TWEEDE BLAD. ZATtixuau IJ JULF 1929 TWEEDE BLAD PAG. BRIEVEN VAN EEN SCHEEPSARTS li.*) PORT SAID Amice Prof, Tusschen mijn vorigen brief, die ik nog echreef in de heerlijke atmosfeer van de Middel landsche Zee, en deze, die ik thans ga schrijven in de drukkende warmte van de Roode Zee, ligt mijn eerste kennisma king met het Oosten. En hoewel er werke lijk bij deze hitte, waarbij het hoogste kun- iwn van den denkenden mensch veelal schijnt te bestaan in een onmatig transpi- reeren, eenige moed toe behoort om iets te beginnen en te volbrengen, geloof ik toch, dat ik maar het beste doe je mijn indruk ken mede tc deêlen, nu ze nog versch zijn en nog niet door andere verdrongen. Je begrijpt, dat we allen, waar we tot nog foe geen enkele haven hadden aangedaan, ©enigszins verlangend waren om na een dag of tien weer eens land onder de voeten te krijgen. En de hooge vuurtoren van Da- miettc, die we 's middags om half twee in *t zicht kregen, was de belofte, dat onze verlangens spoedig zouden worden vervuld. Maar dan verdwijnt de kustlijn weer voor een tijd, als om ons geduld op de proef te stellen, tot eindelijk aan de knie de lage huizenrij van Port Saïd wit glanzend Ln fel zonlicht voor ons opdoemt. Bij de Westelijke Pier wordt de ioodsvlag gc.be- schon en spoedig nadert het kleine motor bootje en de loods klimt vlug langs den touwladder omhoog. Hij brengt ons tot de ankerplaat laags het standbeeld van de Lesseps op de Pier, die, met een trium- phantclijk gebaar in de richting van het Kuezkanaal wijst op het grootsche werk door hem tot stand gebracht. Dan nadert op de desbetreffende seinvlag het bootje van dan quarantainsdokter, die ik, om deze formaliteiten snel af te doen, tegemoet treed tot onder op de lange stuurboordzij neerhangende valreep, gewapend met de pa pieren van den gezondheidsdienst. Maar met een „je monte, je montc!" beduidt de kleine, beweeglijke Fransohman me, dat hij toch even aan boord zal komen. Intusschen, na mijn bevestigend antwoord op zijn „tout va hien, docteur?" gaat de quarantainevlag al spoedig naar beneden, het schip is vrij, en wie wil, mag aan wal. Maar zoo vlug ging dat niet. Een 100 meter van de kade Voor anker liggend, moeten we in kleine bootjes door Arabieren worden overgezet. Reeds zwermen ze onder aan de valreep, waar onderop een Egyptische politie-agent ataat om orde te houden. Maar veel respect wen dezen gezagsdrager niet betoond. Daar komen zwaar beladen, elkander op de tre den di'r valreep verdringend, kooplui aan boord, hun waren aan iedereen opdringend. Ongelukkig genoeg kenden ze mij in mijn qualiteit vanwege mijn onderhoud met den havenarte, en zoo werd ik in 't bijzon.der lot op den wal toe, achtervolgd door een Voortdurend geschreeuw achter me en om Ine: „Docteur, dokter!" Intusschen dringen we met moeite tot onder aan de valreep door om eindelijk met een niet geheel on gevaarlijke sprong in een bootje terecht te komen. Daarbij ontstaat om een of an dere redèn eentwist onder de Arabieren, die nu opgewonden, woedend, luid schreeu wend, elkander wegduwen van de valreep. Bootjes schommelen vervaarlijk, roeispa nen vallen in 't water, men wil elkander tc lijf. cn met een gelaten uitdrukking op het I gezicht staat saevis. tranquillus in undis de bruine politiedienaar', zich van zijn onmacht wèl bewust. Dit levendig schouw spel boeide in bewogen kleurenmengeling: op .het diepblauwe water de