NIEUWE LEIDSCHE COURANT van DONDERDAG 11 OCT. 1928 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. CE WIJZIGING VAN DE INDISCHE STAATSREGELING. De N. R. Crt. waagt de volgende voorspelling: Naar wij vernemen, staat het vrij wel vast, dat het wetsontwerp tot wij ziging van de artikelen 7, 55 en 72 der Indische staatsregeling, dat Dins dag 16 October aan de orde komt, met groote meerderheid zal worden aan genomen. al zal een deel der Protes- tantsche rechterzijde en een enkele Katholiek wel het tegendeel van in stemming aan den dag leggen en al zal van die zijde het (door den Minis ter van Koloniën feitelijk reeds afge wezen) denkbeeld der instelling van een staatscommissie wel worden ge opperd. De geheele linkerzijde ook dus de liberale Kamerfractie zal naar alle waarschijnlijkheid haar stem geven aan het wetsontwerp, dat, gelijk hekend, o.a. een einde maakt aan de Nederlandsche meerderheid in den Volksraad. ZIEKTE AAN BOORD. Aan boord van de dezer dagen in Indië aangekomen Tjerimai van den Rotterdamschen Lloyd hebben zich ziektegevallen voorgedaan. Nadat tot vlak voor aankomst te Colombo alles normaal was gegaan, werd het zoon tje van een der eerste klasse passa giers ziek. Hij had angina en was spoe dig hersteld, maar na Singapore kreeg hij weer vrij hooge koorts met exantheem, terwijl ook zijn zusje en een heer angina bleken te hebben, echter zonder exantheem. Het zusje is hersteld maar het jongetje en de heer zijn te Batavia in het ziekenhuis opgenomen, respectievelijk in het Militair Hospitaal en in de C.B.Z. Alles waarmede deze zieken in aan raking zijn geweest is te Batavia van boord gehaald en ontsmet. De zieken- hutten werden afgesloten en zullen te Soerabaja ontsmet worden. De be manning is voor de verdere reis on der streng toezicht gesteld. Van de bemanning der Tjerimai is een ge deelte afkomstig uit het personeel van de Insulinde, dat in Holland gedu rende zes weken onder ^ontrole is geweest en dat dus reeds tien weken van de Insulinde af was, voordat het eerste ziektegeval zich aan boord van de Tjerimai voordeed, terwijl van dat Insulinde-personeel geen van de In landers ziek is geweest en van de twintig Europeanen slechts één ge durende de kustreis ziek was, doch spoedig herstelde ,wat dus plaats had veertien weken voor de gevallen aan boord van de Tjerimai. Gebleken is, dat aan boord van an dere schepen dezelfde ziekte zich heeft voorgedaan, onder anderen aan boord van de P. C. Hooft, waar ernstige ge vallen zouden zijn voorgekomen, voordat de gevallen aan boord van de Insulinde bekend zijn geraakt. RIJKSWEG AMSTERDAM—ROTTERDAM. Men meldt ons uit Nieuwkoop: Het verzet tegen het tracé van den Rijksweg AmsterdamRjtterdam om en bij Nieuwkoop op de wijze, zooals de Rijkswaterstaat dit momenteel wil, groeit steeds aan; een verzet, dat gebaseerd is op de belangen van het groot-snel verkeer, zoowel als op die van de streek. Thans weder hebben Dijkgraaf en Heemraden van den Polder Nieuw koop en Noorden in een gedocumen teerd request hunne bezwaren aan den Minister van Waterstaat bekend gemaakt. Het Polderbestuur toont daarbij aan, dat op deze wijze het nimmer mogelijk is, dat een vaste brug wordt gelegd, zonder dat de ge heele streek ontredderd wordt. Dezer dagen bracht ook het lid van de Tweede Kamer, de heer K. ter Laan, burgemeester te Zaandam, een bezoek aan Nieuwkoop. FEUILLETON. God is mijn heil. 61) -o- Zij was in dez entijd bijzonder vrien delijk jegens Hedwig. en trachtte al les uit den weg te ruimen, wat haar onaangenaam kon zijn, waarvoor haar dochter haar onuitsprekelijk dankbaar was. Ook de oude mevrouw was zeer hartelijk, en Hedwig voelde zich begrepen en getroost, zoodat het haar gemakkelijker viel, voort te gaan op den moeilijken weg. Zij had nooit zoo vurig gebeden als thans, nu zij de behoefte gevoelde aan de kracht en ondersteuning des