Jlirtuur £Viï>srljr Courant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
STERTABAK
iBONNEMENTx
Pér kwartaal ƒ3.25
(Beschikklngskosten 0.15)
per week0.25.
Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche rending „6.—
Bij dagelijkache zending n7<—
Alles bi] vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7/2 cent
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
No 2861
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 53936.
DINSDAG 1 OCTOBER 1929
ADVERTENTIE»»
Van 1 tot 5 regels ft 17%
Elke regel meer „0.22%
Ingez. Mededetlingcn
van 1—5 regels 2.30
Elke regel meer „0.45
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan bet bureau
wordt berekendƒ0.10
1Qe Jaargang
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
DE WERKING DER
ARBEiDSGESCHiLLENWET
(ii*)
Merkwaardige ervaringen doet
zoo'n Rijksbemiddelaar vaak op; zoo
eindigden we het eerste artikel over de
brochure van mr. Josephus Jitta: „De
practijk der Arbeidsgeschillenwet".
Het was aan Mr. Aalberse in 1928
gelukt een bemiddelingsvoorstel te doei:
by de staking in Berkel, waarover bei
de partijen in de handen klapten en
toch meenden de patroons na eenige
maanden, dat ze bekocht waren (zie
elders in dit nummer).
De heer Van IJsselsteyn wist in 1924
het geschil bij de veenderijen in Vinke-
veen naar ieders genoegen tot oplos
sing te brengen, en toch hadden de ar
beiders later gereede aanleiding tot
klacht. (Zie boven).
Te IJmuiden gaf de Rijksbemidde
laar op grond van een accountants-on
derhoek de visschers in overweging om
hun eischen in te trekken, want de be
dreven werkten met verlies. Doch 14
dagen later gaven de werkgevers de
helft van de gevraagde loonsverhoo-
ging, omdat, naar hun meening. de
fonjunctuur zich in gunstige richting
ging ontwikkelen.
Te Bagger-Oosterveen weigerden de TCMt
verveners eerst een loonsverhoogin/ 60.000 in de vijf jaar.
van 4.% als door den heer Westerdijk,
rijksbemiddelaar,was voorgesteld.
Korten tijd later, na een groote veen
brand, gaven ze 41/2 verhooging.
De loodgieters in de groote steden
wilden in 1928 geen drie dagen va-
cantie geven; doch na vijf maanden
staking gaven ze er vier.
Een patroon bood eens een accoun
tantsonderzoek aan. dat hij zelf zou
betalen. De Rijksbemiddelaar bracht
dit voorstel over en vroeg de arbeiders
organisatie om den acountant aan te
wijzen. Doch zij weigerden en kwa
men nog denzelfden dag met den werk
gever tot overeenstemming.
Van dwang mag bij de Arbeidsge
schillenwet, welke immers beoogt con
flicten te voorkomen of in der minne
bij te leggen, eigenlijk niet gesproken
worden.
En toch is het element divang aan
wezig. Doch dan op gelijke wijze als bij
de stemplicht.
Gelijk de kiezer verplicht is om zich
te presenteeren, maar hij niet behoeft
te stemmen; zoo zijn partijen in een
arbeidsgeschil, na oproeping door de
Rijksbemiddelaar, verplicht om te ver
schijnen.
De wet verwacht wel, dat nu de ver
schijnende partijen althans inlichtingen
zullen verstrekken, doch het wordt niet
geëischt. De opgeroepenen zijn zelfs
niet verplicht om op vragen van den
voorzitter te antwoorden.
Voor de arbeiders treden in den regel
de vakvereenigingsbesturen op; en ook
de directie van een bedrijf komt meest
al niet persoonlijk. Een enkele maal is
het voorgekomen, dat de patroon op
aandrang van zijn organisatie weiger
de persoonlijk te verschijnen, hoewel
hij in dat geval bij wijze van uitzonde
ring persoonlijk was opgeroepen.
Het geval doet zich wel eens voor,
aldus vertelt mr. Jitta, dat de patroon
weigert met vertegenwoordigers van
de arbeidersorganisaties overleg te ple
gen, omdat hij deze niet wil erkennen.
