Arbeiders Arbeidsters
van
Nederland.
Zwitsersche
Zwitsersche
Koopt dus uitsluitend ONZE REEPEN,
RECLAME
Het dagblad „Het Volk" van 5 November 1.1. bevat een be
schouwing over den loonstandaard in de chocolade-industrie.
Het schrijft onder meer:
„Er is een groote chocoladefabriek, die loonen van 20 tot
„26 gulden aan volwassen mannen betaalt. Er is een tweede
„groote chocoladefabriek, die loonen van 25 tot "12 gulden
„betaalt. - De eerste fabriek keert geen dividend uit. - De
„tweede fabriek maakt een zeer behoorlijke winst".
(Tot zoover Het Volk).
De groote chocoladefabriek, welke de hierboven genoemde hooge
loonstandaard heeft, is de
Hollandsch
CHOCOLADEFABRIEK.
Dat de bevolking van Nederland sedert enkele jaren 3 chocolade reepen
koopt voor hetzelfde geld, waarvoor zij voorheen slechts 2 kon koopen,
is eveneens, en zelfs ondanks haar hooge loonen, het werk van de
Hollandsch
CHOCOLADEFABRIEK.
want daarmede steunt gij een streven naar
Hooge loonen en goedkoope producten.
Aan het einde der Week
„Er is slechts één schrede tusschen
ons en den dood". Aan dit woord der
Heilige Schrift wordt de mensch on
zer dagen telkenmale herinnerd door
ue groote ramnen, d: de wereld teis
teren. Rampen van allerlei aard, het
zij door de elementen der natuur, door
het steeds intenser wordend verkeer
of ook door 's menschen grove schuld,
zooals oorlogen en hongersnooden,
voorzoover deze laatste het gevolg
zijn van oorlogen of economisch wan
beheer.
In de afgeloopen week had een ern
stige scheepsramp plaats, n.l. de
schipbreuk van de „Vestris" bij New
York. Luidden de berichten aanvan
kelijk dat alle passagiers gered wa
ren, later bleek dit helaas niet het
geval te zijn. Het aantal vermisten be
draagt nog ruim 100.
De New Yorksche agenten van de
reederij Lamport en Holt, de eigena
res van de Vestris, hebben de volgen
de verklaring van de toedracht van
de schipbreuk gegeven:
Volgens hen werden in kisten ge
pakte auto's in het ruim door de on
stuimige zee verplaatst. De kisten
braken, een stalen tusschenschot werd
verbrijzeld, de auto's vielen naar
stuurboord en het schip kreeg slagzij
de.
Merkwaardig is, dat de Vestris
vroeger tweemaal ternauwernood aan
een ramp ontkomen was. In 1915
kwam zij uit Zuid-Amerika te New-
York aan, nadat zij groote moeite had
gehad om den Duitschen kruiser
Karlsruhe te ontloopen. Vier jaar la
ter brak er op zee brand in één van
haar ruimen uit en moest zij het
eiland St. Lucia (West-Indië) aan
doen. De vlammen konden toen ge
doofd worden.
Het Duitsche regeeringsschip is de
ze week eveneens ternauwernood aan
een schipbreuk ontkomen, en wel in
vtihand met de oude kwestie van den
afhouw van den pantserkruiser.
Groener, de minister van rijksverde
diging acht het noodig voor de defen
sie en heeft met het oog op de voort
zetting van het werk al groote orders
geplaatst Hij wil niet wijken voor den
stormloop van de sociaal democraten,
die' tegenover hun kiezers verplicht
zijïi tegen het afbouwen van het pant
serschip te stemmen, onii'.at dit een
van de verkiezingsleuzen is geweest.
De socialistische ministers moeten
me# den stroom mee, en de rijkskan
selier ook.
1 resident - -denburg heeft zich
aan den kant van Groener geplaatst,
aangezien ook hij liet schip als een
onmisbare aanvulling van de vloot
beschouwt.
