llirunir friïtsrijr (Courant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
ABONNEMENT:
Per kwartaal 3.?'
(Beschikkingskosten 0.15).
Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche
nding
Bij dageüjksche zending
6
1
Al'les bij vooruitbetaling.
Losse nummers 5 cent.
met Zondagsblad 7V2 cent.
ZondagsLlad niet afzonderlijk vork'
baar.
No 2740
Bureau: Hooigracht 35 Telefoon 2778 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 58936.
ZATERDAG 11 MEI 1928
a:)vertenti81Ti
Van 1 tot 5 regels
Elke regel meer
fnger Nlededeelingcn
Elke rege meer
Bij contract belangrijke korting.
10e Jaargang.
Dit nummer bestaat uit VIER bladen. BINNENLAND.
NAAR EISCH VAN HET
BEGINSEL.
De allereerste eisch van het principe,
dat aan de Christelijke sociologie ten
grondslag ligt, ware deze, dat de sociale
natuur van den mensch zich zoo zuiver
ontplooide, dat in het geheel geen so
ciale wetgeving noodig ware, welke de
verhoudingen, in het maatschappelijke
leven regelden en tot vervulling van de
sociale plichten aandreef op straffe van
door de Overheid tot de orde geroepen
te worden.
In een saamleving, waarin het recht
ongebroken ware bewaard gebleven,
zoodat de menschen iegelijk voor zich
en allen tezamen hun sociale roeping
volbrachten, zou dat zoo zijn en naar de
vermogens en gaven, waarmede God, de
Heere, den mensch versierde, toen hij
hem ïn het aanzijn riep, ware zulk een
saamleving ook mogelijk geweest.
Ook de beschouwing van het sociale
vraagstuk zet ons derhalve voor de ver
woestende werking der zonde. De zonde
bracht verbreking en om der zonde wil
heeft de Overheid ook te waken over de
sociale gerechtigheid.
De Christelijke sociologie heeft daar
mede dus te rekenen, opdat zij zich ont-
houde van een sociaal idealisme, dat al
leen in een wereld van heilige menschen
op verwezenlijking kon hopen. Zy zal de
oogen open houden voor de werkelijk
heid en den mensch nemen, zooals hij
zich openbaart. Laat zij daarbij af van
de ij dele poging om dien mensch beter
te maken dan hij is en kan zij daarom
niet droomen vari een staat van geluk,
waarbij de maatschappij, uit een spon
tane gerechtigheid zal leven, anderzijds
draagt zij bij het licht der openbaring
kennis van des menschen natuur, zooals
die naar den eisch des levens haar ge
steld behoort .te zijn en zooals die door
ongehoorzaamheid verdorven werd.
Uit dien hoofde zal de Christelijke
sociologie van dien levenseisch uitgaan
en overtreding als ongehoorzaamheid
aanmerken. Die levenseisch is het fun
dament voor de sociale wetgeving, ter
wijl de Overheid de overtreding krach
tens haar roeping heeft te vervolgen als
een daad van onrecht jegens de men-
schelijke natuur en als een daad van on
gehoorzaamheid jegens den Schepper.
Hetzelfde beginsel, dat alzoo in den
rechten staat der menschelijke natuur
alle sociale wetgeving overbodig zou
doen zijn, wijl de vervulling der sociale
roeping ongedwongen zou plaats vinden
in het organisme der saamleving, het
zelfde beginsel leidt in den gevallen
staat tot sociale maatregelen om naai
den zedelijken levenseisch tot vervulling
der sociale roeping te dwingen, indien
nalatigheid wordt gevonden.
Ook in den gevallen staat zal de Over
heid zich op het standpunt hebben te
stellen van den zedelijken eisch voor de
saamleving en dien eisch poneeren en
Verscherpen in het zedelijk volksbewust
zijn.
Een Christelijke sociologie vangt niet
aan met de constructie van een maat
schappij, maar met van haar te vergen,
lat zij maatschappelijk leeft. Van be-
laalde wettelijke regelingen onthoudt
;jj zich zoolang mogelijk, met name,
vanneer de staat daarbij in de maat
schappelijke zorgen gaat voorzien, ont-
ïoude zij zich tot het alleruiterste.
Wanneer het afkeurend oordeel, dat
Tien in onze dagen kan vernemen om
rent sociale maatregelen, feitelijk voert
;öt de conclusie van algeheele onthou-
ling en heenwijst op den plicht van so
nate organen, is daarin een kern van
vaarheid. Wij moeten dit frank en.vry
oegeven.