Hee- ren. Langzamerhand begon zij te er kennen, dat dit lijden dienen moest om haar nader tot haren Heiland te brengen, haar te louteren en los te maken van de wereld. Haar verlan gen naar het eeuwig vaderland, naai de rust voor hart en ziel werd grooter, en haar inzicht in de waarheden van het evangelie werd helderder. Met verhoogde aandacht luisterde zij naar de woorden van den ouden leeraar, als hij sprak van den Troos ter, dien de Heiland achterliet, en van den vrede, dien Hij den Zijnen geeft, en somtijds, als zij zeer droevig gestemd was, herhaalde zij bij zich .elve de woorden van den 77sten osalm, die Willem op den Hemel vaartsdag aa'ngeheven had: „Gij leid- det Uw volk als een kudde". Als zij een schaap Zijner kudde was, dan zou Hij haar ook met trouwe liefde wei den, zoo als het voor haar het beste was. Zoo bracht het Pinksterfeest voor haar een bijzonderen zegen mede, zoodat zij zich weder met de anderen verblijden kon in de schoone zomer dagen, de versierde kerk en de heer lijke natuur. Een tocht naar Beukenheuvel. Het was een feestdag voor de mees te genoodigden, toen de veel bespro ken tocht naar Beukenheuvel werd ondernomen. De dames verlangden zeer het van naderbij te leeren ken nen, daar zij er reeds zoo veel van ge hoord hadden; alleen Hedwig scheen onverschillig, maar trachtte toch be langstelling te toonen, ter wille van Helena en Johanna, die haar toch verweten dat zij het niet van harte deed. Daarentegen had zij veel mede lijden met haar jongere zusters, die nog niet oud genoeg waren om inede te gaan, en dit zeer betreurden; zij bood de meisjes haar plaats aan. die echter van deze edelmoedigheid geen gebruik wilden maken, maar haar lie ten beloven .dat zij alles nauwkeurig zou vertellen. Robbert, die zeer trotsch was een persoonlijke uitnoodiging te hebben gekregen, moest er zelfs zijn woord van eer op geven. Dezen keer behoefde de heer Van Mengen op geen der dames te wach ten. Precies ten twaalf ure waren al len kant en klaar. De drie jonge dames hadden netel- doeksche kleedjes aan en korenbloe men in het haar, die blondines en bru nettes goed stonden, maar toch de blonde Johanna het best. De heeren Van Steendorp en Van Mengen reden voorop in den droschke, de dames namen plaats in de open calèche, die voor haar niet al te ruim was, en Robbert ging naast den koet sier zitten. Het was zeer warm. de zon stak ineedoogenloos en kleurde de wan gen; het fijne stof drong overal door, en het rijtuig vorderde slechts lang zaam. In het bosch ging het iets beter, en beschutten de denneboomen een weinig tegen de zonnestralen, al ga ven zij niet veel schaduw, en men kon sneller rijden. De opgewonden gemoederen, die eerst spraakzaam waren geweest, werden stiller en stiller, en de vroo- iiikheid leed door de uitwendige om standigheden. In het begin was door Johanna en Robbert menige woordspeling gewis seld. maar de laatste behaalde dit maal de overwinning, en lachte van zijn hooge zitplaats af Johanna uit. die zich door stof en hitte de wet liet noemd, omdat men namelijk als voor ganger „broeder onder de broederen" wil blijven en het invoeren van een toga een begin acht van een minder calvinistische scheiding tusschen de „geestelijken" en de „leeken". HET EEUWFEEST DER RIJNSCHE ZENDING. Op Zondagavond 14 October a.s. te half acht zal er een feestelijke sa menkomst plaats hebbtn vanwege de Zendings-Commissie der Hersteld Ev. Luth. Gemeente in het kerkge bouw aan den Kloveniersburgwal No. 50 te Amsterdam. Op deze bijeenkomst zal het eeuw feest der Rijnsche Zending worden herdacht. Na een inleiding van ds. P. Neideck, voorzitter der Zendings-Com- rr.issie, zal ds. C. F. Westermann iets vertellen van de geschiedenis der Rijnsche Zending en van haar geze- genden arbeid in onz Koloniën. Ds. P. Groote, voorzitter der Ver- eeniging tot bevordering van de be langen der Rijnsche Zending, zal een slotwoord spreken. Mej. Lien Penning zal enkele zang nummers ten gehoore brengen; de heer D. Lüsschen geeft een tweetal fluitsoli, terwijl de heer Jan Zwart de samenkomst door een orgelnum- mer zal opluisteren. VEREEN. VAN CHRISTELIJKE ONDERWIJZERS. De afd. 