ilUWE LEIDSCHE COURANT
van
VRIJDAG 10 AUG. 1928
TWEEDE BLAD.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Winschoten (Evange
lisatie), P. J. van Veen, te Nieuwe Pekela.
Te Wanswerd en Jislum c.a., J. E. Klomp,
te Oldebroek.
Aangenomen: Naar Nisse, P. L. D.
J. van Oeveren, te Ten Boer.
Bedankt: Voor Geldrop, H. H. Schip
per, te Willemsoord. Voor Zevenbergen
(toez.) P. de Bruyn te Driebergen.
PRAEPARATOIR EXAMEN.
De classis Meppel der Geref. Kerken
heeft op haar vergadering van 8 Aug. ge
ëxamineerd en met algemeene stemmen
beroepbaar gesteld cand. W. van de Kerk.
Deze verzoekt de Kerken evenwel voor-
loopig nog geen beroep op hem uit te
brengen. Wel is hij gaarne bereid de Ker
ken des Zondags te dienen.
CANDIDATEN TOT DEN H. DIENST.
De heer- E. Brunsting, Theol. cand. te
Pernis, verzoekt aan „De Rott." mede te
deelen, dat hij na 1 September a.s. gaar
ne een eventueel beroep bij de Geref. Ker
ken in overweging zal nemen.
ZENDING.
Dr. J. Offringa, geneesheer-directeur
van het Petronella-Zendingshospitaal te
Djocja, met verlof hier te lande, hoopt 16
November a.s. van Genua met het s.s. „de
Koningin der Nederlanden" te terugreis
naar Indië te aanvaarden.
Mej. Joh. Piccer, hoofd der huishouding
aan het Petronellahospitaal te Djocja, zal
11 Jan. 1929 met de „Johan de Witt" van
uit Genua naar Indië terugkeeren.
GODSDIENSTOEFENINGEN TE NES.
Kwamen de badgasten, die 's zomers te
Nes (Am.) vertoefden menigmaal des Zon
dags naar Hollum om daar de Geref. Kerk
te bezoeken, meerdere zagen op tegen de
reis en bleven des Zondags stil in hunne
strandhuisjes. Pogingen aangewend om
te Nes ook godsdienstoefeningen te hou
den, mislukten, daar de aanvragen om
Herv. Kerk en Doopsgez. Kerk werden af
gewezen.
Dit jaar kwam hierin verandering.
Twee Zondagen achtereen predikten er
Geref. predikanten in de Doopsgezinde
Kerk te Nes en uit de opkomst bleek (de
kerk kon de schare niet bevatten), dat
hier een behoefte vervuld werd.
Deze behoefte deed de kerkeraad der
Geref. Kerk te Hollum handelen. Een
houten loods werd gekocht, land werd ge
pacht, ameublement werd aangevoerd en
zoo zal, zoo de Heere wil, a.s. Zondag het
Woord worden bediend in een zaal, die al
de menschen wel zal kunnen bevatten.
Jammer echter, dat men zoo groote
moeite moet doen, om een predikant te
Nes te krijgen.
REUNISTENORGANISATIE VAN
N. D. D. D.
De Reunistenorganisatie van N.D.D.D.
zal haar eerste jaarvergadering houden op
Vrijdag 19 October a.s. te Amsterdam.
Het is aan het Moderamen gelukt, Prof.
Anema voor deze vergadering als spreker
te krijgen. Prof. Anema hoopt te handelen
over: „De Volkenbond gezien in algemeen
historisch licht".
Reeds meermalen heeft de hoogleeraar
in woord en geschrift, zich over de be-
teekenis van den Volkenbond geuit, maar
over dezen kant van de zaak, die toch ook
zeer belangrijk is, heeft hij nog niet in
het publiek gesproken. Verwacht mag
worden, dat een rede over dit onderwerp
en van dezen spreker bij de reünisten van
alle faculteiten belangstelling zal wekken.
