HdWieg&kmd PU ROL DONDERDAG 26 SEPTEMBER 1929 EERSTE BLAD PAG. 3 „BIJBEL EN KIND" DRIE OPVOEDKUNDIGE VOORDRACHTEN jv- lieer A. L. van Hulzen, hoofd eener Christelijke School te Utrecht cn bekend 11- tcrair essayist heeft een drietal voordrachten opvoedkundige onderwerpen betreffende, ge bundeld cn onder de titel der eerste lezing „Bijbel en Kind" bij J. N. Voorhoeve te Den Haag uitgegeven. In het opstel „Bijbel en Kind constateert de schrijver allereerst dat nze tijd nog altijd genoemd kan wor den „de eeuw van hot kind". Het kind staat nog in 't middelpunt van literaire aandacht van psychologische, medische, juridische, taalwetenschappelijke en theologische studie. Terecht ook van do laatste. „Dat ook zij het kinderleven binnen de grenzen van hóór ter rein betrekken moet, ligt wel voor de hand. Want de Bijbel als voorwerp harer studio spreekt in allerlei historie over het kind en de dogmata betreffen ook den kleinen mensch". Daarmee kiest de Auteur partij tegenover de moderne richting in de opvoed kunde, die het dogma voor 't kind en het voor 't dogma bij uitstek ongeschikt achten. En toch, als de Bijbel de mensch raakt, Taakt hij ook de kleine, de groeiende mensch. Fa de Bijbel openbaart zich God, spreekt Hij het verlossende woord voor blinden en gevangenen, zoekt Hij ook het kind. „Zullen -we de kinderen vertellen over al- .js en nog wat: van het sprookje van Rood kapje af tot do historie van den wereld oorlog toe van volken en landen van ontdekkers en uitvinders van het woord an het getal van sterren en sneeuw vlokken van vogelen cn bloemen maar niet van de Openbaring Gods?" Onze vaderen die streden den schoolstrijd, hebben op dezen vraag antwoord voor im mer gegeven. „Het kind In onze literataarn. ïn de historie der kinderverbeelding in onze letterkunde zijn twee stroomingen op te merken; ze loopen parallel met de twee stroomingen in de historie der paedagogiek. Vroeger, (eeuwen lang helaas), werd het kind gedwongen een laddertje tc beklimmen, om daardoor even hoog te komen als de vol wassenen. In onze tijd moeten ouders en onderwijzers een trapje afdalen om te probceren kind met 't kind te zijn. Deze opvoedkundige stroomingen bepaal den en bepalen de gestalte waaronder het kind in de kunst voorkwam cn voorkomt. Zoo toekende en schilderde men vroeger het kind met een volwassen ziel: de groote mensch verkleind. En de literatuur stemde toen deze met de schilderkunst overeen. Van Hulzen gaat dit na voor de tijd van Valcoogh cn Anna Bijns tot Heyc toe. Thans beelden de schilders echte kiinde- rcn. „Als je Toorops jongens ziet, denk je aan knikkers en vliegers en voor z'n meisjes wil je graag een pop en poppenwagen gaan halen en je maakt een handbeweging, of je enn rammelaar rinkelen wilt, als je die dikzak van Van Gogh aankijkt". In de literatuur ging de tijd van onnatuur zoo maar niet in eens over in een van na tuur en waarheid. Van Koetsveld, Ten Kate, Ter Haar, Do Genest.et, Beets, De Liefde, {lerrlcs, zij allen leefden in een overgangstijd ji op hun werk voor het kind zijn nog irl wat aanmerkingen te maker). 'Een overgangstijd tot de periode van na jO. De tachtigers in 't algemeen streefden iar natuurgetrouwe uitbeelding van het ven, ook van het kinderleven. Het is merk aardig. dat zij in tegenstelling met de 18e ei het begin der 19a eeuw het kinderleven hebben geheeld in proza. Ina Boudier Bak ker. Top. Naeff, Van Looy, Scharten An- tink, A. M. de Jong, Hcijermans, Brussc (mag Van Eeden in deze reeks wel ontbre ken?) zijn nog maar enkele van de voor- naamsten, wier werk vrijwel evenwijdig loopt met het meest verdienstelijke in het buitenland". Echter laten de meeste dezer boeken over T kinderleven ons, ondanks hun literaire waarde, onbevredigd. „Of de verhalen spe de mondaine wereld of in de achter buurt in de sfeer, waarin Couperus zich bij voorkeur beweegt, of in die waarin Brusse z'n typen zoekt, ze laten allemaal de le- vensarmoede zien. De geestelijke armoe. Het leven zonder God en dies zonder hoop. Som ber is de eclit-menschelijke toon, die er in trilt". Daar tegenover staat de Christelijke lec tuur over kinderen (Noordam, Van de Maas. Ruvsch, Schrijver, Lens, Emous en boven allen Van de Hulst. Ook to.z. van de ver houding van kind en groote menschen Wijst de Heilige Schrift ons de weg. „Opvoedkunst". noemt Van Hulzen