Men vergete echter niet. dat dit oor-
leel veel te ver gaat, indien men ook
mistig zoude bedoelen, dat de Overheid
-*een sociale taak zou hebben. Men zie
och niet voorbij, dat wij leven in een
wereld van zonde en dat juist tenge
volge daarvan de Overheid zal hand
haven en zoeken te handhaven, wat de
-onde nalaat. Een stelsel van onthou-
ling voert terug naar het liberalisme,
enzij men de natie in een heilig Sion
vermocht te herscheppen.
Juist krachtens den zedelijken eisch
van des menschen levenswet om sociaal
te leven, zal de Overheid zich onthouden
om door staatsverzornring te voorzien in
wat de maatschappij zelve behoort te
doen, doch daarin schuilt de aanleiding
voor Overheidsbemoeienis, zoodra de
maat""hnppy in haar organen in gebre
ke hl ij ft.
En naarmate de nood hooger is en
het sociaal-zedelijk besef dieper is weg
zuilen wij ons zetten tot een beschou
wing van de sociale wetgeving, welke
door de bemoeienis der Overheid tot
stand kwam, dan zal allereerst noodig
zyn, dat wij ons een heldere voorstel
ling trachten te vormen van de metho
de, welke naar de beginselen van een
Christelijke sociologie is aangewezen en
van de maatregelen, waartoe zij zich
heeft te bepalen.
Men kan hier geen recht doen gelden
door doctrinair op een, misschien op
zich zelf zeer juist beginsel voort te bou
wen, wijl wij met een zeer gecompli
ceerd vraagstuk van doen hebben. Dit
zou slechts tot afbrekende critiek lei
den.
De Christelijke sociologie dan be
schouwt de sociale vraagstukken in het
licht der Christelijke ethiek. Zij is in
beginsel levensleer naar den eisch eener
levensorde, zooals de H. Schrift dien
stelt. Zij heeft dus haar uitgangspunt te
nemen in de menschelijke natuur en
in haar sociale roeping, zooals deze ver
schijnt in het licht der openbaring.
Daarmede valt zy dus geheel binnen de
Christelijke levensbeschouwing en ver
schilt principieel van iedere andere,
welke in de historie heerschappij ver
wierf.
Tengevolge van den zedelijken grond
slag, waarop de Christelijke sociologie
wordt opgebouwd, wyst zij eenerzyds
op de hoogste zedelijke Autoriteit, op
den hemelschen Wetgever, anderzijds
op de bestemming van den mensch.
Hier ligt onmiddellijk een raakpunt
met de Christelijke Overheidsbeschou-
wing. De Overheid als Gods dienaresse,
ook zelve onder den hemelschen Wetge-
;eld, en geroepen tot de handha
ving Zijner ordinantiën, zal zich naai
de zedewet ook voor het sociale leven
hebben te richten. In de kennis dier wet
en van de door haar bevolen levensorde
heeft zij het richtsnoer voor haar beleid.
De eisch, welke God aan de mensche
lijke natuur stelt, is voor haar uitgangs
punt. Daarom kan een Christelijke Over
heid niet liberaal zijn. Zij bestrijdt het
individualisme en houdt de ontwijking
van Kaïn: „Ben ik mijns broeders hoe
der?" verre van zich.
Zii erkent geen maatschappij, die uit
een zeker aantal zielen bestaat, maar
ziet die als een lichaam met vele orga
nen, welke tezamen één organisch ge
heel vormen, welks gezondheid afhanke
lijk is van de gezonde werking dier or
ganen. Ieder orgaan, op zich zelf weeb
een lichaam, is wederom een samenge
steld geheel, welks leden tot den wel
stand van dat lichaam hebben te arbei
den.
Met deze organen hebben wy echter
niet het oog op de verschillende organi
saties en vereenigingen, welke zich al
lengs hebben geformeerd. Wij zijn wel
gewoon geworden om deze ook lichamen
en organisaties te noemen en in de hui
dige maatschappij vervullen zij ook een
taak, welke men gaarne als een sociale
bestempelt, doch het eigenlijk sociale
karakter ontbreekt daaraan in den re-
1.
De corporaties en vereenigingen zy'n
gewoonlijk ontstaan door verzaking van
de sociale roeping bij de aangewezen or
ganen. Evenals de zendingscorporaties
zending gingen drijven, omdat de Kerk
dit stuk nalatig was, zoo zijn vele
sociale vereenigingen voor de beharti
ging van sociale belangen opgekomen,
omdat de maatschappelijke organen deze
schromelijk veronachtzaamden.