Arabieren in hun witte, schommelende bootjes, onder hun roode fez gure, bruin-zwarte, gegroefde bo-eventronie's, woede in hun felle, donkere ©ogen, terwijl hun lange, gestreepte, groeze lige hemden onrustig fladderen in den wind. Intusschen, nadat we voor den kleinen iocht voor „half a guilden" per persoon waren afgezet (de gewone prijs), kwamen we toch waar we wezen moesten. Eu nu Port Said zelf. Gezeten in een oud open koetsje, bespannen door twee amech tige paarden, wier eerste jeugd kennelijk reeds voorbij was, reden we door de Arabi sche en Europeesche wijk der stad. Voor een groote, vergulde en druk ver sierde begrafeniswagen staan vier ezels wachtend tc droomen. Iets verder passeert ons een bruiloftsstoet; voorop de muzikan ten, die met enthousiasme pijpen en blazen, dan een met bloemenguirlandes versier Je auto, waarvan de feestelijke indruk wordt opgeheven door de geheele neergelaten groene gordijnen: het gelaat der bruid mag niet worden gezien; tenslotte een groot aan tal oude, open rijtuigjes met mannen en vrouwen en kinderen. Voor 't eerst zie Ik dan de gesluierde, Oos- terschc vrouw. Wonderlijk, bijna weemoedig, als die zwart-gesluierde vrouwen-figuren blootstvoets geruischloos voorbij gaan, ter wijl ge alleen de donkere, glanzende oogen vluchtig ziet. Hun blik, die u niet mag aan zien, glijdt soms als wezenloos in de verte starend, over u heen. Maar somwijlen toont één enkele blik dier vochtig-zwarte oogen, dat naast kuischheid ook hartstocht zwaar gesluierd langs u gaat. Onwillekeurig denkt ge aan de tecre beschrijving, die Pierre I-oti in zijn Les dés ene.lumtfi.es gaf van deze raad selachtige gestalten, die tegelijk zoo heel dichtbij en zoo ontzaglijk veraf zijn. fin beter 'begrijpt ge nu, dat hij zoo gaarne sprak van zijn „trois phantömes noirs", Maar al rijdende boeien u andere taferee- len. Daar komt langzaam op een ezel aan gereden een waterverkooperin een open vleeschwinkel staat een slager met veel animo zwermen vliegen weg te jagen door met een bundel palmbladeren op en in de geslachte geiten te slaan (ondanks de warm te loopt er een koude rilling over uw hy giënisch gemoed!), ginds zitten in gemak kelijke houding de opiumschuivers, er naast de dobbelaans; op een hoek van het trottoir een geldwisselaar in een open hokje, een soort Oostersche aequivalent van de kiosk der koudere landen; mannen, met tot de enkels reikende hemden, zwenken op hee renfietsen voor u langs; naast, een ezelstram metje op den grond vier onbeschrijfelijk vieze, zwarte en in 't zwart gekleede Turken, jonge Arabieren met prettige gezichten pas- seeren Europeesche dames, twee Roomschc religieuses komen voorbij twee „zwarte phan tomen". Correcte Europeanen, druk gesticu- leerende kleurlingen en spelende kinderen oltooien het bonte tafree!. De noodige iokoopen deden we Ln de groo te, Europeesch ingerichte winkel van Simon Arzt, waar men, een behoorlijken prijs be talend, niet boeft af te dingen. Voor den vreemdeling, die de prijzen niet kent, is dit een groot voordeel. Immers, de Arabieren vragen zoo onbeschaamd veel, dat, wie niet afgezet wil worden, indachtig moet .zijn aan den raad die de stuurman me half schert send gaf: de gevraagde prijs te halveeren, daar de wortel van te trekken en hiervan 20 te betalen! In 't donker komen we terug aan boord. De lichters pompen nog steeds water over, dat we hier moesten innemen. Vanaf den wal