K2EUWE LEIDSCHE COilHAU van DONDERDAG 1 NOV. 1928 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. MEMORIE VAN ANTWOORD. Aan de Memorie van Antwoord over hoofdstuk I der Staatsbegrooting (Al- gemeene beschouwingen) ontleent de Telegraaf het volgende: Grieven tegen het Kabinet. De regeering verklaart, met verwon dering kennis te hebben benomen van de meeste der in 't V. V. ontwikkelde grieven tegen het beleid van het hui dige Kabinet, in de regeeringsverkla- ring van 11 Maart 1926 werd o.a. aan gekondigd voortgezette bezuiniging en „belastingverlaging". In het onmiddellijk daarop gevolg de debat in de Tweede Kamer is door geen der sprekers tegen dit program mapunt verzet aangeteekend. Eenige bevreemding mag het dan ook wek ken, aldus de memorie, dat thans, nu de toegezegde verlaging inderdaad is tot stand gebracht, dit aan het Kabinet als een grief wordt aangerekend. Niet tendentieus. Dat de toestand der Staatsfinanciën door haar ooit tendentieus-pessimis tisch zou zijn voorgesteld, is de regee ring zich niet bewust. Juist is, dat over eenige achterliggende dienstjaren de ramingen onjuist zijn gebleken. De re geering heeft zich echter beijverd, door een gewijzigd stelsel van ramen met ingang van 1 Januari 1928 aan deze oneffenheid een einde te maken. Niet conservatief. De minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, zoo wordt verder opge merkt, in niet in de gelegenheid ge weest weerstand te bieden aan de con servatieve politiek van het Kabinet, daar deze politiek niet bestaat. Het Kabinet heeft in zijn program van Maart 1926, dat destijds niet als conservatief werd gebrandmerkt groo- tendeels afgewerkt en daarnaast nog andere voorzieningen ter hand geno men. Dat de minister van Arbeid, Handel en Nijverheid laatstelijk wel verschil lende wetsontwerpen in gereedheid heeft gebracht, maar den beschikbaren tijd voor de behandeling daarvan heeft doen voorbijgaan, wordt minder juist genoemd. Werkloosheidsverzekering. Wat de wettelijke regeling der werkloosheidsverzekering betreft, be staat het vertrouwen, dat nog in dit kalenderjaar het voorontwerp den Hoogen Raad van Arbeid zal bereiken. Wat de regeling van den Landbouw- arbeid betreft, wordt de vraag gesteld, waarom het onredelijk zou zijn met de wettelijke bescherming van dezen ar beid daar te beginnen, waar ook bij den fabrieksarbeid een aanvang is ge maakt, n.m. bij bescherming van kin deren, jeugdige personen en vrouwen. Is eenmaal een dergelijke regeling tot stand gekomen de vrees, dat de tuinbouw niet onder de ontworpen regelingen zou vallen is ongegrond dan zal men daarop voortbouwende, ook den arbeidstijd van volwassen mannen ter hand kunnen nemen. De verlaging der personeele belas ting is inderdaad aan vele draagkrach tige personen ten goede komen, in het bijzonder aan hen. die met groote ge zinnen gezegend zijn. Vergelijkende cijfers van de op brengst naar de grondslagen, huur waarde en meubilair over de jaren 1927 en 1928 zijn niet beschikbaar. Wel kan worden medegedeeld, dat het aantal perceelen, dat door de wets wijziging vrij van belasting is geko men, voor Amsterdam ruim 48.COO, voor Rotterdam ruim 56.060 en voor Den Haag ruim 20.000 bedraagt. Financieele verhouding. De opmerking, dat de Millioenen- nota geen mededeelingen doet omtrent de wijze, waarop voor het wetsontwerp betreffende de financieele verhouding tusschen Rijk en gemeenten benoodig- de gelden zullen kunnen worden ge vonden. geeft den minister president aanleiding tot een uiteenzetting, waar van de conclusie