ROSSEM's is de beste KOFFIE. TWEEDE BLAD. DIAMANTEN FEEST DER CHR, ONDERWIJZERS DINSDAG 21 MEI 1929 TWEEDE BLAD PAG. 5 DE HERDENKINGSSAMENKOMSTEN TE AMSTERDAM Openingsrede van Voorzitter Schreuder Het kiempje van 1854 werd een frissche boom. Feestrede van Z.Exc. Dr J.Th. de Visser Pe kinderen hebben 't pand bewaard", dat hun door de vaderen is toebetrouwd. Vandaag, morgen en overmorgen wordt te Amsterdam gehouden de 75ste Algemecne Vergadering der Vereeniging van Christelij ke Onderwijzers en Onderwijzeressen in Ne derland en de Overzeesche Bezittingen. In verband met dit diamanten feest werd gisteravond in de Koepelkerk een Wijdingssamenkomst gehouden, die per radio uitgezonden werd «n waarvan zeer zeker velen onzer lezers hebben genoten. Ds. T. Ferwerda, Geref. predikant, sprak •ver: De beteekenis van den onderwijzer voor het gezin; Ds. A. Klinkenberg J.Azn., Luthersch predikant, over: De beteekenis van den onderwijzer voor de maatschappij; Ds. A. G. H. van Hoogenhuyze, Ned. Herv. pre dikant, over: De beteekenis van den onder wijzer voor de Evangelieverkondiging. Voorts werd medewerking verleend door mej. J. Reeser, van Bloemendaal, die eeni- ge gewijde liederen zong, en door den heer W. Westerhoud, die 't orgel bespeelde. Na afloop van deze Wijdingssamenkomst werd in „Parkzicht" een begroetingssamen komst gehouden, waar o.m. het woord werd Ïsvoerd door den heer H. J. Emous. Mej. ours zong eenige liederen, begeleid door den heer J. Felderhof. Officieele ontvangst. Vanmorgen half 12 werd het Hoofdbestuur der jubileeronde Vereeniging en het Mode- ramen van de Regelingscommissie ontvan gen op het Stadhuis door den Burgemeester van Amsterdam. Eere-middag. Hedenmiddag 2 uur nam in het Concert gebouw, de eerste zitting, in 't programma als „Eeremiddag" betiteld, een aanvang. De belangstelling was zeer groot. Na 't zingen van Psalm 105 1 en 2 werd gebeden en gelezen Psalm 145. i Namens de Regelingscommissie sprak de toorzitter, de heer C van Dijl, een woord van welkom. Daarna hield de Voorzitter der jubileeren- do vereeniging, de heer J. Th. R. Schreu der, van Haarlem, de Openingsrede. Christelijke blijdschap aldus Spr. kenmerkt zich door een dankbaar gedenken van Gods weldaden, door een ootmoedig roe- J. TH. R. SCHKEITDER» men ln Gods genade en trouw en door eer fehoorzaam luisteren naar Zijn stem. om ijn Naam te verheerlijken. Dankbaar wil len wij Gods weldaden gedenken. Spr. voert in gedachten terug naar de Stichtingsvergadering der vereeniging. Daar In het Gebouw voor IC en W. te Utrecht wa ren een 25-tal mannen bijeen. Klein is hun getal, maar groot hun geloof en sterk hun Godsvertrouwen. Wie zijn er bijeen? vraagt Sor. Waar vin den wij hun namen? Het stichtingsverslag noemt ons Meyer als voorzitter, Lemkes als secretaris. Doch het laat de anderen onver meld. Er zijn toch onder hen, Christelijk ge zinde ouderwijzers, werkzaam aan Openbare Scholen. Het kan hen in moeilijkheden bren gen, wanneer de autoriteiten vernemen van hun aanwezigheid hier. Voorzichtigheidshal ve, om den nood der tijden, worden in dit verslag en in de eerstvolgende verslagen geen namen genoemd. Herinnert het ons niet'aan do eerste bijeenkomst der discipelen na Je zus' opstanding, toen de deuren gesloten wa ren uit vrees voor de Joden? Het is een teeken, hoe hel onrecht zegeviert in die dagen. Van 1810 af heeft Groen in de Tweede Kamer voor vrijheid van onderwijs gepleit Eindelijk is in '48 die vrijheid groid wettelijk verkregen en zal de Schoolwet dienovereenkomstig gewijzigd worden. Maar tot 1857 toe moest voor de stichting van een bijzondere school autorisatie van het Ge meentebestuur worden aangevraagd, die veelal eerst na jaren verkregen of soms