CHRISTELIJK D AC BLAD voor LEIDEN en OMSTREKEN Oil nummer bestaat uit TWEE Bladen Beianarijkste nieuws in dit Nummer. 9d° JAARGANG WOENSDAG 10 OCTOBER 1928 NUMMER 2561 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaali 2.50 Per weeki 0.19 Franco per post per kwartaal 1 2.90 Bureau: Hooigracht 35 Leiden Telefoonnummer 2778 Postbox 20 Postgiro 58936 JRpfjiyRgj Aangesloten op het Streeknet Lisse ADVERTENTIE-PRIJS Gewone Advertentiën per regel 22V» cent Ingezonden Mededeelingen dubbel tarief Bij contract belangrijke redactie Kleine Advertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden* worden da- gelijks geplaatst ad. 40 cents EERSTE BLAD. De toepassing van de Zon dagswet. Nu liet cassatieverzoek van liet vonnis van den Leidschen Kanton rechter, tot veroordeeling van den bioscoop-ondernemer te Leiden we gens overtreding van de Zondagswet, hij den Hoogen Raad aanhangig is en door mr. Marchant deze week namens den veroordeeld© vrijspraak is bepleit, is het misschien nuttig om nog een maal op een bepaald punt in deze zaak te wijzen. Pleiter heeft ook nu weer voor den Hoogen Raad het standpunt ingeno men dat toepassing van do Zondags wet in dit geval gelijk stond van het illusoir maken van de bepalingen van do bioscoopwet. Nu is het eigenaardig dat telkens als deze wet ter sprake komt men aanvoert, dat die wet andere wetten in den weg staat en dat de persoonlij ke vrijheid wordt aan handen gelegd. Dit nu is inderdaad juist als men meent dat een plichtmatige viering van den dag des Heeren niet of niet meer noodig is. De considerans van onze Zondagswet luidt nog altoos, dat het noodzakelijk is om de plichtma tige viering van den dag des Heeren door algemeen werkende maatregelen te verzekeren. Dat is naar onze mee ning heel natuurlijk als b.v. ons Bur gerlijk Wetboek regelen bevat die aan het Christendom zijn ontleend. Het zou wat moois zijn om ter wille van degenen die de vrije liefde pro- pageeren onze huwelijkswetgeving op zij te zetten, of terwille van het lang- vingerig gilde de bepalingen van het eigendom te schrappen. Zoo ook mee- nen wij dat o-nze Zondagswet inder daad van de rechtmatige onderstel ling uitgaat dat ieder Nederlander verplicht is den Zondag als dag des Heeren te vieren, evengoed als de wet onderstelt, dat ieder Nederlander eerlijk en kuisch zal leven. Nu wordt natuurlijk niemand ge dwongen om zijn persoonlijke mee ning ook daarmede in overeenstem ming te brengen. Evenmin wordt iemand gedwongen om buiten het openbaar terrein den Zondag te eer biedigen. In huis, in besloten vergade ringen e.d. is men vrij. De overheid gaat alleen over het openbaar terrein. Zelfs kan men de vrije meening op dat openhaar terrein nog toelaten, mits die meening geen geweld doe aan de Overheidsopvatting naar Christe- lijken grondslag. De Zondag blijve op dat openbaar terrein de dag des Heeren.. Naar onz emeening is daar geen compromis mogelijk. Geeft de Overheid eenige vrijheid dan moet die vrijheid niet in strijd komen met het beginsel van den. Zon dag. De stelregel, dat ieder vrij is op eigen terrein geldt ook hier mits hij daarmede niet op de rechten van an deren inbreuk maakt. Naar onze meening moet de rechter ook tussclien wetgevende bepalingen deze wederkeerige hulp en overeen stemming onderstellen, tenzij er uit drukkelijk strijd in de bepalingen is. Dit laatste, is naar onze overtui ging zeker niet het geval tusschen Zondagswet en Bioscoopwet. STADSNIEUWS. INAUGUREELE REDE. Dr. G. G. J Rademaker, benoemd tot hoogleeraar in de physiologie aan de Universiteit alhier als opvolger van wijlen