Arbeiders Arbeidsters van Nederland. Zwitsersche Zwitsersche Koopt dus uitsluitend ONZE REEPEN, RECLAME Het dagblad „Het Volk" van 5 November 1.1. bevat een be schouwing over den loonstandaard in de chocolade-industrie. Het schrijft onder meer: „Er is een groote chocoladefabriek, die loonen van 20 tot „26 gulden aan volwassen mannen betaalt. Er is een tweede „groote chocoladefabriek, die loonen van 25 tot "12 gulden „betaalt. - De eerste fabriek keert geen dividend uit. - De „tweede fabriek maakt een zeer behoorlijke winst". (Tot zoover Het Volk). De groote chocoladefabriek, welke de hierboven genoemde hooge loonstandaard heeft, is de Hollandsch CHOCOLADEFABRIEK. Dat de bevolking van Nederland sedert enkele jaren 3 chocolade reepen koopt voor hetzelfde geld, waarvoor zij voorheen slechts 2 kon koopen, is eveneens, en zelfs ondanks haar hooge loonen, het werk van de Hollandsch CHOCOLADEFABRIEK. want daarmede steunt gij een streven naar Hooge loonen en goedkoope producten. Aan het einde der Week „Er is slechts één schrede tusschen ons en den dood". Aan dit woord der Heilige Schrift wordt de mensch on zer dagen telkenmale herinnerd door ue groote ramnen, d: de wereld teis teren. Rampen van allerlei aard, het zij door de elementen der natuur, door het steeds intenser wordend verkeer of ook door 's menschen grove schuld, zooals oorlogen en hongersnooden, voorzoover deze laatste het gevolg zijn van oorlogen of economisch wan beheer. In de afgeloopen week had een ern stige scheepsramp plaats, n.l. de schipbreuk van de „Vestris" bij New York. Luidden de berichten aanvan kelijk dat alle passagiers gered wa ren, later bleek dit helaas niet het geval te zijn. Het aantal vermisten be draagt nog ruim 100. De New Yorksche agenten van de reederij Lamport en Holt, de eigena res van de Vestris, hebben de volgen de verklaring van de toedracht van de schipbreuk gegeven: Volgens hen werden in kisten ge pakte auto's in het ruim door de on stuimige zee verplaatst. De kisten braken, een stalen tusschenschot werd verbrijzeld, de auto's vielen naar stuurboord en het schip kreeg slagzij de. Merkwaardig is, dat de Vestris vroeger tweemaal ternauwernood aan een ramp ontkomen was. In 1915 kwam zij uit Zuid-Amerika te New- York aan, nadat zij groote moeite had gehad om den Duitschen kruiser Karlsruhe te ontloopen. Vier jaar la ter brak er op zee brand in één van haar ruimen uit en moest zij het eiland St. Lucia (West-Indië) aan doen. De vlammen konden toen ge doofd worden. Het Duitsche regeeringsschip is de ze week eveneens ternauwernood aan een schipbreuk ontkomen, en wel in vtihand met de oude kwestie van den afhouw van den pantserkruiser. Groener, de minister van rijksverde diging acht het noodig voor de defen sie en heeft met het oog op de voort zetting van het werk al groote orders geplaatst Hij wil niet wijken voor den stormloop van de sociaal democraten, die' tegenover hun kiezers verplicht zijïi tegen het afbouwen van het pant serschip te stemmen, onii'.at dit een van de verkiezingsleuzen is geweest. De socialistische ministers moeten me# den stroom mee, en de rijkskan selier ook. 1 resident - -denburg heeft zich aan den kant van Groener geplaatst, aangezien ook hij liet schip als een onmisbare aanvulling van de vloot beschouwt. Zoo was de penibele toestand, waar in zich het schip van staat bevond.' Gelukkig kon echter een schipbreuk worden voorkomen. De socialistische motie tot staking van den afbouw werd door den Rijks dag verworpen. In onze Tweede Kamer is deze week de behandeling der Staatsbegrooting voortgezet. Veel belangrijks is er niet van te melden; het gewichtigste is de mededeeling van onzen premier, dat het intermezzo-kabinet-de Geer in zijn huidigen vorm na de verkiezingen in geen geval terugkeert. Trouwens, het „intermezzo" heeft lang