lir umr ^Viïtócljr (Courant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
Uit de Pers.
EERSTE
BINNENLAND.
ABONNEMENT!
Per kwartaal f SAS
(Besehikkingskosten 0.15).
Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche zending
Bij dago'ijksche zending a 7<-
Al'les bij vooruitbetaling.
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad V/% cent
No 2723
Bureau: Hooigracht 33 Telefoon 2778 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 58936.
ZATERDAG 20 APRIL 1929
IT' 3 f ENTlClft
Van 1 tot b rugeta
Elke regeJ meer
fngez Mededeel ingen
van 1—5 regels
i U7Vk
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan het bureau
wordt berekend f 0.10
10e Jaargang.
Dit nummer beslaat uit VIER bladen.
IJZER EN LEEM.
Wij kennen de profetie van Daniël
over den droom van Nebukadnezar, die
het beeld zag met het gouden hoofd, en
welles deelen achtereenvolgens getee-
kend worden als van zilver, koper, ijzer
met voeten van ijzer en leem.
Daarin wordt klaarblijkelijk een pro
ces voorgesteld van een stagen achter
uitgang en uitblussching van sociale
kracht, terwijl eindelijk alleen de
ijzeren wet nog eenige vastigheid weet
tegeven aan de uiteenvallende deelen,
die zich niet vermengen, om ten slotte
geheel verbrijzeld te worden door den
steen, die zonder handen afgehouwen
werd.
Een koninkrijk, dat in eeuwigheid
niet zal verstoord worden, zal God ver
wekken, en dat koninkrijk zal al'e an
dere vermalen en in eeuwigheid be
staan.
Het wereldomvattend rijk behoort
tot de oudheid en sedert de komst van
den Christus werd ook in de historie de
vervulling van deze profetie reeds ge-
tien in de openbaring der Kerk, als de
openbaring van dat eeuwig koninkrijk,
dat een geestelijke heerschappij voert
te midden van de verbrokkeling dei
wereldmachten.
De nieuwe geschiedenis kent geen
wereldrijken meer zooals de oudheid
die heeft voortgebracht, ondanks de be
koring, die nog altijd uitgaat vin de
herinnering aan den Romeinschen we
reldstaat.
Met de openbaring van het eeuwig
koninkrijk in der. Messiaanscben iyd is
een nieuwe periode der wereldgeschie
denis ingegaan, welke zich ook m de
jaartelling na Christus kenmerkt en die
als het tijdvak van ijzer en leem wordi
j&angeduid.
Deze periode kenmerkt zich door een
voortschrijdende ontwikkeling van het
individualisme in zijn verschillende vor
anen. Volkeren en natiën teeltenen zich
scherper af, nemen allengs een meei
selfstandige positie in in het intei natio
nale leven. Zij worden zich steeds meei
bewust van een eigen roeping onder de
natiën. Vooral sedert de reformatie kan
een nationaal individualisme zeer dui
delyk worden waargenomen, seifs zoo
gte'rk, dat het zich vertoont op het ter
rein van het algemeen Christelijk ge
loof.
Engeland institueert zijn Anglicaan-
Bche, Duitschland zijn Luthersche
staatskerk en zelfs ook in het Calvinis
tische Holland werd een nationaal-ker-
kelyk regimen de vrucht van den ge
loofsstrijd, ondanks het feit, dat het
Calvinisme van meet af een universeei
karakter verried.
Ook binnen de grenzen der rijksge
bieden en der officieele nationale ker
ken voltrok zich een psychologisch pro-
ees, dat het sociaal gevoelen door de
middeleeuwen gekoesterd, omzette er. in
bet maatschappelijke leven allerlei par
tijschappen ten gevolge had, die allengs
bij de voortgaande ondermijning van
het geloofsleven verdeeldheid en ver
brokkeling brachten op het sociale en
politieke terrein* des levens.
Allerminst ontkwam men in het Cal
vinistische land aan zulk een voort
schrijdend individualisme, zooals de ge
schiedenis van ons vaderland duidelijk
aantoont.
Gewoonlijk schrijven wij dit alles toe
aan den invloed van het wijsgeeri^ den
ken, dat zich heerschappij wist te ver
werven over de geesten, en mdcidaad
kan niet worden betwist, dat dit zoo <s.
