ZATERDAG 15 JUNI 1929 DERDE BLAD PAG. 10
DE ZUIDERZEEWERKEN.
OORZAKEN DER OVERSCHRIJDING
VAN DE RAMINGEN.
Geen voldoende voorstelling van
het werk in 1924.
GEEN NATIONALE RAMP.
In de M. v. A. aan de Eerste Kamer over
1de wetsontwerpen tot verhooging van de
begrooting van het Zuiderzeefonds over
lfttó tot vaststelling van de begrooting van
het fonds voor 1921) en tot wijziging van de
waterstaatsbegrootingen voor de genoemde
jaren, zet do Minister van Waterstaat uit
voerig uiteen, hoe het komt, dat de thans
bekende kosten de ramingen van 1924 be
langrijk overschrijden.
Op zich zelf waren de cijfers, die toen
maals verstrekt zijn, even betrouwbaar als
van welk waterstaatswerk ook, terwijl er
bovendien op werd gewezen, dat bij een
too omvangrijk object, waarvan de uitvoe
ring tal van jaren zou vorderen, kwalijk
»ou zijn te voorzien: ten eerste of de wer
ken wel alle op de geschetste wijze zouden
lot stand komen, en vervolgens of die in
derdaad voor de opgegeven bedragen kun
nen worden gemaakt.
Dat betrekkelijk spoedig zich belangrijke
financieele afwijkingen zouden voordoen,
moet, naar de meening van den Minister
worden toegeschreven aan de omstandigheid,
dat men zich geen voldoende voorstelling
gevormd heeft, noch ook zich heeft kunnen
vormen, van de schaal, waarmede dit wa
terstaatswerk behoort to worden gemeten,
en die, althans wat de dijkwerken betreft,
bepaaldelijk is onderschat.
In hetgeen aan dc opstelling van de be
grooting van 1924 voorafging, immers het
zoogenaamde beperkt werkplan, dat sinds
1920 in gang was, had men geen aanwijzing
kunnen ontleencn voor hetgeen later
volgde.
Hieruit mag naar het oordeel van
Minister niet worden afgeleid, dat het ver
trouwen in ramingen, zooals enkele leden
meenden, ook voor andere waterstaatswer
ken geschokt is, evenmin dat er aan het op
maken der ramingen niet voldoende zorg
eou zijn besteed, terwijl ook een woord van
protest tegen de opgemaakte begrootingen
niet redelijk zou zijn.
Verhoogde prijzen.
Voor de overschrijding der ramingen
kunnen voorts de volgende zaken worden
vermeld:
Sedert het jaar 1924 zijn verschillende
prijzen belangrijk verhoogd en wel in de
eerste plaats die van baggerwerken, welke
een stijging van ongeveer 50 pet. ondergin
gen, terwijl deze werken immers juist een
overwegende rol vervullen bij de afsluiting
coowel als de droogmaking.
Ook de arbeidsloonen zijn op de werken
omhoog gegaan, terwijl eveneens de prijs
van vesschillcnde materialen is gestegen;
die van cement tengevolge van syndicaat
vorming met 80 pet, waardoor de prijs van
beton, welk materiaal bij de kunstwerken
de voornaamste plaats inneemt, met onge
veer 25 pet is gestegen. Voorts is een tegen
valler ondervonden bij het uitvoeren van
het grondwerk voor de dijken.
Bij de begrooting van 1924 werd uitge
gaan van naar toenmalig Inzicht normale
kosten voor elk dezer grondbedrijven. Toen
evenwel de grooto grondwerken midden in
zee, waarbij vaak een grondtransport
tamelijk groote afstanden noodig is, in
voering kwamen, bleek, dat elk dezer be
drijven op zich zelf niet met volle econ<
kon werken, omdat de bedrijven zich
elkaar moeten aanpassen en naar elitair
regelen en daardoor niet elk bedrijf met de
daarvoor passende, meest economische snel
heid Icon voortwerken, maar zich moest voe
gen naar het tempo, waarin het dijks-
licjiaam kon worden vooruitgebracht De
kosten werden daardoor belangrijk hooger
dan was geraamd.
Technische basis proefhoudend.
Do bedrijfsuitkomstcn zijn evenwel ge
leidelijk gunstiger geworden en dit doet zich
bij een werk van langeren duur als den
afsluitdijk van de Zuiderzee gevoelen. Ove
rigens is de technische basis, waarop het
werk is opgezet, tot nog toe proefhoudend
gebleken en heeft zich geen enkel verschijn
sel voorgedaan dat aanleiding zou moeten
geven om tot andere, meer kostbar© con
structie en werkwijzen over te gaan.
INGEZONDEN iEDEDEELING.
De Minister becijfert ten slotte de totale
uitgaven voor de droogmakingen op 495
raillioen gulden, welk bedrag nog 15 mil-
lioen blijft beneden de geraamde waarde
van de drooggemaakte gronden.
