TWEEDE BLAD.
VRIJE UNIVERSITEIT.
TWEE BRANDEN BINNEN VIJF MINUTEN.
Gemengd Nieuws.
ZATERDAG 6 JULI 1929 TWEEDE BLAD PAG. 5
NEGEN EN VEERTIGSTE
JAARVERGADERING.
MORGENVERGADERING.
Na de opening, die wij gisteravond reeds
vermeldden, werd besloten een telegram
,van buide te zenden aan H. M. de Koningin.
Bespreking Jaarverslag.
Prof. V. H. Rutgers vroe,g of de me-
dedeeling op bladz. 10 dat de f 300.060 voor
de uitbreiding der V. U. nog niet bijeen is,
wel juist is, en of dat beurag niet reeds
overschreden is.
Zijn opmerkingen werden door de heeren
Mr. j. H. Grosheide en H. Colijn beant-
woord.
De heer Nieuw kerk (Ermelo) wees op
de onbillijkheid dat de V. U. slechts f 4000
uit 's RijKs kas ontvangt, terwijl het Rijk
res millioen gulden aan de andere Univer
siteiten ten koste legt.
De heer C o 1 ij n zegt dat de vervulling
van dezen wensch het best mogelijk kun
worden gemaakt door Antirev. leden naar
de Tweede Kamer te zenden, omdat deze
partij dezen wensch op haar stembuspro
gram heeft.
Opbrengst collecte.
D r. H. Kaajan deelde mee dat een col
lecte is gehouden voor de Vrije Universi
teit. Deze collecte bracht op f 1118.29, waar
van de Geref. Kerk te Utrecht den vorigen
Zondag f 500 bijeenbracht De collecte in
den bidstond in de Zuiderkerk bracht op
i 160. (Applaus.)
Bestuursverkiezing.
In de vacature van den heer H. C o 1 ij n,
die niet herkiesbaar is, werd als bestuurs
lid gekozen de heer A. W. F. Idenburg.
Tot iid der Commissie van Toezicht op het
geldelijk beleid werd in de vacature-M r.
Schut gekozen de heer Mr. J. Verdam
te Amsterdam.
Bij de rondvraag, die nu gehouden werd,
sprak Dr. C. J. Goslinga, van Buiten
post, er zijn blijdschap over uit, dat een
verklaring kon worden afgelegd namens
curatoren als door den voorzitter is ge
daan. (Die verklaring publiceerden wij reeds
gisteren.) Thans is gebleken, dat hoewel de
beide hoogleeraren, ondanks het feit, dat zij
hun formeele bezwaar tegen de vragen
handhaven, zij geen materieel bezwaar had
den tegen datgene wat van hen werd ge
vraagd. Spr. heeft vertrouwen in curatoren,
die altijd zorgvuldig op de Universiteit zul
len toezien.
Ds. T. J. Hagen, van Delft, sprak even
eens Verheuging over deze verklaring uit
"Het liee'fl' Spr. echter gesmart dat de-voor-
^zïtter èeh dusdanige-entourage om deze
verklaring heenmaakte als hij in zijn ope
ningsrede deed. De Universiteit moet band
houden aan ons Gereformeerde volk. Ter
dege zullen wij hebben op te passen, dat wij
niet dien weg uitgaan, dien Prof. van
Schelven wees, want dan zou het oude
scheldwoord bewaarheid kunnen worden:
„wat moeten die bakkers en bierbrouwers
een universiteit stichten". Ons volk in zijn
breede lagen voelt het zoo aan, dat aan de
studenten door de studie aan de V. U. lief
de tot het Calvinisme moet. worden bijge
bracht. Niet zooveel mogelijk, niet beperkt,
niet met een reserve, maar altijd vol liefde
en ijver \oor het Calvinistisch beginsel.
Dat moet het hooge ideaal zijn voor al de
jonge menschen, die van de V. U. afgaan.