genoeg ge- duurt. Merkwaardig was voorts de critiek door den leider der Chr. Hist, fractie dr. De Visser, geoefend op het huidige kabinet. Wijst dit wellicht in de rich ting, dat deze verandering van koers gewenscht acht en weer met de coalitie in zee wil? Gezien zijn ante cedenten is het niet onwaarschijnlijk. Hoeveel moeite heeft hij zich inder tijd, bij de crisis na de aanneming van de motie-Kersten, niet gegeven om een formule t« vinden, volgens welke her nieuwing der samenwerking tusschen de drie groote christelijke partijen mogelijk zou zijn? Wijst wellicht het uittreden van dr. De Visser uit de politiek ook op een gevoel van onvoldaanheid met den te- genwoordigen gang van zaken? De retourvlucht uit Indië is voor spoedig verloopen en gistermiddag te half 5 is de H.-N.A.E.N. op Schiphol geland. Leidsche Penkrassen. Amice, Ik veronderstel, dat je deze week de film Mela wan Gelap gezien hebt. Je zult 't dan met mij eens zijn, dat deze „strijd tegen de duisternis" niet een strijd is waaraan enkelen deelnemen en de anderen rustig toezien, neen deze strijd is een strijd waaraan elk belijder van den Naam des Heeren moet deelnemen. Natuurlijk het gewone propaganda- praatje voor de Zending! Neen zeker niet, Amice, want toen ik op de film zag, na de ordelijke gymnastiekoefening van de jongens der opleidingsschool, de vaders van deze knapen nog met hun ongekleede lichamen, met pijl en hoog gewapend, toen dacht ik aan wat ik onlangs las over de enorme verandering die in dit papoealand is teweeggebracht en hoe daar naast de kersteningsvraag ook de vraag naar andere economische om standigheden aan de orde is gekomen. Men lacht evenals op de film in een sLel tempo eerst voorbijgaan die or delijke Europeesch geoefende jongens en daarna die nog wilde vaders. Maar wat een geweldige ommekeer in den ken en doen moet er plaats hebben als het leven zich van de laatsten naar de eersten ombuigt. Dat is in dat korte bestek niet te geven. Maar niettemin van enorm gewicht om het te weten. De bevolking van Nieuw-Guinea S T ATEN - GENERAAL, TWEEDE KAMER. Vergadering van gisteren. Algemeene beschouwingen. Bij de behandeling van de Rijksbe- grooting (algemeene beschouwingen) zet de heer VAN GIJN (Lib.) zijn re pliek voort. Hij maakt eenige opmerkingen over de inrichting van de begrooting aan de hand van de Grondwet en betoogt, dat de saldi van den gewonen dienst niet meer naai* den buitengewonen dienst mogen worden overgebracht huiten den wetgever om. De heer L. DE VISSER (Comm.) re pliceert en betoogt, dat in de commis sie voor georganiseerd overleg de mi nister den vertegenwoordigers van het personeel het pistool op de borst zette. Het beroep van den minister op het eenstemmig advies was daarom zeer zwak. Door uitkeering ineens aan de lagere ambtenaren dient het on recht te worden hersteld. De heer KRIJGER (C. H.) critiseert de wijze van de totstandkoming van het eenstemmig advies en wenscht, dat de regeering zelf de salarisregeling in handen houdt en het advies niet zal volgen wegens de onbillijkheden, die zouden ontstaan. Voorts bestrijdt hij uitvoerig den heer Lingbeek. De VOORZITTER deelt mede, dat de heer L. de Visser twee moties heeft ingediend; de eene tot algeheele her ziening van de ambtenarensalarissen, de tweede uitkeering in eens aan mindere ambtenaren vragende. De lieer MARCHANT zegt, wat de mogelijkheid van samenwerking van de vrijzinnig democraten met de Roomsch Katholieken betreft: „Wij zullen geen roomsch katholieke eischen inwilligen, dan die billijk zijn en die kunnen worden geldend ge maakt met een rechtmatig beroep op de vrijheid van beweging. Aangaande het militaire vraagstuk sluit spr. zich aan hij den heer Albar- da. De heer Heemskerk staat op het standpunt van hen, die zeggen: al leen achter de kanonnen zijn wij vei lig. De heer