Evenmin kan worden tegengesproken,
dat de wijsbegeerte niet naliet het bol
werk van liet overgeleverd geloof hef
tig te bestoken, als vond het daarin den
doodelijken tegenstander voor de ver
wezenlijking van haar droombeelden en
de verlichting der volkeren, welke zij
zich voorstelde.
Daarin komt echter een innerlijke te
genstand aan het licht tusschen den
geest dezer eeuw en het geloof der
Kerk, die op onvereer.igbare beginselen
in den diepgang des levens wijst en een
of het een, of het ander stelt. Het is de
antithese, die Green poneerde in zijh
„tegen de revolutie het evangelie" en
die ook door Dr. Kuyper kloek werd
aanvaard en in den strijd gevoerd.
Een eigenaardig kenmerk der wijs
gerige denkbeelden die het sociale en
politieke leven betreffen vindt mer ook
daarin, dat zij een open blik kunnen
doen opmerken voor de ontwrichtende
werking van de zelfzucht in den str"d
om het bestaan en voor den daarheen
drii venden drang van de zucht naar
Zelfbehoud en zelfhandhaving. Men zint
op middelen en wegen om den strijd I
van mensch tegen mensch te verzoenen
en in een vredige saamleving om te j
scheppen, waarin geluk en welstand zoo J
mogelijk het deel van allen zyn.
Ontroofd aan de profetie van hetj
koninkrijk Gods en het rijk van den
eeuwigen vrede in Christus Jezus, zet
men de hcmelsche verwachting om in
die van een aardschen geluksstaat, wel
ken men op het fundament ccner ver
dorven saamleving begeert op te trek
ken.
Hoezeer zulk een sociaal Idealisme
onuitvoerbaar schijnt en zich gaarne
sterkt aan wat in het evangelie geleerd
wordt, is het toch merkwaardig dat de
vrucht niet anders blijkt te kunnen zijn
dan ondergraving van het waarachtig
sociale en voortgaande verbrokkeling.
De aanleuning tegen het evangelie en
de ontleening aan de Schriftuurlijke ver
kondiging, wijst op een verband in de
diepste behoefte van het mensehenhart
b;i den Schriftgeloovige en den wereld-
iing naar vrede en gelukzaligheid.
En de profetie, welke wy hierboven
aanhaalden legt ook verband russchen
de komst van het koninkrijk Gods en
de broosheid van het sociale, zoodat het
uiteen valt, tenzij het leem door ijzer
wordt gehecht.
Zelfs zoo stelt de H. Schrift het, dat
de komst van Gods koninkrijk als een
steen der verbrijzeling zal zjjn voor de
wereldlijke machten.
De Christelijke religie toch is inzon
derheid religie der persoonlijkheid. Het
geloof is persoonlijk, stelt een persoon
lijke betrekking tot den levenden God.
Zij doet de zehkennis ontwaken, wekt
ook het bewustzijn der persoonlijkheid
in het schuldbewustzijn, den eisch van
persoonlijke levensroeping en levensbe
stemming en een heilig zelfbewustzijn.
In de gemeenschap des geloofs wordt
dit zelfbewustzijn echter gebonden door
de liefde in Christus Jezus tot éen
lichaam met vele leden. Daarin ligt de
sociale kracht des geloofs, welke by de
erkenning en eerbiediging van de gaven
Gods in de persoonlijkheid het cement
is der gemeenschap, het fundament,
waarin allen geworteld zijn en waaruit
zy allen leven.
En nu kan het niet anders, of de
heerschappij van het evangelie moest
ook in het algemeen in de wereM invloed
doen uitgaan op de waardeoring der
persoonlijkheid en de persoonlijke vrij
heid. De waarde der persoonlijkheid en
der vrijheid werden als algemeene cul
tuurgoederen ingelijfd in het volksle
ven ook zonder den hechten bodem der
waarachtige Christelijke liefde.
De vruchten des geloofs werden over
geplant in de gangbare begrippen en
denkbeelden, doch de oogst schonk daar
een valsche waardeering van de persoon
lijkheid bij valsche vrijheidsidealen in
stede van een hechte maatschappij.
Een onbeteugeld idealisme riep de
reactie op van een socialistischen geest,
zooals wy in het vorige artikel aantoon
den. Het werd openbaar, dat buiten de
Kerk ontbrak, wat de gemeenschap
maakt tot één lichaam, de liefde tot God
en zyn naaste. De Christelijke vrijheid
bloeit op den bodem des geloofs.
