SCHOMMELE
MELKOP
NDE
BRENGSTEN
DE STAND VAN DE
LANDBOUWGEWASSEN
te
MEER VOER
VERVOLQ, PAO. 2
Cns Praatuurtje
Wat ik hoorde,
zag, las en dacht.
Op reis en thuis.
In ons vorig, ons eerste nummer, kwamen
wij te laat om nog een plaatsje te krijgen.
En een plaatsje moet men hebben om een
poosje te babbelen over ditjes en datjes.
Zoo hebben de volksvertegenwoordigers
(die ook wel eens niet tegenwoordig zijn)
weer hun plaatsje in de Tweede Kamer al
of niet ingenomen.
Onze Koningin opent elk jaar de verga
deringen met een
TROONREDE
zoo ge weet en stipt daar altijd in aan de
meest belangrijke zaken. Ook over land- en
tuinbouw heeft H. M. even gesproken. Zij
zeide o.m. het volgende:
Niettegenstaande de oogst ook dit jaar
over het algemeen niet onbevredigend mag
heeten, zouden land- en tuinbouw zich
breeder imtplooien, zoo de prijzen der voort
brengselen gelijken tred hielden met de pro
ductiekosten. Vertrouwd mag worden, dat
de onlangs tot stand gekomen wettelijke
maatregelen ter bevordering van onzen uit
voer, heilzaam zullen werken op den afzet
in het buitenland.
Men schijnt nu in Den Haag ook te weten,
dat de uitgaven onevenredig sneller stijgen
dan de inkomsten. Of de uitvoermaatrege-
len, die genomen zijn, ons van dienst zijn,
zullen we nog maar even afwachten. Niet
al te optimistisch zijn lijkt ons het beste,
't Kan dan altijd nog wat meevallen, be
grijpt ge. Er is anders
GENOEG RAAD, DOCH WEINIG BAAT.
In een der bladen, die wi] wel eens in-
neuzen vonden wij ook zoo'n leuke raad.
Men besprak .daar de noodzakelijkheid om
maatregelen te treffen niet al te veel van
het dure (en nog duurder wordende) kracht
voeder te moeten koopen. Zoo iemand die
zulke wijze raden geeft heeft al va3t een
standbeeld verdiend, daclrt ik, dit lezende,
doch toen ik aan de raad toe kwam, was 't
mij ineens over. Een der middelen was
hooger prijs voor de melk maken.
Ja, dat heb je in je hand! 't Ontwerp voor
zijn standbeeld heb ik nog maar niet laten
maken. Ik bewaar het plan nu voor den uit
vinder van een goed middel tegen
PULO RIJMZIEKTE,
©cn der leelijkste ziekten die de hoen
derteelt kunnen teisteren, en waar mo
menteel niet anders tegen is te doen
dan door bloedonderzoek de meest
vatbare dieren aanwijzen en opruimen, in
geen geval daarvan fokken. Terwijl men
verder moet zorgen, dat de kuikens ln
goede conditie zijn, zoodat ze kracht genoeg
bezitten om de ziekte te doorstaan. En dan
natuurlijk een ruime huisvesting en een hy
giënische behandeling.
Ja, daar zijn we het wel over eens: om
gezond te blijven moet er een hygiënische
behandeling zijn en zoo zal zaaizaad, dat
om de kans op een ziek gewas zooveel mo
gelijk te ontgaan ontsmet is, zóó behandeld
moeten worden, dat het niet weer door zak
ken of anderszins besmet wordt Want dan
helpt al het ontsmetten geen steek.
Evenmin als de middelen tegen de
GLADIOLEN-ZIEKTEN
niet baten, als ze 6lap of ten halve toege
past worden. Er is eenige weken geleden,
naar we vernemen, aan alle gladiolen-
kweekers, en dat zijn er meer dan 3000, een
boekje met een beschrijving en bestrijdings
wijze der dVie belangrijkste ziekten: schurft,
kanker en droogrot gezonden. Blijkbaar doet
men dus alle moeite om de in den laatsten
tijd meer dan ooit zich openbarende ziekten
tegen te gaan. Dat valt te loven. Doch dan
ook allen meegewerkt. En krachtig meege
werkt. Dat kén men in de bollenstreek. Men
weet daar zeer goed, dat eendracht macht
geeft
Een enkele maal gebeurt het wel eens, dat
de eendracht zoek is, maar dat is nooit an
ders dan tot schade van hen die daarbij be
trokken zijn. Een eendrachtig optreden van
alle vereenigingen, die een zaakvoerder heb
ben, zou heel niet verkeerd zijn. Verschillen
de gewestelijke vereenigingen hebben al
xoo'n gemeenschappelijken
Econömle
en daar werken deze heel goed. Ook in an
dere provincies moest dit goede voorbeeld
gevolgd worden. Men moet wel bedenken,
dat controle nooit moet zijn een bewijs van
wantrouwen, doch wel een bevestiging van
het vertrouwen, dat men heeft In Duitsch-
land is elke coöperatie verplicht zich te la
ten controleeren en zijn bijna allen in on
derlinge contrólebonden vereenigd.