Daarbij is echtor gaen rekening gehou
den met de rente der gelden, welke voor elk
der drie nog droog te maken polders moe
ten worden besteed tot op liet oogenblik,
waarop de gronden van deze polder hun
normale cultuurwaarde zullen hebben ver
kregen. Tot dekking van dezen rentelast
zou gedurende 22 jaren een bedrag van
rond 6y2 millioen gulden noodig zijn, welk
bedrag dus blijft beneden hetgeen tot dek
king van het tekort op den Noordwegpolder
zal worden gestort
Deze uitgave vormt, naar de minister
meent, nog geen ondragelijke last voor ons
land; men behoeft dus niet te voorzien dat
het grootsche werk van de verdere droog
legging der Zuiderzee voor ons land een go
vaar zal worden wat de financiën betreft
en op een ramp zou kunnen uitloopen.
Ten slotte verklaart de minister dat hem
niet gebleken is, dat aan de uitgevoerde
constructies overdreven eischen gesteld
worden en dat bij de Zuiderzeewerken op
onverantwoordelijke wijze met de gelden
van den Staat wordt omgesprongen, terwijl
hij overtuigd is dat de samenwerking met
de maatschappij tot uitvoering van Zuider
zeewerken (M.TI.Z.) ook in financieel op
zicht het belang is van den Staat
AMSTERDAM.
AMBTENAREN-REGLEMENT.
Haast nergens viert het ambtenaren-regi
ment zoozeer hoogtii, als op het terrein van
de bouwverordening. Natuurlijk zijn ten
slotte Burgemeester en Wethouders verant
woordelijk, maar het is niet aan te nemen,
dat deze weten, hoezeer het bouwen op alle
wijzen wordt bemoeilijkt en bijna onmogelijk
gemaakt.
Wij hebben een bouwverordening. Een uit
voerige herhaaldelijk gewijzigde en aange
vulde bouwverordening, die zoo goed als on
leesbaar is. Maar ze heeft dit voor, dat ze
door den Raad is vastgesteld, dat zc valt
der de publieke controle.
Daarnaast hebben wij allerlei erfpachts-
voorwaarden, waarvan de Raad officieel
niets weet Ze worden, te goedertrouw, vast
gesteld door den dienst van Publieke Wer
ken, en ze gaan altijd boven de eischen van
de bouwverordening uit
Daarachter komen weer, eveneens buiten
controle van den Raad allerlei oekascs
den dienst van Bouw- en Woningtoezicht Of
ze noodig zijn staat niet altijd vast, of ze
voor ieder gelijk zijn, weet niemand, dat ze
het bouwen duurder maken staat echter vast.
In den regel schikt men zich in deze
dwangpositie. Niet elke bouwer weet hoever
hij kan gaan. Niet elke bouwer kan bij con
flict een stagnatie van weken en soms maan
den lijden. Maar ieder voelt dat er toch
weg moet worden gevonden om bij geschil
recht te krijgen, om de uitspraak voor een
publiek college in te roepen.
In sommige gevallen geeft art. 39 van de
bouwverordening, recht van beroep op een
speciale raadscommissie. En bij die geval
len blijkt soms, hoe vreemd met de rechten
en belangen der burgers wordt omgespron
gen.
I Zoo treft ons dezer dagen een geval van
weigering eener bouwvergunning aan, den
eigenaar tan een perceel aan den Middenweg
Bij gewoon normale, laat ons zeggen „eer
lijke" uitlegging der bouwverordening kan
deze vergunning niet worden geweigerd.
Waarom wordt dan de vergunning niet ge
geven? De ambtenaar verklaart „omdat het
Burgemeester en Wethouders niet past".
De commissie is dan ook van oordeel dat
B. en W. de mogelijkheid van weigering
ontbreekt Ze acht dus het beroep van den
gedupeerden bouwer gegrond en slelt don
Raad voor het college van B. en W. uit te
noodigen een nieuwe beschikking op de ge
dane aanvraag te geven.
Wij vertrouwen dat thans zal blijken, dat
B. en W. buiten deze onverkwikkelijke ge
schiedenis staan en recht zullen doen.
HET MAG!
B. en W. zijn nuchterder.
De heer Polak (soc.-dem.) was ongerust.
De Amsierdamsche Burgerwacht had in sa
menwerking met het Roodc Kruis, een oefe
ning gehouden nabij dc Hcmbrug.
Daar waren dooden gevallen en personen
bedwelmd geraakt door gifgassen, cLw.z. men
had gedaan alsof, en nu moesten deze be
dwelmde en gewonde personen vervoerd
naar de ambulance, verbonden, en bij kennis
gebracht.
Dat soort oefeningen is meer gehouden,
zelf hebben wij in de oorlogsjaren als lid van
do transportcolonnc van liet ^.oode Kruis,
wel eens een dergelijke practische oefening
meegemaakt.
Maar thans hadden aan deze oefening, die
de heer P o 1 a k, in volkomen begripsverwar
ring een oorlogsoefcning noemt, als figuran
ten, ook leden van de padvindersorganisatie
cn van het meisjesgildc medegewerkt, als pa-
tiënten de jongens, als ordonnancen de me is
jes. En de vereenigingen waarvan deze meis
jes en jongens lid zijn, worden door de Ge
meente gesubsidieerd! Dat is nog al zoo
Kunnen B. en W. dat goedkeuren vraagt de
heer Polak.