licht met roode letters op: „East is East, and West is West, van Houten's cocoa is the best." Na 't etèn moest ik nog even voor een consult naar een ander vrachtschip der Lloyd. Hier was men aan 't kolen laden. Geweldige kolenstofwolken hangen om 't schip. De zware last op hun gebogen nek ken, in zwarte wolken gehuld, door schijn werpers fantastisch belicht., loopen de ko- 'endragers met een vaartje de plank op, terwijl één luide liederen uit den Koran zingt met galmende stem. Het wonderlijk tooncel doet denken aan Dante's Inferno! Omstreeks 10 uur varen we dan liet Suez- kanaal binnen. Doch daarover misschien later. Vale NAAR EEN RECHTSCH KABINET Jhr. Mr. RUYS DE BEERENBR0UCK KABINETSFORMATEUR H. M. de Koningin heeft opdracht tot sa menstelling van een Kabinet, steunende 'op de Rechterzijde, verleend aan Jhr. Mr. Chi*. Ruys de Beerenbrouck, Minister van Staat, ■oorzitter van de Tweede Kamer der Sta- tcn-Gcneraal. Jhr. Mr. Ruys de Beerenbrouck heeft ver zocht deze opdracht in beraad te mogen houden. DE ONDERTEEKENAARS VAN HET MANIFEST DER NED. TER VERDUIDELIJKING Er is van verschillende zijden aannïerking gemaakt op eenige onjuiste onderteekenin- gen onder het manifest der Hervormden óór de thans gehouden verkiezing. Wij achtten ons verplicht hiernaar een onder zoek in te stellen en twijfelen niet of die persorganen, welke er over gevallen zijn, nemen onze uiteenzetting gaarne over. slot van rekening is liet ïeuer, waar hij ook staat, om de waarheid te doen. Ten eerste ontmoeten wij dan de beide predikanten Lckkerkerker tc Delft en te Beimebroek. Hierover deelde men ons mede, dat deze beide heeren, naar het oordeel van een der letten van het Moderamen, in merking kwamen voor een uitnoodiging tot de vergadering van 30 Mei. Deze hebben zij ontvangen, mét een ex. ■au de Handelingen van ue eerste vergade ring. Zij hebben niet geschreven, dat zij niets voor de zaak gevoelden, of wel dat zij tot een andere partij behoorden. Daarna is hen gevraagd, hun naam te geven der liet manifest op de wijze zooals zulks meermalen geschiedt, door middel van kaart (een ex. van deze kaart is in ons bezit), waarvan het slot luidt: „Mocht hier tegen d.w.z. tegen gebruikmaking naam overwegend bezwaar bestaan,' dan verzoek ik u beieeld dit p.o. aan mij te melden..Heb ik Zaterdagavond mets verno men, dan neem ik aan, dat u in dat geval bereid zijt, uw naam te geven, waarvoor ik u don beleefd dankzeg". Wie bezwaar had, antwoordde. De heeren Lckkerkerker gaven geen bezwaar te ken en zoo kwamen hun namen onder de circulaire. Dat lüjnsaterwoude tweemaal genoemd werd is een correctiefout van den drukker of van liet comité, dat voor de correctie zorgde, leder die even nadenkt weet natuur lijk, dat Rijnsaterwoude geen twee Her vormde predikanten heeft. De oplossing zit hierin, dat Ds. C. de Bruin te Rijnsater- oude staat en Ds. J. de Bruin, zijn vader, te Rotterdam. Zóó had het moeten voorko- ien onder het manifest Wij gelooyen.. dat thans iedereen, over tuigd is, dat hier geen kvyfyde trouw hgeft oorgezeten; trouwens, dat zou wel een zeer sterk staaltje zijn van volksverleugening. Op overname mogen wij zeker rekenen? VRAGEN VAN KAMERLEDEN. CENSUUR IN INDIË. Het Tweede Kamerlid Cramer heeft den minister van koloniën gevraagd of het juist 's, dat het boekwerk, getiteld „Batonala", an René Maran, door de Indische postadmi nistratie aan den uitgever in Nederland is