CHRISTELIJK DACBLAD voor LEIDEN en OMSTREKEN Dit nummer bestaat oil TWEE Bladen. Belangrijkste nieuws in dit Nummer. 9* JAARGANG DINSDAG 14 AUGUSTUS 1928 NUMMER 25T3 NIEUWE LEÏDSCHE COBRA ABONNEMENTSPRIJS in Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal.1 230 Per week.1 0.19 Franco per post per kwartaal i 2.90 Bureau: Hooigracht 35 - Leiden Telefoonnummer 2778 Postbox 20 Postgiro 58936 Aangesloten op het Streeknet Lisse EERSTE BLAD. Vrijgestelden. Over de vrijgestelden oftewel gesa larieerde bestuurders der vakbewe ging wordt niet steeds gunstig geoor deeld. Van tweeërlei zijde zijn zij het voorwerp eener niet steeds billijke, ja, dikwijls zeer onbillijke critiek. Er zijn er onder de patroons, die in hen zien menschen, die er steeds maar op uit zijn onrust en agitatie te ver ken. Zonder hen zouden de arbeiders toch zoo tevreden en gelukkig zijnl Maar ook onder de arbeiders laat de waardeering voor hun vrijgestelden wel eens wat te wenschen over. Men ziet in hen de „heeren", die het dan toch maar veel beter hebben dan zij- zelven. Wat nu dit laatste betreft, het ge vaar is inderdaad niet geheel denk beeldig, dat de stand der vrijgestelden van dien der arbeiders dreigt te ver vreemden. Toch moeten we hier niet overdrijven, want al zijn de salaris sen der vrijgestelden over het alge meen belangrijk hooger dan die der arbeiders, wier vertegenwoordigers ze zijn, daar staat tegenover, dat zij als regel ook een langeren werktijd heb ben. Hunne meeste avonden zijn be zet en van een achturendag voor hen is geen sprake. En de critiek van werkgeverszijde, als zouden zij onruststokers zijn, mo ge van toepassing zijn op de syndica listen en enkele moderne arbeiders leiders, van de vrijgestelden van de Christelijke vakbeweging kan dit toch zeker niet gelden. Zij stellen zich niet op het standpunt van den klas senstrijd, maar beoogen de toenade ring der verschillende maatschappe lijke groepen. Zeer juist zet Mr. P. S. Gerbrandy in zijn onlangs verschenen werk „De strijd voor nieuwe maatschappijvor mend de taak der vrijgestelden bij den huidigen stand der maatschappelijke ontwikkeling uiteen: „De bezoldigde bestuurders zijn meer dan voorzitters of secretarissen van een kleineren of grooteren bona, zij behooren tot die bonden, komen daaruit voort en toch zijn zij ook meer en anders dan de leden. Het is Chrlstelijk-sociaal gezien, dat zoowel onderneming als bedrijf zich openbare als een eenheid en gemeen schap, waarin den werknemers een behoorlijke plaats is ingeruimd. Maar daarnaast blijft de toestand van ons alle belangen kris kras dooreen ge strengeld nationale en internationale economisch leven eischen, dat als de werknemers samen en in dezen plukken de ongeorganiseerden de re sultaten van den arbeid der organisa ties dat die groote groep, die zoo passief zich verhoudt tegenover den grooten gang der productie, beschikke over een stand van menschen, die kunnen doen, wat zij intensief niet kunnen, zich rekenschap geven van de talrijke vragen, die in den gang van bedrijf of onderneming van be lang zijn, en behalve over loon en ar beidsduur, ook over die zaken reken schap afleggen in het geschreven woord der kleine en aparte vakver- eenigingsbladen en periodieken of op vergadering en congres. Door den eigen stand der vrijgestel den strekt en ik.geef gaarne toe, dat het nog veelszins eenzijdig ge schiedt de arbeid, strekken de ar beiders als door den stand, die van hun vleesch en van hun eigen bloed is en hun volle vertrouwen heeft, de hand uit naar het doel der onderne ming en der bedrijven en ook der voortbrenging zelf, naar haar