De eenige toevlucht van hel socialis
me is de wet, het ijzer, dat nog vastig
heid geeft. Het socialisme wil de ordi
nantie der overheid dienstbaar maker
aan de vorming van een maatschappii,
die zonder de hechtheid van een inner
lijke maatschappij, zonder organisch
bindende kracht, toch een sociaal aan
zien zal hebben, zy het ten koste van ne
vrijheid en door de dictatuur van een
klasse of door de tyrannie van een ijze
ren Staatsalmacht.
Het gevolg is, dat ten slotte de over
heid geen overheid meer is en de ordi
nantiën Gods worden verkeerd m onge
rechtigheid. Daarin ligt ook de onder
gang van het menschelyk bouwwerk,
dat aan zijn eigen structuur zal ten
gronde gaan en als een leemer. hut ud
elkander vallen, zoodra de Geest des
Heeren daarin blaast.
Daarom zien wy de maatschappij an
ders en bij het licht van Gods ordinan
tiën als een saamleving van lichamen
met een eigen levensorde, welke behoort
geëerbiedigd en erkend te worden en
zoeken de oplossing der maatschajipely
ke vraagstukken in zulk een orde. die
met den aard van het leven overeen
komt.
ring van den vredo onder de volken" zich
keerde, schrijft thans prof. dr. H. Bouman
van Kampen (die bestuurslid van bedoelden
Wereldbond is) in „de Bazuin" o.a. het vol
gende:
„Het komt ons voor dat dr. Nederbragt in
het algemeen een juist standpunt heelt in
genomen. De kerk kan niet actief deelnemen
aan de vredesbeweging. Zij heeft een andere
roeping, namelijk om het evangelie van Je
zus Curistus te verkondigen. En wanneet
zij zich zou willen mengen op het terrein
waarop de overheid rechtstreeks te zeggen
heeft, gaat zij over op een gebied waar z'.j
niet thuis behoort, en waardoor haar invloed
en kracht verloren gaat
Wanneer echter dr. Nederbragt zegt dat
de kerk met geen enkele beweging te maken
heeft, dan is deze stelling in haar algemeen
heid onjuist. Wij zouden deze stelling ook
wel kunnen omkeeren, en kunnen zeggen,
dat de kerk met alle bewegingen te maken
heeft. Zij staat toch temidden van het volle
menschenlevcn, en moet het licht van Gods
Woord laten schijnen op alle toestanden.
Zoo opgevat kan de kerk zich ook niet
aan Ci vredesbeweging onttrekken. Het is
volkomen waar dat er in de huidige vre
desbeweging een ziekelijk element
ren treedt De ernst der zonde, en het recht Het Java-patroon deugt voor de buitenge-
Gods treden al te veel op den achtergrond westen niet.
bij het weeke ideaal dat vele pat'fisten zich Er is nu 12 jaren aan deze dingen gewerkt
voorstellen. j en thans is mijn geduld ten einde, ver-
De arbeid van den zoogenaamden wereld- j klaarde de heer Colijn.
bond der kerken kan door het gebrek aan Zoolang geen daden worden gezien, blijft
overeenstemming omtrent de diepste begin
selen, d or het oppervlakkig en eenzijdig
streven, en door gemis aan ernst met hut
mysterie der zonde geen voldoend resultaat
bereiken.
Maar dit neemt niet weg; dat de kerk
niet onverschillig mag slaan tegenover de
vredesbeweging. Zij kan de Christenen op u 0 Vo.u.,, ..c. cc. a
wekken om hun invloed te oefenen op het* »keling van historische politieke
bestrijden van onrecht en geweld. Zei
en moet zij niet treden op een terrein, dat
haar niet is toegewezen, maar zij moet du
actie voor het recht en den vrede overlaten
aan hen die daarvoor gesteld zijn.
Evenwel kan en moet zij getuigen tegen
het onrecht en dj verwoesting door de zon
de aangericht, en de Christenen opwekken
naar het recht Gods te leven en te handelen.
En door de bewerking der consciëntie oefent
zij een grooten invloed. Zoo heeft ook de
Synode van 1914 dit verstaan, toen zij (Art.
III) een getuigenis aflegde dat er voor het
behoud der volken geen andere weg is dan
de terugkeer tot het EvangM[e_yan-£Lu
KERK EN VREDESBEWEGING.
De Synode van 1914.