KERSTEN (S. G.) repliceert. Wat moet er van ons volk terecht ko men, als de regeering haar taak: de bestrijding der zonde afwijst? Is de re geert ng er blind voor, dat de dagen van Noach terug, keeren? Ons volk gaat etend en drinkend, dansend en hup pelend den afgrond tegemoet. Het is een natioaal, neen het is een internati onaal verschijnsel. Spr.'s aandrang „zoekt elkander" was niet in strijd met zijn redevoering, waarin hij wees op den eenen vasten grondslag, waar op de Protestantsche groepen één hechte partij zouden kunnen vormen. De heer Schouten wreef de S. G. P. aan, dat zij drijft naar socialisme. Dat is onjuist. Men behoudt de jongeling schap niet met sociale wetgeving. Met al dat gemodder der chistelijke poli tiek geraakte men hoe langer hoe die per in het moeras. Het streven van de S. G. P. is geen ander dan de vaste grondslagen in ons volk te doen her leven. De heer SCHOUTEN (A. R.) vraagt nader antwoord op zijn vragen inzake de financieele politiek. Tot den heer Kersten zegt spr., dat het A. R. beginselprogram nimmer art. 36 der geloofsbelijdenis heeft aan vaard. Dat is niets nieuws, dat had de heer Kersten altijd kunnen weten. En de vraag, of de eisch, dat de overheid het rijk van den anti-christ moet ne- derwerpen, gegrond is op de Heilige Schrift, welke vraag al jaren een on derwerp van discussie, is in spr.'s kring, 'n vraag, die volgens den heer Kersten het centrale punt is, is nim mer door hem onderzocht. De heer SCHOKKING (C. H.) bestrijdt de opmerking van den heer Albarda, dat voor de arbeiders niets gedaan zou zijn, als de soc. democratie het niet voor hen had opgenomen. Hij vergat den arbeid, waarvoor geen reclame ge maakt wordt en die in de stilte ver richt wordt, het werk der barmhartig heid. De gedachte der sociale barm leefde vroeger uitsluitend van dé jacht, roof en slavenhandel. Geregel de handenarbeid anders dan voor de vervaardiging van de wapens en de booten, die men noodig had, daar hield de Papoea niet van. De vrou wen zorgden voor de toespijs en die vonden ze wel in den roofbouw. Toen de eerste zendelingen aankwa men in 1855 zag men terecht in, dat als een noodzakelijk iets met en na de kerstening moest komen, de men schen te leeren werken. Dat pogen is toen niet geslaagd. Later is men noodgedwongen tot ruilhandel overge gaan om zoodoende zichzelf in de voor- zmning van noodzakelijke behoeften te helpen, maar ook om bij de inboor lingen liefde voor andere zaken te kweeken. Toen de regeering echter de slavenhandel en het koppensnellen en oc-k de vogeljacht verbood kwam de ze ruilhandel in verval. Uit deze op zichzelf nuttige en noodzakelijke maatregelen kwam echter een belang rijke verarming der^ bevolking voort. Loor de leefwijze van vroeger waren zi; voor geregelden arbeid ongeschikt. Daar kwam nog bij dat ook hier ge zien werd, dat menschen. die t© plot seling uit hun milieu gerukt worden, een geestelijke neerslag ondervinden. De handel sloeg niet in, zoodat spoe dig ook deze in handen van Chineezen er. andere vreemde Oosterlingen kwam. Vroeger hadden de Papoea s stamsgewij'ze alleen-handel, nu is de bandel vrij. De vroegere hoofdberoe pen als roeien, jagen, visschen, prau- hartigheid heeft haar oorsprong ge vonden onder de belijdende Christenen die inzagen ,dat prediking ©n welfla- digheid niet voldoende waren, doch dat er een verandering in de maat schappelijke toestanden moest komen. De heer NOLENS (R. K.) repliceert en komt terug op de kwestie van de uiterste noodzaak. De heer VERAART (R. K.) repliceert Hij blijft er hij dat het gezantschap bij den Paus niet is een principieel punt voor de R. K. staatspartij. De heer Albarda is er niet in geslaagd het tegendeel aan te toonen. Toen het een maal was ingesteld, moest echter de opheffing voor de katholieken uiterst grievend zijn. De minister van