grenzen, haar mogelijkheden, haar innerlijken samenhang. Op dien eigen stand rust de plicht en de ontzaglijke verant woordelijkheid, het volk der werkers tot beschutting te strekken, ja zeker, maar ook hen tegen te staan, als de hand wil grijpen, wat zij niet grijpen mag. Leiders en vertrouwensmannen, onafhankelijk van geest, afhankelijk in de materie! Die positie, die functie is er, ze staat vast in het economisch leven en heeft haar constructieve taak ten deele be grepen. Of ze die ten volle begrijpen zal, hangt af van den invloed, dien het Christendom oefent op den geest en de ziel van de menschen der 20ste eeuw. Wie zich van de hierin openbaar wordende beteekenis dezer mannen voor de vorming van bedrijfsrecht in e collectieve arbeidsovereenkomsten, voor het inlichten en doen meeleven in den gang der productie van de werknemers, voor het noodzakelijk zich te weer stellen tegen dreigende dictatuur van grootmachten in handel en industrie, voor het mede oplossen van practische vragen van sociale wetgeving, voor de behandeling van economische vraagstukken onder hoe de van den Volkenbondsraad, voor het doordringen van de gedachte, dat de productie gemeenschappelijke taak is, wie daarvan zich wil overtuigen, die make eens enkele vergaderingen, con gressen of sociale conferenties mee en leze eens getrouw een jaar lang de uitgebreide pers der vakvereenigin- gen, de periodieken inbegrepen. De bezoldigde bestuurders, als ver tegenwoordigers in den arbeid, repre- senteeren een in onzen tijd noodzake lijken stand in het maatschappelijk leven. Maatschappelijk fascisme en tuchteloos optreden van ontevreden werknemers, tegen die beide zij deze stand een bolwerk. Juist omdat zulk een stand en groep aanwezig is, is het mogelijk in de groeivormen onzer maatschappij steunpunten te vinden tot betere or ganisatie. Elk pogen die steunpunten kunstmatig te formeeren, zal uitloo- pen op een teleurstelling. Eén ding moge ik hier nog aan toe voegen. Ik zie zeker het gevaar van af te dolen naar een klassenstrijd-tao tiek, maar men erkenne juist in chris- telijken kring den ontzaglijken ze gen, die hierin gelegen is, dat de chris- telijk-sociale gedachte een tehuis, (een Heimstatte) vindt zooals het Calvinis me in Genève, in onze Christelijk-So- ciale arbeidersbeweging, in het Chris telijk Nationaal Vakverbond, en war me toegewijde harten in dat tehuis heeft aangetroffen. Dat dit het geval is, lieb ik persoonlijk ervaren en het heeft mij versterkt ook in het begrij pen van de algemeene noodzaak tot een vertegenwoordiging in den arbeid door een eigen, hoogstaande en ge vormde groep van leiders. De vertegenwoordiging in den ar beid, met den gespecialiseerden ai^ beid der bezoldigde bestuurders, zoo als die in ons hedendaagsch bedrijfs leven als met een vaste kern, tot te genweer tegen al te groot overwicht geëigend, is gevormd, staat niet al leen stevig geworteld in het sociaal- economisch, maar ook in het geestelijk leven onzes volks." STADSNIEUWS. COMITé TOT VIERING VAN KONINGINNEDAG. Ondanks het feit, dat het mooie zo merweer niet aanlokte tot vergaderen, heeft bovengenoemd Comité gister avond in hotel „De Burcht" een der groote vergaderzalen geheel gevuld gehad met afgevaardigden van de ver- eenigingen. die hun medewerking tot de-elname aan de feestviering op 31 Augustus hadden toegezegd. Eveneens waren eenige leden van het Eere-Comité aanwezig, terwijl de Burgemeester, de eere-voorzitter, we gens een avondzitting van den Ge meenteraad verhinderd was ter verga dering te verschijnen. Tegenwoordig waren afgevaardig den van 24 Vereenigingen, hetgeen