Met den groei der organisatie gaat het
naar wensch. Het aantal leden is reeds
aanmerkelijk boven de honderd gestegen
en neemt nog geleidelijk toe. In verschil
lende deelen van h"t land zijn al studie
kringen gevormd, in andere zijn ze nog in
voorbereiding. Ook kwam er reeds contact
met reünisten in Ned.-Indië. De oprich
ting van studiekringen kan ook daar al
spoedig verwacht. In aanmerking geno
men dat de Reunistenorganisatie nog
maar kort bestaat, geeft dit resultaat re
den tot tevredenheid.
Het Moderamen is nu compleet, en be
staat thans uit de heeren: P.rof. Dr. D. II.
Th. Vollenhoven, Amsterdam, praeses; Ds.
C. v. d. Woude, Schiedam, ab-actis; Mr.
Joh. II. Scheurer, Amersfoort, fiscus; Mr.
J. J. Harigelbroelt, Den Haag; Ds. P. N.
Kruijswijk, Vlissingen.
CONFERENTIE ZENDINGSSTUDIE
RAAD.
De tweede zoinerconferentie in het con
ferentieoord te Lunteren werd gepresi
deerd door Ds. D. Pol, Geref. pred. te Rijs-
oord. Vice-voorzitter is Ds. J. Wolfens-
bergen, Herv. pred. te Zevenhoven. Leider
van het zangkoor was de heer P. Smit te
Zwolle. Het aantal deelnemers bedroeg 115
van wie de meerderheid behoorde tot de
Geref. Kerken. Het aantal dames verhield
zich tot dat der heeren als 2 tot 1. Het
onderwijzers-element was overwegend.
Ds. Pol opende de conferentie met ge
bed en het lezen van een gedeelte van
Matth. 13 de gelijkenis van het zuurdeeg,
naar aanleiding waarvan hij de beteeke-
nis der zending aangaf. Van de zendelin
gen met verlof, die aan de conferentie
deelnemen, zijn Je noemen de heeren A. K.
de Groot van Tjideres op West-Java, J.
In 't Veld, leeraar aan de Hollandsche
Kweekschool en P. Beukema, hoofd der
Holl. Chin, school te Soerakartr. De ope
ningsrede werd gehouden door Ds. Joh.
Rauws, zendingsdirector te Oegstgeest,
over „Jeruzalem", in hoofdzaken dezelfde
rede, waarmee hij de eerste conferentie
heeft geopend.
Ds. J. Gillebaard, Geref. pred. te Zeist,
hield s morgens de bijbellezingen, hij be
handelde een paar hoofdstukken uit het
boek van de Handelingen der Apostelen.
Mej. C. de Witte van Utrecht gaf weer
een cursus over de Armeniërs, evenals op
de eerste conferentie. De heer In 't Veld
geeft een cursus over het zendingswerk
op Midden-Java, het zendingsterrein der
Geref. Kerken. Director Steinberg van
Zeist geeft een cursus over Suriname en
het zendingswerk der Broedergemeente.
Een studiekring over Posso wordt geleid
door den heer P. Smit, hoofd eener school
te Zwolle en over den Islam, door den
heer R. Schippers, theol. cand. te IJssel-
monde.
Dinsdagavond sprak de heer A. K. de
Groot over de verlossingsgedachte in de
Oostersche godsdiensten. De verschilpun
ten tusschen Hindoeïsme, Buddhisme,
Confucianisme, Islam en Palestina en *s
avonds beantwoordde hij verschillende
vragen, die over de wereld-conferentie tot
hem gekomen waren.
Woensdagavond kwam ds. J. A. Visscher
van Groesbeek weer om de lichtbeelden
en de film over de Friesche heide te ver-
toonen en te vertellen van het werk, dat
daar tot verheffing der bevolking wordt
gedaan.
EXAMENS.
Voor het examen Fransch L. slaagde
te Utrecht Mej. E. Moene te Ouderkerk a.
d. IJsel.
Mej. M. J. E. Aalberse te Den Haag
is geslaagd voor het examen teekenen
M. O.
Uit het Sociale Leven.
CHR. NAT. WERKMANSBOND.
(Vervolg).
De bondspenningmeestër, de heer J. W.
Meyer, deed verslag van de financiën van
den Bond. De rekening en verantwoording
over het boekjaar 1927 sluit met een be
drag van 14.482.71, met' een kassaldo
van ƒ3251.91.