zijn laatste opstel. Direct bemerkt men dat hier een man van erva ring aan 't woord is. Iemand, die de opvoe- dings-moeilijkheden kent, en er zich daarom niet met een paar groote woorden en dood doeners van af maakt. Maar die anderer- rijds ook weet dat hetbelang van het kind, van het Christelijk leven, van land en volk vordert, dat de moeilijk heden onder het oog worden gezien dat het opgroeiend geslacht een zoo goed mogelijke opvoeding krijgt, zoowel in school als thuis. En nu geeft de Schrijver geen systematische uiteenzettingen of paedagogi- sche recepten, maar hij toont u met voorbeel den ontleend aan en aansluitend bij de prac- tijk de gevaren van een verkeerde opvoeding en wijst gestrande schepen als bakens ook voor uw opvoedkundige zee. De opvoeder moet vóór alles groot achten de dag der kleine dingen. Wij voeden op door spreken en door zwijgen door doen en laten, vooral door allerlei bagatellen. Pestalozzi schreef over een dief onder de galg.. Even voor de terechtstelling zei de ongelukkige tot de beul: „Als mijn vader mij er aan gewend had, 's avonds voor het naar bed gaan, mijn kleercn op te hangen, zou ik hier niet staan." Wat moet een kind al niet worden afge leerd! Vooral, omdat we met dat afloeren vaak zoo laat beginnen. Als een kind zes jaar lang thuis verwend is, kan de school zoo weinig meer herstellen. „Laten gezin en school zegt Van Hulzen daarom terecht toch samenwerken om van onze kinderen accurate menschen .te maken. Dat kan. Niet door zedenpreekerij, maar door ze te wennen aan vasten regel. Dan komt er een werken naar een plan, met een doel in 't oog, met een besef van plicht" Dat doel is niet veelweterij. O, dat roepen om „algemeene ontwikkeling!" O, dat vol pompen ter wille van examens! O, die muffe schoolgeleerderigheid! Wanneer worden we, om maar iets te noemen, eens verlost van de lcorenboeren, die hun schooven- bij hoopen hopen tc verkoopen cn de arme slooven met roode kooien en steenkolen beloven te be loon en? „Rare kerel", zou Guido Gezelle zeggen „ik lache er mee" Bezinnen moeten we ons op de leerstof als op de methode. Bovenal op het hooge doel, dat het Christelijk onderwijs zich stelt. Basis voor de opvoeding, zoowel in huis als school zijn de1. Heilige Schriften, die wijs kunnen maken tot zaligheid. Het verschijnen van dit bundeltje biedt ons de gelegenheid, niet alleen om een woord van waardeering te spreken voor de pacda- goog Van Hulzen, maar ook voor zijn werk als letterkundige. Van Hulzen schrijft- reeds- langer dan eenkwart-eeuw en in,die tijd heeft hij door tal vanpopulaire artikelen invloed geoefend op de literaire opvoeding van 't Christelijk publiek. Zijn opstellen (wc herinneren ons nog duidelijk menige koste lijke bijdrage in „Timotheus") zijn immers af; zijn, ofschoon populair nooit oppervlak kig; zijn stilistisch alt'jd keurig verzorgd. Zóó ook deze drie paedagegische voordrach ten. WILLEM DE HAAN 80 JAAR Dinsdag v'eitle Willem <je Haan te Berlijn zijn SOr.ten verjaardag. Te Rotterdam geboren kreeg hij zijn oplei ding aan de muziekschool aldaar, o.a. van Barglel en Samuel de Lange, waarna, hij zijn studies aan het Conservatorium te Leipzig voortzette. In 187G werd de jonge musicus benoemd tot dirigent van den Mozart-Verein te Darmstadt; een met su ces bdkreonde medewerking aan het Middel-Rijnsche Muziekfeest te Hair.z in 1875, was de aanleid'ng tot deze benoeming die beslissond zou zijn voor de Haar.'s carrière a's musicus. Zijn talent als dirigent werd spoedig opgemerkt en gewaardeerd en dus volgde wel dra een aanstelling tot Sen dirigent van de Hofopera. Zijn groote kennis van het opera repertoire kwam hem zeer te stade, e beurde het, dat in 1830 een jonge Nederlander aangesteld werd tot hof-kapelmeester. Tot 1914 heeft onze landgenoot onafgebroken de Hofopera te Darautadt, die hoog aangeschre ven stond, geleld. Tot 1939. bleef de Haan te Darmstadt als di recteur van de Muzlekverein werkzaam. Toen meende de kunstenaar dat zijn tijd gekomen was om zijn taak aan één jongere kracht over te geven. Thans woont te Berlijn bij zijn dochter. (Vad.). LITERAIRE GIDS Colmjon zegt eenige rake dingen over de verwording van „De Nieuwe Gids". Wel legt hij o.i. wat al to intiem verband tusschen deze daling en het optreden van Jeanne Kloos-Reynokc van Stuwe, over wie hij zegt, dat zij „in Willem