Laatste Nieuws. TWAALF MOOIE LIMONADEGLAASJES THEESERVIES MET 6 KOP EN SCHOTEL WOENSDAG 12 "JUNI 1929 EERSTE BLAD PAG 3 DE MOORD OP DEN HEER LANS VOOR DE ROTTERDAMSCHE RECHTBANK. HET VERHOOR DER GETUIGEN. De sleutel en het in het water geworpen pakje. (Vervolg van gister.) Verdachte beweert, dat het louter fantasie is, dat hij zich zoo zou hebben uitgelaten: Mr. Kokoskv maakt er aanmerking op, dat hier verklaringen vap een onbekende tegen verdachte worden gebruikt. Verdachte zegt dan dezen rapporteur wel te kennen. Hij is Logger. Verdachte zegt dien avond om half zeven van kantoor te zijn gegaan. Hij is naar het station Hofplein geloopen, van waar hij met den trein van twee minuten over zeven naar Den Haag wilde vertrekken. Maar verdachte was daar voor te laat aangekomen en zoo is hij met den trein van kwart over 7 gegaan. De president wijst er verdachte op, het toch zonderling is, dat verdachte zich niet meer gehaast heeft, omdat verdachte des Donderdagsavonds van 8 tot 9 uur viool les heeft, en verdachte meestal maakte dien dag omstreeks kwart voor 8 thuis te zijn. Van verdachte's kantoor naar het Hofplein Is in gewonen nas 23 minuten loopen. Maar verdachte heeft er 28 minuten over gedaan. Ook is de reden dat verdachte, hoewel dus haast hebbende, den weg naar het station heeft geloopen om het dubbeltje voor de tram uit te sparen. Verdachte zegt daarop, dat dit ook niet waar is. Hij liep omdat hij den gehcelen dag op het bureau zat. Verdachte kon ech ter niet zoo snel loopen, omdat hij lijdt aan aambeien. Juffrouw C. G. W. Lans, de oudste dochter van het slachtoffer verklaart, dat verdachte tegen haar gezegd heeft, dat het jammer was, dat verdachte juist dien Donderdag avond al vroeg was weggegaan, n.l. om half zes. Verdachte betwist dit gezegd te hebben. Hij heeft geen tijd genoemd, doch het slechts betreurd, dat hij dien avond vroeger is weg gegaan, en niet tegelijk met don heer Lans. Getuige houdt haar verklaring echter vol. Verdachte heeft wel degelijk gezegd half zes. Getuige heeft dadelijk gedacht, dat dachte meer van den moord zou weten, doch toen zij hem zag maakte verdachte zulk een zieligcn indruk, dat zij haar ver denking van zich zette. Mevrouw Lans verklaarde, dat verdachte haar den Vrijdag, volgende op den moord •heeft gezegd, dat haar man tegen verdachte had gezegd: Ga maar wat vroeger weg, en neem dan vast de post mee. Ik heb nog wat af te maken. Getuige wendt zich dan tot ver dachte en zegt: Maar hoe heb je het kunnen doen. Een man, die altijd zoo goed voor je was. „Ik zou je de keel kunnen afsnijden". Getuige J. J. Lans heeft verdachte den volgenden dag na den moord opgebeld- Ver dachte heeft hem toen gezegd, dat hij en Lans op het punt stonden samen weg te gaan, toen Lans plotseling zei: Ga, maar vast, ik heb nog wat te doen. Toen getuige opgebeld, maar zij kreeg geen gehoor. Zij is toen zelf gaan kijken. Op straat ontmoette getuige twee meisjes van de zaak en met hun drieën gingen zij naar het kantoor. De hekken aan de zijde van den Oostzeedijk el als van de Admiraliteitskade waren gesloten, waarop getuige bij De Korte den Qeutel van het hek heeft gehaald. De deur 'an het kantoor stond open. Getuige heeft het electrisch licht aangedraaid. Toen zag zij de actcntasch van haar vader liggen onder aan de trap, besmeurd met bloed. lievig geschrokken is getuige toen naai De Korte gegaan en samen met hem is ge tuige naar boven gegaan. In den gang lag plas bloed. Dadelijk is dokter Mees ont boden, en toen deze kwam, omstreeks 8 uu zeide deze, dat haar vader reeds ongevei 1 uur dood was. Getuige mej. Lans zeide nog, dat als haar 'ader later bleef hij