Een enkele maal heeft een Rijksbemid
delaar getracht een conferentie van
beide partijen te forceeren door ze,
waarvoor hij stellig bevoegd is, op het
zelfde tijdstip in dezelfde kamer op te
roepen.
Een ander maal heeft een Rijksbe
middelaar het niet verder kunnen bren
gen, dan dat beide partijen in hetzelf
de vertrek aanwezig waren en, dat zij,
terwijl zij elkanders tegenwoordigheid
negeerden, elk afzonde dijk met den
&ijksbemiddelaar in overleg traden
Een dergelijke dwang heeft echter
nimmer eenig gunstig resultaat opge
leverd. Aan den anderen kant werden
herhaaldelijk goede resultaten bereikt,
zonder dat beide partijen tezamen con
fereerden, terwijl de Rijksbemiddelaar
achtereenvolgens met beide partijen af
zonderlijk overleg pleegde en telkenma
le de eene partij met de nadere wen-
schen van de andere partij in kennis
stelde.
Zeer goede resultaten heb ik gezien
menlijk of afzonderlijk onder zijn lei
ding hadden vergaderd, met een be
paald voorstel naar huis zond, met het
verzoek hem binnen een bepaalden ter
mijn zonder met elkander te overleggen
hun antwoord te doen toekomen".
Dat de Rijksbemiddelaar ook wel te
vlug kan ingrijpen, blijkt uit het vol
gende
In 1925 brak plotseling een groote
staking uit in de haven van Rotterdam.
Het conflict dreigde zich nog verder uit
te breiden. De Rijksbemiddel.aar greep
onmiddellijk in. Van patroonszijde
werd hem dit euvel geduid. De werk
gevers verzochten hem dringend zich
van iedere tusschenkomst te onthouden,
omdat het aannemelijk werd geacht,
dat de staking binnen korten tijd zou
verloopen. Besprekingen onder leiding
van den Rijksbemiddelaar zouden huns
inziens het geschil aanzienlijk vergroo-
ten.
De Rijksbemidd'elaar heeft daarop
aanstonds aan de arbeidersvertegen-
woordigers medegedeeld, dat hij zich
op grond van de van patroonszijde ont
vangen inlichtingen voorloopig van
verdere tusschenkomst zou onthouden.
Binnen 24 uur was deze staking ver
loopen.
Deze laatste gevallen zijn wel zeer
eigenaardig, doch de schrijver, alles
overziende en objectief beoordéelend,
mag o.i. volkomen terecht concludee-
ren, dat in 30 van de 100 gevallen de
bemiddeling gunstig; in 15 van de 100
twijfelachtig resultaat had.
En om de zwartkijkers tot helder
inzicht te brengen, dat de sociale wet
geving niet immer schatten geld ver
slindt, deelt hij mee, dat het instituut
niet, zooals de aanvankelijke raming
was, 40.000 per jaar kost, doch tot
het einde van het eerste lustrum slechts
Maar, zoó luidt de ironische mede
deel ing:
„De Rijksbemiddelaars plegen de si
garen, de thee en de koffie voor de
conferenties uit eigen zak te verschaf
fen". Want tegen het gratis verstrek
ken van sigaren bestonden onoverko
melijke bezwaren van comptabelen
aard.
De activiteit <11 toewijding der rijks-,
bemiddelaars schijnt hieronder echter
niet te hebben geleden.
Het overzicht, dat de heer Josephus
Jitta gaf is een stille hulde aan hun
arbeid.
MEN ZIJ DILIGENT
Ten bewijze van de stelling, dat de finan
cieels gelijkstelling op het gebied van het
lager onderwijs nog altijd geen volkomeno
is, draagt de onderwijspractijk nog steeds
materiaal aan.
Niet zoo gering in aantal zijn de gevallen,
waarin de gemeentebesturen ten bate van
het openbaar onderwijs vrij kunnen „schal-
ten und walton", terwijl de bijzondere scho
len van gelijksoortigen steun verstoken zijn.
Zoo is het volgende voorbeeld veelzeggend.
Op 1 Januari 1936 zal aan de lagere scho
len het vak lichamelijke oefening moeten
worden onderwezen, van welk voorschrift tot
heden in verband met den minder gunstigen
financieelen toestand dispensatie kan wor
den verleend en als regel ook werd verleend.