Industrieele en oeconomische onder
nemingen, bedrijven en handelsmaat
schappijen, zijn ieder op zich zelf als
sociale lichamen van grooteren of klei
neren omvang te beschouwen, lichamen,
waarbij verschillende personen van on
derscheidene gaven en talenten, vermo
gend en onvermogend, oud en jon"
sterk en zwak, onmiddellijk betrokken
zijn.
Indien men in deze lichamen de soci
ale zede hoog had gehouden, zouden do
organisaties, welke dwarse doorsneden
door de maatschappij trekken en haai
organische geledingen verstoren, geen
aanleiding hebben gevonden.
Doch nu zyn zij er en een iegelijk za!
moeten toegeven, dat men met dit feit
heeft te rekenen. Ook een Christelijke
Overheid zal daarmede hebben te reke
nen.
Het zal echter duidelijk zijn, dat
eisch van het beginsel haar aandacht
richt op de organische corporaties en
geledingen der maatschappij en zich ten
doel stellen moet om die tot erkenning
en sociale plichtsvervulling te brengen.
Sluit dit een zekere maatschappelijke
zelfstandigheid en vrijheid van die so
ciale lichamen in, hierin wordt echter
I het recht en de plicht der Overheid niet
I verkort om toe te zien, dat in deze
j lichamen niet eenzijdig tmWieeele be-
j langen worden naoestreefd. doch ook d°
j sociale zede wordt betracht in verband
met de riooden -en krankheden des
levens.
OFFICIEcLE BERICHTEN.
ONDERSCHEIDINGEN.
Bij Kon. besluit is toegekend de bronzen
eeremedaille der Oranje Nassau-orde aan J.
11. van der Meulen, F. Barbi en H. van Gan-
gel, faienciers aan de Aardewerkafdceling
der N. V. Kristal-, (.las- en Aardewerkfabrie
ken de Sphinx te Maastricht
MINISTERIE VAN KOLONIËN.
Commissariaat voor Indische Zaken.
oor het Marine-Etablissement te Soera-
baya wordt gevraagd (in vasten dienst) een
Hoofdopziener (gieter), die volkomen op de
hoogte is van de moderne gieterij-techniek.
Nadere bijzonderheden bevat de Neder-
landsche Staatscourant van 10 Mei 1929
Na 90.
INVOER VAN VLEESCH.
De Minister van Arbeid heeft bepaald:
vleeschwaren, bereid uit of met vleesch van
varkens, mogen tal wederopzegging eveneens
uit de Vereen. Staten van N'ooid-Amerika
worden ingevoerd, indien zij vergezeld gaan
van een verklaring van een veterinair over
heidsambtenaar, dat het betrokken varkens-
vleesch op trichinen is onderzocht en daar
van vrij is bevonden.
OPZICHTERS RIJKSWEGENAANLEG.
De Minister van Waterstaat heeft benoemd
tot buitengewoon opzichter bij den aanleg
verbetering van de Rijkswegen m het
arrondissement 's-Gravenhagc H. Ros te
Delft en F. J. Warres te Borssele.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
In de week van 28 April tot en met 4 Mei
zijn in ons land aangegeven 10 gevallen van
buiktyphus, 268 van roodvonk, 97 van dipli
terie, 5 van nekkramp en 2 van slaapzucht
Encephalitis na inenting.
Ih de week van 28 April lot en met 4 Mei
zijn geen gevallen van encephalitis na inen
ting ter kennis van het Staats.oezicht op Je
Volksgezondheid gekomen.
ANTWOORDEN VAN MINISTERS.
VERKOOP VAN EEN PARTIJ
KEPILAKEN.
Op vragen van het Tweede Kamerlid
Bijleveld, of er op het oogenblik een partij
van plan. 34.000 meter groen grijs petten-
laken in den vrijen handel te koop wordt
geboden, afkomstig uit rijksvooriaad, heeft
Minister Lambooy bevestigend geantwoord.
De verkoopprijs bedraagt f 0.73 per M.;
de gemiddelde kusten van het in de jaren
1917, 1918 cn 1919 aangeschafte kepilaken
hebben f 13.62 per M. bedragen. Dczo aao-
koopen zijn geschied vóór de invoering vau
de helmen als hoofdbedekking te velde en
bij oefeningen.
Het laken is verkocht, omdat het niet in
zoodanige conditie verkeerde, dat het voor
een ander doeL kan worden aangewend.
Voor militaire uniformen is het kepilaken
veel te zwak en voor militaire hoofddeksels,
anders dan van stijf model, is het té dun
en te slap.