Zoo was de penibele toestand, waar
in zich het schip van staat bevond.'
Gelukkig kon echter een schipbreuk
worden voorkomen.
De socialistische motie tot staking
van den afbouw werd door den Rijks
dag verworpen.
In onze Tweede Kamer is deze week
de behandeling der Staatsbegrooting
voortgezet. Veel belangrijks is er niet
van te melden; het gewichtigste is de
mededeeling van onzen premier, dat
het intermezzo-kabinet-de Geer in zijn
huidigen vorm na de verkiezingen in
geen geval terugkeert. Trouwens, het
„intermezzo" heeft lang genoeg ge-
duurt.
Merkwaardig was voorts de critiek
door den leider der Chr. Hist, fractie
dr. De Visser, geoefend op het huidige
kabinet. Wijst dit wellicht in de rich
ting, dat deze verandering van
koers gewenscht acht en weer met de
coalitie in zee wil? Gezien zijn ante
cedenten is het niet onwaarschijnlijk.
Hoeveel moeite heeft hij zich inder
tijd, bij de crisis na de aanneming van
de motie-Kersten, niet gegeven om een
formule t« vinden, volgens welke her
nieuwing der samenwerking tusschen
de drie groote christelijke partijen
mogelijk zou zijn?
Wijst wellicht het uittreden van dr.
De Visser uit de politiek ook op een
gevoel van onvoldaanheid met den te-
genwoordigen gang van zaken?
De retourvlucht uit Indië is voor
spoedig verloopen en gistermiddag
te half 5 is de H.-N.A.E.N. op Schiphol
geland.
Leidsche Penkrassen.
Amice,
Ik veronderstel, dat je deze week de
film Mela wan Gelap gezien hebt. Je
zult 't dan met mij eens zijn, dat deze
„strijd tegen de duisternis" niet een
strijd is waaraan enkelen deelnemen
en de anderen rustig toezien, neen
deze strijd is een strijd waaraan elk
belijder van den Naam des Heeren
moet deelnemen.
Natuurlijk het gewone propaganda-
praatje voor de Zending!
Neen zeker niet, Amice, want toen
ik op de film zag, na de ordelijke
gymnastiekoefening van de jongens
der opleidingsschool, de vaders van
deze knapen nog met hun ongekleede
lichamen, met pijl en hoog gewapend,
toen dacht ik aan wat ik onlangs las
over de enorme verandering die in dit
papoealand is teweeggebracht en hoe
daar naast de kersteningsvraag ook
de vraag naar andere economische om
standigheden aan de orde is gekomen.
Men lacht evenals op de film in een
sLel tempo eerst voorbijgaan die or
delijke Europeesch geoefende jongens
en daarna die nog wilde vaders. Maar
wat een geweldige ommekeer in den
ken en doen moet er plaats hebben als
het leven zich van de laatsten naar de
eersten ombuigt. Dat is in dat korte
bestek niet te geven. Maar niettemin
van enorm gewicht om het te weten.
De bevolking van Nieuw-Guinea
S T ATEN - GENERAAL,
TWEEDE KAMER.
Vergadering van gisteren.
Algemeene beschouwingen.
Bij de behandeling van de Rijksbe-
grooting (algemeene beschouwingen)
zet de heer VAN GIJN (Lib.) zijn re
pliek voort.
Hij maakt eenige opmerkingen over
de inrichting van de begrooting aan
de hand van de Grondwet en betoogt,
dat de saldi van den gewonen dienst
niet meer naai* den buitengewonen
dienst mogen worden overgebracht
huiten den wetgever om.
De heer L. DE VISSER (Comm.) re
pliceert en betoogt, dat in de commis
sie voor georganiseerd overleg de mi
nister den vertegenwoordigers van
het personeel het pistool op de borst
zette. Het beroep van den minister op
het eenstemmig advies was daarom
zeer zwak. Door uitkeering ineens aan
de lagere ambtenaren dient het on
recht te worden hersteld.