dit alleen deed, om haastwerk af te maken. Het schrijven van facturen was geen haastwerk en daarbij zou haar vader als hij een factuur niet had af gemaakt deze in de brandkast geborgen heb ben. Een factuur heeft getuige op de lesse naar van haar vader gevonden, en dat is tegen de gewoonte van haar vader. Verdach te geeft toe, dat het schrijven van facturen niet als haastwerk beschouwd moet worden. Op een vraag van het O.M. zeide getuige Lans dat in de tweede brandkast geen geld aanwezig was. De president: Was er nog meer geld aan wezig in de brandkast dan het bankbiljet van f 25 en de paar guldens. Getuige: Er was dien dag bijna geen geld. De president: Is het niet vreemd dat al leen de brandkast is opengemaakt die het geld bevatte? Iemand die op het kantoor onbekend was zou toch beide kasten open gemaakt hebben. Verdachte geeft op desbetreffende vragen toe, dat,er in den tijd, dat hij bij de N.V. werkzaam was er drie maal is ingebroken telkens in den nacht. De president vindt het merkwaardig, dat in het halve uur dat verloopcn is sedert ver dachte is weggegaan, volgens zijn opgave en het vinden van het lijk, iemand op het kan toor is gekomen, die blijkbaar met de situa tie goed op de hoogte was. Mevr. wed. Lans verklaart dat haar man altijd opbelt als hij later thuiskomt. Dr Mees heeft haar verklaard dat liaar man reeds 2 uur dood was. Dat was toen tusschen S uur en kwart over acht. Haar mai trouwde van O. volkomen. Voor zijn was hij niet bijzonder geschikt maar haar man was toch niet bereid om hem zijn ont slag te geven, omdat verdachte geen ander werk zou kunnen vinden, cn daarbij had haar man het altijd gewaardeerd dat dachte zonder hem te kennen bereid wa ueest 10.000 gulden in de zaak te steken. Verdachte sloop op het kantoor als een geest rond. Men noemde hem daar „de rubber- hak". Op een vraag van Mr. Kokosky zegt ge tuige nog, dat toen de cijfers in de boeken niet klopten naar de meening van Lans, deze aan verdachte de opdracht had gegeven de boeken na te zien. Deze schoot daarmee echter niet op en toen Lans de opmerking maakte, dat een accountant de boeken eens moest nazien, was het Lans opgevallen naar hij aan zijn dochter Christine had ge zegd dat van O. ineens van kleur verschoot, alsof hij „met permissie" zei getuige, wat zijn broek deed. Getuige C. Tuinbergen had mét nog een der meisje, dat ook bij Lans werkzaam w om halfzes het kantoor verlaten. De gordijn- bericht was omstreeks 10 minuten over 7 binnengekomen. Dr. Mees had gezegd, dat de dood spoedig moest zijn ingetreden, in erbancl met de ernstige verwondingen, die waren toegebracht. De agent van politie M. A. de Graaf ver klaart. dat Lans reeds a 2 uur dood moet zijn geweest. Dat Or." Mees gezegd zou hebben, dat Lans om kwart voor zevc overleden moet zijn, ontkende getuige. Dr. Mees was in verband niet een buiten- landsche reis niet verschenen. Het O. M. had nog moeite gedaan om hem voor te bren gen, maar zijn pogingen waren niet gelukt. De Commissaris van politie S. Dijkstra had dadelijk het denkbeeld geopperd, dat Van O. de dader zou zijn. Hij had ook dade lijk den indruk gekregen dat het hier e gefingeerde inbraak betrof. Deze indruk later nog bevestigd, toen uit het onderzoek bleek dat er feitelijk niets vermist werd, dan wat vreemd geld en twee chequeboeken. Ge tuige geeft toe dien avond niet tegen den Officier gewag te hebben gemaakt van hun indruk van een gefingeerde inbraak. De verdediger, Mr. Kokosky opport nog de mogelijkheid dat dc dader zou zijn gestoord. Komt het dan niet meer voor dat waarden, oor de hand liggen, niet worden meege- erden opgevischt. Getuige heeft ze aan in