De heer Meyer lichtte deze rekening en
verantwoording nader toe en sprak nog
woorden van hulde tot den voorzitter, en
bad hem Gods rijken zegen toe.
Na eenige bespreking vereenigde de ver
gadering zich met het financieel verslag
en bracht de voorzitter den penningmees
ter dank en hulde voor zijn beleid.
De middagvergadering.
Te twee uur werd de vergadering her
opend met gemeenschappelijk gezang.
Allereerst was thans het woord aan den
eere-voorzitter, van den Chr. Nat. Werk
mansbond, oud-minister D r. J. Th. de
Visser, die begon met zijn hartelijke
gelukwenschen te brengen aan de jubilee-
rende afdeeling Apeldoorn. Van harte
wenschte spreker de afdeeling toe dat God
haar in huis en hart met Zijn rijken zegen
zal blijven vervolgen en kronen.
Spreker wierp vervolgens een blik in
de historie van den Bond, concludeerend
dat er in die dagen behoefte was aan de
oprichting van een Christelijken Werk
mansbond. liet was uit eergevoel van de
arbeiders 'zelf dat de Bond opgericht werd.
En ook in den loop der jaren is er be
hoefte geweest aan het beginsel van den
Bond, dat steeds door de Chr. Werkmans
stand is uitgedragen.
Spreker stelde in 't licht dat tegenover
de arbeidersstand niet uitsluitend het ka
pitalisme staat, doch daartusschen de ge
durig groeiende middenstand, uit de ar
beidersklasse voornamelijk voortkomend.
Spreker stond verder stil bij den band,
die er bestaat tusschen den Bond en de
vaderlandsche kerk.
En tenslotte: wij zijn een Christelijk-
Nationale Werkmansbond, zei spreker. D.
w. z.: dat wij allen geroepen broeders zijn
om vaderlandsliefde en trouw aan Oranje
in onze gezinnen, zoowel als in onze ver-
eeniging na te komen.
Spreker stelde het op prijs, dat hij in
deze schoone ure nog eens met al de be
slistheid, kracht en bezieling die in hem
is, kan zeggen: „Houdt uw beginsel hoog.
Blijft trouw aan uw vaandel. Vereenigt de
zonen en dochteren van de vaderlandsche
kerk in uw bond. En blijft de oude, be
proefde leuze aanheffen: God, Nederland
en Oranje. (Langdurig applaus).
Spontaan zong nu de vergadering twee
coupletten van het Wilhelmus. Een in
drukwekkend moment, dat gevolgd werd
door een plechtig oogenblik, toen de ver
gadering den bonds-eerevoorzitter de ze
genbede uit den 134en Psalm toezong.
Afgevaardigden.
De heer P. van Vliet bracht namens
„Patrimonium" de hartelijke groeten over
aan Patrimonium's oudsten broer.
Dat uw en onzen bond zich beijveren te
versterken den band tusschen Nederland
en Oranje. En God zijn zegen geve op den
arbeid.
Namens het Chr. Nat. Vakverbond sprak
de heer J. S. R u p p e r t. Uw en onze or
ganisatie mogen met dankbaarheid te
rugzien op al de zegeningen, die God ons
in den loop der jaren geschonken heeft..
We moeten alle gelegenheden en mid
delen, die God ons geeft, aangrijpen om
den geest, die het Christenvolk dient te
bezielen, vaardig te houden.
De Jeugd.
Thans werd een aanvang gemaakt met
de behandeling der voorstellen en vraag
stukken der afdeelingen en provinciale
comité's.
Van de afdeeling Goes was een voorstel
ingekomen inhoudend, dat door het hoofd
bestuur er bij de afdeelingen krachtig op
aangedrongen zal worden om te pogen z.g.
Jeugdafdeelingen op te richten, waarin
personen van 1418-jarigen leeftijd kun
nen worden opgenomen. Hebben dezen
den 18-jarigen leeftijd bereikt, dan kun
nen zij, desgewenscht, als leden der afdee
ling worden ingeschreven.
In zijn prae-advies was het hoofdbestuur
van meening, dat het contact met de
jeugd, ook in de afdeelingen van den
bond, meer dan tot dusver dient te wor
den gezocht.