De heer KRIJGER (C. H.) critiseert
de wijze van de totstandkoming van
het eenstemmig advies en wenscht, dat
de regeering zelf de salarisregeling in
handen houdt en het advies niet zal
volgen wegens de onbillijkheden, die
zouden ontstaan.
Voorts bestrijdt hij uitvoerig den
heer Lingbeek.
De VOORZITTER deelt mede, dat
de heer L. de Visser twee moties heeft
ingediend; de eene tot algeheele her
ziening van de ambtenarensalarissen,
de tweede uitkeering in eens aan
mindere ambtenaren vragende.
De lieer MARCHANT zegt, wat de
mogelijkheid van samenwerking van
de vrijzinnig democraten met de
Roomsch Katholieken betreft: „Wij
zullen geen roomsch katholieke
eischen inwilligen, dan die billijk zijn
en die kunnen worden geldend ge
maakt met een rechtmatig beroep op
de vrijheid van beweging.
Aangaande het militaire vraagstuk
sluit spr. zich aan hij den heer Albar-
da.
De heer Heemskerk staat op het
standpunt van hen, die zeggen: al
leen achter de kanonnen zijn wij vei
lig.
De heer KERSTEN (S. G.) repliceert.
Wat moet er van ons volk terecht ko
men, als de regeering haar taak: de
bestrijding der zonde afwijst? Is de re
geert ng er blind voor, dat de dagen van
Noach terug, keeren? Ons volk gaat
etend en drinkend, dansend en hup
pelend den afgrond tegemoet. Het is
een natioaal, neen het is een internati
onaal verschijnsel. Spr.'s aandrang
„zoekt elkander" was niet in strijd
met zijn redevoering, waarin hij wees
op den eenen vasten grondslag, waar
op de Protestantsche groepen één
hechte partij zouden kunnen vormen.
De heer Schouten wreef de S. G. P.
aan, dat zij drijft naar socialisme. Dat
is onjuist. Men behoudt de jongeling
schap niet met sociale wetgeving. Met
al dat gemodder der chistelijke poli
tiek geraakte men hoe langer hoe die
per in het moeras. Het streven van de
S. G. P. is geen ander dan de vaste
grondslagen in ons volk te doen her
leven.
De heer SCHOUTEN (A. R.) vraagt
nader antwoord op zijn vragen inzake
de financieele politiek.
Tot den heer Kersten zegt spr., dat
het A. R. beginselprogram nimmer art.
36 der geloofsbelijdenis heeft aan
vaard. Dat is niets nieuws, dat had de
heer Kersten altijd kunnen weten. En
de vraag, of de eisch, dat de overheid
het rijk van den anti-christ moet ne-
derwerpen, gegrond is op de Heilige
Schrift, welke vraag al jaren een on
derwerp van discussie, is in spr.'s
kring, 'n vraag, die volgens den heer
Kersten het centrale punt is, is nim
mer door hem onderzocht.
De heer SCHOKKING (C. H.) bestrijdt
de opmerking van den heer Albarda,
dat voor de arbeiders niets gedaan zou
zijn, als de soc. democratie het niet
voor hen had opgenomen. Hij vergat
den arbeid, waarvoor geen reclame ge
maakt wordt en die in de stilte ver
richt wordt, het werk der barmhartig
heid. De gedachte der sociale barm
leefde vroeger uitsluitend van dé
jacht, roof en slavenhandel. Geregel
de handenarbeid anders dan voor de
vervaardiging van de wapens en de
booten, die men noodig had, daar
hield de Papoea niet van. De vrou
wen zorgden voor de toespijs en die
vonden ze wel in den roofbouw.