Kloos in de allereerste plaats steeds haar mén heeft gezien, en," voe gen wij er bij:-ten koste van den litterator. Ten koste van de literatuur ten nadeele van de beweging van tachtig, waarvan zij nim mer de waarde heeft beseft (men voelt dat uit heel haar optreden), ten nadeele van de Nieuwe Gids. Niet alleen geeft zij in al haar romans en vooral in al haar boekbesprekin gen, blijk dat de geest van Tachtig haar niets heeft gezegd, dat zij het volkomen bui ten dien kon stellen doch heel haar han delen in verband met de Nieuwe Gids wijst duidelijk uit dat haar eenige toeleg is: stemmen te doen klinken waarvan ze weet dat „haar Willem" die graag hoort, die „haar man" kunnen bemoedigen, waardoor „haar echtgenoot" in een goed humeur komt wat haar eega-hart goed doet. Om dit te be reiken worden interviews geënsceneerd, hul digingen uitgelokt, portretten verspreid, ar tikelen besteld, het al met een voorbeelde- looze onvermoeidheid (zij het met afwezig heid van gevoel voor „stijl", van fijngevoe ligheid ook, van tact, maar met even groote naïefheid kon men het maar naieviteit noemen; helaas) waardoor het aspect van do Nieuwe Gids te grabbel wordt gegooid. En... de naam van haar echtgenoot voortdurend erger geschaad," Uit een artikel over „Die Linkskurve", een nieuw pur sang revolutionair maandblad citeeren we deze zinsnede: „Politiek en kunst zijn te verschillend van karakter om te kunnen samenwerken zon der dat de tweede tot ondergeschikte ge dwongen wordt. Wie zich in dienst stelt van het politieke beginsel verliest daardoor de bevoegdheid om over kunst te oordeelen, ge lijk in ons land bijvoorbeeld in het klein blijkt uit de critische werkzaamheid van de heer A. M. de Jong. Men kan trachten zich hiertegen te verdedigen door niet-propagan- dlstisch werk als „schöngeisterei" te qualifi- ceeren cn te betoogen dat kunst niet een op zichzelf staand' iets is doch onverbrekelijk verbonden met het leven. Doch dan verwart men leven en politiek, die gelukkig verre van identiek zijn." Over de literaire voorlichting der N.R.C. zegt „De literaire Gids": „Wij moeten met leedwezen vaststellen dat de N.R.C., zijnde het dagblad dat ten onzent nog de meeste ruimte aan de letteren wijdt, steeds verder bergaf gaat met haar kunst- en letteren ge deelte. Mag het orgaan vroeger den naam hebben gehad -van geestelijke voornaamheid blijk te geven cn „cachet" te bezitten thans is daar weinig van over". Naar aanleiding van een kort stukje „Langzaam malende molens", hekelende de traagheid waarmee de bladen de literatuur in bespreking brengen, moeten ons een paar opmerkingen van het hart. Het is niet de eerste maal dat deze aanval wordt gedaan „Do literaire Gids" hamert voortdurend op hetzelfde aanbeeld. En voor- zoover hot blad bedolt aan te dringen op tijdige bespreking van belangrijko boeken, heeft het oen zeker recht daartoo. Maar an derzijds willen we er toch beslist tegen op komen, dat de literaire critiek in 't algemeen oen grief gemaakt wordt van haar traag heid, aangezien er verschillende oorzaken kunnen zijn, >dic buiten de schuld der kri- tici om, bespreking vertragen of achterwege doen blijven. De litteraire kritiek wordt in de meeste gevallen uitgeoefend door menschen, die over dfig een zware levenstaak hébben te verrichten en alleen hun avonduren of een deel daarvan beschikbaar hebben voör kritisch werk. Ton tweede verschijnen er zoo onnoe melijk veel boeken, dat de enkele recun- senton, die nan een blad verbon ien zijn, geregeld hun stapels zien rijzen. Juist hun streven, het nieuwe zoo spoedig mogelijk te bespreken, beeft soms tengevolge, dat reeds wachtende uitgaven nog langer blij ven liggen. Zegt men: dat men dan de medewerking over meerdere Döisonen verdeel e. dan wijzen we op het vrjj alge meene verschijnsel, dat niet weinige be voegde schrijvers grif zijn met het ooen van belqfton. maar tengevolge van over- belasting traag zijn in het nakomen daar van. En laat men het kritiseoren over aan nlet-deskundige auteurs, dan bederft men meer dan wanneer men de heele bespre- king achterwege laat Aan de andere kant lijden de bladen nog I altijd door de houding van sommige u»t- gevers. Deze opmerking geldt niet voor tie goedgezinden. Maar er zijn uitgever;, die nog altijd van meening zijn. dat een uit» voerige bespreking plus twee a drie be wijsnummers