In ons land, waar het niet verplicht is, 1*
tamenwerking nog wel eens zoek.
Zeker verongelukt, denk ik, op de onmo
gelijk smalle, kronkelende wegen van West-
land, die allernijverste streek van Neder
land. Dat moet snel veranderen. Wel wordt
er al veel gedaan door de provincie, doch
een voorname zaak ontbreekt nog steeds.
EEN BREEDE VERKEERSWEG
DWARS DOOR WESTLAND.
dus van Den Haag over Naaldwijk naar
Rotterdam. Op de kaart van het Rijkswe-
gpnplan is, naar we vernomen, Westland
geheelvergeten.
En dan moet ge weten, dat het verkeer
in'het Westland volgens officieelo tellingen,
tweemaal zoo druk is als op de drukke
rijkswegen: Amsterdam—Utrecht en Arn
hemNijmegen. Toen ik het las heb ik de
Troonrede nog eens nagekeken, en ja hoor,
't staat er: „de verbetering der wegen zal
krachtig worden voortgezet". Nu maar af
wachten? 'k Zou 't niet doen. Dan blijft
Westland een witte plek op 's Rijkswegen
plan vrees ik, ondanks het groote bedrag
aan wegenbelasting dat daar betaald wordt
en elders verbruikt
Maar zoo gaat het wel meer: paarden die
de haver verdiend hebben, krijgen zo niet....
altijd. Ik had er op gehoopt ook met de pers
mcnschen mee te mogen rijden door het
schitterend schoone Westland, en te geme
ten van de heerlijkste van zijn producten
(zoodat ze haast te veel van het goede kre
gen) Maar ze kenden mi) nog niet Deson
danks zullen nlj. n-aar dit pas geeftde
roem cn de verdiensten van Holland s turn
vermelden en voor zijn belangen strijden.
Evenals de uitgenodigde PJer"°"?ee,,w££
digers zijn lot uitgebazuind hebben. Zyn
welverdiende lof.
Evenals de lof van de Roermondsche coö
peratieve eiermijn is bezongen bl] haar zil
veren feest, dat ze dezer dagen vierde.
Nu ze is ook van groote beteekenis deze
mijn waar in 1928
MEER DAN 164 MILLIOEN EIEREN tabak
voor een waarde van over de 10 millioen gul- abrieksaarda
den werden geveild, vijl deze cijfers al Buikerbieten
bijna bereikt waren op 1 .uien
jaar, dus over nog maar acht mawwen. Anchored
1 Is de grootste edervdiing van geheel
Europa.
Ziet ge, zulke dingen zijn nu eens weer
om trotsch op te zijn, on zoo zijn er meer. We
moeten de moed er in houden en al klagen
we wel eens als er gegronde reden voor is,
we mogen ook wel eens op onze roem en
onze vooruitgang letten.
En daarvan lezen we ook met zooveel ge
noegen hot verslag van de Kamer van Koop
handel voor Rijnland over de Bloembollen
streek, waarin gezegd wordt, dat in 1928 de
HYACINTHEN ZEER GOED
waren zoowel wat oogst als prijzen aangaat,
dat de tulpen een middelmatigen oogst en
heele goede prijzen maakten, zoodat dit ar
tikel goed loonend was. En met Narcissen
was dit ook het geval. Vooral die, welke
mot „special permit" naar de Ü.S.A verzon
den konden worden, waren zéér loonend en
winstgevend.
Zoo mag ik hot hooren.
En ik hoop, dat er ook dit jaar vele „spe
cial permits" niet alleen van Narcissen,
maar ook van andere bolgewassen en hoo
rnen en planten gegeven worden.
Ze gaan .anders in Amerika nogal eens
naar „becsies" zoeken.
Maar laten ze die thuis maar zoeken.
Misschien vinden ze ze daar meer dan op
onze planten. Onze insecten zijn voor hen
oogenschijnlijk voorwereldlijke monsters, die
alles bedreigen.
Maar, hoewel overdrijving niet goed is,
controle ook op wat ingevoerd wordt, is wel
heel goed. Evenals controle op wat uitge
voerd wordt Dit laatste terwille van onzen
goeden naam, weet ge.
Want die naam, ja, die naam,weet ge, die
is veel waard, doch wij raken hem zoo lang
zamerhand kwijt, door
'k Reisde dezer dagen met iemand, die
geregeld de veilingen bezocht en deze be^
weerde, dat het bedrog niet alleen zit bij
degenen, die ter veiling aanvoeren, doch
eveneens en niet het minst hij de grossiers,
wier praktijken onder weg en in hun lood
sen niet altijd even zuiver zijn.
