HdWieg&kmd
PU ROL
DONDERDAG 26 SEPTEMBER 1929 EERSTE BLAD PAG. 3
„BIJBEL EN KIND"
DRIE OPVOEDKUNDIGE
VOORDRACHTEN
jv- lieer A. L. van Hulzen, hoofd eener
Christelijke School te Utrecht cn bekend 11-
tcrair essayist heeft een drietal voordrachten
opvoedkundige onderwerpen betreffende, ge
bundeld cn onder de titel der eerste lezing
„Bijbel en Kind" bij J. N. Voorhoeve te Den
Haag uitgegeven. In het opstel „Bijbel en
Kind constateert de schrijver allereerst dat
nze tijd nog altijd genoemd kan wor
den „de eeuw van hot kind". Het kind staat
nog in 't middelpunt van literaire aandacht
van psychologische, medische, juridische,
taalwetenschappelijke en theologische studie.
Terecht ook van do laatste. „Dat ook zij het
kinderleven binnen de grenzen van hóór ter
rein betrekken moet, ligt wel voor de hand.
Want de Bijbel als voorwerp harer studio
spreekt in allerlei historie over het kind en
de dogmata betreffen ook den kleinen
mensch". Daarmee kiest de Auteur partij
tegenover de moderne richting in de opvoed
kunde, die het dogma voor 't kind en het
voor 't dogma bij uitstek ongeschikt
achten.
En toch, als de Bijbel de mensch raakt,
Taakt hij ook de kleine, de groeiende mensch.
Fa de Bijbel openbaart zich God, spreekt
Hij het verlossende woord voor blinden en
gevangenen, zoekt Hij ook het kind.
„Zullen -we de kinderen vertellen over al-
.js en nog wat: van het sprookje van Rood
kapje af tot do historie van den wereld
oorlog toe van volken en landen van
ontdekkers en uitvinders van het woord
an het getal van sterren en sneeuw
vlokken van vogelen cn bloemen maar
niet van de Openbaring Gods?"
Onze vaderen die streden den schoolstrijd,
hebben op dezen vraag antwoord voor im
mer gegeven.
„Het kind In onze literataarn.
ïn de historie der kinderverbeelding in
onze letterkunde zijn twee stroomingen op
te merken; ze loopen parallel met de twee
stroomingen in de historie der paedagogiek.
Vroeger, (eeuwen lang helaas), werd het kind
gedwongen een laddertje tc beklimmen, om
daardoor even hoog te komen als de vol
wassenen.
In onze tijd moeten ouders en onderwijzers
een trapje afdalen om te probceren kind
met 't kind te zijn.
Deze opvoedkundige stroomingen bepaal
den en bepalen de gestalte waaronder het
kind in de kunst voorkwam cn voorkomt.
Zoo toekende en schilderde men vroeger het
kind met een volwassen ziel: de groote
mensch verkleind. En de literatuur stemde
toen deze met de schilderkunst overeen.
Van Hulzen gaat dit na voor de tijd van
Valcoogh cn Anna Bijns tot Heyc toe.
Thans beelden de schilders echte kiinde-
rcn. „Als je Toorops jongens ziet, denk je
aan knikkers en vliegers en voor z'n meisjes
wil je graag een pop en poppenwagen gaan
halen en je maakt een handbeweging, of je
enn rammelaar rinkelen wilt, als je die
dikzak van Van Gogh aankijkt".
In de literatuur ging de tijd van onnatuur
zoo maar niet in eens over in een van na
tuur en waarheid. Van Koetsveld, Ten Kate,
Ter Haar, Do Genest.et, Beets, De Liefde,
{lerrlcs, zij allen leefden in een overgangstijd
ji op hun werk voor het kind zijn nog
irl wat aanmerkingen te maker).
'Een overgangstijd tot de periode van na
jO. De tachtigers in 't algemeen streefden
iar natuurgetrouwe uitbeelding van het
ven, ook van het kinderleven. Het is merk
aardig. dat zij in tegenstelling met de 18e
ei het begin der 19a eeuw het kinderleven
hebben geheeld in proza. Ina Boudier Bak
ker. Top. Naeff, Van Looy, Scharten An-
tink, A. M. de Jong, Hcijermans, Brussc
(mag Van Eeden in deze reeks wel ontbre
ken?) zijn nog maar enkele van de voor-
naamsten, wier werk vrijwel evenwijdig
loopt met het meest verdienstelijke in het
buitenland".
Echter laten de meeste dezer boeken over
T kinderleven ons, ondanks hun literaire
waarde, onbevredigd. „Of de verhalen spe
de mondaine wereld of in de achter
buurt in de sfeer, waarin Couperus zich
bij voorkeur beweegt, of in die waarin Brusse
z'n typen zoekt, ze laten allemaal de le-
vensarmoede zien. De geestelijke armoe. Het
leven zonder God en dies zonder hoop. Som
ber is de eclit-menschelijke toon, die er in
trilt".
Daar tegenover staat de Christelijke lec
tuur over kinderen (Noordam, Van de Maas.
Ruvsch, Schrijver, Lens, Emous en boven
allen Van de Hulst. Ook to.z. van de ver
houding van kind en groote menschen Wijst
de Heilige Schrift ons de weg.
