EET MEER CHOCOLADE REEPEN
EETDAN
DONDERDAG 5 SEPTEMBER 1929 TWEEDE BLAD PAG. 6
tijdelijke uitstralingen zijn.
Dat is het onoverbrugbaar verschil tus-
schen Christendom en heidendom, dat het
Christendom de religie niet als een func-
t i e van den menschelijken geest vat
naast andere functies, doch als de abso
lute wortel aller functies.
De mensdh kan en moet, ondanks alle
bedenkingen der z.g.n. kritische, humanis
tische wijsbegeerte, in zijn beschouwing der
realiteit, boven z.g.n. immanente functies
uitstijgen. Want achter al zijn tijdelijke
functies, schuilt zijn religieuze persoonlijk
heid, die aan den religieuzen wortel van
heel de schepping deel neeft.
Maar dan is ook alle verabsoluteering
van hetfunctioneele in de werkelijk
heid onmogelijk geworden.
Alle functies der realiteit zijn even
noodwendig in de structuur der volle rea
liteit, gene heeft een exclusief recht
Terwijl het Thomisme compromissen sloot
met de hoidensohe nous of rede ver
absoluteering, heeft het Calvinisme de
Christelijke grondinstelling zonder eenig
compromis doorgevoerd.
Zoo kon het ook de souvereinitelt in eigen
kring van alle realiteitsfuncties erkennen
en tegelijkertijd haar dieper organisch-reli-
gieus totaJiteitsverband handht.i'en. In de
structuur vaA iedere functie komt dit total i-
teitsverband uit, die een onoverkomenlijke
hinderpaal is voor haar verabsoluteering.
Alle mathcmatTcisme, materialisme, psychó-
logisme, logicisme, historisme of moralisme
in de realiteilsbeschouwing is zoo a limine
uitgesloten en de eerste these van de nnicf-
realistischc instelling is religieus-wijsgeerig
opgeklaard.
De tweede these: de werkelijkheid Is een
organische samenhang van ihdividueele
dingen, voert in 't kernprobleem der wer
kelijkheid, baar individualiteit.
Het ding is in 't licht der Calvinistische
wctsidee een individueele totaliteit van
werkelijkheidsfuncties onder qualificatie
van een „leidende" functie.
De boom als ding heeft mathematische,
mechanische en energetische functies. Doch
eerst in zijn biotische functie van levend
organisme is de boom als zoodanig gequali-
ficeerd. Die biotische functie is de „leiden
de" ten opzichte van de vroegere. In de
/inwendige" structuur van den boom zijn
met volledig behoud van haar souvereini-
teit in eigen kring en cigenwettelijkheid,
alle vroegere functies gericht op het verband
niet de „leidende" functie.
Er heerscht harmonie, en totaliteitsver-
band.
De pluraliteit der werkelijkheidsfuncties
komt eerst weer uit in de verhouding van
den boom tot de „Umwelt". De biotische
functie is als „leidendè" de laatste subjects
functie van den boom in de werkelijkheid.
Doch in alle latere wetskringen heeft de
boom reëele objects functies, die eerst
door de psychische, logische en na-logische
subjectsfuncties- van hoogere wezens kun-
ncu worden „ontsloten" en gerealisoerd.
Zoo beeft dus de boom reëele psychische
kwaliteiten, maar alleen in objects
functie, die toegeordend is aan een psychi
sche subjectsfunctie. Zoo heeft de boom een
reëele logische objectsfunctie, toegeordend
aan de logische subjectsfunctie van den
mcnsch etc.
Zoo valt du9 definitief de antiek-wijs-
geerige en humanistische uiteensoheüring
van zijn en bewustzijn, van phaenomenon
en noifmenon. Ook de tweede these van t
n ai of-real isme is vanuit de Calvinistische
wetsidee religieus-wijsgeerig opgeklaard.
OolC'ffeesteliJke realiteiten als kunstwerk,
staat," bedrijï ën kerk-instituut hebben indi-
vidueelen dingstructuur, zijn door een
„leidende functie" gekwalificeerd.
Alleen de mensoh beeft geen kwalincee-
rende functie, want het bezit, van eën „lei
dende functie" beteekent tegelijk begrenzing
tot het tijdelijke. De mensch heeft bovenal
zijn functies eeuwigheidswaarde en gaat dus
in den kosmos niet op.
Zijn religieuze wortel wordt in t Chris
tendom gezien aid van individueel e
waardij. Doch 't Christendom leert geen in
dividualisme of individucn-verabsoluteering.
De Christelijke grondgedachte van liet
Corpus Cihristianum leert bet individu
waardeeren in het religieus verband van
het lichaam van Christus.
Het heidendom heeft nimmer het indivi
du in zijn eeuwige religieuze waardij kun
nen zien. Bij de verabsoluteering van de
regiefuncties wordt het individu neerge
drukt tot het phaenomenon, den zinnen-
schijn. Het nominalisme verabsoluteert het
individu tot „Ding an sich".