Mcnschen, die zoo onze nationale naam
bederven, moesten zwaar gestraft worden,
evenals zij die knoeien met voedermiddelon.
De proefstations deelen wel mede, welke
knoeierijen door hen ontdekt zijn, doch schij
nen voorzichtig te moeten zijn met het noe
men der namen van hen, van wie die ver-
valschte waar afkomstig is.
Wat uit Amerika afkomstig is willen ze
in Tsjecho-Slowakije zoo goed als geheel
weren. Niet om de knoeierijen, neen, om de
eigen producten zooveel mogelijk te bevoor-
declen. Nu treft dit 6treven daar voorname
lijk ons, omdat wij
EEN ZOO BELANGRIJKE ROL
spelen bij de voorziening in de behoefte aan
Amcrikaansch meel in Tsjecho-Slowakije.
Nederland schijnt niet vaak tot de meest
begunstigde naties gerekend te worden. Ver
schillende andere landen maken het ons
ook lastig om daarheen te exporteeren.
Maar wij liggen niet met den eersten
stoot. Dan was het al lang met ons gedaan
geweest. Wij gaan er prat op, dat wij daar
zijn en hot wapen der Zeeuwen geldt niet
alleen voor die provincie: voor alle declcn
van ons land is het: worstelen en bovenko
men. Dat geldt niet het minst in de be
drijven van Land- on Tuinbouw.
Mijn praatuurtje is om.
Tot de volgende week.
't Is een algemeen bekend feit, dat de op
brengsten onzer melkkoeien in eenzelfde
taxatie-periode (dat is de tijd tusschen af
kalven en droog worden) nog al eens uit-
eenloopen.
Icdc'r heeft er wel weet van, dat bij ver
weiden, slecht weer en andere levensveran
deringen de melkgiften hierdoor krachtig
beïnvloed worden.
Nu is het veel meer dan vroegere jaren
voor don veehouder zaak, niet alleen een
zoo groot mogelijke, doch ook een zoo regel
matig mogelijke melkgift van zijn vee te
verkrijgen. Elke onregelmatigheid is schade
lijk.
Schadelijk voor de portemonnaie. Van
een brandkast is bij de meeste boeren, ge
loof ik, nog geen sprake, of 't moet zijn als
een herinnering aan vervlogen dagen, die
nog maar niet terug villen komen.
Schade, daar is een boer niet van thuis.
Dat past hem niet.
Wel eigenaardig, dat er nog zooveel boe
ren zijn, die weinig doen om schade te ont
gaan.
Ze boeren als hun vader en grootvader en
aan verandcron denken ze niet.
De tijden zijn veranderd. Do gewoonten
rijn veranderd.
En aan al die dingen ontkomt ook de
boer niet. ai meent hij van wel. Dus moet
zijn bedrijf ook met de tijden, meegaan en
verbeterd worden. Ook wat de melkopbreng-
ston aangaat, is nog wel wat te veranderen.
Ten goede wel te verstaan, aan veranderiugen
ten kwade hebben we geen behoefte meer.
Men moet overal acht op geven en alles
wat men opmerkt noteeren en verwerken.
Alles weer gebruiken voor zijn bedrijf.
't Kan gebeuren, dat een koe afkalft in een
tijd. dat het voeder niet al te ruim is. Dat
zal van invloed blijken te zijn op geheel
haar melkgift, in de lactatie-periode. En nu
weten we wel, dat een boer de eerste dagen
aan zijn pas gekalfde koeien wat extra
geeft, doch, hoe goed ook, voldoende om een
goede melkkoe te krijgen, is dat niet. De
i eerste maand of wat (niet: dag of wat) moe-
ten de koeien bijzonder goed gevoederd wor
den.
Als in die eerste drie of vier maanden
na het afkalven het voeder van minder ge
halte is, zal men minder melk krijgen.
Men moet dus zorgen, dat juist geduren
de den tijd, dat de koe het meeste geeft, de
melkgiften ook op 't uiterste gespannen zijn.
zoo hoog mogelijk opgedreven worden. Wat
de voeding beteekent voor de melkopbrengst
blijkt wel uit het feit, dat Prof Hanson een
goede veestapel, die slechts ongeveer 4300
K.G. melk gaf, door een krachtige, doelma
tige voeding, bracht tot een gift van ruim
7100 K.G.
Men moet zorgen voor hooi van goedé
kwaliteit. Of, kuilvoeder van best gras. Ja
ook kuilvoeder. Niet als noodmaatregel ge
maakt, doch doelbewust. We hopen daar
nog wol eens op te wijzen.
Maar nu letten wij bepaaldelijk op den
eisch: hooi of kuilvoeder van goede kwa-
liteit.
Hooi is hooi, zegt men wel eens. 't Is waar
Maar met even veel recht kan men zeggen:
Een koe is een koe.