Naar aanleiding van het referaat over „De
kerk en de vredesbeweging" dat Dr. J. A. Ne
derbragt den 3en dezer te Utrecht op de
Geref. predikanten-vergaderirg hield en
waarin Dr. Nederbragt verdedigde, dat de
kerk „met geen enkele beweging, ook niet
met de vredesbeweging als zoodanig" van
doen mag hebben en waarin hij ook tegen
den „Wereldbond van kerken ter bevorde
DE KOLONIALE POLITIEK.
HET VOLKSRAADONTWERP
AANGENOMEN.
Staking bij gebrek aan
een minister.
OVERZICHT.
Minister Koningsberger heeft zijn stand
punt gehandhaafd. Het gaat mot do bestuurs
reorganisatie van bovenaf z. i. zoo goed en
we bobben alles zoo stevig in de hand, dat
ons eigenlijk niets gebeuren kan. Er was
een „ministre salisfait" aan liet woord, die
sprak of hij van communistische woelingen
in Indië nog nooit gehoord had.
Hij trachtte den heer Colijn tevredcr. M»
stemmen, door in uitzicht te stellen, dat het
aan diens regionale ontvocgdingsmcthode
ook nog wel eens toe zou komen. Er werd
zelfs nu reeds gewerkt aan voorstellen in
dien geest.
Ik laat me niet opnieuw verleiden als in
I91(i, antwoordde de lieer Colijn, en blijf bij
mijn voornemen om tegen te stemmen, om
dat de regionale ontvoogding thans nog \ol
komen wordt verwaarloosd. De materiecle
inhoud \an het wetsontwerp zou er mij geen
aanleiding toe geven. Zoodra maar blijkt van
eenige betering des levens en de negeering
den ernst \an bet \raagstuk toont te besef
fen, vindt ze me onmiddellijk weer aan
haar zijde.
Met 29 legen 15 stemmen werd 's minis
ters voorstel tot wijziging van de samenstel
ling van den Volksraad aangenomen. Met
alle anti-rev. en clir.-hist. stemde alleen de
R.-K. Blomjous tegen. Alle andere R.-K. stem
den voor don minister, hoewel het program
der R.-K. Staatspartij bijna woordelijk in
houdt de door den heer Colijn bepleite me
thode van uitvoering der bestuursdecentra-
lisatie.
Dit debat is een waarschuwing geweest,
al had men voor het opzetten of voor het be
ëindigen er van in de Tweede Kamer allicht
een motie gebruikt.
Die waarschuwing is niet zonder bcteckc-
nis en zal in de toekomst allicht haar poli
tiek nut bewijzen.
VERSLAG.
De M i n i 8 tc r van K o 1 on i n vervolg
«Te zijn rede met een beschouwing over den
dieperen ondergrond der strnomingen in hel
Indische leven. Azië's volken ontwaken en
verkcercn in een gistingsproces, waaraan
staatkundige bewegingen het hare hebben
hijgedragen. Het Oosten gelooft niet meer in
de onoverwinnelijkheid van den blanke en
het eeuwigdurende van zijn suprematie.
Dit alles was geen nieuws en liep parallel
met de beschouwingen van den heer Colijn.
De minister meende, dat de heer Colijn in
1917 den Volksraad had aanvaard en begreep
daarom niet. dat hij nu het ambtelijk karak
ter van het centrale gezag wil inperken en
(Ie locale autonomie vergrootcn, ja deze laat
ste zelfs voorop wil laten gaan.
Met verbazing had hij ook gehoord, dat de
besfuurshervorming op Java niets had he-
teekend voor de bevolking. Ligt het niet op
den weg van den lieer Colijn zich bij <'e his
torische ontwikkeling der bestuurswetgeving
aan te sluiten? Loslaten van wat daar nu
begonnen is. gaat bezwaarlijk Naar mate
de rijpheid groeit, zal de tark der ingestelde
rechtsgemeenschappen worden uitgehrcid
zal de omvorming van het bestaande w
den voortgezet.
Het plaatselijk zelfbestuur groeit en
minister meende, dat het neg te vroeg is
er een oordeel over uit te spreken.
In de buitengewesten wordt ook alles ge
daan om de inheemsrhe volksgemeenschap
pen in stand te houden en de nieuwe be
st nursregcline daaraan te doen aansluiten
Niet anders wordt op Sumatra gehandeld.
Het werk van een constructieve staatkun
de is in Indië in vollen gang en daarvan
maakt liet Volksraad-ontwerp een deel uit.
