NIEUWE LEIOSCHE COURANT van DONDERDAG 2 AUG. 1928 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. MINISTER DONNER MET VERLOF. De minister van Justitie, beeft gisteren de residentie met verlof verlaten. DE ZIEKTEGEVALLEN OP DE „INSULINDE". Naar „Het Vad." verneemt, zal het Rap port der Commissie van Onderzoek nog wel een poosje op zich laten wachten, daar natuurlijk eerst de zes weken lange observatie moet afgeloopen zijn. Zooals men weet, is de heele bemanning geënt en in observatie genomen. Intusschen heeft de Lloyd letterlijk niets nagelaten, om op de Insulinde te doen, wat maar mogelijk is. Behalve ont smet, zijn de bedden ook nóg uitgestoomd en opnieuw opgemaakt. Een leger van schilders krabt alle oude verf af en brengt nieuwe aan. Het gewone schilderscorps der Maatschappij, 40 man, is met 160, overal vandaan, versterkt. Ook de Haagsche Arbeidsbeurs heeft eenige tientallen ververs geleverd. Aangezien, volgens geruchten, ook op andere schepen dergelijke keelziekte-ver schijnselen als op de Insulinde zich moe ten hebben voorgedaan, vraagt men zich af, of niet in Indië de bron van besmet ting gezocht moet worden, ja, de verschijn selen zouden nog zoo onzeker van her komst zijn men spreekt van vijfdaag- sche koorts, diphtherie enz. dat reeds de mogelijkheid van een nieuwe, tot dusver vrijwel onbekende ziekte, is geopperd. Voor de bemanning is de heele aange legenheid ook een zeer onaangename strop, daar na de observatie natuurlijk niet dadelijk weer voor allen emplooi te vinden zal zijn. Dit zal zeer geleidelijk moeten gaan. NIEUWKOOP EN DE RIJKSWEG. B. en W. der Gemeente Nieuwkoop zon den ons een kleine brochure over de even tueels richting van den Rijksweg Rotter damAmsterdam, om en bij Nieuwkoop. Met geestdrift, zoo wordt daarin gezegd, werd kennis genomen van het ontwerp van den Rijksweg Rotterdam—Amsterdam welke voor een gedeelte geprojecteerd was van den Goudschen straatweg over Bodegraven via het Meije-dorp,Zuid-Oos telijk langs den Zuideinderplas en Weste lijk langs den Noordeinderplas in de rich ting Amsterdam. Vrijwel precies op de helft zou die weg den Polder in de breedte doorsnijden. Vaii het middelpunt der gemeente Nieuwkoop op den Noordschen weg, nabij de kom van het dorp en op korten afstand van het dorp Noorden, zou hij de rechtstreek- sche verbinding tot stand brengen met de bewoners van het dorp Meije, gedeelte lijk behoorende tot de gefneenten Nieuw koop, Bodegraven en Zegveld. Van daar is men via de Hazenkade spoedig in het dorp Zegveld en bereikt men ook weldra het stadje Woerden. De Rijksweg zou doorloopen van het dorp Meije naar het dorp Bodegraven, be kend om zijn kaasmarkt, steeds meer naam makend door zijn veemarkt, dat, gelegen op een kruispunt van een Provin cialen weg, steeds meer een centrum van landbouw zal worden, waardoor ook Nieuwkoop, dat voor een belangrijk ge deelte in den landbouw zijn bestaan vindt in een zeer gunstige conditie zou komen. Nu dreigt echter, dat dit tracé wordt prijsgegeven om de kosten. Een verbinding is eveneens mogelijk van den Goudschen Straatweg, Westelijk langs het dorp Bodegraven, rechtstreeks naar den Ziendeweg, vandaar achter het dorp Nieuwkoop om. Deze komt dan op hezelfde punt nabij het spoorstation uit en gaat dus terzijde van den Polder heen. Deze aanleg zal volgens het oordeel van den Rijkswaterstaat minder kostbaar zijn. Gewezen wordt op de nadeelen van dit plan, zoowel voor de Gemeente Nieuwkoop als het aanzien van ons wegennet. Om de meerdere Kapitaalsuitgaaf, aldus zeggen B. en W. van Nieuwkoop, wil men een werk voor eeuwen schandvlekken; wat het mooiste gedeelte in den voor- naamsten weg van Nederland kon zijn, FEUILLETON. EINDELIJK VREDE. 