specteur Hermans ter hand gesteld. Getuige verklaarde desgewenscht, dat het mevr. Logger was, die hem de inlichtingen voor zijn rapport verstrekte. Getuige Logger, nogmaals voorgeroepen, reet zich er niets van te herinneren. De verdediger, Mr. Kokosky, protesteert er tegen, dat bij de rechtbank een rapport wordt ingediend van een zegsman, die ano niem blijft Getuige Logger erkent wel de juistheid .an het in het rapport opgenomen feit, dat verdachte eens gezegd had zich zoo goed tc kunnen beheerschen, want hij was juist dien dag ontslagen en geen mensoh had dit nog aan hem kunnen merken. Verdachte geeft toe, dat er wel zoo iets in dien geest gezegd is, maar toch wat anders. Want verdachte was niet ontslagen. Alles was met Lans besproken, dat- het beter w dat Lans en verdachte van elkaar gingen. De zitting wordt dan geschorst tot Woens- Het O. M. wijst er op dat zoo de dader ge stoord is, deze dan toch nog den tijd gehad heeft, de hekken aan vóór en achterzijde te sluiten. Getuige G. de Jong, agent van politie, heeft *n politiehond lucht gegeven aan een hand doek en het door den hond gevolgde spoor ees utit, dat de dader via het achterhek as vertrokken. De sleuteL Verdachte had een sleutel van het achter hek, deze lag in zijn lessenaar, een andere sleutel hing op de expeditie. Slechts Zater dagsmiddags gebruikte verdachte dien sleu tel. Den avond van den moord, was hij door het voorhek vertrokken. Getuige L. H. H. J. Vermaas, chef hij de N. V. Adr. de Haas, verklaarde, dat Van O. hem meermalen gezegd had; sluit het voor hek maar; ik ga wél achter uit. Verdachte merkte op, dit gezegd te hebben om dan zeker te zijn, dat het voorhek geslo ten werd. Verdachte ging dan wel door het voorhek weg. Getuige Bruinaarts heeft verdachte wel op Zaterdagmiddag door het achterhek zien vertrekken. De president vraagt verdachte, waarom hij altijd ontkend had den sleutel gehad te hebben. Verdachte heeft er niet zoo aan gedacht, zoo dikwijls is het niet voorgekomen, dat verdachte Zaterdagsmiddags door het achter hek wegging. Hij nam dan de sleutel hek uit zijn lessenaar, en 's Maandags borg hij hem daar weer op. Getuige L. Hermans verklaart, dat dachte steeds pertinent ontkend heeft sleutel van het achterhek te hebben gehad. Als een vreemde de moordenaar wees, dan zou deze niet rle moeite genomen hebben na zijn daad het hek te sluiten. En getuige heeft geconstateerd, dat hij het hek gesloten heeft. Verdachte, door den president omtrent den sleutel nader ondervraagd, geeft ro Vrijdags een sleutel aan zijn schoonzuster i bewaring te hebben gegeven. Verdachte vei moedde, dat dit de sleutel van het achtei hek was geweest. Dien sleutel moet hij dan van den Zaterdag af in zijn zak gehouden hebben. Ook kan het geweest zijn, dat dachte den sleutel van het archief, waai de politie gevraagd heeft, verwisseld heeft met dien van het achterhek. Verdachte haTT* zelf de mogelijkheid onder het oog gezien, dat er verband gelegd zou worden tussch dengene die fraude gepleegd had, en den: gene, die den moord gepleegd heeft. Van daar dat verdachte bang is geworden gedacht heeft: Men moet bij mij geen sleutel van het achterhek vinden. De president: Dit zou alleen mogelijk als u wist dat de moordenaar door het ach terhek was gegaan. De verdediger, Mr. v. d. Meer: Verdachte had toch in de krant gelezen, dat de polit'a hond naar het achterhek geloopen was! Mevr. de wed. Weijne had Maandagmor gen de sleutel van haar zwager ontvangen. Getuige had niet gevraagd, waarom zij deze zou bewaren, maar zij had toch wel gevoeld, dat de zaak niet in orde was, want Donder dags, een week na den moord, verzocht ge tuige