De voorzitter, de heer P. J. Nahuizen,
lichtte dit advies nader toe.
Nadat eenige afgevaardigden hierover
het woord hebben gevoerd, wijst de eere
voorzitter van den bond. Dr. J. Th. de Vis
ser er op, dat men met de uitvoering van
het voorstel van Goes groote omzichtig
heid moet betrachten. Wanneer men met
iets begint, moet men ook goed de gevol
gen daarvan onder oogen zien. Spreker
zou willen voorstellen: dat voordat ergens
een jeugdafdeeling wordt opgericht, het
reglement van die jeugdafdeeling eerst
ter inzage wordt gegeven aan het be-
bestuur der plaatselijke afdeeling en dat
daarna ook het hoofdbestuur kennis zal
nemen van dat reglement. Dan worden
spreker spreekt uit ervaring van andere,
organisaties conflicten voorkomen.
De voorzitter adviseert de vergade
ring niet te besluiten tot de definitieve
uitvoering van het voorstel-Goes, doch wel
om contact te zoeken met de jeugd. Al
dus werd besloten.
Verkiezing Hoofdbestuur.
De voorzitter maakte bekend, dat als lid
van het hoofdbestuur gekozen is Ds. N. II.
Kuipéri, die bij de eerste stemming een
voldoende meerderheid van stemmen ver
kreeg.
Onder applaus bood nu de voorzit
ter oud-Minister De Visser een bloem
stuk aan voor zijn echtgenoote.
Daarna ging Dr. de Visser voor in ge
bed en werd de vergadering geschorst tot
gistermorgen 10 uur.
Optocht en Tuinfeest.
Des avonds was er een tuinfeest in Ti-
voli, waaraan de Chr. Muziekcorpsen „Soli
Deo Gloria" resp. uit Apeldoorn en Twello
en de Chr. Zangvereen. „Kunst na arbeid"
onderafd. Chr. Nat. Werkmansbond, hun
medewerking verleenden.
Dit feest werd voorafgegaan door een
optocht met muziek door Apeldoorn,
waaraan alle congressisten en hun vrou
wen deelnamen.
Een mooie propaganda.
DE STAKING OP DE RIJNKANALEN
OPGEHEVEN.
Men meldt uit Essen:
Door een scheidsrechterlijke uitspraak
heeft het dek- en machinepersoneel op de
Rijnkanalen een loonsverhooging van 5
pet. gekregen.
Het werk was indertijd naar aanleiding
van de staking in de Rijnvaart neerge
legd. Heden zou men het werk hervatten.
LUCHTVAART.
DE VLIEGTOCHT
NEDERLAND—WEST-INDIë.
Eenige mededeelingen van generaal
C. J. Snijders.
Zooals bekend, wordt doör het Co
mité Vliegtocht Nederland-Indië in
samenwerking met de Vereeniging
„Oost en West" de uitvoeirng voorbe
reidt van een vlucht van Amsterdam
naar onze West-Indische koloniën Su
riname en Curasao.
Gistermiddag heeft de voorzitter
van het Comité Vliegtocht Nederland-
Indië, generaal b. d. C. J. Snijders op
een persbijeenkomst op het secretari
aat van de Vereeniging Oost en West
eenige mededeelingen over deze vlucht
gedaan.
Een daar van nationaal belang.
Het Comité Vliegtocht Nederland-
Indië en de Vereeniging Oost en West,
aldus generaal Snijders, zouden thans
de belangstelling van ons volk willen
wekken voor een vlucht naar onze
West-Indische koloniën Suriname en
Curacao en wel, omdat zij daarin zien
een daad van nationaal belang, waar
voor nu het juiste oogenblik gekomen
schijnt.
Immers begint zich aan de Caraïbi-
sche Zee en de Golf van Mexico lang
zamerhand een krachtig luchtverkeer
te ontwikkelen, waarin Suriname en
Curagao behooren te worden opgeno
men.
Voorts is de eenige methode, om de
kolonie Suriname grondig te leeren
kennen, die met behulp van de lucht
fotografie, die zoo ontwikkeld is, dat
het mogelijk is met haar hulp 't thans
nog onbekende achterland in kaart te
brengen.