En sterker nog, want wat geeft zulk
goed- of afkeuring op zich zolf, willen I
W. niet zeggen, dat het niet meer mag
B. en W. zijn gelukkig iets nuchterder ge
bleken dan de heer Polak. Ze coi
teeren dat door deze jongens cn meisjes geen
oorlogsspel is gespeeld. Dat men van oen
practische toepassing van Eerste hulp bi;
Ongelukken kan spreken. Dat ze hiertegen
gteen bezwaar hebben. En dat ze het dus niet
zullen verbieden
Misschien is de heer Polak thans nog
ongeruster geworden. Maar ook nu lijkt ons
daarvoor weinig reden.
Kerknieuws.
GEOPENDE KERKDEUREN.
Te Schoorl (N.-H.) zal, naar men ons
meldt, voortaan het kerkgebouw der Ned,
Hervormde Gemeente altijd openstaan. Zij
die voor een korte meditatie of gebed zich in
de kerk willen begeven, kunnen dus altjjd
binnentreden. De Gemeente is vrijzinnig.
ZIEKENTELEFOOX.
De Commissie voor Ziekentelcfoon der
GerefKerk van Rotterdam, deelt mede,
dat bij wijze van proef D.V. 19 Juni
a.s. des namiddags ten 4 ure een korte
kendienst zal worden gehouden voor
microfoon vanuit de Oosterkerk aldaar.
CHR. CONGRES VOOR ZlEKENTELEFOON
Op initiatief van Ds. J. A. Tazelaar en den
heer A G Corbeth, leiders van de Ziekentele-
fooncommissie der Geref. Kerk van Rotter
dam, en in samenwerking met den heer P. K.
Dommisse, leider der Ziekentelefooncommissie
van de Geref. Kerk te Maassluis, wordt op
nader te bepalen datum een Christelijk Con
gres gehouden, waar de ziekentelefoon
haar toepassingen ter sprake worden gebracht,
en waar naast de oplossing van theoretische
en praktische vragen het vraagpunt van lan
delijke organisatie van Ziekentelefoonconunis-
siën aan de orde komt.
Da leiders van genoemde Commission en
voorts allen, d'e mede wenschen te werken,
gelieven vóór 1 Juli hun naam en adres op te
geven aan Ds. J. A. Tazelaar, Bergweg
telefoon 40S40, te Rotterdam.
HUMOR IN DE PASTORIE.
Er is een verhaal van een predikant-huis
vader, schrijft Ds. .T. L. de Heer, Ned. Herv.
predikant te Rotterdam, in de „Rott. Kerk
bode", „die vermeerdering wachtte van zijn
gezin. Hij had een sterk voorgevoel, dat hem
een dubbelen zegen te wachten stond. Voor
het geval, dat hij twee zonen rijker zou
den, had hij zich bezonnen met welke namen
hen te noemen. Den eerstgeborene zou hij
Max hecten. En de andere? Wel, dat zou een
Climax zijn!"
GEREF. KERKEN IN ZUID AMERIKA.
Het Comité vanwege de Chr. Geref. Kerk
in Noord-Amerika voor den ai-beid in Zuid-
Amerika zal op de e.v. Synode een medewer
ker van Ds. A. C. Sonnevcldt te Buenos-Aires
kunnen aanbevelen, gevonden in iemand die
reeds in 1930 gereed kan zijn als predikant in
de Hollandsche Kerk van Tres Arroyos en San
Cayetano zoowel als arbeider op het Spaansche
Zendingsveld op te treden.
LIEFDE EN LIEF DOEN.
Dr. J. II. Gunuiug J.Hzn., tie „Pniër-
redacteur, die bij het klimmen zijner jarcu
niet zijn nuchtercr. Kijk op het le\en verloor,
doch integendeel dikwijls een van veel le
venswijsheid gciuigeuci woord deed hooren,
schrijft nu liet vtlgeude:
Men kan ir eerlijk na jagen alle menschen,
zc lis zijn Mjai.deii .lief 'e hebben, zonder zien
geroepen te achten loi het onmogelijke: iiei
te doen tegenover allen. Er z ij n toch men
schen met wie een vriendschappelijk, laat
slaan een broederlijke omgang onmoge-
1 ij k is. Dat geldL zelfs wel van menschen van
wie gij u in gemoede verzekerd moogt houden
dat zij den Heerc Jezus oprechtelijk liefheb
ben. Ook onder hen zijn van die „querulan
ten", van die „saggerijuige" menschen', met
wie heuscli niet „te eggen of te ploegen"
valt Die moet go kalm, zonder bitterheid of
boosheid, maar rustig uit den weg gaan. Er
zijn wel altijd lieve, brave, zoetelijke „vrien
den", die zich dan geroepen achten u rnet
alle geweld to „verzoenen", de „misverstan
den uit den weg tc ruimen" en wedeiv.ijdsche
„verklaringen" na te jagenach, dat geeft
in den regel niemendal!
Ik weet ook niet of het wel echte lof is,
die op kerkhoven (de leugenplaatsen bij
uitnemendheid menigmaal) nog ai eens ge
geven wordt aan een doode (die er gelukkig
niets van hoort), dat „deze mensch geen en
kelen vijand heeft gehad". Als dat beteeeke-
nen moet dat die doode met alle menschen
„even goede vrienden" was, dan hoop ik dat
men ton minste deze leugen niet aan mijn
graf zal debiteeren. Ik ken helaas allerlei
menschen, bij wie 't mij zóó moeilijk viel el
kander blijvend te begrijpen en met hen sa
men te werken, dat ik met een kalm gew
ten zei: .laat t-ns malkaar nu maar verder
met rust laten". God weet, dat ik het nooit
heb gezegd met bitterheid en steeds met een
gebed voor dez alken in mijn hart. Ook wist
ik best. dat ook i k mijn lastige en doornige
eigenschappen heb, en dat reeds bewaart je
voor oi billijke hardheid.