Daarna verdedigde de minister dit wets
ontwerp en de voorbereiding er van.
De Volksraad heeft in het Indische leven
een verrassend groote plaats van vertrouwen
cekreeen: dank zij de hem toegekende be
oegilheden. het hanteeren er van en de te
gemoetkomende houding der Rcgeermg er
tegenover.
Wie den Volksraad en zijn posi'ie zou
nantasten. brengt het heil van Ind'ë in ge
vaar. verzekerde de minister, die ui'voeric
hij de ontwikkelingsgeschiedenis van dit
I lichaam stil stond.
Hot amcndemcnt-Feber hoeft ontstemming
hij zijn stem aan elke regcering onthouden.
In de richting van centrale ontvoogding
wenscht hij -.en stap meer te doen; zoolang
niet blijkt, uat het ook in andere richting
gaat en men den ernst van het vraagstuk
beseft
Na de pauze repliceerde nog Mr. M e n-
(s.d.), die verviel in een aaneenscha-
parle-l
mentaire onjuistheden. Als handig advocaat
trachtte hij zijn positie te redden, maar hoe
geestdriftiger de heer Mendels werd, hoe
meer de Kamer lachte. Toen gaf hij het
maar op.
De Minister van Koloniën ver
klaarde tenslotte nog dat ten aanzien van
de centrale ontvoogding geen enkel plan
meer in de maak is, ten aanzien van de re
gionale ontvoogding meerdere en ook zijn er
in uitvoering.
De heer Colijn: Zoodra ik daarvan het
begin zie, ben ik weer in het kamp, waar
i ik-i-an nature hoor!
Dwajft *"M i n i s t e r: De door den heer Colijn
dan wa^ |)0ck genoemde maatregelen zijn ie
ZP (?an^zcnlijken binnen het kader der huidige
A!s h rshervorming. Men zit in Indië waar
worden o( s(i]
tweede ina volgden de
^hehetten worden uit die lichtere stof ge
awnrcm UTgTn do li VoiKsraaii nee
ngekrompen. Daarmee werd dc evolutie in
lel positie van den Volksraad, die in de bc-
loeling lag. tot nul teruggebracht, 's Minis
ters voorstel beoogt nu alleen de oorzaak van
rlii teleurstelling weg tc nemen. Een andere
reuen or voor heeft hij niet en het voorstel
allerminst een concessie aan re\nlutio
lire elementen.
De Indische Rcgecring laat aan de man
ui van het Inlandsch bestuur alle eer en
recht wedervaren. Tweemaal 's jaar® roept
de G. G. de inlandsche hoofden uit elke- pro-
rinive bijeen om met hen de belangen van
Ie provincie en van de regentschappen te
bespreken.
Aanneming van het wetsontwerp is in In
ilië's waarachtig belang. Aanneming zon
der eenige voorwaarde, vernam de lieer de
Mprall
Ten slotte zette dc minister zijn standpunt
tegenover gevraagde commissies uiteen
Het op de helling brengen van het gan-
sclie schip van den Indjschcn staat wonsch
tc hij niet. Een algemeene lierzion-iuscom-
crbrcekt de rust, die noodig is om
ongestoord op de gelegde grondslaucn te
kunnen door-arbeiden.
De Volksraad zal wel zoo verstandig zijn
■reen conflicten tc forceercn; immers dat zou
ijn positie, die in handen der St. Generaal
ligt, ten zeerste schaden.
Even stond de minister nog stil bij dc poe
nale sanctie.
Reëngagementcn zijn geheel vrijwillig. De
goede arbeider heeft van dc bepalingen der
poenale sanctie niet de minste last. Maar zij
weten het zelf: de geest is wel gewillig, maar
liet vleesch is zwak. Ze vervallen zoo gauw
lot dagdieverij.
Ten opzichte van de pcenalc sanctie, die
e route omzichtigheid vereischt, zal in Indië
niets geschieden zonder den minister er in
Ie kennen
Er is ook gevraagd oin een commissie om
het vraagstuk der „inwendige aangelegen
heden" te onderzoeken. De minister acht een
"Igemeene formule nier mogelijk. Elk geval
al afzonderlijk moeten vorden beoordeeld
Met een. commissie lossen wc de kwestie in
het algemeen niet op.
De minister wcnschto, roi hes-loot luj. d®
van het wetsontwerp riict te ':oo-
moetcn
tussrher
soda'ofZ°"root'n"
,1-hoon «fJ z. n. s. aangenomen.