is, dat bij de voort zetting der huidige politiek minis ter De Geer moet hierop den nadruk leggen, daar hij persoonlijk deze niet meer in de hand zal hebben (valt hier uit op te maken, dat Minister de Geer in elk geval na de aanstaande Kamer- merverkiezingen zal aftreden? Red.) liet voor het wetsontwerp vereisch- te bedrag tegen 1931 zonder nieuwe heffingen gevonden zal kunnen wor den. Financien voor 1928. Wat de vooruitzichten van het jaar 1928 betreft, heeft de minister-presi dent in de Millioenennota de verwach ting geuit, dat ook dit dienstjaar, voor zooveel den gewonen dienst betreft, met 'n overschot zal sluiten. Hij meent echter tegen overdreven verwachtin gen, welke blijkbaar op de cijfers der Middelenstaten zijn gebaseerd, met nadruk te moeten waarschuwen. De leden, die hun teleurstelling er over hebben uitgesproken, dat de ge wone uitgaven, voor 1929 geraamd, 29 millioen hooger zijn dan het in 1927 uitgegeven bedrag, vergelijken onge lijksoortige grootheden. Men kan slechts begrootingscijfers met begroo- tingscijfers vergelijken. De raming voor de gewone uitgaven van 1927 bedroeg 591.798.809,12 en die voor 1929 593.650.930, zoodat er in twee jaren tijds een stijging van 1.9 millioen valt te constateeren, in- plaats van 29 millioen. De wenschelijkheid voor Nederland, om zelfstandig tot ontwapening over te gaan, wordt door den minister-pre sident ontkend. Niettegenstaande Lo carno en het Kellogg-pact zou een der gelijke handelwijze blijk geven van zorgeloosheid. De klacht, dat op de de fensie-uitgaven niet genoeg zou zijn bezuinigd, wordt afgewezen. Maar evenmin kan worden toegegeven, dat op defensie reeds te veel zou zijn be zuinigd. Te werken zoolang het dag is, is het richtsnoer, dat ook het huidige Kabi net wil volgen. Het hoopt dan ook, dat in het laatste jaar van deze periode nog veel goeds tot stand zal komen. Het Kabinet verwacht dan ook, dat de Kamer er prijs op zal stellen, zoo min mogelijk opgediende gerechten „pour l'honneur du plat" te laten staan Aan de nieuwe taak, die een vol gend Kabinet wacht, kan dit slechts ten goede komen. De waag, of aan de voorbereiding van de wetsontwerpen, die in de vori ge Troonrede werden aangekondigd, wordt voortgewerkt, wordt bevesti gend beantwoord. Onderwijs voor de rijpere jeugd. De omstandigheid, dat in de Troon rede nog geen melding gemaakt is van de plannen der Regeering, nopens het aanvullend onderwijs voor de rijpere jeugd mag niet worden opgevat als 'n aanwijzing, dat het Voorloopiig rap port der Staatscommissie Van Wijn bergen terzijde zou zijn gelegd. Inte gendeel heeft de regeerinv dit rapport aanstonds ernstig in studie genomen, als gevolg waarvan het wetsontwerp betreffende dit vraagstuk thans bij den Raad van State aanwezig is. JAVA EN CUBA. In een intervieuw met den nieuwen te Eatavia geplaatsten consul-generaal van Cuba, den heer G. O. Mustelier, heeft deze gewezen op het belang van een samengaan van Java en Cuba in zake suikerrestrictie en export. De heer Mustelier is van plan, met verschillende leidende persoonlijhe den in het suikerbedrijf te beraadsla gen om tot een overeenkomst te ko men. KASTEEL OUD WASSENAAR WORDT VERBETERD. Kasteel Oud Wassendar is een be zit voor Den Haag geworden. Velen weten reeds, dat er heerlijke zitjes zijn De tram geeft een goede verbinding. Wie over een auto beschikt, beschouwt het prachtig gelegen kasteel als naast de deur. Ook om te logeeren of de week te beëindigen is Wassenaar een dorado. FEUILLETON. God is mijn heil. 69) o Johanna, die in alles