Liefhebben kan ik a 11 e n, maar lief doe
en" geforceerde zoeteliikheden met allen wis
selen, neen, dat gaat ïïovcn mijne kracht.
HERSTELD EVANG.-LUTHERSCHE KERK.
Het Hersteld Evangelisch Luthersch Kerk
genootschap hield zijn 94ste Algemeene
Kerkelijke Vergadering, waarop alle Genieen
ten vertegenwoordigd waren.
In het „Wartburg"-verslag vinden we
meld, dat tot leden van het Moderamen
gekozen werden: Ds C. F. Westermann,
zitter; Ds A. Klinkenberg, secretaris; Ds J.
C. V. van Bemmel, vice-voorzitter.
Woorden van nagedachtenis werden gewijd
aan wijlen Ds K. P. C A. Gramberg,
Enkhuizen.
Van belang was vooral het verslag van de
Handelingen der Alg. Kerkelijke Commissie,
omdat daarin rapport werd gedaan van d<
werkzaamheden der afgevaardigden voor d(
Commissie van samenspreking met de af ge
vaardigden der Evang. Luth. Synodale Com
missie. Had de Alg. Kerkelijke Commissie
zich reeds eenstemmig met de conclusiën
dezer Commissie van 6amenspreking vereenigd
ook de Algemeene Kerkelijke Vergadering
hechtte daaraan bij hoofdelijke stemming
eenparig haar goedkeuring.
Het voorstel van den Kerkeraad te Zwolle,
om iedere gemeente ook die reglementair
niet aan de beurt zijn door een tweeden
afgevaardigde-gemeentelid met adviseerende
stem te doen vertegenwoordigd zijn, werd
overgenomen en zal dus volgens den regle-
mentairen weg het volgend jaar in behande
ling komen.
De verslagen over de Kweekschool ter
opleiding voor predikant en der (jjommissie
voor de verspreide leden werden met belang
stelling gehoord.
CLASSICALE VERGADERINGEN.
De ClassicaQe Vergaderingen in de Ned.
Hervormde Kerk, die elk .jaar slechts één
maal gehouden worden, zijn bepaald op den
laatsten Woensdag van Juni, d. i. 26 Juni.
Aan de orde komen- een acht) al door de
Synode voorloopig aangenomen Reglemen'i
wijzigingen:
1. Te schrappen uit het Alg. Regl. (art. 6
al. 5) de bewoordingen, waarin slaat, dat als
een 'lid van het Class. Bestuur, tevens scriba-
secundus zijnde, geroepen wordt den scriba
te vervangen, diens secundus als lid
hd; Class. Bestuur op!reedt.
2. Te bepalen, dat de diakenen minstens
23 jaar moeten zijn.
3. Te schrappen de 'bepaling, dat de aftn.
ding van Kcrkeraadsleden gepaard gaat mei
de bevestiging der nieuwbenoemden. De
plaatselijke reglementen moeten dan deze
zaak regelen.
4. Eenige redactiewijzigingen, ten doel
hebbende duidelijk aan He geven wat reglo-
mentair onder het predikantstractement
moet worden verstaan.
5. Te bepalen, dat een- uit het ambt ontzet
persoon ook binnen de vastgestelde vijf ja
ren gerehabiliteerd kan worden, als de Alg.
Syn. Commissie nieuwe feiten en omstan
digheden daarvoor kan aanvoeren, die bij
vroegere bekendheid tot een andere uit
spraak dan ontzetting zouden hebben geleid.
0. Een nadere bepaling te maken in zake
de persoonlijke Kerkvisitatie, waardoor meer
verband tusschen bet werk der Class. Be
sturen en de taak der Kerkvisitaties gelegd
ordt.
7. Te besluil'en, dat de Pensioenraad be
voegd is afwijkende bepalingen te maken,
wanneer strikte toepassing van reglemen
taire bepalingen tot onbillijkheid zou leiden.
8. Te wijzigen een artikel in het Regle
ment op de Alg. Weduwen- cn Weezenbeurs.
om verdere kwesties in de Ringen over de
bepaling der 5 suppletfo in de vacaturen
voorkomen.
ZENDING.
Zendingsdag. De Classis Amsterdam
der Chr. Geref. Kerk heeft tegen Woensdag
26 Juni a s. in het Brongebouw te Haarlem
een Zendingsdag georganr'seerd, onder le'd ng
van Ds, W. Byleveld, aldaar. Voorts treden
op: Ds. T. A. Bakker, IJmuïden: Openings
woord; Ds. D. Driessen, Amsterdam-Oost:
„Een groote Zendingsbelofte"; Ds. .T. L. de
Vries, Bussum: „Om het eeuwig welbeha
gen"; Ds. J. Drenth, Broek ep Langendijk:
„Tot verlichting der heidenen"; Ds. K. G. van
Smeden, te Haarlem-Schoten: „Wat doet gij
boven anderen?" Ds. H. C. Binee, Zaandam:
„Der heidenen apostel"; Ds A. M. Berkhof,
Amsterdam-West: „Opstanding vrn opstan-
digen"; en Ds. S. van der Molen, Lisse: Slot-
UIT HET SOCIALE LEVEN.