39) —o— De vader zonk voor het bed neer „Het is te zwaar, te zwaar!" kreunde bij. „God in den hemel! waarmee heb ben we dat verdiend?" „Mor niet, Frits!" zeide zijn vrouw zacht, die nog steeds den blik gericht bield op het vredige gezichtje van het lijkje, dat op haar schoot lag. Gods doen is majesteiten zij is nu ge lukkiger dan wij haar ooit zouden kunnen maken. Zouden we haar dat geluk misgunnen?" Haar gelaat was marmerbleek; zelfs de lippen hadden alle kleur ver loren; maar het was of de hemelsche vrede, die zich over het gezicht van de kleine uitspreidde, zich weerspie gelde ook in hare trekken. „Maar ik zie niets! geen hemel, geen geluk, niets!" snikte de vader wanho pig. „Het is alles donker en leeg. Ik kan niet gelooven! Ik kan niet den ken". En hij brak in heftig snikken uit. Amanda wierp zich naast hem op den grond, en klemde zich aan hem vast in sprakelooze, hartstochtelijke droefheid. „Laten we bidden-" zeide de moe der, tot Ruth opziende. Futh knielde neer. Alleen Frank bleex staan. Hij kon de houding niet wil men maken tot het meest afschuwe lijke; in de plaats, dat men via het Meije- dorp tusschen twee mooi gelegen plassen den weg maakt, wil men hem brengen onder langs een ringdijk, achter een on ooglijke huizenrij heen, zonder te schro men de noodzakelijke aanwezigheid op zoo korten afstand van niet minder dan zes gevaarlijke overwegen. De voorstellen van den Rijkswaterstaat zijn bij het Departement van Waterstaat ingediend, de onderteekening moet nog door den Minister geschieden en in een audiëntie is Z.Ex. met nadruk op deze zaak gewezen. Thans wordt een beroep gedaan op den Rijkswaterstaat, opdat bij nader overwe ging het inzicht moge rijpen, dat zoowel de belangen van het verkeer tusschen Amsterdam en Rotterdam, als de welvaart en toekomst van Nieuwkoop en zijn wij dere omgeving de eventueel meerdere kosten, welke het aanleggen var. den weg door den Polder Nieuwkoop en Noorden, zoude vorderen, alleszins rechtvaardigen. GEREF. VEREEN. VOOR DRANK BESTRIJDING. De 28ste jaarvergadering. Vandaag kwam de Geref. Vereen, voor Drankbestrijding onder presidi um van Ds. A. M. Berk hof f van Amsterdam, aangezien de voorzitter, Ds. VV. H. Gispen van Scheveningen ongesteld is, in de Westerkerk te Arn hem in 28ste jaarvergadering bijeen. Reeds gistermiddag kwamen vele afgevaardigden in het gebouw voor Chr. Belangen te Arnhem bijeen, om deel te nemen aan de excursie in de schoone omgeving van Gelre's hoofd stad, onder de uitnemende leiding van de ontvangende afdeeling. Oudergewoonte ging ook ditmaal aan de jaarvergadering een bidstond vooraf. Voorganger was Ds. A. M. Berkhoff, Chr. Geref. predikant te Amsterdam en iid van het hoofdbestuur. De bidstond. Ds. Berkhoff opende de samenkomst met het doen zingen van Ps. 123 vs. 1; het lezen van Joh. 15 vs. 115, en ge bed. Spr. wenschte zijn toespraak te ver binden aan deze woorden uit het voor gelezen Schriftgedeelte: „Zonder Mij kunt gij niets doen". (Joh. 15 vs. 5b.) Er is, aldus spr., reden voor dezen bidstond. Immers, wij hebben een ide aal. Allereerst wenschen wij ons Ge ref. volk. in verschillende Kerken te overtuigen