hard nekkig geweigerd werd. Boven de geschiedenis van het Chr. Onder wijs gedurende de eerste kwarteeuw van ons Vereenigingsleven kunnen wij schrijven: „Het onrecht zegeviert". De tweede kwart eeuw mag het opschrift dragen: „Het recht breekt zich haan". Boven de derde kwart eeuw mag het opschrift luiden: „Aan den eisch van het recht wordt voldaan". De eerste periode besprekende, herinnert spr. o.a. aan de droeve teleurstelling, die Van der Brugghen's Schoolwet bracht, aan de onedele concurrentie 'tChr. onderwijs aange daan van de zijde der Gemeentebesturen door het Openbaar Onderwijs kosteloos verkrijg baar te stellen. Met Kappeyne's Schoolwet had het onrecht ten volle gezegevierd. De tweede kwarteeuw trad in: het recht breekt zich baan. Toen de veer van het ge loof het diepst was neergedrukt, bereikte zij haar hoogste spankracht Met zeldzaam élan wierp men zich in den strijd. Onnoo- dig te herinneren aan de geestdriftvolle da gen van het Volkspetitionnement en de stich ting der Vereeniging: Dc Unie „Een School met den Bijbel". De Schoolwet-Mackay brengt een begin van recht Aan het bijzonder Onderwijs zal onder bepaalde voorwaarden rijkssubsidie worden toegekend. Doch het is meer dan een begin, het is een beginsel, een principe, dat onvermijdelijk doorwerken moet Dé rijkssub sidie wordt niet gegeven als een aalmoes, doch als een recht En het recht eischt krach tens zijn wezen volkomen voldoening. De derde kwarteeuw werd ingetreden met schoone vooruitzichten. Ondanks den felsten tegenstand zal aan den eisch van het recht worden voldaan. Het Ministerie Heemskerk geeft aan het bijzonder onderwijs in bouwwetteke een verheuging der bouw sidie en in 1913 waagt hij den stouten stap 'n voorstel ln te dienen tot grondwetsherzie ning, in welk ontwerp de gedachte be lichaamd wordt: de vrije school regel, de openbare aanvulling. Aan den eisch van het recht zal worden voldaan, zij het langs gansch anderen weg, dan men ooit had verwacht. Het linksche Kabinet Cort van der Linden brengt in 1917 een grondwetswijziging tot stand, waarbij wel nog wordt vastgehouden J^an de Open bare School als de normale, doch waarin het rechtsbeginsel zegeviert, dat ten aanzien van de publieke kassen het bijzonder onderwijs gelijke rechten heeft als het openbare. Drie jaar later brengt de eerste minister van Onderwijs, K. en W., Dr. de Visser de nieuwe schoolwet tot stand, die de daadwer kelijke vervulling geeft van de grondwette lijke belofte. Zoo woivlt de linancleele gelijkstelling de weg, waarlangs het ideaal kan worden nagestreefd: de bijzondere school regel, de openbare aanvulling. De groote bloei van het bijzonder onderwijs na 1920 bewijst, dat dit streven met succes wordt bekroond. Wanneer wij aldus in vogelvlucht dc strijd om liet recht overzien, zooals die ge voerd is in de drie kwarteeuwen, die achter ons liggen, hebben wij dan bij onze feestvie ring niet rijke stof om God te danken voor Zijn wondere daden? vraagt spr., herinne rende aan den arbeid van Groen, Kuyper, Lobman, Heemskerk en De Visser. In dezen geloofsstrijd vooc het recht od schoolgebied is de thans jubilcerende Ver eeniging' geen lijdelijk toeschouwster ge weest. Zij loefde haar eigen leven, doch hoezeer ook gesteld op haar zelfstandigheid, nimmer stond zij los van hen, die op staat kundig oft maatschappelijk terrein zich schaarden 'om de banier van het Christelijk onderwijs. Het past ons, zegt spr., in deze feesture. ook dankbaar de weldaden Gods te gedenken aan onze Vereeryging in 't bijzonder bewe zen. Nu 75 jaar geleden, werd naar het sohoone woord van Lemkes, het kiempje geplant, waaruit onder Gods zegen een frissche boom kon opgroeien, van welke vruchten eepmaal gansch