Terwijl tenslotte in het luchtverkeer
gezien moet worden de eenige moge
lijkheid om mettertijd de verbinding
van de Koloniën met het Moederland
aanzienlijk te versnellen en daardoor
de banden, die Suriname en Curacao
met Nederland verbinden, en waar
aan de bewoners van die Koloniën te
recht zooveel waarde hechten, nauwer
aan te halen en te versterken.
Toen dan ook aan die vereenigin-
gen verleden jaar een plan werd voor
gelegd, dat bij onderzoek technisch
uitvoerbaar bleek, hebben zij zich on
middellijk aan het werk begeven, om
het ook financieel te helpen slagen.
Dat plan, opgemaakt door den Re§.
Luitenant-Vlieger J. van Onlangs iJr.,
beoogt het maken van een vlucht van
Amsterdam naar Suriname en Cura-
cao in vijf etappes, met een drie mo-
torig Fokkervliegtuig.
Als leider zal optreden de reeds
door zijn Indiëvlucht bekende vlieger
van Weerden Poelman, de heer Van
Onlangs zal optreden als 2de bestuur
der, terwijl een werktuigkundige en
een radio-telegrafist nog zullen wor
den aangewezen.
De kosten.
De vereenigingen ondervonden bij
de voorbereiding van het plan veel
steun.
In de eerste plaats van het Departe
ment van Koloniën, van de Gouverne
menten van Suriname en Curacao van
het Hoofdbestuur van de Posterijen
en Telegrafie, van de Kamer van Koop
handel en Fabrieken van Amsterdam
en van tal van lichamen en personen,
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 10 Augustus 1928.
Zooals ik gisteren in de driestar van
ons blad las, heeft mijn zoeklichtje van
j.l. Dinsdag nogal de aandacht getrokken.
Naar aanleiding van de geoefende critiek
zou ik, om misverstand te voorkomen, nog
een paar opmerkingen over de daarin
aangeroerde kwestie willen maken.
Vooreerst, dat ik mij omtrent het al of
niet geoorloofde van het houden eener
Olympiade niet heb uitgelaten. M.i. gel
den daartegen precies dezelfde bezwaren
als tegen alle „neutrale" gymnastiek: de
ontheiliging van den Zondag, het gevaar
van menschvergoding en het maken van
de sport tot een soort van religie. Een ver
bod der Olympische Spelen op Zondag,
zooals een enkele wil, zou dan ook tot
consequentie hebben een verbieden van
alle sport op Zondag.
We moeten evenwel rekening houden
met het feit, dat we wonen in een land,
met gemengde bevolking, waarin iedere
groep geestelijke vrijheid moet genieten.
En die vrijheid is, zooals onze hoofdredac
teur terecht opmerkt, een teere zaak.
Ware evenwel het voorstel betreffende
het garantie-fonds aangenomen, dan had
onze regeering daardoor voorwaarden
kunnen stellen: voor wat hoort wat. Er
waren er indertijd, die zich tegen dit voor
stel verklaarden uit bezuinigingsoverwe
gingen, doch men moet ook niet uit 't oog
verliezen, dat het hier geen subsidie maar
een garantie betrof. En reeds in het begin
dezer week waren de uitkomsten van dien
aard, dat terugbetaling van de helft van
het gegarandeerde bèdrag verzekerd was.
Wie spreekt van hei „koopen van Zon
dagsrust voor een millioen" stelt de kwes
tie alzoo niet zuiver. Het gaat hier om
medezeggenschap over de spelen tenge
volge van deelname in het garantiefonds.
OBSERVATOR.
die alle het plan financieel en moreel
steunden.
Intussehcn is er van de benoodigtle
60.000 nog slechts ca. 40.000 bijeen
en de beide vereenigingen doen thans
een beroep op het groote publiek, over
tuigd als zij zijn, dat daaronder talloos
velen zullen willen bijdragen voor de
ze eerste schrede, op den weg om onze
West-Indische koloniën te verlossen
uit hun isolement en ze nader te
brengen tot het moederland.
Zij noodigen allen, die tot het doel
willen medewerken, uit, hun bijdragen
te doen toekomen aan het kantoor van
de Ned. Handel-Mij., Kneuterdijk, te
's Gravenhage. alwaar door de veree
nigingen een rekening courant voor
de vlucht is geopend onder het hoofd:
„Vliegtocht West-Indië". (Gironum
mer 7112, 's Gravenhage).