En nu mag de voorzitter in zijn openings
woord zeggen, dat ook Kuyper soms is af
geweken van wat. als Geref. beschouwing
onder het volk leefde, maar dan kon hij
toch altijd aantoonen, dat hij zulks deed uit
kracht van het Gereformeerd beginsel. En
dat had de voorzitter ook moeten doen, dan
was Spr. gerust geweest. Spr. wil niet, dat
die band tusschen het Geref. volk en de
Universiteit wordt losgemaakt. De hooglee
raren moeten met ons Geref. volk zoo één
zijn, dat zij niet onderscheiden, zooals het
de voorzitter gedaan heeft
De heer Oskam, van Breukelen, drong
er op aan, dat er spoedig zal worden ge
werkt aan de inrichting der medische fa
culteit
Mr. Th. Heemskerk, de opmerking
van den heer Oskam beantwoordend, zeide
dat ook bij de curatoren de wensch leeft,
dat de medische faculteit zal kunnen wor
den ingericht Maar die wensch zal voor
eerst niet verwezenlijkt kunnen worden. We
moeten ons eerst beperken. Het kan nu ko- j
men tot de wis- en natuurkundige facul
teit, doch een volledige medische faculteit,
die meer professoren eischt, dan wij in den
eersten tijd kunnen bekostigen, kan er
vooreerst niet komen.
Het verheugde Spr., dat Ds. Hagen ver
trouwen heeft uitgesproken in curatoren.
Spr. heeft echter een anderen kijk op de
r.ede van Prof. van Schelven dan Ds. Ha
gen. Ds. Hagen heeft bestreden 't beeld vtm
den spion, die in het fort moet binnendrin
gen. Maar het beeld van het fort voor de
Calvinistische wetenschap, dat Ds. Hagen
wcnschte, zou Spr. niet goed lijken.
Het kenmerk van een fort is, dat men er in
blijft zitten. Als de Professoren "■i?t moesten
(Joon, dan zou met niet veel verder komen
met de uitbreiding der Geref. beginselen. De
rede van den voorzitter ging over het recht
van "vergissingen te maken. Maar dat
houdt ook in de roeping om geen-vergissin
gen te maken. En wie nu heel zeker wil zijn
om geen verkeerd pad in te slaan, voor dien
weet Spr. een secuur middel: men blijft zit
ten. Maar als de wetenschap uitgaat op ont
dekkingstochten, dan kan men zich vergis
sen. En het is noodig voor den uitbouw der
Geref. beginselen, dat de Professoren op ont
dekkingstochten uitgaan. Groen van Prinste-
rer heeft gezegd: „De vrceze des Heeren is
het beginsel der wetenschap, maar het_ begin
sel is de heele wetenschap niet." En Kuyper,
Rutgers en Woltjer hebben kostbare beginse
len gegeven, maar de uitwerking moet thans
geschieden. En in zeker opzicht hebben de te
genwoordige Professoren het moeilijker dan
Kuvper, Woltjer en Rutgers, want wel heb
ben deze kostelijke richtlijnen gegeven ook
voor de uitwerking der beginselen, maar de
tegenwoordige hoogleeraren mogen niet te
vreden zijn met hot behaalde resultaat, maar
moeten uitgaan op ontdekkingstochten om
die beginselen uit te werken. Natuurlijk is te
hopen, dat ze dit doen en dat is ook \>ccr
een beeld uit de rede van den Voorzitter
dat ze dit doen op het kompas van de Ge
reformeerde beginselen en zoodoende op het
het goede punt uitkomen. Spr. twijfelt niet,
bf ook de Voorz. is daarvan doordrongen.,
Maar het recht van vergissingen te maken
heeft niets te maken met de vastheid der Ge
ref. beginselen ,maar alleen dat alle mensche-
lijke arbeid onvolmaakt is. Hoe langer hoe
meer moeten onze Professoren op ontdekkin
gen uitgaan eri nu heeft de Voorzitter alleen
het kleine voorbehoud van het recht op
gissingen gemaakt, (daverend pplaus).
