ilUWE LEIDSCHE COURANT van VRIJDAG 10 AUG. 1928 TWEEDE BLAD. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Winschoten (Evange lisatie), P. J. van Veen, te Nieuwe Pekela. Te Wanswerd en Jislum c.a., J. E. Klomp, te Oldebroek. Aangenomen: Naar Nisse, P. L. D. J. van Oeveren, te Ten Boer. Bedankt: Voor Geldrop, H. H. Schip per, te Willemsoord. Voor Zevenbergen (toez.) P. de Bruyn te Driebergen. PRAEPARATOIR EXAMEN. De classis Meppel der Geref. Kerken heeft op haar vergadering van 8 Aug. ge ëxamineerd en met algemeene stemmen beroepbaar gesteld cand. W. van de Kerk. Deze verzoekt de Kerken evenwel voor- loopig nog geen beroep op hem uit te brengen. Wel is hij gaarne bereid de Ker ken des Zondags te dienen. CANDIDATEN TOT DEN H. DIENST. De heer- E. Brunsting, Theol. cand. te Pernis, verzoekt aan „De Rott." mede te deelen, dat hij na 1 September a.s. gaar ne een eventueel beroep bij de Geref. Ker ken in overweging zal nemen. ZENDING. Dr. J. Offringa, geneesheer-directeur van het Petronella-Zendingshospitaal te Djocja, met verlof hier te lande, hoopt 16 November a.s. van Genua met het s.s. „de Koningin der Nederlanden" te terugreis naar Indië te aanvaarden. Mej. Joh. Piccer, hoofd der huishouding aan het Petronellahospitaal te Djocja, zal 11 Jan. 1929 met de „Johan de Witt" van uit Genua naar Indië terugkeeren. GODSDIENSTOEFENINGEN TE NES. Kwamen de badgasten, die 's zomers te Nes (Am.) vertoefden menigmaal des Zon dags naar Hollum om daar de Geref. Kerk te bezoeken, meerdere zagen op tegen de reis en bleven des Zondags stil in hunne strandhuisjes. Pogingen aangewend om te Nes ook godsdienstoefeningen te hou den, mislukten, daar de aanvragen om Herv. Kerk en Doopsgez. Kerk werden af gewezen. Dit jaar kwam hierin verandering. Twee Zondagen achtereen predikten er Geref. predikanten in de Doopsgezinde Kerk te Nes en uit de opkomst bleek (de kerk kon de schare niet bevatten), dat hier een behoefte vervuld werd. Deze behoefte deed de kerkeraad der Geref. Kerk te Hollum handelen. Een houten loods werd gekocht, land werd ge pacht, ameublement werd aangevoerd en zoo zal, zoo de Heere wil, a.s. Zondag het Woord worden bediend in een zaal, die al de menschen wel zal kunnen bevatten. Jammer echter, dat men zoo groote moeite moet doen, om een predikant te Nes te krijgen. REUNISTENORGANISATIE VAN N. D. D. D. De Reunistenorganisatie van N.D.D.D. zal haar eerste jaarvergadering houden op Vrijdag 19 October a.s. te Amsterdam. Het is aan het Moderamen gelukt, Prof. Anema voor deze vergadering als spreker te krijgen. Prof. Anema hoopt te handelen over: „De Volkenbond gezien in algemeen historisch licht". Reeds meermalen heeft de hoogleeraar in woord en geschrift, zich over de be- teekenis van den Volkenbond geuit, maar over dezen kant van de zaak, die toch ook zeer belangrijk is, heeft hij nog niet in het publiek gesproken. Verwacht mag worden, dat een rede over dit onderwerp en van dezen spreker bij de reünisten van alle faculteiten belangstelling zal wekken. Met den groei der organisatie gaat het naar wensch. Het aantal leden is reeds aanmerkelijk boven de honderd gestegen en neemt nog geleidelijk toe. In verschil lende deelen van h"t land zijn al studie kringen gevormd, in andere zijn ze nog in voorbereiding. Ook kwam er reeds contact met reünisten in Ned.