Zes of zeven reisdagen.
Als technische bijzonderheden om
trent dezen vliegtocht deelde generaal
Snijders nog mede, dat de 5 etappes,
waarin de vlucht gemaakt zal worden,
als volgt zijn verdeeld:
1. Van „Amsterdam of Rotterdam
naar Casablanca via Parijs, Bordeaux,
Madrid, Tanger, Rabat. plm. 2400 K.M.
2. Van Casablanca naar Dakar via
Mogador, Agadir. Port Etienne, St.
Louis, plm. 3000 K.M.
3. Van Dakar naar Pernambuco (Pt.
Natal) over zee, plm. 3200 K.M.
4. Van Pernambuco naar Paramari
bo (Suriname) langs de N.O.-kust van
Zuid-Amerika, plm. 3000 K.M.
5. Van Paramaribo naar Willemstad
(Curagao) via Georgetown en Caracas
plm. 2000 K.M.
Totale afstand plm. 13.600 K.M.
In vijf vliegdagen of zes A zeven reis
dagen denkt men Curagao te kunnen
bereiken.
De gemiddelde kruissnelheid van t
te gebruiken vliegtuig 125 K.M. per
uur aannemende, (wat laag is) en er
rekening mede houdende, dat op de
verschillende trajecten de wind zoo
goed als overal „mee" zal zijn, wordt
als gemiddelde vliegsnelheid aange
nomen 150 K.M. per uur.
Als maand van vertrek is gekozen Fe
bruari 1929, daar de weersgesteldheid,
in Februari en Maart verreweg de
gunstigste is en men in die maanden
met groote zekerheid kan rekenen op
tabiel weer en op stabiele winden,
dank zij den op de route overwegend
heerschenden Noord-Oost-passaat.
FEUILLETON.
EINDELIJK VREDE.
46). —o—
Zou hij gaan?
De morgenschemering zou nu spoe
dig aanbreken. Nu of nooit moest hij
zijn plan ten uitvoer brengen. En het
leven was hem immers onmogelijk ge
worden. Er waren geen reine idealen
meer voor hem, geen edel levensdoel
voor iemand, die gebrandmerkt was
in zijn eigen oog als een misdadiger,
een zielemoordenaar, een lage, vuile
wellusteling.
Hij stond op.
Een laatste blik op het dierbare
graf, op die heilige plek
Maar zou het wel waar zijn, dat al
les voor hemzelven uit zou zijn met
dien sprong in het water? Had hij niet
pas tot God geroepen om zijn diep be
rouw aan zijn geliefde te doen weten
omdat hij voelde, dat er een hooge-
re Macht moest bestaan, en zou hij
door een einde te maken aan zijn
aardsch bestaan die Macht kunnen
ontvluchten?
Zou hij niet juist dan voor die hoog
ste Rechtbank rekenschap hebben af
te leggen van zijn daden?
O, in dit ontzettende uur voelde hij,
wist hij, dat Helena leefde ergens,
voor hem onzichtbaar; maar ook,
dat er een God was, een heilige, reine
God, de Bron van al wat rein is, edel
en goedl
Zijn eigen afschuw, over zijn daad,
zijn eigen gevoel voor wat goed en
heilig was, was hem een onomstoote-
lijk bewijs voor het aanwezig zijn van
die Bron van reinheid en heiligheid.
Er was een God!
Tot dien God had hij het gewaagd
op te zien, hij, zoo diep gezonken,
veel dieper dan een Van Eekhuyzen,
dien hij verafschuwde. Deze had de
kiemen van zijn onzedelijkheid onge
twijfeld bij zijn geboorte overgeërfd
uit onzedelijke ouders.
Maar hij, Frank van Ende, hij wist
dat zijn ouders onbesproken van ge
drag waren geweest. Was zijn moeder
niet een toonbeeld geweest van rein
heid? En zeide dokter Steenbergen
niet vaak, dat hij, Frank, het evenbeeld
was van zijn vader, in alles, niet het
minst wat zijn ingetogenheid betrof?