„Opvoedkunst".
noemt Van Hulzen zijn laatste opstel. Direct
bemerkt men dat hier een man van erva
ring aan 't woord is. Iemand, die de opvoe-
dings-moeilijkheden kent, en er zich daarom
niet met een paar groote woorden en dood
doeners van af maakt. Maar die anderer-
rijds ook weet dat hetbelang van het
kind, van het Christelijk leven, van
land en volk vordert, dat de moeilijk
heden onder het oog worden gezien
dat het opgroeiend geslacht een zoo goed
mogelijke opvoeding krijgt, zoowel in school
als thuis. En nu geeft de Schrijver geen
systematische uiteenzettingen of paedagogi-
sche recepten, maar hij toont u met voorbeel
den ontleend aan en aansluitend bij de prac-
tijk de gevaren van een verkeerde opvoeding
en wijst gestrande schepen als bakens ook
voor uw opvoedkundige zee.
De opvoeder moet vóór alles groot achten
de dag der kleine dingen. Wij voeden op
door spreken en door zwijgen door doen en
laten, vooral door allerlei bagatellen.
Pestalozzi schreef over een dief onder de
galg.. Even voor de terechtstelling zei de
ongelukkige tot de beul: „Als mijn vader
mij er aan gewend had, 's avonds voor het
naar bed gaan, mijn kleercn op te hangen,
zou ik hier niet staan."
Wat moet een kind al niet worden afge
leerd! Vooral, omdat we met dat afloeren
vaak zoo laat beginnen. Als een kind zes
jaar lang thuis verwend is, kan de school
zoo weinig meer herstellen.
„Laten gezin en school zegt Van Hulzen
daarom terecht toch samenwerken om
van onze kinderen accurate menschen .te
maken. Dat kan. Niet door zedenpreekerij,
maar door ze te wennen aan vasten regel.
Dan komt er een werken naar een plan, met
een doel in 't oog, met een besef van plicht"
Dat doel is niet veelweterij. O, dat roepen
om „algemeene ontwikkeling!" O, dat vol
pompen ter wille van examens! O, die muffe
schoolgeleerderigheid! Wanneer worden we,
om maar iets te noemen, eens verlost van de
lcorenboeren, die hun schooven- bij hoopen
hopen tc verkoopen cn de arme slooven met
roode kooien en steenkolen beloven te be
loon en?
„Rare kerel", zou Guido Gezelle zeggen „ik
lache er mee"
Bezinnen moeten we ons op de leerstof als
op de methode. Bovenal op het hooge doel,
dat het Christelijk onderwijs zich stelt.
Basis voor de opvoeding, zoowel in huis
als school zijn de1. Heilige Schriften, die wijs
kunnen maken tot zaligheid.
Het verschijnen van dit bundeltje biedt ons
de gelegenheid, niet alleen om een woord
van waardeering te spreken voor de pacda-
goog Van Hulzen, maar ook voor zijn werk
als letterkundige. Van Hulzen schrijft- reeds-
langer dan eenkwart-eeuw en in,die tijd
heeft hij door tal vanpopulaire artikelen
invloed geoefend op de literaire opvoeding
van 't Christelijk publiek. Zijn opstellen (wc
herinneren ons nog duidelijk menige koste
lijke bijdrage in „Timotheus") zijn immers
af; zijn, ofschoon populair nooit oppervlak
kig; zijn stilistisch alt'jd keurig verzorgd.
Zóó ook deze drie paedagegische voordrach
ten.
WILLEM DE HAAN 80 JAAR
Dinsdag v'eitle Willem <je Haan te Berlijn
zijn SOr.ten verjaardag.
Te Rotterdam geboren kreeg hij zijn oplei
ding aan de muziekschool aldaar, o.a. van
Barglel en Samuel de Lange, waarna, hij zijn
studies aan het Conservatorium te Leipzig
voortzette.
In 187G werd de jonge musicus benoemd tot
dirigent van den Mozart-Verein te Darmstadt;
een met su ces bdkreonde medewerking aan
het Middel-Rijnsche Muziekfeest te Hair.z in
1875, was de aanleid'ng tot deze benoeming die
beslissond zou zijn voor de Haar.'s carrière a's
musicus. Zijn talent als dirigent werd spoedig
opgemerkt en gewaardeerd en dus volgde wel
dra een aanstelling tot Sen dirigent van de
Hofopera. Zijn groote kennis van het opera
repertoire kwam hem zeer te stade, e
beurde het, dat in 1830 een jonge Nederlander
aangesteld werd tot hof-kapelmeester. Tot
1914 heeft onze landgenoot onafgebroken de
Hofopera te Darautadt, die hoog aangeschre
ven stond, geleld.
Tot 1939. bleef de Haan te Darmstadt als di
recteur van de Muzlekverein werkzaam. Toen
meende de kunstenaar dat zijn tijd gekomen
was om zijn taak aan één jongere kracht over
te geven. Thans woont te Berlijn bij zijn
dochter. (Vad.).
LITERAIRE GIDS
Colmjon zegt eenige rake dingen over de
verwording van „De Nieuwe Gids". Wel legt
hij o.i. wat al to intiem verband tusschen
deze daling en het optreden van Jeanne
Kloos-Reynokc van Stuwe, over wie hij zegt,
dat zij „in Willem Kloos in de allereerste
plaats steeds haar mén heeft gezien, en," voe
gen wij er bij:-ten koste van den litterator.
