, begroeten hem. Het landvolk uit Betu
we cn Veluwe ziet vol vertrouwen tot hem op.
Maar verder gaat het. In een lustprieel op
de hoogte nabij Rhenen, wordt een rijke
maaltijd gehouden, waaraan de Rijnpaltz-
graaf met zijn gemalin aanzitten.
Maar liet blijft geen pais en vree. Noor
mannen bedreigen de stad Wijk bij Duur
stede en de Rijnvorst rouwt omdat hij tegen
hun geweld niets kan doen, ja zelfs moet
(Vervolg op pag. 7j'.