Nederland ge nieten zou. De stichters hebben, als wijze bouwmees ters, het Vereenigingshuis gegrondvest op een goed fundament Niet subjectieve mee ningen omtrent de Heilige Schrift, maar de objectieve waarheid, de Heilige Schrift zelf, is haar grondslag. Zoo stelde zij zich tegen over de toenmalige Groninger richting in de Kerk. De oude voortrekkers bouwden niet alleen, maar streden ook om ai meer ter rein te winnen. De tweede periode was voor de Vereeni ging het storm getij. Verschillende meeningen omtrent de formu leering van den grondslag werden verno men en velen vreesden, dat de algemeene vergadering te Leeuwarden scheuring zou brengen. Maar die vrees werd beschaamd: de eenheid werd niet verstoord en de grond slag niet geschonden. In 1835 dreigde op nieuw gevaar en in 1898 brak wederom een storm los. Maar, zegt spr., de stevige plan ting heeft de stormen verduurd en is uitge groeid tot een frisschen boom. Vijf jaar la ter vierden wij ons gouden jubileum en mocht het Gedenkboek getuigen van veel strijd, maar ook van rijken zegen. ln de derde kwarteeuw etond de vereeni ging in het teeken van groote activiteit 't Is alsof een nieuwe geest haar bezielt Het uit zicht op de eindelijke zegepraal van het recht geeft haar nieuwe hoop en nieuwe kracht Groot zijn de „ups and dowrns" in deze kwarteeuw. Blijde jubel in 1919 als er gelijkstelling komt in de salarissen tusschen Openbaar en Bijzonder Onderwijs en daar door de salarissen der Christelijke Onderwij zers aanmerkelijk omhoog gaan. Droeve klacht in 192-1, als de salarissen weer diep omlaag worden gedrukt Overzien wij ten slotte, zegt spr. heel den weg, waarlangs God in deze driekwart eeuw onze vereeniging heeft geleid, dan staan wij vol bewondering stil en aanbidden Zijn wijs heid, genade en trouw. De eenheid bleef bewaard en -an dit een heidscentrum mooht het initiatief uitgaan om alle Chr. onderwijs en onderwijzersorg*. nisaties in ons land tot samenwerking te brengen in Christelijke Schoolcongressen ter bespreking van theoretische en oraktische vraagstukken, die het Christelijk onderwijs in al zijn geledingen en vertakkingen be treffen. Voorwaar, er was een zegen in het behoud onzer eenheid, een zegen voor heel ons vaderland. Ja, meer nog. De strijd voor Christelijk Onderwijs is ont brand in bijna alle landen van Europa. Deze worsteling, hoe ook in ieder land door eigen historie beheerscht en bepaald, zij komi i; laatste instantie op uit dezelfde oorzaken. Ei nu mocht van onze Vereeniging het initiatief uitgaan, om aan het 3e Nationale Christe lijke Schoolcongres een internationale sectie to verbinden. Als vrucht van den arbeid de zer sectie, is nu een Internationaal verband tot stand gokomen van Christelijke opvoe- dinps- en onderwijsorganisaties, dat tot doel heeft elkander te steunen en te sterken ln den gemeenschappelijkcn strijd voor het Christelijk Onderwijs. Zoo werd de bede van Lemkes, neerge schreven in het verslag der Stichtingsver gadering der Vereeniging, boven hidden en denken verhoord. Het kiempje is opgewr sen tot een boom, die vrucht draagt waar Christelijk Onderwijs, niet alleen in heel ons vaderland, maar ook daarbuiten. Ziende op het groote werk Gods aan Vereeniging in deze drickwarteeuw gewrocht willen wij ons ln deze ure in heilig enthou siasme opnieuw verbinden te blijven staan op het vaste fundament door onze vaderen ten grondslag voor onze ereeniging gelegd: het Woord Gods, de Heilige Schrift, waarin al de elementen eener waarachtige opvoe ding besloten liggen. Nieuwe verantwoordelijkheid rust op het Christelijk Onderwijs en op onze Vereeniging in de nieuwe periode, die wij zijn ingegaan. Door de financieel® gelijkstelling staan on; thans de