CHRISTELIJK DACBLAÖ voor LEIDEN en OMSTREKEN Oil nummer bestaat uit IWEE Bladen. Beianoriikste nieuws in dit Hummer. Bureau: Hooigracht 35 Leiden Telefoonnummer 2778 Postbox 20 Postgiro 58936 Aangesloten op het Streeknet Lisse ABONNEMENTSPRIJS Ld Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd lijn Per kwartaal. i 2.50 Per weeki 0.19 Franco per post per kwartaal i 2.90 EERSTE BLAD. Y Tooneel en godslastering op school. Wij mogen ons gelukkig rekenen, dat in ons Vaderland de laatste jaren weer een drang kwam om den Bijbel, zij het al niet om zijn wezenlijke in houd als het Woord Gods, dan toch als boek van schoonheid en levens wijsheid, op de Middelbare Scholen weer te doen terugkeeren. Wij verheugen ons daarom temeer hierover omdat wij meenen dat het le zen van het Woord Gods ook opper vlakkig en alleen met de bedoeling om schoonheid en wijsheid daaruit te lee- ren toch zal behouden voor grove zin nelijkheid en spot die men elders ziet. In het buitenland, vooral over onze oostgrens ziet men soms treurige voorbeelden daarvan. Zoo lezen wij in bet „Berliner Tage- blat". „Te Ballenstedt verbleef eenige dagen geleden Max Jungnickel om de voorstelling van zijn sprookjes spel „Der Himmelschneider" door de leerlingen van het gymnasium bij te wonen. In het stuk heet het: Dé Heere: Een witte baard, een lan ge baard met zacht gelaat. Hij zit in zijn werkplaatsje in een hemelsblau we kamerjapon en reusachtig groote pantoffels. Op den rug draagt bij een groote, gouden trompet. Een sfeer van liefderijke vroomheid en lieflijk heid omringt hem". De plaatselijke kerkeraden hebben tegen deze voorstelling protest aan- geteekend. Zij vinden haar godslas terlijk en zelfs het feit, dat het hier een sprookje gold was geen veront schuldiging genoeg. Ook de kunst zoo protesteeren de kerkeraden heeft het Heilige te eerbiedigen". Heel onnoozel, alsof het slechts een kleinigheid verschil gold, teekent het blad hierbij aan: „Wie den onschuldigen Max Jung nickel kent, weet, dat bij tot een godslastering niet in staat is. Dit protest is belachelijk". Dat is het meest treffende, dat men niet gevoeld dat hier van godslaste ring sprake is. Dat is treurig voor een man die de kunst dient en niet gevoelt dat hij met het heilige, met den Heili ge, spoi Dat is ook treurig voor de pu blieke voorlichters die dat niet gevoe len. Maar het meest treurige is dat men jonge menschen op deze wijze met het heilige doet spotten. Het is zelfs zoover gekomen dat men het niet meer als kwaad, als zonde gevoelt. Dat is treurig 1 Wie is Jezus? In de Remonstrantsche Kerk te Rot terdam worden lezingen gehouden over de Christus-vraag. Do eerste le zing handelde over het Liberale Je zusbeeld, het tweede over Andere Je zusbeelden en een derde zal handelen over Jezus en het oordeel. Over het tweede punt sprak ds. El- dering dezer dagen. Wij lezen daar omtrent in een verslag: „Het liberale Jezusbeeld, aldus spr., waarover in de eerste bijeen komst gesproken is, was niet het eenige, niet het eerste en het laatste Jezusbeeld, dat in de 19e eeuw ge- teekend werd. Onder de moderne theologen waren er enkelen, die te genover de eenzijdigheid, waarmee bet liberale Jezusbeeld was tot stand gekomen (eenzijdig idealistisch en humanistisch), een anderen Jezus teekenden, den Jezus n.l., die lijn recht staat tegenover de maatschap pij en de wereld, waarvan hij den spoedigen ondergang voorziet en voorspelt. Over dat Jezusbeeld, het z.g.n. eschatologische, zal