teruggezonden? En, zoo ja, of de minister deze censuur ge oorloofd acht. ANTWOORDEN VAN MINISTERS DE EERSTE DRENTS CHE STOOM TRAMWEGMAATSCHAPPIJ. Op vragen van het Eerste Kamerlid den heer Moltmaker, of het juist is, dat door de directie der Eerste Drentsche Stoomtram Maatschappij de bepalingen van het Regle ment Dienstvoorwaardcn inzake de instelling an een ziekenfonds en een raad van beroep tot heden niet heeft nageleefd, heeft de mi nister van Waterstaat bevestigend geant woord. Echter heeft de directie toegezegd spoedig ontwerp-reglemcntcn voor een ziekenfonds en voor een raad van beroep ter goedkeuring tc zullen inzenden; aan de toezegging is, zooveel laatstbedoeld ontwerp betreft, onlangs voldaan-. INGEZONDEN MEDEDEELING. MiJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60cl Laxeer-Tabletten60 cl- Zenuw-Tabletten .75 Staal-Tabletten90 Maag-Tabletten .75c' Bij 'Apoth. en Drogisten JEUGDARBEID OP GEREF. GRONDSLAG COX GRES DER LANDELIJKE CENTRALE REFERATEN VAN DR. K. DIJK EN DEN HEER J. E. KOK Onder begunstiging- van heerlijk zomer weder had op 10, 11 en 12 Juli j.l. in „Huize Witteveen" tc Ermelo 't jaarlijksch Congres plaats van de Landelijke Centrale voor jeugdarbeid op Geref. grondslag. Wegens afwezigheid van den voorzitter, Prof. Dr. G. Ch. A ald ers, van Hilversum, opende de heer J. C. Francken, van Utrecht, de zi. ting. Hij sprak hierna een inleidend woord, waarin alle aanwezigen, ten getale vam ruim 20, waaronder bestuursleden van aangeslo ten organisaties, alsmede belangstellenden in den jcugdarbeiid', werden wel-kom ge- hee,ten. Vervolgons werd het woord gegeven aan Dr. K. D ij k, van Don Ilaag, die sprak over het onderwerp: „Kerk eb Jeugd", aan d-e hand van het volgende schema: 1. Do. keuze van dit onderwerp hangt on getwijfeld saonen met -de buitengewone be langstelling welke buiten onzen kring van de eijdc aan dc Kerk betoond -wordt voor dc jeugd en vindt vooral haar oorzaak in deze vraag, hoe de jeugd voor de Kerk behou den kan blijven e:i welken bijzonderen arbeid de Kerk te genover het jonge leven te verrichten heeft, om dat Jcven hijzonder in deze verwarde tijden in haar gemeenschap te bewaren. 2. De meerdere belangstelling, welke bui ten onzen kring openbaar wordt, is te ver klaren uit de volgiewte omstandigheden: a. dringt het steeds groeiende werk onder de jeugd de Kerk om zich van haar taak reken schap te geven en mede te werken aan dc religieusc bewaring en vorming van 't jonge leven; b. nood-zaakt het droeve verschijnsel, dat zeer \<V- jongeren met ide Kerk breke-n, de Kerk -zich te beain-nen op middelen, waar door zij haar greep op de jongeren niet ver- lieze, en hen weer tot de Kerk terugvoere; en c. .ziet de Kerk zich in verband cned het vorige verplicht om tegenover allerlei mee- ni-ngen van dezen, tijd de jeugd- te brengen tot het. Evangelie van Christus. 3. Om dit alles te hereiken heeft men de volgende middelen .ter hand genomen: a. jeugdkerk en jeugddiensten; h. jeugdgroepen in de kerkelijke gemeenschap met eigen or ganisatie; c. jeugdwerk, dat van de Kerk uit gaat en dat zich 'behalve op religieuse vor miog vooral werp op sport, ontspanning, etc.; en d. Godsdienstonderwijs aan. de jeugd in scholen, etc. 4. Tot billijke beoordeeling dezer verschijn selen en tot nadere bepaling van ons eigen standpunt hebben- wij eerst te let'pp op -den toestand in de Geref. Kérken, rd-io in verge lijking met andere Kerkfowidties gunstig is te noemen, maar die niet zonder schaduwen is; ook onder ons openbaar.;, zich onverschil ligheid, afval en veel eritiek, terwijl niet kan ontkend worden, dat, zij het. niet alge- -rvs"jjl eler oogen gesloten zijn voor de non eischen, iclte het jonge leven stelt; de oorzaak van veler lauwheid mag niet alleen gezocht, worden in de jonge leden «elf en in de tijdsomstandigheden^ maar ook in een te kort bij de anderen. 