Nu echter den laatsten tijd voor verschil
lende doeleinden op onderwijsgebied uitga
ven werden gevoteerd, die de wet niet gebie
dend voorschreef, is moeilijk aan te nemen,
dat de werking der bepaling inzake licha
melijke oefening tot na den fatalen datum
zal worden opgeschort.
Men zal dan evenwel komen te staan voor
het feit, dat zoo goed als het geheole onder
wijzende personeel formeel tot het geven
van dit onderwijs bevoegd is op grond der
akte j, maar practisch aan de eischen
van het nieuwe onderwijs niet beant
woordt.
In verband hiermee kwam het in verschil
lende provinciën tot de voorbereiding van
zoogenaamde applicatie-cursussen, waar de
ontbrekende kennis zal kunnen worden aan
gevuld.
Aan de gemeentebesturen wordt verzocht
de les- en reiskosten voor de deelnemers bij
het openbaar onderwijs uit hun gemeente te
willen vergoeden, daar de leerkrachten reeds
vrijwillig hun vrijen tijd beschikbaar stellen.
Maar hoe met het bijzonder onderwijs? zal
men vragen.
Ziehier nu een punt, waarop weieens de
aandacht mag worden gevestigd.
In de eerste plaats schijnt men lang niet
overal eraan te denken, dat deze zaak ook
belangstelling zou kunnen vinden bij de
schoolbesturen en de Christelijke onderwij
zers en komt het zelfs voor, dat men deze
categorie kalm voorbijgaat.
Wat voorts de kostenregeling aangaat
handelt men in vele gevallen vrij zonder
ling.
Dat de vraag aan de orde wordt gesteld
hoe het Christelijk onderwijs in deze materie
is te betrekken, is meer uitzondering dan
wijs hetzelfde bedrag beschikbaar stellen
als voor de openbare onderwijzers werd
toegestaan.
Wij willen niet zeggen dat deze methode,
die zeker de eenvoudigste is formeel-
wettelijk in den haalc is, maar hier komt
de gedachte van gelijkstelling althans tot
haar recht
Doch, er is een wettelijke weg, die
overtuigende aanspraken geeft en dien men
veilig bewandelen kan om gemeentebesturen,
die met de Lageronderwijswet 1920 nog altijd
moeite hebben, de behulpzame hand te
bieden.
Zonder eenigen twijfel behooren deze les-
en reiskosten tot die uitgaven, welken den
goeden gang van het onderwijs bevorderen.
Waar dus de gemeenteraad zich dergelijke
kosten voor het openbaar onderwijs getroost,
zullen onze schoolbesturen deze moeten te
rugvinden in het bedrag per leerling
daargelaten of onze Christelijke onderwijzers
van de applicatiecursussen gebruik maken
of niet. -i*-"
En waar dit wel het geval is, ztjS'deze
uitgaven ook op te nemen onder de kosten,
die voot vergoeding in aanmerking komen.
Ten slotte blijft nog de categorie van ge
meenten, waar de Raad voor deze zaak niet
voelt of geen deelnemers bij het openbaar
onderwijs zich aanbieden en hier is het
bijzonder onderwijs automatisch van ver
goeding verstoken.
Op dit punt wringt de bekende oneven
redigheid onzer wet wel heel sterk.
In ieder geval: men zij diligent!
De ervaring leert, dat diligeutie op dit stuk
nuttig kan werken.
OFFICIEELE BERICHTEN
van de methode, dat de Rftksbemidde- regel,
laar aan het slot van langdurige be-1 Toch heeft de bijzondere school hier haar
sprekingen beide partijen, die geza- onbetwistbaar rech.t.
Daar zijn enkele gemeenten die, van de idee
v*) Het vorig artikel etpnd in ons blad der gelijkstelling doordrongen, regelrecht
Van Zaterdag"):T," -- - *VopY elk dêe' icmêr bij het bijzonder onder-
LANDMACHT.