middelen teil dienste, om onzi scholen in te richten naar den eisch de: tijds. Meer dan ooit is het nu de roeping het Christelijk Onderwijs in technisch en pae- dagogisch opzicht te maken tot het beste onderwijs in Nederland. Daartoe is noodig dat wij de kern waarheid voor het Christelijk Onderwijs, „de vrpeze des Hecren is het beginsel der wijsheid" niet slechts beitelen in de gevels onzer scholen, of als leuze voeren in ons vereeniging8vaandel, doch dat zij gegrift sta diep in onze harten, opdat ons onderwijs steeds meer worde, wat het zich noemt. Christelijk Onderwijs, waarvan Jezus Chris tus de ziel cn het loven is, uit wiens liefde- macht altijd weer'vloeien levensvernieuvven- de krachten, die in eiken nieuwen tijd bren gen een nieuwe lente, een nieuw geluid en die ook voor do nieuwe taak, die ons wacht, wil schenken nieuw geloof, nieuwe hoop en nieuwe liefde, ter volmaking van het Chris telijk Onderwijs, der jeugd tot heil, en Gode tot eer. (Luid applaus.) Feestrede van Dr. J. Th. de Visser. Dr. de Visser \ing zijn rede aan met in beeldrijke taal te herinneren aan den groei der vereeniging, die van een jonge, teere beplanting van voor 75 jaar is uitgegroeid toi een schoon en boschrijk geheel en dat niet tegenstaande eerst 5 jear deze landarbeid mislukte. Maar de voortrekkers hadden staal in het bloed en hielden vol. Spr. herinnerde aan de samenkomst der 25 in 1S54, die de vereeniging hebben opgericht en een grond slag formuleerden, waarin men den beslisten cn tevens zoo ruimen Rcveilgeest proeft. D». J. TH._DE VISSEn. Spr. stond nader stil bij het optreden der pioniers en bij de moeilijkheden der eerste jaren, toen men met zekere huivering moe dig besloot alleen personen uit den onder wijzersstand op te nemen en met reservt besloot tot opname van hulponderwijzers, gevolg door de enkele jaren daarna overwon, nen „vrouwenvreeg". Na ruim 40 jaar werd het Chr. onder wijzend personeel in de overzeesche bezit tingen tot het lidmaatschap toegelaten. Spi. bracht hen die in Indië moedig het vaan del opheffen en eeren, op dit feest een har- telijken gelukwensch uit de verte. Voorzichtig en beslist schreed de vereeni ging op den weg der ontwikkeling voon, hoven theologische, kerkelijke, politieke cn sociale verschillen uit, bewarend en bevc ligend de gemeenschapsband, -waarin zelfs dagen van strijd geen verandering brachten. Eén geest bezielde allen. Men wilde een Christophorus, een Christendrager ook de school zijn. Dat was de geheime kracht die de organisatie vooruit dreef, de vlieten de bron die den stroom steeds hoogcr stijgen deed. Daarom is deze feestvierende schare, tn bonte mengeling en krachtvolle verschei dénheid, een levende, bezielde, groeiende schepping Gods. Daarom past bovenal het onsterfelijke: Soli Deo Gloria. Spr. herinnerde aan het gouden fe°st 1901. toen hij als voorzitter van Christelijk Volksonderwijs gelukwenschen overbracht. De phalanx van geharnaste strijders toen laat spr. zijn g'oest nog eens voorbij gaan. Op dit jubileum sprak de toenmalige Mi nisterpresident „the grand old Man" Dr. Kuyper, zijn magistraal woord, met dat on vergetelijk slót en boden de geleerde Woltjer dé warme NoorJtzij. de fijne Schimmrl- penninck cn de onverzettelijke Piorson hun gelukwensch namens hun resp. organisaties aan. Dacr waren ook de twee aristocraten, Mackay en Lohman, volksvrienden in eren waren "zin des woords met Kuyper als tien eerste in het drievoudig Verbond, uilen waardige navolgers van Groen en dragers van de eerekroon van de overwinning van het bijzonder onderwijs in den politiekon schoolstrijd. Zij allen zijn niet meer hier er. daatom grijpt dc ontzaglijke macht dor vergankelijkheid spr. aan cn valt een breede