Tegenstand bij de arbeiders.
Van arbeiderszijde deelt men ons mede:
Sedert geruimen tijd worden er besprekin
gen gevoerd tusschen het bestuur van den
Mietaalbond (werkgeversorganisatie) en de
hoofdbesturen van een drietal Metaalbewer
kersbonden, t.w. Alg Ned Metaalbewerkers-
bond (moderne), R.-K. Metaalbewerkersbónd
en Chr. Metaalbewerkersbónd, ten einde tot
een accoord te komen betreffende een lande
lijk collectief contract voor de metaalindustrie.
Het resultaat dier besprekingen, saamgevat
in den vorm van een concept-collectief con
tract, wordt een dezer dagen aan het oordeel
van de leden dezer drie bonden voorgelegd.
In bedoeld contract zijn de hoogste uur-
loonen 60 ct., 52 ct. en 45 ct., respectievelijk
voor geschoolden, geoefenden en ongeschool
den, in de eerste gemeenteklasse.
Met betrekking tot de loonen biedt de
Metaalbond uurloonen en uurinkomens; het
laatste vormt het uurloon, vermeerderd met
de bij-inkomsten per uur. Daarbij is de be
paling gemaakt, dat arbeiders ouder dan 65
jaar lagere loonen zullen ontvangen, terwijl
in het algemeen minstens 85 procent der
arbeiders in aanmerking komen voor de vol
gende uurloonen, ingaande op 30-jarigen leef
tijd voor de geschoolden, 28 jaar voor ge-
oefenden en 26 jaar voor de ongeschoolde
arbeiders.
Gem. Geschoolden Geoefenden Ongeschoold,
klasse 30-65 jaar 28-65 jaar 26-65 jaar
uurl. uurink. uurl. uurink. rurl. uurink.
I. 60 6,8 52 60
II. 56
HL
45
40
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Het gevaar van slechte
spijsvertering.
:und In het algemeen kan ultocfe-
een onregelmatige spijsvertering: wordt
t voedsel slecht opgenomen en als gevolg
kwade kiemen, die niet verwUderd ge-
jrden zün. Het bloed gaat trager stroomen
slechte spüsver
de uitwerking
Pillen sporen a I
ring bevorderende werkzaamheid,
-•-* Moed, herstellen
r voedende be-
waardoor het
eigenschappen
•De Pink Pillen-
btrtldltn hel bloed, verslorken dc zenuwen,
eij vormen een geneesmiddeldat zijn
doeltroaondheid heeft bewezen in alle
gevallen van bloedarmoede, neuras
thenie, algemeene verzwakking,
stoornissen, veroorzaakt door den
groei, of het keeren der jaren, maag
pijnen, hoofdpijnen, zenuwuitputting.
De prijs der Pink Pillen bedraagt f. 1,75 per
flacon, f. 9 per zes flacons. Hoofddópöt s Jacob
Marisplein. 23, te Amsterdam. Eischt dit adres
efi de Hollandsche gebruiksaanwijzing. De
UIT HET BAKKERSBEDRIJF.
I-Iet bestuur van den Nederlandschen Cen-
•ralcn Bond van Christelijke Arbeiders (sters)
in dc bedrijven van voedings- en genotmid
delen, deeP'. ons mede dat een collectieve
arbeidsovereenkomst afgesloten is met de
coöperatie „De Toekomst" te Almelo.
In dit contract zijn als weekloonen vast
gesteld: voor den Mr. bakker f 37.50; bak
kers en bezorgers f 3250. Voor jeugdige ar
beiders van 17 tot 23 jaar een zich daarbij
aansluipende loonschaal.
Voor overwerk wordt 25 pet. extra be
taald.
Vacantie is gesteld op zes dagen per jaar,
waarbij, indien naar het oordcel van hel
bestuur de uitkomsten van het bedrijf zulks
tocla« en, een vacantietoeslag zal worden
verstrekt.
Bij ziekte wordt uitgekeerd ten minste IS
weken vol loon en daarna nog gedurende
7 weken en 6 weken de helft van het
weekloon.
Tegenstand by de arbeiders!
De loonen te laag geacht!
Sedert eenige dagen is er groote beroering
onder de arbeiders. Het bezwaar richt zich in
hoofdzaak tegen de loonen, welke te laag
worden geacht. Echter de hoofdbesturen der
drie voornoemde Metaalbewerkersbonden heb
ben zich daarmede accoord verklaard, terwijl
de leden binnen enkele dagen een beslissing
moeten nemen. De mogelijkheid bestaat, dat
zy dit accoord zullen afwijzen.
Het bestuur van de bij het N.A.S. aange
sloten Onafhankelijke Bedrijfs-Federatie van
Werkers in de Metaalindustrie (O.B.W.M.)
brengt een dezer dagen een Open Brief onder
de leden van voornoemde drie bonden, waarin
met klem wordt aangedrongen, de voorstellen
der werkgevers af te wijzen en te ijveren
voor de doorvoering van de eischen der
O.B.W.M.