hem den sleutel weer mee te nemen. Maar verdachte had gezegd: Bewaar sleutel nog maar wat Je kunt er geen kwaad inee. Den volgenden dag begaf getuige zich naar Den Haag, waar zij de sleutel aan haar zuster bracht. De president achtte het merkwaardig, dat een sleutel getuige zoo zeer brandt, dat zij daarvoor een reis naar Don Haag maakt Getuige zegt, dat zij in dien tijd eiken dü I naar <I)en Haag ging. Getuige, mevr. Van O., echtgenoote va i verdachte, maakt bezwaar in ne zaak van haar man verklaringen al te leggen. Mr. KOKOSKY, Mr. J. H. VAN DER MEER, die te zamen dc verdcdiqinq van den procuratiehouder voeren. informeerde naar dc daders had verdachte gezegd: Terecht spreekt u van daders, want er zijn er zeker meer dan één geweest Daarna wordt gepauzeerd. De zitting wordt te ongeveer 2 uur hervat. Getuige L. Hermans, inspecteur van poli tie, kreeg te omstreeks 7 u. 50 telefonisch be richt van den moord. Getuige heeft zich da delijk naar het pand Oostzeedijk begeven cn legt nu verklaringen af over den toestand zooals hij deze ter plaatse gevonden heeft. Getuige is buitengewoon slecht te verstaan. 'Aan de schuifdeuren heeft getuige ter hoog te van een halven meter van den grond bloedveegen gevonden. In het keukentje ston den eenigc vuile kopjes. Nabij het lijk werd «en handdoek gevonden, waaraan later dc politiehond lucht is gegeven. In het privé- kanloor waren de laden van de beide bu reaux van verdachte en .den vermoorde opengebroken, maar het maakte niet den in druk, dat de bureaux doorzocht waren. De brandkast was mei een sleutel geopend. Op de sleutels vond gHuige sporen van vcrsche roest en concludeerde daaruit dat deze sleu tel kort te voren met een natto hand was aangerankt Ook hier kreeg getuige den in druk dat er maar een greep uit de brand kast was gedaan en cr maar wat van den inhoud over den grond was verspreid. Een portefeuille met een bankbiljet van f 25 lag voor den haard op den grond, een bakje niet 5 gulden cn ecnige centen stond nog in de kast. Getuige C. G. W. Lans kwamt voor zeven dien avond thuis. Haar vader was nog niel thuis en haar moeder maakte zich ongerust omdat haar vader dc gewoonte had, om als bij later dan half zeven thuis kwam, even te teléfonecren. Getuige heeft toen achtereen volgens dc beide tclephoonnummcrs der zaak tjes van het privé-kantoor waren openge schoven, zooals dc heer Lans altijd deed als hij wegging. Toen getuige wegging was Ver maas juist bezig het voorhek te sluiten. De firma Kiene zorgde1 naar getuige weet voor dc sluiting van het achterhek. Getuige is later met juffrouw Lans teruggegaan, zij is echter niet mee naar boven geweest. Getuige J. R. Valk bediende de telefoon centrale op het kantoor van Lans. Zij had voor zij wegging de nachtverbindingen ge maakt, waardoor iemand die opbelde dade lijk sprak met het privékantoor. Na den moord waren de verbindingen verbroken. De president wees cr op dat het verbreken van de verbindingen alleen van belang was voor iemand, die wist hoe de nachtverbin dingen waren, en die er tevens belang bij had die verbindingen op te heffen. Door het verbreken van die verbindingen gaf de tele foon geen bel-signaal, alleen maar een zacht getik. Op een vraag van Mr. Kokoskv geeft ge tuige toe, dat er den vorigen dag twee man nen op het kantoor waren geweest ona werk te zoeken. Getuige S. S. de Korte woont bij het hek aan den Oostzeedijk. Getuige had niets ver dachts opgemerkt vóórdat mcj. Lans bij hem den sleutel van het hek kwam halen. Get. heeft dr. Mees tegen een agent van politie hooren zeggen dat de dood van Lans kwart voor zes was ingetreden en dat hij nog hoogstens drie minuten na