van de noodzakelijkheid, in onzen tijd, om zich met ons rond om de banier der drankbestrijding en geheelonthouding te scharen. In verband daarmee strekt ons ide aal zich verder uit: wat zouden wij dan gemeenschappelijk meer kunnen doen voor al die duizenden, buiten, maar ook in de Kerk, die met hun gezinnen zoo nameloos lijden onder de gevolgen der drankzoride? Ja, nóg verder reikt ons ideaal: wij strijden voor een drankvrij Nederland, en wij willen zelfs gaarne onze plaats innemen in het internationale leger der strijders tegen het Alcoholisme. En dan? Velen, die met ons den drankstrijd voeren, blijven hier staan. Doch dan heffen wij ons oog naar omhoog: daar is de horizont van ons ideaal. Het gaat ons om het Koninkrijk Gods! Gok al weten we, dat dit in de ze bedeeling slechts ten deele zal wor den verwezenlijkt. Juist 't geloof, dat het toch eenmaal zeker triomfeeren zal, geeft aan onzen strijd een buiten gewone bezieling. Doch zullen w ij dat ideaal kun nen verwerkelijken? Ervaren wij niet in de velerlei teleurstellingen, dat wij machteloos zijn? Laten we dat in dit uur ook op ons in laten werken. Om dan te komen tot onzen Koning, Die ook nu ons toeroept „Zonder Mij kunt gij niets doen". Afhankelijkheidsbesef vervulle ons. Om dan met dat ledig vat tot Jezus' volheid te naderen. Met Hem kunnen wij veel doen.# Met Hem kunnen we zelfs „meer dan overwinnaar" zijn! Na dit ernstige, woord droeg Ds. Berkhoff de belangen van de vereeni- ging en de jaarvergadering in den ge- bede aan God op. aannemen van tot een God te naderen, in Wiens bestaan hij nu vooral, on mogelijk kon gelooven. Slechts be dekte hij zijn gelaat met de handen, en zacht druppelden de tranen tus- schenn zijn vingers door. Het was eenige minuten zeer stil. Alleen hoorde men het zachte snikken van de neergeknielden. Ruth trachtte tevergeefs haar aan doening te bedwingen. De voorden wilden haar niet van de lippen. Slechts was in haar hart een onuitgesproken roepen tot God. En, als neergeknield aan die voeten, die eenmaal door wree- de spijkers werden doorboord, boog ze haar hoofd dieper en dieper, als wilde zij 't op die voeten laten rusten. Niets stoorde de stilte. Maar het was als naderde Eén, zwijgend, maar lief devol. Als zag Hij hen allen aan, zoo als Hij dat alleen doen kan, met on uitsprekelijk medegevoel in Ziin blik. Als raakt Hij de. arme gewonde har ten aan met een zachte, teed^re aan raking. Als ging er een stroom van vrede van Hem uit, die de geheele at mosfeer vervulde. Ruth.en de arme, beproefde moeder wisten, dat het geen inbeelding was ;en ze zagen tot Hem op. die gekomen was „om alle treuren den te troosten". De zon was ondergegaan, en lang zaam breidde de schemering zich uit. In de kamer werd het al donkerder en donkerder. Nog altijd was het stil. Toen, op eens Met het zingen van Ps. 84 vs. 3 werd de wijdingsure besloten. De begroetingssamenkomst. Na den bidstond ontving de afd. Arnhem de afgevaardigden in de groo- te zaal van het gebouw voor Chr. be langen. Er heerschte een zeer geanimeerde stemming en verschillende personen spraken een- kort woord. De mandolineclub „Excelsior" ver leende welwillende medewerking. Het was der vergadering een oor zaak van vreugde, een woord van sym pathie te mogen beluisteren uit den mond van het Tweede Kamer-lid. wethouder C. Smeenk, lid der vereeni- ging. Het was al laat, toen men uiteen ging. Hedenmorgen maakten tal van af gevaardigden