En nu? Dubbel schuldig was hij!
Hoe kon hij dan zijn toevlucht ne
men tot een God van heiligheid, te
rein van oogen om het kwade te kun
nen aanschouwen?
Frank kermde als van ondragelijke
pijn. Wie zou hem redden? Wie hem
zijn reinheid hergeven? Moest hij dan
onherroepelijk meegesleept worden in
dien poel van laagheid en vuilheid?
Wie zou hem verlossen van zichzel-
ven, dat wezen, dat hij had leeren ver
afschuwen? O, hij voelde het, zelf
moord zou hem niet kunnen redden.
Hij voelde, dat zijn bestaan daarmee
niet zou ophouden dat hij zijn eigen
ik ook dan met zich moest blijven om
dragen, in altijddurend zelfverwijt en
ondragelijke foltering.
O nu, nu hij zichzelven als schuldig
had leeren kennen, nu had hij behoef
te aan een reddende macht, die zich
ontfermend tot hem neerboog. Men-
schelijk medelijden zou niet veel hel
pen. Hij moest een bovennatuurlijke
macht tot huip hebben, die hem van
zichzelven verloste, die een ander we
zen van hem maakte.
Zelfs zijn Helena, als ze nu met diep
medegevoel op hem neerzag, zij kon
zijn hart niet veranderen dat hart,
dat hij voor het eerst in zijn verdor
venheid en zwakheid had leeren ken
nen, en dat misschien straks nog ver
der zou worden meegesleept, om nog
dieper te zinken dieper en altijd
dieper!
Nu voelde hij behoefte aan een al-
machtigen, ontfermenden God, den
God van zijn moeder; den God van
Ruth, Wiens macht hij kon aanschou
wen in haar leven, haar dulden, ver
dragen en liefhebben; den God van
mevrouw Velders, Die haar vrede en
stille berusting in het hart stortte in
het bitterste uur van haar leven.
Nu verlangde hij naar dien God,
Dien zijn moeder hem, toen hij nog een
klein kind was, had leeren kennen
een God, Die hem, van al wat onrein
en laag was, zou kunnen verlossen,
die een nieuwe atmosfeer van reine
en edele gevoelens om hem heen kon
vormen door Zijn heilige, beschermen
de tegenwoordigheid, een God, Die
hem in staat kon stellen om op de eene
of andere manier (zonder haar ooit
weer te zien) het meisje, dat hij had
geschandvlekt, uit die slechte omge
ving te verlossen en in staat te stellen
om op een eerlijke wijze haar brood
te verdienen.
O, als dat mogelijk warel Maar hoe
zou hij durven naderen tot dien God,
die de zonde haat, die den onschuldi
ge geenszins onschuldig houdt, die
van hem ,met den aanleg hem ge
geven, en de omstandigheden, waarin
hij verkeerde, o. a. den omgang met
een zuster als Ruth zoo liefdevol en
goed die van hem meer zou ei-
schen dan van eenig ander?
Het verpletterende gevoel van schuld
keerde opnieuw terug, en deed hem in
het stof in elkaar krimpen. Hoe kon
die schuld ooit weggenomen worden?
Hoe kon het gebeurde ongedaan ge
maakt worden? Hoe kon hem zijn
reinheid hergeven worden?
En opeens zag hij daar zijn gansehe
leven voor zich liggen. Het had hem
altijd zulk een deugdzaam leven toe
geschenen. Maar onder het verplette
rend bewustzijn van zonde zag hij nu
klaar en duidelijk, hoe het een leven
was geweest van ijdel zelfbehagen. In
het helpen van anderen, in het uitoe
fenen van zijn edel werk. had hij toch
slechts zichzelven gezocht. Hij had
zich verlustigd in zijn eigen edelmoe
digheid en zelfopoffering. Nu hij
overtuigd was van het bestaan van
God, Die hem geschapen had, en Die
alle recht op hem bad, nu zag hij in,
dat die God met volle ïecht van hem
eischte, dat hij slechts tbt Zijn ver
heerlijking, om H e m te behagen, aan
Wien hij met lichaam en ziel toebe
hoorde, leefde. En hij had het-niet
gedaan. (Slot volgt).