de derde lezing handelen. Wij bepalen ons hier tot die Jezus beelden, die, nadat men er eenmaal toe gekomen was, Jezus als mensch te beschouwen, geteekend werden ook door niet-theologen. Deze Jezusbeelden zijn zeer ver schillend. Daar is b.v. het sociale Jezusbeeld, door Richard Wagner gegeven in een werk: „Jesus von Nazareth", dat hij in zijn jonge jaren schreef, maar eerst in 1887 liet verschijnen. Dan zijn er de socialistische en re volutionaire Jezusbeelden, b.v. van Wilhelm Weitling, Kautsky en, hoe wel minder scherp, ook van Frie- dricli Naumann in de eerste jaren van zijn openbaar optreden (Jezus als Volksman). Ook de theosofen en spiritisten be ginnen zich uit te spreken en geven min of meer fantastische beschrijvin gen van Jezus, zooals zij hem zien. Ten slotte komen de dienaren der medische wetenschap en beschou wen Jezus van hun standpunt uit als een zenuwlijder, psychopaat, een erfelijk belaste met aanleg tot krankzinnigheid of als een krank zinnige. - Deze Jezusbeelden zijn meestal zonder eenige kennis van de bron nen en zelfs wel zonder eenig begrip van wat godsdienst is, samengesteld en dus, in tegenstelling van de libe rale Jezusbeelden, oncritisch, soms ook opvallend oneerbiedig, wat voor al van de laatste geldt. Jezusver- eerders behoeven zich desvvegen niet boos te maken, 'aangezien een oor deel menigmaal op den beoordeelaar zelf terugvalt en hij, oordeelende, zich zelf veroordeelen kan. En al was er waarheid in de op vatting, dat de historische Jezus een ziekelijk persoon geweest zou zijn, dan moeten we niet vergeten, dat er ziektetoestanden zijn, die geestelijk gezien, veel hooger te schatten zijn dan de robuste gezondheid van den sportsman. Op het demonische in de Jezusfi- guur wijst o.a. Hans Hartmann in een voor enkele jaren uitgegeven boekje. In de laatste jaren verschenen nog: „Jésus" van Barbusse en in Amerika „De Man, dien niemand kent" van Bruce Barton. Ook Emil Ludwig heeft zich aan deze stof gewaagd. Boven al de Jezuslevens en Jezus- romans blijven de Evangeliën met hun teekening onovertroffen. Het resultaat van al deze littera tuur was, dat men tot het inzicht kwam, dat het Christelijk geloof ten slotte niet op een „historische Jezus" gebouwd kan worden, al ware 't al leen reeds om de eenvoudige reden, dat de „historische Jezus" onvind baar bleek te zijn. Na een oogenblik pauze beant woordde ds. Eldering nog eenige vragen, die tijdens de pauze hem ge steld waren". Zouden er onder de vragers ook ge weest zijn, die het opnamen voor Jezus den Zoon van God? Een Jezus die onvindbaar blijkt als historisch persoon, is het niet hetzelf de als ook zoo vaak beweerd werd van personen en gebeurtenissen beschre ven in het Oude Testament en hoe hoeft de historie van de laatste jaren juist het bijbelverhaal bevestigd. Wat is echter de fout van deze ge leerden, die naar den „historischen Jezus" zoeken? Dit, dat zij uitgaan van de vooropge zette idee, dat Jezus niet meer mag zijn dan een historisch persoon: iemand, wiens persoonlijkheid do mate van het normale mogelijk te buiten doch van het menschelijke niet te bo ven gaat. Zulk een Jezus is nergens in de historische documenten te vinden, om de eenvoudige reden, dat deze niet hestaan heeft. Vanaf de vroegste tijden heeft men in Jezus gezien den Zoon van God; zoo wordt Hij geteekend in Johannes maar ook bij de Synoptici; zoo vindt men Hem in de brieven en op de wand schilderingen der catacomben; zoo heeft de geheele Christelijke