onder leiding der Arn- hemsche afdeeling een wandeltocht naar Sonsbeek. De 28ste jaarvergadering. Te 10 uur ving hedenmorgen de jaarvergadering aan, die druk bezocht was. Ds. Berkhoff opende de vergade ring met het doen zingen van Psalm 100 vs. 1 en 2;. het lezen van Psalm 103 en gebed. Spr. verbond zijn openingswoord speciaal aan de verzén 1519 van den voorgelezen Psalm. Hoe weemoedig, aldus spr.,' is dit woord. Ook in dit uur, waarin wij on zen voorzitter door ongesteldheid moe ten missen. Hoevelen ontvielen ons reeds! God spare hem nog lang voor onze organisatie. Gedenken wij allen aan onze broosheid, opdat wij leven in het besef van onze kleinheid voor God. En hoe verrassend is ook dit Schrift woord. Over dien grasmensch welft zich de regenboog van Gods goeder tierenheid en trouw. Daaronder zijn al die geslachten vóór Abraham, nè, Abraham, uit Israël en alle volken. Daaruit hebben zij Gods genade ont vangen en daardoor hebben zij ook mogen arbeiden tot de komst van des Heeren Koninkrijk. En God heeft het willen gebruiken. Wij willen, aldus spr., het ook alleen' in die eeuwige goedertierenheid ver wachten. En dan, hoe versterkend is dit woord: „De Heere heeft Zijnen troon, in de hemelen bevestigd en Zijn Ko ninkrijk heerscht over alles". Dit woord geeft ons ook kracht voor onzen strijd tegen het alcoholisme. Eens zal 's Heeren troon en rijk, in Christus reeds getriumpheerd hebben de, ook daadwerkelijk triumfeeren over alles. In dat geloof, zoo besloot spr., ligt ons isolement en onze expansie-zucht totdat God zal zijn alles in allen. (Ap plaus). Hierna werd onder daverend ap plaus besloten een telegram van hulde en heilwensch te zenden aan H. M. de Koningin-Moeder, die vandaag haar TOsten verjaardag vieren mag. Aan den ongestelden voorzitter werd een telegram van sympathie gezonden. Hierna werden de presentielijst en de notulen van de vorige jaarvergade ring goedgekeurd. De voorzitter benoemde uit de ver gadering een commissie voor het stembureau, het nazien van de reke ning van den penningmeester en het berekenen van de reiskosten. Voor de samenstelling van het pers verslag werd benoemd de heer W. C. F. Scheps van 's Gravenhage. Hierna kwamen de jaarverslagen aan de orde. Daarvan gaven we reeds gisteren 'n uittreksel. (De vergadering duurt voort). VOORLOOPIG OVERZICHT VAN HET WEER IN JULI. Mededeeling van het Kon. Ned. Met. In stituut, te De Bildt. Gemiddeld over de 5 hoofdstations was de ochtendtemperatuur 0.3 gr. C. te hoog. In de 3 dekaden waren de afwijkingen resp. 1.2 gr. beneden, 1.9 br. boven en 0.1 gr. boven normaal. De grootste afwijkin gen kwamen voor op den 15en en den 4en, resp. 5 gr. boven en 4 gr. beneden klonk een zachte, lieflijke stem, die der moeder, zwak, maar duidelijk: „Slechts van d£&r, van Uw kruis, straalt een licht op mij af!" Heer, het is zeer donker voor ons oog; maar wij willen ook in het donker vertrou wen. Leer ons het licht zien, dat van Uw kuis afstraalt. Geef ons een straal van het licht, dat onze lieveling nu ziet! Wij gelooven, zij is zalig bij U. Wij gelooven, dat U haar tot U geno men hebt. En al moest zij ook door dien vreeslijken dood heengaan, en al zijn onze harten daardoor gebroken, toch willen wij U vertrouwen. Wij wil len; maar soms kunnen wij niet. Leer het ons! Werk in onze harten geloof en vertrouwen en berusting, opdat wij U danken temidden van onze smart. Danken, dat onze lieveling gelukkig