prof dr. W. Einthoven, heeft hedenmorgen in het groot-auditorium der Universiteit zijn ambt aanvaard met het houden eener rede over: Wil lekeurige en onwillekeurige handelin gen. Spreker toont eerst met voorbeel den uit de medische litteratuur aan, dat de onderscheiding in willekeurige en onwillekeurige reacties vaak op onjuiste, no-g frequenter op onvol doend gefundeerde gronden geschiedt. De oorzaak hiervan is, dat *er geen er.kei objectief kenmerk bestaat, bet- welk een bepaalde handeling tot een willekeurige of onwillekeurige stem pelt. Een onwillekeurige handeling kan langzaam en snel uitgevoerd worden, zij kan eenvoudig, echter ook zeer sa mengesteld zijn. Een willekeurige handeling gaat met een wilsproces gepaard. Dit pro ces uit zich echter op geenerlei objec tief waarneembare wijze. Het is daarom onmogelijk, om bij anderen, hij zijn medemenschen, of bij dieren, objectief to constateeren of een handeling een willekeurige is. Voor 300 jaren ontwikkelde Descar tes het idee van reflex, f1at groote wetenschappelijke winst heeft opge leverd. Het heeft er toe bijgedragen, dat men systematisch aanving met 't opsporen der oorzaken van de ver schillende reacties, en met het nagaan langs welke deelen van het centrale zenuwstelsel de veroorzakende prik kels het effect, de reacties, verwekten. Bij deze onderzoekingen bleek, dat alle typische reflexen, alle typische onwillekeurige acties buiten de groo- le hersenen om tot stand komen, zoo o.a. de functies der inwendige orga nen, de spinale reflexen van Sherring ton, enz. Onder invloed van deze e.a. gege vens werd geleidelijk een indeeling der reacties naar hun anatomisch me chanisme in het leven geroepen. Als typische reflexen als typische onwil lekeurige handelingen werden die reacties beschouwd, welke over rug- gemerg en hersenstam tot stand kwa men, terwijl de reacties der groote hersenen als psychische en willekeu rige opgevat werden. Het eerst voor de hand liggende probleem was nu, welke handelingen huiten den invloed der groote herse nen om, dus bijv. na wegneming der groote hersenen, nog konden worden uitgevoerd, en daardoor als echte re flexen beschouwd moesten worden. Uit het onderzoek van dieren zonder groote hersenen bleken de twee vol gende belangrijke feiten. Ten eerste, dat het aantal prikkels, waarop ge reageerd woit, veel geringer is. Een aantal gezichts-, gehoor- en reukprik- kels verwekken geen reacties meer. Ten tweede toonden deze onderzoe kinken aan, dat groote-hersenlooze dieren, hoewel het aantal prikkels waarop ze rcageeren geringer is, bij toepassing van de juiste prikkels op de juiste plaatsen, nagenoeg elke han deling kunnen uitvoeren. Men kan ze vooruit, achteruit, links en rechtsom laten loopen, laten sprin gen, galoppeeren, zich on de achter- pooten laten verheffen, laten blaffen, brommen, janken, niezen, geeuwen. Het dier zonder groote hersenen ver richt deze 'handelingen met behulp van huidprikkels, van labyrinthprik- lcels en van prikkels uitgaande van gerekte spieren. Na deze geheel onvolledige opsom ming van de reacties, welke geheel reflecto-risch, dus geheel onwillekeu rig, tot stand kunnen komen, zal men zich wellicht afvragen welke de reac ties dan wel zijn, die als willekeurige beschouwd moeten worden, en omlei den invloed der groote hersenen, bet orgaan van het denkvermogen en be wustzijn, uitgevoerd worden. Behalve het werkzaam zijn van een grooter aantal prikkels, vertoonen normale dieren het vermogen op be paalde prikkels vaak anders te rea- geeren dan de dieren, waarbij de greote hersenen zijn weggenomen. Trekt