Toen de eerste zendelingen aankwa
men in 1855 zag men terecht in, dat
als een noodzakelijk iets met en na
de kerstening moest komen, de men
schen te leeren werken. Dat pogen is
toen niet geslaagd. Later is men
noodgedwongen tot ruilhandel overge
gaan om zoodoende zichzelf in de voor-
zmning van noodzakelijke behoeften
te helpen, maar ook om bij de inboor
lingen liefde voor andere zaken te
kweeken. Toen de regeering echter de
slavenhandel en het koppensnellen en
oc-k de vogeljacht verbood kwam de
ze ruilhandel in verval. Uit deze op
zichzelf nuttige en noodzakelijke
maatregelen kwam echter een belang
rijke verarming der^ bevolking voort.
Loor de leefwijze van vroeger waren
zi; voor geregelden arbeid ongeschikt.
Daar kwam nog bij dat ook hier ge
zien werd, dat menschen. die t© plot
seling uit hun milieu gerukt worden,
een geestelijke neerslag ondervinden.
De handel sloeg niet in, zoodat spoe
dig ook deze in handen van Chineezen
er. andere vreemde Oosterlingen
kwam. Vroeger hadden de Papoea s
stamsgewij'ze alleen-handel, nu is de
bandel vrij. De vroegere hoofdberoe
pen als roeien, jagen, visschen, prau-
hartigheid heeft haar oorsprong ge
vonden onder de belijdende Christenen
die inzagen ,dat prediking ©n welfla-
digheid niet voldoende waren, doch
dat er een verandering in de maat
schappelijke toestanden moest komen.
De heer NOLENS (R. K.) repliceert
en komt terug op de kwestie van de
uiterste noodzaak.
De heer VERAART (R. K.) repliceert
Hij blijft er hij dat het gezantschap
bij den Paus niet is een principieel
punt voor de R. K. staatspartij. De
heer Albarda is er niet in geslaagd het
tegendeel aan te toonen. Toen het een
maal was ingesteld, moest echter de
opheffing voor de katholieken uiterst
grievend zijn.
De minister van Financiën, de heer
DE GEER, verzoekt zijn rede Dinsdag
te mogen voortzetten.
De vergadering wordt te 5.30 uur
verdaagd tot Dinsdag 20 dezer te 1 uur.
UIT DE OMGEVING.
LISSE.
Gemeenteraad.
Gistermiddag vergaderde de Raad dezer
gemeente. Voorzitter de Burgemeester.
Aanwezig alle leden.
Vooraf werd een geheime zitting ge
houden, zoodat eerst te kwart over drie
de deuren werden geopend, terwijl de ver
gadering tegen 2 uur was bijeen geroepen.
De voorzitter opent de vergadering
en weth. Tromp leest het gebed.
De notulen van een vorige vergadering
worden goedgekeurd.
Op zijn verzoek wordt aan den heer H.
Exalto eervol ontslag verleend als assis
tent aan de Openbare School.
Op voorstel van B. en W. wordt de heer
J A. Huneman benoemd als bezoldigd as
sistent aan de Openbare Lagere School.
Voorstel van B. en W. tot verkoop van
een perceel bouwterrein langs de Kanaal
straat aan den heer J. Nieuwenbuis.
Goedgekeurd.
Voorstel van B. en W. tot overname
van diverse gedeelten straa', berm en voet
pad aan derden toebehoorende en thans
voor den openbaren dienst in gebruik..
Behoudens goedkuring van Ged. Staten
stellen B. en W. voor de gedeelten straat,
voetpad of berm van Vreewijk, Juliana-
stra'at, Wilbelminastraat, Willemskade,
Emmastraat, Koningstraat, Nieuwstraat,
Prins Hendrikstraat, Wagenstraat, Wa
gendwarsstraat, Meer- én Houtstraat, Van
wenbouw en wapensmederij kwijnen.