Bij Kon. besluit zijn benoemd bij den Ge-
neralen Staf, tot majoor, kapitein B. W. T.
van Slobbe, van dien staf, leeraar aan de
Hoogere Krijgsschool;
bij het wapen der infanterie, tot majotr,
commandant van de Schoolcompagnie van
den Motordienst, kapitein K. A. Röverkamp,
van het 15e regiment infanterie, comman
dant van genoemde Schoolcompagnie;
tot majoor bij den Staf van het wapert.,
kapitein H. A. Kloos van dien staf, toege
voegd aan den inspecteur van het wapen;
tot majoor bij de Normaal Schietschool,
kapitein J. C. van Mourik, van het wapen,
werkzaam bij de Normaal Schietschool;
tot majoor bij hun tegenwoordig korps,
kapitein N. Gerlach, van 4de; J. H. W.
Bruins, van 14de; P. Keg, adjudant van 3e;
H. J. Ruempol Hamer, van Ede; D. Buijs,
van ?de; R. Lagaaij, van 13de; H. J. Vis-
scher, van 18de; J. A. Brederode, van 25ste;
H. P. van Vuuren, van 9de; H. C. Honig,
van regiment grenadiers; L. P. Sormam,
van 1ste; A. P. Uni, van 13de; en P. L. R.
van der Drift, van het 1ste regiment;
bij het dienstvak der Militaire Admini
stratie, tot majoor, kapitein K. Bouwens,
van dat dienstvak;
bij het reserve-personeel der landmacht,
bij het wapen infanterie, tot reserve-ma
joor, rèsp. bij het 11de, 21ste en 6de regiment
infanterie, de reserve-kapiteins G. J. Vis,
IJ. Baars, en J. C. Roelofsen, onderschei
denlijk van het 11de en 21ste regiment in
fanterie en van den generalcn staf;
tot reserve-kapitein bij de schoolcom
pagnie van motordienst, reserve-eerste-lui-
tenant W. L. Tiel, van de schoolcompagnie;
tot reserve-kapitein voor speciale dien
sten bij het vrijwillig landstormkorps mo
tordienst reserve-eerste-luitenant voor spe
ciale diensten L. J. de Vos, van dat korps;
bij het wapen der artillerie, tot reserve-
eerste-luitenant voor speciale diensten, bij
den staf van het wapen de reserve-tweede
luitenant voor speciale diensten W. Joos-
ten, van dien staf;
tot reserve-eerste-luitenant waarnemer bij
de luchtvaartafdeeling, reserve-tweede
luitenants waarnemer J. C. van der Vloedt
en J. L. den Boesterd, beiden van de Lucht
vaartafdeeling;
bij het dienstvak der Militaire Admini
stratie, tot reserve-majoor de reserve-kapi
tein L. S. Snoek, van dienstvak;
is eervol ontslag de reserve-kolonel II. J.
Doorman, van het wapen artillerie;
zijn eervol ontslagen de reserve-kapitein
Ten Bruggen Ca te van 8e reg. infanterie
en reserve-tweede-luitenant T. J. RL Auscms
van het le reg. veld-artillerie;
ziin eervol ontslagen de res.-eerste-luit W.
M. Roodenburg en J. F. Stahle, onderschei
denlijk van het 3e reg. veld-artillerie en het
22e regiment infanterie.
ONDERSCHEIDINGEN.
Bij Kon. besluit is benoemd tot ridder in
de Orde van den Nederlandschen Leeuw de
gepensionneerde kolonel-titulair der infan
terie van het Ned.-Ind. leger, R. B. M. de
Wijs, lid van het Hoog Militair Gerechts
hof van Ned.-Indië;
is bevorderd tot commandeur in de Orde
van Oranje-Nassau V. Noest, lid en voor
zitter van het bestuur der Rijksverzeke
ringsbank te Amsterdam. a
Bij K. B. Is aan H. Kuypers, directeur van
de N.V. de courant De Maasbode, te Rot
terdam, verlof verleend tot het aannemen
van zijn benoeming tot commandeur in de
Kroonorde van Italië.
RIJKSVERZEKERINGSBANK.
Bij Kon. besluit is aangewezen als voor
zitter van het bestuur der Rijksverzeke
ringsbank mr. dr. H. L. van Duyl, lid van
het bestuur, en is benoemd tot lid van dat
bestuur mr. H. Bijleveld, te 's-Gravenhage
SURNUMERAIRS BELASTINGEN.