Ten koste van de literatuur ten nadeele van
de beweging van tachtig, waarvan zij nim
mer de waarde heeft beseft (men voelt dat
uit heel haar optreden), ten nadeele van de
Nieuwe Gids. Niet alleen geeft zij in al haar
romans en vooral in al haar boekbesprekin
gen, blijk dat de geest van Tachtig haar
niets heeft gezegd, dat zij het volkomen bui
ten dien kon stellen doch heel haar han
delen in verband met de Nieuwe Gids wijst
duidelijk uit dat haar eenige toeleg is:
stemmen te doen klinken waarvan ze weet
dat „haar Willem" die graag hoort, die
„haar man" kunnen bemoedigen, waardoor
„haar echtgenoot" in een goed humeur komt
wat haar eega-hart goed doet. Om dit te be
reiken worden interviews geënsceneerd, hul
digingen uitgelokt, portretten verspreid, ar
tikelen besteld, het al met een voorbeelde-
looze onvermoeidheid (zij het met afwezig
heid van gevoel voor „stijl", van fijngevoe
ligheid ook, van tact, maar met even groote
naïefheid kon men het maar naieviteit
noemen; helaas) waardoor het aspect van do
Nieuwe Gids te grabbel wordt gegooid. En...
de naam van haar echtgenoot voortdurend
erger geschaad,"
Uit een artikel over „Die Linkskurve", een
nieuw pur sang revolutionair maandblad
citeeren we deze zinsnede:
„Politiek en kunst zijn te verschillend van
karakter om te kunnen samenwerken zon
der dat de tweede tot ondergeschikte ge
dwongen wordt. Wie zich in dienst stelt van
het politieke beginsel verliest daardoor de
bevoegdheid om over kunst te oordeelen, ge
lijk in ons land bijvoorbeeld in het klein
blijkt uit de critische werkzaamheid van de
heer A. M. de Jong. Men kan trachten zich
hiertegen te verdedigen door niet-propagan-
dlstisch werk als „schöngeisterei" te qualifi-
ceeren cn te betoogen dat kunst niet een op
zichzelf staand' iets is doch onverbrekelijk
verbonden met het leven. Doch dan verwart
men leven en politiek, die gelukkig verre
van identiek zijn."
Over de literaire voorlichting der N.R.C.
zegt „De literaire Gids": „Wij moeten met
leedwezen vaststellen dat de N.R.C., zijnde
het dagblad dat ten onzent nog de meeste
ruimte aan de letteren wijdt, steeds verder
bergaf gaat met haar kunst- en letteren ge
deelte. Mag het orgaan vroeger den naam
hebben gehad -van geestelijke voornaamheid
blijk te geven cn „cachet" te bezitten
thans is daar weinig van over".
Naar aanleiding van een kort stukje
„Langzaam malende molens", hekelende de
traagheid waarmee de bladen de literatuur
in bespreking brengen, moeten ons een paar
opmerkingen van het hart.
Het is niet de eerste maal dat deze aanval
wordt gedaan „Do literaire Gids" hamert
voortdurend op hetzelfde aanbeeld. En voor-
zoover hot blad bedolt aan te dringen op
tijdige bespreking van belangrijko boeken,
heeft het oen zeker recht daartoo. Maar an
derzijds willen we er toch beslist tegen op
komen, dat de literaire critiek in 't algemeen
oen grief gemaakt wordt van haar traag
heid, aangezien er verschillende oorzaken
kunnen zijn, >dic buiten de schuld der kri-
tici om, bespreking vertragen of achterwege
doen blijven.
De litteraire kritiek wordt in de meeste
gevallen uitgeoefend door menschen, die
over dfig een zware levenstaak hébben te
verrichten en alleen hun avonduren of
een deel daarvan beschikbaar hebben voör
kritisch werk.
Ton tweede verschijnen er zoo onnoe
melijk veel boeken, dat de enkele recun-
senton, die nan een blad verbon ien zijn,
geregeld hun stapels zien rijzen. Juist hun
streven, het nieuwe zoo spoedig mogelijk
te bespreken, beeft soms tengevolge, dat
reeds wachtende uitgaven nog langer blij
ven liggen. Zegt men: dat men dan de
medewerking over meerdere Döisonen
verdeel e. dan wijzen we op het vrjj alge
meene verschijnsel, dat niet weinige be
voegde schrijvers grif zijn met het ooen
van belqfton. maar tengevolge van over-
belasting traag zijn in het nakomen daar
van. En laat men het kritiseoren over aan
nlet-deskundige auteurs, dan bederft men
meer dan wanneer men de heele bespre-
king achterwege laat
Aan de andere kant lijden de bladen nog
I altijd door de houding van sommige u»t-
gevers. Deze opmerking geldt niet voor tie
goedgezinden. Maar er zijn uitgever;, die
nog altijd van meening zijn. dat een uit»
voerige bespreking plus twee a drie be
wijsnummers van een blad nog maar am
per opwegen tegen de waarde van een in-
genaaid recensie-exemplaar van b*t boek,
waarvan men eerst nog zorgvuldig de eco-
I nomische waarde door een „Ier recensie
1 stempel .heeft vernietigd, althans vernnn
I derd.
Er zijn bovendien uitgevers, die stelsel-
matig bepaalde bladen of bladen van een
bepaalde richting besprekings-exemplarcn
.onthouden.
I Er zijn tenslotte ook uitgevers, die het
1 geven vnn' een gunstige kritiek, zonder dat
zij dit natuurlijk zeggen, slallen als (U<
j conditio sine qua non voor het verstrek-
ken vnn recensie-exemplaren van hun
j volgende uitgaven.
Onze bedoeling is aldus vast te stellen,
dat de literaire kritiek naar twee zijdon
INGEZONDEN IflEDEDEELïNGEN.