Kerk in Hem geloofd. Alleen dit „Jezusbeeld i3 het historische: de Christus naar de Schriften. STADSNIEUWS. JAN SMETERLIN. Het jaar 1823 was voor Schubert in vele opzichten een moeilijk jaar, en al levert het tegen het einde de heer lijke Rosamunde-muziek, gedurende de eerste helft komt in tal van compo sities de zwaarmoedigheid tot uiting er. het vechten tegen wat hem drukt. De A-mol-sonate, op. 143 is een van die uitingen. De nog al forsche inzet wordt weldra verdroomd tot een heel kort tragisch motief, eigenlijk maar van twee noten. En eindelijk maakt zich hieruit een mooi lied-thema los; een eigenaardig verdroomde melodie, die geheel Schubert kenmerkt. Maar de bassen blijven grommen en verheffen zich met hevige kracht in forsche rhythmen, tot weer een vleiend-droef- geestig motief de overhand krijgt. Na het heimwee van het eerste ge deelte een berustend Andante. Een heerlijke breede melodie in de linker hand, terwijl de rechter ze omspeelt met fijne figuurtjes. En dan volgt het Allegro Vivace, dat ondanks de hevige beweging eerst toch verdroomd blijft tot een tintelend passagespel komt in bruisende triolen en donkere dreigen de accoorden. Vrede heeft Schubert aan het einde niet gevonden. Het spel! Technisch van eerste kwa liteit; elke toon, elk toontje een vol- zongen klank; soms forsch en machtig, soms tot uiterste subtiliteit verfijnd, altijd geheel af. En méér dan dat. Elke tc.on muziek. Elke aanslag meer dan mechanist; ,'an binnen uit doorleeft, 't Zij fluweclig, 't zij krachtig, altijd uit d< zie). Men ziet het den stillen speler aan, die zonder pathos, zonder breed gebaar, in een eenvoud die inneemt, zich concentreert en niet anders doet, dan gevoelig herscheppen, wat do grooten in hun composities bedoelden. Zijn spel schijnt ons Fransch georiën teerd: het blijft altijd doorzichtig en klaar. Chopinspeler is hij van den aller- eirsten rang. Do gratie, de weemoed, do vertwijfeling, de somberheid, maar ook de speelsche vreugde en het ver heven pathos van Chopin, worden door zijn genialen landgenoot geheel doorvoeld. Zoo gaf hij ons in één lange rij. de 24 Preludes Op. 28, met al hun wisselende stemmingen, en gaf een beeld van Chopin, dat het innigste we zen van Smeterlin zelf is. We zullen de verleiding weerstaan uit onze noti ties de 24 verschillende Preludes, zoo als Smeterlin ze ons op onovertrefba re wijze voordichtte, te karakterisee- ren. Noemen we enkel maar No. 15, de z.g. Regendropprelude, die in haar wis seling van heimwee-lyriek en tragi sche opstandigheid bijna beangstigend werd gespeeld. En om daarna met het vlugge passa gespel van de bruisende No. 16 nog in druk te maken, dat is kunst. Noemen we nog tenslotte de aangrijpende No. 24, waarin Chopin zijn opstandigheid uit over den val van Warschau en de rampen van zijn ongelukkig vader land. Schitterend gespeeld 1 Na de Pauze „Krakowiak" van Per- kowsky, vervolgens 2 Mazurka's van Szymanowski, een Rus, wiens Mazur ka's berusten op de volkswijzen en de volksdansen der Mazoeren. Heel dui delijk herkent men in Szymanowski's werken den invloed van Chopin al is hij natuurlijk moderner georiënteerd en in het bezit van impressionistische tendenzen. En tenslotte kregen we de kleurig- dramatische .Los Requiebros" uit Goyescas van Granadas Y Campina. Er zat in de nummers iia de pauze een machtige stijging", die de volle Gehoor zaal steeds meer in spanning bracht. Aan het einde uitte zich dit in een ovatie en Smeterlin beantwoordde