Financiën, de heer DE GEER, verzoekt zijn rede Dinsdag te mogen voortzetten. De vergadering wordt te 5.30 uur verdaagd tot Dinsdag 20 dezer te 1 uur. UIT DE OMGEVING. LISSE. Gemeenteraad. Gistermiddag vergaderde de Raad dezer gemeente. Voorzitter de Burgemeester. Aanwezig alle leden. Vooraf werd een geheime zitting ge houden, zoodat eerst te kwart over drie de deuren werden geopend, terwijl de ver gadering tegen 2 uur was bijeen geroepen. De voorzitter opent de vergadering en weth. Tromp leest het gebed. De notulen van een vorige vergadering worden goedgekeurd. Op zijn verzoek wordt aan den heer H. Exalto eervol ontslag verleend als assis tent aan de Openbare School. Op voorstel van B. en W. wordt de heer J A. Huneman benoemd als bezoldigd as sistent aan de Openbare Lagere School. Voorstel van B. en W. tot verkoop van een perceel bouwterrein langs de Kanaal straat aan den heer J. Nieuwenbuis. Goedgekeurd. Voorstel van B. en W. tot overname van diverse gedeelten straa', berm en voet pad aan derden toebehoorende en thans voor den openbaren dienst in gebruik.. Behoudens goedkuring van Ged. Staten stellen B. en W. voor de gedeelten straat, voetpad of berm van Vreewijk, Juliana- stra'at, Wilbelminastraat, Willemskade, Emmastraat, Koningstraat, Nieuwstraat, Prins Hendrikstraat, Wagenstraat, Wa gendwarsstraat, Meer- én Houtstraat, Van wenbouw en wapensmederij kwijnen. Het ligt voor de hand dat Bestuur en Zending tezamen ernstig dezen toe stand onder de oogen zien en krach tig samenwerken om di© armoede te overwinnen. Vooral nieuwe bronnen van inkomsten moeten worden aange boord, opdat de drang naar d© oude heidensclie cultuur niet te groot wor de. Zoo is de Zending begonnen met een werkinrichting te Miei, waar Pa- poeasche jongens bekwaamd worden in het timmeren en kleermaken. Het nandvverk leeft nu onder het jongere geslacht weer op. Ook land- en tuinbouw wordt on derwezen en door het bestuur krach tig gesteund. Het is uitstekend dat de Papoeasche helpers zelf degelijk on derwijs in deze verschillende hand werken en bedrijven ontvangen. Straks gaan zij met het evangelie ook deze cultuurkennis uitdragen en wordt een geslacht gekweekt dat dit deel van den archipel zal moeten hervormen. De zending heeft echter niet alleen het oog gevestigd op hetgeen van de mannen verwacht moet .worden, maar ook de onderwijzing van de meisjes ter hand genomen. Huishoudelijke vakken, zuigelingenverzorging, enz. worden nu ook onderwezen. Zie, Amice, dat alles kan niet op een film tot uitdrukking worden gebracht, dan. zou die nog wel tweemaal zoolang mogen zijn. Maar als een enkel mo ment daarop gewezen wordt is er aan leiding om dat nog even breeder te belichten. der Veldstraat, Kanaalstraat, Molenstraat, Bondstraat, Sschoolstraat, Eerste en Twee de Havendwarsstraat, Grachtweg en Smal- leweg, thans voor den openbaren dienst bestemd en als zoodanig in gebruik, in eigendom toebehoorende aan verschil lende instellingen, vereenigingen en par ticulieren, van dezen in eigendom en be heer over te nemen tegen het gezamenlijk bedrag van 1. In behandeling komt een voorstel tot salarisverhooging van ambtenaren en werklieden in dienst der gemeente. Het heeft den heer S e g e r s verwonderd dat -de commissie heeft voorgesteld het salaris van alle lager gemeentepersoneel te verboogen. Spr. vindt dit grootendeels overbodig. In vergelijking met de loonen in bet particuliere bedrijf zijn de loonen al hoog genoeg. De beer N o o r 1 a n d daarentegen juicht deze salarisverhooging toe. Men móet niet vergelijken met bet particuliere bedrijf maar met de salarissen van an dere gemeenten, en zoo maakt de ge meente thans een goed figuur. De beer v. Kesteren juicht de sala risverhooging eveneens toe. De heer Warmerdam licht het voor stel van B. en W. nader toe en verdedigt het. De