De Christelijke individualiteitsbeschou-
wing is in haar religieus karakter onbereik
baar voor de niet-schriftuurlijke wijsbegeer
te en is alleen in staat ons den zin der wer
kelijkheid te openbaren.
NEDERLAND EN BELGIE
OP DE CONFERENTIE TE DEN HAAG.
De correspondent in België van „De Tijd
bericht, dat blijkens door hem te Brussel in
gewonnen inlichtingen tijdens de conferen
tie in Den Haag een ontmoeting heeft plaats
gehad tusschen de Belgische ministers Jas
par en Hvmuns en hun Nedcrlandsche col
lega's Ru'ys de Beerertibrouck en Jhr. Bec
laerts van Blokland. De ministers van bui
tenlandsche zaken der beide landen zouden
de besprekingen, welke te 's-Gravcwhage
zijn ingeleid, te Genève voortzetten.
DE 50ste ALGEM. VERGADERING
TE HAARLEM
Ds. P. M. de Jong over patronaten
Patronaten in 't drankbestrijderswerk
onmisbaar
NAT. CHRISTEN GEHEEL
ONTHOUDERS VEREENIGING
Nadat de behandeling van de voorstellen
.an buishoudelijken aard in de zitting van
Woensdag was geëindigd,' kwam aan het
woord1 Ds. P. M. d e J o n g, van Zutphcn, die!
een referaat hield over
Patronaten.
Heeft het woord Patronaten aldus Spr.,
een vreCmde k\ank voor sommigen; in geon
geval is 't een onvriendelijke klank. Vron
ger jaren dacht men' er andere over. Maar
de woorden patronaat en patroon hebben
burgerrecht, beter nog reclasseeringsrecbt
gekregen.
Patroon stamt af van het Latijnsche
woord pateeva de r. Patroon wit derhalve
zeggen: Vaderlijk leidsman. Kan 't mooier?
De man of de vrouw, die leiding tracht te
geven aan een menschenleven, die uit den
koers is geraakt, een patroon, een vaderlijk
leider te noemen, veraieJit niet anders dan
toejuiching.
In ons drankbestrijderswerk zijn patro
naton onmisbaar. Ons drankbestrijderswerk
moet ook reddingswerk rijm.. I.n aanraking
komen met s'aclitoffere der drinkgewoonte
doot. gevoelen de behoefte aan goede drank
bestrijdersorganisatie. Maar er is meer noo-
dig; persoonlijk contact met den geredde
kan ndet worden gemist Zielsgeheimen en
levensgeheimen zal men alleen uitspreken
onder vier oogen; het noodige vertrouwen
zal men alleen schenken on- de noodige lei
ding zal men aanvaarden van één persoon,
van een patroon.
Jai ons gewone drankbestrijderswerk, als
reddingswerk kan het patronaat niet ge
mist. Met de grootste zorg moet de persoor.
aangewezen worden, die met den geredde
het noodige contact onderhoudt
Bijzonder wordt gedacht aam het red
dingswerk, dat bekend is als reclasseerings-
werk, al mag dat eerstgenoemde in geen
geval vergeten worden. Voorkomen is beter
dan genezen. Bemoeiingen met personen,
die mot den strafrechter in aanraking kwa
men zijn veel en veel moeilijker en leveren
zeldzamer resultaat.
De weg naar de rechtzaal em het sfrafgc-
sticht loopt dikwijls via het drankhuis. Pa
ter Haefousus gaf in zijn referaat „Drank
misbruik en Reclassering", voorjaar 19-20,
deze ontstellende cijfers: „vam de vernor
deelingcn. zijn er jaarlijks 18.000 a 19.0C0
rechtstreeksc.hc dramkgevallen".
Hier is een taak voor de drankbestrijders
organisaties. Drieërlei taak'. 1. Door het in
stituut der voorwaardelijke veroordeeling in
strafzaken. 5. Door het oelbezoek bijzonder
de voorbereiding van het ontslag. 3. Doo
het instituut der voorwaardelijke invrij-
heidstellimig.
In alle drie gevalllen zal het reclassei
ringswerk slechts half" werk .zijp,.,indien
niet gebruik gemaakt wordt van patró
oaten, van leiders of leidsters; die per
soonlijk contact trachten te onderhouden
met de voorwaardelijk veroordeelden, met
de ontslagengevangenen en met de voor
waardelijk in vrijheid gestelden..
De stelling wordt verdedigd: geen goe
de reclasseering zonder goed«
patronaten.
Gewezen wordt op de beteekenis van de
patronaten, speciaal in drankgevallen. Met
groote zorg moeten de patroons worden ge
zocht. Geen vaste regels voor alle gevallen
De patroon zij in ieder geval een meelevend
afdeelingslid; zij een -practisch, nuchter en
kalm mensch, maar bovenal een Christen-
mensch.