Men begrijpt ons, niet waar? Er is nog al
wat onderscheid. En gras van uitmuntende
De akkerbouwgewassen zijn in verbamd
met het droge, zonnige weer tot nu toe on
der gunstige omstandigheden geoogst en
leveren een hoog beschot. Slechts de voeder
gewassen maliën op dit laatste een uitzon
dering.
Tarwe en haver zijn beide goed, zoowel
./at opbrengst als hoedanigheid van korrel
en stroo betreft
De veldboonen zijn vrij goed, erwten en
bruine en witte boonen goed.
Evenals het vorig jaar zullen er weer veel
aardappelen rijn van uitstekende hoedanig
heid. Op de hooge perceelen heeft 't gewas
eenigsztns door de droogte geleden, waar
door de knollen van de vroege soorten iets
i klein zijn gebleven.
Het. zetmeelgehaltë van de fabrieksaard
appelen schijnt goed te zijn, hoewel minder
dan in verband met den velen zonneschijn
werd verwacht De suikerbieten staan goed;
dank rij hot mooie weer, heeft het gewas
zich geheel hersteld van de schade, door de
bietenvlieg veroorzaakt
Het. weiland is op de hooge en ondoor-
latende gronden „verbrand". Op verschil
lende plaatsen moeten perceelen gras en kla
waarvan de tweede snede bestemd was
om gehooid te worden, als weide worden
gebruikt Overigens is de hoedanigheid van
de tweede snede zoowel van gras- als van
kla verhoed goed; echter zijn de hoeveelhe
den zeer gering.
Leidt men uit de voor de verschillende
streken opgegeven cijfers, onder inachtne
ming der beteelde oppervlakte, het cijfer
af voor het geheele land, dan verkrijgt men
het volgende resultaat waarbij verder hef
cijfer in de tweede kolom aangeeft hoe dc
stand op 23 Augustus jl. was, terwijl het
tusschen haakjes geplaatste cijfer aangeeft
hoe gedurende de laatste 10 jaren de stand
gemiddeld in September was.
Gemidd. stand
Stand op: in Sept in de
11 Sept 23 Aug. laatste 10 j.
tarwe
tarwe
haver
boekweit
veldboonen
erwten
bruine boonen
canariezaad
blauwmaanzaad
klaverzaad
splnaziezaad
suikerbieten zaad
voederbieten 64 67 (68)
koolrapen 54 (60)
paar dep een 64
weiland 45 49 (6<)
oude klavers 51
jonge klavers 52
herfstiknolle-n 51
spurrie 43
grashooi (2e snede) 42
klaverhooi x 52
Door de correspondenten wordt de stand
opgegeven in cijfers, waarbij 100 uitmun
tend, 90 zeer goed, 70 goed, 60 vrij
gced, 50 matig, 40 vrij Slecht, 30
slecht en 10 mislukt
76
68
63)
76
68
6?)
72
71
68)
61
55
47)
63
63
61
71
71
63)
70
70 (60)
79
70
65'
57
51
=j
70
67
-
77
60
-
67
-
->
72
71
06)
79
75
66)
70
68
67)
73
75
64)
n
17
HET VROEG ROOIEN DER
GLADIOLENKNOLLEN
Ten einde zooveel mogelijk gezonde Gladi-
olenlinollen te oogsten, wordt door den Plan-
tenziektenkundigen Dienst aan alle Gladio-
luskweekens ten sterkste aanbevolen de
knollen zeer vroeg te rooien, zoo mogelijk
drie a vier weken voor den tot nu toe gft-
bruikclijken datum. Volgens den Canadee-
schen onderzoeker F. L. Drayton weegt de
betere gezondheidstoestand der vroeg gerooi
de knollen ruimschoots op tegen de iets ge
ringere grootte.
Bij het rooien moet men de planten, die
duidelijk ziek zijn, niet medeoogsten. Op het
veld kan men daardoor reeds veel doen om
den gezondheidstoestand der geoogste par
tijen te verbeteren. In het bijzonder kan
men de door de droogrot aangetaste planten
verwijderen, daar deze gemakkelijk her
kend kunnen worden aan het bruin en
eenigszins rottig zijn van het onderste deel
der hladscheeden, waarop men vele zwarte
zwampuntjes kan waarnemen. Verder leve
ren gele planten en planten met gele, of
bruine strepen of vlekken op de bladeren
zieke knollen.
Ook wordt ten zeerste de aandacht geves
tigd op de noodzakelijkheid de kralen uit
sluitend van groene gezonde planten met
blanken hals te oogsten. In het bijzonder
het hardrot kan op het blad van jonge plan
ten zeer vele lichtbruine vlekken veroorza
ken en daardoor zeer schadelijk optreden.
De slechte gezondheidstoestand van vele
partijen is voor een deel het gevolg van
het planten van zieke (aan zieke planten
gegroedde) kralen.