's-Gravenhage der vereeni- ging van Chr. Onderwijzers enz. houdt a.s. Zaterdagavond in de Aeneas Mac- kayschool een ledenvergadering, waarin de heer A. de Jong Ezn., di recteur van het bureau der vereeni- ging, zal refereeren over „Het teeken- onderwijs" op de lagere school met tentoonstelling van leermiddelen. Tevens zal op deze vergadering voorlezing geschieden van het levens bericht der af deeling van 18641927, bestemd voor het jubileum gedenk boek, zijnde het laatste werk van den plotseling overleden secretaris, den heer J. A. v. d. Berg. GROEN VAN PRINSTERER- KWEEKSCHOOL TE DOETINCHEM. Op 1 November wordt het gouden jubileum gevierd van de Groen van Prinstererschool te Doetinchem. Het programma van de feestdagen is als volgt: 1 November 's middags 2 uur, Wijdingsure in de Zendings kapel; 3 K uur, Herdenkingssamen komst in de Buitensociëteit waar het bestuur tevens gelukwenschen in ontvangst hoopt te nemen; 's avonds pl.m. half acht, het bestuur der School geeft aan de reünisten gelegenheid samen te komen in de Sociëteit. Voor 2 November staat op het pro gram: 's morgens een wandeltocht of een tramtocht. Ook zal voor de lief hebbers een voetbalmatch gehouden worden tusschen een efltal uit de oud- groenen en de leerlingen; 's middags 1 uur bij voldoende deelname een ge meenschappelijke lunch. Penningmeester van het comité van do oud-groenen is G. J. Dieperink, Gironujnmer 72473. Wipstrikkerallée 62, Zwolle. UIT DEN GOEDEN OUDEN TIJD. Men hoort zoo af en toe wel eens de verzuchting schrijft Dr. P. Stegenga Az. in het Amsterdamsch „Predik beurtenblad", dat het met het kerke lijk leven achteruit gaat. In den goeden ouden tijd was er veel meer belangstelling, waren de kerken voller, de vroomheid veel echter, enz.' Degenen, die zoo spreken, hebben toch niet onverdeeld gelijk. Onlangs las ik een studie over het kerkelijk leven te Arnhem, op het ein de der 18de eeuw. Wat ik daaruit vernam, geeft wel 'n eigenaardigen blik op de toestanden toen ter tijd: „De godsdienstoefeningen waren niet gekenmerkt door eerbied en stilte, maar veeleer door geraas en allerlei onstichtelijke wanorde. De stovenzetsters hielpen mede de wanorde te vermeerderen. Nog voor dat de preek geëindigd was haalden zij met groot geraas de stoven onder de voeten der kerkgangers weg. Ook met kijven en op andere wijze verstoorden zij de rust. Herhaaldelijk werden hiertegen maatregelen geno men, echter zonder succes. Eerst in 1803 toen men vaste stoven zetsters aanstelde, werd aan de wan orde, door deze vrouwen veroorzaakt, een einde gemaakt. Nog erger maakte het de jeugd De leerlingen van de Latijnsche school, die nog wel onder geleide van den rector ter kerk kwamen, hielden zich bezig achter de banken te knik keren, terwijl andere scholieren krij gertje en kaart speelden of met steen tjes tegen de ramen gooiden. Dit veroorzaakte somtijds zulk een geraas, dat de predikant niet meer verstaanbaar was en zijn rede moest afbreken. Tusschen de jaren 1653 en 1680 hoo- ren wij voortdurend van vechtpartijen in de kerk, ontstaan over het zetten, inbrengen en vastmaken der stoelen. De tooneelen, welke zich soms af speelden, waren in een woord walge lijk. Men schold elkaar voor alles uit wat leelijk was, men rukte elkander de mutsen van het hoofd, gaf elkander stompen op de borst, de een schopte de ander van haar stoel af en ging er zelf op zitten, enz. Een 25 jaren lang heeft men tegen deze ergerlijke wanorde gestreden, tel kens herhaalde zij zich. Andere ongeregeldheden kwamen voor bij de kerkelijke huwelijksvoltrekkin gen, die aan het einde van iedere gods dienstoefening