't Besef moet leven, dat èn organisatie
èn patronage slechts middelen zijn om in
aanraking te brengen met Hem. die alleen
machtig is te maken tot andere nteuwe
menschen; het groote, afdoende rec.lassce-
ringswefle.
Naar aanleidig van dit referaat had een
drukke bespreking plaats, waarin de aan
dacht or op werd gevestigd, dat het heel
moeilijk is voor de gereclasseerden een pa-,
troon te vinden. In het kort antwoordde de
inleider. Het referaat van Dre. Van der
Spek kon niet meer gehouden worden.
De sluiting.
Vóórdat de vergadering werd gesloten
bracht de Voorzitter dank aan de af-
deel'ing Haarlem voor de goede ontvangst.
Spr. zeid'e te hopen, dat de vergadering goe
de vruchten moge afwerpen en dat men na
deze degen bemoedigd en gesterkt mogo
voortgaan.
Ds. Bargcr dankte den. Voorzitter voor
de goede leiding der vergadering en Ds.
M on t ij n voegde daaraan toe, dat men Ds.
Veca niet alléén daarvoor heeft dank te
weten, mar ook hier voor dat hij meer dan
2l/z jaar het Voorzitterschap heeft waarge-
Daarna sloot Ds. Dijkman, van Haar
lem, de druk bezochte vergadering imet
dankgebed'.
OUD-MINISTER VAN DIJK
OVER DE RUDOLPHSTICHTING
Ter 40ste CEentrale Diaconale Conferentie
gaf de heer Wijnheek gistermidag een his
torisch overzicht, dat wij in ons blad van
gister meedeelden. De hoer Wijnbeek werd
als secretaris lof voor diens werk en dank
jor diens overzicht gebracht.
De heer J. J. C. v a n D ij k, voorzitter van
de „Rudolphstichting", verstrekte daarna me-
dedeelingen over;
40STE CENTRALE DIACONALE
CONFERENTIE
De Rudolphstichting.
Spr. stelt op den voorgrond, dat er geen
reden bestaat van wantrouwen, want de
nieuwe stichting staat los van de oude en
ze draagt geen verantwoordelijkheid voor
wat vroeger geschied is.
Na kort de totstandkoming der stichting
gememoreerd te hebben, bespreekt de heer
van Dijk de conclusies van do commissie-
Bos, inzake de cocducatie, welke van betee
kenis zijn voor het opvoedende werk der
stichting.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Hierdoor zijn aan de stichting verechillen-
de èischen gesteld betreffende het vrouwe
lijk element bij de opvoeding, de observatie,
de vorming van kleine gezinnen, het onder
wijs, enz. enz.
Aan sommige van die eischen kon de
stichting tot nu toe niet voldoen.
Over de leiding der stichting door den
heer Gcleijnse kan men tevreden zijn en in
Mej. Lion Cachet heeft men een goede ad
junct-directrice gevonden.
Spr. geeft hierna een overzicht van het
opvoedend werk op de Rudolphstichting.
Om de bezwaren tegen de coëducatie te
ondervangen zijn jongens- cn meisjespavil
joens gesticht. Het regccringsvoorschrift, dat
meisjes boven 14 jaar niet meer in een ge
zin mogen bracht voor de stichting echter
heel wat moeilijkheden mee, wat spr. nader
toelicht.
Spr. gaat na, wat e? gebeurt, als een kind
in de stichting wordt opgenomen.
Vervolgens geeft spr. een uiteenzetting
van de opleiding van het onderwijs aan de
kinderen en de verschillende opvoedkundige
werkzaamheden. De beroepskeuze en de vak
opleiding gaan met verschillende bez\varen
gepaard.
Spr. gaat na, wat gedaan wordt voor het
vereen igingslev en en voor ontspanning.
Op het programma van d^ stichting staan
o.a. nog de lichamelijke opvoeding en de
opleiding voor handenarbeid. Spr. conclu
deert, dat men slechts stap voor stap kan
voortgaan, daar met groote voorzichtigheid
te werk moet worden gegaan.
Spr. wekt op tol financielcpri steun door
alle diaconieën en tevens tot het zenden
van meer kinderen ter verzorging door die
diaconieën.
De heer J. D. Boot, van Rotterdam,wekt
krachtig op lot steun van de stichting.
De Voorzitter dankt de regelings-
commissie voor de ontvangst, de sprekers
en afen die -bijdroegen tot 't welslagen der
vergadering, waarna gezongen wordt Ps. 103
vers 1 en Prof. Dr. H. Bouwman in dankzeg
ging voorgaat.
Na afloop der conferentie werden de deel
nemers ten stadhuize ontvangen door wet
houder L. de Groot, die er op wijst-, hoe de
verhouding tusschen diaconie en overheid
moet zijn en de taak der diaconieën roemt.