schaduw in deze samenkomst over allen Memento raori! Met dankbare harten leggen wij, aldus spr. een krans van immortellen op hun gra ven en danken God die ons deze bezie* ie helden schonk en bekwaamde tot h«-t werk waarvqn wij allen de vruchten genieten. Spr. wees vervolgens op het v, randerd as pect van het Chr. onderwijs, de laatste 25 jaar en de gewijzigde positie van de Chr. onderwijzers en hun vereeniging. Er zijvn nog wenschen, o zekeg, maar met cijfers wcnschte spr. aan te toonen, dat er gerechtvaardigde blijdschap is. Aan die uitwendigen wasdom van het Ch» onderwijs aequivaleert de innerlijke ^vaarde Spr. brengt hulde aan de vereeniging voor haar optreden, dc waardige wijze wau' op voor de belangen der leden gestreden werd, het vele dat voor onderwijs en pao- dagogiek gedaan werd, waarom hier dank baar mag geconstateerd, dat de kinderen het pand der vaderen hebben bewaard. In onzen tij heerscht de anti-tradltioneei* geest, wil men „tabula rasa" en droomt van iets nevelachtig-schoons, de philosophischs eenheid. Daarin schuilt de geest van het Pantheisme, de uitspraak van Johannes Viator in van Eedens boek: Er *>jn niot levingen, gescheiden, afzonderlijk. Er is één ven dat opgroeit in vele orden". Heerlijk blinkt daartegen uit het volks leven dat door traditie wordt gevoed en ge steund. Dit geldt Inzonderheid van ons volk da» met zijn ingekerfden volksaard ons verze kert het blijvend bezit van dien volksgeest, die eens ln geweldige Worsteling de vrijheid der Nederlanden veroverde en op de na ie als geheel het Prot Chr. stempel heeft gedrukt Daarmede pleit spr. niet voor iets con ventioneels of een zeker conservatisme, laat staan voor routine of 6leur. De traditie zij niet het oorkussen waarop hij de elschen van zijn tijd niet ziet, zien tot sluimering legt, maar veeleer een prik kel om zoowel het nieuwe in het kader van het oude te passen, als het oude naar het nieuwe te herzien. Door de historie der menschhoid gaat de lijn van ontwikkeling en die van verbastering en achter de mach ten van goed en kwr.id liggen Urheber (het rijk des lichts en der duisternis). „Alles :-rgangliche Zot nur ein Gleichniss". De christen buigt voor den Hecre Jezus Christus, niet alleen de Verlosser van den enkeling, maar ook het eenig en onwrikbaar middelpunt der historie. Hij alleen verzekert het evenwicht in den mensch en de mensch- heid tusschen zijn geestelijke en stoffelijke belangen, houdt als herschepper der mono gamie den echten familiezin levendig. Hij alleen is in staat een veerkrachtige natio naliteit te vormen die een saamhoorigheid, gepaard met een individueele vriiheid kweekt als nergens buiten Hem wordt ge noten, getuige de Reformatie in Duitschlani, Schotland en Nederland. Als men met Hem niet meer rekent, wordt de steenen tempel der samenleving ont wricht, valt straks het gebouw als ruin., ineen. Buiten den hem reinigende en hem ln zijn evenwicht herstellende Christus kan de rnensch geen historie maken. Hoe meer wij ons. aldus spr., door den Christus laten bezielen en beheerschen. des ie beter zullen wij in staat zijn vruchtdra- eend werk voor tijd en eeuwigheid te doen. Vooral de chr. onderwijzer cn onderwijzeres hebben hier, naar spr. nade_r aantoonde, een schoone maar zware roeping. Voor hen is de allesbeheerschende vraag. Wat dunkt u van den Christus? Wie daarop als rrucht van geestelijke er varing geen antwoord heeft, is een luidende schel, waarvan de tonen ln het luchtruim wegsterven. Wie de kracht Zijner heerlijkheid in hem voelt werken, zal zich gelukkig voelen kin deren te brengen tot Hem, en dankbaar zip dat op de Chr. scholen daartoe dc ruimste gelegenheid geopend is. Eens heeft de groote Plato merkwnardig