konden plaats hebben. Deze ongeregeldheden waren een gevolg van het schenken van wijn in de Kerk. Reeds in 1636 was door den kerke- raad verboden, dat bij het verlaten der kerk voor de kerkdeur aan de bruid en den bruidegom wijn geschonken werd. Dit verbod had het tegenoverge stelde gevolg. Betrekkingen en vrien den van het bruidpaar kwamen nu met de flesch in de kerk. Tijdens de preek nam men reed9 voor en na een slok, zoodat, als de in zegening zou beginnen, velen reeds in kennelijken staat verkeerden, terwijl, zoodra het jonge paar het „ja" had uitgesproken, de flesch nog eens lustig van hand tot hand ging. Vooral op den Zondagavond gaf dit tot ergerlijke tooneelen aanleiding zoo dat de kerkeraad in 1663 aan de Magi straat verzocht de toestemming te ge ven om de huwelijksvoltrekkingen al leen op Dinsdagen in de Groote Kerk te doen plaats hebben. De Magistraat weigerde zulks echter maar stond toe, dat het trouwen niet meer in den Zondagavonddienst zou geschieden, daar dan door de slechte verlichting de wanorde het grootst was." Tot zoover genoemde studie. Ik moet bekennen, dat een dergelijk beeld uit den goeden ouden tijd mij niet aanlokt. Ik houd het dan maar met onzen tijd. UIT DE OMGEVING. OEGSTGEEST. Gemeenteraad. Gisteravond vergaderde de raad dezer gemeente onder voorzitterschap van den burgemeester, den heer van Griethuysen. Aanwezig waren alle raadsleden. De voorzitter opent de vergadering en leest vervolgens de notulen der vorige vergadering, die onveranderd worden ge arresteerd. Daarna doet de voorzitter mededeeling van de ingekomen stukken, w.o. het ver slag van den Keuringsdienst van Waren over den tijd van 2 Jan. tot 30 Sept. 1928; voor kennisgeving. Ingekomen is een verzoek van den heer A. Lammens, te Katwijk aan den Rijn, die vraagt voor den bouw van drie auto boxen met bovenwoning van de bouwver ordening te mogen afwijken op enkele punten; in handen gesteld van B. en W. Een aantal inwoners hebben een re quest tot den raad gericht betreffende het doodschieten van losloopend aangetrof fen honden; gevraagd wordt deze veror dening in te trekken. Een ander request bedoelt het tegenovergestelde en wijst op de schade, door losloopende honden aan gericht. De voorzitter stelt voor, deze adres sen in handen te stellen van B. en W. om advies. De heer Uittenbogaard is voor di recte behandeling, welk voorstel wordt aangenomen. De heer Uittenbogaard acht dat De burgemeester en secretaris ieid- den den heer Ter Laan per auto rond, terwijl vanaf den Dorpstoren een dui delijk beeld van den toestand verkre gen werd. De h^er Ter Laan zegde zijn hulp toe. BOOTTREIN STOOMVAART-MIJ. NEDERLAND. Het agentschap van de Stoomvaart Maatschappij Nederland, de firma Crans en Co., te 's-Gravenhage, meldt dat de boottrein van het s.s. Koningin der Nederlanden, hetwelk 12 October a.s. te Genua verwacht wordt, Zater dagmorgen 13 October om 9.41 uur voorm. aan het Staatsspoor in Den Haag zal aankomen. A.-R. RAADSVACATURE. De heer J. de Groot, A.-R. lid van den Delftschen gemeenteraad, gaat die gemeente metterwoon verlaten en zal daardoor ophouden lid van den gemeenteraad te zijn. Dr. K, J. Bult is opvolger op de lijst der A.-R. partij. ACTIE SPOORWEGPERSONEEL. Te Utrecht heeft een vergadering plaats gehad van de hoofdbesturen der vijf spoorwegorganisaties over het voorstel van den personeelsraad om aan de directie der Nederlandsche Spoorwegen een uitkeering te vragen van een halve maand loon met een minimum van f70. De vergadering kon zich unaniem met dit voorstel vereenigen en droeg den personeelsraad op zich terzake zoo spoedig mogelijk tot de directie te wenden. Besloten werd zoo noodig na de conferentie met de directie een nieu we bijeenkomst met de hoofdbesturen te houden. HET NUT VAN DE KLEINE PERS. Met bijzondere instemming lezen wij in „De Nieuwe Meerbode" het vol gende: Velen zijn er die ons artikel over de Christelijke pers, onder den titel ,.De tegenwerkende krachten", geheel zullen beamen, maar van oordeel zijn, dat de grootere pers voor heel het land daartoe voldoende is, maar dat niet noodig is om ook een Christelijke plaatselijke, zoogenaamde kleine pers te hebben. Het Centraal Comité van A.