De voorzitter, de heer Rietveld, beant
woordt den wethouder, iwaama het stadhuis
bezichtigd werd, ververschingen werden
aangeboden en 's avonds in liet sociëteits
gebouw in de Diergaarde gedineerd werd.
Heden maken de conferentie-deelnemers
een rondvaart door de haven.
'S morgens om 11 en °s middags om A uur»,
Wanneer c/e maag begint te vragen,
neemt de arbeidskracht af;
N.V.HOUANDSCM
tWITSSRSCHE
HOCOLAQE-FABRIE
"o dz a am
v os t e nk e n c/i.
Kerknieuws.
ARBEIDSINSPECTIE.
MEDAN, 4 Sept. (Aneta). Naar de Deli Ct.
verneemt heeft de gouverneur van de Oost
kust een brief gericht tot den directeur van
Justitie, waarin hij op grond van persoon
lijke onderzoekingen een wijziging voorstelt
van de methode van inspectie van de arbeids
inspectie, waartegen verschillende bezwaren
bestaan. Tot deze bezwaren behooren het over
écn kam scheien van alle ondernemingen en
geen onderscheid maken tusschen goed be
kend staande en anderen.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Krimpen a. d. IJssèl
(Evangelisatiegebouw)P. Beekman te Eder-
veen. Te Harmeien, D. Plantinga te Lin-
schoten. Te Wolphaartsdpk, R, ten Kate te
Koudekerke (Z.).
Aangenomen: Naar Oudewater, P. ,T.
Steenbeek te Kampen. Naar Doorwerth-
Heelsum, R. J. D. Beerekamp te Molkwerum
(Pr.). Naar Waarde (Z.), A. E. V. Hoogen-
raad te Boxtel (N.-Br.).
Bedankt: Voor Maasdam en Cillaarshoek,
J. Roodenburg, hulppred. te Katwijk aan Zes.
Voor Echteld, R. J. D. Beerekamp te Molk-
werum. Voor Eemnes-Buiten, D. Th. Keek
te Heteren. Voor Oldebroek (vac.-J. E.
Kloigp), W. J. van Lokhorst te Hilversum.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Slecn (Dr.), M. H. van
Dijk te Hills (Noord-Amerika).
CANDIDATEN TOT DEN H. DIENST.
Cand. J. van der Heide, te Amers-
fort, is door het Prov. Kerkbestur van Fries
land tot de Evangeliebediening in de Ned.
Herv. Kerk toegelaten.
Ca"n d: P. B. L e n g k e e k te Delfshaven,
is door de classis Rotterdam beroepbaar ver
klaard in de Geref. Kerken.
De heer Lengkeek is gaarne bereid de Ker
ken des Zondags te dienen, doch hij kan den
eersten tijd geen beroep in overweging nemen.
Het adres van den heer P. B. Lengkeek is
Aelbrechtskade 86c, Rotterdam.
Cand. J. S p o e 1 s t r a, te Meeden, be
roepen predikant by de Geref. Kerk van Anna
Jacobapolder, is door de Classis Tholen tot de
Evangeliebediening toegelaten.
Cand. I. P. van der W a a 1, te Nieuw-
Loosdrecht, is door het Prov. Kerkbestuur van
Drente tot de Evangeliebediening in de Ned.
Herv. Kerk toegelaten.
JUBILEA.
Ds. J. B o o y, die 11 Sept. a.s. zijn zilveren
ambtsjubileum hoopt te vieren, staat niet meer
té De Lier, zooals we abusievelijk njeldden,
maaj- 'sedert April van dit jaar bij de'Ned.
Herv. Gem. te Capelle a. d. IJasel.
„HET WONDERE AMBT IN NED-INDIE".
Het bestuur der Indische Kerk heeft onder
dezen titel een boekje uitgegeven, waarin de
aandacht wordt gevestigd op het predikambt
in Ned-Indië.
Dé bedoeling van het werkje is, predikan
ten voor Ned.-Indië te trekken>In het „Voor-
wooi'd" van het bestuur lezen wij staaltjes
van de geringe bekendheid, waarin de In
dische Kerk zich zelfs onder predikantön hier
te lande „verheugt".
Verder herinnert dit stukje er aan, dat het
predikambt in Indië open staat voor predi
kanten van alle Prot. Kerkgenootschappen
en richtingen, en dat slechts bij hooge un
zondering candidaten tot den H.D. worden
uitgezonden.
De verzameling van artikelen, die hierop
volgt, betreft: Een en ander over het weri
van den predikant der Indische Keru
Kom over en help ons! Indische gezond
heid; De organisatie der Prot. Kerk in Neu.
Indië; Het Zendingswerk der Indische Kerk;
In de Molukken; Dienstvoorwaarden.