/f Moeders nemen voor de roode.
gesmette of ontstoken huid van
kleine, uitsluitend
UJi\[jj TT7f(^3 het allerbeste, en dat Is
Doos 30 cn 60 cl Tube 00 cl. Ba Apolh. en Drogutc»
in' de richtige uitvoering van haar taak
wordt belemmerd. Dit is niet bij alle bla
den evenzeer bet geval. Daarom zou het
onbillijk zijn alle over dezelfde kam te
scheren.
Gemengd Nieuws.
DE DUITSCHE DOM IN
VLAMMEN
VERDUISTERING VAN f 25.000
Te Wormerveer (N.-H.) is gearresteerd J.
B., directeur van de Coöperatie De Vooruit
gang. Hij heeft zich schuldig gemaakt aan
verduistering van f 25.000, ten nadeele van
de Coöperatie. Gebleken is, dat B. in granen
heeft gespeculeerd. Om zijn verliezen tc dek
ken heeft hij geld van de Coöperatie aauge
wend.
DOODELIJKE VERKEERSONGEVALLEN.
Het 4-jarig meisje N.V., wonende to Papen-
drecht, ie bij het oversteken van den weg
door een luxe auto gegrepen en overreden.
De bestuurder van de auto, uit Nieuw-
Lekkcrland afkomstig, vervoerde de kleine
eerst naar den huisdokter en toen naar het
ziekenhuis te Dordrecht Onderweg ts het
kind overleden. Volgens ooggetuigen treft
den chauffeur geen schuld.
-— De heer J. Middendorp, van Ilazerswou-
de, die op zijn motorfiets door een beroerte
werd getroffen en daardoor kwam to vallen
is overleden.
Het kind van J. v. Steeg te C.rolloo
(Dr.), dat door de tram werd overreden, is
aan do gevolgen van zijn bekomen verwon
dingen overleden.
BRANDEN
Te Boschhoofd In de gemeente Oud-Vos
meer (Z.) brak door onbekende oorzaak brand
u t in de landbouwsehuur van Vermeer. Door
gemié'aan water was het onmogelijk het vuur,
dat snel om zich heen greep, te bestrijder.,
zoodat weldra cok het woonhuis en de stal
door het vuur werden aangetast. Het huis
raad heeft men grootendcels kunnen redden,
doch men kon niet voorkomen, dat een paard,
een varken en een kalf een prooi der vlam
men werden. Alle drie de gebouwen brandden
af. Verzekering dekt slechts voor een klein
deel de schade.
Te Zegge in de gemeente Oudenbosch (N.B.)
brandde, door onbekende oorzaak de boerderij
van M. tot den grond af. Een paard, eenige
varkens en plu'nivee zijn in de vlammen om
gekomen. Verzekering dekt gedeeltelijk de
schade.
Te Edam brak brand uit in het perceel be
woond door J. Dekker, timmerman-aannemer.
Beneden is de timmerwerkplaats, boven het
woonhuis. De brand is boven ontstaan op den
zolder door kortsluiting. De vrijwillige brand
weer kon niet verhinderen, dat de bovenver
dieping totaal uitbrandde. Niets kon geied
worden.
Te Wilp by Deventer werd de groote boer
derij van Alexander geheel in de asch gelegd
De bewoners, die reeds te ruste gegaan wa
ren, kenden zich slechts met moeite redden.
Enkele varkens kwamen in de vlammen om
De motorspuit uit Voorst was spoedig ter
plaatse, doch kon wegens gebrek aan water
niets beginnen. De oorzaak van den brand is
onbekend. Huis en inboedel waren laag ver
zekerd.
LAGE INBRAAK.
Te Nieuwer-Amstel is ingebroken in het
perceel Katerstraat, bewoond door den ge
meente-werkman E. Ontvreemd is een bo-
drag van ongeveer f 270.aan geld. Voor
E. is dit een zware slag, daar de gelden hem
niet toebehoorden, doch aan anderen, waar
voor hij geld ophaalde.
Waarschijnlijk zijn de dieven binnen g
komen door opsluiting. Tenminste des mor
gens stond bij E. dc voordeur open.
Het onderzoek wordt geleid door de Rijks
politie.
VERKEERSONGEVAL.
Te Helmond heeft in de Veestraat een ver
keersongeval plaats gehad. De 7-jarige A.
Bouwman, die in een trekwagentje zat, word
door een motor aangereden. Hij werd uit
het wagentje geslingerd cn bleef met een
gebroken been liggen. Hij is naar het zie
kenhuis xrrxo. rd.
Radio Nieuws.
■nderdas CC Septci
HILVERSUM (2118 I
NCRV-UItz.)
0.3011 Ziekendlen;
1070 M. CltaL
DE GESCHIEDENIS VAN HET
GEBOUW
(Van onzen Duitschen correspondent.)
Spreekt men kortweg van den Bcrlijn-
schen dom, dan denkt men onwillekeurig
aan het statige kerkgebouw, dat aan het
einde van Unter den Linden dwars tegen
over liet voormalig keizerlijk slot staat. Op
don gedenkwaardigen Augustusdag van 't
jaar 1914 riep Wilhelm II van 't balkon aan
de Berlijnsche bevolking het historische
woord toe: „Ik ken geen partijen meer, ik
ken alleen nog maar Duitschors!" Thans,
precies 15 jaar later, zou hij, ter onzaliger
ure terugkeerendo naar Duitschiand, kun
nen zuchten: „Ik ken geen Dultschers moer,
ik ken alleen neg maar partijen!"