-R. kiesvereenigingen is van ander ge voelen. Het heeft er krachtig bij de kiesvereenigingen op aangedrongen, om deze zaak ter hand te nemen. De oorzaak van dit krachtig op wekken zit waarschijnlijk in het sim pele feit, dat de positie van de A.-R. partij het stevigst blijkt juist in die streken, waar men een kleine Chris telijke pers heeft. Een en ander is trouwens uitne mend te verstaan, omdat de plaatse lijke pers .zooveel invloed heeft. Een groot aantal menschen leest niets anders. De gemeente-politiek speelt in de politieke ontwikkeling van elke plaats een groote rol. Het ontbreken van een eigen orgaan dat de positie van onze mannen in de gemeenteraden steunt en sterkt, is van groot belang voor heel het poli tieke leven. Alleen reeds om deze reden moet een eigen A.-R. orgaan verdedigd worden. In de tweede plaats ook, omdat de aanwezigheid van zulk een plaatse lijk orgaan ook het zich abonneeren op „Standaard" of andere A.-R. bla den kan bevorderen. Daar zijn nu eenmaal menschen. die het belangrijkste willen weten, wat er in hun streek gebeurt en daar om het neutrale plaatselijke dagblad lezen. Men wil geen twee dagbladen lezen en daarom leest men niet het A.-R. dagblad, dat niet genoeg kan geven van hun plaats, maar het neutrale dagblad. Indien er daarentegen een A.-R. orgaan is, dat natuurlijk niet zoo uit gebreid als' een dagblad, maar toch wel het belangrijkste geven kan, dan kan men zich abonneeren op dit plaatselijk blad en het A. R. orgaan, en aldus is men met weinig geld meer klaar en heeft meegeholpen, zoowel aan de groote als kleine pers. Willen alle Christenen dit eens goed overwegen? KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen, te Rotterdam (18de predikantsplaats): J. A. van Selms, te Nijmegen. Te Brielle (vacature-J. W. v. d. Does): J. G. Key, te Eek en Wiel Te Mastenbroek: N. War- molts. te Wezep. Te Zeist: C. M. Luteijn, te Apeldoorn Te Westzaan: A. J. P. Boeke, te Schoorl Te Ede: IT. Leenmans, te Delft. Aangenomen, naar Cubaard (Fr.): J. R. Wolfensberger, te Zeven hoven. Naar Beesd: W. Kool. te Hansdorp. Naar Frederiksoord: L. Meeth, te Kantens. Bedankt, voor Gorinchem: J. H. Schuurmans Stekhoven, te Spijkenis- se.. GEREF. KERKEN. Bedankt, voor IJlst: H. Th. van Munster, te Lollum. CHR. GEREF. KERK. Beroepen, te Meppel en te Wer kendam: I. v. d. Knijff, candidaat te Reeuwijk. GEREF. GEMEENTEN. Tweetal, te Aagtekerke: A. de Blois, te Dirksland; en J. Overduin, te Werkendam. Beroepen, te Utrecht: A. Ver hagen, te Middelburg. Bedankt, voor Borssele: A. Ver hagen, te Middelburg. BEVESTIGING, INTREDE, AFSCHEID. Ds. J. G. L. Brouwer (Utr.) hoopt Zondag 11 Nov. a.s. afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gemeente te De Meern, om Zondag 10 Nov. d.a.v. zijn intrede te doen te Alphen aan c'en Rijn, na vooraf bevestigd te zijn door zijn ambtgenoot, ds. J. Stehouwer, van Alphen aan den Rijn. Dinsdagavond werd ds. K. G. v. Smeden, gekomen van Kampen, door den consulent, ds. W. Bijleveld. van Haarlem, bevestigd bij de Chr. Geref. Kerk van Haarlem-Noord met een predikatie over Handelingen 10 vs 33. Sprekende over „De eerste ont moeting tusschen prediker en ge meente" werd achtereenvolgens stil gestaan bij: le. De hoorders; 2e. Den prediker; 3o. De prediking en 4e. Den zegen. Na bevestiging zong de gemeen te haren leeraar staande toe de ze genbede uit Ps. 134. Hedenavond doet ds. van Smeden zijn intrede. Ds. J. W. VAN PETEGEM. f In den ouderdom van 52 jaar i9 te Dinxperlo, na een langdurig lijden overleden ds. J. W. van Petegem, Hervormd