Bij mlnisterieele beschikking zijn be
noemd tot surnumerair der «'ir Ié b?lns
tingen, invoerrechten en accij 11. .1. II
van der Borght te Tilburg; J. C. Hofman
te 's Gravenhage,
RECLAME MAKEN
DISTRICTSCONGRES TE NIJKERK
REFERAAT MP.. JOH. H. SCHEURER
Op het Districtscongres der Kamer van
Koophandel voor de Geld.-Vallci, dpt morgen
te Nijkerk gehouden wordt, zal de secreta
ris, Mr. .Toh. H. Scheurer het onderwerp in
leiden: Hoe moet het middenstandsbedrijf
reclame maken.
Zooals men ziet gaat de Inleider onmiddel
lijk van de stelling uit, dat de middenstan
der reclame maakt. Want „daarzonder"
(zo«. zeker taalzuiveraar schrijven), kan men
het nu eenmaal niet stellen.
Reclame-maken is echter een kunst op
i$<*h- zelf en daarover maakt Mr. Scheurer
rake opmerkingen. Hij beschouwt de recla
me in drie deel en:
1. als de aankondiging van het bestaan
en de kwaliteiten van zaak of artikel;
2. in het laten zien ervan;
3. bij den verkoop en de aflevering van
het artikel.
Bij het eerste vinden we al dadelijk de
advertentie en het plakkaat Hoezeerj men
hier ook zijn waar moge aanprijzen, een
besliste fout is het, als er overdreven voor
stellingen worden gewekt. Een teleurgestel
de kooper komt bijna nooit meer terug, af
gedacht nog het nadeel, dat zoo iemand u
berokkent door zijn rondvertellen van de
desillusie, die hij bij u gehad heeft Ik denk
bijv. aan fantastische mededeelingen, die
vaak gedaan worden over het uithoudings
vermogen, de duurzaamheid van 'n artikel.
Waarheid in alles, geldt ook hier.
Praktische opmerkingen maakt Mr. Scheu
rer over het kleureffect op plakkaten. Deze
moeten veelal op grooten afstand zichtbaar
en leesbaar zijn; op pleinen, stellages, mu
ren, enz. Daarbij is het van belang te
ten, als men met kleuren werkt, wat
gebeurt hoe men die combineert, om vol
doende leesbaarheid te houden.
Na veelvoudig onderzoek schijnt de lees
baarheid op een afstand te zijn in deze volg
orde, waarbij dus begonnen wordt met wat
t verst nog leesbaar is:
1. zwarte letter op geel papier
2. groene
wit
3. roode
wit
4, blauwe
wit
5. witte
blauw
6. zwarte
wit
7. gele
zwart
8. witte
rood
9. witte
groen
10. witte
zwart
11. roode
geel
12, groene
rood
13. roode
groen
Deze raadgeving is de opvolging waard.
Zij kan nog aangevuld worden met de op
merking, dat men vooral moet zorgen, dat
men de woorden der reclame niet laat aan
vangen met hoofdletters van lichter kleur
dan de andere letters. Als de hoofdletters
dan verbleeken ziet men dwaasheden als
deze: (?)et (?)eer (?)rood!
In de tweede plaats: mooi en doelmatig
étaleeren is een kunst; doch wie er zich op
toelegt, zal ook zonder kunstzin wel wat
goeds in elkaar zetten. Als hij maar in geen
enkel opzicht overdrijft
Het is nog steeds een open vraag, of de
artikelen al dan niet geprijsd moeten wor
den. De inleider komt tot de 0, i. juiste con
clusie, dat het publiek gaarne in de ótalage
ziet, wat het ariikel kost
In de derde plaats wordt gesproken over
reclame bij 'de verkoop en de aflevering van
het artikel. Ook de keurige verpakking van
het verkochte is reclame. En vooral ook het
op tijd leveren.
Want dat laat nog wel eens wat te wen-
schen over.
De lezing van Mr. Soheurer is leerzaam!
EINDE ZOMERTIJD
IN DEN NACHT VAN 5 OP 6 OCTOBER A.S.
De Zomertijd eindigt in den nacht van
5 op 6 October a.s. Om Zondagmorgen geen
uur te vroeg in de kerk te komen, dient
men Zaterdagavond" de klok een uur ach
teruit te zetten.
NEDERLANDSCHE JAARBEURS
VOORJAARSBEURS 1930.