Alles wat als niet deugdelijk bij het
rooien uitgeschoten wordt, moet spoedig
van het land verwijderd en üefst verbrand
worden.
Ter verbetering van den gezondheidstoe
stand der geoogste partijen is het gewenscht
dat deze raadgevingen zoo nauwkeurig mo
gelijk worden opgevolgdt
DROOGTEGEVAREN BIJ GROND-
BEWERKING
O. JL
kwaliteit moet men van zijn land zien te
krijgen. Dat kan.
Door een goede behandeling van zijn land.
Een goede behandeling wil niet enkel zeg
gen: een zware bemesting. Er is ook wel
wat anders aan het land te doen.
zware bemesting wil niet zeggen:
alléén zware stalmestbemesttng.
We zouden geneigd zijn te zoggen: ook
van hot goede kan men ook te veel krijgen.
Goede stalmest is puik, doch een ©vervlo©- i z waard ere naar verhouding het eerst nit-
D« JMJkelandbouwcoiisuIeirt ïr.
Cleverlnga te Zutphen schrijft.'
Nb na een drogen winter, voorjaar en
zomer ook nog een droge herfst volgt,
zijn vele gronden totaal aan het eind van
hun waterreserve, die zij tn fijnere holten
uit vroegere regens hebben verzameld on
bewaard.
Het eerst bezwijken de lichtste gronden,
die weinig fijne bestanddeelen bevatten
(kiel, leem, humus) cn daardoor een gering
waterhoudend vermogen hebben, terwijl
bovendien kalkanne gronden onder
dig zware bemesting er mee heeft zijn scha
duwzijden.
Een regelmatige, voldoende, ruime voeding
zal ons vee tot melkmachines maken. Voor
al regelmatig. Al weten we dat er ook n©£
andere factoren in 't geding rijn.
Daarover schrijven we nog wel eens.
Het jaar 1929 zafl zeer zeker voer vele boe
ren een jaar rijn, dat door hen wordt aan-
getcekend. De merkwaar-ine strenge en zoo
lang aanhoudende vorst, die tot diep in het
voorjaar alles in he* ijs hield, heeft een
grooten invloed gehad op do hoeveelhedon
voer voor het vee Doordat de stal periode
zoo lang duurde, is allo hooi- en, strooroor-
raad bijna verbruikt.
Als tweede bijzonderheid in dit jaar mag
wel aangeteekend worden de geringe hoe
veelheid regen, die er gevallen is. Vanaf
Januari rijn er streken in ons land, waar de
grond nog geen enkelen keer „aangeregend
is. Zelfs in de lage veenatreken heeft men
in dezen zomer weinig kampen gehad, die
den invloed van het droge weer niet onder
vonden. Dat was dubbel schadelijk, daar de
weilanden door den strengen winter veel
van hun beste grassen hadden verloren, ter
wijl, wat er nog overgeschoten was, door het
droge voorjaar niet aan den groei kon ko
men en het. hooi'and dus heel wat minder
opbracht dan men gewoon was.
Met de klaverakkers was het nog meer
tobben. De meeste boeren hebben hun lvla-
vero gescheurd, terwijl dliie, welke dit niet
dedien, een zeer schralen ooget hadden, voor
een groot, deel dan nog bestaande uit „tas-
schen", wat aan de eigenaardig gele kleur
van bet klaverhooi duidelijk was te zien.
AMezamen redenen, die het duidelijk ma
ken, dat er op 't oogenb'iik een algemeens
klacht is over voedselgebrek. Vele boeren
zijn reeds nu genoodzaakt te gaan bijvoeren
Dat geschiedt dan door het geven van koe
ken. Dat is echter verbazend duur.
In het gemengde bedrijf begint men ook
rijn toevlucht te nemen tot het bijvoeren
van aardappels
Dat ligt voor de hand. Da prijzen van dit
product rijn zoo treurig laag, dat men er
met de teelt niet uitkomt. Te begrijpen is
dus, dat, waar men deze koeken moet koo
pen, en men goedkoope aardappels heeft
liggen, liever detze laatste opvoert
Zaak is echter wet, om er voorzichtig dim
te zijn. Wanneer men het to te groote mas
sa's voert krijgt men last met de spijsverte
ringsorganen.
Ook het bewaren is een belangrijk punt.
Wanneer men ziet berekenen, overeenkom
stig de samenstelling van don aardappel,
dat de waarde ongeveer gelijk staat met een
vierde deel van de toalswaarde, dus zeker
niet minder dan een rijksdaalder por 100
K.G., dan ia te begrijpen, dat bij oen ver
koopprijs van een gulden vijftig en nog
minder, men oyer bewaren gaat denken. Dit
bewaren kan in gewonen toestand gebooren.
't Kan ook gedaan door zo in to kuilen. Dat
inkuilen wordt weer verschillend gedaan.