De Voorz. zal niil veel zeggen. Het speet
spr., dat Ds. Hagen niet even bij hem ge
komen is, want dan hadden ze samen deze
zaak kunnen bespreken, en had spr. het
kunnen ophelderen. Maar het beeld, dat
spr. gebruikte van den spion die in het fort
moest zien in te dringen is afkomstig van
den ouden Dr. Kuyper, die het ook gebruik
te met betrekking tot de Calvinistische We
tenschap.
Slotwoord.
Spr. richt zich dan in een slotwoord voor
deze morgen-vergadering tot d,en heer Colijn
en zegt, dat we het wel treurig vinden dat
de heer Colijn weggaat. Maar hij heeft
een jaar gediend boven den tijd, dien hij
dienen moest, en spr. kan het verstaan, dat
de heer Colijn nu afgelost wil worden. Spr.
dankt dn heer Colijn voor het vele, dat de
ze voor de V. U. heeft gedaan, (applaus).
Een verzoeting van de scheiding is, dat we
den heer Idenburg voor hem in de plaats
krijgen, (applaus).
De vergadering wordt daarna geschorst
tot 's middags.
MIDDAGVERGADERING.
Calvinisme zoowel
uit naar de weten
schap als naar de
mystiek. Het schiep
zich van beide een
eige-n type.
Mystiek en weten
schap vormen schijn
baar een vreemde
combinatie. In naam
der we'«n schap werd
vooral sinds de da
gen der Verlichting
de mystiek herhaal
delijk* in de ban ge
daan en zelfs Gods
dienst philosophen willen haar slechts
aanvaandiem als jeugdige groeikamp, maar
dde verdwijnen moet, wanneer men heeft
teniet gedaan, wat eens kinds was. En om
gekeerd kenmerkte die eenzijdige uitgegroei
de mystiek, het mys'.dcisme, zich bijkans
zonder uitzondering door cultuurverachting,
waarbij daim de wetenschap, zelfs de theolo
gie het het eerst moest ontgelden. Kwalifi
ceert -de moderne wellen-schap het als onwe
tenschappelijk, den waaim. van God in de
wetenschap zelf te vernoemen en Goddelijke
werking ter verklaring van feiten aan te
nemen, niet alzoo de Calvinistische weten
schap. Bereidt de Calvinistische wetenschap
allerwege oro'imoetinigen van God, zoo grijpt
hierbij de mystieke factor in. Want hoe men
de mystiek ook omschrijve, naar Calvinis
tisch gevoelen culmineert zij in de ontmoe
ting met God. Die ontlmoetn'ng kan slechts
plaats hebben over die kloof d-er zonde heen-
gedragen, gedragen op de vleugelen
ChrisLus, terwijl het subject daarvoor wordt
toebereid -door den Heiligen Geest De mv
stieke factor bewaart onze wetenschap voor
abstractie, voor perkament-
lucht, ivoor isolement.
De waarde van den mystieken factor,
aarvan do Gereformeerde beginselen zijn
doorvlochten, kan voor onze Universiteit
moeilijk te hoog worden aangeslagen.. Die
factor waarborgt, dat het Gereformeerde
volk en de Universiteit bijeeniblijven, welke
moeilijkheden zich dan ook mogen t
■doem Hij zorgt dat er tusschen heiden een
eigcaisoorlig onderling begrijpen zal zijn,
aarbij het niet we enscliappelijk begrijpen
nooit belommerend -zal werken.
ttcr dankte den referent voor
zijn rede en verleende terstond den- tweeden
spreker, Mr. P. S. Gerbrandy, van Sneek,
het woord, om te. refereeren over:
IN HET GENTRUM VAN ROTTERDAM.
VRIJ ZEKER WERK VAN DEN
BRANDSTICHTER.