van een blad nog maar am per opwegen tegen de waarde van een in- genaaid recensie-exemplaar van b*t boek, waarvan men eerst nog zorgvuldig de eco- I nomische waarde door een „Ier recensie 1 stempel .heeft vernietigd, althans vernnn I derd. Er zijn bovendien uitgevers, die stelsel- matig bepaalde bladen of bladen van een bepaalde richting besprekings-exemplarcn .onthouden. I Er zijn tenslotte ook uitgevers, die het 1 geven vnn' een gunstige kritiek, zonder dat zij dit natuurlijk zeggen, slallen als (U< j conditio sine qua non voor het verstrek- ken vnn recensie-exemplaren van hun j volgende uitgaven. Onze bedoeling is aldus vast te stellen, dat de literaire kritiek naar twee zijdon INGEZONDEN IflEDEDEELïNGEN. /f Moeders nemen voor de roode. gesmette of ontstoken huid van kleine, uitsluitend UJi\[jj TT7f(^3 het allerbeste, en dat Is Doos 30 cn 60 cl Tube 00 cl. Ba Apolh. en Drogutc» in' de richtige uitvoering van haar taak wordt belemmerd. Dit is niet bij alle bla den evenzeer bet geval. Daarom zou het onbillijk zijn alle over dezelfde kam te scheren. Gemengd Nieuws. DE DUITSCHE DOM IN VLAMMEN VERDUISTERING VAN f 25.000 Te Wormerveer (N.-H.) is gearresteerd J. B., directeur van de Coöperatie De Vooruit gang. Hij heeft zich schuldig gemaakt aan verduistering van f 25.000, ten nadeele van de Coöperatie. Gebleken is, dat B. in granen heeft gespeculeerd. Om zijn verliezen tc dek ken heeft hij geld van de Coöperatie aauge wend. DOODELIJKE VERKEERSONGEVALLEN. Het 4-jarig meisje N.V., wonende to Papen- drecht, ie bij het oversteken van den weg door een luxe auto gegrepen en overreden. De bestuurder van de auto, uit Nieuw- Lekkcrland afkomstig, vervoerde de kleine eerst naar den huisdokter en toen naar het ziekenhuis te Dordrecht Onderweg ts het kind overleden. Volgens ooggetuigen treft den chauffeur geen schuld. -— De heer J. Middendorp, van Ilazerswou- de, die op zijn motorfiets door een beroerte werd getroffen en daardoor kwam to vallen is overleden. Het kind van J. v. Steeg te C.rolloo (Dr.), dat door de tram werd overreden, is aan do gevolgen van zijn bekomen verwon dingen overleden. BRANDEN Te Boschhoofd In de gemeente Oud-Vos meer (Z.) brak door onbekende oorzaak brand u t in de landbouwsehuur van Vermeer. Door gemié'aan water was het onmogelijk het vuur, dat snel om zich heen greep, te bestrijder., zoodat weldra cok het woonhuis en de stal door het vuur werden aangetast. Het huis raad heeft men grootendcels kunnen redden, doch men kon niet voorkomen, dat een paard, een varken en een kalf een prooi der vlam men werden. Alle drie de gebouwen brandden af. Verzekering dekt slechts voor een klein deel de schade. Te Zegge in de gemeente Oudenbosch (N.B.) brandde, door onbekende oorzaak de boerderij van M. tot den grond af. Een paard, eenige varkens en plu'nivee zijn in de vlammen om gekomen. Verzekering dekt gedeeltelijk de schade. Te Edam brak brand uit in het perceel be woond door J. Dekker, timmerman-aannemer. Beneden is de timmerwerkplaats, boven het woonhuis. De brand is boven ontstaan op den zolder door kortsluiting. De vrijwillige brand weer kon niet verhinderen, dat de bovenver dieping totaal uitbrandde. Niets kon geied worden. Te Wilp by Deventer werd de groote boer derij van Alexander geheel in de asch gelegd De bewoners, die reeds te ruste gegaan wa ren, kenden zich slechts met moeite redden. Enkele varkens kwamen in de vlammen om De motorspuit uit Voorst was spoedig ter plaatse, doch kon wegens gebrek aan water niets beginnen. De oorzaak van den brand is onbekend. Huis en inboedel waren laag ver zekerd. LAGE INBRAAK. Te Nieuwer-Amstel is ingebroken in het perceel Katerstraat, bewoond door den ge meente-werkman E. Ontvreemd is een bo- drag van ongeveer f 270.aan geld. Voor E. is dit een zware slag, daar de gelden hem niet toebehoorden, doch aan anderen, waar voor hij geld ophaalde. Waarschijnlijk zijn de dieven binnen g komen door opsluiting. Tenminste des mor gens stond bij E. dc voordeur open. Het onderzoek wordt geleid door de Rijks politie. VERKEERSONGEVAL. Te Helmond heeft in de Veestraat een ver keersongeval plaats gehad. De 7-jarige A. Bouwman, die in een trekwagentje zat, word door een motor aangereden. Hij werd uit het wagentje geslingerd cn bleef met een gebroken been liggen. Hij is naar het zie kenhuis xrrxo. rd. Radio