is bij U- Danken, dat wij haar eens mo gen weerzien bij U! O leid ons, leid ons aan Uw hand door deze duister nis!" „Amen!" zeide Ruth. En toen voegde zij er met vaste stem aan toe: „Ik ben de Opstanding en het Leven. Die in Mij gelooft, zal leven, al ware zij ook gestorven. Heb Ik u niet gezegd, dat, zoo gij geloot, gij de heerlijkheid Gods zien zult?" „Amen", zeiden ook de vader en Amanda, en met bevende stem ver volgde de arme man: „Ik geloof, Heer! kcm mijn ongeloovigheid te hulp!" Toen was het weer stil, doodstil. Het was Frank wonderbaar te moede. Het riormaal. Op den 15en was de maximum temperatuur te De Bildt 32.4 gr. C.; het hoogste maximum dat te De Bildt is waargenomen bedraagt 35.6 in Juli 1911. De gemiddelde maximum-temperatuur was 0.5 gr. boven, het gemiddelde mini mum 0.5 gr. beneden normaal. De neer slag was over het geheele land beneden het gemiddelde, in het Noorden 25 tot 30 pet., in het midden 40 tot 50 pet., in het Zuiden 30 tot 40 pet. beneden normaal. Te De Bildt werden 256 uren zonneschijn waargenomen tegen 195 normaal. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Heinkenszand, de heer van Kooten, cand. te Rotterdam. Te Rot- •valle, A. Burger, cand. te Oosterwierum. St. Maartensdijk, H. Bax, cand. te 's- Gravenhage. Aangenomen: Naar Opheusden, H. Japchen, te Ede. Naar Grosthuizen, H. Buiskool, te Frederiksoord. Naar Nigte- vecht, G. van Veldhuizen, cand. te Gronin gen. GEREF. KERKEN. Aangenomen: Naar Andel en Gies- sen-Rijswijk, G. Bouwmeester, cand. te Schoonhoven. Bedankt: Voor Ambt-Vollenhove (A.) Baarland, Drachtster-Compagnie, 's-Gra- vemoer, Heinkenszand en Krimpen a. d. Lek, G. Bouwmeester, cand. te Schoonho ven. GEREF. GEMEENTEN. Beroepen: Te Leiden, M. Hofman, te Krabbendijke. Dk B. J. d. PLAATS. Dr. B. J. van der Plaats, chef van het Röntgenlaboratorium van Prof. Hymans van den Bergh, te Utrecht, is uitgenoo- digd zich beschikbaar te stellen voor de aan de Medische Hoogeschool te Batavia in te stellen leerstoel in de Röntgenologie. ZILVEREN JUBILEUM. Vandaag herdenkt dr. H. Stoel, Ned. Herv. predikant te Veenwouden, den dag, waarop hij 25 jaar geleden zijn intrede heeft gedaan in de Ned. Herv. gemeente te Vledder. Vandaar is hij in 1913 naar Sellingen gegaan, in welke gemeente hij tot 1923 heeft gearbeid. Op 2 September van laatstgenoemd jaar is hij in zijn te genwoordige gemeente gekomen. De jubi laris is praetor van den ring Dokkum en lid van het classicaal bestuur van dezelf de plaats. DE HERV. KERK TE NOORDWIJK-ZEE. De verbouwde en zeer vergroote kerk der Ned. Herv. Gem. te Noordwijk aan Z. zal 8 Augustus a.s. 's avonds half acht, plechtig worden ingewijd en in gebruik genomen. Voorganger zal dien avond zijn Ds. F. G. Hospers, de predikant ter plaatse. GEREF. ZENDINGSBOND. De Geref. Zendingsbond komt Donder dag 27 September a.s. te Utrecht in het gebouw voor Chr. Soc. Belangen in 51ste ledenvergadering bijeen. Behalve allerlei huishoudelijke zaken vermeldt de agenda: rnededeelingen over de eerste jaren op het Zendingsveld door den zendeling-leeraar P. Zijlstra. De tweede ze.Mingsdag voor het Noor den van den Geref. Zendingsbond op den Sint Agnietenberg bij Zwolle wordt gehou den Donderdag 9 Augustus. De sprekers met hun onderwerpen zijn: Ds. A. Luteijn van Genemuiden, „Uw koninkrijk kome"; Ds. J. C. Wolthers, van O'nstwedde, „An dere Schapen"; Ds. A. H. J. G. van Voort huizen, van Rijssen, „De poorten van Je ruzalem"; Ds. C. B. Holland, van Huizen, „Meer dan Salomo"; De heer P. Zijlstra, zendeling van den „G.Z.B.", „Doorbrekend licht" en Ds. K. van As, van Rouveen, Slotrede. ZENDELING LEYNSE. Ds. en mevr. James Leynse hopen 8 Augustus a.s. wederom naar hun zen- dingsarbeid te Peking te vertrekken. Hun adres aldaar zal zijn: the Ameri can Presbyterian Mission Peking N.