5. De beantwoording wan de vraag wat ge- dan moet worden om de jeugd voor de Kerk te bewaren, wordt geheel en al beheerscht door de Schriftuurlijke beschouwing èn van het wezen der Kerk èn van de plaa's, die de jeugd -in de Kerk inneemt; vanuit dit ge zichtspunt en dus niet uit de practische over wegingen (moeten jeugdkerk, jeugddiensten, etc. beoordeeld' worden en alleen dit zuivere, principieele standpunt heslist over den ar beid, die door de Kerk aan de jeugd zal wor den ten koste gelegd. 6. Dit Geref. standpunt, waarop wij de Kerk beschouwen als de gemeenschap der geloo- yigen, als de Verbondsgemeenschap en Je jeugd als een deel van die gemeenschap, ver plicht ons om ook aan dit deel bijzondere aandacht te wijden en rekening te houden met den leeftijd, met de vragen, met de be hoeften der jongeren, welke verplichting ver scherpt wordt door de tegenwoordige geva" n, die het jonge leven bedreigen. Hierbij dient voor overscha'ting ge waakt te wonden, opdat de overdreven zorg de jeugd geen voedsel ontvangc, docii de Kerk strove naar een harmonicusc bear beiding van al haar deelen; zSj vermijde roorts het euvel wan te sterke specialisatie en verliezc haar wezen en taak, haar karak- roeping geen oogenblik uit het oog: hieruit vloeit ook voort, dat haar laak niet op een lijn kan en mag gesteld worden met d-en arbeid onder de jeugd, die door verschil lende vereenigingen (de Kerk als organisa tie) verricht wordt. S. Dc Kerk vervulle har roeping niet dooi de sub 3 genoemde middelen als jeugdkerk, maar door dc bediening van het Woord in de samenkomsten van de gansche gemeente; door haar catechisaties; d-oor het persoon lijk bezoek en de bijzondere zielezorg; door den arbeid :n de gezi-nnen; door het verband met jeugdveroenigingen; met scholen, etc. 9. De jeugdorganisaties hebben de roeping d-e Kerk in dezen arbeid te steunen cn door haar vorming het kerkelijk besef te verster- lERSEKE'S NIEUWE BURGEMEESTER Dezer dagen deed de nieuwbenoemde Burgemeester van Ierseke, 'de heer H. C. Gunning, van Arnhem, op feestelijke wijze zijn intrede in 't mooie Zceuxvschc dorp. We zien hier Z.Edclachtbare in 't midden van de feestci Donderdagmiddag werd het woord gegeven aa-n den heer J. E. Kok, wan Ticl, die sprak over: Hij deed dit aan de hand van de volgende stellingen: 1. Voor den jongen mensch, maar vooral voor den Geref. jongen mensch is het noo- dig, dat hij, eenmaal volwassen, in geeste lijken zin, geworden, met een gefundeerde levensbeschouwing het volle leven ingaat 2. Die levensbeschouwing moet echter niet opgedrongen of nagesproken, maar met over tuiging aanvaard zijn. 3. Daartoe dienen in onze jonge men6chen de karakters gevormd .te worden. 4. De levensbeschouwing, eenmaal door tien jongen mensch aanvaard, noopt hem tot karakteristieke levenshouding. Nog heden ten dage veel gehuldigde aestctischc levensrichting, die het schoonc als goed aanvaard, noch de ethische levens- rich. ing (Kant) kunne de levenshouding on- j. m. bepalen. G. Alleen de Chr. levensrichting, d'ie den juisten norm geeft, en zoowel het aestethi- sche als het ethische element omvat, dik heiden in dc juiste -verhouding stellend, kan hun levenshouding bepalen. 