Het ligt voor de hand dat Bestuur
en Zending tezamen ernstig dezen toe
stand onder de oogen zien en krach
tig samenwerken om di© armoede te
overwinnen. Vooral nieuwe bronnen
van inkomsten moeten worden aange
boord, opdat de drang naar d© oude
heidensclie cultuur niet te groot wor
de. Zoo is de Zending begonnen met
een werkinrichting te Miei, waar Pa-
poeasche jongens bekwaamd worden
in het timmeren en kleermaken. Het
nandvverk leeft nu onder het jongere
geslacht weer op.
Ook land- en tuinbouw wordt on
derwezen en door het bestuur krach
tig gesteund. Het is uitstekend dat de
Papoeasche helpers zelf degelijk on
derwijs in deze verschillende hand
werken en bedrijven ontvangen. Straks
gaan zij met het evangelie ook deze
cultuurkennis uitdragen en wordt een
geslacht gekweekt dat dit deel van
den archipel zal moeten hervormen.
De zending heeft echter niet alleen
het oog gevestigd op hetgeen van de
mannen verwacht moet .worden, maar
ook de onderwijzing van de meisjes
ter hand genomen. Huishoudelijke
vakken, zuigelingenverzorging, enz.
worden nu ook onderwezen.
Zie, Amice, dat alles kan niet op een
film tot uitdrukking worden gebracht,
dan. zou die nog wel tweemaal zoolang
mogen zijn. Maar als een enkel mo
ment daarop gewezen wordt is er aan
leiding om dat nog even breeder te
belichten.
der Veldstraat, Kanaalstraat, Molenstraat,
Bondstraat, Sschoolstraat, Eerste en Twee
de Havendwarsstraat, Grachtweg en Smal-
leweg, thans voor den openbaren dienst
bestemd en als zoodanig in gebruik, in
eigendom toebehoorende aan verschil
lende instellingen, vereenigingen en par
ticulieren, van dezen in eigendom en be
heer over te nemen tegen het gezamenlijk
bedrag van 1.
In behandeling komt een voorstel tot
salarisverhooging van ambtenaren en
werklieden in dienst der gemeente.
Het heeft den heer S e g e r s verwonderd
dat -de commissie heeft voorgesteld het
salaris van alle lager gemeentepersoneel
te verboogen. Spr. vindt dit grootendeels
overbodig. In vergelijking met de loonen
in bet particuliere bedrijf zijn de loonen
al hoog genoeg.
De beer N o o r 1 a n d daarentegen
juicht deze salarisverhooging toe. Men
móet niet vergelijken met bet particuliere
bedrijf maar met de salarissen van an
dere gemeenten, en zoo maakt de ge
meente thans een goed figuur.
De beer v. Kesteren juicht de sala
risverhooging eveneens toe.
De heer Warmerdam licht het voor
stel van B. en W. nader toe en verdedigt
het.
De heer K u y p e r s is dankbaar aan
de commissie voor dit voorstel. Het zal
den goeden geest onder de gemeentewerk
lieden zeker ten goede komen, ook betref
fende de verhooging van de salarissen
van bet hoogere gemeentepersoneel.
Betreffende verschillende subsidieaan
vragen wordt besloten dat de- subsidies,
zooals die reeds werden gegeven, weer
zullen worden toegestaan met deze afwij
king, dat aan de R.K. Ilarmonievereeni-
ging „Adolph Kolpingh" een verhoogde
subsidie tot een bedrag van 150 -zal toe
gestaan worden en de gemeente zal toe
treden als buitengewoon lid van de A.N.
W.B. Dit lidmaatschap kost 25.
De beer S o b e 1 s drong nog aan op bet
geven van subsidie aan de reclasseerings-
vereeniging „Pro Juventute".
De heer S e g e r s zegt dat we voorzich
tig moeten zijn met het geven van subsi
dies. Men weet wel waar men begint,
maar niet waar men eindigt. Spr. ver
klaart zich ook tegen het buitengewoon
lidmaatschap van de A.N.W.B?
In behandeling komen de verschillende
begrootingen.