De Universiteit te Genève is één der wer
ken van Calvijn. Die Universiteit is derhalv
alleen te begrijpen
als men het eigen
lijke van het leven
van Calvijn verstaat.
De stichting der
Universiteit is de be
wuste daad
tot volle rijpheid ge
komen reformator.
Voor hem is dan ook
de stichting der Uni
versiteit „een
van God."
Dit beteelcent
tusschen niet dat die
stichting een speci
fiek Calvinistisch
verschijnsel zou zijn.
Bij de hervorming van het onderwijs sluit
Calvijn aan 'bij Gouvea, Badaiol en Sturm,
die op hun beurt weer aansloten bij de scho
len ivian d-e broederen des gemeenom levens.
Eenheid te brengen in het onderwijs, zoo
dat liet hoogere onderwijs systematisch aan-
sluiii" aan het voorafgaande, is daarbij ear:
voornaam element. Kenmerkend Calvinis
tisch is dat hij het geheele onderwijs vooral
concentreert in het kenneiru der Heilige
Schrift in dien oorspronkelijken grondtekst.
Practisch meegemaakt -heef'J Calvijn de
school van Sturm, in Straatsburg, daar is bij
hem het plan tot Universiteitsstichi'.ing ge
boren.
Uitvoering daaraan geven heeft hij pas
gekund in 1559. Op 5 Juni 1559 kon de plech
tige opening van „college en academie"
plaats vindon.
Als straks de mare der stichting naar de
Protestantsche wereld is uitgezonden, dan
stroomen de studenten toe van allen kant.
Toch mag e.n moet dez-e stichting niet
slecljts heehni de LTniversiteit wan Calvijn,
maar de Universiteit van Calvijn en Beza.
Twee zaken vooral zijn het waarom deze
Universiteit ook de Universiteit van Beza
moet heeton. Ten eerste, omdat de bijna 50
jaren, dat hij aan haar -verbonden is, de tijd
is geweest van de echte wetenschappelijke
vrucht, die bij een Universiteit behoort, wil
zij dien naam terecht dragen. In de tweede
plaats, omdat de tijd van Beza de tijd is van
de vorming der mannen, die Beza aan de
Universiteit verbond.
Er is bij groo'e verschillen een zekere
overeenkomst tusschen de stichting van
Calvijn en dio van onze Vrije Un-iversitcit
De brand aan het Haagsche Veer met
elf stralen gebluscht.
MOOI WERK VAN DE BRANDWEER.
Rotterdam, 6 Juli 1929.
Opnieuw is de stad gister opgeschrikt
door het alarm voor twee zware branden
en het staat nu wel zoo goed als zeker
vast, dat hier de waanzinnige brandstich
ter weer de hand in het spel heeft gehad.
De feilen spreken daarvoor te sterk.
Te omstreeks half vier heeft gistermiddag
allereerst een binnenbrandje gewoed in een
opslagplaats achter een kapperszaak aan
de Van Oldenbarneveldstraat, een brandje,
dat de bewoners en buren zelf wisten te
blusschen, doch waarbij zoo goed als zeker
de brandstichter in het spel was geweest.
Kort na vijf uur werd de brandweer ge
waarschuwd voor een ernstige brand, die
was uitgebroken op de eerste verdieping
van het pand, staande op den hoek van
Slagveld en Stationsweg.
In dit pand is gelijkvloers gevestigd de
winkel van het Nationaal Kasregister, ter
wijl op de eerste verdieping, waar dus de
brand woedde het kantoor was van de N.V.
Mij. voor industrieele ondernemingen, Pure
Silk Cy.
Voorbijgangers zagen dat kort na vijf uur
dikke rookwolken boven het dak uitkwa-
Men wilde naar boven gaan, om te zien
ir aan de hand was, maar halverwege
de trap kon men al niet verder wegens de
enorme hitte en rook. Door de hitte sprong
•uit van de eerste verdieping, die grenst
een brandgang, welke aan de andere
zijde wordt begrensd door de kapperszaak
van Me fa. Leyger en de vlammen lekten
naar buiten. Het bleek, dat er een zware
brand woedde.