7. Zij vindt haar norm in dc ordinantiën Gods, uitgedrukt in Zijn Woord-. 8. De Geref. Christen stelt zich tot taak zijn levensbeschouwing op elk levensterrein in karakteristieke levenshouding te beleven. 9. In de prae.'ijk -des levens zet deze levens houding: een stempel op alle gedragingen t. o. v. gezin, maatschappij, slaat co kerk. 10. In deze tijden van zedelijke verwording valt ivooral de nadruk op de levenshouding der jonge menschen t. o. v. het onderling erkeer der sexen. 11. Terwijl de Geref. jonge mensch met beslistheid de moderneideeen omtrent het huwelijk en huwelijkstrouw afwijst, hand haaft hij zijnerzijds de ethische grondsla gen in de H. S. geopenbaard. 12. Steeds hebben jonge mcnsclien, wien het dikwijls nop aan inzicht in de dingen en overzicht van de dingen ontbreekt, bij al wat hun onder Gods bestel in. het leven ontmoet d-en voor hen geldenden norm aan to leg gen. (Beproeft alle dingen.) 13. Als de Geref. jonge imensch onder 's Heeren leiding op een gevaarlijk terrein geroepen wordt, moet hij zich daarop bid dend begeven om bewaard, te worden van den boozc. INGEZONDEN MEDEDEELING. Pastoor Heumann's Geneesmiddelen sUtds ook voorradig in het Alleen-depot: f». I W. m DEN BERD. 10TTERDAM MFESTEES B ra. HinposTfiia ims-j liet gro.de Pastor Heumann- Boek. 3cO btadzg.lax.mafb. a«a t gratis en franco ifUt 14. Onthouding kan eisch zijn, nl. vvarv- neer of de zaak zelf of de sfeer in conflict komt met den norm van Gods Woord. Op beide referaten volgde discussie. J De heer M. Gr ash off wan Den Haag-, die wegens plotselinge verhindering ook van den heer Francken, de twee laatste dagen het voorzitterschap waarnam, constateerde met blijdschap, dat het congres als welge slaagd mag word sn beschouwd. Nadat nog onderwerpen voor het volgend jaar waren opgegeven, sloot de voorzitter dc vergadering en ging Mej. H. S. S. Kuyper iif dankgebed voor. JEUGDMEETING OP VOORNE EN PUTTEN IN DE DUINVALLEIEN. Men meldt ons: Voorne en Putten zullen a.s. Woensdag 17 Juli optrekken naar een vallei in Rockan- je's duin, om aldaar bij te wonen de 2e openluchtmeeting, georganiseerd door het Centr. Jeugdverband van bedoeld eiland. Dank zij de welwillendheid van twee vooraanstaanden, mag ook het platteland steeds sterker actie voeren en steeds meer aaneensluiten de gelederen. De meeting vangt aan te half vier n.m. Sprekers zijn Ds. B. A. Knoppers, van Amsterdam, cn Mr. J. A. de Wilde, van Den Haag. Op ter meeting! Wij gaan het wapen scherpen! GRONDVERSCHUIVING TE ROTTERDAM bfjll""'voor de binnen,aarl te BMÏrdam, de CocU haven, heeft *ich gisteravond plotseling ren ernst ine nrondverschuirinn vnnmp,ln.,H rpidipfr Tnrp °°d 'C"p/e.fce <jrund z"klc wefI' cen waterleidingbuis sprong' het Ho nrZxd nu i 'm' u'f° (icstremd. Hierboven kan men zien hoe de grond als lava aan alle kanten scheuren en spleten vertoonde. INDISCHE REISBRIEVEN Door Mr. C. C VAN HELSDINGEN, lid van den Volksraad van Ned. Oost-Indië. L. JT-ATJEH—PIDIE—SIGLI. Zaterdagmorgen reeds vroeg ging ik met de bekende Atjeh-tram waaraan ik een aparton .brief wil wijden naar Sigli. Eerst trok de tram door Groot-Atjeh. Het valt op hoe sehaarseh d-eee landstreek