men een hond aan den staart, dan zet het steeds de pooten.naar ach teren schrap en tracht naar voren to loopen. Bij een normalen hond zijn de reacties meestal, al naar de om standigheden, geheel anders. Wordt het dier aan den staart getrokken, terwijl het bezig is te eten dan zal het vaak eveneens de pooten naar achteren schrap zetten. Vaak echter ook, vooral als een vreemde den staart gegrepen heeft, zal het ineens den kop omwenden en naar de, den staart vasthoudende, hand hijten. Grijpt daarentegen een tekende, al spelende, het dier met een hand bij den staart, dan zal het wel eveneens den kop om wenden, echter meestal niet om de hand te bijten, maar om deze te lik ken. Hoe moeten deze verschillende reacties op een zelfde prikkel ver klaard worden? Zijn deze reacties willekeurige? De reacties der groote hersenen ver toonen de eigenaardigheid, dat ze bij herhaling van den prikkel vaak ver anderen. Wordt een schichtige hond voor de eerste maal plotseling bij den staart gegrepen, zoo zal hij meestal bijten. Herhaalt men dit vastgrijpen talrijke malen, gedurende meerdere dagen, dan zal dat meestal niet meer het geval zijn. Ook nu weer rijst de vrag of deze opheffing door herhaling al of niet door een psychisch, door een denk- of wilsproces, geschiedt? Het is de groote verdienste van Pav lov het mechanisme van de reacties, welke over de groote hersenen tot stand komen, systematisch bestudeerd te hebben. Pavlov had bij zijn stofwis selingsonderzoekingen een aantal zeer merkwaardige verschijnselen waarge nomen. Hij zag, dat op brengen van vaste of vloeibare stoffen in den bek van een dier een speeksel afgescheiden werd, waarvan de samenstelling ai naar den aard van de ingebrachte sïof verschillende was. Op inbrengen van zand, en eveneens van zure of scherpe vloeistoffen, werd een groote hoeveelheid zeer dun, wa terig speeksel, op het inbrengen van vleesch daarentegen een dik, veel ei wit bevattend, speeksel afgescheiden. Hetzelfde is pok hij dieren zonder groote hersenen het geval en wordt dus door zuiver reflectorische, onwil lekeurige, reacties bewerkstelligd.. Werd echter hij normale dieren met intacte hersenen het inbrengen van een bepaalde stof meerdere malen her haald, zoo trad deze afscheiding ook reeds bij het zien van de stoffen, ja bij het hooren aankomen van den persoon welke deze stoffen steeds inbracht, op. Pavlov noemt nu de prikkels, opge wekt door de in den bek gebrachte stoffen; welke, zoowel bij normale als bij dieren zonder groote hersenen een speekselsecretie te voorschijn roepen, onvoorwaardelijke prikkels, het zien van de stoffen, het hooren aankomen van den experimentator voorwaarde lijke prikkels der speekselsecretie. Pavlov ging nu le werking van deze laatsten, de voorwaardelijke prikkels na, en vond, dat deze alleen werkzaam waren, als aan zeer bepaalde regelen was voldaan. Pavlov onderzocht de werking van combinaties van prikkels, combinaties van licht-, geluid-, tactiele- en pijnprik kels, verder den invloed van geringe veranderingen der prikkels, van ver anderingen in de volgorde, van het plotseling toevoegen van een anderen prikkel, enz. De tijd laat niet toe de resultaten van elk dezer proefnemingen uitvoerig mede te deelen. Uit de proeven van Pavlöv bleek echter ten duidelijkste, dat ook bij de voorwaardelijke prik kels het verband tusschen prikkel en effect door, hoewel gecompliceerde, toch vaste we.tten en regels bepaald wordt, terwijl het niet gelukte het ef fect met behulp van beredeneerde wilsprocessen te verklaren. Dit laatste was voor het proces der voorwaardelijke