In verband met de invoering van den
helm bij de velduitrusting ontstond reeds
vóór eenige jaren het voornemen om den
kepi en de veldmuts voor den soldaat door
een vquwbaar hoofddeksel te vervangen,
dat zoowel in de dagelijksche tenue gedra
gen als te velde medegevoerd kan worden.
Ten gevolge van de voorhanden voorraden
kepi's cn veldmutsen kon daaraan tot nog
toe geen uitvoering worden gegeven.
Bij de behandeling van de Defensiebo-
grooting 1929 in de Tweede Kamer dei
Staten-Gcneraal is hieromtrent door ondcr-
geteekendo een mededeeling gedaan (zie
Handelingen, blz. 1159, linker kolom).
De commandant van het veldleger stelde
reeds in 1923 voor den kepi niet meer als
derde hoofddeksel aan de dienstplichtigen
te verstrekken, doch den kepi en de veld
muts door éón vouwbaar hoofddeksel te
vervangen.
Nu de voorraad kepi's en veldmutsen zoo
danig is verminderd, dat binnen afzienba-
ren tijd dit nieuw model hoofddeksel moet
wordt aangemaakt, wordt binnenkort van
den hoofdintendant na overleg met de hoog
ste legerautoriteiten, een voorstel te dien
aanzien ingewachL
Ondergeteekende vertrouwt, dat dit model
zal voldoen aan den eisch van netheid en
uiterlijk voorkomen, aan de Hollandsche
militairen te stellen.
VERBINDING AMSTERDAM—
BOVEN-RIJN.
In antwoord op de schriftelijke vragen
van het Tweede Kamerlid, Dr. Th. van dei
Waerden, betreffende de veroordeeling van
de z.g. plannen-Mussert in zake de scheep
vaartweg Amsterdam—Boven-Rijn, deelt de
Minister van Waterstaat 't volgende mede:
B. en W. van Amsterdam hebben den Mi
nister het besluit van den gemeenteraad
medegedeeld, waarbij de gemeente zich be
reid verklaart haar medewerking te ver-
leenen voor de totstandkoming van de ver
binding van Amsterdam met den Boven
Rijn volgens het tracé door de Geldersche
Vallei.
Ter zake van het nader opgekomen denk
beeld-Mussert heeft de Minister zich alsnog
met het gemeentebestuur verstnun. Het
schijnt hem regelmatig toe, dat bij gelegen
heiri vnn de indiening van het definitieve
voorstel tevens blijkt hoe hiï denkt over de
onderscheiden oplospingen, welke voor dit
vraagstuk aan de hand worden gedaan,
doch niet gekozen mochten blijken. Het
■ongste plan komt dan mede ter sprake
INTREKKING WETSONTWERPEN
SCHOON SCHIP MAKEN.
Bij de Tweede Kamer is ingakamen eer
missive van den Minister- van Defensie,
homlende intrekking van de wetrontwei
pen
Nadere wijziging van de wet van 20 Aug
1859, houdende bepalingen op den loods
dienst voor zeeschepen;
Vaststelling van een capitulanleuwet:
Herziening van de wet van £1 Mei 1899.
houdende bepalingen ter uitvoering van art
1ST der Grondwet, gewijzigd hij t wet van
31 Der. 1909 (staat van oorlog en staat van
beleg);
Aanwijzing van het loodswezen, de beton
ning, bebakening en verlichting als Staat»-
PERSBUREAU VAZ DIAS. ONS NIEUWE FEUILLETON.
Waarmee we vandaag beginnen.
HERDENKT HEDEN ZIJN
25-JARIG BESTAAN.
TON VAN TAST.
.,Hier is het Persbureau Vaz Dias Puhli
ceering dezer berichten in welken vorm ook
is verboden. Uitzending voor de Ned Chr.
Radio-vereemging".
Aldus telkens weer de omroeper van Vaz.
Dias met zijn gezellige en eigenaardig-ge
articuleerde stem.
En iedereen weet nu wel, wat het Pers
bureau Vaz Dias doet, al duiizelt het de een
voudige luisteraars wel eens bij de olie- en
koe rshe richten.
Daarom zal ledereen het ook wel aardig
inden te weten, dat dat Persbureau met
zijn geweldige wereldorganisatie heden
jg maar vijf en twintig jaar bestaa*.
Wat kunnen de dingen toch wonderlijk
snel groeien.
In het begin van 190-4 werd een jonge
stenograaf, de heer M. S. Vaz Dias, reporter
voor een Gooisch blad en al spoedig richtte
hij het „Stenografenbureau Vaz Dias" te
Amsterdam op.