In rauwen toestand, of wel men kookt of
stoomt eerst de aardappels, om re daarna
in te maken, terwijl als derde manier ook
wel een wijze van inmaken voorkomt met
gras er tusschen gemengd. Waar de herfst
echter juist door het schitterende, maar dro
ge weer, weinig gras heeft bpgeleverd, zal c
hier wel niet te veel van rijn.
Hoe nu dus verder te doen? Er is voor
beide manieren heel wat te zeggen. Immei
koken of 6toomcn is heel goed, maar het is
kostbaarder en geeft nogal wat werk tevens.
Vooral ln de gemengde bedrijven Is hot ech
ter op T oogenblik nogal druk, zoodat tijd
voor inmaken wel zal ontbreken. Dan ie er
echter geen bezwaar nog wat te wachten.
Ook in rauwen toestand is de aardappel nu
wel te bewaren, wat ia het voorjaar natuur
lijk moeilijker gaat, daar men dan last van
schieten krijgt.
Wat is nu de waarde der aardappels?
Voor voer aan de koeien kan men verge
lijken: 400 K.G. aardappels met 800
voerbieten, 1200 K.G. ingekuilde pulp en
K.G. gerst of maïs.
Men kan er dus bij den aankoop van rijn
pulp rekening mede houden. Misschien kan
men ook wat ran zijn voerbieten verkoopen
en daarvoor aardappels vervoeren, t Wordt
dan natuurlijk een rekensommetje. Wat
kosten mij bij verkoop de voerbieten en wat
geven mij de 400 K.G. aardappels, daaraan
gelijk in voedingswaarde. Natuurlijk moet
men de bieten dan kunnen missen en moet
men rekening houden met de onkosten die
er te maken zijn, indien men de aardappe 's
kookt of stoomt, vermeerderd met de onkos
ten van het inkuilen zoo noodig. Er bestaan
voor het fijnmalen van dc aardappels ook
reeds heel aardig ingerichte werktuigen. Op
de Landbouwtentoonstelling te Woudrichem
op 17, 18 en 19 Sept j.l. werd er nog oen
heel praclisch gedemonstreerd.
geput rijn, omdat zij door een te dichte
taaie bouw te weinig inwendige ruimte
bevatte», waar water zou kunnen worden
geborgen.
Deze herfst moet men hetzij het veer
grondig verandert in bet bljzondor op
gronden, dio neiging hebben om stoffig te
worden, uiterst spaarzaam zijn met J-
grondbewerking. Hoe minder men er
roert en hoe ondieper men bewerkt hoe
meer ze van de spaarzame regonbuicn
kunnen profiteeren en hoe beter de kie
ming der wintergewassen zal plaats heb
ben. Daarbij komt dat sedert de vorige
bewerktng boo weinig regen ré gevallen,
dat de grond niet erg vast 1b gezakt. Ook
dh pleit voor een ondiepe bewerktng. In
een vochtiger jaar kan dan wr
ke beurt worden gegeven.
DE PLUIMVEEHOUDERIJ IN ONS
LAND
De pluimveehouderij is voor
land een belangrijke bron van inkomsten
geworden. Er wordt thans in ons land naar
schatting per jaar voor 120 millioen gul
den aan eieren geproduceerd, ongeveer
een tiende deel van de opbrengst van de
totale bodemproductie. Van deze 120 mil
lioen gaat voor 80 millioen naar het bui
tenland en wol voor drie vierde gedeelte
naar Duitschland. Bij de landbouwproduc
ten nemen eieren (met slachtgevogelte)
wat den uitvoer betreft, de negende plaats
De sterke toeneming van de kippenbou-
derij is pas van de laatste jaren. Eerst
sinds 1921 is er in ons land een belangrij
ke toeneming van de pluimveehouderij ge
komen. Wel stak 1914, wat dit betreft, bij
rijn voorgangers uit, doch in den oorlog
moest door gebrek aan voer de pluimvee
houderij 6terk worden ingekrompen.
Voor 1907 was in ons land deze tok van
het landbouwbedrijf van weinig beteeke
nis. In dat jaar werd er een kleino hoe
veelheid eieren uitgevoerd, maar voor dien
tijd was er meer invoer dan uitvoer.
Naar schatting worden et in ons land
thans 18 20 millioen kippen gehouden.
Als onderdeel van het landbouwbedrijf
komt de pluimveehouderij 't best nh. Er
vatl uit 't boerenbedrijf nog al 't een en an
der af, dat in de pluimveehouderij loo
nend kan worden gebruikt, wat de hoen
derparken missen. Op de mee9te kippen
op de boerderij kan gemiddeld f 2 per kip
en per jaar verdiend worden.