Deze bijdragen zijn voornamelijk van
eenige Indische predikanten. Het boekje heefi
en frisch uiterlijk en toont op de omslag
teekening een haantje op den toren boven uo
palmen. Het heele boekje, met bruine let
ters gedrukt, is doorschoten met eveneens
bruine afdrukken van lijnclichés naar tec-
keningen.
KERK EN KRACHTPATSERIJ.
De „Church Times'' bericht, dt»t Scott, een
Engelsche zwaargewichtbokser, die in de Ver-
eenigde Staten vertoeft, daar in de Baptisten-
kerk te Tomkins' Cove aan de Hudson-rivier,
ongeveer 35 mijlen van New-York,"twee maal
per week in dienst van het kerkbestuur tegen
een entree van een shilling den persoon pu
blieke voorstellingen geeft. De ontvangsten
komen aan de kerk ten goede na aftrek van
Scott's honorarium.
DE PROTESTANTSCHE ZENDING.
Meli deelt ons mede:
Ds Samenwerkende Zendings-cörporaties te
Cv g- tgeest, vevkeeren opnieuw in financieele
moeilijkheden. Oorzaak daarvan is de vacantie-
tijd. Sinds half Juli is slechts een zéér klein
gedeelte van het benocdigde ontvangen. De
zorgen stapelen zich dan ook van dag tot dag
op. Deze week zal een verzoek gericht worden
aan vele belangstellenden, om te helpen den
te lenigen.
De hoofdbesturen van genoemde corporaties
bevelen opnieuw den zendingsarboid in veler
hartelijke belangstelling aan.
GIFTEN EN LEGATEN.
Te Koudekerk werd door een ingezetene
voor de verwarming van de Ned. Herv. kerk
2QOO kg. ko'.en geschonken.
Schoolnieuws.
MIDDELBAAR ONDERWIJS.
C1IR. H.B.S. TE APELDOORN.
Benoemd aan de Chr. H.B.S. te Apeldoorn
tot leeraar in de Plant- en Dierkunde, de heer
H. P. W o 1 v e k a m p, doctor in de Wis- en
Natuurkunde te Utrecht.
LAGER ONDERWIJS
HOOFDBENOEMINGEN".
Deihum (Fr.): TI. Bierling, le onderw.
aan de Herv. School te Katwijk aan Zee.
ONDERWIJZERSBENOEMINGEN.
Sassenheim (hoofd A. den Haan)J.
N. Berg te Leiden. Als kweekeling met akte.
Hoornaar: mej. A. M. van der Zouwen
te Gorinchem. Tijdelijk.
Terseke: C. B. van der Haay te Ridder
kerk.
Doetinchem (C.V.O., hoofd I. Bartle-
ma): mej, H. Bosscher te Zuidwolde (Dr.).
Almelo (Bornschestraat)mej. H. Leeuw
te Zwolle.
NIEUWE CHR. SCHOLEN.
Té 'De 'T i'ëk'ë 1 ónder .Njjëgó in dé' Frië-
CHR. INSTITUUT „ORANJE NASSAU"
TE HAARLEM.
Ter gelegenheid van het 25 jarig bestaan
van het Chr. Instituut „Oranje Nassau" te
Haarlem werden het hoofd, de heer J. H. van
Leijden, en de onderwiizeres mej. A. van Stuy-
venberg Dinsdag gehuldigd, allereerst door de
kinderen, die Gezang 96 aanhieven. Namens
hen werd den heer Van Leijden een crapeaud
en mej. Van Stuijvenberg een fauteuil met
kleed aangeboden.
Ter druk bezochte receptie, welke bezocht
werd door den wethouder en den oud-wethou-
Jer van onderwijs, hoofden van scholen, ouders
n oud-lcerlingen, werden tal van toespraken
ehouden, ó.a. door den voorzitter van het
'hoo'bestuur, Ds. Foeken, die den jubilarissen
sp. een electrische kroon en een pendule aan
bod.
Namens het personeel offreerde de heer We-
ng den heer Van Leijden een barometer en
nige werken van Schweitzer en mej. Stup-
nberg en schemerlamp. Namens oud-leerlin-
en werd den heer Van Leyden een rustbank
n mej. Van Stuijvenberg een rieten bloemen-
.nand aangeboden. Beide jubilarissen betuig
den hun dank.
EXAMENS.
EXAMENS TUINBOUWKUNDE L. O.
Wagenlngfn. Gesl. de heeren J. Lam;
ileterenR. J. van Lente. Kampen; J. M. Llns-
en, rannerden; A. P. Haas. Barneveld; J.
Ier Meer. Rotterdam; H. J. M. Mooncn.
EXAMENS-HOOFDAKTE.
P. M. Fluit
HET ONWEER
Hevige onwedens heb/ben Dinsdagnacht in
een groot deel van het Oosten van ons lorWl
gewoed.