Deze Berlijnsche dom met den vergulden
koepel word. voltooid, in den glanstijcJ van
het Wühelminische tijdperk en draagt dien
overeenkomstig, vooral interieur, dc sporen
van 's keizers ietwat druk aandoonden
smaak. Onnoodig veel goed tooit het exte
rieur, onnoodig veel marmer het koud aan
doende interieur. De ook in politicko krin
gen vaak genoemde hofprediker dr. Doeh-
ring gaat hier des Zondags op den kansel
voor en trekt steeds een groot gehoor.
Maar de Duitsche dom ligt elders. D
vindt ge aan de Gendajmenmarkt en
wordt voor kerkelijke doeleinden sedert g
ruimen tijd niet meer benut. Alleen in do
kleine kapel wordt nog dienst gchoudiii,
maar in den ouden toren zetelt tegenwoor
dig de „Vereeniging voor de geschiedenis
van Berlijn" en in dc andere ruimten ont
dekt ge den „Vercin gegen Verarmung".
De Geschiedenis.
Nu door een hevigen brand in den koepel
de algemeene aandacht weer eens een on
deelbaar oogenblik op dezen ouderen Duit
schen dom wordt gevestigd (men kon nog
niet vaststellen, of de brand aan kwaadwil
ligheid of aan toeval is te wijten) lijkt 't mij
de moeite waard, om de geschiedenis vun
dit Godsgebouw eons even na te gaan.
Zijn oorspronkelijke naam luidt Nieuwe
Kerk en zijn architect was Murtin Grimberg.
Deze begon den bouw in 1708 en bodoukle
die oorspronkelijk als een pendant van den
Eranzösischen Dom, dien ge nog lieden on
aangetast kunt bewonderen. Twee doodeen
voudige, architectonisch niet eens veelbetcc-
kenende gebouwen vormden deze twee ker
ken aan do toenmalige Lindgnmarkt. Pas de
latere architect Kar' von Goulard (wiens na
komeling den voormaligen keizer 1918 naar
Nederland vergezelde, om tot kort na don
dood der voormalige keizerin in diens dienst
te blijven) gaf tijdens do rogeering van Erie-
drich II aan elk godsgebouw zijn cachet dour
het aanbouwen der fraaie torenkoepels.
Reeds in 't jaar 17UU werd aan do Fran-
sche refugié's een bouwterrein toegekend,
om een kerk te bouweii, welke ruimte zou
bieden tot 't houden van godsdienstoefenin
gen in de Fransche taal, Dat terrein was ge
legen aan het noordelijk deel van de tegen
woordige Gendarmenmarkt. Uct zuid el ij k
deel werd gereserveerd voor do Duitseh-'ge
reformeerde gemeente en hier werd dc Duit
sche Dom aangebouwd, Rondom de twèe
tempels stonden oorspronkelijk.do kazernes
en stallen van den Soldatunkoning eq naar
diens regiment Gens d' armes kreeg het plein
later ook zijn tegenwoordige» naam.
Frederik II had hot voornemen, uit dit
plein een architectonisch pronkjuweel te
scheppen en op zijn aanwijzing verdwenen
de nuchtere kazernes en paardenstallen zijns
vaders. Tusschen beide kerken liet hij het
NalionaltheateV bouwen, dat in 1817 door
brand werd verwoest. Waar dit eenmaal
prijkte, kunt ge.tegenwoordig liet door Schin
kel ontworpen Schauspiellu us bewonderen.
Friedrich's idéé, om beide kerken met een
koepel'van 70 meter hoogte te verrijken,
werd geïnspireerd door de torens der Maria-
kerk op de Piazza del Populo in Rome cn
Gontard bracht dit vorstelijk plan met tact
en smaak ten uitvoer. Het is niet de eerste
maal, dat de toren van den Duitschen Duin
verongelukt. Reeds den 28 Juni 1781 was er in
Berlijn een ineenstorting en Schadow, een
leerling van den Franschen architect-beeld
houwer Tcssaert, maakte er een teckcning
van, welke nog bestaat. Unger, een Ber-
lijnsch architect, voltooide 1785 't herstel
van den koepel, uie thans opnieuw sterk
werd beschadigd door den noodlottigen
brand.
Met maskers moest de brandweer tewerk
gaan. om het vuur te blusschon en vice-pre
sident Weiss commandeerde de politie, wel
ke moeite had, om 't. belangstellende en
nieuwsgierige publiek op een vciligen af
e*°nd te houden. Oberbranddirektor Gcmpp
schatte de aangerichte.schade op de kapitale
som van ruim 100.000 markt
ÜTuehdinp 'voor scholen. 2.36—1 Concert. 4—5
Zlekenuurtje. 5—6.30 Concert. 6.30—7 Lezing over
muziek. 7—8 Orgelconcert. 8 Concert. Tocapr»-
kcn. Daarna Nleuw-sbcrlcMen.
>.01716 CoDCt
ïofoon. 2.05—
i4 Gramofoon 4—5 Zleken-
iortpraatje door TL Hollander.
12.20 Concert. 1.20
DAVENTRY (1554 M)
11.05 Lezing. 11.20 Gramofc
2.20 Concert. 2.202.15 Beeldultzonding. 2.60
Uitzending voor scholen. 3.10 Lezing:. 3-20 Ves
per uit Westminster Abbey. 4.05 Lezing. 4.20
Concert. 5.36 Kinderuurtje. 6.35 Nleuwsoer. 6.50
Marktprijzen7.05 Concert. 7.20 Lezing. 7.4S Le
zing. 8.05 Concert. 8.20 Concert. 10 Nleuwsber.