De heer Pijnacker houdt algemeene
beschouwingen. Spr. brengt hulde aan B.
en W. voor het voorzichtig financieel be
Maar van de sneeuwhetopte hergen
van Nieuw-Guinea daal iK weer tot
het alledaagsche af. Van zon en pal
men kom ik tevens weer temidden
van modder en spattende vervoermid
delen terug. Nu is daar met dit herfst
weer overal wel kans voor, maar wan
neer dan hét verkeer en de geaardheid
van onze straten bovendien ook nog
levensgevaar meebrengen wordt men
ei wel hijzonder hij bepaald.
Daarom, Amice, verheug ik er mij
over dat B. en YY. thans definitieve
voorstellen doen tot verbetering van
den Stationsweg. Gezien hij vroeger is
er voor de voetgangers goed gezorgd.
Maar rijwielen handkarren en alle
k emverkcer komen daar nog al eens
in verdrukking. Yvanneer men bij "dit
weer den Stationsweg per rijwiel pas
seert ontslaat er inderdaad op som-
migè uren van den dag ernstig levens
gevaar. Hier en daar liggen de tram
rails vlak naast het trottoir. Gelukkig
dat de trottoirband daar zoover is ver
zakt, dat een vlucht op het trottoir in
uitersten nood mogelijk is.
Daarom is het toe te juichen, dat nu
definitief tot verbreeding van den rij
weg zal worden overgegaan en aan de
westzijde evenals aan de oostzijde vol
doende ruimte voor het asverkeer zal
bi staan naast de trambaan. Eveneens
acht ik het een belangrijke verbete
ring dat de keibestrating zal plaats
maken voor klinkerbestrating.
Ik hoop daarom, Amice, dat Maan
dag de Gemeenteraad, evenals ik, v&h
leid. Echter er staan weer groote uitga
ven op het program. Een van de belang
rijkste dingen die de aandacht, vragen is
het wegenvraagstuk. Spr. beeft bemerkt,
dat B. en W. veel werken met bestrating
maar daar voelt spr. niet veel voor. Voor
de buitenwegen zou spr. een andere weg-
bedekking willen, die toch duurzaam is.
Verder maakt spr. eenige opmerkingen
betreffende het geneeskundig schooltoe
zicht. Hij dringt er op aan, dat aan deze
zaak eens de aandacht zal worden ge
schonken, terwijl hij verder er op aan
dringt dat eens onderzocht wordt welke
woningen niet meer bewoond kunnen wor
den. Spr. acht dit zeer noodig.
De voorzitter antwoordt betreffen
de het geneeskundig schooltoezicht dat
aan de onderwijzers de bevoegdheid is ge
geven om een geneesheer te raadplegen.
Weth. Tromp zegt, dat de aanleg van
bitumenwegen zeer kostbaar is. Bovendien
moet men met bitume of goudalite zeer
voorzichtig zijn. Men staat betreffende
deze dingen nog zeer aan het begin.
De heer Verduyn dankt evenals de
heer Pijnacker voor de balans, die den le
den van den Raad is thuisgestuurd en
maakt eenige opmerkingen over de cijfers
Spr. merkt verder op, dat hij het met den
heer Tromp eens is betreffende het wegen- I
vraagstuk. Tegenwoordig is men weer j
meer voor betonweger en daarom is spr.
er voor, dat men met deze zaak voorzich
tig is.
De heer Langeveld maakt eveneens
eenige opmerkingen over het wegenvraag
stuk. Spr. dringt er op aan, dat als het i
eenigszins mogelijk is bitumenwegen wor
den aangelegd. Zou er geen raadscommis-
sie kunnen worden benoemd om dit
vraagstuk te onderzoeken?
De heer S e g e r s dringt er op aan, dat^ j
een uitgebreide proef wordt genomen met
goudalite. Spr. gelooft dat dit goed zal j
voldoen. Spr. dringt er verder op aan, dat i
zooveel mogelijk bestraat wordt in z.g.n.
keperverband.
