llirunir friïtsrijr (Courant Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. ABONNEMENT: Per kwartaal 3.?' (Beschikkingskosten 0.15). Voor het Buitenland bij Weke- lijksche nding Bij dageüjksche zending 6 1 Al'les bij vooruitbetaling. Losse nummers 5 cent. met Zondagsblad 7V2 cent. ZondagsLlad niet afzonderlijk vork' baar. No 2740 Bureau: Hooigracht 35 Telefoon 2778 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 58936. ZATERDAG 11 MEI 1928 a:)vertenti81Ti Van 1 tot 5 regels Elke regel meer fnger Nlededeelingcn Elke rege meer Bij contract belangrijke korting. 10e Jaargang. Dit nummer bestaat uit VIER bladen. BINNENLAND. NAAR EISCH VAN HET BEGINSEL. De allereerste eisch van het principe, dat aan de Christelijke sociologie ten grondslag ligt, ware deze, dat de sociale natuur van den mensch zich zoo zuiver ontplooide, dat in het geheel geen so ciale wetgeving noodig ware, welke de verhoudingen, in het maatschappelijke leven regelden en tot vervulling van de sociale plichten aandreef op straffe van door de Overheid tot de orde geroepen te worden. In een saamleving, waarin het recht ongebroken ware bewaard gebleven, zoodat de menschen iegelijk voor zich en allen tezamen hun sociale roeping volbrachten, zou dat zoo zijn en naar de vermogens en gaven, waarmede God, de Heere, den mensch versierde, toen hij hem ïn het aanzijn riep, ware zulk een saamleving ook mogelijk geweest. Ook de beschouwing van het sociale vraagstuk zet ons derhalve voor de ver woestende werking der zonde. De zonde bracht verbreking en om der zonde wil heeft de Overheid ook te waken over de sociale gerechtigheid. De Christelijke sociologie heeft daar mede dus te rekenen, opdat zij zich ont- houde van een sociaal idealisme, dat al leen in een wereld van heilige menschen op verwezenlijking kon hopen. Zy zal de oogen open houden voor de werkelijk heid en den mensch nemen, zooals hij zich openbaart. Laat zij daarbij af van de ij dele poging om dien mensch beter te maken dan hij is en kan zij daarom niet droomen vari een staat van geluk, waarbij de maatschappij, uit een spon tane gerechtigheid zal leven, anderzijds draagt zij bij het licht der openbaring kennis van des menschen natuur, zooals die naar den eisch des levens haar ge steld behoort .te zijn en zooals die door ongehoorzaamheid verdorven werd. Uit dien hoofde zal de Christelijke sociologie van dien levenseisch uitgaan en overtreding als ongehoorzaamheid aanmerken. Die levenseisch is het fun dament voor de sociale wetgeving, ter wijl de Overheid de overtreding krach tens haar roeping heeft te vervolgen als een daad van onrecht jegens de men- schelijke natuur en als een daad van on gehoorzaamheid jegens den Schepper. Hetzelfde beginsel, dat alzoo in den rechten staat der menschelijke natuur alle sociale wetgeving overbodig zou doen zijn, wijl de vervulling der sociale roeping ongedwongen zou plaats vinden in het organisme der saamleving, het zelfde beginsel leidt in den gevallen staat tot sociale maatregelen om naai den zedelijken levenseisch tot vervulling der sociale roeping te dwingen, indien nalatigheid wordt gevonden. Ook in den gevallen staat zal de Over heid zich op het standpunt hebben te stellen van den zedelijken eisch voor de saamleving en dien eisch poneeren en Verscherpen in het zedelijk volksbewust zijn. Een Christelijke sociologie vangt niet aan met de constructie van een maat schappij, maar met van haar te vergen, lat zij maatschappelijk leeft. Van be- laalde wettelijke regelingen onthoudt ;jj zich zoolang mogelijk, met name, vanneer de staat daarbij in de maat schappelijke zorgen gaat voorzien, ont- ïoude zij zich tot het alleruiterste. Wanneer het afkeurend oordeel, dat Tien in onze dagen kan vernemen om rent sociale maatregelen, feitelijk voert ;öt de conclusie van