belang stelde wat Hedwig betrof, vraagde naar haar armen, die zij altijd trouw bezocht, en wilde weten wie dat nu voor haar deed. „Ongelukkig niemand", antwoordde Hedwig bedrukt, „Elise en Marie zijn nog te jong, en hebben het te druk om het te doen. Vooral spijt het mij voor een vrouw, die mij wel missen zal. Zij lijdt sedert geruimen tijd aan jicht, zoodat zij niet naar de kerk kan gaan en daardoor te meer behoefte heeft om met Christelijke vrienden te spre ken, want zij is zeer vroom, en haar dochtertje is nog te klein om haar te kunnen begrijpen". „Ik zou gaarne in uw plaats gaan", zeide Johanna, „maar ik ben er niet geschikt toe". Hedwig ontkende dit, maar Johan na zeide: „Mijne eerste proefneming te Schönheide ligt mij nog te versch in het geheugen, toen ik met schade en schande uit de hut moest vluchten, mijn onwetendheid bekennende, na dat ik zoo overmoedig was binnenge gaan". „Maar sedert dien tijd hebt gij veel ondervonden", zeide Hedwig, „en zon der dat gaat het ook niet; eerst wan neer men de hulp des Heeren zoowel in het kleinste als in het grootste on dervonden heeft, verlaat men zich al leen op Hem en dan geeft Hij de noo- dige wijsheid". „Ja", zeide Johanna, „daar hebt gij wel gelijk in maar ik ben zoo veel minder ver gevorderd dan gij". „Ach!" zuchtte Hedwig, „wanneer gij mij een half uurtje geleden gezien hadt zoudt gij wel anders spreken. Ik had het gevoel van den psalmist, die uitroept: „Al Uwe baren en Uwe gol ven gaan over mij henen". Ik wachtte wel op den Heer, maar bijna zonder te gelooven aan Zijn hulp, en nu is Hij zoo genadig geweest, dat, ik weet zelf niet hoe, maar de last die mij drukte is verdwenen. Uw gezang, uwe lieve vriendelijke woorden, hebben mij we der op den rechten weg gebracht en mij de genade des Heeren getoond. Johanna was diep getroffen. „Dan ben ik toch tot iets nut", zeide zij, „en ik bij zeer blijde, dat ik hier ben ge komen, ofschoon het reeds laat is en ik eigenlijk te huis had moeten zijn". „Zijt gij dan alleen hier?" vraagde Hedwig bezorgd. Johanna lachte om haar gerust te stellen. „Ik bracht Helena bij een ken nis, maar verliet haar om naar u toe te gaan. Het beteekent niets". „Maar ik geloof, dat het gaat rege nen", zeide Hedwig uit het raam kij kende; „gelukkig zal mama wel spoe dig terug komen, dan kan de knecht De directie voelt, wat er in de zaak steekt. Men koestert plannen om de inrich ting van het kasteel te verbeteren. De tweede etage wordt centraal ver warmd. Er zijn 6 badkamers bijge bouwd en men heeft nog plannen voor een verbetering van de verbinding tusschen kasteel en dependances. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Oude Mirdum, W. L. Mulder te Voorthuizen. Te Kuinre (toez.), de heer E. Emmen, cand. te Renswoude. Bedankt: Voor Ede, Dr. H. A. Leen- mans, te Delft. GEREF. /IERKEN. Beroepen: Te Pijnacker—Nootdorp, R. H. Kuipers, cand. te 's-Gravenhage. DOOPSGEZ. GLM. Aangenomen: Naar Rotterdam, als hulppredikante, Mej. L. Goossen, propo- nente te Deventer, die voor het beroep naar Witmarsum c.a. bedankt heeft. KERKINSTITUEERING. Naar De Stand, verneemt, zal Ds. J. H. Broek Roelofs, van Vroomshoop, in op dracht van de classis Ommen der Geref. Kerken, a.s. Vrijdagavond in de Geref. school te Beerzerveld, de Geref. Kerk van Mariënberg institueeren en de gekozen kerkeraadsleden bevestigen. DE ELTHETO-KERK TE AMSTERDAM. Ds. A. G. H. van Hoogenhuyze, Ned. Herv. predikant te Amsterdam, heeft op de feestvergadering van het lustrum van den Bond van Geref. Jongeren, aangebo den door