De beer A. H. Schrama maakt eeni
ge opmerkingen over de balans. Verder
zegt spr. dat het jammer is dat er geen
grond meer is om in huur te geven aan
inwoners van de gemeente, die zelfstandig
willen gaan werken. Misschien is het wel
mogelijk een stuk grond te koopen van
den eigenaar van Klinkenhof.
De voorzitter zegt dat B. en W. een
en ander zullen onderzoeken.
Weth. Warmerdam merkt ten op
zichte van het wegenvraagstuk op. dat hij
het met den heer Pijnacker eens is. Spr.
zou er wel veel voor voelen, om de zaak
commissoriaal te maken. Deze commissie
zou b.v. kunnen bestaan uit de heeren j
Tromp, Pijnkcker en Verduyn. erder is
spr. er ook voor dat meer aandacht wordt
geschonken aan het geneeskundig school
toezicht, terwijl hij ook veel voelt voor
het opruimen van woningen die slecht
zijn. Ten slotte brengt spr. dank aan de
raadsleden voor de wijze waarop de ver
hooging van jaarwedde voor de wethou
ders is bewerkstelligd, terwijl hij er op
wijst, dat een groot deel van de waardee
ring voor het gedane werk toekomt aan
den Secretaris.
Daarna wordt overgegaan tot de arti-
kelsgewijze behandeling.
De heer C. Schrama stelt voor om
de presentiegelden van de raadsleden met
1 te verhoogen.
De heer Noor land voelt er wel wat
voor om dit voorstel te steunen, omdat de
arbeiders-raadsleden, die voor commissie-
vergaderin'gen enz. verzuimen moeten,
dikwijls schade hebben van deze verga
deringen.
De heer Segers is er niet voor omdat
de arbeid voor den Raad toch niet wordt
betaald.
De heeren Warmerdam en A. H.
Schrama verklaren zich er voor.
liet voorstel van den heer Schrama in
stemming gebracht, wordt aangenomen
met 8 tegen 3 stemmen. Tegen stemden
de heeren Langeveld, Verduyn en Segers.
De heer Segers dringt aan op aanstel
ling van een concierge van het Raadhuis,
tevens bode.
In de volgende vergadering zal hierom
trent door B. en W. een voorstel ingediend
worden.
Bij de desbetreffende post dringt de
heer Pijnacker aan op vermeerdering
van de stembureaus. Sommigen worden
te groot.
In de volgende vergadering zal deze
zaak behandeld worden.
Slot volgt).
de noodzakelijkheid van deze verbe
tering zal overtuigd zijn en dat daar
na B. en W. zoo spoedig mogelijk met
de uitvoering zullen doen aanvangen.
Op de agenda van Maandagmiddag
ik zou zeggen dat de elf punten in
een uurtje af te handelen zijn trok
punt 9 ook mijn bijzondere aandacht.
B. en YV. zeggen, dat aan de oprich
ting van een centrale werkverschaf
fing voor blinden niet valt te denken,
en dat daarom als de beste hulp werk
verschaffing aan huis wordt aanbevo
len. -
Ik geloof, Amice, dat afgescheiden
van de materieele onmogelijkheid hier
ook op psychologische gronden werk
verschaffing in een centrale inrichting
verre achter staat bij hetgeen nu
wordt aanbevolen. Ik meen dat daar
voor in de eerste plaats pleit de fijn
gevoeligheid van eiken blinde. Thuis
zal hij eerder het gevoel hebbe'n van
weer een nuttig lid van de maatschap
pij te zijn dan in een inrichting. In de
tweede plaats lijkt mij de arbeid ook
produc. ever omdat er geen onkosten
voor lokaalhuur 'ü'Z afgaan.
Laat ons hopen, Amice, dat niet al
leen de subsidie toegestaan zal wor
den, maar dat de organisaties ook het
ontbrekende zullen vinden om deze-
nuttigen arbeid tot een goed einde
Lr-.igen.
VERITAS