Inmiddels was binnen zeer korten tijd de
vrijwillige brandweer verschenen en rappe
gasten van spuit 17 en 29 legden slangen
uit, die door het trappenhuis naar boven
werden geleid. Terwijl de eerste waterstra-'
t. vuur sisten was men beneden druk
bezig den winkel van het Nationaal Kas
jegister te ontruimen. De Kostbare machi
nes, die door het bluschwater stellig zouden
zijn bedorven, werden inderhaast op straat
gebracht en de geheele winkelinventaris
ónder een springzeil geborgen.
Stellig brandstichting.
Terwijl de brandweer nog in volle actie
was, begon de politie met bekwamen spoed
haar onderzoek naar den oorzaak van
de brand. Al spoedig kwam onomstootelijk.
vast te staan, dat men hier met eon geval
brandstichting had te doen en
deze brandstichting van buitenaf was
schied.
Een stapel kartonnen doozen, blijkbaar
inderhaast bij elkaar gegrist, moet het i
hebben vlam gevat. Deze stapel stond op
i plaats, die van buiten af bijzpnder ge-
kkelljk was te bereiken en gelet op de
onderzoekingen van voorgaande branden,
mag men hier wel met aan zekerheid gren
zende waarschijnlijkheid aannemen, dat
„de brandstichter" zijn heilloos werk ook
hier heeft verricht.
De blussching.
Leek het aanvankelijk, of de brand niet
gemakkelijk zou worden gebluscht, toen
eenmaal de brandweer met grooten spoed
water had gegeven, was het gevaar spoedig
geweken. Men kon het vuur zelfs baas met
de twee spuiten, die den eersten aanval
hadden ondernomen en de spuiten 16, 20,
28 en 21, die mede waren uitgerukt, benoef-
den geen dienst te doen. De reserve-auto I
heeft als steeds weer nuttige hulpdiensten
kunnen verrichten.
Er was voor de brand een geweldige be
langstelling, het Hofplein stond zwart van
menschen, het verkeer kon zich slechts met
moeite een doorgang banen.
De tweede brand.
De kijkers op het Hofplein hebben wel
waar voor hun geld gekregen. Terwijl men
nog vol spanning de verrichtingen van de
brandweer aan den Stationsweg volgde,
klonk plotseling de kreet: „Brand op het
Haagsche Veer!"
Dat had een geweldige uitwerking.
Publiek, brandweer, politie en pers holde
in een oogwenk over het Hofplein, in ge
weldige verwarring. Alleen de brandweer
mannen van de spuiten 17 en 29 bleven
rustig op hun post.
Al spoedig bleek, dat de brand aan het
Haagsche Veer nog van veel ernstiger ka
rakter was dan die aan den Stationsweg.
Zware rookwolken dreven in Oostelijke
richting en uit pand 3 sloegen de vlammen
naar buiten.
Het bleek, dat de brand woedde op de
derde verdieping van dit pand, waarin is
gevestigd de opslagplaats van huishoude
lijke artikelen van de fa. Elze cn Lazarus.
Om half vijf was de kantoorjuffrouw nog
in het magazijn geweest en had niets bij
zonders gemerkt cn toen zij nog geen uur
later van het lager gelegen kantoor op
nieuw naar het magazijn ging, stond dit in
lichte laaien.
Schreeuwend en roepend is zij de straat
op gevlucht en op hetzelfde oogenblik sloeg
de rook al naar buiten, cn nog wat latei-
Die overeenkomst is er zelfs in de moeilijk
heden. Ook voor Dr. A. Kuyper is de V. lT.
een werk van God, ook ivoor hem is zij het
instrument om de leidslieden te vormen:
ook liij doet een beroep op de vrijwillige of
fervaardigheid. Ook voor hem cn daarvan is
de ontembare kracht van zijn polemiek, als
deze stichting wordt aangevallen, het door
slaand bewijs, is d'e Universiteit het hoofd
punt iin zijn leven-sarbeid, het meest hem
dierbaar van al.