In hei Oosten van Noord-Brabaint ging
het onweer gepaard tmet zware plasregens
en hevige windistooten. Talrijk© ongevallen
zijn door het hemelvuur veroorzaakt
Te Helmond werd een koe van de Wed.
v. D. cToor den bliksem getroffen en gedood.
Verd-er spleet alhier een reusachtige kas
tanjeboom.
Te Bakel is een boerderij afgebrand.
Te Zeilberg rijn twee woningen een prooi
der vlammen geworden.
Uit Winterswijk wordt ons nader gemeld;
Dinsdagavond tegen 9 uur trokken boven
don Achterhoek donkere wolkenmassa's zich
samen, die bijna onafgebroken door blik
semschichten in het Z.Z.O. verlicht werden.
Het was onrustbarend winstil. em het duurde
eenige uren voordat de bui loskwam. Toen
lichtte het in alle windrichtingen en de
donder rolde door de lucht. De meeste be
woners begaven zich niet ter ruste en
wachtten op het einde van de bui. Het on
weer hield den geheelen nacht aan en eerst
tegen hedenmorgen 6 uur was de lucht op
geklaard. Op verschillende plaatsen is de
bliksem ingeslagen.
De boerderij van den heer Oonk de Vree
te Winterswijk werd getroffen en brandde
totaal af. Te Ratum brandde eveneens een
ooerdcrij af.
Te Kotten een schuur.
In de Bataan te Winterswijk werd een
huis door het hemelvuur getroffen, doch een
begin van brand kon worden gdbluscht.
Onder de gemeente Markelo is de bliksem
geslagen in de boerderij van den heer Nij-
land. De boerderij brandde geheel af.
Te Ewijk is de woning van Bakker tenge
volge van het inslaan van den bliksem af
gebrand.
Uit Eist wordt gemeld:
Ook iii dé Betuwe is het ongekend zwaar
weer gewéést. Op verschillende plaatsen
Werden Dinsdagnacht 'huizen door- den
bliksem .getroffen.
Te Huissen brandde die hofstede van dei)
landbouwer G. geheel tot den grond toe af.
Te velde staand fruit is afgewaaid, terwijl
ér ook veel vee, dat zich in de weide bevond,
Te Bemmel raakte het licht defect, eoodat,
het geheele dorp in donker werd gehuld.
Ook boven Friesland heeft Dinsdagnacht
een hevig onweer gewoed. Vooral in het ge
bied van de groote meren was het nool-
weer. Verschillende boerderijen brandden af,
terwijl een groot aantal koeien, in de weide
werd doodgeslagen. O.a. werd de boerderij
van den landbouwer Haamstra te Heidom
schup bij Workum en die van de familis
Jaarsma te Langweer een prooi der vlam
men.
Te Ypekolsga en Balk werden twee groots
boerderijen door het vuur vernield. De boer
derij van de Gebre. Postma te Oudekastle
brandde af, terwijl eenig klein vee ómkwarn.
Persoonlijke ongelukken kwamen ni^ voor.
Uit Brielle:
Gisteravond heeft boven Brielle en omge
ving een hevig onweder gewoed. Tijdens dit
onweer is de bliksem ingeslagen in de ka-
pital boerderij „Vogelenzang" te Hekelin
gen,eigenaar dë heer C. Visser. De geheele
boerderij en de daarbij behoorende schuren
zijn afgebrand. Inboedel en de geheele oogst
gingen verloren. Een gisteren op de ten-
toonsteling bekroonde stier kwam in de
vlammen om.
DE APOSTEL VAN GROENLAND
EEN ZENDINGSGESCHIEDENIS
door H. A. v. d. MAST.
(3
IV.
De reis met het handelsschip „De Hoop"
was volbracht en H&ns Egede en zijn gezin
vergezeld door eenige kolonisten, waren op
Groenland gevestigd. De hutten waren ge
bouwd en het weak was aangevangen.
Zou liet gelukken? Gunstig liet het zich
niet aanzien.
Groenland is waarschijnlijk het grootste
eiland der aarde, ongeveer 40.000 vierkante
mijion groot Het binnenland ie een uitge
strekte sneeuw- en ijswoestijn, volstrekt on
bewoonbaar. De kuststreek is in den langen
winter weinig beter, doch de korte zomer
brengt leven zelfs in die barre striken. Dan
wordt de zee vrij van ijs, ijan verschijnen
de waTvischvaarders aan de kust om handel
te drijven met de kolonisten en inboorlin
gen. Is de korte zomer voorbij, dan houdt
alle leven op; alles is gekneld in boeien van
sneeuw en ijs en de alles verstijvende koude
gaat alle beschrijving te boven, nog ver
sterkt door de eindeiooze nachten. Inder
daad, er behoort heel wat moed en zelfver
loochening toe om zulk een land tot arbeids
veld te kiezenl
,De bewoners vam Groenland, de Eskimo's,
rijn" een goedhartig, onbezorgd volkje, met
hart en ziel gehecht aam hun sneeuw- en
ijsvelden.