algeheele onthou- ling en heenwijst op den plicht van so nate organen, is daarin een kern van vaarheid. Wij moeten dit frank en.vry oegeven. Men vergete echter niet. dat dit oor- leel veel te ver gaat, indien men ook mistig zoude bedoelen, dat de Overheid -*een sociale taak zou hebben. Men zie och niet voorbij, dat wij leven in een wereld van zonde en dat juist tenge volge daarvan de Overheid zal hand haven en zoeken te handhaven, wat de -onde nalaat. Een stelsel van onthou- ling voert terug naar het liberalisme, enzij men de natie in een heilig Sion vermocht te herscheppen. Juist krachtens den zedelijken eisch van des menschen levenswet om sociaal te leven, zal de Overheid zich onthouden om door staatsverzornring te voorzien in wat de maatschappij zelve behoort te doen, doch daarin schuilt de aanleiding voor Overheidsbemoeienis, zoodra de maat""hnppy in haar organen in gebre ke hl ij ft. En naarmate de nood hooger is en het sociaal-zedelijk besef dieper is weg zuilen wij ons zetten tot een beschou wing van de sociale wetgeving, welke door de bemoeienis der Overheid tot stand kwam, dan zal allereerst noodig zyn, dat wij ons een heldere voorstel ling trachten te vormen van de metho de, welke naar de beginselen van een Christelijke sociologie is aangewezen en van de maatregelen, waartoe zij zich heeft te bepalen. Men kan hier geen recht doen gelden door doctrinair op een, misschien op zich zelf zeer juist beginsel voort te bou wen, wijl wij met een zeer gecompli ceerd vraagstuk van doen hebben. Dit zou slechts tot afbrekende critiek lei den. De Christelijke sociologie dan be schouwt de sociale vraagstukken in het licht der Christelijke ethiek. Zij is in beginsel levensleer naar den eisch eener levensorde, zooals de H. Schrift dien stelt. Zij heeft dus haar uitgangspunt te nemen in de menschelijke natuur en in haar sociale roeping, zooals deze ver schijnt in het licht der openbaring. Daarmede valt zy dus geheel binnen de Christelijke levensbeschouwing en ver schilt principieel van iedere andere, welke in de historie heerschappij ver wierf. Tengevolge van den zedelijken grond slag, waarop de Christelijke sociologie wordt opgebouwd, wyst zij eenerzyds op de hoogste zedelijke Autoriteit, op den hemelschen Wetgever, anderzijds op de bestemming van den mensch. Hier ligt onmiddellijk een raakpunt met de Christelijke Overheidsbeschou- wing. De Overheid als Gods dienaresse, ook zelve onder den hemelschen Wetge- ;eld, en geroepen tot de handha ving Zijner ordinantiën, zal zich naai de zedewet ook voor het sociale leven hebben te richten. In de kennis dier wet en van de door haar bevolen levensorde heeft zij het richtsnoer voor haar beleid. De eisch, welke God aan de mensche lijke natuur stelt, is voor haar uitgangs punt. Daarom kan een Christelijke Over heid niet liberaal zijn. Zij bestrijdt het individualisme en houdt de ontwijking van Kaïn: „Ben ik mijns broeders hoe der?" verre van zich. Zii erkent geen maatschappij, die uit een zeker aantal zielen bestaat, maar ziet die als een lichaam met vele orga nen, welke tezamen één organisch ge heel vormen, welks gezondheid afhanke lijk is van de gezonde werking dier or ganen. Ieder orgaan, op zich zelf weeb een lichaam, is wederom een samenge steld geheel, welks leden tot den wel stand van dat lichaam hebben te arbei den. Met deze organen hebben wy echter niet het oog op de verschillende organi saties en vereenigingen, welke zich al lengs hebben geformeerd. Wij zijn wel gewoon geworden om deze ook lichamen en organisaties te noemen en in de hui dige maatschappij vervullen zij ook een taak, welke men gaarne als een sociale bestempelt, doch het eigenlijk sociale karakter ontbreekt daaraan in den re- 1. De corporaties en vereenigingen zy'n gewoonlijk ontstaan door verzaking van de