den aanval had geleefd. Getuige heeft tusschen kwart voor zeven en zeven uur het lijk gezien. Het tijdstip van de moord. Getuige J. Zandman, agent van politie, was de eerste politieman, die op het terrein van de misdaad aanwezig was geweest. Het De vioolles cn Let pakje. Mevr. H. Logger, violiste, was vri van mevr. Van O. Zij gaf verdachte Donder dagsavonds vioolles. Het beginuur kwam niet zoo erg op aan, maar in den re; kwam getuige om 8 uur, en dan was v dachte altijd thuis. Hij was dan altijd klaa. of bijna klaar met eten. Den avond, w, de moord gepleegd is, was getuige wat later gi komen, doordat getuige een ziek iuu bad. Zij was toen omstreeks half negen g komen. Dadelijk was het haar opgevalle; dat 't vreemd was, dat verdachte zijn vrouw die getuige van haar woning had afgehaald, en nu samen met haar binnen kwam, hand gaf; dat deed hij anders nooit, 's Avonds was een politieagent gekomen, di- verdachte de boodschau bracht, dut hij ii Rotterdam bij de politie ontboden was. Verdachte was toen zenuwachtig gewor den en had zich verkleed, omdat er in die broek en dit costuum een gat zou zijn. G" tuige had dit niet gezien en later heeft de echtgenoote van verdachte getuige nog wil len suggereeren, dat zij dit gebrek gezie' had, maar getuige hield vol, dat zij er niets van gezien had. Een paar dagen later mevr. van O. bij getuige gekomen en had verteld, dat haar man haar gewezen had op de noodzakelijkheid vooral lint uur te oni houden waarop verdachte was thuisgeko- men. Op een nacht was verdachte's v bij getuige gekomen. Zij was toen radeloos en riep: „Nou heb ik het toch gedaan!" Het duurde geruimen tijd eer dal getuige uit haar kon krijgen wat zij bedoelde. Toen ze een pakje in het water te hebben gegooid. Getuige ontkent degene te zijn die anoniem inlichtingen had verschaft over verdachte. Verdere getuigen. Getuige L. Hermans wordt gehoord om trent een in het proces-verbaal opgenomen uitlating van getuige Logger, die gezegd zou hebben toen zij hoorde dat Lans ver moord was: Dat heb ik wel gedacht. Hot ging hier over de vraag wat getuige Logger bedoelde. De president brengt inspecteur Hermans rerigens hulde voor de wijze waarop hij deze zaak heeft onderzocht. Getuige S. W. J. v. d. Mark, inspecteur an politie, heeft gezien, dat de sleutöls DE ZITTING VAN HEDEN. Vandaag heeft de Rechtbank te Rotter dam voortgezet de behandeling van de zaak tegen Van O. beschuldigd van den moord op den heer Lans. De President vraagt verdachte, of deze blijft bij zijn ontkentenis bij den moord be trokken te zijn. Verdachte blijft ontkennen. Van O: Ja. President: Blijft u er ook bij, dat u op den moordavond om half zeven is wegge gaan? O. Ja. Dan zal ik het verhoor gelasten van een getuige die zich gisteravond bij mij heeft aangemeld, en die omtrent het uur van vertrek in kanlior van verdachte inlichtingen kan «■strekken. Gehoord wordt dan dp heer H. J. T o 11 i g, ie verklaart c.en vermoorde reeds 12 jaar gekend te lichhi.u. Van O kende getuige niet de kianten versla gen had getuige gekicgen van de verklaring van mej. Lans omtrent h 't uur waarop verdachte zou jegaan van kantoor. Verdachte heeft die verklaring gewraakt maar getuige kan haar bevestigen. Den dag na den moord heeft .getuige een condolatiebrief geschreven naar aanleiding daarvan werd getuige opgebeld door verdachte en in het gesprek, dat zich toen ontwikkelde heeft verdachte hem gezegd, dat hij dien middag vroeg van kantoor was gegaan en er bij gevoegd, dat hij altijd Donderdag vroeg van kantoor ging, cn de andere dagen meestal gelijk met den lieer Lans Verdachte zeide ook nog eerst te 8 uur 's avonds van den moord