zijn Voorzitter Ds. L. C. W. Eke- ring, een gift ontvangen van 1000 (hon derd gouden tientjes) voor de Eltheto- kerk, door de leden van den Bond bijeen gebracht. OMVANG VAN DE PROTESTANTSCHE ZENDING. Volgens een berekening van Prof. Rich ter in het „Neue Allgem. Missions Zeit- schrift", heeft de Prot. Chr. Zending den volgenden omvang: Het aantal zendelingen bedraagt 29.188. Zij werken op 4598 plaatsen. Het aantal inlandsche helpers 151.735, waaronder 10493 inlandsche predikanten. Door ben worden verzorgd 8 Y> millioen Christenen. Verder onderhoudt de zending 50.0ÜU scho len, die bezocht worden door 2.420.000 leerlingen, 100 boogere Scholen met 23.000 studenten, 297 kweekscholen voor onder wijzers met 11.442 leerlingen, 401 oplei dingsscholen voor predikanten met 11.363 leerlingen. Verder beschikt de zending over 858 hospitalen en 1686 poliklinieken, waaraan 1157 doctoren werken. Jaarlijks wordt voor de zending opgebracht 168 mil lioen gulden. Deze getallen hehben heel wat te zeg gen. Zij spreken boekdeelen vol van ge bed, toewijding, teleurstelling, verrassing en zegen op den zendingsakker. S. POSTMUS. Heden herdenkt de heer S. Postmus te Scest den dag, waarop hij vóór 50 jaren zijn arbeid bij het Chr. onderwijs aan vaardde. 't Was toen het begin van een eervolle carrière! Te Groningen als onderwijzer drie keer per dag voor de klas staande, behaalde hij reeds op 21-jarigen leeftijd in 1881 de akte Geschiedenis M. O., en drie jaar later Aardrijkskunde M. O., beide geheel door eigen studie. De heer Postmus, heeft een groot deel van den schoolstrijd, se dert de dagen van 1878, in de practijk me degemaakt. Tot 1889 was hij werkzaam bij het Lager en M.U.L.O. Te Leiden bezocht hem de rector van het stedelijk Gymnasium, Dr. van der Meij, in de klas en wekte hem op tot sollicitatie aan zijn inrichting. Of schoon. iiet tractement 2800 gld. bedroeg, weigerde de heer Postmus om des begin sels wille. Kort daarna werd hij, op aanbeveling van denzelfden Dr. van der Meij, aan het Geref. Gymnasium te Amsterdam be noemd hij Dr. Woltjer op een salaris van 700 gld. Daar bleef hij tot zijn pen- sionneering in 1926. Een tijdlang bekleedde hij, onder de wet van 1878, het ambt van Schoolopziener, en u brengen". Johanna wilde hier cehter niets van hooren. Zij zou snel naar huis loopen en het was nog licht genoeg, zoodat Hedwig niet angstig behoefde te zijn. Zeer opgeruimd ging zij weg, want zi.i schepte behagen in alles wat maar naar het avontuurlijke zweemde. Hed wig keerde met vrede en vreugde in het hart terug naar het ziekbed van haar vader, die ingesluimerd was en zoo vast en rustig scheen te slapen, als hij in langen tijd niet gedaan had. Van dankbaarheid vervuld ging Hed wig naast hem zitten, terwijl allerlei vroolijke gedachten elkaar afwissel den; weldra keerden haar moeder en zusters terug, en verhaalden haar hoe heerlijk het er buiten uitzag en hoe zeer zij van de voorjaarslucht genoten hadden; en toen haar vader ontwaak te gevoelde hij zich sterker en beter, zoodat de ziekte een gunstige wending scheen genomen te hebben. Johanna had intusschen goed door gestapt. De lucht was zeer donker, meer door dreigende wolken dan door den invallenden avond, maar het re gende nog niet, en eensklaps viel het haar in, dat zij de zieke vrouw, van wie Hedwig haar naam en woon plaats genoemd had, wel eens kon opzoeken en haar den volgenden dag tijdingen van deze brengen. Wel klop te haar hart angstig toen zij er over nadacht, want zij was nog nooit in een de laatste jaren is hij