dit met nog twee toegiften van Chopin te geven, waarvan de laatste de Valse Brillante misschien wel het toppunt van den avond vormde: een wonder van zingende, "parelende, bruisende schoonheid. Het was zeldzaam poëti sche vertolking. De Leidsche Kunstkring heeft zijn leden een avond van fijn muzikaal ge not bereid. VOORSTELLEN VAN RAADSLEDEN. Door de heeren Van Eek, Schüller en Sijtsma zijn een reeks voorstellen bij den gemeenteraad ingediend ter behandeling bij de begrooting. De heer Van Eek nam daarvan een 13-tal voorstellen .moties en zelfs een verordening voor zijn rekening, de heer Schüller twee en de heer Sijtsma ürie. Wie weet misschien wacht ons neg meer, maar dat hooren we dan nog wel. HAARLEMSCHE ORKESTVEREENIGINQ Maandag 17 Dec. a.s. geeft de H.O.V. weer een concert. Op dit concert zal de dirigent de solist zijn en zal spelen de Variations symphoniques, voor piano, met orkestbegeleiding van César Franck. Orkestwerken zijn: Ouvertur-e Iphigénie in Aulis van von Gluck, Symphonic militaire van Jos. Haydn, en van Paul Dukas: 1 Apprenti sorcier. Wij twijfelen niet of de heer Ed. van Beinum en het orkest zullen op dezen avond veel belangstelling ondervinden. VOGELBESCHERMING. Door de Eerste Leidsche Vereen, van Ivanarieliefhebbers en Vogelbescher ming „De Zanger" zal op 14, 15 en 16 Dec. a.s. een Tentoonstelling van Zang- lcanaries, met daaraan verbonden Zangwedstrijd worden gehouden, op geluisterd door eenige stands in zaden en vogelbenoodigdheden, benevens op het gebied van Vogelbescherming. STAATKUNDIG GZREF. PARTIJ. Vanwege den Kamerkieskring „Lei den" der S.G.P. zal op Zaterdag 22 Dec. a.s., 's middags 4 uur, in 't Nuts- gebouw een propagandavergadering gehouden worden. Sprekers zullen zijn in deze verga dering de heer C. v. Dis van Zeist met het onderwerp: „De Coalitie en hare re sultaten" en de heer E. Kuylc van Am sterdam met het onderwerp „Dè wor tel der Coalitie met Rome". RINGVERGADERING. Gisteravond hield de rirn, „Rijn streek" van den Bond van Ned. Herv. Jong. Ver. op Geref. Grondrlag een vergadering in „Patrimonium". De heer Mulder uit Alphen had de leiding van de vergadering en opende haar met gebed. Na lezing der notulen, las de heer J. M. V. d. Broek uit Leiden zijn inleiding voor over Lukas 1 525. Enkele aanwezigen stelden eenige vragen. Na de pauze kwamen twee onder werpen aan de orde. 't Eerste van den heer S. de Bruin uit Hazerswoude over „Schrift en Genade" en t tweede van vr. D. H. Andel uit Alphen over ,,'t Geweten". 't Onderwerp „Schrift en genade" werd zeer omslachtig, breedvoerig en verward behandeld en de bezwaren, die er tegen ingebracht werden, werden door meerderen met instemming ge hoord. 't Onderwerp ,,'t Geweten" zat keu rig in elkaar; duidelijk behandelde spr., wat 't geweten is en ook de vraag, cf Christus een geweten had. Vriend v. d. Broek eindigde met dankgebed. Enkele verzen werden bij 't begin en einde gezongen. Doze vergadering was leerzaam voor jonge menschen. Jam mer, dat niet heel velen aanwezig wa ren. ERFPACHT. Het S.D.