Snelle groeL
Spoedig kreeg hij een deelgenoot ln de
zaak in den heer J. Lissauer Terwijl de heer
Vaz Dias vooral in Amsterdam werkte, trok
laatstgenoemde het land in om overal cor
resDonden/'en aan te stellen.
Met de verhuizing van het bureau in
het voorjaar van 1905 naar perceel N Z.
Voorburgwal 176, ging een naamsverande
ring gepaard. Het „Stenografenhureau Vaz
Dias" werd „Centraal Correspondentiebu
reau voor Dagbladen Vaz Dias".
Naast nieuwsberichten leverde het bureau
ook verslagen van belangriike gebeurtenis
sen en in 1908 werd door den snel'ten groei
een nieuwe verhuizing noodzakelijk' onder
den opnieuw verandprden naam. thans
van „Pershureau Vaz Dias" een naam
op het oogenblik wijd en zijd bekend word
iro'reh genomen in de bonenverdieping van
pprceel Torensteeg 3.
Hier is orrmidrielh'k de grondslag gelegd
voor de buitenlandsche berichtgeving,
met een der grootste buitenlandsche bureaux
kwam een contract tot stand.
In den loop der jaren moest het personeel
voortdurend worden uitgebreid; verschillen
de thans bekende dagbladschrijvers hebben
hun opleiding in de journalistiek bij bet in
opkomst zijnde persbureau in de Toren
steeg genoten.
Tn het iaar 1908 deed de heer Julius J da
Silva zijn intrede in de directie. Naast do
eomimercieole leiding, welke hij t
doe! voor zijn rekening nam. legde hij zich
toe op de reportage Jn de hoofdstad.
Nieuw» afdeelingen.
In 1907 zag een nieuwe afdeeling het licht,
„Centraal Bureau voor Persinlichtingen" ge
heeten, welke afdeeling thans aan een
steeds grooter wordend aantal instellingen
en personen de voorlichting verstrekt; kort
daaroD werd ook een foto-afdee'ing gestich*.
In den zomer van 1911 werd het bureau
met zijn verschillende afdeelingen onderge
bracht in een oud patriciërshuis
Keizersgracht, nieuwe afdeelingen werden
daar in het leven geroepen en door de
durende vérbetering van de hinnenlandsehe
berichtgeving en dank zij de Derfectionnce-
ring van de buitenlandsche organisatie w<
het Persbureau Vaz Dias het vertrouwt
van de meeste groote dagbladen, die dan
ook als abonné toetraden.
Uit deze periode stamt ook de vriendschap
pelijke samenwerking met het Corresponded
tiebureau voor Dagbladen te Den Haag.
De oorlogsperiode gaf ongekende moeilijk
heden, welke nauwlijks te overwinnen wa
ren, gepaard aan geweldige uitbreiding. In
ruim een jaar tijds was het personeel ver
dubbeldf Midden in de „oorlogsd rukte
moest een ruimer tehuis worden gezocht en
in het groote kantoorgebouw. Singel 91, vond
het Persbureau Vaz Dias een nieuw onder
dak.
In dit gebouw zagen twee nieuwe afdeo-
lin<re<n het licht: de finanr'eele afdeeling,
welke in don loop der jaren tot een zeer
belangri'k onderdeel van het bureau is aan
gegroeid en dc afdeeling voor draadlooze
Telegrafie.
In 1920 veroorzaakte een vreeselijke brand
een verschrikkelijke disorde, doch een jaar
later lieD in het nieuwe gebouw alles weer
op ro'-letjes.
De draadloos-telefonische persdienst.
In dien tijd nam de directie het initiatief
tot de oprich'ine van een draadloos-teleh
nischen persdienst en haar komt de eer to
de eerste ter wereld te zijn geweest, die ie
draadlooze telefonie voor de distributie
persberichten toepaste. Op 20 Februari 1922
had de opening van dezen dienst plaats i
tot op den hu'digen dniz profiteeren tal v:
bladen buiten Amsterdam van deze uiterst
snelle wijze va* berichtgeving.
Uit den iongsten ti|d.
Uit den jougslen tijd dateert de ontwik
keling van de daeb'edillustratie waarin 't
Persbureau Vaz Dias een belangrijk aan
deel heeft gehad. De stichting van een af
deeling voor het vervaardigen van cliché's,
welke in het begin van 1927 onder don naam
van Clirhébedrijf „Grafo"-in het nieuw
gekochte perceel Singel 93 werd geïnstal
leerd, bleek een succes te zijn; dit bedrijf
heeft thans zulk een vlucht genomen, dal
een nieuw gebouw, n.l. het gebouwencom
plex Spuistraat 68—74, moest worden aan
gekocht Hierdoor kon de N. V. Vereenigdo
Fotobureaux, die tot het begin van dit
aan de Nieuwe Heerengracht was gevestigd,
in het gebouw Singel 93 ondergebracht
den.