-Indië. De oprich ting van studiekringen kan ook daar al spoedig verwacht. In aanmerking geno men dat de Reunistenorganisatie nog maar kort bestaat, geeft dit resultaat re den tot tevredenheid. Het Moderamen is nu compleet, en be staat thans uit de heeren: P.rof. Dr. D. II. Th. Vollenhoven, Amsterdam, praeses; Ds. C. v. d. Woude, Schiedam, ab-actis; Mr. Joh. II. Scheurer, Amersfoort, fiscus; Mr. J. J. Harigelbroelt, Den Haag; Ds. P. N. Kruijswijk, Vlissingen. CONFERENTIE ZENDINGSSTUDIE RAAD. De tweede zoinerconferentie in het con ferentieoord te Lunteren werd gepresi deerd door Ds. D. Pol, Geref. pred. te Rijs- oord. Vice-voorzitter is Ds. J. Wolfens- bergen, Herv. pred. te Zevenhoven. Leider van het zangkoor was de heer P. Smit te Zwolle. Het aantal deelnemers bedroeg 115 van wie de meerderheid behoorde tot de Geref. Kerken. Het aantal dames verhield zich tot dat der heeren als 2 tot 1. Het onderwijzers-element was overwegend. Ds. Pol opende de conferentie met ge bed en het lezen van een gedeelte van Matth. 13 de gelijkenis van het zuurdeeg, naar aanleiding waarvan hij de beteeke- nis der zending aangaf. Van de zendelin gen met verlof, die aan de conferentie deelnemen, zijn Je noemen de heeren A. K. de Groot van Tjideres op West-Java, J. In 't Veld, leeraar aan de Hollandsche Kweekschool en P. Beukema, hoofd der Holl. Chin, school te Soerakartr. De ope ningsrede werd gehouden door Ds. Joh. Rauws, zendingsdirector te Oegstgeest, over „Jeruzalem", in hoofdzaken dezelfde rede, waarmee hij de eerste conferentie heeft geopend. Ds. J. Gillebaard, Geref. pred. te Zeist, hield s morgens de bijbellezingen, hij be handelde een paar hoofdstukken uit het boek van de Handelingen der Apostelen. Mej. C. de Witte van Utrecht gaf weer een cursus over de Armeniërs, evenals op de eerste conferentie. De heer In 't Veld geeft een cursus over het zendingswerk op Midden-Java, het zendingsterrein der Geref. Kerken. Director Steinberg van Zeist geeft een cursus over Suriname en het zendingswerk der Broedergemeente. Een studiekring over Posso wordt geleid door den heer P. Smit, hoofd eener school te Zwolle en over den Islam, door den heer R. Schippers, theol. cand. te IJssel- monde. Dinsdagavond sprak de heer A. K. de Groot over de verlossingsgedachte in de Oostersche godsdiensten. De verschilpun ten tusschen Hindoeïsme, Buddhisme, Confucianisme, Islam en Palestina en *s avonds beantwoordde hij verschillende vragen, die over de wereld-conferentie tot hem gekomen waren. Woensdagavond kwam ds. J. A. Visscher van Groesbeek weer om de lichtbeelden en de film over de Friesche heide te ver- toonen en te vertellen van het werk, dat daar tot verheffing der bevolking wordt gedaan. EXAMENS. Voor het examen Fransch L. slaagde te Utrecht Mej. E. Moene te Ouderkerk a. d. IJsel. Mej. M. J. E. Aalberse te Den Haag is geslaagd voor het examen teekenen M. O. Uit het Sociale Leven. CHR. NAT. WERKMANSBOND. (Vervolg). De bondspenningmeestër, de heer J. W. Meyer, deed verslag van de financiën van den Bond. De rekening en verantwoording over het boekjaar 1927 sluit met een be drag van 14.482.71, met' een kassaldo van ƒ3251.91. De heer Meyer lichtte deze rekening en verantwoording nader toe en sprak nog woorden van hulde tot den voorzitter, en bad hem Gods rijken zegen toe. Na eenige bespreking vereenigde de ver gadering zich met het financieel verslag en bracht de voorzitter den penningmees ter dank en hulde voor zijn beleid. De middagvergadering. Te twee uur werd