Ten sIo,,ls geschiedde d.t met de 12 wotsont-
stijfse! f1» t,ic d? Indische bcgrooting
Stemmingen.
het departement van
-AaAt*'ijziging der Indische Staatsregeling
betreffende de inlandsche meerderheid in
den Volksraad werd aangenomen met
29 tegen 15 stemmen.
Tegen stemden de 7 anti-rev., de 7 Chr.-
Hist. en de R. K. Blomjous.
De
begroeting van Suriname
passeerde zonder debat en stemming.
Bij het
Kellogg-pacL
j bleef de Kamer onverwacht steken.
De heer An erna stond gereed zijn lange
speech cr over voor te lezen. Maar toen werd
tdekt dat dc minister van Buitenlandsche
Zaken niet in de zaal was.
Even een heen en weer gevlieg: hij was
•k in het Kamergebouw niet.
Dan sluit ik de vergadering, besliste de
Voorzitter met krijgshaftige beslistheid.
moest de Kamer om twee in plaats
vier.uur naar huis.
pen.
Ook minister de Geer had nog iets te
zeggen speciaal aan het adres van den heer
Colijn in zake diens verlangen i:nar regio
utile in plaats van centrale >ntvo>gdiug.
De heer de Geer vond het stellen van dien
eisch niet evenredig aan wat in de laatste
15 jaren geschied is. Materieel is dit wets
ontwerpje de heer Colijn heeft het er
kend toch niet van zoo groot belang om
er een zoo scherp positie kiezen aan te ver
hinden.
De gestelde politieke tegenstelling «ichtt
dc min.-president ook niet voldoende gemo
tiveerd. Het punt in kwestie is nooit zoo
scherp geponeerd en dc heer Colijn wil toch
ook den C.entralen Volksraad handhaven
terwijl de Rcgecring harerzijds wel degelijk
aan dc regionale ontvoogding aandacht
schenkt.
Die regionale ontvoogding moot geleidelijk
groeien, zonder de sensatie ccner s'aat&com-
missie.
De rust waarvan de rcgecring sprak is
•reen ..niets doen", maar actieve rust; zij
wenscht geen nieuwe experimenten.^
Hierna volgden
Replieken.
De heer Colijn was thans de'eerste.
Den minister-president werd opgemerkt
dat de gebeurtenissen in Indië den hernieuw
den aandrang hebben gewekt om onze out-
vnogdingspolitick nog eens Ie bekijken. V.m
uit Indië wordt immers in Europa openlijk
propaganda gemaakt tegen de politiek der
Nederlendsche Regeering.
In 1925 hij de Kabinetsformatie was
er tusschen den lieer Colijn cn zijn minister®
volkomen overeenstemming en de situatie
was zoo. dat men het volkomen in de hand
had invloed te oefenen in tie richting van de
regionale ontvoogding. Deze wordt thans
volkomen verwaarloosd.
De ontwikkeling der nationalistische be
weging in het Oosten kan alleen in gezonde
richting geleid, als men de inlandsche volks
gemeenschappen tot eigen rechlsgemeen
schappen gaat omzetten.
Aan den steunenden onderhouw voor (It
centrale ontvoogding is niets van bete.-kcnif
gedaan. Op Java slechts een gebrekkige po
ging na 12 jaar met hloedarme resul'aten
Prof. v. Vollenhoven sprak van „arm Java
dat het daarmee doen moet"! Buiten Java
is oractisch nog niets gedaan.
Dat noemt de heer Colijn verwaarloozine
rler regionale ontvoogding.
In 1916 was het te laat om er mee te he
ginnen, maar na dien is echter nagelaten
den onderhouw der centrale ontvoogding
krachtig te versterken op de wijze als toen
in uitzicht werd gesteld.
OFFICIEELE BERICHTEN.
DEPARTEÏJEIJT VAN KOLONIËN.
Bij Kon. besluit is benoemd tot secretaris-
.:eneraal bij bet Departement van Koloniën
Jhr. Mr. O. E. \V. Six, thans administra
teur bij genoemd departement
BURGELISESTER.
Bij Kon. besluit is benoemd tot burge
meester van Zuidlaren Jhr. Mr. F. H. van
BEZUINIGIÏJG3 COMMISSIE.