10.20 Lozing. 10.35 Verrassing. 10.50—12.20
Muziek.
Muziek. 6.55 Gru
Concert cn tooneel!
LANOENBERQ (ITS M.) 7.20—8.15 Gramofoon.
S.203.20 Orkest. 10.35—11.35 Gramofoon. 11.40
—12.10 Phonola-concert. 1S.30 Gramofoon. 1.25—-
2.50 Orkest- 5.55—6.50 Gramofoon. 8.20 Opera.
Daarna tot 12.20 Muziek.
BRUSSEL (508.5 M.) 3-20 Gramofoon. 6.20 Cel
lo-recital. 6.50 Gramofoon. 8.35 Orgelconcert. 9-Li
Concert. 'J.50 Muziek.
MX fi.lfl11.05 Be..,
15—1.50 La-
2 20—2.50 Gramofoon. 3.50—5.20 Lezir.get
5.20—6.20 Concert jf
Berlijn. 6.20—8.20 Le-
orkeet, 8.50 Orkest. 9.20
Lezing. 910 Concert. Daarna tot 12.50 Muziek,
n. 8.20 Zang
kalundborg (ii
M.) 12.20—2.20 Orkest.
3,50—5.50 Concert. $.35—10.86 Concert. 10.50—
..20 Muziek.
^dsdlenstig halfuurtje. 12.151.15 KMO. Con-
■rt 1.15—2 Gramofoon. KRO. 4—5 NCRV. Gra-
ofoon. 5—6.45 NCRV. Concert. 7—T-25 KRtA,
ui-mis Schriftverbcteren. 7.35 VPRO. Pers Do
chten. 7 40 VPRO. Lezing over: Eerste gelijke-
l.-sen. S.15 Concert VPRO. 8.50 VTRO. Lezin®
rer: De menech en zijn plaats. 9.36 VPRO. Ver-
big concert. 10 VPRO Lezing over; Ons Natuur
toon. 10.20 VPRO. Vervolg concert.
HUIZEN (1875) 10—16.15 Morgenwijding. 12.15
—2 Concert. 24 Gramofoon. 4.305.30 Concert.
5.307.15 Concort. 7 15—7.45 Spreekuur van den
'Radiodokter. 8.01 Revue. ïn de rustpoos: Pruatja
r Mevrouw de Leeuw—van Rees over de a.a.
I- en Knipcursus. Persberichten. Na afloop:
Gramofoon. 12 Sluiting.
DAVENTRY (1554.4 M 1055 MorgenwOaiog
1.05 Leslpg. 1120 Gramofoon. 12.20 Concert.
2.50 Orgelconcert. 1.30—2.20 Gramofoon. 3 50 Uit
ending voor rollOlon. 8.20 Lozinrr. 9.15 Lezlpg.
nr. Uitzending voor scholen 4 50 Orkest. .6 35
Clnderuurt v.. 6,20 Lezing. 6.35 Nleuw-ncr. Y-OS
'oncert. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing. 8 05 Tooneel,
.45 Vaudeville. 10 Nleuweher. 10.20 Lezing.
0.35 Concert. 11.35—12.20 Muziek. 12.20—12.35
ieclduitzendlng
PARIJS „Rftdlo-Pai
.2.50—2 20 Grnmofoor
foon. 8.55 Orkest.
LANGENBKRG (473 M.) 7.30—8.15 Gramofoon.
„.20—0.20 Orkest. 10.35—12.10 Gramofoon. 13.3»
Gramofoon. 1 25—3 40 Orkest. 5.55—6.50 Orkest.
S.209,05 Orkest. 9.05 Concert
ZEEBEK (1635 M.) 6.10—10 50 Lozingen. Ï3.Ï6
—1.15 Gramofoon. 1.15—1.50 Leningen. 2.20—3.50
Gramofoon. 3-50—5.20 Lezingen. 5.206.20 Con-
oort uit Leipzig. 6.20—8.20 Lezingen. 8.80 Tooneel
"Jaarna Muziek .en sang.
'KALUNDBORG (1153 M.) 12.20—2.20 Concert.
1—5 Concert. S.20—9.33 Vaudeville. 10.10—11.30
LICHAMELIJKE OEFENING
WERELDKAMPIOENSCHAP BASEBALU
De Chicago Cubs, dc baseball-club van den
kauxvgommagnaat Wrigley, heeft lieden den
kampiocnswimpel van de National League
gewonnen. In de wedstrijden om het wereld
kampioenschap baseball, welke 8 October te
Chicago beginnen, zullen zij nu ui', moeten
komen tegen de Philadelphia Athletics,
kampioenen van de American League.
MASSA-ONTSLAG BIJ KRUPP.
De teruggang in de conjunctuur der qzer-
im'.ustr'e, waardoor reeds verscheidene hoog-
o'. nhedrijven var. het Roerdiatrict tot gedeel
telijk stilleggen hunner bedrijven en tot ont
slaan van werkvolk zijn genoodzaakt, heeft
thans ook de firma Krupp gedwongen uit
xoerzorg een groot aantal arbeiders liarer
Rietstaelfabr eker, op te zeggen. Het betreft
zevenhonderd nian der ovenbetlrijven en drie
honderd man der daarbij behoorende huip-
bcdrijven.