Een vriendschappelijke samenwerking
met he' Indisch Pershureau .Aneta" maakte
bovendien ook oen goede berichtgeving uit
Indisch Nederland mogelijk.
Bii het Nederlandsehe publiek geniet h<
Persbureau Vaz Dias voorts sinds een is
jaren groote bekendheid vanwege het feit,
dat in het kantoorgebouw aan den Singel
eiken avond nieuws- en sportberichten per
rndio worden omgeroenen
Heden bestaat he» Persburenu Va» Dia1
een kwarteeuw. Zonder grootsnrnnk kan d'
directie er zich r»n hernemen, dat haar rela
ties op persgehied zich tot alle deelen
de aarde uitstrekken*
Vandaag beginnen we met ons nieuwe
feuilleton.
Dat is voor vele lezers een gebeurtenis.
Als de krant een boeiend ver .olgverhaal
heeft, dan zijn er lezers, die vóór alles het
feuilleton lezen, en eerst als ze daar zich in
hebben verdiept, krijgen de andere rubric
ken een beurL
Ook ons laatste feuilleton, ,Een alleen-
staande figuur" viel weer zeer in den smaak
Dat bleek ons uit vele brieven en vooral ook
uit talrijke verzoeken een weggeraakt
blad na te zenden. „Want we bewaren het
feuilleton!" werd er dan telkens bij gemelu
i we een poosje geen vervolgverhaal ga
ven, kwam tekens weer de vraag tot ons j
""'anneer komt toch 't nieuwe feuilleton?
Ofschoon dat bleek op een zeldzaam
verrassende wijze de artikelen van den
heer Wessels o\er bekende dominees uit den
ouden tijd hebben 't gemis aan een fouilte-
ton ruimschoots vergoed. On) een voorbeeld
noemen: van Ds. Budding hadden we all-
maal wel eens gehoord, maar wat wis on we
toch eigenlijk weinig van hem. Dc hc-.
Wessels teekende hem echter ten voeten uit
Maa natuurlek er moos', weer een
nieuw feuilleton komen; en vandaag bogiu-
i wc daarmede.
De titel is: „De Waard uit de Dubbele
Witte Sleutels".
Van den schrijver behoeven we onzen le
zers niet veel te zeggen. Als historicus is de
heer Droogendijk bekend en als schrijver
van ve'e geschiedkundige verhalen verdien
de hij reeds zijn sporen.
Ons nieuwe vervolgverhaal schets» d-n
ermaarden tocht van Olivier van
doort, die met vier schepen, uitgerust
door Rotterdamsche en Amsterdamsche koop
lieden en met toestemming van de Staten
Generaal, in 1598—1601 een reis om de we
reld maakte, 't Was een hoogst avontuur
lijke tocht, zooals bliikt uit 't reisverhaal,
dat spreek' van ervaringen, ongedaan in
Straat Magelhaen, op Manilla, Broenei en
de Noordkust van Java
Misschien is men geneigd te vragen: kan
dat we' een boeiend verhaal worden?
Wij behoeven die vraag niet te beant
woorden.
Het eerste hoofdstuk spreekt voor zich
zelf.
En hiermedu omze feuilleton-lezeressen en
lezers heil!
DE ZOMERTIJD.
Nogmaals herinneren wij er onze lezers
aan, dat de zomertijd dit jaar zal aan van
gen op 15 Mei a.s. en eindigen op 6 Octobri.
Men zette dus Dinsdagavond bij het naar
bed gaan de klok een uur vooruit.
Het is niet mijn schuld, dat ik een droog
en zeer persoonlijk stukje schrijf over een
ge jarigen teekenaar. Dat is trouwens geii l
naar de wet der tegenovergestelde po n,
welke elkaar aantrekken. Zcoals vele ja n
geleden (want Ten „teekent" nu ai n
kwarteeuw) de toekomstige teekenaar .9
alles teekende) en de toekomstige joumu st
(die dit nu schrijft) elkaar vonden in de
pastorie van Ds. L. van der Valk.
We hebben toen samen een reciteerclub
opgericht en Ton heeft het eerste notulen
boek vol geschreven en met teekeningen ver
lucht. Eén zijner opvolger-s heeft het helana
verdonkeremaand, mogelijk wel verbrand,
omdat Ton met ieder lid de spot slak, ->0-
halve met de voorzitter, van wie hij alüjd
sprak als van onze zachtmoedige president,
die met enkele welgekozen woorden olie >p
de bruisende golven wierpof iets den.
gelijks. Zelfs later heeft hij die voorz.tter
zijn karikatuur-teekening terwille van <ls
oegere vriendschap gespaard.