Nieuws. ■nderdas CC Septci HILVERSUM (2118 I NCRV-UItz.) 0.3011 Ziekendlen; 1070 M. CltaL DE GESCHIEDENIS VAN HET GEBOUW (Van onzen Duitschen correspondent.) Spreekt men kortweg van den Bcrlijn- schen dom, dan denkt men onwillekeurig aan het statige kerkgebouw, dat aan het einde van Unter den Linden dwars tegen over liet voormalig keizerlijk slot staat. Op don gedenkwaardigen Augustusdag van 't jaar 1914 riep Wilhelm II van 't balkon aan de Berlijnsche bevolking het historische woord toe: „Ik ken geen partijen meer, ik ken alleen nog maar Duitschors!" Thans, precies 15 jaar later, zou hij, ter onzaliger ure terugkeerendo naar Duitschiand, kun nen zuchten: „Ik ken geen Dultschers moer, ik ken alleen neg maar partijen!" Deze Berlijnsche dom met den vergulden koepel word. voltooid, in den glanstijcJ van het Wühelminische tijdperk en draagt dien overeenkomstig, vooral interieur, dc sporen van 's keizers ietwat druk aandoonden smaak. Onnoodig veel goed tooit het exte rieur, onnoodig veel marmer het koud aan doende interieur. De ook in politicko krin gen vaak genoemde hofprediker dr. Doeh- ring gaat hier des Zondags op den kansel voor en trekt steeds een groot gehoor. Maar de Duitsche dom ligt elders. D vindt ge aan de Gendajmenmarkt en wordt voor kerkelijke doeleinden sedert g ruimen tijd niet meer benut. Alleen in do kleine kapel wordt nog dienst gchoudiii, maar in den ouden toren zetelt tegenwoor dig de „Vereeniging voor de geschiedenis van Berlijn" en in dc andere ruimten ont dekt ge den „Vercin gegen Verarmung". De Geschiedenis. Nu door een hevigen brand in den koepel de algemeene aandacht weer eens een on deelbaar oogenblik op dezen ouderen Duit schen dom wordt gevestigd (men kon nog niet vaststellen, of de brand aan kwaadwil ligheid of aan toeval is te wijten) lijkt 't mij de moeite waard, om de geschiedenis vun dit Godsgebouw eons even na te gaan. Zijn oorspronkelijke naam luidt Nieuwe Kerk en zijn architect was Murtin Grimberg. Deze begon den bouw in 1708 en bodoukle die oorspronkelijk als een pendant van den Eranzösischen Dom, dien ge nog lieden on aangetast kunt bewonderen. Twee doodeen voudige, architectonisch niet eens veelbetcc- kenende gebouwen vormden deze twee ker ken aan do toenmalige Lindgnmarkt. Pas de latere architect Kar' von Goulard (wiens na komeling den voormaligen keizer 1918 naar Nederland vergezelde, om tot kort na don dood der voormalige keizerin in diens dienst te blijven) gaf tijdens do rogeering van Erie- drich II aan elk godsgebouw zijn cachet dour het aanbouwen der fraaie torenkoepels. Reeds in 't jaar 17UU werd aan do Fran- sche refugié's een bouwterrein toegekend, om een kerk te bouweii, welke ruimte zou bieden tot 't houden van godsdienstoefenin gen in de Fransche taal, Dat terrein was ge legen aan het noordelijk deel van de tegen woordige Gendarmenmarkt. Uct zuid el ij k deel werd gereserveerd voor do Duitseh-'ge reformeerde gemeente en hier werd dc Duit sche Dom aangebouwd, Rondom de twèe tempels stonden oorspronkelijk.do kazernes en stallen van den Soldatunkoning eq naar diens regiment Gens d' armes kreeg het plein later ook zijn tegenwoordige» naam. Frederik II had hot voornemen, uit dit plein een architectonisch pronkjuweel te scheppen en op zijn aanwijzing verdwenen de nuchtere kazernes en paardenstallen zijns vaders. Tusschen beide kerken liet hij het NalionaltheateV bouwen, dat in 1817 door brand werd verwoest. Waar dit eenmaal prijkte, kunt ge.tegenwoordig liet door Schin kel ontworpen Schauspiellu us bewonderen. Friedrich's idéé, om beide kerken met een koepel'van 70 meter hoogte te verrijken, werd geïnspireerd door de torens der Maria- kerk op de Piazza del Populo in Rome cn Gontard bracht dit vorstelijk plan met tact en smaak ten uitvoer. Het is niet de eerste maal, dat de toren van den Duitschen Duin verongelukt. Reeds den 28 Juni 1781 was er in Berlijn een ineenstorting en Schadow, een leerling van den Franschen architect-beeld houwer Tcssaert, maakte er een teckcning van, welke nog bestaat. Unger, een Ber- lijnsch architect, voltooide 1785 't herstel van den koepel, uie thans opnieuw sterk werd beschadigd door den noodlottigen brand. Met maskers moest de brandweer tewerk gaan. om het vuur te blusschon en vice-pre sident Weiss commandeerde de politie, wel ke moeite had, om 't. belangstellende en nieuwsgierige publiek op een vciligen af e*°nd te houden. Oberbranddirektor Gcmpp schatte de aangerichte.schade op de kapitale som van ruim 100.000 markt ÜTuehdinp 'voor scholen. 