Na gehouden enquête onder de deelnemers
aan de Voorjaarsbeurs heeft de Raad van
Beheer der Nederlandsche Jaarbeurs be
sloten de Voorjaarsbeurs 1930 te houden
van 11 tot en met 20 Maart
RADIOTELEFCONDIENST
NED.-INDIE
OPENING NIEUWE SPREEKCELLEN.
Met ingang van 7 October a.s. wordt de
gelegenheid tot het voeren van een radio-
telefoongesprek met Ned.-Indic uitgebreid.
Nieuwe spreekcellen worden dan in gebruik
genomen te Leeuwarden, Maastricht 's-Her-
togenbosch en Middelburg. In totaal ne
men thans 14 spreekcellen aan dit verkeer
deeL
WIJZIGING DIENSTUREN.
Met ingang van 7 October a.s. wordt tot
nader bericht de spreektijd in het radio-
telefoonverkeer met Indië vastgesteld als
volgt: op Maandagen en Dinsdagen van 13
16.30 uur en op de overige werkdagen
van 1114.30 (Amstei'damsche tijd).
DE ALASTRIM
Uit Heerlen wordt gemeld:
Het is thans positief zeker, dat de drie
j patiënten uit Brunssum, die in hot zieken
huis alhier zijn opgenomen, lijden aan
alastrim. Ook in het ziekenhuis te Siitard
zijn twee kinderen opgenomen, afkomstig uit
Lutterade, bij wie verschijnselen .van de
J ziekte zijn geconstateerd,"
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Voor kenners
DE STAKING TE BERKEL
IN 1928
HOE DE OPLOSSING TOT
STAND KWAM
In aansluiting aan het hoofdartikel over
de werking der Arbeidsgeschillenwet nemen
we hier over wat gezegd wordt over het ver
loop van de staking in het tuinbouwbedrijf
te Berkel in 1928.
In een onder leiding van den Rijksbemid
delaar Aalberse gehouden bespreking met
beide partijen bleek geen sprake van eenige
toenadering. De werkgevers wenschten geen
hooger loon te betalen dan f23.—; de arbei
ders verlangden een loon van ten minste
f25.Een voorstel om een loon van f 24.
te aanvaarden zou door beide partijen met
hoongelach ontvangen zijn. De conferentie
werd derhalve na langdurige besprekingen
zonder eenig resultaat gesloten.
Kort daarop zond de Rijksbemiddelaar aan
beide partijen een gelijkluidenden brief, die
merkwaardig genoeg is om hem hier nage
noeg geheel op te nemen. Die brief luidde:
Zorgvuldige nadere overweging van alle
gegevens waarover ik beschik, in verband
met mijn stellige overtuiging, dat beide par
tijen verre aan een vredelievende oplossing
van het conflict de voorkeur geven, brengen
mij er toe, nog een laatste poging te doen
om een conflict te voorkomen.
Het heeft mij getroffen, dat er voor de
argumenten door elk van beide partijen aan
gevoerd, heel wat valt te zeggen.
De patroons constateeren, dat het bedrijf
in 1926 in zeer sterke mate is achteruitge
gaan. De opbrengst van de veilingen te Ber
kel daalde in één jaar met f600.000. Dat
valt niet te betwisten.
De arbeiders mei-ken op, dat men niet, om
dat één jaar slecht was, na verschillende
goede jaren, aanstonds een loonsverlaging
van niet minder dan f:3.— mag doorvoeren
en dat zulks in naburige gemeenten dan ook
niet geschiedt.
Op grond van dit alles geef ik beide par
tijen in overweging voorloopig het loon te
bepalen op f23.—. Mocht de opbrengst van
de veilingen te Berkel in 1927 de opbrengst
van die veilingen in 1926 overtreffen met
ten minste f200.000, dan zal* het loon met
terugwerkende kracht vanaf 1 Maart 1927
worden verhoogd tot f24.—. Mocht die op
brengst stijgen met meer dan f 400.000, dan
zal het loon met terugwerkende kracht van
af 1 Maart 1927 worden verhoogd tot f25.—.
De billijkheid van dat voorstel kan dunkt
mij door geen van beide partijen op goede
gronden worden betwist.