sociale roeping bij de aangewezen or ganen. Evenals de zendingscorporaties zending gingen drijven, omdat de Kerk dit stuk nalatig was, zoo zijn vele sociale vereenigingen voor de beharti ging van sociale belangen opgekomen, omdat de maatschappelijke organen deze schromelijk veronachtzaamden. Industrieele en oeconomische onder nemingen, bedrijven en handelsmaat schappijen, zijn ieder op zich zelf als sociale lichamen van grooteren of klei neren omvang te beschouwen, lichamen, waarbij verschillende personen van on derscheidene gaven en talenten, vermo gend en onvermogend, oud en jon" sterk en zwak, onmiddellijk betrokken zijn. Indien men in deze lichamen de soci ale zede hoog had gehouden, zouden do organisaties, welke dwarse doorsneden door de maatschappij trekken en haai organische geledingen verstoren, geen aanleiding hebben gevonden. Doch nu zyn zij er en een iegelijk za! moeten toegeven, dat men met dit feit heeft te rekenen. Ook een Christelijke Overheid zal daarmede hebben te reke nen. Het zal echter duidelijk zijn, dat eisch van het beginsel haar aandacht richt op de organische corporaties en geledingen der maatschappij en zich ten doel stellen moet om die tot erkenning en sociale plichtsvervulling te brengen. Sluit dit een zekere maatschappelijke zelfstandigheid en vrijheid van die so ciale lichamen in, hierin wordt echter I het recht en de plicht der Overheid niet I verkort om toe te zien, dat in deze j lichamen niet eenzijdig tmWieeele be- j langen worden naoestreefd. doch ook d° j sociale zede wordt betracht in verband met de riooden -en krankheden des levens. OFFICIEcLE BERICHTEN. ONDERSCHEIDINGEN. Bij Kon. besluit is toegekend de bronzen eeremedaille der Oranje Nassau-orde aan J. 11. van der Meulen, F. Barbi en H. van Gan- gel, faienciers aan de Aardewerkafdceling der N. V. Kristal-, (.las- en Aardewerkfabrie ken de Sphinx te Maastricht MINISTERIE VAN KOLONIËN. Commissariaat voor Indische Zaken. oor het Marine-Etablissement te Soera- baya wordt gevraagd (in vasten dienst) een Hoofdopziener (gieter), die volkomen op de hoogte is van de moderne gieterij-techniek. Nadere bijzonderheden bevat de Neder- landsche Staatscourant van 10 Mei 1929 Na 90. INVOER VAN VLEESCH. De Minister van Arbeid heeft bepaald: vleeschwaren, bereid uit of met vleesch van varkens, mogen tal wederopzegging eveneens uit de Vereen. Staten van N'ooid-Amerika worden ingevoerd, indien zij vergezeld gaan van een verklaring van een veterinair over heidsambtenaar, dat het betrokken varkens- vleesch op trichinen is onderzocht en daar van vrij is bevonden. OPZICHTERS RIJKSWEGENAANLEG. De Minister van Waterstaat heeft benoemd tot buitengewoon opzichter bij den aanleg verbetering van de Rijkswegen m het arrondissement 's-Gravenhagc H. Ros te Delft en F. J. Warres te Borssele. BESMETTELIJKE ZIEKTEN. In de week van 28 April tot en met 4 Mei zijn in ons land aangegeven 10 gevallen van buiktyphus, 268 van roodvonk, 97 van dipli terie, 5 van nekkramp en 2 van slaapzucht Encephalitis na inenting. Ih de week van 28 April lot en met 4 Mei zijn geen gevallen van encephalitis na inen ting ter kennis van het Staats.oezicht op Je Volksgezondheid gekomen. ANTWOORDEN VAN MINISTERS. VERKOOP VAN EEN PARTIJ KEPILAKEN. Op vragen van het Tweede Kamerlid Bijleveld, of er op het oogenblik een partij van plan. 34.000 meter groen grijs petten- laken in den vrijen handel te koop wordt geboden, afkomstig uit rijksvooriaad, heeft Minister Lambooy bevestigend geantwoord. De verkoopprijs bedraagt f 0.73 per M.; de gemiddelde kusten van het in de jaren 1917, 1918 cn 1919 aangeschafte kepilaken hebben f 13.62 per M. bedragen. Dczo aao- koopen zijn geschied vóór de invoering vau de helmen als hoofdbedekking te velde en bij oefeningen. Het laken is verkocht, omdat het niet in