-raadslid do heer Schüller heeft het volgende voorstel ingediend: „Ondergeteekonde heeft de eer den Raad voor te stellen te beslui'ten dat gemeentegronden in erfpacht worden uitgegeven en B. en W. op te dragen aïgemeene bepalingen betreffende de uitgifte van gronden in erfpacht te ontwerpen en den Raad voor te legden. (w. g.) J. H. SCHÜLLER". Dr. A. K. HORST, f Gisteren is alhier op 44-jarigen leef tijd overleden dr. A. K. Horst, practi- s-eerend geneesheer hier ter stede, as sistent aan het Instituut voor Tropi sche Geneeskunde RotterdamLeiden en medewerker van het Zentral Blatt für Bakteriologie. Dr. A. K. Horst werd hier geboren en deed alhier eindexamen Gymna sium,, waarna hij aan de Universiteit alhier ging studeeren in de medicijnen. Na zijn bevordering tot arts, vestigde hij zich eerst te Enter in Drente en la ter te Blokker in Noord-Holland. In Blokker werd hij ernstig ziek. Een hevige griep greep hem aan en de gevolgen daarvan is hij feitelijk nim mer volkomen te boven gekomen. Zijn praktijk in Blokker heeft de heer Horst, die toen nog arts was, rooit meer hervat. Geruimen tijd was hij gedwongen zijn krachten te sparen. En in dien tijd heeft hij de gelegenheid benut om zich weer aan de studie te wijden en een dissertatie te schrij ven. In 1923 n.l. promoveerde hij bij prof. De Jong op een proefschrift ge titeld: „Bloedserumwerking bij expe rimenteel miltvuur". Omstreeks dien tijd hervatte dr. Horst weder de praktijk, doch thans hier ter stede en tot hij nog slechts een paar jaar geleden deze overdeed aan dr. De Jager, behandelde hij vele fondspatiënten met een liefde en toe wijding die door de zieken zeer ge waardeerd werd. De laatste jaren werd dr. Horst het waarnemen van deze fondspraktijk ook te zwaar, en hij bleef clan ook slechst werkzaam aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde aan het Rapenburg alhier. Daar stond hij aan vankelijk prof. Koolemans Beynen ter zijde bij de leiding van de kleine kli niek die hier vroeger gevestigd was, doch thans naar Rotterdam is over gebracht. Doch niet alleen de vereeni- ging RotterdamLeiden genoot van zijn arbeid, ook het Laboratorium van do Universiteit alhier had in dr. Horst een gewaardeerd medeweker. Van de hand van dr. Horst zijn in den loop der jaren tal van weten schappelijke publicaties verschenen. TERAARDEBESTELLING 11. C. DE JONG. Hedenmorgen te ongeveer half twaalf had op de begraafplaats Rliijn- hof plaats de begrafenis van het stoffelijk overschot van den heer H. C. de Jong, die j.l. Maandag cp 84-jarigen leeftijd is overleden, en in onze stad, vooral in Christelijke kringen een zeer bekende persoonlijkheid was door zijn velerlei arbeid op kerkelijk en maat schappelijk terrein. Bij de geopende groeve werd het woord gevoerd door ds. H. Thomas, die begon met te zeggen dat er zijn van die sterfgevallen waarbij het verdriet zoo machtig is dat de danktoon in het binnenste versterft. Hier is dat niet zoo. De danktoon overstemt hier het leed. Dankbaar zijn wij voor het vele goede dat God ons in dien liefhebben den vader en hooggeachten vriend heeft geschonken, dankbaar dat Hij ons zoo lang dien schat heeft gelaten. Hij heeft dien zondaar, versierd met gaven van degelijkheid, vroomheid en geloof, zoodat hij een Christen gewor den was waarmede wij e r konden in leggen. Als opziener in de gemeente van Christus heeft hij met liefde zijn taak verricht, in stilte, als voor het ADVERTENTIE-PRUS Gewone Advertentiën per regel 22Vi cent Ingezonden Mededeelingen dubbel Uriel Bij contract belangrijke reductie Kleine Advertenliên bij TooruitbeUling van ten hoogste 30 woorden, worden da- gelijks geplaatst ad. 40 cents Binnenland. De stormschade aan de Zuiderzee werken. Amendementen op het wetsontwerp tot wijziging der Land- en Tuinbouw- cngevallenwet 1921. Buitenland. Eenige verbetering in den toestand van koning George. Briand, Stresemann en