de vergadering her opend met gemeenschappelijk gezang. Allereerst was thans het woord aan den eere-voorzitter, van den Chr. Nat. Werk mansbond, oud-minister D r. J. Th. de Visser, die begon met zijn hartelijke gelukwenschen te brengen aan de jubilee- rende afdeeling Apeldoorn. Van harte wenschte spreker de afdeeling toe dat God haar in huis en hart met Zijn rijken zegen zal blijven vervolgen en kronen. Spreker wierp vervolgens een blik in de historie van den Bond, concludeerend dat er in die dagen behoefte was aan de oprichting van een Christelijken Werk mansbond. liet was uit eergevoel van de arbeiders 'zelf dat de Bond opgericht werd. En ook in den loop der jaren is er be hoefte geweest aan het beginsel van den Bond, dat steeds door de Chr. Werkmans stand is uitgedragen. Spreker stelde in 't licht dat tegenover de arbeidersstand niet uitsluitend het ka pitalisme staat, doch daartusschen de ge durig groeiende middenstand, uit de ar beidersklasse voornamelijk voortkomend. Spreker stond verder stil bij den band, die er bestaat tusschen den Bond en de vaderlandsche kerk. En tenslotte: wij zijn een Christelijk- Nationale Werkmansbond, zei spreker. D. w. z.: dat wij allen geroepen broeders zijn om vaderlandsliefde en trouw aan Oranje in onze gezinnen, zoowel als in onze ver- eeniging na te komen. Spreker stelde het op prijs, dat hij in deze schoone ure nog eens met al de be slistheid, kracht en bezieling die in hem is, kan zeggen: „Houdt uw beginsel hoog. Blijft trouw aan uw vaandel. Vereenigt de zonen en dochteren van de vaderlandsche kerk in uw bond. En blijft de oude, be proefde leuze aanheffen: God, Nederland en Oranje. (Langdurig applaus). Spontaan zong nu de vergadering twee coupletten van het Wilhelmus. Een in drukwekkend moment, dat gevolgd werd door een plechtig oogenblik, toen de ver gadering den bonds-eerevoorzitter de ze genbede uit den 134en Psalm toezong. Afgevaardigden. De heer P. van Vliet bracht namens „Patrimonium" de hartelijke groeten over aan Patrimonium's oudsten broer. Dat uw en onzen bond zich beijveren te versterken den band tusschen Nederland en Oranje. En God zijn zegen geve op den arbeid. Namens het Chr. Nat. Vakverbond sprak de heer J. S. R u p p e r t. Uw en onze or ganisatie mogen met dankbaarheid te rugzien op al de zegeningen, die God ons in den loop der jaren geschonken heeft.. We moeten alle gelegenheden en mid delen, die God ons geeft, aangrijpen om den geest, die het Christenvolk dient te bezielen, vaardig te houden. De Jeugd. Thans werd een aanvang gemaakt met de behandeling der voorstellen en vraag stukken der afdeelingen en provinciale comité's. Van de afdeeling Goes was een voorstel ingekomen inhoudend, dat door het hoofd bestuur er bij de afdeelingen krachtig op aangedrongen zal worden om te pogen z.g. Jeugdafdeelingen op te richten, waarin personen van 1418-jarigen leeftijd kun nen worden opgenomen. Hebben dezen den 18-jarigen leeftijd bereikt, dan kun nen zij, desgewenscht, als leden der afdee ling worden ingeschreven. In zijn prae-advies was het hoofdbestuur van meening, dat het contact met de jeugd, ook in de afdeelingen van den bond, meer dan tot dusver dient te wor den gezocht. De voorzitter, de heer P. J. Nahuizen, lichtte dit advies nader toe. Nadat eenige afgevaardigden hierover het woord hebben gevoerd, wijst de eere voorzitter van den bond. Dr. J. Th. de Vis ser er op, dat men met de