tegenstrijdigheid verkondigd. Hij profeteerde on een oocenblik dat zoo een volmaakt Rechtvaardige op deze aarde verscheen, hij door de menschen miskend, uitgeworpen en gekruisigd zou worden. En elders zegt hii dat ieder wien het ook slechts vergund zou zijn de deugd in haar zichtbare schoonheid an aangezicht tot aangezicht te aanschou wen, in zoo brandende liefde tot haar k>« ontvlammen, dat niets hem ooit weer van haar zou kunnen scheiden. Beide profetiên zijn in Christus vervuld. Hij is verworpen, maar herrezen in al zijn schoonheid, en duizendeu die haar hebben aanschouwd, verlustigen zich in haar van dag tot dag. Brande dit liefdevuur, zoo besloot spr„ in uw personen en in uwe vereeniging krachtig door, tot eere van God, tot heil onzer kin deren en tot zegen van ons vaderland. (Lang durig applaus). De Voorzitter dankt Dr. de Visser voof zijn magistraal woord. (Hernieuw# toe juichingen. AMSTERDAM. .NEDERLAND EN ORANJE" GEEFT HET GOEDE VOORBEELD. En plakt niet. Het Centraal Bestuur der Antirevolutie naire Kiesvereeniging „Nederland en Oran» je" alhier heeft met algemeene stemmen besloten ln de komende verkiezingscam» n->niet te plakken op muren van hui» walbeschoeiingen, bruggen, enz. (het z.g. clandestien plakken dat bij Politieverord» Ing verboden is). Het verzoekt den Besturen der politiek» partijen in den Kamerkieskring dringend een dergelijk besluit, voor zoover nog noodigk eveneens te nemen. NOODSCHOÜWBURG. Nu na den Paleisbrand de groote Scbouv* burgzaal, die waarlijk zoo comfortabel niet was, niet meer beschikbaar is, heeft men hat plan opgevat te komen met een noodoplo» sing. Men wil een schouwburg met ongeveer 1000 tplaatsen, optrekken van gewapend beton, die plaatcen op een betonnen plaat en rekent dat men het met dit gebouw vijf k tion jaafr kan doen. Goedkoop is zulk een oplossing niet, men denkt tusschen de twee en drie ton noojig te hebben. Het kapitaal schijnt voor dit doel reeds beschikbaar. Voor de plaats denken de ontwerpers aan het Amstelveld of het Weteringplantsoem Naar ons bij informatie bleek, bestaat er echter bij het Gemeentebestuur weinig nei ging om mede te werken. Men heeft paö een commissie benoemd orrt hot sohouw'uurgrraagstuk te bestudeeren cn ïl de resultaten van dat onderzoek liefst afwachten. CHR. VACANTIE-KOLONIES. Dezer dagen hield de afdeeling Amsterdam dezer Vereeniging haar jaarvergadering oa» der leiding van den heer J. Th. R. Schreu der. Uit het jaarverslag van den Secretaris bleek, dat de Vereeniging 130 kinderen mocht uitzenden naar de Christelijke kolonie-huizen te Nunspeet, Egmond aan Zee en Hellen- doom. Dit is 56 meer dan in 1927. De Penningmeester, die zeer hoopt op eett stijging der geldmiddelen, de heer Mr. J. F» Franken, Stadionweg 62, Amsterdam, houdt zich voor 't ontvangen van giften zeer aai» bevolen. NAAR BARCELONA. Zaterdag uerden de voer de Wereldtentoonstelling te Bareetonia b'stemde goederen per sj. Jonge Maria van Rotterdam uit verschept. Onze fotograaf maakt een kiek ran de inlading. SCHETSEN UIT FRIESLAND'S ZUIDOOSTHOEK. Door H. RETEL, Evangelist te Jubbega en Hoornstcrzwaag. II.*) Vrijwel evenwijdig met den ecudgszins beschreven hoofdweg, die van Heerenveen over Oudesohoot, Mildam, Nijehorne, Ou.'e- horne, Jubbega-Scnurega, Hoorasterzwang naar Donkerbroek leidt, loopt een andere weg, grootendeels voet- en fietspad, langs de Schoterlandsohe Compagnonsvaart. Die compagnonsvaart van Heerenveen af Volgend, komt ge door Knijpe, een lief plaatsje, heel dioht bij Heerenveen, en Voorts langs verschillende meest kleine boerderijtjes, te Jubbega aan d® derde sluis. Van de bevolking van Jubbega en Hoorn- ■terzwaag woont een grooter gedeelte langs deze vaart dan aan