Hoewel wraakgierig van aard, beant
woordden ze toch volstrekt niet aam de
schrikwekkende teekenimg, die Hans Egede
van hen geinregen had. Zij zijn vofkomen te
vreden met eon goede hoeveelheid zeehon-
donvleescih, hetzij rauw of gekookt, terwijl
een nap gestol'ten bloed met wat ijs ver
mengd als nagerecht een ware lekkernij
voor hen is, evenals een beker traam om
hun dorst te lesschem of er hun zware maal
tijden mee door te spoelen. De traan dient
ook voor olie om den langdurigem winter
nacht door een zwak schijnsel te verlichten
Deze lamp, die tamelijk groot is, diiont te
vens om het vleesch zoowat gaar te koken,
als de tijd ontbreekt of de honger te groot
is om zulks behoorlijk boven het vuur te
doen. Hun hutten zijn zoowel uit- als in
wendig zoo eenvoudig mogelijk ingericht.
In den winter betrekken ze hun sneeuwhut-
ten, van sneeuw opgetrokken of in sneeuw
en ijs uitgehold. Een lage ingang verschaft
den toogamg, een stuk ijs doet dienst als
venstemiit, waardoor dus de hut slechts
zeer flauw verlicht wordt. Vischvangst en
vooral de jacht op zeehonden maken de
hoofdbezigheden der Eskimo's uit Het
vleesch dezer dieren dient hun tot voedsel,
de huid tot deksel en kleeding, de traam tot
dronk en tot verlichting hunner hutten.
Een rijke vangst dezer dieren maakt den
rijkdom dezer sneeuwbewoners uat
Vam godsdienst hebben de Eskimo's
slechts zeer vage begrippen. Ze gelooven
aam een machtigen Geest, die alles gescha
pen heeft maar van wetten en geboden,
door dien Geest aan de kinderen der men
schen gegeven, boort men niet; althans, ze
bekommeren zic.b bitter weinig om hun god
heid, die voor hen weinig meer is dan een
vaag begrip.
Meer eerbied, of liever vreeze, koesteren
ze voor do booze geesten, die hun kwaad
kunnen doen en op alle mogelijke wijze
kommen benadeelen en die ze daarom te
vriend moeteh houden.
Veel invloed en macht bezitten de waar
zeggers, die uitmaken of een of ander on
geval aan den boezen geest is te wijten en
hoe ze diens toorn kunnen stillen. Ze ge
looven aan een leven n» den dood, waarin
de goeden beloond cn de kwaden gestraft
worden. Hum hemel is een oord met een
altijd open zee zonder ijsschotsen, waar
overvloedig zeehonden zijn, waarop ze vrije
lijk jacht mogen maken en waar ze nimmer
gebrek zullen hebben aan honden om hun
sleden te trekken.
Pijnen, ziekte of dood bestaan in dit ge
lukkig Qord niet. De hel is volgens bun op
vatting een ontzaglijke sneeuw- en ijswoes
tijn, waar een eeuwige Poolnacht heerscht,
door geen maan of sterren verlicht, noch
door -het geheimzinnige noorderlicht; waar
op z'n hoogst een enkele maal een vaal
schemerlicht schijnt, dat liet troostelooze
der omgeving nog schrikverwekkendcr
maakt. Hier wordt geen enkele zeehond ge
vonden en ellende en gebrek is het deel van
hen, die hier moeten vertoeven.
Deze schildering van het oord der pijni
ging is zeker schrikkelijk genoeg, maar
heel veel invloed óp het leven der onweten
de en onverschillige Eskimo's oefent ze niet
uit. Hun geheele godsdienst is een dood ka
pitaal; ze zijn volkomen tevreden, als de
booze geesten hen maar met rust laten.
Dit was het vol!:, waaronder I-Ians Egede.
Mad té arbeiden. Van liet Christendom, dat
jweleer hier lieflijk prbte*"l had, was geen
spoor meer le onl l '■■•■n. tip rijn \ene sle
detochten door het onherbergzame land omt
dekte hij hier en daar een stuk muur, dat
het overblijfsel was van een kerkje uit lang
vervlogen dagen; op een andere plaats een
stuk van ecu gebroken klok, maar dit was
ook alles.
Op gecstelifk gebied 'heerechte overal een
stikdonkere nacht. Zou Egede nog eenmaal
het licht in deze duisternis zien doorre
ken?