2.36—1 Concert. 4—5 Zlekenuurtje. 5—6.30 Concert. 6.30—7 Lezing over muziek. 7—8 Orgelconcert. 8 Concert. Tocapr»- kcn. Daarna Nleuw-sbcrlcMen. >.01716 CoDCt ïofoon. 2.05— i4 Gramofoon 4—5 Zleken- iortpraatje door TL Hollander. 12.20 Concert. 1.20 DAVENTRY (1554 M) 11.05 Lezing. 11.20 Gramofc 2.20 Concert. 2.202.15 Beeldultzonding. 2.60 Uitzending voor scholen. 3.10 Lezing:. 3-20 Ves per uit Westminster Abbey. 4.05 Lezing. 4.20 Concert. 5.36 Kinderuurtje. 6.35 Nleuwsoer. 6.50 Marktprijzen7.05 Concert. 7.20 Lezing. 7.4S Le zing. 8.05 Concert. 8.20 Concert. 10 Nleuwsber. 10.20 Lozing. 10.35 Verrassing. 10.50—12.20 Muziek. Muziek. 6.55 Gru Concert cn tooneel! LANOENBERQ (ITS M.) 7.20—8.15 Gramofoon. S.203.20 Orkest. 10.35—11.35 Gramofoon. 11.40 —12.10 Phonola-concert. 1S.30 Gramofoon. 1.25—- 2.50 Orkest- 5.55—6.50 Gramofoon. 8.20 Opera. Daarna tot 12.20 Muziek. BRUSSEL (508.5 M.) 3-20 Gramofoon. 6.20 Cel lo-recital. 6.50 Gramofoon. 8.35 Orgelconcert. 9-Li Concert. 'J.50 Muziek. MX fi.lfl11.05 Be.., 15—1.50 La- 2 20—2.50 Gramofoon. 3.50—5.20 Lezir.get 5.20—6.20 Concert jf Berlijn. 6.20—8.20 Le- orkeet, 8.50 Orkest. 9.20 Lezing. 910 Concert. Daarna tot 12.50 Muziek, n. 8.20 Zang kalundborg (ii M.) 12.20—2.20 Orkest. 3,50—5.50 Concert. $.35—10.86 Concert. 10.50— ..20 Muziek. ^dsdlenstig halfuurtje. 12.151.15 KMO. Con- ■rt 1.15—2 Gramofoon. KRO. 4—5 NCRV. Gra- ofoon. 5—6.45 NCRV. Concert. 7—T-25 KRtA, ui-mis Schriftverbcteren. 7.35 VPRO. Pers Do chten. 7 40 VPRO. Lezing over: Eerste gelijke- l.-sen. S.15 Concert VPRO. 8.50 VTRO. Lezin® rer: De menech en zijn plaats. 9.36 VPRO. Ver- big concert. 10 VPRO Lezing over; Ons Natuur toon. 10.20 VPRO. Vervolg concert. HUIZEN (1875) 10—16.15 Morgenwijding. 12.15 —2 Concert. 24 Gramofoon. 4.305.30 Concert. 5.307.15 Concort. 7 15—7.45 Spreekuur van den 'Radiodokter. 8.01 Revue. ïn de rustpoos: Pruatja r Mevrouw de Leeuw—van Rees over de a.a. I- en Knipcursus. Persberichten. Na afloop: Gramofoon. 12 Sluiting. DAVENTRY (1554.4 M 1055 MorgenwOaiog 1.05 Leslpg. 1120 Gramofoon. 12.20 Concert. 2.50 Orgelconcert. 1.30—2.20 Gramofoon. 3 50 Uit ending voor rollOlon. 8.20 Lozinrr. 9.15 Lezlpg. nr. Uitzending voor scholen 4 50 Orkest. .6 35 Clnderuurt v.. 6,20 Lezing. 6.35 Nleuw-ncr. Y-OS 'oncert. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing. 8 05 Tooneel, .45 Vaudeville. 10 Nleuweher. 10.20 Lezing. 0.35 Concert. 11.35—12.20 Muziek. 12.20—12.35 ieclduitzendlng PARIJS „Rftdlo-Pai .2.50—2 20 Grnmofoor foon. 8.55 Orkest. LANGENBKRG (473 M.) 7.30—8.15 Gramofoon. „.20—0.20 Orkest. 10.35—12.10 Gramofoon. 13.3» Gramofoon. 1 25—3 40 Orkest. 5.55—6.50 Orkest. S.209,05 Orkest. 9.05 Concert ZEEBEK (1635 M.) 6.10—10 50 Lozingen. Ï3.Ï6 —1.15 Gramofoon. 1.15—1.50 Leningen. 2.20—3.50 Gramofoon. 3-50—5.20 Lezingen. 5.206.20 Con- oort uit Leipzig. 6.20—8.20 Lezingen. 8.80 Tooneel "Jaarna Muziek .en sang. 'KALUNDBORG (1153 M.) 12.20—2.20 Concert. 1—5 Concert. S.20—9.33 Vaudeville. 10.10—11.30 LICHAMELIJKE OEFENING WERELDKAMPIOENSCHAP BASEBALU De Chicago Cubs, dc baseball-club van den kauxvgommagnaat Wrigley, heeft lieden den kampiocnswimpel van de National League gewonnen. In de wedstrijden om het wereld kampioenschap baseball, welke 8 October te Chicago beginnen, zullen zij nu ui', moeten komen tegen de Philadelphia Athletics, kampioenen van de American League. MASSA-ONTSLAG BIJ KRUPP. De teruggang in de conjunctuur der qzer- im'.ustr'e, waardoor reeds verscheidene hoog- o'. nhedrijven var. het Roerdiatrict tot gedeel telijk stilleggen hunner bedrijven en tot ont slaan van werkvolk zijn genoodzaakt, heeft thans ook de firma Krupp gedwongen uit xoerzorg een groot aantal arbeiders liarer Rietstaelfabr eker, op te zeggen. Het betreft zevenhonderd nian der ovenbetlrijven en drie honderd man der daarbij behoorende huip- bcdrijven. Een verkorting van den opzegtermijn van vier weken is niet voorgesteld. Het zal derhalve ven de verdere ontwikkeling van het binnenkomen van opdrachten afhangen of een trassa-ontslag vt n dezen omvang werkelijk zal moeten plaats vinden. FEUSLLETON ÏGEf] HET NOS ÖÜ.SÏEii WAS Door GUT THORNE. (0 „w is een