zoodanige conditie verkeerde, dat het voor een ander doeL kan worden aangewend. Voor militaire uniformen is het kepilaken veel te zwak en voor militaire hoofddeksels, anders dan van stijf model, is het té dun en te slap. In verband met de invoering van den helm bij de velduitrusting ontstond reeds vóór eenige jaren het voornemen om den kepi en de veldmuts voor den soldaat door een vquwbaar hoofddeksel te vervangen, dat zoowel in de dagelijksche tenue gedra gen als te velde medegevoerd kan worden. Ten gevolge van de voorhanden voorraden kepi's cn veldmutsen kon daaraan tot nog toe geen uitvoering worden gegeven. Bij de behandeling van de Defensiebo- grooting 1929 in de Tweede Kamer dei Staten-Gcneraal is hieromtrent door ondcr- geteekendo een mededeeling gedaan (zie Handelingen, blz. 1159, linker kolom). De commandant van het veldleger stelde reeds in 1923 voor den kepi niet meer als derde hoofddeksel aan de dienstplichtigen te verstrekken, doch den kepi en de veld muts door éón vouwbaar hoofddeksel te vervangen. Nu de voorraad kepi's en veldmutsen zoo danig is verminderd, dat binnen afzienba- ren tijd dit nieuw model hoofddeksel moet wordt aangemaakt, wordt binnenkort van den hoofdintendant na overleg met de hoog ste legerautoriteiten, een voorstel te dien aanzien ingewachL Ondergeteekende vertrouwt, dat dit model zal voldoen aan den eisch van netheid en uiterlijk voorkomen, aan de Hollandsche militairen te stellen. VERBINDING AMSTERDAM— BOVEN-RIJN. In antwoord op de schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid, Dr. Th. van dei Waerden, betreffende de veroordeeling van de z.g. plannen-Mussert in zake de scheep vaartweg Amsterdam—Boven-Rijn, deelt de Minister van Waterstaat 't volgende mede: B. en W. van Amsterdam hebben den Mi nister het besluit van den gemeenteraad medegedeeld, waarbij de gemeente zich be reid verklaart haar medewerking te ver- leenen voor de totstandkoming van de ver binding van Amsterdam met den Boven Rijn volgens het tracé door de Geldersche Vallei. Ter zake van het nader opgekomen denk beeld-Mussert heeft de Minister zich alsnog met het gemeentebestuur verstnun. Het schijnt hem regelmatig toe, dat bij gelegen heiri vnn de indiening van het definitieve voorstel tevens blijkt hoe hiï denkt over de onderscheiden oplospingen, welke voor dit vraagstuk aan de hand worden gedaan, doch niet gekozen mochten blijken. Het ■ongste plan komt dan mede ter sprake INTREKKING WETSONTWERPEN SCHOON SCHIP MAKEN. Bij de Tweede Kamer is ingakamen eer missive van den Minister- van Defensie, homlende intrekking van de wetrontwei pen Nadere wijziging van de wet van 20 Aug 1859, houdende bepalingen op den loods dienst voor zeeschepen; Vaststelling van een capitulanleuwet: Herziening van de wet van £1 Mei 1899. houdende bepalingen ter uitvoering van art 1ST der Grondwet, gewijzigd hij t wet van 31 Der. 1909 (staat van oorlog en staat van beleg); Aanwijzing van het loodswezen, de beton ning, bebakening en verlichting als Staat»- PERSBUREAU VAZ DIAS. ONS NIEUWE FEUILLETON. Waarmee we vandaag beginnen. HERDENKT HEDEN ZIJN 25-JARIG BESTAAN. TON VAN TAST. .,Hier is het Persbureau Vaz Dias Puhli ceering dezer berichten in welken vorm ook is verboden. Uitzending voor de Ned Chr. Radio-vereemging". Aldus telkens weer de omroeper van Vaz. Dias met zijn gezellige en eigenaardig-ge articuleerde stem. En iedereen weet nu wel, wat het Pers bureau Vaz Dias doet, al duiizelt het de een voudige luisteraars wel eens bij de olie- en koe rshe richten. Daarom zal ledereen het ook wel aardig inden te weten, dat dat Persbureau met zijn geweldige wereldorganisatie heden jg maar vijf en twintig jaar bestaa*. Wat kunnen de dingen toch wonderlijk snel groeien. In het begin van 190-4 werd een jonge stenograaf, de heer M. S. Vaz