-China. VOOR HET FRONT. Onze „Rotterdammer" schrijft: De Ster-orde gaat deze week weer te Ommen in Overijsel haar internationaal was hem, als zag hij een straal van licht in de duisternis, maar zonder dat hij kon nagaan, waar die lichtstraal uit voortkwam. Met eerbied staar de hij op de zwakke vrouw, die het lijkje nog steeds in haar amen hield. Van waar ontving het verbrijzelde hart die hemelsche kalmte? Wat gaf die uitdrukking van rust en vrede aan de ingevallen wangen en de ingezonken oogen? Welke verborgen macht hield haar staande, nu alles duister was voor haar oog, en het liefst wat ze be zat, door den verschrikkelijken dood van haar was weggenomen? Waar door kon zij, de zwakke, broos als een riet, anderen troosten, en een steun zijn voor hen, die veel meer physieke kracht bezaten, en die billijkerwijs haar behoorden te troosten? Hij had gevreesd, dat deze zware slag haar gezondheid geheel zou knakken. Hij had er zich op voorbe reid, om haar te zien nederzinken. En nu bleek zij de sterke te zijn. Sterk te midden van deze verpletterende droef- beid. Sterk tegenover de macht van den dood. Wat, wat was het, dat haar zulk een geloof, zulk een hoop, zulk een vrede, zulk een blijmoedige kalmte gaf? HOOFDSTUK XXIV. „Het is toch een vreeselijk behel pen met je tweeën in zoo'n nauwe ka mer!" meende mevrouw Van der San- de, toen ze op een morgen over niets congres houden: 2500 deelnemers worden er verwacht. Het hoofd der Orde, J. Krishoamurti, die gewoonlijk alleen aan het kampvuur even zijn dwaalzieke wijsheid ventileerde voor de geestelijk ingewijden en verder persoonlijk zich schuil hield, is voorne mens dezer dagen voor het front te ko men met een openbare lezing. Zelfs zal hij in zekeren zin de frontieren overtrekken door het publiek gelegenheid te geven dien dag kosteloos het kamp binnen te treden en de bijeenkomst bij te wonen. Als wijlen de oude heer van Pallandt, die indertijd op hetzelfde landgoed Eerde zoo minzaam Dr. Kuyper ontving *-n lo geerde en die gaarna op financieele wijze de stichting van Scholen met den Bijbel mogelijk maakte, dit had moeten beleven! Niemand hale overschillig de schouders cp voor het werk van de Orde der Ster in het Oosten. De tijd zal leeren, wat zij in haar schoot bergt. Maar we zijn reeds nu er niet ten volle gerust op, dat de Orde enkel een z.g. „religieus" gevaar voor ons volk zal worden. Aan de Orde zijn allerlei theosofische kringen verwant of zelfs verbonden, tot wie ook personen behooren die tevens het communisme aanhangen als een. gods- dienstig-politiek stelsel. In den wirwar van groepen en stelsels, die in de Ster-Orde zich vereenigen, valt niet gemakkelijk den weg te vinden. Maar 't is zeker geen overbodige zaak, dat de leiders van ons Christelijk volksleven hun oogen ook in de richting van Ommen goed geopend houden. Daarvoor behoeft heusch niet afgewacht te worden de tijd, dat „de Wereldleeraar zich blijvend in Krishnamurti manifestee ren zall" SYNODE CHR. GEREF. KERK IN AMERIKA. De Synode der Chr. Geref. Kerk in de Vereen. Staten