bevolkt is. Niet alleen echter gevolg van -den oorlog, maar ook van een vroegere zeer ernstige cholera-epidemie, die de bevolking meer dan dorimeerii-e. Een Atjehsch hoofd verklaarde mij, dat er dan ook «verschillende moekims alleen in naam bestaa-n! De bestuursinstellingen van Atjeh zijn niet als elders op genealogische verhoudingen gegrond, maar ee zijn territoriaal. Als laag ste organisatie vinden we de Gampong, imci éls hoofd de Keutjih, bijgestaan door een Raad van Oudsten, bestaande uit mannen van- -levenservaring en van groote kennis van de landsgebruiken. De positie der Keutjihs vertoont overeenkomst met die van familiehoofden elders. De Teungkoe heeft lin de gampong de zorg voor de godsdiensti ge aangelegenheden, maar woor die functie wordt heelemaal geen wetskennis vercisclit Langzamerhand' is de functie verworden tot een erfelijk dorps-ambt. Over de gaimpong huift zich de Moekim. Zoo heet eigenlijk de ingezetene, die volgens de Moh.wet verplicht as tot den wekelijk- schen Yrijdagsdienst, waarvoor echter mins .tens 40 gezinnen noodig zijn. Daartoe is een gampong niet in staat. De Moekim is nu ontstaan door samen voeging van gam pongs om dien Vrijdagsdienst mogelijk te maken, heeft dus cen aanvankelijk kerkelijk karak ter. Maar in Groot-Atjeh is d-e Moekim ge worden tot een gewoon bes'.uurs-ressort, met als hoofd de Imoum. Boven de Moekims staan dan weer de landschappen, de Oolëebalang-schappen, met als hooft de Oelëelialangs, de eigenlijke hee ren des lands, een keur van titels dragende, o.a. Keudiroèe, Meuntroë, Thih, Datoh enz. Deze landschappen, zijn in de bestaande bestu i 'r*"r->rn ati e behouden. In Gr< .Mj li vereenigen zich die land schappen ot drie bondgenootschappen, vl»- drie Sagi's (sagii-zijde van, de driehoek Groot- Atjeh), aan het hoofd waarvan staat de Panglima Sagi, die echter geen andere be voegdheid- heeft dan om Kte belangen der verbondenen te behartigen. De verschillende landschappen worden z.g. onderscheiden en genoemd naar het. o-nder hen. ressorteerende Moekims, zoo -hebben we de XXII, XXIV en XXVI Moekims. maar ook kleinere rechts gemeenschappen, als XIII, XV Ms. enz. Nu schijnt, dit echter niet meer tc kleppen niet de werkelijkheid, zooals ik boven reeds meedeelde, verschillende Moekims zijn ge heel verdwenen, alleen hun naam duidt nog aan, dat ze hebben bestaan. Opmerkelijk is ook hoe vele scholen hier leeg staan. Gedeeltelijk kan dit worden ver klaard-, dat het desa-onderwijs bij den At- jeher niet geliefd is, omdat ze het minder waardig achten, vooral omdat, ze niet- be schikt hebben over goed personeel. Maar ook verschillende tweede-klassescholen weiden gesloten on de gebouwen voor andere doel einden gebruikt. Hiervan heeft men mij geen «voldoende verklaring kunnen geven. De rit door de vlakte van PiJië was cen ware verrassing. Zij schij0t b-hoorlijk te worden creirrigeerd, althans lts waren een lust ('er oogen. IIo* vr -- -oto groe nende vlekte, allerlei iv - n van groen en hier en daar - -ten van geel boden het oog een schitterend panora ma. Van dungezaaid-e plekken was al thans langs den tramweg geen spoor te zien. Alles stond er prachtig voor. Mc dunkl, de oogst vaar. dit jaar zal den Atjehschen landbouwer wel vreugdevol stemmenen niet het minst do Oelëebalangs, die in doz? streken bijna altijd groot-grondbezitter zijn. Onder li en- moeteen er velen zij-n, d-ie er zeer warmpjes