Gemengd Nieuws.
VERDRONKEN.
Uit een der vaarten tusschen de hout-lood
sen der firma W. Pont aan de Prins Hendrik
kade te Zaandam is opgehaald het lijkje vaa
den 7-jarige P. B., dat daar drijvende werd
gevonden. Vermoedelijk is e knaap spelende
te water geraakt. Pogingen om de levens
geesten op te wekken, mochten niet baten.
Het lijkje werd naar de ouderlijke woninZ
vervoerd.
RAADSELACHTIGE DOOD.
Te Sittard is een logeergast uit een loge
ment aan den Rijksweg bewusteloos lang»
den weg gevonden. De man toonde duidelijk
sporen van een aanrijding. Niet lang daarna
is hij in het ziekenhuis overleden. De politie
onderzoekt de zaak.
NOODLANDING.
Het vliegtuig W 59, komende van den Hel
der naar Amsterdam, moest in zee nabij den
dijk te Andyk een noodlanding maken. Twee
vliegtuigen, welke mede op weg waren naar
1 Amsterdam, verleenden assistent.e. By ondor-
1 zoek bleek, dat een bout in den kop van den
motor vernieuwd moest worden. Het vlieg
tuig kan op zee hersteld worden.
„ONTAARDE OUDERS".
I Een viertal jonge zwanen in een nest aaa
j den Kalerdijk te Zwolle, was door het, der
stad behoorend, ouderpaar verlaten. Wel
heeft men nog getracht de ouders tot mil-
dere gedachten te stemmen, doch zij achtten
de „opvoeding" voldoende, zoodat thans voor
het donzige viertal op andere wijze gezorgd
I moet worden.
DE WIS- EN
FACULTEIT EH OE
IL
'n Vorig maal zagen we, dat tegenwoordig
Wél meer dan vroeger wordt toegegeven,
dat er verband bestaat tusschen wis- en na
tuurkunde «enerzijds en de principia aan
den anderen kant. Doch ook, dat alles nu
afhing van de vraag, welke principia men
aanvaardt.
Uitgaande van de grondgedaohten der Hei
lige Schrift vonden we verder, dat natuur-
wetenscliap door ons 't best kan omschre
ven als „wetenschap omtrent dc dingen
voorzoover zo aan de wetten voor 't mecha
nische on 't physische onderworpen zijn."
Maar nu iets over hot standpunt der te
genstanders.
Iets.
Want vooreerst: ze zijn het onderling
lang niet eens. En zelfs nu *k me daarorp
beperk tot do wecrgnvo van de meest gang
bare opvatting, kan 'k dat slechts zeer kort
doen.
Eerstgenoemde had geweldigen Invloed
bp de vraagstukken van de tweede.
Nu kenden de vroegste wljsgeeren
tiet licht, dat de Heilige Schrift Juist hun
roo overvloedig kon geven, niet. En de la
tere verwierpen het meestal.
Tiet gevolg was natuurlijk, dat van 't re
sultaat hoo belangrijk het voor de tech
niek ook was geldt het woord des IIGa
ren: „Wat wijsheid zouden ze dan heb-
De eerste verwarring van dl© wijsbe
geerte was deze, dat men meende, dat de
tegenstelling „goedkwaad" zich dekte met
het verschil tusschen bepaalde groepen van
wetten en daaraan onderworpen eigenschap-
ben der schepselen. Sommigen achtten b.v.
het denken, dus hot logische, goed en al
't minder gecompliceerd© kwaad, zinde
ren meenden dat het psychische van een
mensch nog tot het goede kon worden ge
rekend cn 't kwade zich niet verder uit
strekte diin het organische leven.
Dat leidde nu niet alleen in de practijk
tot een onschriftuurlijk© ascese: 't kweekte
ook 'n ernstige misvatting omtrent het phy-
Het hoogere, hoe dan ook nader omschre
ven, was goed, het mechanische en physi
sche behoorden echter in ieder geval tot het
kwade. Wijl men nu al evenmin scherp zag
de grens tusschen God en schepsel, meende
men dat het hoogere de wet stelde, aan het
lagere. Zoodoende werd niet alleen aan 't
hoogere die eefe toegekend, welke God al
leen toekomt, maar ook het lagere niet be
schouwd als deel van den k o s rn o s, maal
ais 'n chaos, die op menschclijke orde
ning wachtte! Zoo kon Kant zeggen: „het
verstand schrijft aan de natuur de wet
Natuurwetenschap ls hier dan ook niet:
'n onderzoeken van iets dat van God z'n
wet ontvangen heeft, maar 'n vormen
door 't meuschélijk denken van wat onge
vormd dooreen zou liggen. Aan dat vor
mend, wetgevend werk word zoo heette
het het hoogere in den rncnsch zich dan
eigen goddelijkheid bewust.