uitvoering van het voorstel van Goes groote omzichtig heid moet betrachten. Wanneer men met iets begint, moet men ook goed de gevol gen daarvan onder oogen zien. Spreker zou willen voorstellen: dat voordat ergens een jeugdafdeeling wordt opgericht, het reglement van die jeugdafdeeling eerst ter inzage wordt gegeven aan het be- bestuur der plaatselijke afdeeling en dat daarna ook het hoofdbestuur kennis zal nemen van dat reglement. Dan worden spreker spreekt uit ervaring van andere, organisaties conflicten voorkomen. De voorzitter adviseert de vergade ring niet te besluiten tot de definitieve uitvoering van het voorstel-Goes, doch wel om contact te zoeken met de jeugd. Al dus werd besloten. Verkiezing Hoofdbestuur. De voorzitter maakte bekend, dat als lid van het hoofdbestuur gekozen is Ds. N. II. Kuipéri, die bij de eerste stemming een voldoende meerderheid van stemmen ver kreeg. Onder applaus bood nu de voorzit ter oud-Minister De Visser een bloem stuk aan voor zijn echtgenoote. Daarna ging Dr. de Visser voor in ge bed en werd de vergadering geschorst tot gistermorgen 10 uur. Optocht en Tuinfeest. Des avonds was er een tuinfeest in Ti- voli, waaraan de Chr. Muziekcorpsen „Soli Deo Gloria" resp. uit Apeldoorn en Twello en de Chr. Zangvereen. „Kunst na arbeid" onderafd. Chr. Nat. Werkmansbond, hun medewerking verleenden. Dit feest werd voorafgegaan door een optocht met muziek door Apeldoorn, waaraan alle congressisten en hun vrou wen deelnamen. Een mooie propaganda. DE STAKING OP DE RIJNKANALEN OPGEHEVEN. Men meldt uit Essen: Door een scheidsrechterlijke uitspraak heeft het dek- en machinepersoneel op de Rijnkanalen een loonsverhooging van 5 pet. gekregen. Het werk was indertijd naar aanleiding van de staking in de Rijnvaart neerge legd. Heden zou men het werk hervatten. LUCHTVAART. DE VLIEGTOCHT NEDERLAND—WEST-INDIë. Eenige mededeelingen van generaal C. J. Snijders. Zooals bekend, wordt doör het Co mité Vliegtocht Nederland-Indië in samenwerking met de Vereeniging „Oost en West" de uitvoeirng voorbe reidt van een vlucht van Amsterdam naar onze West-Indische koloniën Su riname en Curasao. Gistermiddag heeft de voorzitter van het Comité Vliegtocht Nederland- Indië, generaal b. d. C. J. Snijders op een persbijeenkomst op het secretari aat van de Vereeniging Oost en West eenige mededeelingen over deze vlucht gedaan. Een daar van nationaal belang. Het Comité Vliegtocht Nederland- Indië en de Vereeniging Oost en West, aldus generaal Snijders, zouden thans de belangstelling van ons volk willen wekken voor een vlucht naar onze West-Indische koloniën Suriname en Curacao en wel, omdat zij daarin zien een daad van nationaal belang, waar voor nu het juiste oogenblik gekomen schijnt. Immers begint zich aan de Caraïbi- sche Zee en de Golf van Mexico lang zamerhand een krachtig luchtverkeer te ontwikkelen, waarin Suriname en Curagao behooren te worden opgeno men. Voorts is de eenige methode, om de kolonie Suriname grondig te leeren kennen, die met behulp van de lucht fotografie, die zoo ontwikkeld is, dat het mogelijk is met haar hulp 't thans nog onbekende achterland in kaart te brengen. Terwijl tenslotte in het luchtverkeer gezien moet worden de eenige moge lijkheid om mettertijd de verbinding van de Koloniën met het Moederland aanzienlijk te versnellen en daardoor de banden, die Suriname en Curacao met Nederland verbinden, en waar aan de