speeksel-secretie a priori reeds niet te verwachten. De speekselserretie vindt toch bij den mensch min of meer onbewust plaats. Ook kan epn mensch niet willekeu rig een dun of dik speeksel afscheiden. Bij inbrengen van stoffen in den bek vertoont echter een dier niet alleen speekselsecretie: bij het inbrengen van vleesch likt het dier zich tevens den bek af, bij inbrengen van zuren maakt het afweerbewegingen en tracht het zuur uit den hek te verwijderen. Deze handelingen, welke bij den mensch welbewust verricht worden, treden hij intakte dieren eveneens op de voorwaardelijke prikkels, zoo o.a. op het zien van de stoffen, op, en het bleek, dat voor het optreden van deze reacties geheel dezelfde regelen gol den als voor de voorwaardelijke speek selsecretie. Het gehoorzamen aan vaste regels der reacties der groote hersenen sluit volgens Pavlov uit, dat deze reacties de gevolgen .^an een beredeneerd wils proces zijn. Volgens Pavlov zijn alle handelin gen terug te brengen tot twee groepen van reflexen: de onvoorwaardelijke relexen, tot stand komend over sub- cortiale centra, en de voorwaardelijke reflexen, tot stand komend over de groote hersenen. Dit geldt volgens Pavlov niet alleen voor de handelingen van dieren, maar ook van den mensch. Of dit voor alle menschelijke han delingen opgaat, moet natuurlijk nog bewezen worden, dat het voor talrijke reacties der menschelijke groote her senen juist is, is zeker. Volgens Pavlov is elke handelwijze een gevolg van prikkels, en hangt het van de volgorde waarin, en van den tijd, waarop de prikkels aangrijpen, dus geheel van vaste regels, af, welke handeling optreedt. Bij den mensch ddngen bepaalde processen tot het bewustzijn door en maken daardoor den indruk, bewust te worden uitgevoerd. Op overeenkomstige wijze maken andere handelingen den subjectieven indruk op willekeurige wijze, door den wil, uitgevoerd te worden. Het wilsproces is dus niet de oor zaak dezer handelingen, en daarom moeten volgens Pavlov de benamingen willekeurige en onwillekeurige han delingen uit de taal der wetenschap- nen, welke zich met de bestudeering der objectief waarneembare reacties bezig houden, geschrapt en door die van voorwaardelijke on onvoorwaar delijke reflexen vervanren worden. Vervolgens ging spr. uitvoerig het practisch nut van de besproken on derzoekingen na. De rede werd beëindigd met de ge bruikelijke toespraken, waarbij spre ker de groote verdiensten van zijn voorganger, Willem Einthoven, eri van zijn leermeester. Rudolf Magnus, welke beiden tot de grootste physiolo- gf-n van hun tijd behoorden, herdacht. ONDERWIJS-BEZUINIGING. De afdeeling Leiden van de Vereeni- ging van Hoofden van Scholen heeft het volgend adres tot den gemeente raad van Leiden gericht. Bij dezen neemt cle Afdeeling Lei den van de Vereeniging van Hoofden van Scholen in Nederland beleefd de vrijheid zich met het volgende tot U ten wenden. In Uwe vergadering van 13 Augus tus j.l. zijn verschillende besluiten ge nomen om tot bezuiniging te geraken op die uitgaven voor het lager onder wijs, welke ten laste van de gemeente komen. Zeer tot hun leedwezen zijn de hoof den der scholen, die als verantwoorde lijke leiders geroepen zijn aan bepaal de hesluiten uitvoering te geven, niet in de geledenheid gesteld, vooraf hun meening in deze kenbaar te maken of advies uit te brengen. Hoewel de hoofden van scholen be grijpen, dat zij op heden in de eenmaal genomen maatregelen hebben te be rusten en deze zoo goed mogelijk uit te voeren, meenen zij toch hun inzich ten in deze alsnog aan U kenbaar te moeten maken in