te hebben gehoord, toen een agent aan zijn woning in Den Haag was gekomen. Verdachte geeft toe met getuige te hebben getelefoneerd over een uur, waarop verdachte weggegaan was Als nu wordt nog gehoord de politieagent Co mm ijs, aan wicn verdachte de sleutel van het archief gegeven had Verdachte had den sleutel met een label er aan uit een lessenaar genomen. Er is van gesproken, dat verdachte toen twee sleu tels uit de lessanaar beeft gehaald. De president merkt naar aanleiding van deze verklaring op, dat dus de bewering van verdachte, dat hij den sleutel van het achterhek per abuis .egelijk inet den archief sleutel uit dc esscilaar heeft genomen, niet juist is. Getuige Mevr. We y n e, verdachte's schoonzuster verklaarde, dat verdachte des avonds om 10 uur van uit haar huis de po litie aan dc Hoflaan heeft opgebeld aan wie hij vroeg, wat of cr geschied was. Na het gesprek zeide verdachte: Ik zal je maar niet alles zoo precies vertellen, maar Lans is ver moord. Getuige G. Timmer, agent van politie, had de telefoon aan de Hoflaan bediend. Verdachte had gezegd vanaf het station D.P. te telefoneeren cn hij had geïnformeerd wat' er geschied was. Verdachte maakte den in druk zeer zenuwachtig to zijn. Getuige had hem gezegd, dat er ingebroken was en dat er een aanslag was gepleegd op den heer Lans. Het O. M. wijst er op, dat de agent had gesproken van een aanslag, maar dat ver dachte. dadelijk tegen zijn schoonzuster had gezegd, dat Lans vermoord was. Verdachte beweerde dat do agent hem ook gesproken had van vermoord. De agent sprak dit pertinent tegen. Hij had toen nog niet geweten, dat de heer Lans dood was. Getuige mevr. W e y n e nogmaals voorge roepen, verklaart weer, dat verdachte gezegd had, dat de heer Lans vcrmoo.,1 was. De agent van politie Van W i 11 i n g a had op den moordavond dienst gehad voor het pand waar de moord gepleegd was. Toen de verdachte aankwam, vroeg hij: wal staan hier veel menschen, wat is hier te doen? Getuige heeft hem toen ingelicht. Verdachte was zeer zenuwachtig. De politic-commissaris S. Dijkstra ver klaart, dat verdachte ook aan hom gevraagd had wat er gebeurd was. Verdachte had het doen voorkomen of hij nog van niets hoewel verdachte eerst door het bureau Hol- laan en daarna door den agent vóór het hek was ingelicht. Verdachte's houding was dien avond niet normaal. Verdachite brengt in het midden dat hij zeer zenuwachtig was. Het onderzoek is dus genaderd tot de man op da Admiraliteitskade. Getuige E n s 1 i n verklaart op den avond van den moord om kwart voor zeven op de Admiraliteitskade een man te hebben ont moet, die kwam uit de richting Bosloud. De man liep vrij vlug. Hij was van omstreeks 40-jarïgeu leeftijd van gezet postuur, droeg een grijze gleufhoed, en een demi saison, voorts had hij een bruine acte tasch bij zich cn in zijn andere hand droeg hij een pakje in bruin pakpapier. Eerst liep de man langs de huizenkant, maar later stak hij over naar den walkant en wierp het pakje in het water. Getuige zegt dat verdachte die zijn jas heeft aangedaan en zijn hoed opgezet, er wel wat van weg heeft. Een po sitieve herkenning kan hij niet geven. De verdediger Mr. Kokosky, wijst op de verklaringen dnpr deze getuige bij de po litie afgelegd. Zij heeft hem toen niet her kend cn gezegd eerder te denken dat ver dachte niet de persoon was, die zij toen ge zien heeft. Getuige L. Hermans, inspecteur, heeft het signalement opgf/omen van den man die de vorige getuige heeft gezien. Hij heeft op dit signalement gcenerlei in vloed gehad. Getuige E n s 1 i n zegt nog, dat het haar voorkomt, dat de man dikker was dan ver dachte. Getuige