van Noord-Amerika be sloot met 69 tegen 1 stem Prof. B. K. Kui per als prof. in de Kerkgeschiedenis aan het Calvijn-seminarie niet opnieuw te be noemen, daar hij door het bezoeken van bioscopen zijn vertrouwen verloren had. Pj'of. Kuiper sprak er zijn spijt over uit, dat hij de afgevaardigden niet had kunnen overtuigen. Hij zou echter berusten in het besluit, omdat hij geloofde, dat zij naar de inspraak van hun geweten hadden ge handeld. Ds. D. Kromminga is in zijn plaats be noemd. LUCHTVAART. DE SCHIPBREUKELINGEN VAN DE „ITALIA". De aankomst te Rome. Nadat zij op alle stations, waar zij langs kwamen, met geestdrift begroet waren, bereikten de geredden van de Ita lia Dinsdagavond om elf uur de Italiaan- sche hoofdstad. De menigte had het sta tion en den omtrek daarvan als het ware overweldigd, zoodat er schier geen door komen aan was. De aankomst van den trein werd met een onbeschrijfelijk ge juich en andere uitingen van geestdrift begroet. Schout-bij-nacht Sirianni, de onder staatssecretaris van marine, als vertegen woordiger der regeering, verschillende an dere onder-staatssecretarissan, de voor zitter van de Kamer, de gouverneur van Rome en andere burgerlijke en militaire autoriteiten waren ter ontvangst aanwe zig. Schout-bij-nacht Sirianni verwelkom de de geredden uit naam der regeering. Deze begaven zich, omstuwd door de me nigte, naar de wachtende auto's, die hen naar hun gezin zouden terugbrengen. Ook bij het vertrek van de auto's klonk er een voortdurend gejuich uit het dichte publiek. Bij het huis van Nobile en bij die zijner metgezellen was eveneens heel wat volk te hoop geloopen, dat de geredden levendig toejuichte. De Italiaansche enquête-commissie. Nobile en Viglieri zullen aan hun su perieuren rapporten uitbrengen betreffen de hun ervaringen in het Noordpoolge bied. Deze rapporten zullen vervolgens aan Mussolini ter hand gesteld worden. Ook zal door Mariano een rapport opge steld worden over zijn groep en den dood van Malmgren. Nobile en zijn metgezellen weigeren ver klaringen af te leggen aan de pers en ma ken bekend, dat ieder direct of indirect anders te klagen had. „Ik weet heele- maal niet, hoe ik me wenden of kee- ren moet. En dan, als mijn man eens wat minder wel is, en den heelen dag liet bed moet houden, iL.n hindert hem bet minste geritsel. En toch moet ik in zijn nabijheid blijven om hem te kunnen helpen ,als hij eens wat roodig mocht hebben". „U kunt toch in de aangrenzende zitkamer zitten", antwoord le Ruth. „De twee kamers loopen in elkaar; dus kunt u de tusschendeur openzet ten; dan bent u toch vlak bij uw man". Maar Rutb had naderhand spijt ge noeg, dat ze dit gezegd had; want nu scheen mevrouw Van der Sande te denken, dat de zitkamer geheel voor haar alleen was. In korten tijd stond het vertrek, dat altijd zoo netjes ge houden werd, vol met allerlei bagage. Halfvuile kleeren hingen over de stoe len. De piano stond vol met doózen en kistjes, en op het tafelkleed varen al- lei kringen van natte glazen en medi- cijnfleschjes. Ruth nam met een zucht het tafel kleed weg, en legde daarvoor in de plaats een gewoon wasdoek over de tafel. Maar dit veroorzaakte een nieu we uitbarsting. „Wel, heb je oo,it van je leven!" hoorde ze haar tot haar man zeggen. „Dat onnoozele tafelkleed is nog te goed voor ons. Ik denk, dat het maar bet beste is, dat we zoo gauw moge lijk heengaan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5