CHRISTELIJK DACBLAD voor LEIDEN en OMSTREKEN
Oit nummer bestaat uit TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
WOENSDAG 4 JULI 1928
NUMMER 2478
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal. i 2.S0
Per week i 0.19
Franco per post per kwartaal i 2.90
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden Telefoonnummer 2778
Postbox 20 Postgiro 58936 jfiygQjö&r Aangesloten op het Streeknet Lisse
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone Advertentiën per regel 221/» cent
Ingezonden Mededeelingen dobbel tarief
Bij contract belangrijke redactie
Kleine Advertentiën - bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden da
gelijks geplaatst ad, 40 cents
V Beter hard geblazen
Een sociaal-democratisch ambte
naar van het Binnenlandsch Bestuur
in Indië, met den rang van Assistent-
Resident, de heer Middendorp, is in
Indië lid van den Volksraad.
Deze „welsprekende" B.B.-Ambte-
naar, heeft de gewoonte om geen blad
voor den mond te nemen, als hij
spreekt, en vooral niet als hij een rede
houdt die propagandistische waarde
heeft. Hij heeft den naam van „spre
ken voor de tribune".
In den Volksraad kwamen enkele
dagen geleden aan de orde de rappor
ten van de onderzoekings-commis-
sies over de onlusten van 1926 en 1927.
Dat was natuurlijk een kolfje naar de
hand van den heer Middendorp. Hij
sloeg er op los, dat de spaanders er af
vlogen.
Een tweetal uitlatingen hebben
vooral beroering gewekt, n.l. deze
(volgens een Aneta-telegram)
„Middendorp (I.S.D.P.) brengt hul
de aan de rapporteurs en zegt, dat
de onlusten economische oorzaken
hebben. De bestuursfeilen zijn tal
rijk geweest. De geestelijke macht
van Moskou kreeg alleen vat, omdat
er economische aangrijpingspunten
aanwezig waren".
„Naast Moskou zijn Buitenzorg en
Batavia de hoofdschuldigen in het
drama. Feitelijk verdiende het Ne-
derlandsche koloniale bewind voor
de politieke wereldrechtbank een
voorwaardelijke veroordeeling tot
ontzetting uit de voogdij".
In den Volksraad gingen onmiddel
lijk stemmen van protest op. De Re-
geeringsgemachtigde hield een rede,
waarin, onder applaus der leden van
den Volksraad, onder meer afkeuring
over de rede van den heer Midden
dorp werd uitgesproken en aan het
slot gezegd werd: „Men moet recht
vaardig zijn zelfs tegenover zijn Va
derland".
In de Nieuwe Rotterdamsche Cou
rant werd heftige critiek uitgesproken
over de rede van den heer Midden
dorp.
Het blad spreekt van een „krenken
de uitlating voor export bestemd", die
„kennelijk bedacht en duidelijk bere
kend is, om Nederland als 't ware
moreel te signaleeren bij de Manda
ten-commissie van den Volkenbond".
Het blad herinnert zich wel de par
lementair© onschendbaarheid, die den
leden van den Volksraad door de wet
verzekerd is; maar het is van oordeel,
dat voor ambtelijke leden „de grens
nauwer" moet worden getrokken dan
voor niet-ambtelijke leden; althans
dat men in den vorm hunner mee-
ningsuiting „de zelfbeperking ver
langt, welke reeds de eed van trouw
aan den Koning" insluit".
Vooral naar aanleiding van deze
laatste opmerking gaf de heer Albar-
da in „Het Volk" een scherpe beschou
wing ten beste, waarin hij bij voorbaat
d© Volksvertegenwoordiging opriep
om het onrecht, waarmede men den
heer Middendorp bedreigde, af te wen
den.
„Die campagne zoo roept hij
uit is meer dan een campagne te
gen een ambtenaar en tegen een
persoon: zij is een campagne tegen
de positie van het vertegenwoordi
gend lichaam van Ned.-Indic.
Wordt die positie bedreigd, dan
zal het verweer niet alleen in Indië.
maar ook in Nederland worden ge
voerd.
Zij, die de aktie tegen Midden
dorp ondernemen, mogen er op re
kenen: de Nederlandsche S.D.A.P.
zal in en buiten het parlement ge
reed staan om de vrijheid van het
woord voor alle Volksraadsleden te
verdedigen".
Ook nog in „Het Volk" van gister
avond tornt de heer Albarda tegen de
ze actie op. Hij beklaagt zich, dat de
rigeeringsgemachtigde, Mr. Schriecke.
in den Volksraad, namens de Rege©-
ring, Middendorp's rede besprekende,
zich bepaalde tot scherpe kwalificaties
en zich de moeite bespaarde van het
argumenteeren.
„De Volksraad applaudisseerde,
zegt hij.
Vergat men bij dat handenklap-
pen niet, dat critiek op het beleid
der Nederlandsche regeering van
meer rechtvaardigheidszin kan ge
tuigen dan lofuiting?
Vergat men ook niet den zoo dik
wijls veronachtzaamden plicht der
rechtvaardigheid tegenover de in
heemse! ie bevolking?"
Wat is echter nu gebleken?