Een verkorting van den opzegtermijn van
vier weken is niet voorgesteld. Het zal
derhalve ven de verdere ontwikkeling van het
binnenkomen van opdrachten afhangen of een
trassa-ontslag vt n dezen omvang werkelijk zal
moeten plaats vinden.
FEUSLLETON
ÏGEf] HET NOS ÖÜ.SÏEii WAS
Door
GUT THORNE.
(0
„w is een verstandig man en ik kan u
dus als intellectueel aanvallen. Onlangs lo
geerde ik bij Lord Hallcybury e-11 ik heb toen
twee ochtenden achtereen een langen wan
deltocht gemaakt men den bisschop van
Londen en veel met hem gepraat over deze
onder we rpen. Hij vindt, dat alles van den
welbewusten wil afhangt. Hij trachtte er mij
van te overtuigen, dat er achter deze zinne
lijke wereld nog een onzichtbare en boven
zinnelijke bestaat, en dat de mensch daar
mee in contact staat Ook gelooft hij in een
openbaring Gods, maar daarin kan ik hem
niet volgen. Dat was alles wat hij voor mij
doen kon. Wij scheiddon als goede vrienden,
ik heb hom duizond pond gegeven voor zijn
armenkas in het Oostelijk deel van Londen.
Maar zeg u gerust, wat u op het hart lieb'
ik wil er wel naar luisteren.
Hii keek don jongen man vragend aan,
terwijl hij een Russische cigaret rookte,
tlortre begreep wel dat hij met iemand te
doen hadr die verstandelijk veel hooger
stond dan hijzelf en veel meer gezien had
maar toch voelde hij zich krachtig en zei:
,Ik zou u wel iets te zegren hebben en ik
geloof vast, dat ik met een doei hierheen ge
zonden ben en dat dit niet toevallig is".
Hij zweeg 'even om zijn gedachten 'bijeen
te zamelen en meende, dut hij verbazing las
in de oogen van zijn gastheer.
„Ik ken u beter, dan u wel denkt," ging
Gortre voort, „cn op een andere wijze dan
vele goede en vrome Christenen u zien en ik
zeg u nu ronduit dat u een welbewust vijand
van Christus zijt".
I-Iet gelaat tegenover hem werd eenigszln»
onrustig, maar de stem bleef even bedaard
als te voren.
j „U sprookt volgons uw inzicht", zeide hij,
„lik ben geen Ghrislen, maar tocli erken ik,
dat er veel goeds in het Christendom is,
mijn vvoordon cn geschriften kunnen gehol
pen hebben om den sluier van het bijgeloof
en overgeërfde» invloed op te heffen en in
dien zin ben ik een vijand van het Christe
lijk geloof, onderstel ik. Mijn eonig excuus
is, dat ik in oprechtheid handel en u spreek»
harder en minder verdraagzaam dan ik ver
wacht zou hebben van iemand, die uw ambt
bekleedt".
Gortre stond op en zei: „Ik weet, dat u den
Ilcere Jezus haat cn Mom gaarne kwaad
zoudt berokkenen U is juist wat Judas was,
want lieden is mij licht gegeven om in uw
gedachten te lezen".
Sclinabe was ook opgestaan. Zijn gelaat
was bleek cn er glansde een licht uit zijn
oogon, dat den ander schrik aanjoeg.
„Wat weet u van mij?" riep nij, „wie...?'*
„Hoor eens", ging hij voort, „blinde leids
man der blinden, ik zeg, dat er een dag zal
aanbreken, dat liet geheeie gebouw der
Christenheid ineen ze! storten. Het zal plot
seling geiten ren en alles zal rtn.n verdwenen
jzijn. De bleeko Nazarcncr zal sterven under
den spot der wereld, zooals Hij reeds negen-
tienhonderd jaren geledon gestorven' is en
er zal geen vrouw komen met liet bericht
j van Zijn opstanding. U zult zich later mijn
(woorden herinneren als de tijd daarvoor ge
komen is."
Hij had met ongewone heftigheid gespro
ken ©n de woorden vielen als venijn van zijn
I lippen, er klonk een diepe overtuiging uit
de stem, waarmee hij deze boosaardige
woorden uitte.
J Schn-abc had het masker afgeworpen en
(het leek Gortre nu, of de ziel van Judas Is-
karioth uit zijn oogon blonk. Een duivelschc
glimlach speelde op zijn gelaat. Gortre
schrikte er van cn wankelde op zijn beeneit
Daarop verzamelde hij zijn krachten weer en
hield den ander niet zijn blik in bedwang,
j Schnalio verbleekte voor hem, want hij
zag dat zijn ziel van de waarheid vervuld
was.
„God is mijn getuige," riep Gortre, „nu ken
ik u: nu zie ik wie gij rijt. U weet, dat Chris
tus de Zoon van God is",
i Schnabe kromp ineen op zijn stoel.
1 „Antichrist", ging do beschuldigende stem
voort, .gil kont de waarheid on toch hebt gij
uw hand tegen God durven opheffen."
Daarop volgde een doodache stilt* die
ecnigen tijd voortduurde. Schnabe zat onbe
weeglijk bij het uitgaande vuur.
J Ileel langzaam kwam de kleur xveer op
zijn wangen terug en de gewone glans in
zijn oogen en na een poos zei hij:
„Ga heen en kom hier nooit weer terug.