predikant aldaar. Ds. Van Petegem deed 2 Maart 1902 zijn intrede te Horsten-Mussel- kanaal, in 1909 verthok hij naar Groede> op 20 Februari 1916 aanvaard de hij zijn herderlijk ambt te Dinx perlo, welke gemeente hij dus 12 jaar heeft mogen dienen. KLEER VRIJHEID. Ds. J. J. Meijer (vrijzinnig) schrijft in „Het Vaderland": .Hoe de gerefor meerden in oud of hersteld verhand zich kleeden tegenwoordig, weten wij niet. Wel weten wij, dat de toga daar niet wordt geduld als te wereldsch en te sierlijk. Misschien ook wel, om dat men niet gelijken wil op het ge nootschap, in 1886 verlaten. Of de predikanten daar tegenwoordig in jacquet optreden? Is dat niet wereld- gelijkvormig? Wij meenen juist van wel?" Ds. K. Schilder schrijft naar aan leiding van dit bericht in „De Refor matie" over het feit, dat zoo vaak over de gereformeerden geschreven wordt, zonder dat men ze kent. Inderdaad is dat ook in het stukje van ds. Meijer het geval. In de eerste plaats komt de toga bij geref. predi kanten zéér veel voor, en wisselt af met gekleede jas en jacquet daar, naar een anecdote die van ds. W. H. Gispen Sr. stamt in de Geref. Kerken wel niet, gelijk als in de Herv. Kerk, leervrijheid heerscht, doch wel kleervrijheid. En in de tweede plaats wordt de oga, waar ze niet gedragen wordt, nergens weggelaten om de re denen, door ds. Meijer genoemd, doch om de reden, door ds. Meijer niet ge- voorschrijven. Na een tocht van twee uren bereik ten zij eindelijk den zoom van bet bosch, en verkwikten zich aan het gezicht van de groene weiden, en den frisschen stroom, die er zich door heen slingerde. Hedwig vergeleek de witte zeilen, die over het water zweefden, bij de boodschappers van goede tijding, als Noach's duif. Helena vond de streek veel schoo ner dan zij verwacht had; Jo-hanna was tegen haar gewoonte stil. Zij keek met veel belangstelling om zich heen, en scheen aangedaan, hetgeen haar gelaat, dat altijd alle indrukken weer kaatste, duidelijk verrried. Het rijtuig reed op den harden grond sneller, spoedig waren zij aan de brug, reden den heuvel over, en zagen een toren boven de hoornen uit komen, en sterk tegen het donkere pijnbosch afsteken. Robbert verklaarde, dat dit Beu kenheuvel moest zijn, want men kon in de verte reeds de beukeboomen zien, waaraan het zijn naam ontleen de. De koetsier was zijn vraagbaak; deze was reeds eenmaal te Beuken heuvel geweest, en zeide dat hij ge lijk had. De rijtuigen rolden nu door een statige eikenlaan, die zich tot aan de rivier uitstrekte; in het verschiet za gen zij het dorp liggen met de groote boomgaarden, en daar boven het grauwe kasteel met zijn ouden toren, waarvan een vlag wapperde ten be wijze van de aanwezigheid des bezit ters. Het slot herinnerde in aanleg aan den tijd der Quitzows, die bet gebouwd, hadden, maar de laatste eigenaars hadden het nieuw opgebouwd, en er een vleugel bijgevoegd in den oor- spronkelijken stijl. Het slot, op een kleine hoogte gebouwd, die vroeger door grachten was omgeven, waardoor het water van den heuvel stroomde, was zeer schoon gelegen. In de grach ten, die thans droog waren, schoten allerlei struiken en gewassen weelde rig osp, en achter het huis verhieven zich uitgestrekte bosschen. Een eeuwenouden eik, verpleegd en ver zorgd door al de eigenaars, stond mid den op het plein, door een ijzeren hek omgeven, en beschutte het huis ge deeltelijk voor de al te felle zonne stralen. Het rijtuig reed het plein op en bleef stilstaan voor den breeden toren, die het oude slot met den nieuwen vleugel verbond. In vroegeren tijd hield men niet van hoofdingangen; men trad door kleine deuren en smal- lo gangen in de huizen, en zoo wa9 het ook hier. De heer Van Halier ontving zijn gasten beleefd op de stoep. De heeren Van Steendorp en Van Mengejn stonden reed9 naast hem. A (W.ardt vervolgdJ.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5