verstandig man en ik kan u dus als intellectueel aanvallen. Onlangs lo geerde ik bij Lord Hallcybury e-11 ik heb toen twee ochtenden achtereen een langen wan deltocht gemaakt men den bisschop van Londen en veel met hem gepraat over deze onder we rpen. Hij vindt, dat alles van den welbewusten wil afhangt. Hij trachtte er mij van te overtuigen, dat er achter deze zinne lijke wereld nog een onzichtbare en boven zinnelijke bestaat, en dat de mensch daar mee in contact staat Ook gelooft hij in een openbaring Gods, maar daarin kan ik hem niet volgen. Dat was alles wat hij voor mij doen kon. Wij scheiddon als goede vrienden, ik heb hom duizond pond gegeven voor zijn armenkas in het Oostelijk deel van Londen. Maar zeg u gerust, wat u op het hart lieb' ik wil er wel naar luisteren. Hii keek don jongen man vragend aan, terwijl hij een Russische cigaret rookte, tlortre begreep wel dat hij met iemand te doen hadr die verstandelijk veel hooger stond dan hijzelf en veel meer gezien had maar toch voelde hij zich krachtig en zei: ,Ik zou u wel iets te zegren hebben en ik geloof vast, dat ik met een doei hierheen ge zonden ben en dat dit niet toevallig is". Hij zweeg 'even om zijn gedachten 'bijeen te zamelen en meende, dut hij verbazing las in de oogen van zijn gastheer. „Ik ken u beter, dan u wel denkt," ging Gortre voort, „cn op een andere wijze dan vele goede en vrome Christenen u zien en ik zeg u nu ronduit dat u een welbewust vijand van Christus zijt". I-Iet gelaat tegenover hem werd eenigszln» onrustig, maar de stem bleef even bedaard als te voren. j „U sprookt volgons uw inzicht", zeide hij, „lik ben geen Ghrislen, maar tocli erken ik, dat er veel goeds in het Christendom is, mijn vvoordon cn geschriften kunnen gehol pen hebben om den sluier van het bijgeloof en overgeërfde» invloed op te heffen en in dien zin ben ik een vijand van het Christe lijk geloof, onderstel ik. Mijn eonig excuus is, dat ik in oprechtheid handel en u spreek» harder en minder verdraagzaam dan ik ver wacht zou hebben van iemand, die uw ambt bekleedt". Gortre stond op en zei: „Ik weet, dat u den Ilcere Jezus haat cn Mom gaarne kwaad zoudt berokkenen U is juist wat Judas was, want lieden is mij licht gegeven om in uw gedachten te lezen". Sclinabe was ook opgestaan. Zijn gelaat was bleek cn er glansde een licht uit zijn oogon, dat den ander schrik aanjoeg. „Wat weet u van mij?" riep nij, „wie...?'* „Hoor eens", ging hij voort, „blinde leids man der blinden, ik zeg, dat er een dag zal aanbreken, dat liet geheeie gebouw der Christenheid ineen ze! storten. Het zal plot seling geiten ren en alles zal rtn.n verdwenen jzijn. De bleeko Nazarcncr zal sterven under den spot der wereld, zooals Hij reeds negen- tienhonderd jaren geledon gestorven' is en er zal geen vrouw komen met liet bericht j van Zijn opstanding. U zult zich later mijn (woorden herinneren als de tijd daarvoor ge komen is." Hij had met ongewone heftigheid gespro ken ©n de woorden vielen als venijn van zijn I lippen, er klonk een diepe overtuiging uit de stem, waarmee hij deze boosaardige woorden uitte. J Schn-abc had het masker afgeworpen en (het leek Gortre nu, of de ziel van Judas Is- karioth uit zijn oogon blonk. Een duivelschc glimlach speelde op zijn gelaat. Gortre schrikte er van cn wankelde op zijn beeneit Daarop verzamelde hij zijn krachten weer en hield den ander niet zijn blik in bedwang, j Schnalio verbleekte voor hem, want hij zag dat zijn ziel van de waarheid vervuld was. „God is mijn getuige," riep Gortre, „nu ken ik u: nu zie ik wie gij rijt. U weet, dat Chris tus de Zoon van God is", i Schnabe kromp ineen op zijn stoel. 1 „Antichrist", ging do beschuldigende stem voort, .gil kont de waarheid on toch hebt gij uw hand tegen God durven opheffen." Daarop volgde een doodache stilt* die ecnigen tijd voortduurde. Schnabe zat onbe weeglijk bij het uitgaande vuur. J Ileel langzaam kwam de kleur xveer op zijn wangen terug en de gewone glans in zijn oogen en na een poos zei hij: „Ga heen en kom hier nooit weer terug. U hebt nu uw diepste gedachten uitgespro ken en toch zeg ik u, dat cr zulk een hef tige slag zal neervallen op de Chrl6ton heid, dat j Snel stond hij op en trok liet gordijn van I voor het raam weg. De morgen brak aan, mistig cn somber. „Laten wij hier maar een eind aan ma ken," zei hij weer met