heer K u y p e r s is dankbaar aan de commissie voor dit voorstel. Het zal den goeden geest onder de gemeentewerk lieden zeker ten goede komen, ook betref fende de verhooging van de salarissen van bet hoogere gemeentepersoneel. Betreffende verschillende subsidieaan vragen wordt besloten dat de- subsidies, zooals die reeds werden gegeven, weer zullen worden toegestaan met deze afwij king, dat aan de R.K. Ilarmonievereeni- ging „Adolph Kolpingh" een verhoogde subsidie tot een bedrag van 150 -zal toe gestaan worden en de gemeente zal toe treden als buitengewoon lid van de A.N. W.B. Dit lidmaatschap kost 25. De beer S o b e 1 s drong nog aan op bet geven van subsidie aan de reclasseerings- vereeniging „Pro Juventute". De heer S e g e r s zegt dat we voorzich tig moeten zijn met het geven van subsi dies. Men weet wel waar men begint, maar niet waar men eindigt. Spr. ver klaart zich ook tegen het buitengewoon lidmaatschap van de A.N.W.B? In behandeling komen de verschillende begrootingen. De heer Pijnacker houdt algemeene beschouwingen. Spr. brengt hulde aan B. en W. voor het voorzichtig financieel be Maar van de sneeuwhetopte hergen van Nieuw-Guinea daal iK weer tot het alledaagsche af. Van zon en pal men kom ik tevens weer temidden van modder en spattende vervoermid delen terug. Nu is daar met dit herfst weer overal wel kans voor, maar wan neer dan hét verkeer en de geaardheid van onze straten bovendien ook nog levensgevaar meebrengen wordt men ei wel hijzonder hij bepaald. Daarom, Amice, verheug ik er mij over dat B. en YY. thans definitieve voorstellen doen tot verbetering van den Stationsweg. Gezien hij vroeger is er voor de voetgangers goed gezorgd. Maar rijwielen handkarren en alle k emverkcer komen daar nog al eens in verdrukking. Yvanneer men bij "dit weer den Stationsweg per rijwiel pas seert ontslaat er inderdaad op som- migè uren van den dag ernstig levens gevaar. Hier en daar liggen de tram rails vlak naast het trottoir. Gelukkig dat de trottoirband daar zoover is ver zakt, dat een vlucht op het trottoir in uitersten nood mogelijk is. Daarom is het toe te juichen, dat nu definitief tot verbreeding van den rij weg zal worden overgegaan en aan de westzijde evenals aan de oostzijde vol doende ruimte voor het asverkeer zal bi staan naast de trambaan. Eveneens acht ik het een belangrijke verbete ring dat de keibestrating zal plaats maken voor klinkerbestrating. Ik hoop daarom, Amice, dat Maan dag de Gemeenteraad, evenals ik, v&h leid. Echter er staan weer groote uitga ven op het program. Een van de belang rijkste dingen die de aandacht, vragen is het wegenvraagstuk. Spr. beeft bemerkt, dat B. en W. veel werken met bestrating maar daar voelt spr. niet veel voor. Voor de buitenwegen zou spr. een andere weg- bedekking willen, die toch duurzaam is. Verder maakt spr. eenige opmerkingen betreffende het geneeskundig schooltoe zicht. Hij dringt er op aan, dat aan deze zaak eens de aandacht zal worden ge schonken, terwijl hij verder er op aan dringt dat eens onderzocht wordt welke woningen niet meer bewoond kunnen wor den. Spr. acht dit zeer noodig. De voorzitter antwoordt betreffen de het geneeskundig schooltoezicht dat aan de onderwijzers de bevoegdheid is ge geven om een geneesheer te raadplegen. Weth. Tromp zegt, dat de aanleg van bitumenwegen zeer kostbaar is. Bovendien moet men met bitume of goudalite zeer voorzichtig zijn. Men staat betreffende deze dingen nog zeer aan het begin. De heer Verduyn dankt evenals de heer Pijnacker voor de balans, die den le den van den Raad is thuisgestuurd en maakt eenige opmerkingen over de cijfers Spr. merkt verder op, dat hij het met den heer Tromp eens is betreffende het wegen- I vraagstuk. Tegenwoordig is men weer j meer voor betonweger en daarom is spr. er voor, dat men met deze zaak voorzich