DE KASSENBOUW rN HET
WESTLAND
In uDe Tuinderij" lezen wijt
In dit seizoen zal er aan ds Westland-
sche bedrijven niet die uitbreiding wordon.
gegeven, zooals de laatste Jaren. Dit blijkt
duidelijk uit de weinige orders welke de
ka&swnbouwers ontvangen. Wel is er
deze branche nog heel wat werk, doch over
eenige maanden zal dit wel verminderen.
De uitbreiding der tomatenteelt zal daar
door niet zoo met sprongen gaan, als nu
eonige jaren geleden het geval was. l>c
uitkomsten van deze teelt hebben tot deze
geringe uitbreiding wel aanleiding gege
ven, terwijl ook de algemeens toestand in
het tuinbouwbedrijf geen groote uitbrei
ding rechtvaardigt. Druivenserre's ver
rijzen er wel weer op verschillende plaat
sen, doch yele kweekers rijn van gedachte
dat de grootte van hun bedrijf voldrende
is. Warenhuizen zullen er met veel bijko
men, alleen in de komkommercentra bron
gen ze het platte glas meer en meer „om
hoog" en wijzigen dit voor de tomatenteelt.
Op het gebied van verwarming is er meer
anlmo.De loonende prijzen van het stook-
bedrljf en de teleurstelling der „koude"
tomaten werken ln deze richting. De ver-
warmings-installateure hebben handen vol
sehoorsteenen verrijzen
Gevaren voor den Tuinbouwer,
Er komt te groote uitbreiding
aan tuinbouwbedrijven.
Zuid-Europeesche landen treden
pp als gevaarlijke concurrenten
Onzo nijvere agrariërs, die geen kans meer
rien, tegen de steeds sterker wordende stroom
van tegeD6lagen op te tornen, lieten en la
ten zich wel eens verleiden een andere koer»
to nemen en zich toe te leggen op den tuin-
bouw. A
Door verschillende plattelandsautoriteiten
werd zelfs krachtig medegewerkt in die rich
ting en plaatsen waar men vroeger niet dacht
aan tuinbouw zijn soms zeer belangrijke
tuinbouwcentra geworden.
Volgens mededeelingen van den bekenden
heer F. V. Valstar, had er in 1928 ln verge
lijking met het voorafgaande jaar een ciil-
tuuruitbreiding van meer dan 23 pereent
plaats.
Dit is een cijfer om van he schrikken.
Bange zorg vervult dan ook velen, die op
tuinbouwgebied goed georiënteerd zijn.
Want, 't is niet die 23 percept alléén, die
„as bang doet zijn. Men moet dit lu verband
brongen met de internationale verwikkelin
gen op tuinbouwgebied.
En dan weten wij heel goed, dat we in.het
hoekje zitten waar de klappen vallon.
Beconcurreerd worden wij door de Zuid-
Europeesche landen, die vroeger op do markt
komen en goedkooper kunnen produceereri,
omdat o. a. druiven en tomaten daar zonder
glas en zonder verwarming eerder ©f even
vroeg marktklaar rijn als hier.
Vroeger dacht niemand aan die landen als
concurrent, doch de tijd heeft ook hier ge
leerd, dat wat niet is, kan komon en dat da
ontwaking van het Zuiden op den interna
tionalen afzet een grooten invloed he«rft.
Als wij er nog niet aan denken vroegq
aardappelen op de markt te brengen, heeft
o. a. Italië de markti van Zuid-Duitschland
al voorzien van dit produkt en prijzen go-
maakt, die onze enkele overgebleven centen
doen rinkelen van jalousie.
En die aardappels komer ran poters uit
ons land betrokken, terwijl deze pot ere aan
de grenzen geen of weinig bezwaren tn den
weg gelegd waren, integendeel met vreugde
ingehaald werden.
Maar als wij later op de Europeescho
markt komend de grenzen willen passé eren
onTooeten wij allerlei slagboomen en sta
ketsels.
Onze uitvoer, wij weten het, loopt hij ver
hoogde tarieven zéér ernstig gevaar. F.n het
zijn juist de nieuwe tuinbouwgebieden, dia
daardoor het meest getroffen worden.
Daar heeft men nog niet de noodige reser
vekracht om tegen een stootje opgewassen
te zijn. Daar mist men nog vaak voldoende
kennis en inzicht in het bedrijf om op tijd
in te grijpen, te veranderen of af te wach
ten.
't Lijkt ons voorshands niet juist om, al*
les in aanmerking genomen, landbouwbedrij
ven om te zetten in tuinbouwbedrijven met
intensieve cultuur. De zwarte bcssenpropa-
ganda en de tomatenkweek met als gevolg
zulke lage prijzen, dat het plukloon nauwe
lijks betaald wordt zijn waarschuwende voor
beelden.
Niemand beginne zijn landbouwbedrijf om
te zetten in tuinbouw of koope of hure togen
hooge prijzen landerijen om daarop het tuin
bouwbedrijf uit te "oefenen zonder vooraf bij
goed ter zake kundigen, die heel geen be
langhebbenden zijn, advies ingewonnen te
hebben.