dus wel blijk geeft van medeleven met het werken van het Comité. Do Voorzitter, de heer L. Questroo, dééd mededeeling van de werkzaam heden van het Comité en besprak het opgemaakte programma, hetwelk nog deze week in druk zal worden gegeven In grove trekken biedt het program ma het volgende: Opmarsch der deelnemers(sters) vanaf de Nieuwe Kaasmarkt naar het feestterrein aan het Rijn- en Schieka- raal. Daarna Vaandelgroet; dan wordt een aanvang gemaakt met de demon straties: gymnastiek, athletiek, korf bal, handbal, grensbal, slingerbal; de monstraties van de verschillende pad- vindersgroepen, enz. Een en ander zal worden opgeluis terd door het Stedelijk Muziek Corps in afwisseling met het Politie Muziek Gezelschap, terwijl een zangvereeni- ging zal trachten de toeschouwers tot gemeenschapszang te bewegen. Wat betreft tijd van aanvang, en treeprijs en dergelijke, geeft het bin nenkort verschijnend programma vol ledige inlichtingen. Na afloop dezer demonstraties wordt een optocht gehouden door een groot gedeelte der stad. Des avonds worden op drie plaatsen avondconcerten gegeven en wel op de feestelijk verlichte Korenbeurs op de Lammermarkt en in „Musis Sacrum". 7codat, daarbij gevoegd het Schoolkin- derfcest des morgens, de goheele dag gevuld is en er dus van den vroegen morgen tot den laten avond een op gewekte feeststemming zal heerschen. Tot controleurs van de finaneieelo operaties van het Comité werden be noemd de heeren Telang, J. Ginjaar en J. Slegtenhorst. Het lag in de bedoeling van deze vergadering na de a.s. feestviering een vaste Vereeniging te vormen, opdat luen in de toekomst verzekerd zij* Van geregelde feestviering op Koninginne dag. Nadat de voorzitter de aanwezigen opwekte veel propaganda te maken en do stad op 31 Aug. een feestelijk aan zien te geven door zooveel mogelijk vlaggen uit te hangen en oranje te dra gen, sloot hij te half elf deze druk be zochte en uitnemend geslaagde verga dering. KAPELAAN H. BROUWER. Kapelaan H. Brouwer, die ruim 6 jaar hier kapelaan geweest is aan de St. Petrusparochie (kerk Langebrug), is benoemd tot pastoor van de paro chie van O. L. Vr. Altijddurende Bij stand („de Baarsjes") te Amsterdam, als opvolger van pastoor J. Huibers. VOLKSCONCERT. Programma van het Volksconert Musis op Vrijdag 17 Aug., des avonds te 8 uur. 1. „Scaldis", marsch, Morks; 2. Ouverture „La finta Giardiniera", Mo zart; 3. „Espana", wals, Waldteufel; 4, Fantaisie uit de opera „Tiefland", tl'Albert; 5. „Standchen", cornet-solo, Geijp (door M. Kouprie); 6. Cilvia Bal let, Delibes, a. Prélude, b. Les Chasse- resses, c. Intermezzo et Valse lente, d. Pinzicoto d'Cortége de Bacchus; 7. „Luit.-kolonel van Waveren", marsch, Geijp. VIERVOUDIG JUBILEUM. De N. V. F. Pieck Confectiefabriek alhier, viert a.s. Donderdag het 25-ja- rig jubileum van vier leden van haar personeel, namelijk: mej. v. d. Voor den en de heeren J. Fleur, Th. Bergs- ma en C. Schrijvers. De officieele huldiging der jubilaris sen zal plaats hebben om kwart voor negen 's morgens. ZILVEREN JUBILEUM. Heden herdenkt de heer K. Wielinga agent van politie lste klas hier ter ste de, den dag waarop hij voor 25 jaar als zoodanig in dienst der gemeente kwam. Reeds meer dan 15 jaar heeft de heer Wielinga den rang van agent lste klasse. Ter gelegenheid van zijn zilveren feest werd hij heden op hartelijke wij ze gehuldigd. Nadat hij des morgens te 10 uur door den burgemeester, mr .A. van de Sande Bakbuyzen, op diens kamer ten stadhuize, in waardeerende bewoor dingen was toegesproken en hem de gebruikelijke enveloppe met gratifica tie was overhandigd, werd de