natuurlijke stem, „waartoe zou 't dienen, dat u en ik, atomen all wij zijn, d©n nacht zouden doorbrengen I om over oneindige dingen te spreken, waar- van wij niets we ton. Ga maar gauw naar j huis en rust nog wat Deze nacht is een onaangename droom voor ons geweest, wij j verschillen zeer op verschillende punten van godsdienst Laten wij dat maar verge- ten en u kunt mij als uw vriend besehou- Gortre voelde zich als versuft; zijn hoofd klopte en hij was doodmoede. Hij greep zijn hoed cn jas, die Schnabe hem gaf en stram j pelde het huis uit. Het was ongeveer 5 uur cn het weer was vochtig en koud. Met bleek gelaat liep hij den heuvel af; hij kon niet geregeld meer denken. Wat was het? Wat was de waarheid omtrent die nachtmerrie, dien langen, afschuwelijken nacht in die warme, weelderige kamerr I Hij was in de war en na hot ontbijt wilde hij naar een dokter gaan. Toon hij onder aan den heuvel was en de straat wilde inslaan, die naar zijn kamers voerde, bleef hij nog even staan om te rusten. I Achter den heuvel steeg er een vorme- looze wolkkolom op, die purper was ge kleurd en de opgaande zon bijna verborg. De zon blonk met rooden gloed cr door heen. Dien morgen xx-as er geen wind en de mist en (lc rook woei niet weg. Zij ver spreidden 7:rh over de stad cn hielden alles Met hcve-»de b°nd hn®lrte h'i zün huis sleutel te voorschijn en toen hij die had zag hij dat de donkere wolk zich verspreidde- j „Daar zij licht!" dacht hij en viel bewus- I teloos neer bij de deur. Zou word hij later gevonden. i Men droeg hem naar boven. Ili-j werd te lied gelegd en was meer dan j ei-o maand ziek, hard ziek, VIJFDE HOOFDSTUK. Een verloren ziel. Robert Llwellyn zat in zijn ruime kamer in het Britsch Museum aan zijn lessenaar te werken; hij was juist bezig de laatste regels te schrijven van zijn artikel over dc Hebreeuwsche inscriptie in mozaïek, die te Kcfi Kenna ontdekt was. Het was ongeveer 4 uur 's middags en I het werd al donker; de troostelooze schcme- j ring van een wintermiddag in Londen. Een •studeerlamp wierp een helder licht op zijn i lessenaar op het vel ongelinieerd papier, dat dicht beschreven voor hom lag. Hij was de chef van de alueeling Bijbci sche antiquiteiten in het Britsch Museum. J ,'tUitzicht dat men had van uit de hooge j vensters, was niet bepaald mooi te noemen. Men bespeurde niets anders dan den ach I terkant van-de groote sombere huizen, die het Museum omringen on meestal als pen- i sions verhuurd worden. De kamer zeg er gezellig uit. Langs de 'muren xvaren planken aangebracht, die vol I boeken stonden. Boven die planken hingen i groote fotografieën in lijstjes en afbeeldin gen van inscripties. Op een standaard «ton i I nog met glas bedekt een duplicaat van Dr. "Schick's model van de Haram Area gedu rende de Christelijke bezetting van Jeruza- f lem. In een grootcn open haard brandde een helder vuur. Llwellyn schreef den laatstcn regel van zijn artikel met een zucht van verlichting en leunde toen achterover in zijn draai stoel. Zijn gelaat stond somber en zun oogon xvaren dof door dc een of ander? ge duchte, die hem door het hootd woelde en hom blijkbaar "niet aangenaam aandeed. De deur ging gcruiscliloos open. Allo be- wqners van het Museum bewegen zici zon- •ier veel gedruisch en schijnen onder don indruk van het oude dat hen omgeeft Zij jsch'jncn vervuld met een godsdienstigcn eerbied voor het verleden. Lambert, de secre taris van Llwellyn, trad binnen, j Hij zei: „De firman is toegestaan." „Zoo," zei Llwellyn, „is het eindelijk toch gekomen, nadat wij zooveel maanden g«v j wacht hebben? Ik was aan het Tnrksche gouvernement gaan wanhopen, en ik dacht eigenlijk, dat de toestemming nooit ton ct> j geven worden. Dus dan zal het Genootschap eindelijk beginnen om opgravingen te doen top de verbeiden terreinen." ..Dat is groot nieuws. Lambert, cn wij zul- Ion nu treffende resultaten krijgen, rtio 'ös- torisch betrouwbaar zullen zijn. Misschien I zal de geheeie theorie van bet Evangelie j in de eerstvolgende jaren wol moeten her- en worden.". „Dot is heel wel mogelijk," zei Lambert, „maar het kan ook zijn, dat er niets ter wereld gevonden wordt" Llwellyn knikte, maar op eens scheen *n denkbeeld bij hem op te komen cn hij vroeg: „Hoe weet je dit, Lambert, cn hoe is het irobeurd?" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 3