nog werkzaam als lid van een schoolbestuur. De heer Postmus is voorts bekend door verschillende uitgaven op historisch ge bied. Van hem verscheen o.a. „Den Vader land getrouwe",, een lijvig boekwerk, zeer geschikt als leesboek, in de hoogere UX.O. klassen; en dan zijn hoofdwerk „Algemee- ne Geschiedenis" in twee nette deelen, bij Kok te Kampen. Dit werk, algemeen ge prezen docr voor- en tegenstanders, on derscheidt zich door een principïeele be handeling uit Christelijk oogpunt. Moge God den stoeren werker nog vele jaren van zijn levensavond doen genieten! STRIJD TEGEN DE ZENDING ONDER DE JODEN. Te Amsterdam heeft, naar het „Hbl." meldt, in een Maandagavond gehouden bijeenkomst van de Joodsche Jeugdver- eeniging in de buurt van de Nieuwe Markt de heer L. H. Sarlouiö, rabbijn bij de Ned. Isr. Hoofdsynagoge, zijn hoorders opge wekt, den strijd tegen de Zending met kracht ter hand te nemen. Ten einde het bezoeken der Zendingsscholen tegen te gaan, zal men in deze buurt een Joodsche Voorbereidende School oprichten. De Ker- keraad der Ned. Isr. Hoofdsynagoge als mede het Gemeentebestuur en vele parti culieren hebben zich tot financieelen steun bereid verklaard. JUBILEERENDE ONDERWIJZERS. Heden vieren de heeren W. A. van Don gen Sr., onderwijzer te Rotterdam, J. van Dijk Dzn., hoofd te Oudega (Small), L. Boomsma, hoofd der Eben Haëzerschool te Katendrecht resp. hun 40. 40 en 25-jarig jubileum bij het Chr. onderwijs. UIT DE OMGEVING, KATWIJK AAN ZEE. Men schrijft ons van bevriende zijde: De maand October is weer ten einde en daarmede is een belangrijk tijdvak voor de visscherij afgesloten. Plachten onze visschers gedurende de eerste maanden van de haringvisscherij hun brood te vin den in de omgeving van de Shetlandsche eilanden, om dan geleidelijk meer Zuide lijk hun bedrijf uit te oefenen, in den loop van de maand October is Doggersbank meestal het terrein waar onze menschen hun netten uitwerpen. Sommigen gaan reeds in den loop van October meer onder de Engelsche kust probeeren, hetgeen ook nu weer is ge schied. Over 't algemeen zijn de resultaten wat de vangst betreft, gedurende het ge- heele seizoen tot nu toe bevredigend ge weest, al is het een feit, dat onze zeillog- gers slechte resultaten brengen. Daarop is een enkele uitzondering, evenals er on der de motorschepen enkele uitzonderin gen zijn, aan den lagen kant, maar in doorsnee is ook dit seizoen de motorlog- ger het vaartuig, dat de beste resultaten geeft. Geweldig zijn de vangsten, die som migen binnen brengen van een nacht. Meermalen vangt men in een nacht 18 tot 24 last, dat is 3 a 400 tonnen haring. Neemt men het aantal per ton aan op 800, dan vangt men in een trek 250300 verzendharingen. Als men dan bedenkt, dat van Holland, Engeland, Duitschland, Frankrijk eenige duizenden schepen hun netten hebben uitstaan en men b.v. bo vengenoemde cijfers met slechts 1000 ver menigvuldigt, dan behoeft men niet te vragen, welke milliarden-cijfers men op die manier krijgt. We zien wel in vervul ling gaan het woord van den Schepper: „zijt vruchtbaar en vermenigvuldigt" en tevens is de breed opgezette beschouwing van hen die voor eenigen tijd doceerden, dat de Noordzee was doodgevischt, op alle punten gebleken fout te zijn. „We zijn van gisteren en weten niets", dat blijkt ook weer hier van alle waanwijsheid van het schepsel. Met dat al werken tot op heden alle factoren mede tot welslagen. Vooral het weer is een allesbeheerschende factor. Voor twee jaren gaf de maand October een storm, waaraan twee schepen