Die Universiteit heeft recht op ons geld.
op onze zonen en -dochtererh, opdat ook du
erk slaize in de kracht van God.
Om des tijds wille ivolgde op dit referaat
geen -discussie. 1
De voorzitter deelde mede, dat van H. M
de Koniingin een telegram met dankbetui
ging was binnengekomen. (Applaus).
Oud-Minister Van Dijk sprak woorden
an dank tot Prof. van Schelven, die
„oo uitnemend de vergadering leidde, waai
na de vergadering geslolen werd.
'barstte het vuur naar alle kanten uit het
pand.
De brandweer behoefde niet te worden
gealarmeerd. Het bericht van deze nieuwe
brand had zich snel verspreid en het over
tollige brandweermateriaal aan den Sta
tionsweg rolde al naar het Haagsche Veer.
De heer J. Pellenkoft, hoofdopzichter van
de afd. brandbluschmiddelon, was een dei-
eersten, die van het Slagveld op het Haag-
scheveer aankwam.
Hij constateerde direct, dat men hier met
een zwaren brand te doen had en ontbood
autospuit No. VI en den nieuwen auto-
ladder. Terwijl 't groote materiaal verwacht
werd waren de bandbrandspuiten al in
volle actie. Spuit 16 werkte met een straal,
21 eveneens met een, 29 met drie, 19 met
twee sralen.
De politie had inmiddels wat ruim baan
gemaakt en met touwen een afzetting ge
maakt. Op het afgezette terrein kon daar
na de schifting beginnen, van wie er op
hoorde en wie er niets te maken had.
De brand woedt hevig.
De brand was in hevigheid toegenomen.
De vlammen hadden nu ook den zolder be
reikt en vonden gretig voedsel in de aan
wezige voorraden, hoofdzakelijk houtwaren
cn sloegen binnen weinige oogenblikken
tot hoog boven het dak uit. Dikke rook
wolken dreven over de enorme menschen-
rnenigte heen en hulden het Hofplein in
een smookgordijn. Met spanning stond
men toe te zien, hoe de brand zich uit
breidde want de handspuiten, hoe dapper
ook bediend, vermochten toch toch een
vuurzee als deze niet veel uit te richten.
Het groote materiaal.
Daar loeide echter reeds de brandweer
sirene en in duizelingwekkende vaart
stormde autospuit VI het Hofplein op. Met
Rotterdanische gemoedleijkheid bleef
echter midden op den rijweg staan en de
menigte was zoo dicht, dat de spuit inder
haast moest stoppen. Het duurde ecnigen
voor men ruim baan had gemaakt en
olie vaart reed de spuit, nu door
het Ilaagscheveer, waar vlak bij de water
kant werd post gevat. Klokslag kwart
was de autospuit aangekomen en
minuten later werd reeds met een krachti-
ge straal water gegeven.
i mannetjes van de vrijwillige brand-
hebben den laatsten tijd geleerd ook
met het groote materiaal op bewonderens-
rd'ig vlugge wijze om te gaan en zoc
hadden de gasten van spuit 22 nog geen
twee minuten noodig gehad om e
slang uit te leggen, de zuigbuis in
ter te laten zakken, een straalpijp
slang te koppelen en „water" te -
Nauwelijks was de autospuit aan het
blusschingswerk gaan deelnemen of men
zag dat het hoogste punt was bereikt. Dik
ke stoomwolken mengden zich tusschen
den rook en het vuur werd aan de voorzijde
teruggedrongen. Hevig woedde het echter
aan de achterzijde cn hier was de vuur
haard 'slecht te bej-eiken.
Opnieuw klonk echter de sirene en thans
as hqt_.de .au.toladder, die. kwam aapsui-
n. lDeze werd vlak voor het brandende
pand op het Ilaagscheveer neergezet en
tot in den hoogsten stand uitgetrokken.