jubilaris met echtgenoot© en kinderen door su perieuren en collega's ontvangen in de theoriezaal van het politiebureau. De muziek van het corps, onder lei ding van den heer Bolderdijk, onthaal de den jubilaris op een vroolijken marsch bij het binnenkomen, waarna öe voorzitter der jubileumcommissie, de heer J. Swart, den heer Wielinga toesprak. Spr. zeide, dat deze dag wel een fe licitatie en een huldiging waard was, omdat de jublaris al die jaren zijn ambt heeft utgeoefend als in een gla zen kastje. Voor zoover betreft de 10 joren, dat spr. met hem heeft dienst gedaan, kon hij zeggen, dat de jubila ris zijn taak met nauwgezetheid en op- gewekten ijver heeft vervuld, doch niet bevoegd zijnde daarover te oor- deelen wilde hij wijzen op de collegia liteit van den jubilaris, waarin bij voor allen een voorbeeld is geweest. Steeds heeft hij met zijn collega's meegeleefd en ondanks zijn somtijds minder goe de gezondheid toonde hij zich steeds een kalm, bedaard en trouw vriend. Tenslotte overhandigde spr. hem als stoffelijk aandenken een fraaie hang klok, waartoe alle inspecteurs, de commissaris inbegTepen, de hoofd agenten en collega's hebben bijgedra gen. Spr. eindigt dan met den wensch, dat de jubilaris in de nog resteerende joren zich dezelfde kameraad en vriend zou blijven betoonen. Hierna nam de inspecteur, de heer L. Duval, het woord, om als onmiddel lijk chef van den jubilaris te getuigen, dat de heer Wielinga zijn taak steeds raar behooren heeft vervuld. Hij moge zich trouwens overtuigd houden, ge zien de aanwezigheid van een vijftal inspecteurs en zoovele collega's, dat hii door het corps geëerd is. Spr. uit voorts zijn beste wenschen voor den jubilaris. De heer Wielinga verklaarde hierna tot dezen dag opgezien te hebben als tot. een berg, omdat hij geen spreker is. Spr. zegt dankbaar te zijn jegens God, die l>em al die jaren heeft bijge staan. Dan brengt spr. dank aan de buldigingscommissie voor het fraaie geschenk en dankt allen, die daartoe hebben bijgedragen. Tevens dankt spr allen voor bun aanwezigheid en spe ciaal de muziek. Hierna konden allen den jubilaris persoonlijk complimenteeren. Daarna werd de jubilaris met huis- genooten door den commissaris, den beer Meyer, op diens bureau ontvan gen. Des middags gingen zeer velen den jubilaris te zijnen huize, Verlengde Oosterstraat 57, complimenteeren. PAARD VERONGELUKT. Hedenmorgen omstreeks half 12 be vond zich de milicien A. J. van het 6de regiment veldartillerie alhier met twee paarden, waarvan hij er één bereed, op den Rijnsburger weg te Oegstgeest, toen beide paarden schrikten voor het opwaaiende zeil, waarmede een langs den weg opgestapelde partij bloemkool was bedekt. Het paard, waarop de milicien geze ten was, maakte een zijsprong en kwam hierbij met de linkerdij terecht in een ijzeren pin van een juist pas- srerende vrachtauto van den heer G. C. Verheul uit Waddingsveen. Het lichaamsdeel werd geheel open gereten en binnen korten tijd was het paard doodgebloed. Het cadaver is naar het openbaar slachthuis alhier overgebracht. Gisteren geraakte de 10-jarige .T. de W. in de Oude Rijn, nabij de Schrij- versbrug te water. De brugwachter, M. van Lieshout, wist met behulp van een dreg het ventje weer op het droge te brengen. Het was evenwel reeds be wusteloos, maar na eenigen tijd kunst matige ademhaling te hebben toege past, kwam het leven weer terug. Dr. Gerritse van den E.H.D. kon geen af wijkingen constateeren, zoodat de jongen per auto naar zijn woning kan worden gebracht. Gemeenteraad Leiden. (Vervolg van het Bijblad). Avondverg adering. In de avondvergadering werd