Gaan de pessimistische verwachtingen
van de patroons in vervulling, dan zullen
zij niet meer hebben te betalen, dan zij heb
ben aangeboden.
Blijken daarentegen de meer optimistische
getinte verwachtingen van de arbeiders ge
grond wat c.oor niemand met meer vreug
de zal worden begroet, dan door de pa
troons— dan wordt het loon gebracht op een
peil, dat daarmede in overeenstemming is.
Ik noodig uw beide besturen uit elk voor
zich dat voorstel in een vergadering met hun
leden te willen bespreken. Ik behoef er
nauwelijks op aan te dringen, dat daarbij
tevens worde gewezen op hej. groote belang
niet alleen voor werkgevers en werknemers,
doch voor uwe geheele gemeente, dat een
conflict worde voorkomen en op de zware
verantwoordelijkheid, die de partij op zich
zou laden, die door de afwijzing van dat voor
stel een conflict zou uitlokken.
Geen van beide partijen heeft bovendien
wanneer dat voorstel wordt aangenomen
de nederlaag geleden of de overwinning
behaald. Het voorstel is op de betrekkelijke
juistheid van de argumenten van elk van
beide partijen gebaseerd.
Het in dezen brief geopperde voorstel werd
binnen 48 uur door beide partijen aange
nomen, terwijl elk van bc'den verklaarde,
dat daarmede geheel aan haar verlangens
voldaan. Een inmiddels uitgebroken
staking werd na drie dagen opgeheven.
Heeft de heer Aalberse in dit geval inder
daad den steen der wijzen gevonden? Dat is
helaas gebleken niet het geval te zijn.
Wat was toch het geval geweest? De tuin
bouwers in Berkel hadden zich aanzienlijke
offers moeten getroosten, om de verhoogde
opbrengst van de veiling te bereiken. Zij
hadden hun kassen aanmerkelijk vergroot en
daarvoor groote sommen uitgegeven. En zij
meenden, tengevolge van de loonsverhoo-
ging, niet het hun toekomende evenredige
deel van die verhooging tc hebben genoten.
Of dat inderdaad het geval is geweest, laat
ik in het midden. Uitgesloten is het xeker
niet. De ervaring, die ik in dat bijzondere
geval heb opgedaan, is voor mij in ieder ge-
een bevestiging geweest van de stelling
die mij reeds uit de theorie bekend was, dat
het niet mogelijk is, een billijk loon objectief
vast te stellen uitsluitend als een fractie van
den prijs van het product.
DE POSTVLUCHTEN NAAR INDIE
De post Is doorgezonden.
Bij de K. L. M. is bericht ontvangen uit
Sotul (Siam) aan de Westkust van Malak-
ka, dat het tweede postvliegtuig naar fn-
dic wegens slecht weer een noodlanding
heeft moeten maken ongeveer 20 K.M. ten
Z.W. van Sengora.
De bemanning kreeg geen letsel, maar de
machine is beschadigd. De post is onmid
dellijk doorgezonden.
HOEKJESKOUT
DE MECHANISCHE MENSCH.
loopt het wel eens stroef en moeten
wriohten gesmeerd worden; een nieuwe prik
kel is vaak noodig om een vonk (of wat
daarvoor doorgaat!) te doen uitslaan.
„De „hoekjes" zullen binnenkort toch ook
jvel weer verschijnen", zei dezer iemand zoo
langs zijn neus weg.
Dat was wreed, bijna als van dien oud
liberalen werkgever (kerkelijk goed ortho
dox) die op Hemelvaartsdag 's middags om
6 uur zei: nou jongens, neem er maar eens
een vrije middag van!
Want de man, die het zei, had moeten be
denken, dat ik (gij ook, naar ik hoop) een
warme vacantie achter den rug had (enfin,
daarover spreek ik nog wel eens) en dat ik
danig vermoeid van 't vacantie-houden weer
tot mijn arbeid inging.
Het valt niet mee om zoo maar (de meeste
dingen gebeuren „zoo-maar") weggestuurd
te worden uit het frissche vertrek de warme
natuur in. En dat nog wed met behoud van
loon, zoodat protesteeren ook niet veel helpt.