Men bevestigde er den vasten straalpijp op
en kon nu van den top van den ladder af
tot achter in het pand het vuur bereiken.
Toch laaide het nu eens hier, dan weer op
een andere plaats hevig op cn daarom wer
den nog twee slangen van de autospuit in
actie gezet, een aan de voorzijde cn een aan
de achterzijde, waarvan er een bediend
werd door gasten van spuit 22, de ander
door die van spuit 15. In totaal werd nu
met 11 stralen water gegeven, vier van de
slangen lagen door liet trappenhuis van
pand 8 aan den Coolsingel, een hing langs
den gevel van het hoekhuis No. 2 aan het
Haagsehveer, een ander langs den gevel
van het brandende gebouw, twee hingen er
langs den voorgevel van pand 4 cn de laat
ste werd, zooals reeds gemeld, over de auto
ladder geleid.
Het. vuur werd zoodoende aan alle kan
ten ingesloten en nam nu geleidelijk at.
Personeel van de afdeeling brandblusch
middelen, dat met de twee reserve-auto's
ter plaatse aanwezig was en op lofwaardige
wijze de autoladders heeft bediend, is echter
nog tot ongeveer half twaalf met drie slan
gen op de waterleiding aan het spuiten ge
weest om het telkens weer opflikkerende
HAAGSCH STRAATTOONEELTJE
Het Westeinde, een van de oudste en drukste straten der residentie, ligt opgebroken.
De groote menschen vinden dit vervelend en lastig, maar de Haagsche jeugd geniet van
t geval, 't Is ook een buitenkansje: het spelen in 't zand, icaarvoor men ariders naar
Scheveningen moet, is nu mogelijk vlak bij de ouderlijke woning.
vuur in bedwang te houden. Gedurende het
verdere van den nacht is met een slang op
de waterleiding de wacht gehouden.
Het bovengedeelte van het pand is geheel
uitgebrand *en op de benedenverdieping
heeft men veel waterschade geleden.
Van de groote voorraden was geen enkel
stuk gaaf uit den strijd teruggekomen.
Weer de brandstichter.
Hoewel niets met zekerheid vast staat
ontkomt men ook in dit geval niet aan den
indruk, dat de waanzinnige brandstichter
(want men mag wel aannemen, dat men hier
niet met een normaal mensch te doen
heeft) de hand in het spel heeft gehad.
De aard van den brand klopt geheel met
de ervaringen, die men opgedaan heeft bij
de andere branden, waarbij men de aan
wezigheid van den brandstichter heeft kun
nen vaststellen.
De politie stelt ook in dit geval een uit
gebreid onderzoek in, maar bet. zal zeer
moeilijk zijn den dader te vatten.
Belangstelling.
Zooals we reeds boven aangaven, bestond
voor deze brand enorme belangstelling. Het
verkeer is er hopeloos door in den war ge
bracht. De drommen nieuwsgierigen heb
ben van een interessant schouwspel kun
nen genieten, want vooral in dit oude
stadsdeel, op een zoo vrij liggend punt, kon
men overal de brand prachtig volgen.
Onder de belangstellenden op het afge
zette gedeelte werden opgemerkt de burge
meester, Mr. P. J. Drooglever Fortuyn, de
hoofdcommissaris van politie, de heer A. H.
Sirks, de commissaris van politie in de IVe
afdeeling, de heer J. J. Soer, de directeur
•gemeentewerken} de heer Ir. L. W. H.
Dijk, zoomede de directeur van den
óerdienst, Dr. Ir. M. F. de Bruyne en
de hoofdopzichter van de afdeeling brand
bluschmiddelen, de heer J. Pellenkoft, die
bij het blusschingswerk veel steun heeft
jrleend.