van on ze vloot met hun bemanning ten offer vie len. Nu heeft men steeds prachtig weer en kan men :.'n bedrijf in alle opzichten uitoefenen. Moge ook hier dank worden gebracht voor alle goede gaven aan Hem, „wiens ook de zee is, want Hij heeft ze gemaakt". Gp initiatief van Mevr. Schokking is alhier opgericht een afdeeling van den Ned. Chr. Vrouwenbond. Bijgewoond door de zangschool van den heer Nio. van Bee- len, werd door Mevr. Schokking Psalm Eerlijnsche armenbuurt geweest en wist niet of zulk een bezoek de goed keuring harer moeder zou wegdragen. Daarbij kwam nog dat zij, ofschoon niet bevreesd eenig gevaar te loopen, zeer weinig zelfvertrouwen bezat. Maar Hedwigs woorden hadden baar moed gegeven; uit zich zelve kon zij niets, maar de Heer zou baar wel helpen. Zij wierp al haar bekommernissen op Hem en al kwamen haar geen op beurende gedachten te binnen toch vertrouwde zij in alle nederigheid, dat Hij haar bijstaan zou. Zoo kwam zij voor het huis, liep den langen gang door en de donkere nau we trap op en bleef voor de deur staan om moed en adem te scheppen. Beschroomd klopte zij aan en hoorde spoedig „binnen" roepen. Zij deed de deur langzaam open. Een vrouw zat in een ouden leuningstoel hij het raam, dat door de beslagen glazen slechts weinig licht binnenliet. Zij had een bijbel op den schoot, waarin zij gelezen had, maar de duisternis had haar genoodzaakt te eindigen. Een bed, een wit geschuurde tafel, een kast, twee stoelen en een groote zwar te kachel maakten de meubelen uit, maar alles was even zindelijk en net jes. Naast de vrouw stond een klein bleek meisje met groote donkere oogen, dat Johanna met verbazing aanstaarde toen zij binnentrad. D© vrouw trachtte op te staan, wat 133 gelezen en voorgegaan in gebed. Na dat tot oprichting was besloten, werd het bestuur gekozen en namen daarin zitting behalve presidente Mevr. Schokking: Me vrouw Ds. Pras, Mevr. Ouwe handParle- vliet, Zuster Sambeek en Mevr. T-a*n. In den afgeloopen nacht brak aan de Badstraat brand uit in een onbewoond ge deelte van een behuizing van den heer v. d. Bent. De brand begon aan het dak. Met gebruik van een minimax van het Poli tiebureau en een slang op de waterleiding kon men den brand, die in de kap van het huis was ontstaan, spoedig blusschen- Enkele omwonenden, benevens de op- perbrandmeester Verloop ende brand meester Dubbeldam waren ter plaatse met de Politie aanwezig. Naar wordt vernomen, beeft de heer Gijsb. van Duyn, Kanaalstraat, sedert ja ren voorzitter van de Chr. Zangvereeni- ging „Halleluja" deze functie neergelegd. KOUDEKERK. Gemeenteraad. Dinsdagavond vergaderde de raad dezer gemeente. Voorzitter de burgemeester. Al le leden waren aanwezig. De voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de secretaris de notulen der vorige vergadering leest, die onveran derd worden vastgesteld. Ingekomen stukken, a. dat A. v. d. Ent bedankt als lid van den raad wegens ver trek uit de gemeente, dat zijn opvolger op de C.H. lijst, de heer van der Bijl de ge meente metterwoon heeft verlaten en de daarop volgende, de heer v. d. Sterre als zijn opvolger is aangewezen. b. Kasopname heeft plaats gehad bij den gem.