mevr. Weync, nogmaals voorge roepen, verklaard, dat haar zwager in den tijd dat hij in het Huis van Bewaring heelt doorgebracht, wel wat vermagerd is. Getuige A. J. Wijers, chauffeur, hpeft tc zamen met de vorige verdachte den man gezien op de Admiralitcitskadc. Volgens dezen getuige droeg de man een zwarte bol hoed, geen gleufhoed. Verdachte's postuur en zijn jas gelijken wel veel op die van den aan, die verdachte dien avond gezien heeft. Getuige mej. Tinbergen verklaart, dat erdachte wat magerder ie geworden. Getuige mej. Valk meent, dat verdachte juist iets breeder in zijn gezicht is geworden. Getuige C. J. Reg Ier, dienstbode bij een familie die aan den Oostzeedijk woont, heeft op den avond van den moord omstreeks half zeven, toen zij op de veranda stond, op het erf van de N.V. Adr. de Haas twee mannen zien staan praten. De grootste droeg een gabardine regenjas cn een grijze gleufhoed en had een bruine actetasch in de hand. Verdachte heeft veel weg van dien man. Getuige J. H. H o u t m a n had omstreeks 10 minuten over half zeven een man ont moet aan de Admiraliteitskade. De man had een pokdalige neus. Later heeft hij dien zelfden man gezien, toen deze vóór het ach terhek van Lans stond. Getuige herkent in verdachte die man niet. Verdachte is veel kleiner. Getuige G. Ringlever, liep met den vorige getuige. Ook zij had den man gezior, die voor het achterhek van Lans stond. Zij had gedacht, dat hij daar liep te wachten Ook zij herkende verdachte niet. Getuige T. C. v. d. Heuvel, wijnhande laar, wiens zaak in dezelfde gang als die van den heer Lans is gevestigd, heeft om vijf vóór zes het vóórhek gesloten. De gan.' was «licht, er werd nog gewerkt in ge- tuige's zaak, en er liepen telkens menschen in en uit. Op een vraag van den verdediger zegt g;- tuige, verdachte nooit met een wandelsto*. te hebben gezien. Getuige W. G. Kiene heeft om half zes het achterhek gastoten. Den dag na de be grafenis ontmoette getuige verdachte in den garnr. Verdachte zeide toen reeds bij Van den Heuvel te zijn geweest om te vragen even met hem mee naar kantoor te gaan, omdat hij niet alleen durfde gaan, maar v. d. Heuvel was er niet. Getuige heeft toen aangeboden even met hem mee te gaan, maar juist ging dc telefoon, waarop getuige zijn vader riep, die verdachte vergezeld heeft. Verdachte kon geen antwoord geven op de vraag waarom hij niet alleen naar bo ven durfde gaan. De president wees er verdachte op, dat het de eerste maal was, dat verdachte alleen in het gebouw zou zijn, nadat de moord ge pleegd was, want Zaterdagmiddag was hij gelijk met het overige personeel weggegaan. Getuige J. F. Roe r, expeditieknecht, heeft in 1927 verdachte aangetroffen 's avonds in de zaak, terwijl het licht uitgeschakeld was. Kort voor den moord was bet getuige opge vallen, dat wanneer hij, terwijl hij de auto in de garage zette, plotseling het licht uit ging in het kantoor, maar dun zag hij geen mensch het vóórhek verlaten. Get maakte daaruit op, dat verdachte het achterhek was uitgegaan, want als de heer Lans zijn weggegaan, dan zou hij zeker uit het voorhek gegaan zijn. Getuige Van G ij n, chauffeur bij de fa., zeide, dat als Van O. en Lans samen weg gingen, zij door het voorhek gingen. Als verdachte alleen wegging dan moet hij dik wijls door het achterhek gegaan zijn. Daarna wordt gepauzeerd. of goedkeuring van het Nederlandsche par lement? 2. Is de rgeering bereid, de in verband met de incidenten te Curasao genomen mi litaire maatregelen alsnog ongedaan te ma ken, de uitgezonden oorlogsschepen terug te roepen en aan de Tweede Kamer uitvoe rige inlichtingen te verstrekken omtrent da gebeurtenissen te Curasao? 