bewoners van die Koloniën te recht zooveel waarde hechten, nauwer aan te halen en te versterken. Toen dan ook aan die vereenigin- gen verleden jaar een plan werd voor gelegd, dat bij onderzoek technisch uitvoerbaar bleek, hebben zij zich on middellijk aan het werk begeven, om het ook financieel te helpen slagen. Dat plan, opgemaakt door den Re§. Luitenant-Vlieger J. van Onlangs iJr., beoogt het maken van een vlucht van Amsterdam naar Suriname en Cura- cao in vijf etappes, met een drie mo- torig Fokkervliegtuig. Als leider zal optreden de reeds door zijn Indiëvlucht bekende vlieger van Weerden Poelman, de heer Van Onlangs zal optreden als 2de bestuur der, terwijl een werktuigkundige en een radio-telegrafist nog zullen wor den aangewezen. De kosten. De vereenigingen ondervonden bij de voorbereiding van het plan veel steun. In de eerste plaats van het Departe ment van Koloniën, van de Gouverne menten van Suriname en Curacao van het Hoofdbestuur van de Posterijen en Telegrafie, van de Kamer van Koop handel en Fabrieken van Amsterdam en van tal van lichamen en personen, AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 10 Augustus 1928. Zooals ik gisteren in de driestar van ons blad las, heeft mijn zoeklichtje van j.l. Dinsdag nogal de aandacht getrokken. Naar aanleiding van de geoefende critiek zou ik, om misverstand te voorkomen, nog een paar opmerkingen over de daarin aangeroerde kwestie willen maken. Vooreerst, dat ik mij omtrent het al of niet geoorloofde van het houden eener Olympiade niet heb uitgelaten. M.i. gel den daartegen precies dezelfde bezwaren als tegen alle „neutrale" gymnastiek: de ontheiliging van den Zondag, het gevaar van menschvergoding en het maken van de sport tot een soort van religie. Een ver bod der Olympische Spelen op Zondag, zooals een enkele wil, zou dan ook tot consequentie hebben een verbieden van alle sport op Zondag. We moeten evenwel rekening houden met het feit, dat we wonen in een land, met gemengde bevolking, waarin iedere groep geestelijke vrijheid moet genieten. En die vrijheid is, zooals onze hoofdredac teur terecht opmerkt, een teere zaak. Ware evenwel het voorstel betreffende het garantie-fonds aangenomen, dan had onze regeering daardoor voorwaarden kunnen stellen: voor wat hoort wat. Er waren er indertijd, die zich tegen dit voor stel verklaarden uit bezuinigingsoverwe gingen, doch men moet ook niet uit 't oog verliezen, dat het hier geen subsidie maar een garantie betrof. En reeds in het begin dezer week waren de uitkomsten van dien aard, dat terugbetaling van de helft van het gegarandeerde bèdrag verzekerd was. Wie spreekt van hei „koopen van Zon dagsrust voor een millioen" stelt de kwes tie alzoo niet zuiver. Het gaat hier om medezeggenschap over de spelen tenge volge van deelname in het garantiefonds. OBSERVATOR. die alle het plan financieel en moreel steunden. Intussehcn is er van de benoodigtle 60.000 nog slechts ca. 40.000 bijeen en de beide vereenigingen doen thans een beroep op het groote publiek, over tuigd als zij zijn, dat daaronder talloos velen zullen willen bijdragen voor de ze eerste schrede, op den weg om onze West-Indische koloniën te verlossen uit hun isolement en ze nader te brengen tot het moederland. Zij noodigen allen, die tot het doel willen medewerken, uit, hun bijdragen te doen toekomen aan het kantoor van de Ned. Handel-Mij., Kneuterdijk, te 's Gravenhage. alwaar