Een woord van bijzondere wanrdeeriug
komt toe aan de mannen van de Vrijwilli
ge brandweer, die onder leiding van spuit
meester A. H. Kiel en hoofdman A. J. Kruis,
ook bij dezen brand weer voortreffelijk
erk hebben verricht.
Dat Rotterdam zich zelf geluk kan wen-
schcn met brandweermaterina! als de nieu-
autospuitcn en de autoladder is ook nu
ir gebleken.
EEN NOODLANDING.
Een militair vliegtuig, onder commando
in luit. Hesselink, is door een noodlanding
op een weiland onder Bome (Ov.) gedaald
De landing geschiedde vlot en zonder on
gelukken.
HET C. N.V.
EEN HERINNERINGSNUMMER
VAN DE GIDS.
Zooals we wel verwachtten, bevatte het
laats verschenen nummer van De Gids uit
voerige beschouwingen in verband met het
a.s. Maandag te Utrecht te vieren 20-jarig
bestaan van het C. N. V.
Het programma der feestelijkheden heb-,
hen wij reeds in ons blad afgedrukt
We vermoeden wel,.do>! velen in den lan
de Maandagavond op Huizen zullen afstem
men om do f-eestvergadering in den geest
mee te vieren.
Het Gids-munwner staat in het teeken van
„dankbaar geden-ken" en: „moedig, geloovig
voorwaarts".
Wij komen bijna in de verleiding heele
stukken over te nemen uit dit intessanite
nummer. Helaas, plaatsruimte verbied! ons
dat.
Juist in d-eze dagen kon men het vaak
hooren, dat sociale wetgeving diep-zond-ig
is; dat van een dergelijke mentaliteit een
funeste» invloed uitgaat op de Christelijk©
arbeiderswereld, bewees de verkiezing op
Flakkee.
Gelukkig, dat er een andere toon beluis
terd wondt van de zijde dergenen, die over
tuigd zijn van de noodzakelijkheid van het
Christendom voor heel hel leven.
Met volle -instemming citeer en we Prof,
Dr. Slotemaker de Bruine, die eens schreef:
„Het Christendom belooft geen ideal©
maatschappij, doch het bergt krachten ln
zich, die voor de gezondmaking van onze
toes aniden van zeer groote beteekenis zijn.
of wezen kunnen en hei is de taak der Chris
tenen, om aan die tewerkstelling dier krach
ten zich te wijden met alle kracht.
ONDER ZIJN AUTO GEWOND.
De chauffeur W. D. reed met een ledige
autobus van den dienst LommerKuinre
nabij Schoterzijl bij Kuinre in volle, vaart
tegen den zeedijk op, waardoor de auto om
sloeg. Toesnellende'boeren poogden het voer
tuig weer op de wielen te helpen. Bij deze
pogingen gleed de chauffeur uit eri kantelde
de auto, die op hem terecht kwam. Zwaar
gekneusd en met hevige pijnen werd de man
opgenomen en naar Kuinre vervoerd, waar
geneeskundige hulp werd ingeroepen.
WONDERLIJK BEWAARD.
Op den onbewaakten overweg op den Mo
lenweg onder Arkel is een vrachauto van.
Beems te Meerkerk door den sneltrein ge
grepen. Het achterste deel van de auto werd
totaal vernield. De bestuurder kwam cr met
een kleine Wonde aan het hoofd af.
BRAND TE ROTTERDAM.
Gistermiddag ontstond een groote uitslaande brand bij de finna Else rf- Lazarus aan het Haagsche Ver Waars chiinUih ft nni- ht,*
de beruchte brandstichter, die de laatste weken reeds zoo ceel onhr'i slichtte, neer aan 't u-erk geweest f}. ici/taande kir1- die
uit fotografisch oogpunt schitterend geslaagd mag hceten, geeft een sprekend breid i on het Hofph i,,. ,-en der brandi'untcu' van.
t Rotterdanische vexliccr. Op den voorgrond dc üclftschc puurtrechts dc Raadhuistoren.