Dias, reporter voor een Gooisch blad en al spoedig richtte hij het „Stenografenbureau Vaz Dias" te Amsterdam op. Snelle groeL Spoedig kreeg hij een deelgenoot ln de zaak in den heer J. Lissauer Terwijl de heer Vaz Dias vooral in Amsterdam werkte, trok laatstgenoemde het land in om overal cor resDonden/'en aan te stellen. Met de verhuizing van het bureau in het voorjaar van 1905 naar perceel N Z. Voorburgwal 176, ging een naamsverande ring gepaard. Het „Stenografenhureau Vaz Dias" werd „Centraal Correspondentiebu reau voor Dagbladen Vaz Dias". Naast nieuwsberichten leverde het bureau ook verslagen van belangriike gebeurtenis sen en in 1908 werd door den snel'ten groei een nieuwe verhuizing noodzakelijk' onder den opnieuw verandprden naam. thans van „Pershureau Vaz Dias" een naam op het oogenblik wijd en zijd bekend word iro'reh genomen in de bonenverdieping van pprceel Torensteeg 3. Hier is orrmidrielh'k de grondslag gelegd voor de buitenlandsche berichtgeving, met een der grootste buitenlandsche bureaux kwam een contract tot stand. In den loop der jaren moest het personeel voortdurend worden uitgebreid; verschillen de thans bekende dagbladschrijvers hebben hun opleiding in de journalistiek bij bet in opkomst zijnde persbureau in de Toren steeg genoten. Tn het iaar 1908 deed de heer Julius J da Silva zijn intrede in de directie. Naast do eomimercieole leiding, welke hij t doe! voor zijn rekening nam. legde hij zich toe op de reportage Jn de hoofdstad. Nieuw» afdeelingen. In 1907 zag een nieuwe afdeeling het licht, „Centraal Bureau voor Persinlichtingen" ge heeten, welke afdeeling thans aan een steeds grooter wordend aantal instellingen en personen de voorlichting verstrekt; kort daaroD werd ook een foto-afdee'ing gestich*. In den zomer van 1911 werd het bureau met zijn verschillende afdeelingen onderge bracht in een oud patriciërshuis Keizersgracht, nieuwe afdeelingen werden daar in het leven geroepen en door de durende vérbetering van de hinnenlandsehe berichtgeving en dank zij de Derfectionnce- ring van de buitenlandsche organisatie w< het Persbureau Vaz Dias het vertrouwt van de meeste groote dagbladen, die dan ook als abonné toetraden. Uit deze periode stamt ook de vriendschap pelijke samenwerking met het Corresponded tiebureau voor Dagbladen te Den Haag. De oorlogsperiode gaf ongekende moeilijk heden, welke nauwlijks te overwinnen wa ren, gepaard aan geweldige uitbreiding. In ruim een jaar tijds was het personeel ver dubbeldf Midden in de „oorlogsd rukte moest een ruimer tehuis worden gezocht en in het groote kantoorgebouw. Singel 91, vond het Persbureau Vaz Dias een nieuw onder dak. In dit gebouw zagen twee nieuwe afdeo- lin<re<n het licht: de finanr'eele afdeeling, welke in don loop der jaren tot een zeer belangri'k onderdeel van het bureau is aan gegroeid en dc afdeeling voor draadlooze Telegrafie. In 1920 veroorzaakte een vreeselijke brand een verschrikkelijke disorde, doch een jaar later lieD in het nieuwe gebouw alles weer op ro'-letjes. De draadloos-telefonische persdienst. In dien tijd nam de directie het initiatief tot de oprich'ine van een draadloos-teleh nischen persdienst en haar komt de eer to de eerste ter wereld te zijn geweest, die ie draadlooze telefonie voor de distributie persberichten toepaste. Op 20 Februari 1922 had de opening van dezen dienst plaats i tot op den hu'digen dniz profiteeren tal v: bladen buiten Amsterdam van deze uiterst snelle wijze va* berichtgeving. Uit den iongsten ti|d. Uit den jougslen tijd dateert de ontwik keling van de daeb'edillustratie waarin 't Persbureau Vaz Dias een belangrijk aan deel heeft gehad. De stichting van een af deeling voor het vervaardigen van cliché's, welke in het begin van 1927 onder don naam van Clirhébedrijf „Grafo"-in het nieuw gekochte perceel