De cijfers die wel eens genoemd worden
als opbrengst per H A. tn een tuinbouwbe
drijf zijn soms zeer misleidend voor een niet
deskundige, omdat dit meestal brutocijfcrs
zijn en men als buitenstaander heel geen
idee heeft wat er af moet voor men aan het
nettobedrag toe is. Gesteld al, dat er een
nettowinst gemaakt wordt.
AMERIKA
EN ONZE BLOEMBOLLEN
De Senaat verwerpt het wets
voorstel finaneieeU commissie.
De directie van den Landbouw deelt mede,
dat blijkens telegrafisch bericht van den
rijkslandhouwconsulent te Washington de
senaat het wetsvoorstel van zijn financieel©
commissie tot beperking der embargo-be
voegdheid van den minister ran Landbouw
heeft verworpen.
Bovengenoemde beperking gold voorname
lijk de bevoegdheid van den minister van
Landbouw in Amerika om het invoeren vaa
planten, enz. te verbieden op grond van ver-
ondersteld gevaar voor ziek'en en Insecten.
Zoo hot heette, doch in werkelijkheid was
het niet andere dan bescherming van eigen
kweek erij en.
FRUIT OOGSTEN
Nog te weinig is bij vele fruittelers door-
massa's uit den grond Niet alleen groote gedrongen, dat een goede oogst en bewaar-
DE BOLLENTEELT IN AMERIKA
Ook met d« bientsnfjmachln© worden de
rauwe wel gesneden. Heeft men echter geen o millioen bolle*,
aardappels, of ziet «ven tegen het werk en I Naar schattingen van
oogpunt van werk en ©ogstverdeollng hoogte, dat van goed geoogst fruit de be>
wordt dit eok door de kweekers bekeken, iwaarliiaoht veel grooter is dan van minder
goed behandelde vruchten.
Vooral ou de prijzen zoo terugloopon of
laag blijven lijkt het ons nog meer dan an
dere gewenscht om het fruit zoo voorzich
tig mogelijk te oogsten.
Bij deze prijzen zuilen de koopers nog
meer eischen 6teilen aan het fruit en gaarne
meer dan de extra plukkosten betalen.
Menigeen mag bij de lage prijzen bal-
De voornaamste Narcissenkweekers tnoorig worden en zeggen: „sla de hoel er
Washington zijn reeds zoo goed als klaar maar af, hoe minder arbeidskosten hoe lie-
met het rooien van hun bollen en velen ver", doch dat is niet goed. Ook niet voor de
treffen reeds maatregelen voor hoi op-ooget van het volgend jaar.
nieuw planten. In de meeste gevallen ivas i Veel VTOohthout en knop gaat op deze wii-
de groei zeer bevredigend, ofschoon in een ze «ronde
paar kweekerljen materieele schade is ge-
leden door den afgeloopen strengen win
ter. Geen enkele kweeker heeft echter zul
ke sehade geleden, dat hij voornemona is
zij* kweekerij te verplaatsen, hoewel som
migen dit jaar hun bollen dieper planten
en 1* enkele gevallen hun dralneergree»-
pels maken. Voor zoover men dit schatten
kan, zal er dit jaar een oogst zijn van pl.m
ZILVEREN JUBILEUM
Op 1 October zai de R ij k s z u 1 v e 1-
school te BoleWi.rd 25 jaren hebben
bestaan. Het bestuur van de Vereeniging
- - de Tan oud-leerlingen dier school bereidt een
de risico op, hoe dan voor moer voer te zor- kweekers, die zij baBeeren op Inlichtingen viering van di: jubileum te Bolsward voor
gen? Daarvoor is nog een mfcfcfel In de go- utt de ander© districten, zal de toiAalop-
mengde streken, door nog meer dan t©t dus- brengsl uit hat gahoele land ran (harde) Aan dc se*1001 eer> tegeltableau worden
verre te zorgen voor de hteenhoppf» an „aretasan dit jaar rijn 12.006.000 lot aangeboden, «n namiddag» zal een her-
-blaren. Die vormen in den herfst ©en waar 15.000.000 en zullen er minstons 10 Jaar aenkJngsvergadenng plaats hebben. Daarna
devolte aanvu'lng op den voedselvoorraad.verloopon, voor de kweekers aldaar in verzamelen de oud-lecrllngon mot hun da-
Nog maar al te veel gaan er echter don staat zullen rijn om de markt te voorrion mes en genoodigden zich te Leeuwarden
grond in en worden daardoor nJ©t lot hun van de hoeveelheden bollen, welk© vroeger aan een gemeenschappelijke maaltijd, ge-
rc44« waarde «rebraeht Daarover not nadar. iedor jaar utt Nadariaod ward tagevoard. 1 volgd door aan feestavond.