-ontvanger. In kas was ƒ3071.51; voor het waterleidingbedrijf 2382. Eenige comptabiliteitsbesluiten op de begrooting dienst 1928 worden goedge keurd. Een verandering wordt goedgekeurd in de op 20 Sept. gewijzigde verordening ver haal inkoop van diensttijd. De voorzitter doet eenige mededeelingen. aangaande het slachthuis, waarnaar in de vorige vergadering is geïnformeerd. De noodslachtingen zijn voor den laatsten tijd sterk verminderd. Uit het desbetref fend rapport blijkt, dat die in 1927 sterk verminderd zijn bij 1926 en wel door al lerlei oorzakén: door het invoeren van iemand buiten de gemeente van mindere kwaliteit vleesch is de zaak bij het pu bliek in discrediet gebracht en door meer toevallige omstandigheden. Wat het eerste betreft, dat kan niet meer en verder is er een algemeene verandering aangebracht, die zeker verbetering zal ten gevolge hebben en verdere bijzonderheden van meer persoonlijken aard, die ook invloed uitoefenen, zullen in geheime vergadering kenbaar worden gemaakt. Het onderzoek van het een en ander in Utrecht houdt ook te veel tijd op, zoodat het wenschelijk is tegen betaling van ƒ4 per stuk een onderzoek in Leiden te doen instellen. Tot tijd en wijle dat de gemeen te zelf over het noodige materiaal "kan beschikken is wellicht ook deze oplossing in het belang der gemeente. De aankoop van de benoodigde instal latie kost ƒ200. Er zijn echter nog meer bezwaren te overwinnen. Den heer Lieverse bevreemdt het groote verschil in het aantal der noodslachtingen vooral van kalveren. De voorzitter stemt toe, dat er inderdaad groot verschil is, maar hierover zal straks in geheime ver gadering worden gesproken. Aan de orde komt een verzoek van do Hersteld Apostolische Zendinggemeente voor Leiden en Omstreken om vergunning tot het houden van samenkomsten in ho tel de Bruin. B. en W. stellen voor zulks toe te staan, zoodat de burgemeester vrij heid krijgt dispensatie te verleenen van een artikel van de politieverordening, zoo dat het lokaal één uur vroeger geopend kan worden. Mocht het hinderlijk zijn voor de godsdienstoefeningen aan de over zijde van de straat, dan is de burgemees ter bevoegd die vergunning in te trekken. De heer de Jong informeert of dit dan voor alle café's geldt, waarop de voorzit ter ontkennend antwoordt; het geldt hier slechts de bedoelde bovenzaal. Aldus wordt besloten. Aangezien de verordening der heffing op schoolgeld met 1 Jan. afloopt en wel licht in de naaste toekomst deze zaak van Rijkswege zal worden geregeld, stellen B. en W. voor de bestaande verordening bij punt 7 der agenda vast te stellen. Over eenkomstig het voorstel van B. en W. wordt besloten. haar echter niet gelukte, en zag de lieflijke verschijning een weinig ver wonderd aan. „Ik kom u de* groet van freule Van Steendorp brengen", zeide Johanna verlegen. „Het spijt haar zeer, dat zij in zoo langen tijd niet bij u heeft kunnen komen". Gij zijt wel vriendelijk", zeide de vrouw op beleefden toon; „ga zitten, als bet u belieft. Is baar vader nog altijd ziek?" „Ja", antwoordde Johanna, „zij gaat volstrekt nog niet uit". Onderwijl bad het kleine meisje een stoel gehaald, dien met haar voor schoot afgeveegd en voor Johanna gereed gezet, die eindelijk naast de kranke plaats nam. „De Heer zal haar niet verlaten", zeide deze bewogen. „Zij heeft velen Zijner armen wel meer dan een dronk waters gegeven en dat zal Hij niet onbeloond laten; wel geeft Hij vaak alleen een inwendigen zegen, dien niemand ziet, maar die toch het hart verblijdt. Gij hebt zeker ook den Heer Jezus lief?" vraagde zij vriendelijk. „Ik zou Hem gaarne van ganscber harte liefhebben", zeide Johanna, ter wijl een hoog rood baar wangen kleurde bij bet afleggen dezer getui genis, „maar ik kan bet niet altijd zoo als ik het wel zou willen". „Hij alleen geeft bet willen en vol brengen", zeide de vrouw. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5