voortgezet de behandeling van het laatste punt der agenda. Weth. Reimeringer (V.B.) wil, af wijkende van de gewoonte, als wethouder een woord in het midden brengen. De wethouder van onderwijs "heeft dit voor stel gedaan voor financieel voordèel. Spr. wil geen bespiegeling houden over het openbaar en het bijzonder onderwijs. Uit de discussie van hedenmiddag waarin veel waardeering naar voren is gebracht voor het O.L.O. is veel te leeren geweest. Spr. juicht de onpartijdige houding van weth. Tepe toe en de manier waarop hij tot de opheffing van de scholen wilde ko men is zeker sympathiek. Wat spr. hier naar voren wilde brengen is voornamelijk de vraag wat het zwaarste moet wegen: de financiën of de waarde van het onder wijs. Leiden heeft steeds bekend gestaan als een stad waar zeer goed onderwijs werd gegeven en spr. gelooft dat kleine klassen voor de goede vrucht van het on derwijs beter zijn dan groote klassen Spr. weifelt echter om zijn stem tegen het voorstel van B. en W. te verheffen en hij zal er zich dan ook bij neerleggen. Spr. hoopt evenwel, dat wanneer het O.L. on derwijs mocht vooruit gaan, de wethouder dadelijk van de gedane stap zal terugkee- ren. Daarna spreekt weth. Tepe (R.K.). Spr. zegt dat hij eenigszins onaangenaam is getroffen door enkele uitdrukkingen van den heer Sijtsma die gesproken heeft over „nekken van het, O.L. onderwijs" en „het uitstrijden van den strijd". Spr. zal zich deze woorden evenwel niet bijzonder aan trekken want men zal altijd wel bij der gelijke zaken blijven stuiten op onaange naamheden. Er is slechts een motief ge weest wat tot dit voorstel leidde en dat is de vraag of op de post boventallige leer krachten ook eenigszins bezuinigd kon worden. Wat betreft de klacht van den heer Sijtsma dat de stukken niet gelijk met de andere stukken aan de leden van den Raad zijn toegezonden, antwoordt spr.. dat de oorzaak daarvan is, dat men de plannen zooveel mogelijk wilde laten rijpen. Vanwege de verantwoordelijkheid van deze zaak was het noodig, dat de stukken niet lang voor de behandeling in den Raad konden worden verzonden. Wat betreft de opmerking van den heer Verwey dat verschillende onderwijsorga nisaties niet over deze voorstellen zijn ge hoord, antwoordt spr., dat B. en W. van meening zijn, dat ze genoeg lichamen van advies te hunnen dienste hadden, terwijl in de coqunissie van den Raad bijna alle fracties vertegenwoordigd zijn. Tusschen haakjes zegt spr., dat de Bond van Ned. Onderwijzers, ondanks bet feit, dat hij daartoe niet uitgenoodigd was, de voor stellen heeft behandeld. Komende tot de voorstellen van B. en W. zegt spr., dat bezuiniging de wezen lijke oorzaak was. Daartegen heeft dan ook niemand zijn stem verheven. Op de boventallige onderwijzers kon op twee manieren bezuinigd worden: ten eerste ADVERTENTIE-PRIJS Gewone Advertentiën per regel 221/» cent Ingezonden Mededeelingen dubbel tarief Bij contract belangrijke rednctle Kleine Advertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden da gelijks geplaatst ad. 40 cents Binnenland, Internationaal congres van anti- militair is tische geestelijken. Onderwijsdebat in den Leidschen Ge meenteraad. Instelling van een departement van defensie. Verlaging der passage-tarieven naar NetL-Indlë. Buitenland. Het antwoord van den Volkenbond aan Litauen. Nachtelijke luchtmanoenvres boven Londen. Een petitie der Australische werk- loozen. Scherpe critiek op de deelneming der Britsche cavalerie aan de Fran- sche manoeuvres in het Rijnland. Groote Juweelendiefstal te Ostende. ineens door opheffing van enkele scholen en ten tweede door geleidelijke