Bij Kon. besluit is benoemd tot secretaris
der bezuinigingscommissie Mr. H. Albarda.
te Hilversum
Bij Kon. besluit is op verzoek eervol ont
slagen P. IJ. der Weduwen, als ontvanger
der directe belastingen te Rotterdam, 4de
kantoor, en G. II. Stroevelaar, als verifica
teur der invoerrechten cn accijnzen te Am-
-terdam;
benoemd tot inspecteur der registratie en
domeinen:
te Heerenveen M. Duyser. ontvanger dar
registratie en domeinon te Srhagen;
Gravcnhage G. Knook, ontvanger der
registratie on domeinen te Purmercnd.
Ingetrokken de benoeming tot ontvanger
>r successiereeliten no. 3 cn ter registratie
's-Gravenlinge van den inspecteur cn do-
domeinen 1 Vecnman. te Amcrs'oort;
benoemd tot adjunct-accountant der di
recte belastingen A. A. J. Oosthoek en C».
J. C. Groenen hoorn, beiden tijdelijk adinnct-
t aldaar; te Arnhem P. E. Save-
INGEZONDEN MEDEDIELIN3.
Sproeten komen vroeg in
het voorjaar, koop tijdig een pof
Sprutol. Bij alle Drogisten.
BOUWEN EN BEWAREN.
MAAR IK BEN DRIE WEKEN TE LAAT.
Nu liggen er al drie nummers van Bou
wen en Bewaren vóór mij, nl. van 1. 5 en
12 April en \au het eerste, dat een jubi
leum-nummer was, had ik wat moeten zeg
gen. Maar het moest natuurlijk iets aar
digs zijn vóór, tot of over de meisjes, die
in den Bond van M®isjesvereenigingen op
G.G. georganiseerd zij.T.
Dat woord „georgan.veerd" wou me eerst
niet uit de pen. Onze Christelijke \akver-
eenigingsleiders mogen het mij vergeven
maar fleurige, frissche meisjes denkt men
zich liever als vlinders op een bloemrijk
grasveld, dan in een or-ga-ni-sa-tie
Dit is echter slechts een gevoelskwestie
heeft met een felicitatie niets te maken.
Dan moet men iets aardigs zeggen cn dat
had ik juist korten tijd geleden gedaan
thans bedoeld
Wellicht, ik weet dat zoo niet, kan men
tot één losloopend, ik bedoel niet-gcorgani-
eerd, meisje, meermalen iets aardigs zeg-
ten, maar tot een gansche schare, tot e n
creoniging, (erger nog) tot een bond gaat
dat niet zoo gemakkelijk.
Telkens sloeg ik weer het jubileumnum
mer en daarna de volgende nummers op;
do hand was wel gewillig om te schrijven,
doch de gedachten vermenigvuldigden zich
niet naar behooren.
Ja, als ik zoo de mooie foto's hekeek en
bekende gezichten zag van oude kennissen,
lieve vrouwentronics doch reeds met grijzend
haai omlijst, die meisjes waren en haast
gp-otinocder zijn, dan zou ik tot Maria
of Martha een gemoedelijk woordje willen
zeggenmaar ik zou het bij de lezeressen
van „Bouwen en Bewaren" voor goed ver
korven hebben.
Het blad is nog jong, al jubileert het op
zijn tiende jaar. en de meisjes zijn nog
jong; misschien wel eens een beetje dwepe
rig, maar verecnigd in een Bond op C. G.
mogen ze zeker niet sentimenteel zijn en ze
zouden mij uitlachen met mijn jeugdherin
neringen.
t Leek onbeleefd, maar zoo kwam het,
dat de felicitatie achterwege bleef.
Eén wcnsch had ik zoo'n beetje geformu
leerd, doch dank zij ons eenzijdig vr. han
dels-stelsel was deze reeds zonder rechten
ingevoerd door Dr. J. Sebestycn in deze
woorden:
„Uit den grond van mijn hart hegroet ik
het lieve, frissche en altijd handige „Bou
wen cn Bewaren", dat als echt Gereformeerd
meisje de naturen van Maria en Martha
zoo heerlijk in zich vereenigt."
Maar ik bleef liet toch in die richting zoe
ken, al moest ik dan ook het Bijhelsch ter
rein verlaten en de moderne wereltl in-zaan.