door de veree nigingen een rekening courant voor de vlucht is geopend onder het hoofd: „Vliegtocht West-Indië". (Gironum mer 7112, 's Gravenhage). Zes of zeven reisdagen. Als technische bijzonderheden om trent dezen vliegtocht deelde generaal Snijders nog mede, dat de 5 etappes, waarin de vlucht gemaakt zal worden, als volgt zijn verdeeld: 1. Van „Amsterdam of Rotterdam naar Casablanca via Parijs, Bordeaux, Madrid, Tanger, Rabat. plm. 2400 K.M. 2. Van Casablanca naar Dakar via Mogador, Agadir. Port Etienne, St. Louis, plm. 3000 K.M. 3. Van Dakar naar Pernambuco (Pt. Natal) over zee, plm. 3200 K.M. 4. Van Pernambuco naar Paramari bo (Suriname) langs de N.O.-kust van Zuid-Amerika, plm. 3000 K.M. 5. Van Paramaribo naar Willemstad (Curagao) via Georgetown en Caracas plm. 2000 K.M. Totale afstand plm. 13.600 K.M. In vijf vliegdagen of zes A zeven reis dagen denkt men Curagao te kunnen bereiken. De gemiddelde kruissnelheid van t te gebruiken vliegtuig 125 K.M. per uur aannemende, (wat laag is) en er rekening mede houdende, dat op de verschillende trajecten de wind zoo goed als overal „mee" zal zijn, wordt als gemiddelde vliegsnelheid aange nomen 150 K.M. per uur. Als maand van vertrek is gekozen Fe bruari 1929, daar de weersgesteldheid, in Februari en Maart verreweg de gunstigste is en men in die maanden met groote zekerheid kan rekenen op tabiel weer en op stabiele winden, dank zij den op de route overwegend heerschenden Noord-Oost-passaat. FEUILLETON. EINDELIJK VREDE. 46). —o— Zou hij gaan? De morgenschemering zou nu spoe dig aanbreken. Nu of nooit moest hij zijn plan ten uitvoer brengen. En het leven was hem immers onmogelijk ge worden. Er waren geen reine idealen meer voor hem, geen edel levensdoel voor iemand, die gebrandmerkt was in zijn eigen oog als een misdadiger, een zielemoordenaar, een lage, vuile wellusteling. Hij stond op. Een laatste blik op het dierbare graf, op die heilige plek Maar zou het wel waar zijn, dat al les voor hemzelven uit zou zijn met dien sprong in het water? Had hij niet pas tot God geroepen om zijn diep be rouw aan zijn geliefde te doen weten omdat hij voelde, dat er een hooge- re Macht moest bestaan, en zou hij door een einde te maken aan zijn aardsch bestaan die Macht kunnen ontvluchten? Zou hij niet juist dan voor die hoog ste Rechtbank rekenschap hebben af te leggen van zijn daden? O, in dit ontzettende uur voelde hij, wist hij, dat Helena leefde ergens, voor hem onzichtbaar; maar ook, dat er een God was, een heilige, reine God, de Bron van al wat rein is, edel en goedl Zijn eigen afschuw, over zijn daad, zijn eigen gevoel voor wat goed en heilig was, was hem een onomstoote- lijk bewijs voor het aanwezig zijn van die Bron van reinheid en heiligheid. Er was een God! Tot dien God had hij het gewaagd op te zien, hij, zoo diep gezonken, veel dieper dan een Van Eekhuyzen, dien hij verafschuwde. Deze had de kiemen van zijn onzedelijkheid onge twijfeld bij zijn geboorte overgeërfd uit onzedelijke ouders. Maar hij, Frank van Ende, hij wist dat zijn ouders onbesproken van ge drag waren geweest. Was zijn moeder niet een toonbeeld geweest van rein heid? En zeide dokter Steenbergen niet vaak, dat hij, Frank, het evenbeeld was van zijn vader, in alles, niet het minst wat zijn ingetogenheid betrof? En nu? Dubbel schuldig was hij! Hoe kon hij dan zijn toevlucht ne men tot een God van heiligheid, te rein van oogen