Anderen moesten het steeds ontgelden. Dal
iemand een onderwerp uit een hrochure-
reeks „De groote denkers" zou behandelen,
werd als volgt aangekondigd:
„Op de agenda van de volgende week
staat: Nico de Mus, de groote denker!" Met
portret
Was er weinig belangstelling, dan schreef
Ton onder een rij slapers: Het vergiu Is
uurblommers als hun pijpen: ze waren L
Eerlijk gezegd: de notulen waren s. 4
de leukste en geestigste voordracht va., ie
id en ze gingen altijd de kring rond -m
de bijpassende schetsteekcningen te ge
nieten.
Want voor alles was hij teekenaar, die J®
n en de gedachte beheerschte.
Ongetwijfeld zal hij ook wel eens een ge-
dachtemotief van een ander uitwerken; maar
de best-geslaagde prenten zijn die, welke ge
heel van hem zelf zijn.
meen me te herinneren, dat Ton in Je
n van zijn eerste opkomst meedeed aan
een wedstrijd om een karakteristiek be.-ld
van de oorlog te geven en dal Braakcn.-. k
en Alb. Halm Sr. zijn concurrenten wai n.
De laatstcn teekenden met vlijmend®
scherpte en donker coloriet de groote ver
schrikking van het oorlogstooneel. Ton -gaf
met enkele losse strepen een leeg en verla
ten oorlogsheld aan met op de achtergrond
een dood soldaat, wiens zakken nagesnuf
feld worden door een individu, dat een „maz
zeltje" hoopt te maken.
E11 Ton kreeg de premie.
Bij de groote cn oprechte droefheid, welke
er in mijn hart is, dat deze talentvolle zoon
van de begaafde kanselredenaar, in vn>- ,.-r
tijd zelfs „dc Ware Jacob" met pen en ;ee-
kenstifl heeft gevuld en thans bijna uit ui
tend werkt voor de vrijzinnige pers; w id®
ik tjeh niet nalaten de beroemde kunstenaar
te huldigen en de vriend uit vroeger dag n
geluk te wenschen met zijn jubileum als
„officieel-erkend" teekenaar.
RECHTERLIJKE MACHT.
Bij het afdedingsonderzoek van hei wets
ontwerp tot nadere wijziging van de wet
van 5 Juli 1910, tot regeling van dc samen
sidling van den hoogen raad, de gerechts
hoven, de arrondissements-rechtbanken er.
de kantongerechten en van de jaarwedden
der rechterlijke ambtenaren, alsmede van dr
klassen der .echtbanken en kantongerech
ten, werd algemeen de wensch uitgesproket
dat aan de in het ontwerp vervatte regeling
althans voorzoover deze verhooging van
bczo'digingen betreft terugwerkende
krach zal worden verleend tot 1 Nov*. 1928.
Vele leden drongen er op aan, dat de jaar
wedden van de leden van den Hoogen Raad
op een hooger bedrag zullen worden ge
steld, dan in het ontwerp is genoemd.
Een aantal leden achtte het niet juist, dat
waar de hoogere salarissen, zooals die van
raadsheeren, rechters, kantonrechters, offi
cieren van justitie, reeds vrijwel alle vv
den teruggebracht op het peil van vóór 1924,
de lagere belangrijk beneden dit peil
dn gelaten.
Verschillende wenschen met betrekking
tot de salarieering werden geuit, voorts 1
er op gewezen, dat een herclassificatie van
de kantongerechten dringend noodzake
lijk is.
Het had de aandacht van verscheiden lo
den getrokken, dat in de voorgestelde uil
breiding van de wettelijke formatie van eeni
ge rechter'ijke colleges de rechtbank te
's-Gravenhage niet is betrokken. Deze leden
meenden te weten, dat uitbreiding voora
daar noodzakelijk is, wijl, zoo ergens, bijdt"
rechtbank van overlading met werkzaam
heden sprake is.
Verscheiden '.eden waren van oordeel, dni
het aantel kantongerechten tc Amsterdam
behoort te worden uitgebreid.
Ten slotte geven ve'e leden als hun oor
deel te kennen, dat hij de rechterlijke colle
ges en de kantongerechten veel te veel ge
bruik wordt gemaakt van plaatsvervanger
zonder bezoldiging.
DE INRICHTING VAN
..VREDESTEIN".