den hoofdweg, die ik u een vorig maal beschreef. Aan beide zijden van de vaart wonen ook weer kleine boeren en neringdoenden en ook wel, in meest kleine huisjes, arbeiders. Maar ook hier ziet ge toch nog niet den donkeren Zuidoosthoek. Tusschen deze vaart en den hoofdweg zi-n vele voetpaden ,die ongeveer een half uur gaans zijn. Deze paden loopen van de vaart af, ongeveer halverwege den afstand tot den weg, langs „wijkon", smalle vaarten, die daar in vroegeren tijd in verband rr.ot vervening zullen gegraven zijn. Van 't eind dier wijken tot aan den hoofdweg loopt het voetpad dan door heide, die echter voor een groot deel reeds ontgonnen is. blad Boerderij onder Jubbega. Langs die wijken nu. en vooral aan die voetpaden door de heide, vindt ge Ln zijn speciale beteekenis „den Zuidoosthoek". Van die voetpaden door de heide en langs de wijken zijn er reeds in de omgeving vaD Nijehorne en Oudehorne, maar toch vooral op het gebied van Jubbega en Hoornstee zwnag. Daar zijn er ruim dertig. Onze wijken, die in de richting naar Oudehorne liggen, hebben speciale nameu als Frederikswijk, Wolfort Jagersvvijk, Bel gische wijk, enz. De meeste echter, van de derde sluis af m de richting Hoornsterzwaag, ontleeneu him naam aan tellen. - reken wij van de eerste wijk, twee- r'o derde. viorrtp wiiVc en 7.00 vervolgens tot drie en twintigste wijk toe. Als u dus bij ons vraagt: „Weet ge ook waar b.v. Jansen woont," kunt ge op een antwoord rekerten als: Jawel, aan de elfde wijk, links, het vierde huis." Laat ik nu eerst nog zeggen, om misver stand te voorkomen, dat ook langs de wij ken vele huizen staan, waar de mensolien volstrekt geen armoede lijden. Boeren md vier, vijf tot tien koeien wonen er onder scheidene. Toch vindt ge hier al veel kleine huisjes, laag gebouwd, vooral aan den ingang. zoo dat ge behoedzaam bukkend binnen moe: stappen, als go niet regelmatig met builen liet hoofd wilt loopen. In zulke kleine huisjee met meest bij den ingang een keukenvertrekje en verder één kamer, huizen groote gezinnen met zes, zeven ei: ook wel meer kinderen. In de kamer zijn meestal twee bedsteden naast e.kaar en soms ook wel een in hei keuken vertrek je. Verder is er den nog een zoldertje en een schuurtje. Nu stellen de menschen hier in het alge meen aan woning, slaapplaats e.n meubelen geen liooge edschen en een arbeider is met een huisje, zooals ik daar noemde, als hij liet huren kan, best op schik, vooral wan neer er oen flink stukje grond bij is, wuar hij wat aardappelen en wat boonen ver bouwd en vooral als er een schuurtje bij is, waar 't mogelijk is, als "t financieel kan. een koe te houden. Dikwijls houdt men r ook een geit op na. Maar ook in die kleine huizen is verschil. Er zijn er. zóó klein, dat ge u afvraagt, ho-> het mogelijk is. dat daar een gezin in hul zen kan. Dat in zulk een geval meubelen zoo goed als geheel ontbreken, spreekt vanzelf. Moeten wij bij zulke huisjes van feitelijk ontoelaatbare woningtoestanden spreken, veel erger wordt het, als wij letten op de talrijke houten keotcn, waarin do men schen wonen. In zulke koeten is het, vooral bij nat weer. bij hevige wind of bij strenge koude, diepe ellende. Maar ook le dien opzichte is er nog heel wat variatie; onderscheid in kwaliteit, in grootte on in „inrichting". Er zijn heeto kleine koeten. Als ge ze ziet staan zoudt 'pc niet geloo- ven, dat daarin menschen, ja, dat daarin ge zinnen wonen. Stel u maar een klein slecht gebouwd hou ten schuurtje voor, met ee>n of twee kleine raampjes. Bovenop het zoowat 2 M. hooge dak een verroert kachelpijpje, dat als schoor steen dienst doet. Het geheel overstreken met een dun laagje grijze grondverf. Toen ik voor 't eerst de kleinste keeten