om het kwade te kun nen aanschouwen? Frank kermde als van ondragelijke pijn. Wie zou hem redden? Wie hem zijn reinheid hergeven? Moest hij dan onherroepelijk meegesleept worden in dien poel van laagheid en vuilheid? Wie zou hem verlossen van zichzel- ven, dat wezen, dat hij had leeren ver afschuwen? O, hij voelde het, zelf moord zou hem niet kunnen redden. Hij voelde, dat zijn bestaan daarmee niet zou ophouden dat hij zijn eigen ik ook dan met zich moest blijven om dragen, in altijddurend zelfverwijt en ondragelijke foltering. O nu, nu hij zichzelven als schuldig had leeren kennen, nu had hij behoef te aan een reddende macht, die zich ontfermend tot hem neerboog. Men- schelijk medelijden zou niet veel hel pen. Hij moest een bovennatuurlijke macht tot huip hebben, die hem van zichzelven verloste, die een ander we zen van hem maakte. Zelfs zijn Helena, als ze nu met diep medegevoel op hem neerzag, zij kon zijn hart niet veranderen dat hart, dat hij voor het eerst in zijn verdor venheid en zwakheid had leeren ken nen, en dat misschien straks nog ver der zou worden meegesleept, om nog dieper te zinken dieper en altijd dieper! Nu voelde hij behoefte aan een al- machtigen, ontfermenden God, den God van zijn moeder; den God van Ruth, Wiens macht hij kon aanschou wen in haar leven, haar dulden, ver dragen en liefhebben; den God van mevrouw Velders, Die haar vrede en stille berusting in het hart stortte in het bitterste uur van haar leven. Nu verlangde hij naar dien God, Dien zijn moeder hem, toen hij nog een klein kind was, had leeren kennen een God, Die hem, van al wat onrein en laag was, zou kunnen verlossen, die een nieuwe atmosfeer van reine en edele gevoelens om hem heen kon vormen door Zijn heilige, beschermen de tegenwoordigheid, een God, Die hem in staat kon stellen om op de eene of andere manier (zonder haar ooit weer te zien) het meisje, dat hij had geschandvlekt, uit die slechte omge ving te verlossen en in staat te stellen om op een eerlijke wijze haar brood te verdienen. O, als dat mogelijk warel Maar hoe zou hij durven naderen tot dien God, die de zonde haat, die den onschuldi ge geenszins onschuldig houdt, die van hem ,met den aanleg hem ge geven, en de omstandigheden, waarin hij verkeerde, o. a. den omgang met een zuster als Ruth zoo liefdevol en goed die van hem meer zou ei- schen dan van eenig ander? Het verpletterende gevoel van schuld keerde opnieuw terug, en deed hem in het stof in elkaar krimpen. Hoe kon die schuld ooit weggenomen worden? Hoe kon het gebeurde ongedaan ge maakt worden? Hoe kon hem zijn reinheid hergeven worden? En opeens zag hij daar zijn gansehe leven voor zich liggen. Het had hem altijd zulk een deugdzaam leven toe geschenen. Maar onder het verplette rend bewustzijn van zonde zag hij nu klaar en duidelijk, hoe het een leven was geweest van ijdel zelfbehagen. In het helpen van anderen, in het uitoe fenen van zijn edel werk. had hij toch slechts zichzelven gezocht. Hij had zich verlustigd in zijn eigen edelmoe digheid en zelfopoffering. Nu hij overtuigd was van het bestaan van God, Die hem geschapen had, en Die alle recht op hem bad, nu zag hij in, dat die God met volle ïecht van hem eischte, dat hij slechts tbt Zijn ver heerlijking, om H e m te behagen, aan Wien hij met lichaam en ziel toebe hoorde, leefde. En hij had het-niet gedaan. (Slot volgt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5