opheffing van scholen. De eerste manier heeft bij geen der sprekers steun gevonden. De tweede manier brengt onvermijdelijk me de het vormen van duhbelklassen. Over deze zaak het vormen van duhbelklas sen bestaat verschil van gevoelen, ook in onderwijzerskringen. Spr. citeert eeni ge uitspraken van autoriteiten op school gebied, waaruit blijkt, dat zij veel voor- deelen zien in het vormen van duhbel klassen. Er is zeer zeker verschil van ge voelen mogelijk. In dit verband komt spr. op tegen een uitdrukking van den heer Bosman, die zich sterk gekant heeft tegen de klassen- samenvoeging en die daarom in overwe ging heeft gegeven dat dubbelklassen- stelsel te vermijden. De heer Bosman heeft gesproken over het tweemaal per jaar aanmelden van leerlingen en ge vraagd of dit systeem niet opgeheven kan worden. Spr. is van oordeel, dat als dat gebeurt, het geen financieel effect zal sor- teeren. Voor "bezuiniging heeft men daar niets aan. Wat betreft de amendementen van de heeren Verwey en Sijtsma merkt spr. op dat deze voor B. en W. absoluut onaannemelijk zijn omdat ze met de eene hand nemen, van ze met de andere hand geven. Wanneer dergelijke amendementen aangenomen worden kan men beter tegen het voorstel stemmen. Er blijkt uit, dat men wel de bezuiniging wil. maar niet het middel daartoe. De heer Sijtsma wilde ook, bij eventu- eele combinatie van klassen, alleen com binatie van opeenvolgende klassen. Dit zal zeker de regel zijn, maar kleine afwijkin gen, als b.v. het combineeren van een kleine vierde en een kleine zesde klas, ge looft spr. niet dat schaden zullen. Spr. komt dan tot de vraag of in het Haagwegkwartier een nieuwe school zal moeten worden gesticht of niet. Spr. licht de geschiedenis van deze zaak toe en wijst er op dat overwogen wordt een verbinding tusschen het Haagweg- en Morschkwar- tier. Dat zal hóofdzakelijk geschieden uit een oogpunt van het verkeer, maar voor het onderwijs zal het zeker ook van groot belang tijn. Daardoor zal men niet komen te staan voor het feit, dat in de twee ge noemde kwartieren twee kleine scholen aanwezig zijn, maar kan één groote schooi tot stand komen. Spr. gelooft dan ook niet dat in deze vergadering plaats is voor de motie van ae heeren Sijtsma en Verwey. B. en W. adviseeren eerst de verbinding tusschen het Haagweg- en Morschkwartier af te wachten. De totstandkoming van zulk een verbinding zal zeker niet later tot stand behoeven te komen dan de stich ting van een O.L. school. Ten slotte dankt spr. den heer Meijnen voor zijn steun aan B. en W. en meent overigens de verschillende sprekers be antwoord te hebben. De heer S ij t s m a (V.D.) repliceerend, zegt dat hij de uitdrukking „nekken" van het onderwijs gebruikt heeft om vooral de menschen van zijn eigen richting en de menschen van de S.D.AP. er op te wij zen, dat de rechterzijde het O.L. onderwijs niet sympathiek gezind is. Wat betreft het te laat komen van de stukken antwoordt spr„ dat de waarheid van zijn woorden zich gemanifesteerd heeft in het debat. Slechts enkele heeren waren van de zaak op de hoogte. Wat overigens zijn motie betreft, zegt spr., dat liij deze in haar geheel handhaaft. Spr. is er niet van overtuigd, dat het maximum aantal van 36 leerlingen zooveel afdoet aan het voorstel van B. en W. Het punt van de school aan den Haagweg wil spr. eveneens handhaven, maar hij heeft er geen bezwaar tegen dat deze alinea ver valt omdat de motie van den heer Ver wey betzelfde bedoelt. De uitdrukkin „met eindonderwijs" kan vervallen. De heer M e Ij n e n (CJL) onder steunt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 1