Een tweede verwarring van gewicht was
deze, dat men het mechanische en physi
sche van de dingen eenvoudig gelijk stelde
met de eigenschap dezer dingen in onze
omgeving waarneembaar te zijn. Op dien
vreemden grond word „waarnomen" niet
langer beschouwd als middel mot behulp
van welke men de juistheid der bereikte
resultaten in gunstige gevallen (door verge
lijking met dc resultaten der waarneming)
kon controleer en. Noen, men stelde
„natuur" eenvoudig gelijk, zoo ol niet aan
„waargenomen", dan toch aan „waarneem
baar". Zoo werd deze natuur van passief in
den zin van „onderzocht" nu ook nog pas
sief in den zin van „waargenomen in onze
omgeving". Uit deze vergissing blijkt dat
men den onderzoeker had verward met z'n
onderzoek en hem zelfs zóó louter weten
schappelijk opvatte, dat men niet meer z.v
hoe ook hij aan natuurwetten onderworpen
was en dit ook tijdens het onderzoek bleef.
Een derde verwarring vau niet minder
beteekenis hangt nauw met de vorige saam
Wie meent, dat het bij wetenschappelijk
onderzoek vereischtó is, dat het onderzochte
waarneembaar zij in z'n omgeving raakt
vast met de wetenschappen omtrent getal
en ruimte. Men verwarde dqze twee reali
teiten dan ook al spoedig met de weten
schap omtrent beide, die de natuurkundige
medebrengt bij z'n onderzoek.
Vandaar dat de theorie opkwam, dat niet
alleen dc wetenschap omtrent getal
en ruimte bij den onderzoeker aanwe
zig was,, maar dat ook getal en ruim
te zelf tot hem behoorden; ruimte
werd de aanschouwingsvorm welke hij
het waargenomene opdrukte, in welke hij de
natuur zag. En dc wiskunde, die men kon
bcstudccren zonder van de omgeving „af
hankelijk" to zijn wat denkers die zich
halve goden wunnden steeds als iets minder
waardigs in dc waarneming beschouwden
was het apparaat dat de onderzoeker mede
bracht en waaraan alles wat onder/och*
werd zich had te >n denver pen. Mechanica
en physica, onderling niet eens onderschei
den, werden op het Procrustusbed der wis
kunde met haar z.g.n. innerlijke zekerheid
gelegd. En wat daarin niet paste werd een
voudig afgeknald, d.w.z. niet erkend.
Zoo was de overtuiging dat do „natuur"
passief was omstreeks het einde der vorige
eeuw het shibboleth van wijsgeerigheid ge
worden. Dat dc reactie van het céne deel
der natuur op een actio van een ander deel
morgen een nndere kan zijn dan vandaag,
zag men niet. Men was dan ook niet tevre
den met do stolling, dat met iedere ooi-zaak
op een zeker tijdstip werkend ook een daar
op volgende continue werking van gelijke
kracht naar Gods wet verbonden is, en dus
oorzaken van eventueel gelijke kracht
ook werkingen van gelijke kracht zouden
hebben. Neen, men ging veel vorder: som
migen, zoo b.v. hier te lande Prof. Heymana,
hielden het er voor, dnt oorzaak en werking
in den grond hetzelfde waren. En ook
wie dit verwierp, vergat dikwerf de toevoe
ging „eventueel", meende dus dat precies
dezelfde energetische oorzaak ook inder
daad meermalen optrad: men cijferde het
particuliere van ieder schepsel Gods weg en
beschouwde het als een „geval" zonder
meer.
Hoe stond nu de natuurwetenschap
tegenover deze wijsbegeerte?
De natuurwetenschap der 17e eeuw, nau
welijks ontkomen aan het juk dor Roomschc
kerk, verheugde zich zóó over deze bevrij
ding, dat ze aanvankelijk niet bespeurde
hoe ze zich bleef buigen onder de zeker niet
minder harde dienstbaarheid van een ver
ward denken. Sinds Newton erkende ze
wel, dat de natuur nog iets meer was dan
uitgebreidheid. Maar tot een principiëele
breuk met de humanistische wijsbegeerte
kwam het voorloopig niet
Totdat het sinds 1840 steeds meer bleek,
dat ze met deze onderstellingen hopeloos
vast liep.
Sedert dien tijd werd het energetische
scherper gezien, ja zelfs werd hier en daar
een poging gewaagd het mechanische bij
het eerst miskende energetische onder te
brengen. Deze strijd, ontbrand door overdrij
ving aan beide zijden, is thans vrijwel ge
luwd: het mechanische en het energetische
worden rustig nanst elkaar bestudeerd.
Welnu, voor de mechanica bewees
L o r e n t z. nu al weer goed dertig jaar ge
leden, dat haar ideaal, het mechanische te
meten met louter ruimtelijke mautshivcn,
een fictie was: bewegingen kunnen uiter
aard alleen met bewegingen vergeleken.
Doch dan ls ook 't mechanische, ofschoon
wel vaak in de omgeving van den onder
zoeker, toch niet in de ruimte: zelfs omge
keerd is de ruimte ondersteld in het mecha
nische. Daarmee valt de verwarring van
ruimte en omgeving.
Vervolgens kwam Einstein met de
nuchtere opmerking, dat, moge het stand
punt van den waarnemer van het grootste
belang zijn voor de waarneming, de beoefe
naar van de mechanica alleen rekening
heeft te houden met de mechanische zijde
van de dingen, waaraan ook de waarne
mingspost van elk onderzoeker gebonden is.