Chamber lain hadden te Lugaco een onderhond. De verkiezing van Borms is ongel dig verklaard. De Bclivianen zijn op de pan-Ameri- kaansche conferentie teruggekeerd. Te Berlijn zijn alle openluchtverga- deringen en optochten verboden. oog van God en ook op het maatschap pelijk terrein heeft hij met eere ge werkt. Daarom dragen wij dankbaar zijn lichaam over aan Hem, Dien zijn ziel liefhad. Heiland, wij gelooven in Uw macht. Heiland, Gij kunt alles. Gij kunt ook waken over dit stof en wij dragen het aan U op. Moge dit ster ven een reden voor ons zijn om er aan to denken, dat God spreekt eenmaal: Keer weder o mensckenkind, en hij keert weder. God geve dat wij het oor deel mogen tegengaan zonder ver schrikking. Daarna sprak namens de afd. Leiden van „Patrimonium" de beer J. Meyer eenige woorden van hartelijke waar deering voor do voorbeeldige liefde en ijver, waarmede do overledene steeds voor deze afdeeling heeft gewerkt. Ge ve God ons kracht zijn lichtend voet spoor te volgen, nu hij is heengegaan. Een zoon van den overledene, de heer H. C. de Jong, dankte voor de be- largstelling en wees nog op de dank baarheid die er in de harten van de nabestaanden is, dat zij zulk een va der en grootvader hebben mogen be zitten. Hij was een bidder voor zijn kinderen en ze staren hem na met weemoed. Maar ze willen niet blijven staren in zijn graf daar beneden, maar omhoog, waar Gods zon aan den hemel schijnt en gedenken dat over hun dier bare doode, de zon der gerechtigheid is opgegaan. Hiermede was de plechtigheid af- geloopen. Door het klare licht van den kouden dag ging men weg van de groeve des doods, die gaf een belofte van leven. 1 4 SJEF VAN DONGEN. Op Donderdag 3 Jan. a.s. zal in de Stadsgehoorzaal op uitnoodiging van de afd. Leiden der Nederl. Reisvereen. de heer Sjef van Dongen een lezing houden over zijn tocht naar het Pool gebied. EXAMEN M.O. AKTE K. i (Belfclof*, Aarde, Plant- en Dierkunde) Opgeroepen en opgekomen 2 can- didaten. Afgewezen 1 candidaat. Ge slaagd de heer J. A. Nijkamp te 's-Gra- venhage. VOORZORG, VERPLEGING EN NAZORG VAN GEESTESZIEKEN In de gisteravond in het Nutsgebouw door den Leidschen Armenraad be legde vergadering van leden van de in de Armenraad vertegenwoordigde instellingen en andere belangstellen den, waaronder ook de wethouder, de heer Reimeringer, heeft Dr. H. C. Jel- gersma, geneesheer aan de gestichten Endegeest, Voorgeest en RhijngQest, een voordracht gehouden, waarin hij behandelde de voorzorg, verpleging en nazorg van geesteszieken in het alge meen en het nieuw opgerichte in stituut van nazorg te Leiden in het bijzonder. Onder nazorg aldus spr. ver staat men de instelling, dat geestelijk invaliden of genoegzaam herstelde pa tiënten, die een krankzinnigengesticht verlaten hebben, onder psychia trisch geneeskundig toezicht blijven, in tegenstelling met de oude gewoon te, dat bedoelde patiënten na hun ont slag aan zichzelf worden overgelaten. Naast dit psychiatrisch toezicht, dat bereikt wordt door 'n consultatie bureau en huisbezoek, staat het stre ven, om ontslagen patiënten aan een werkkring te helpen. Nazorg voor geesteszieken heeft een tweeledig doel. Vooreerst het streven den patiënten zooveel mogelijk een gestichtsverbliji te besparen, dus het bevorderen van hun vrijheid en levensvreugde en het bevredigen van hun behoefte aan een huiselijk milieu. Daarnaast worden echter de be langen der gemeenschap gediend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 1