U hebt nu uw diepste gedachten uitgespro
ken en toch zeg ik u, dat cr zulk een hef
tige slag zal neervallen op de Chrl6ton
heid, dat
j Snel stond hij op en trok liet gordijn van
I voor het raam weg. De morgen brak aan,
mistig cn somber.
„Laten wij hier maar een eind aan ma
ken," zei hij weer met natuurlijke stem,
„waartoe zou 't dienen, dat u en ik, atomen
all wij zijn, d©n nacht zouden doorbrengen
I om over oneindige dingen te spreken, waar-
van wij niets we ton. Ga maar gauw naar
j huis en rust nog wat Deze nacht is een
onaangename droom voor ons geweest, wij
j verschillen zeer op verschillende punten
van godsdienst Laten wij dat maar verge-
ten en u kunt mij als uw vriend besehou-
Gortre voelde zich als versuft; zijn hoofd
klopte en hij was doodmoede. Hij greep zijn
hoed cn jas, die Schnabe hem gaf en stram
j pelde het huis uit. Het was ongeveer 5 uur
cn het weer was vochtig en koud.
Met bleek gelaat liep hij den heuvel af;
hij kon niet geregeld meer denken. Wat
was het? Wat was de waarheid omtrent die
nachtmerrie, dien langen, afschuwelijken
nacht in die warme, weelderige kamerr
I Hij was in de war en na hot ontbijt wilde
hij naar een dokter gaan.
Toon hij onder aan den heuvel was en de
straat wilde inslaan, die naar zijn kamers
voerde, bleef hij nog even staan om te
rusten.
I Achter den heuvel steeg er een vorme-
looze wolkkolom op, die purper was ge
kleurd en de opgaande zon bijna verborg.
De zon blonk met rooden gloed cr door
heen. Dien morgen xx-as er geen wind en de
mist en (lc rook woei niet weg. Zij ver
spreidden 7:rh over de stad cn hielden alles
Met hcve-»de b°nd hn®lrte h'i zün huis
sleutel te voorschijn en toen hij die had
zag hij dat de donkere wolk zich verspreidde-
j „Daar zij licht!" dacht hij en viel bewus-
I teloos neer bij de deur. Zou word hij later
gevonden.
i Men droeg hem naar boven.
Ili-j werd te lied gelegd en was meer dan
j ei-o maand ziek, hard ziek,
VIJFDE HOOFDSTUK.
Een verloren ziel.
Robert Llwellyn zat in zijn ruime kamer
in het Britsch Museum aan zijn lessenaar
te werken; hij was juist bezig de laatste
regels te schrijven van zijn artikel over dc
Hebreeuwsche inscriptie in mozaïek, die te
Kcfi Kenna ontdekt was.
Het was ongeveer 4 uur 's middags en
I het werd al donker; de troostelooze schcme-
j ring van een wintermiddag in Londen. Een
•studeerlamp wierp een helder licht op zijn
i lessenaar op het vel ongelinieerd papier, dat
dicht beschreven voor hom lag.
Hij was de chef van de alueeling Bijbci
sche antiquiteiten in het Britsch Museum.
J ,'tUitzicht dat men had van uit de hooge
j vensters, was niet bepaald mooi te noemen.
Men bespeurde niets anders dan den ach
I terkant van-de groote sombere huizen, die
het Museum omringen on meestal als pen-
i sions verhuurd worden.
De kamer zeg er gezellig uit. Langs de
'muren xvaren planken aangebracht, die vol
I boeken stonden. Boven die planken hingen
i groote fotografieën in lijstjes en afbeeldin
gen van inscripties. Op een standaard «ton i
I nog met glas bedekt een duplicaat van Dr.
"Schick's model van de Haram Area gedu
rende de Christelijke bezetting van Jeruza-
f lem. In een grootcn open haard brandde een
helder vuur.
Llwellyn schreef den laatstcn regel van
zijn artikel met een zucht van verlichting
en leunde toen achterover in zijn draai
stoel. Zijn gelaat stond somber en zun
oogon xvaren dof door dc een of ander? ge
duchte, die hem door het hootd woelde en
hom blijkbaar "niet aangenaam aandeed.
De deur ging gcruiscliloos open. Allo be-
wqners van het Museum bewegen zici zon-
•ier veel gedruisch en schijnen onder don
indruk van het oude dat hen omgeeft Zij
jsch'jncn vervuld met een godsdienstigcn
eerbied voor het verleden. Lambert, de secre
taris van Llwellyn, trad binnen,
j Hij zei: „De firman is toegestaan."
„Zoo," zei Llwellyn, „is het eindelijk toch
gekomen, nadat wij zooveel maanden g«v
j wacht hebben? Ik was aan het Tnrksche
gouvernement gaan wanhopen, en ik dacht
eigenlijk, dat de toestemming nooit ton ct>
j geven worden. Dus dan zal het Genootschap
eindelijk beginnen om opgravingen te doen
top de verbeiden terreinen."
..Dat is groot nieuws. Lambert, cn wij zul-
Ion nu treffende resultaten krijgen, rtio 'ös-
torisch betrouwbaar zullen zijn. Misschien
I zal de geheeie theorie van bet Evangelie
j in de eerstvolgende jaren wol moeten her-
en worden.".
„Dot is heel wel mogelijk," zei Lambert,
„maar het kan ook zijn, dat er niets ter
wereld gevonden wordt"
Llwellyn knikte, maar op eens scheen *n
denkbeeld bij hem op te komen cn hij vroeg:
„Hoe weet je dit, Lambert, cn hoe is het
irobeurd?"
(Wordt vervolgd.)