het belang van het openbaar onderwijs in Uwe gemeente. Van de wenschelijkheid eener bezui niging op de uitgaven voor bovental lige leerkrachten zijn zij geheel en al overtuigd. Zij meenen echter, dat deze op voor het openbaar onderwijs minder scha delijke wijze had kunnen verkregen worden, dan ditmaal door Uw Colle ge is geschied. Er is voor het aantal leerlingen, voor wie openbaar onderwijs wordt ver langd, een te veel aan schoolruimte met een daarmede gepaard gaand te veel aan personeel. Dit verschijnsel heeft zich reeds eerder voorgedaan; in de laatste jaren heeft Üw College al meermalen de schoolruimte in bepaalde stadswijken moeien verminderen door de schoolbe volking zoo te comprimeeren, dat een goheele school buiten gebruik gesteld kon worden. De afgekeurde school aan do Van der Werffstraat kon zoodoende worden opgeheven; het vrijgekomen schoolgebouw aan het Plantsoen maak te den bouw van een nieuwe bijzonde re school overbodig, terwijl het over blijvend gedeelte kon worden ver kocht. De organisatie van het openbaar on derwijs aan de overige scholen bleef daarbij echter onaangetast. Wel gaf de overplaatsing van leerlingen onrust, doch slechts op eenmaal en voor- kor ten tijd; na eenige weken waren de kinderen ingeburgerd in de nieuwe omgeving. Er zullen daarbij stellig en kele leerlingen om redenen,-van af stand e.d. overgegaan zijn naar het hijzonder onderwijs, maar de voorstan ders der Openbare School konden in dit offer en in de houding van weinig- principieele ouders berusten, omdat de overblijvende scholen inzake inner lijke en uiterlijke organisatie gezond en gaaf bleven. Het door Uw College verkozen nieu we bezuinigingssysteem; combineeren van klassen, achten adressanten ech ter van veel nadeeliger invloed voor het Leidsche Openbare onderwijs in 't algemeen en vooral voor dat aan de betrokken scholen in 't bijzonder. Gaarne erkennen zij, dat door deze nieuwe methode het aantal schoolge bouwen althans voorloopig voor het openbaar Onderwijs behouden bleef, dat het aantal inlichtingen er niet door is verminderd, doch zij verkiezen in deze zeer nadrukkelijk „kwaliteit" boven „kwantiteit!" De mogelijkheid is nu geopend, en blijft dreigen, dat in meerdere scholen het onderwijs aan twee leerjaren wordt opgedragen aan één leerkracht, terwijl de organisatie dier scholen in haar geheel (leerplan, enz.) gebaseerd blijft op het algemeene stelsel van één leerkracht voor elk leerjaar, welk stelsel Leiden geduren de jaren en jaren niet anders gekend heeft. Bovendien bestaat de kans, dat voor de combinatie telkens weer an dere klassen gekozen zullen moeten worden, waardoor de algemeene gang van het onderwijs aan een school even zoovele malen verbroken wordt. Dat een sterke, ijverige, geroutineer de leerkracht voor twee klassen wer kende, heel wat kan bereiken, valt niet te betwijfelen, maar evenmin kan ont kend worden, dat zoo'n uitstekend on derwijzer in alle opzichten nóg beter en mooier resultaten in onderwijs en opvoeding behalen zal, wanneer hij zijn geheele persoonlijkheid (aandacht contact, leiding, enz.) aan één groep leerlingen van hetzelfde leerjaar wij den kan. Het combinatie-systeem wordt dan ook nergens toegepast, waar de nood er niet meer toe dwingt, d.w.z., zoodra het totaal aantal leerlingen, dat een bepaald soort onderwijs verlangt, het systeem van één leerkracht voor elk leerjaar mogelijk maakt. Binnenland. Het meeningsverschil over de ziek tegevallen op de Insnlinde opgelost. Het autogiro vlieg tuig te Waalhaven. Het conflict in de Aardewerkindus trie duurt voort. Het meeningsverschil over de va cature in het College van Ged. Staten van Ncord-Holland. De R.