O wee, de scharnieren van halswervel en
iets lager dan waar de rug ophoudt een fat
soenlijke naam tc dragen; ze worden ge
smeerd met zweet (dat van sommige cate-
goriën van arbeiders moet erg duur zijn,
naar 't oordeel van de spraakmakende en be
lastingbetalende gemeente, doch al is dat
duur, het is geen olie voor de gewrichten:
de stroefheid wordt er juist pijnlijk door.
Ja, de zomer, welke (om een frïsch beeld
te gebruiken), maar niet van ons scheiden
kan, was warm; heusch. ouderweLsch warm.
We hebben dit jaar eigenlijk twee porties ge
had: of het voorschot op volgende „zomers"
was of nabetaling van vorige jaren, ik weet
het niet Maar het was warm. Warm en
droog, behalve waar het zweet vloeidel
Zoo n zonnige zomer is om 't duidelijk
te zeggen eigenlijk de schaduwzijde ian
de vacantie. Want overal waar je komt, pra
ten ze over de warmte. En de rest wordt ver
geten.
Ik denk er dan ook sterk over, om da
Kerstweek vacantie te vragen als vergoe
ding voor de wanne vacantie, welke ik be
ter niet had kunnen nemen. Want van de-
rust, welke ik mij na de vacantie had voor
gesteld, zie ik niet veel komen.
Het is overigens merkwaardig hoe gauw
een mensch kan wennen of ontwennen aan
zeker werk. Vooral ook het laatste. En dan
moet er weer een ander komen om het me
chaniek op gang te maken. En dan draait
het weer. Al knerst en knerpt het nog.
Doch dat past wel in onzen tijd met zijn
zucht naar ontevredenheid.
Gelijk hierboven blijkt!
DE STAKING TE VINKEVEEN
IN 1924
EEN OPLOSSING, WELKE
BEVREDIGDE EN TOCH TEGENVIEL
Ook over de staking in de veenderijen van
Vinkeveen in het jaar 1924 doet Mr. Josephus
Jitta een merkwaardige mededeeling.
De Rijksbemiddelaar van Ysselsteyn heeft
in 1924 een bindend advies uitgebracht, dat
de oplossing verschafte voor een geschil be
treffende de arbeidsloonen in de veenderijen
te Vinkeveen. Hij bracht het geschil tot op
lossing dooreen teckening.
De tepkening, waarom 't gaat, ziet er bui
tengewoon eenvoudig uit. Zij bevat niet veel
meer dan twee lijnen. Eén lijn, die de kos
ten van levensonderhoud in de buurt van
Vinkeveen aangeeft in het jaar, waarin het
geschil ontstond en in de jaren, die daaraan
waren voorafgegaan. Een andere lijn, die de
loonen aangeeft, die de veenarbeiders in die
zelfde jaren hebben pennton. Uit het verloop
van deze beide lijnen blijkt met een oogop
slag, dat de kosten van levensonderhoud
aanmerkelijk waren gedaald en dat de loo
nen ook waren verminderd, doch geenszins
dezelfde verhouding. De Rjjksbemiddelanr
sprak daarom uit, dat de loonen in dezelfde
verhouding als de kosten van levensonder
houd verminderd zouden worden.
Helaas kom ik wederom tot de conclusie,
dat ook de heer Van IJsselsteyn er niet in
geslaagd is, den steen der wijzen te vinden.
Stilzwijgend ging hij er in zijn teekening
van uit, dat de marktprijs van de turflaag
was en ook laag zou blijven, zoodat vast
stond, dat de rrnjunctuur van het bedrijf
dringend bezuinigingen vergde.
Dat is in dit bijzondere geval ook Juist ge
bleken. Doch zeker ervan kan niemand te
voren zijn. Twee jaar later steeg plotseling
dc prijs van de turf aanzienlijk, tengevolge
van de staking in de Engclsche steenkolen
mijnen. De arbeiders zullen zich, wanneer
ook in dat jaar de loonen naar deze objec
tieve methode zijn vastgesteld, achteraf be
nadeeld gevoeld hebben.
HET BIOSCOOPCONFLICT
OVERLEG MET DEN MINISTER.
De heer D. Monninckcndam, kapelmeestei
in het Chicago-Theater te Eindhoven, had
gister een onderhoud met d Minister van
Binnenlanrtsche Zaken, ten de met dezen
te beraadslagei
oplossing van 1