Singel 93 werd geïnstal leerd, bleek een succes te zijn; dit bedrijf heeft thans zulk een vlucht genomen, dal een nieuw gebouw, n.l. het gebouwencom plex Spuistraat 68—74, moest worden aan gekocht Hierdoor kon de N. V. Vereenigdo Fotobureaux, die tot het begin van dit aan de Nieuwe Heerengracht was gevestigd, in het gebouw Singel 93 ondergebracht den. Een vriendschappelijke samenwerking met he' Indisch Pershureau .Aneta" maakte bovendien ook oen goede berichtgeving uit Indisch Nederland mogelijk. Bii het Nederlandsehe publiek geniet h< Persbureau Vaz Dias voorts sinds een is jaren groote bekendheid vanwege het feit, dat in het kantoorgebouw aan den Singel eiken avond nieuws- en sportberichten per rndio worden omgeroenen Heden bestaat he» Persburenu Va» Dia1 een kwarteeuw. Zonder grootsnrnnk kan d' directie er zich r»n hernemen, dat haar rela ties op persgehied zich tot alle deelen de aarde uitstrekken* Vandaag beginnen we met ons nieuwe feuilleton. Dat is voor vele lezers een gebeurtenis. Als de krant een boeiend ver .olgverhaal heeft, dan zijn er lezers, die vóór alles het feuilleton lezen, en eerst als ze daar zich in hebben verdiept, krijgen de andere rubric ken een beurL Ook ons laatste feuilleton, ,Een alleen- staande figuur" viel weer zeer in den smaak Dat bleek ons uit vele brieven en vooral ook uit talrijke verzoeken een weggeraakt blad na te zenden. „Want we bewaren het feuilleton!" werd er dan telkens bij gemelu i we een poosje geen vervolgverhaal ga ven, kwam tekens weer de vraag tot ons j ""'anneer komt toch 't nieuwe feuilleton? Ofschoon dat bleek op een zeldzaam verrassende wijze de artikelen van den heer Wessels o\er bekende dominees uit den ouden tijd hebben 't gemis aan een fouilte- ton ruimschoots vergoed. On) een voorbeeld noemen: van Ds. Budding hadden we all- maal wel eens gehoord, maar wat wis on we toch eigenlijk weinig van hem. Dc hc-. Wessels teekende hem echter ten voeten uit Maa natuurlek er moos', weer een nieuw feuilleton komen; en vandaag bogiu- i wc daarmede. De titel is: „De Waard uit de Dubbele Witte Sleutels". Van den schrijver behoeven we onzen le zers niet veel te zeggen. Als historicus is de heer Droogendijk bekend en als schrijver van ve'e geschiedkundige verhalen verdien de hij reeds zijn sporen. Ons nieuwe vervolgverhaal schets» d-n ermaarden tocht van Olivier van doort, die met vier schepen, uitgerust door Rotterdamsche en Amsterdamsche koop lieden en met toestemming van de Staten Generaal, in 1598—1601 een reis om de we reld maakte, 't Was een hoogst avontuur lijke tocht, zooals bliikt uit 't reisverhaal, dat spreek' van ervaringen, ongedaan in Straat Magelhaen, op Manilla, Broenei en de Noordkust van Java Misschien is men geneigd te vragen: kan dat we' een boeiend verhaal worden? Wij behoeven die vraag niet te beant woorden. Het eerste hoofdstuk spreekt voor zich zelf. En hiermedu omze feuilleton-lezeressen en lezers heil! DE ZOMERTIJD. Nogmaals herinneren wij er onze lezers aan, dat de zomertijd dit jaar zal aan van gen op 15 Mei a.s. en eindigen op 6 Octobri. Men zette dus Dinsdagavond bij het naar bed gaan de klok een uur vooruit. Het is niet mijn schuld, dat ik een droog en zeer persoonlijk stukje schrijf over een ge jarigen teekenaar. Dat is trouwens geii l naar de wet der tegenovergestelde po n, welke elkaar aantrekken. Zcoals vele ja n geleden (want Ten „teekent" nu ai n kwarteeuw) de toekomstige teekenaar .9 alles teekende) en de toekomstige joumu st (die dit nu schrijft) elkaar vonden in de pastorie van Ds. L. van der Valk. We hebben toen samen een reciteerclub opgericht en Ton heeft het eerste notulen boek vol geschreven en met teekeningen ver lucht. Eén zijner opvolger-s heeft het helana verdonkeremaand, mogelijk wel verbrand, omdat Ton met ieder lid de spot