-K. Staatspartij en de komen de Kamerverkiezingen. Buitenland. Amerikaansch journalist uit Frank rijk uitgewezen. De Duitsche sociaal-democralen te- qen den bouw van den pantserkruiser. Tsjang Kai Sjek is tot voorzitter van den Chineeschen staatsraad be noemd. Ernstige instortingsramp te Praag. De prins van Wales in Afrika. Het openbaar onderwijs als zooda nig met zijn totaal aantal van eenige duizenden leerlingen verkeert in Lei den niet in dien noodtoestand, maar behoeft onder invloed van tal van fac toren en omstandigheden een economi scher groepeering van leerlingen, waarbij het teveel aan schoolruimte wordt ingekrompen door 't uitschake len van één of meer scholen. Dit ver schijnsel doet zich, na de Wet van 1920 en door andere oorzaken in bijna alle groote gemeenten voor. Met tal van middelen (ernst, toewij ding, bezonnen tact, enz.) kunnen de voorstanders werken voor het behoud en den bloei van het Openbaar Onder wijs, maar tot deze middelen rekenen zij niet 't in stand houden van school gebouwen door noodmaatregelen, die in een stad als Leiden een onge- wenschten en verkeerden indruk maken naar buiten en naar binnen schade berokkenen aan de verstande lijke en zedelijke vorming der school jeugd. Hadden adressanten te voren de ge legenheid gehad hun stem te laten' hooren, zij zouden Uw College combi natie van leerjaren als bezuinïgings- systeem ernstig ontraden hebben en U verzocht de noodzakelijke besparing te zoeken in de opheffing van een of meer scholen, waarbij het Openbaar onderwijs als zoodanig onaangetast bleef. Achteraf kunnen zij nu niets anders doen, dan hun inzichten aan Uw Col lege ter kennisname over te brengen en daarbij de hoop uit te spreken, dat bovenstaande beschouwingen van hen, die jarenlang de praktijk van 't Leid sche Openbare Onderwijs, èn in hun klasse, èn als leider der school, heb ben leeren kennen, in ernstige overwe ging genomen zullen worden, zoodra Uw College opnieuw in deze voor prin- cipieele beslissingen wordt gesteld. DE GRIEKSCHE SPORT. In het groot-auditorium der Univer siteit heeft Prof. Dr. Bruno Schroder uit Dresden, gisteravond gesproken over: de Grieksche sport en haar uit beelding in de kunst. De klassieke oudheid, aldus ving spr. zijn lezing aan, is door de opeen volgende geslachten steeds opnieuw bestudeerd en steeds weer zijn de vraagstukken, die op bepaalden tijd aan de orde waren, in samenhang met de antieken gebracht. Een wezenlijk kenteeken van onzen tijd is, naast de industrie, het harts tochtelijk begeeren door steeds groo ter wordende volksklassen van licha melijke oefening en bekwaamheid. Evenzoo heeft eens de Grieksche jeugd voor de overwinning in de athletische wedstrijden gevochten. En zoo hebben leeken en geleerden met nieuw opge wekt enthousiasme hun belangstelling getoond voor de Grieksche lichaams oefeningen, die door haar gevolgen het geheele cultuurleven der oudheid, religie, staat, literatuur, en kunst doordrongen, In het bijzonder is de vormende kunst der Grieken ondenk baar, zonder de voorbeelden, die haar door gymnastiek en wedstrijden zijn gegeven. Het uitgebreide programma der li chamelijke opvoeding en der wedstrij den is in allerhande kunstwerken uit gebeeld. De Grieksche kunstenaars hebben daarbij bewezen een uiterst fijn gevoel te bezitten, daar zij een scherp onderscheid wisten te maken tusschen de motieven, die door de schilderkunst dienden bewerkt te wor den, en die, welke meer in het bijzon-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 1