tig is. De heer Langeveld maakt eveneens eenige opmerkingen over het wegenvraag stuk. Spr. dringt er op aan, dat als het i eenigszins mogelijk is bitumenwegen wor den aangelegd. Zou er geen raadscommis- sie kunnen worden benoemd om dit vraagstuk te onderzoeken? De heer S e g e r s dringt er op aan, dat^ j een uitgebreide proef wordt genomen met goudalite. Spr. gelooft dat dit goed zal j voldoen. Spr. dringt er verder op aan, dat i zooveel mogelijk bestraat wordt in z.g.n. keperverband. De beer A. H. Schrama maakt eeni ge opmerkingen over de balans. Verder zegt spr. dat het jammer is dat er geen grond meer is om in huur te geven aan inwoners van de gemeente, die zelfstandig willen gaan werken. Misschien is het wel mogelijk een stuk grond te koopen van den eigenaar van Klinkenhof. De voorzitter zegt dat B. en W. een en ander zullen onderzoeken. Weth. Warmerdam merkt ten op zichte van het wegenvraagstuk op. dat hij het met den heer Pijnacker eens is. Spr. zou er wel veel voor voelen, om de zaak commissoriaal te maken. Deze commissie zou b.v. kunnen bestaan uit de heeren j Tromp, Pijnkcker en Verduyn. erder is spr. er ook voor dat meer aandacht wordt geschonken aan het geneeskundig school toezicht, terwijl hij ook veel voelt voor het opruimen van woningen die slecht zijn. Ten slotte brengt spr. dank aan de raadsleden voor de wijze waarop de ver hooging van jaarwedde voor de wethou ders is bewerkstelligd, terwijl hij er op wijst, dat een groot deel van de waardee ring voor het gedane werk toekomt aan den Secretaris. Daarna wordt overgegaan tot de arti- kelsgewijze behandeling. De heer C. Schrama stelt voor om de presentiegelden van de raadsleden met 1 te verhoogen. De heer Noor land voelt er wel wat voor om dit voorstel te steunen, omdat de arbeiders-raadsleden, die voor commissie- vergaderin'gen enz. verzuimen moeten, dikwijls schade hebben van deze verga deringen. De heer Segers is er niet voor omdat de arbeid voor den Raad toch niet wordt betaald. De heeren Warmerdam en A. H. Schrama verklaren zich er voor. liet voorstel van den heer Schrama in stemming gebracht, wordt aangenomen met 8 tegen 3 stemmen. Tegen stemden de heeren Langeveld, Verduyn en Segers. De heer Segers dringt aan op aanstel ling van een concierge van het Raadhuis, tevens bode. In de volgende vergadering zal hierom trent door B. en W. een voorstel ingediend worden. Bij de desbetreffende post dringt de heer Pijnacker aan op vermeerdering van de stembureaus. Sommigen worden te groot. In de volgende vergadering zal deze zaak behandeld worden. Slot volgt). de noodzakelijkheid van deze verbe tering zal overtuigd zijn en dat daar na B. en W. zoo spoedig mogelijk met de uitvoering zullen doen aanvangen. Op de agenda van Maandagmiddag ik zou zeggen dat de elf punten in een uurtje af te handelen zijn trok punt 9 ook mijn bijzondere aandacht. B. en YV. zeggen, dat aan de oprich ting van een centrale werkverschaf fing voor blinden niet valt te denken, en dat daarom als de beste hulp werk verschaffing aan huis wordt aanbevo len. - Ik geloof, Amice, dat afgescheiden van de materieele onmogelijkheid hier ook op psychologische gronden werk verschaffing in een centrale inrichting verre achter staat bij hetgeen nu wordt aanbevolen. Ik meen dat daar voor in de eerste plaats pleit de fijn gevoeligheid van eiken blinde. Thuis zal hij eerder het gevoel hebbe'n van weer een nuttig lid van de maatschap pij te zijn dan in een inrichting. In de tweede plaats lijkt mij de arbeid ook produc. ever omdat er geen onkosten voor lokaalhuur 'ü'Z afgaan. Laat ons hopen, Amice, dat niet al leen de subsidie toegestaan zal wor den, maar dat de organisaties ook het ontbrekende zullen vinden om deze- nuttigen arbeid tot een goed einde Lr-.igen. VERITAS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6