En zoo kom ik er toe, om de levenslustige
lezeressen van „Bouwen en Bewaren" te ver
manen om te vermijden, waartegen Jesaja 3
11» waarschuwt en te volgen het voorbeeld
van Miss Polonia, het schoonste meisje van
Polen, die niet aan de wedstrijd meedoet,
doch-in een eenvoudige woning haar moe
der verzorgt: on daarbij te wandelen (zoo
als het motto zegt in „Bouwen cn Bewa
ren"): „In het onverderfelijk versiersel van
een zachtmoedigcn en stillen geest, die kos
telijk is voor God."
UITVOERING VAN VONNISSEN.
ZOOWEL IN NEDERLAND ALS IN BELGIS
Naar de „N. Rott. Crt." mededeelt, heeft
de Eerste Kamer het wetsontwerp tot goed
keuring van het verdrag met België betref
fende de uitvoering van vonnissen enz. van
de agenda afgevoerd.
Het Tweede Kamerlid, mr. J. H. Knotten
belt sohrccf in een artikel in „De Vrijheid",
„dat verdrag heeft ten doel de onderdanen
van Nederland aan de Belgische rerhts mak
te onderwerpen en Belgische vonnissen 'nier
I te lande uitvoerbaar te maken cn o nge-
'keerd. Zulk een regeling berust op weder*
zijdsch vertrouwen.
De tegenwoordige sfeer van gevoelens in
België ten opzichte van ons is echter niet
van dien aard, dat dat vertrouwen veilig
orden gegeve:
tijdelijk ndiunct-accountant der directe! Haast is cr hij het verdrag niet cn wij
hehhen, wat wij
belastingen aldaar.
PLAATSVERVANGER RIJKS ADVOCAAT.
Bij Kon. besluit is tot wederopzeggens en
buiten bezwaar van den lande benoemd tot
njaatsvcrvrnger van den rijksadvocaat te
Groningen Mr. A. TL Rood, advocaat cn pro
cureur te Groningen.
PLANTENZ3EKTENKUNDIGE DIENST.
Bij Kon. besluit is opnieuw benoemd tot
ndinnct-nhytonatholoog hij den Plantenziek
tenkundigen D'enst, voor het tijdvak van 1
Mei 1929 f/m. 30 A-wil 1990 Dr. Ir. J. A. A.
M. H. Goossens te Wageningcn.
AUDIËNTIES.
De audiëntie van den Minister van Wa
terstaat zal Maandag a.s. niet plaats heb-
TWEEDE KAMERVERKIEZINGEN.
De christelijk-democratische ur.ie heeft de
volgende candidaten voor de Tweede Kamer
verkiezingen "estold:
P. L. Gerritse, Amsterdam; R. v. d Brug,
Gouda: A. P. Jungmrt, Den Haag; H. steke-
té. Gouda; L. P. du Rois. Amsterdam: M. te
Visser. Amsterd ir I Duenk. Almelo; C
van Goudoever, de Bilt; B. v. Noordennen,
Schiedam; D. Kalina, lluizum; met tien
verstande .dat de heeren Gerritse, Jungcurt,
Van Noordennen, v. d. Brug en Schu r»r in de
verschillende distrlctsgroepen lijstaanvoer
ders zijn.
niet
wijze niet kunnen bezitten.'
KINDERHERSTELLINGS-
KOLONIES.
De Algemeene Vergadering van het Cen
traal Genootschap zal dit jaar gehouden
worden te Groningen in D Harmonie" op
27 April as. 's middags te 2 uur.
De agenda bevat, behalve verslagen en he-'
stuursverkiezing o.a. de volgende punten:
Bespreking ven den r n' h geworden
achterstand in de betaling der verplccggel-
den en hoe n da' eu\cl ztovccI mog-lijk
te voorzien.
Voorstel d *f 'i - Ztr'J- en NYnrdlrem:
De uit tp zenden kindore moeien werden
gezonden naar koloniehuizen, aangesloten
hii het Centraal Grno-Kr'
Hot hoofdbestuur acht v"h0!d noodzake
lijk, omdat deze splitsing tegengaat.
Lezing van arts A. K. Dijkhui •-•-i. genees
kundig inspeeteur C. G. over „Emire gre
pen uit de vacantiekolonie-vcrnleging".
GROOTE STROOMEN.
DE
GEËINDIGD.
Naar gemeld wordt, heeft de bewakings
dienst on de groote stroomen. niPt inenng
van heden, ziin werkzaamheid ten opzichte
van de bestrijding van diefstallen etc. te
water beëindigd.