Alleen wanneer men de onderling weer ver
schillende bewegingen van de onderscheiden
laboratoria in elkander omrekent, kloppen
hun uitkomston.
Nog verder gaat Fokker die er op wijst,
dat iedere contróle-waarneming aan midde
len, hoe fijn ook, is gebonden, maar dat ook
het geringste lichtsignaal eon mechani-
schen kant heeft en dezen bij het onderzochte
compliceert. „Een lichtstraal ©venwel is
voor een electroon een geduchte tegenstan
der, een ontmoeting brengt het danig uit
zijn koers" Daarmee valt dus de gelijk
stelling van het mechanische met het waar
neembare.
Brengt men nu daarbij in rekening, dat de
mannen der vakwetenschap tot hun geluk
nooit goed weg wisten met het vorminhoud
schema der oude kentheorie, rlan ziet men,
dat de drie onderstellingen, die er toe leid
den de natuur als alzijdig passief te be
schouwen, hier eenvoudig werden weerspro
ken. Want wat gold voor het mechanische,
ging even goed door voor het phvsischc.
Daarbij kwam dan in de physica nog
liet volgende: Reeds Gamot had in 1820
de conclusie getrokken, dat de physica bij
handhaving van de oude opvatting verliep
in waarschijnlijkheidsrekening. _Die gedach
te liet de physici niet los, en men begon om
deze, voor de wetenschappelijkheid gevaar
lijke, consequentie te vermijden, de gronden,
op welke die conclusie rustte, zeer critisch
te bezien. Toen de mechanica allengs dc
oude verwarringen te boven kwam, kon men
deze ook in de energetiek loslaten. Heel de
physische stand van zaken kwam daardoor
in een ander licht. Het meest verblijdend is
echter wel, dat enkele physici (de Broglie en
Schrödinger) nog onlangs aantoonden, lioc
de wijzigingen in 't energie-niveau van een
atoom, door Planck opgemerkt, samen
hangen met het verschil in trajecten, die
een electroon binnen het atoom kan vol
gen, cn dus het physische ook in dit opzicht
een merkwaardige analogie vertoont met de
hoogere terreinen, b.v. met de variatie cn
do mutatie in het organische. Voor het
determinisme is deze ontdekking de nek
slag: de belijder van de pracdestinatie daar
entegen ontdekt hier opnieuw hoe duizeling
wekkend groot Gods wijsheid is, die, ook
waar nimmer een oorzaak zich precies her
haalt, toch iedere oorzaak met een eigen
werking verbond.
Men ziet, de tegenspraak van de vak welen-
schap der laatste eeuw tegen die wijsbegeer
te, die den mensch. als wetgever huldigt, kon
moeilijk scherper en vollediger zijn.
Maar hier wordt nu ook duidelijk de
waarde van de wetenschap.
Zij streefde de wijsbegeerte van het hoog
moedig humanisme voorbij.
En al kan goede wijsgeerige bezinning
d.i. die, welke het licht der Heilige Schrift
niet verwerpt, de verwardheid in de philo
sophic der laatste eeuwen reeds door een
nauwkeurig acht geven op de terminologie
aantoonen, toch vergete men niet, dat zulk
een wijsgeerige bezinning haar ontwaken
niet zelden goeddeels dankt aan de conflic
ten tusschen de vakwetenschappen en de in
een bepaalde periode gangbare philosophic.
Daarom juist heeft onze Universiteit vóór
alles noodig de vak-wetenschappelijke be
oefening van wis- en natuurkunde. De be
spreking van de wiskunde mag 'k hier nu
wel achterwege laten: de hoofdlijnen zijn
b alle onderling verschil voor beide groe
pen van vakken gelijk.
Wordt dat onderzoek der vakwetenschap
beheerscht door goede beginselen, dan kan
heel wat tijd worden bespaard, die elders
soms nog besteed wordt aan 't mnskeeren
van 't conflict. De achterstand in beschik
bare mannon en werktuigen, met welken we
ongetwijfeld zullen hebben te tobben, kan
daardoor wellicht ton deelé worden inge-
Van de andere zijde: deze vakweten
schappen zullen, inet de andere, niet alleen
de beteekenis van onze beginselen duidelij
ker doen uitkomen. Zij zullen èn door de
critick, die zc leveren op het werk van hen,
die ook in de toekomst tegenover ons positie
blijven kiezen, èn door de moeilijkheden
waarop ze zelf stuiten, hun bijdrage leveren
voor de duidelijker formuleering van onze
beginselen.
Zoo zullen ze mede nastreven het groot©
doel van onze Universiteit: te loonen, dat
het Calvinisme, juist omdat hot zoo diep
voor God buigt, den besten waarborg biedt
voor de ontwikkeling der wetenschap, die
we beoefenen door Zijn kracht, in Zijn
dienst, tot Zijn eer.
D. H. Th. VOLLENHOVEN.
D r. A. D. Kokker. Natuurkundige
concepties van buiten-natuurkundig belang.
Rede uitgesproken bij de aanvaarding van
het ambt van bijzonder hoogleeraar aan de
Rijksuniversiteit te Leiden, op Woensdag 26
September 1928,, 's-Gravenliage, Marlinus
Ni) hof f, 1923, pg. IL