TELER HULP NOODIOI
In ons blad van jl. Maandag nam.
een ingezonden stuk op, waarin de heken-
de Rotterdamsche Vereeniglng „Zoekt het
Verlorene" opwekt tot steun \oor
bouwing en inrichting van „Vredestein", t
nieuwe meisjes-internaat te Hillegersberg,
waarvoor f 35000 a f 40.000 noodic zal zijn.
Ook op deze plaats vestigen wij gaarne
nog eens de aandacht op den zeer helnng
rijken en tot dusver rijk gezegenden arbeï.l
van „Zoekt het Verlorene".
Reeds zeventien jaar werkt deze Vereent
ging in het belang van psychopatische kin
deren.
En waar zij in „Vredestein" beginnen wil
met don arbeid onder karnkterzwnkke mels
jes. daar hopen wij, dat dit met even heer
liik resultaat zal zijn als haar werk onder
de jongens.
Maar daartoe is veler hulp noodig 1 >at
die dan ook van allen kant spoedig geho
den worden.
Het adres van den ponnincneester ts.
M. C. Siezen, Kleiweg 304, Hillegersberg.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Huiduitslag
YVasch de aangedane plaatsen met warm
water en Purolzeep; droog dan voorzielii.g
af en doe er wat rturol op. Herhaal dit
eiken dag, zoo lang het noodig is.
KON. HOLL. LLOYD.
VELE BEZWAREN TEGEN HET
VERLEENEN VAN RIJKSSTEUN.
Aideelingsonderzoek van de Tweede Kamer
Rij het afdedingsonderzoek der Tweed®
Kamer van het wetsontwerp tot toekom...ig
van kasvoorschotten aan de V.
hjke Hollandsche Lloyd verklaren «v. g®
leden het niet wenschelfjk te achten it
ondernemingen welke in moeilijkheden ver-
keeren, worden gesteund, zooals dat me. d®
Kon. Holl. Lloyd het geval is. Begint i. en
eenmaal met hot verleencn van steun, dan
zijn de consckwenties niet te overzien.
Andere leden stellen hiertegenover dal er
omstandigheden zijn, die Rijksstoun re. ui-
vaardigc». Zoodanige omstandigheden z.jn,
naar zij meenden, hier aanwezig.
Verschillende leden, die niet van oordeel
waren, dat het in het algemeen geen n-
beveling verdient, aan eenige ondern n-
gen van rijkswege steun te verleencn, h»
ten het toch zeer de vraag of de ste. er-
leen mg, welke het hier betreft, wel al- een
juiste maatregel is te beschouwen.
liet oorspronkelijk kasvoorschot is aan
do maatschappij verstrekt in vooi ha.-: cn
voor de geheelc scheepvaart zeer moe ,0
omstandigheden. Gehoopt werd, dat im ,p
deze wijze de maatschappij over de nm nc
heden heen zou helpen.
Deze hoop is echter niet verwè t.
Volgens het laatste jaarverslag we te
Lloyd mol een tekort van f 2.0000 te
nieuwe overeenkomst wordt door de o-
ring verdedigd met een beroep op de :e
eischen welke thans door de maats ij
worden gesteld.
De vraag rijst wat hiermede is bc d.
Moet dnarun worden opgemaakt !e
Lloyd zicli als concurreervnd parte e
lijn wil gaan inrichten? Men vergete i et
dat zij zich dan ten minste twee nu
schepen win pl.m f 15.000 Hul per stuk m et
aanschaffen. Zullen particulieren de dr .ar-
too benoodigde t 30000000 bijeenbrengen?
Of zal de Staat die fourneeren?
Tegen de laatste gen eind» opl - -ig
mrenen de leden, hier am, het woord, met
ernst te moeten waarschuwen. De vooruit
zichten van het pa«sagier«vr>rkeer op Zuid-
Amerika zijn weinig gunstig.
Tegenover deze beschouwingen werd door
andere leden gewezen op den uitstek, 'en
naam dien de Hollandsche Llovd m het hui-
tenland geniet. Bovendien is de Lloyd .Ie
eenige Nederlandsche maatschappij, .1 m
Zuid-Amenkn vaart
Het geheel verdwijnen van onze vloot uit
de Zuid Amerikaansehe wateren zon nm
verschillende redenen zeer ziin te betreu
ren. Dat de reeds verleende «toon veen g e-
de gevolgen zou hebben ee*"vt |en
deze letten te moeten ontkennen
Verschillende leden wen«rt eUnng
vollediger te vartm -nee.,,,..
werking der in 192-3 ge«loten oven-
Ook wenschten zii nader ingelicht te wnr-
'5envm»re»!< toestand van