slak, ->0- halve met de voorzitter, van wie hij alüjd sprak als van onze zachtmoedige president, die met enkele welgekozen woorden olie >p de bruisende golven wierpof iets den. gelijks. Zelfs later heeft hij die voorz.tter zijn karikatuur-teekening terwille van <ls oegere vriendschap gespaard. Anderen moesten het steeds ontgelden. Dal iemand een onderwerp uit een hrochure- reeks „De groote denkers" zou behandelen, werd als volgt aangekondigd: „Op de agenda van de volgende week staat: Nico de Mus, de groote denker!" Met portret Was er weinig belangstelling, dan schreef Ton onder een rij slapers: Het vergiu Is uurblommers als hun pijpen: ze waren L Eerlijk gezegd: de notulen waren s. 4 de leukste en geestigste voordracht va., ie id en ze gingen altijd de kring rond -m de bijpassende schetsteekcningen te ge nieten. Want voor alles was hij teekenaar, die J® n en de gedachte beheerschte. Ongetwijfeld zal hij ook wel eens een ge- dachtemotief van een ander uitwerken; maar de best-geslaagde prenten zijn die, welke ge heel van hem zelf zijn. meen me te herinneren, dat Ton in Je n van zijn eerste opkomst meedeed aan een wedstrijd om een karakteristiek be.-ld van de oorlog te geven en dal Braakcn.-. k en Alb. Halm Sr. zijn concurrenten wai n. De laatstcn teekenden met vlijmend® scherpte en donker coloriet de groote ver schrikking van het oorlogstooneel. Ton -gaf met enkele losse strepen een leeg en verla ten oorlogsheld aan met op de achtergrond een dood soldaat, wiens zakken nagesnuf feld worden door een individu, dat een „maz zeltje" hoopt te maken. E11 Ton kreeg de premie. Bij de groote cn oprechte droefheid, welke er in mijn hart is, dat deze talentvolle zoon van de begaafde kanselredenaar, in vn>- ,.-r tijd zelfs „dc Ware Jacob" met pen en ;ee- kenstifl heeft gevuld en thans bijna uit ui tend werkt voor de vrijzinnige pers; w id® ik tjeh niet nalaten de beroemde kunstenaar te huldigen en de vriend uit vroeger dag n geluk te wenschen met zijn jubileum als „officieel-erkend" teekenaar. RECHTERLIJKE MACHT. Bij het afdedingsonderzoek van hei wets ontwerp tot nadere wijziging van de wet van 5 Juli 1910, tot regeling van dc samen sidling van den hoogen raad, de gerechts hoven, de arrondissements-rechtbanken er. de kantongerechten en van de jaarwedden der rechterlijke ambtenaren, alsmede van dr klassen der .echtbanken en kantongerech ten, werd algemeen de wensch uitgesproket dat aan de in het ontwerp vervatte regeling althans voorzoover deze verhooging van bczo'digingen betreft terugwerkende krach zal worden verleend tot 1 Nov*. 1928. Vele leden drongen er op aan, dat de jaar wedden van de leden van den Hoogen Raad op een hooger bedrag zullen worden ge steld, dan in het ontwerp is genoemd. Een aantal leden achtte het niet juist, dat waar de hoogere salarissen, zooals die van raadsheeren, rechters, kantonrechters, offi cieren van justitie, reeds vrijwel alle vv den teruggebracht op het peil van vóór 1924, de lagere belangrijk beneden dit peil dn gelaten. Verschillende wenschen met betrekking tot de salarieering werden geuit, voorts 1 er op gewezen, dat een herclassificatie van de kantongerechten dringend noodzake lijk is. Het had de aandacht van verscheiden lo den getrokken, dat in de voorgestelde uil breiding van de wettelijke formatie van eeni ge rechter'ijke colleges de rechtbank te 's-Gravenhage niet is betrokken. Deze leden meenden te weten, dat uitbreiding voora daar noodzakelijk is, wijl, zoo ergens, bijdt" rechtbank van overlading met werkzaam heden sprake is. Verscheiden '.eden waren van oordeel, dni het aantel kantongerechten tc Amsterdam behoort te worden uitgebreid. Ten slotte geven ve'e leden als hun oor deel te kennen, dat hij de rechterlijke colle ges en de kantongerechten veel te veel ge bruik wordt gemaakt