zag, moest ik onwillekeurig denken aan een groot soort hondenhok. Zoo ongeveer zien ze er uit U te beschrijven hoe daar binnen het gezin geherbergd wordt, woning en piaataing vindt, la mij niet mogelijk, want ik begrijp er zelf niets van. Zeker is, dat in één vertrek waar gewoonlijk een overschot een tafel cn twee drie wankelende matten stoelen staan, het hccle leven van het gezin geleefd wordt. De mannen, huisvaders in deze gezinnon. n veelal om het hutje wat bezig. Als zij rken, verrichten zijn gewoonlijk los werk, telkens voor korten tijd. In najaar eii winter werken velen in de werkverschaffing van gemeentewege of van een vereeniging die ontginningen uitvoert en verdienen dan ongeveer f 15 per week. De jongens die van school afkomen blijven veelal ook maar wat omloopen, lecren niets, en zetten later het leventje van los werk mnar w eer voort Meerdere vrouwen gaan daags mot een hakje" met wat koopwaar, „zeep, schoen veters, band en dergelijke" rond en nemen meestal ook wel aalmoezen aan. Sommige mannen gaan er met de harmonica op uit, krassen er zoo'n beetje op en zingen er don altijd bij. Ook gaan de mannen, vooral 's winters er dikwijls met z'n tweeën op uit om te bedelen. Zij weten dan precies hun klanton. waar ze vijf cent of een dubbeltje krijgen en doen altijd de stereotiepe vraag, „of er ook wat over kan schieten voor een arm gezin". 't Moet gezegd, dat de harmonicaspelers en de bedelaars zich gewoonlijk aan de deu ren beleefd en vriendelijk gedragen. Hun uiterst schamele kleeding. ook in de felste kou, laat niet na, medelijden op ta wekken. In de gezinnen is wel armoede, maar toch krijgt men den Indruk dat de moesten er rich zonder veel inspanning aardig weten door te slaan, 't Houten hutje bouwen re zelf, aardappelen verbouwen zij op een stuk je heidegrond dat ze zelf ontginnen, huur behoeven zij niet te betalen cn klo*ren knj gen zij meest op hun bedeltochten. 't Is in 't algemeen, enkele uitzonderingen daargelaten, gemoedelijk goedig volk. Praten doen ze graag; het kost volstrekt geen moeite een boom met hon op te zotten. Meermalen staat ge dan versteld over de kal me, rustige beschouwing die zij van de dingen om zich heen hebben en die zij aar dig weten te bercdertecrcn. Natuurlijk is hun gewone taal het Friesch. Merken zij echter, dat ge dat moeilijk ver staat, dan spreken zij ook heel goed en vrij beschaafd Ncdcrlandsch, zoodat iedereen zon der dc minste moeite een gesprek met hen voeren kan. Van de keeten zijn in de laatste jaren heel wat opgeruimd. N u zijn hier in onze onmiddellijke om geving weer tachtig nieuwe geriefelijke huisjes in aanbouw, die aan de keetbewoner» verhuurd worden voor f 1,60 por week. Kun nen zij bewijzen, dat niet te kunnen betalen dan worden zij hierin door het burgerlijk armbestuur gesteund. Als de keetbewoners aanspraak op zulk een nieuwe woning maken, moeten zij zich geheel naar de daaraan verbonden voor schriften gedragen. Dc keet wordt dan ver- brand, de bewoners hegeven zich onder toe zicht naar een badhuis om daar geheel ge baad te worden alvorens zij de nieuwe u.> inng mogen betreden. Natuurlijk wordt over een en ander wel eens gemopperd en ook wel gelachen, mAar van de maatregelen wordt terecht niet afgeweken. Als voorbeelden van diepe ellende zij hier aan nog toegevoegd, dat er nog zear enkele gezinnen zijn, die huisvesting vinden in hol, dat zij zelf in den grond gegraven heb ben en dat nachts met oud zeildoek of ook wel met een houten deksel, (omgekeer de oude schuit) wordt afgedekt. In een volgende schets hoop ik u in g» dachten mee te nemen bij het bezoek aan enkele van de bewoners. (Het postgironummer is 79000.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 5