3. Is de regeering bereid te verklaren, dat zij de tegenwoordige reactionaire regeering an Venezuela in geen enkel opzicht onder, steunen zal, en tegenover de revolutinnaire, anti-imperialistische volksbeweging in dat land een houding van volkomen neutraliteit zal aannemen? Tegelijk zal de heer De Visser den voor zitter van de Tweede Kamer verzoeken, in erband met deze gebeurtenissen de Tweede Kamer dadelijk bijeen te roepen. (De zitting duurt voort). DE OVERVAL OP CURACAO. COMMUNISTISCHE ZIENSWIJZE. Vragen van Lou de Visser. De heer L. de Visser, zal, naar de Tribune meldt, de volgende vragen aan de regeering stellen: 1. Is het de regeering bekend, dat de tor pedojager Kortenaer en andere Nederland sche oorlogsschepen naar West-Indië zijn gezonden, zonder voorafgaande bespreking De Commissie voor Schoone Letteren stelde voor, dat Anthonie Donker's dicht bundel „Grenzen" zou worden voorgedra gen vor den anmoedigingspr\js. De Commissie grondde haar oordeel hier op, dat deze bundel een der beste dichtwer ken is. welke in 1928 zyn verschenen. Het werk munt uit door verrassende beelden en beeldencombinaties en fyn bewerkte taal- onstructies, alsmede door het weergeven an subtiele gevoelsschakeeringen. De heer Anthonie Donker, aldus de com missie, is een talentvol jong dichter. Met hem te bekronen zal aan de bedoeling van den prijs zeker beantwoord worden. Overeenkomstig dit voorstel besloot de vergadering den aanmoedigingsprijs aan Anthonie Donker toe te kennen. ONDERSCHEIDING. Wij vernemen, dat de heer J. Ter Haar, vethouder van Amsterdam, door Z. M. den koning van Spanje is benoemd tot Comman deur van de Orde del Merito Civil van Spanje, DE PEST TE BANDOENG. BANDOENG, 11 Juni. (Aneta). Over het voorkomen van pest wordt niets nieuws ver meld. Nieuwe gevallen zijn niet voorgekomen. Het onderzoek van de doodgevonden ratten leverde slechts negatieve resultaten op. De personen, die in contact met de pestlijder» waren geweest en die in het ziekenhuis ia observatie waren, zijn daarop ontslagen. DE ZWEEDSCHE OCEAANVLUCHT. De Zweedsche Oceaanvliegers zijn Dins dagavond uit Reikjavik vertrokken doch kort daarna uit voorzorg weer teruggekeerd. HANDELSBERICHTEN. ROTTERDAM. 12 JUNI. KATOEN. Vereenlglng v. d. K«toenh»nS»l> r.oc.-' mlddl. universal standard 28 nx.ni. atap'.« 0.57% (vor. not. 0.57%) LONDEN, 11 JUNI. EIEREN. Hollandsche bruin 16 lbs. 18/8— 13/9; Idem 18 lbs 15/3—15/9; 16 lbs 12/6—12/9: Engelsche met rüks alles por 120 stuks. MARKTBERICHTEN. —1.01 per kg. DELFT. 12 Juni. Varkensmarkt. Aanvoer 114 stuks. Prözen: Zware 8083—86 ct.; Zouter» S0—84 ct. rcr kg. WOEBDF.N, 12 Juni. Kaas. Aangevoerd 61T pnrtüen. PrU**n; t 2840 met röksmerk f46 SO; Co a. 1 40—44; xwaarder tot f61. Handel Voor de a.s. warme Zomerdagen, die naar we hopen nu spoedig komen gaan, willen we onze ijverige werkers nu eens in de gelegenheid stellen, in het bezit te komen Winkelprijs ca. 2.25 Hiervoor één abonné bij onze Administratie op te geven, is toch niet te veel gevergd. Voor 2 abonné's Winkelprijs ca. 5. We vestigen er de aandacht op, dat de premie alleen bestemd is voor hen die self abonné op ons blad zijn. Ze vormen onze belooning voor de actie, die onze abonné's in het belang van ons blad ontwikkelen. De premies worden zoo spoedig mogelyk toegezonden. Ingevulde bonnen opzenden aan De Administratie. Zie adres aan den kop van het blad. PROPAGANDAWEEK V Ondergeteekende geeft op als abonné op dit blad VOOR MINSTENS EEN JAAR de(n) volgende (n) persoon (onen) AANBRENGER: (Namen en adressen volledig Invullen). Onderteekenlng Betaalt per-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 3