Vol opgewektheid en vol geloof ving hij
het zendingswerk onder de GroenlaVidcrs
aan, doch al aanstonds bleek het, dat hij
met schier onoverkomelijke hinderpalen te
kampen had. Als het hom gelukt was een
groepje menschen onder zijn prediking bij
een te krijgen, dan kostte bet heel wat
moeite hen aandachtig en stil te leeren
luisteren. Zeer dikwijls vielen ze hem in de
rede, of begonnen midden onder de preek
op luiden toon onder elkander 'n gesprek,
soms over geheel andere zaken. Duurde de
preek hun wat lang, dan stomlen ze een
voudig op en vertrokken. Dit gebeurde her
haaldelijk en alle vermaningen om zich
toch rustig te houden onder de prediking
des Woords bleven vruchteloos. Meermalen
werd de goede zendeling in zijn gezicht uit
gelachen en hij sommige treffende gedeel
ten uit Gods Woord werd hem toegevoegd:
„Onze waarzeggers hebben ons geheel an
dere verhalen verteld."
Op de school, Waar hij de kinderen vist
bijeen te brengen, in de hoop, dat hij het
opkomend geslacht voor het Evangelie zou
winnen, ging het weinig heter. Beviel het
den kinderen niet langer, dan liepen ze een
'voqdig weg. Van leeren was de eerste jaren
geen sprake on de invloed van Egede op
volwassenen en kinderen bleef voorloop ie
weinig meer dan niets. Is hot wonder, dat
d© man, die met zóóveel geestdrift.zijn heer
lijken arbeid had aangevangen, bij zooveel
tegenspoed moedeloos werd? 't Was of liij
op rotsen ploegde!
De kolonisatie cn c'e handelsbetrekkingen
gingen evenmin voorspoedig. De kolonisten
en de kooplieden' waren grootendcejs ruwe
cn goddelooze menschen, onverschillig om
trent hun arbeid en mèer dan eens botsten
bun meeningen op handelsgebied tegen de
overtuigingen des zendelinge, waardoor er
vaak hooge woorden ontstonden.
De vrouw van den predikant was en
bleef hem onder dit alles tot grootcn steun.
Als hij moedeloos de handen slap liet han
gen, wist zij zijn vertrouwen op God te ver
levendigen. Haar vroolijlce glimlach, blijde
hope en vast vertrouwen op de eindclijke
zegepraal deed het geloof en de geestdrift
voor zijn heerlijk werk opnieuw in zijn
ziel opvlammen. Ook op den ruwen geest
der kolonisten oefende zij een gunstigen in
vloed uit Haar zacht, echt vrouwelijk ka
rakter, gepaard met haar geestkracht, boe
zemde dien mannen eenig ontzag in, zoocTat
ze in haar tegenwoordigheid hun ruwe en
goddelooze termen binnen hielden en dik
wijls deden, wat ze van ben vroeg.
Écn jaar na hun aankomst kwam er een
nieuwe beproeving. Het schip, dat volgens
de belofte der kooplieden hen elk jaar van
de noodige levensbehoeften zou voorzien,
kwam op den bepaalden tijd maar niet op
dagen.
Do dagen pingen voort, de eene week
verlièp na de andere, maar er was geon
zeil te opfdekken. dat de nadering van het
zoo vurig verbeide vaartuig aankondigde.
jTwee maanden kropen om en het gebrek
begon te nijpen.
De kolonisten werden orurustig; hun onte
vredenheid steeg met den dag en zij ver
klaarden den predikant, dat ze genoeg van
z'n mooie Groenland hadden en weer naar
hun vaderland terug wilden keeren met het
eenige schip, dat juist voor anker lag. Ook
ei sell ten zij, dat hij met zijn gezin zon ver
trek kep.
Natuurlijk weigerde Ds. Egede zijn ar
beidsveld te verlaten"/ dooli op brutale» toon
verzekerden de kolonisten hem, dat ze zich
niet door hem zouden laten ringelooren cn
doen zouden wat. ze wilden. Ze braken hun
hutten af, en toen de zendeling voet bij stuk
hield en weigerde aan hun verlangen te
voldoen, dreigden de oproerige kolonisten
ook z ij n hut af te breken en hom en de
zijnen met geweld naar het schip to drij
ven. Uit hun dreigende houding was op te
piakon, dat zij stellig van plan waren deze
bedreiging uit te voeren, doch door het
kalm en kloek optreden van Elizabeth wer
den ze in hun boos opzet gestuit.
„Schaamt ge u niet, mannen," sprak ze
op verontwaardigden toon, „over zulk een
optreden? Wie geeft u het recht ons te
dwingen van onzen post weg tc loopen, waar
God ons geplaatst heeft? Wie geeft u het
recht veronderstellen, dat uw meesters in
het oude vaderland ons vergeten? Zij heb
ben het schip wel degelijk uitgezonden,
maar door tegenwind is het verhinderd
reeds hier te zijn. Denkt dat de hand
des Heeren verkort is. da 'lij niet verlos
sen kan? Als de nood op 't hoogste is, i6
de redding dikwijls het meest nabij. Ik
verzeker u, langer dan drie dagen zult ge
Pact behoeven te wachten."
(Wordt vervolgd).