van plaatsvervanger zonder bezoldiging. DE INRICHTING VAN ..VREDESTEIN". TELER HULP NOODIOI In ons blad van jl. Maandag nam. een ingezonden stuk op, waarin de heken- de Rotterdamsche Vereeniglng „Zoekt het Verlorene" opwekt tot steun \oor bouwing en inrichting van „Vredestein", t nieuwe meisjes-internaat te Hillegersberg, waarvoor f 35000 a f 40.000 noodic zal zijn. Ook op deze plaats vestigen wij gaarne nog eens de aandacht op den zeer helnng rijken en tot dusver rijk gezegenden arbeï.l van „Zoekt het Verlorene". Reeds zeventien jaar werkt deze Vereent ging in het belang van psychopatische kin deren. En waar zij in „Vredestein" beginnen wil met don arbeid onder karnkterzwnkke mels jes. daar hopen wij, dat dit met even heer liik resultaat zal zijn als haar werk onder de jongens. Maar daartoe is veler hulp noodig 1 >at die dan ook van allen kant spoedig geho den worden. Het adres van den ponnincneester ts. M. C. Siezen, Kleiweg 304, Hillegersberg. INGEZONDEN MEDEDEELING. Huiduitslag YVasch de aangedane plaatsen met warm water en Purolzeep; droog dan voorzielii.g af en doe er wat rturol op. Herhaal dit eiken dag, zoo lang het noodig is. KON. HOLL. LLOYD. VELE BEZWAREN TEGEN HET VERLEENEN VAN RIJKSSTEUN. Aideelingsonderzoek van de Tweede Kamer Rij het afdedingsonderzoek der Tweed® Kamer van het wetsontwerp tot toekom...ig van kasvoorschotten aan de V. hjke Hollandsche Lloyd verklaren «v. g® leden het niet wenschelfjk te achten it ondernemingen welke in moeilijkheden ver- keeren, worden gesteund, zooals dat me. d® Kon. Holl. Lloyd het geval is. Begint i. en eenmaal met hot verleencn van steun, dan zijn de consckwenties niet te overzien. Andere leden stellen hiertegenover dal er omstandigheden zijn, die Rijksstoun re. ui- vaardigc». Zoodanige omstandigheden z.jn, naar zij meenden, hier aanwezig. Verschillende leden, die niet van oordeel waren, dat het in het algemeen geen n- beveling verdient, aan eenige ondern n- gen van rijkswege steun te verleencn, h» ten het toch zeer de vraag of de ste. er- leen mg, welke het hier betreft, wel al- een juiste maatregel is te beschouwen. liet oorspronkelijk kasvoorschot is aan do maatschappij verstrekt in vooi ha.-: cn voor de geheelc scheepvaart zeer moe ,0 omstandigheden. Gehoopt werd, dat im ,p deze wijze de maatschappij over de nm nc heden heen zou helpen. Deze hoop is echter niet verwè t. Volgens het laatste jaarverslag we te Lloyd mol een tekort van f 2.0000 te nieuwe overeenkomst wordt door de o- ring verdedigd met een beroep op de :e eischen welke thans door de maats ij worden gesteld. De vraag rijst wat hiermede is bc d. Moet dnarun worden opgemaakt !e Lloyd zicli als concurreervnd parte e lijn wil gaan inrichten? Men vergete i et dat zij zich dan ten minste twee nu schepen win pl.m f 15.000 Hul per stuk m et aanschaffen. Zullen particulieren de dr .ar- too benoodigde t 30000000 bijeenbrengen? Of zal de Staat die fourneeren? Tegen de laatste gen eind» opl - -ig mrenen de leden, hier am, het woord, met ernst te moeten waarschuwen. De vooruit zichten van het pa«sagier«vr>rkeer op Zuid- Amerika zijn weinig gunstig. Tegenover deze beschouwingen werd door andere leden gewezen op den uitstek, 'en naam dien de Hollandsche Llovd m het hui- tenland geniet. Bovendien is de Lloyd .Ie eenige Nederlandsche maatschappij, .1 m Zuid-Amenkn vaart Het geheel verdwijnen van onze vloot uit de Zuid Amerikaansehe wateren zon nm verschillende redenen zeer ziin te betreu ren. Dat de reeds verleende «toon veen g e- de gevolgen zou hebben ee*"vt |en deze letten te moeten ontkennen Verschillende leden wen«rt eUnng vollediger te vartm -nee.,,,.. werking der in 192-3 ge«loten oven- Ook wenschten zii nader ingelicht te wnr- '5envm»re»!< toestand van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 1