inzitten. Deze streek schijnt als rijstland nog een mooie toekomst tegemoet te gaan. Nog vele bunders kunnen in cul tuur worden gebracht en zijn uitstekend voor heivloeiing \atbaar. Men verwacht dar» ook. dat Pidië langzamerhand de voorraad schuur voor d«e Oostkust van Sumatra kan worden; alleen blijken er hij de'koelies der ondernemingen eenige afkeer te bestaan te gen, den rood-c-n Atjehschen rijst. Op mijn vraag waarom men dan geen Javaanscbe ge selecteerde padi kon planten, zoide mij de tnij begeleidende bestuursambtenaar, dat men een beetje huiverig was voor het nemen van. dien proef, omdat er niet de minste zekcrlu-id bestaat, dat die padi het accli-ma- tiseerings-proces wel behoorlijk zou kunnen doorstaan. Men wil trachten door selec te Atiehrijst -zelf te verbeteren. Het is mij niet Jui-telijk waarom niet met eenige sawahs en proef kan worden genomen. Een merkwaardig voorbeeld van ook in dit land doordringende coöperatie is de -naam- looze vennootschap, die in Pidië door 'ver schillende Oebëebalangs is opgericht, tot ex- «ploitatie van cen rijstpellerij. Het feit zelf dat een dergelijke samenwer king tusschen vroeger elkaar vijandige en steeds best-reden hebbende hoofden thans mogelijk is, is al een bewijs vun de zogenen- de werking van ons bestuur, dat orde en rust schiep in de vroegere chaos. Toch moet men niet al te overdreven voorstellingen van die samenwerking hebben. Net ging m gaat nog niet zoo vlot. Het toegezegde kapitaal is nog lang niet binnen. Er zijn er, die klaar blij kei ijk liever de kat uit den boom zien. Het bestuur bestaat uitsluitend uit Oelëe balangs, alleen is een Europeesche tokohou der ter plaatse adviseur. Bedrijfsleider is meen ik, de <zoon van den grootsten aa-ndeel- bezittei'. Er gi-ngen eerst stemmen op om daarvoor een Europeaan te nemen, maar de Atjehsche trots liet dit niet toe. Zooveel te heter, als de zaak nu toch goed blijkt te gaan. De rijstpellerij is voorzien van de meest moderne installaties. Voor brandma teriaal wordt, gebruikt de afval. Wel hoopt de N. I. Gasaiij., die Sigli thans eteetrificeert, dat die eigen brandstof-voorziening niet vol doen zal, maar de leiders hebben alle hoop. dat dit somber vooruitzicht geen werkelijk heid zal worden. De pelterij werkt nog lang r.r ,n- e capaciteit, maar men hoopt, dat dit binnen enkele jaren zal ge schieden, Dat zal echter goeddeels arhangen van ide gestie van de directie, waarin vo v- name'ijk de groote machthebbers zitten ZJ He. u°"M° Jhornmolos veroorzaakt! Hat. bleek toch dat de groot-grond-bezitters- aandeelhouders het voordeeliger "v onden om de parai duur op te koopen. nlan de fabriek groote winsten te laten maken, fcnmera zij d,e, .grootste padi leverancier,! Dat nerc aandeelhouders niet over gcst'cht waren, v alt te begrijpen cn daarom noten zij zich liever uitkoopen. Hel wil Jus met dc samenwerking nog niet best vlotteni Het lot van dv onderneming zal natuurlijk het meest afhangen van de vraag r>f de hui dige dircteur de meest ges. hikte man zal blijken» In ieder geva! is hij cl goeden moed en verwacht een grootep bloei! sigli zeïï biedt overigens niets bezien».vaardig,. Ik bleef er dan ock maar heel kort r-n onder T ,Vu" :"",n Pash«*r vertrokken wc aar hot binnenland, waar we via Tangse een autorit zeiden maken naar den nieuwen wegaanleg te Ccumpacg. Maar daarover Iv ter meer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 5