In tweeden' termijn heeft ook d©
heer Middendorp weer gesproken. En
wat lezen wij nu in het Aneta-tele
gram, ook door Het Volk van gister
avond overgenomen? Dit:
„Middendorp (I.S.D.P.) wil dc
reeds veel besproken passage ter
zijde laten, maar vindt wat de Re
geering tegen zijn rede heeft aan
gevoerd van zeer weinig beteekenis,
ten bewijze waarvan hij verschil
lende passages uit het antwoord
der Regeering aanhaalt, welke hij
niet sterk en zelfs hier en daar on
juist acht. Spreker memoreert, dat
het verwijt der Regeering aan zijn
adres in verband met de „Moskou
passage" met teekenen van instem
ming is begroet. Spreker maakt de
woorden: „men moet rechtvaardig
zijn zelfs tegenover het vaderland"
tot de zijnen en zet voorts uiteen,
dat hij diep voelde, wat hij in dien
eenen zin, welke hem achteraf blijkt
te scherp binnen deze sfeer geuit te
zijn, heeft gezegd. Geenszins, aldus
spreker, heeft hij de bedoeling ge
had te kwetsen, hetgeen, dan ook
reeds uit het debat is gebleken,
want hij is ten zeerste getroffen
door de hem persoonlijke opbeuren
de wijze waarop de voorzitter en
met dezen vele leden van den Volks
raad deze voor hem, spreker, moei
lijke zaak hebben gesproken. Hij
brengt daarvoor dank".
Dat ademt een heel anderen geest.
Al dat geroep van Hei! hei! van
Alberda en anderen, had achterwege
kunnen blijven, omdat de heer Mid
dendorp zelf wonderwel alle» heeft in
geslikt en met zijn figuur verlegen
was.
Van rancune ook geen sprake, want
de heer Schriecke liet zich, alweer
volgens het Aneta-telegram, aldus uit:
„D© regeering acht de wijze van
onderzoek van de commissie der
Westkust volkomen juist. De over
plaatsing van de heeren Karsen en
Veen is niet. gegrond op grieven van
de bevolking. De reden van hun
overplaatsing is aan de betrokkenen
meegedeeld. D© twee rede van den
heer Middendorp heeft veel duide
lijk gemaakt, allereerst het uiterst
subjectieve standpunt van den re
denaar, die slechts een zijde van al
le vraagstukken ziet, zoodat hij
meent dat door heerendiensten men
schel^ in d© gevangenis komen. De
regeering heeft voor die meening
eerbied, evenals voor den persoon
van den heer Middendorp, doch een
ernstig bezwaar is dat subjectieve
uiteenzettingen als objectieve waar
heid worden voorgelegd aan een
internationale rechtbank.
D© regeering zie», geen reden om
haar scherpe kwalificatie en verge
lijking terug te nemen. Het gespro
kene was bedenkelijk. De regeering
hoopt dat de heer Middendorp zijn
gaven van hóófd en hart in de toe
komst meer in het belang van Indië
zal aanwenden".
Albarda kan nu ook zijn booz© drei
ging terug nemen.
Maar er is ook nog iets anders uit
het geval te leeren. Blijkbaar zijn de
Indische Sociaal-Democraten wat eer
lijker om ongelijk te erkennen en om
het scheef getrokkene recht te Zetten
aan de Hollandsche pgenooten.
STADSNIEUWS.
ZOMER-KERKCONCERT.
Zomer-concerten zijn voor Leiden
iets nieuws.
Tijdens den winter worden wij ruim
voorzien van goede muziek en het is
nog niet zoo lang geleden, dat we het
laatste concert hoorden, want onder
dat „winter" kunnen we ook verstaan
een goed deel van den herfst en van
de lente.
Zomerconcerten kwamen echter tot
nog toe sporadisch voor en we moeten
eerlijk bekennen, dat we er nu juist
niet zoo optimistisch tegenover ston
den, want we waren bang, dat de be
langstelling nu juist niet zoo gróót
zou zijn, terwijl ook om andere rede
nen de winter voor goede concerten
moet geprefereerd worden boven den
zomer.
Die vrees voor belangstelling was
dan ook niet geheel overbodig, want de
Pieterskerk was gisteravond slechts
voor een klein gedeelte bezet.
Tegenover het orgel hadden een
paar honderd bezoekers plaats geno
men en daarom lijkt het ons zeer de
vraag, of de concerten zich bij den
lagen toegangsprijs financieel zullen
kunnen bedruipen.
Wat de avond zelf betreft, moeten
we echter oogenbliklcelijk zeggen, dat
de afwezigen, zooals meestal, ook nu
weer ongelijk hadden, want het con
cert, dat gegeven werd door Mcjonkvi'.
J. Repelaer van Driel, alt, te Den Haag
en den organist van de Pieterskerk,
Leo Mens, was in alle opzichten, zelfs
in den zomer, de -moeite van een be
zoek ten volle waard.
Het programma bevatte voor het
meerendeel klassieke muziek en on
danks het feit, dat er ook eenige mo
derne composities op voorkwamen,
vormde het een schoon geheel, dat
juist geschikt was voor een avond als
deze.
Het was een kerkconcert, dus geen
krillante muziek met veel kleurenbe-
weeg en verrassende vuurpijlen, maar
een vroom gebed met diepten van
smart en hoogten van "vertrouwen, met
de zielsgestalten, waarmede d© vro
me zijn God ontmoet.
Leo Mens begon met twee Choral-
vorspiele van J. S. Bach.
Het eerste: Ich ruf zu dir, dat zeer
voornaam klonk, door het zware ge
dreun der bassen, waarboven de me
lodie golfde, bracht reeds dadelijk de
juiste stemming in de harten van de
toehoorders voor den geheelen avond.
Het tweede koraalvoorspel: Wachet
auf ruft uns die Stimme, met een
herhaaldelijk terugkeerend motief, is
ook zeer mooi vertolkt.
Het glansnummer van den organist
was een Concert in A-dur (op. 7 No.2)
van G. F. Handel.
We kennen Handel voornamelijk
als oratorium-componist, maar dat
neemt niet weg,dat ook zijn andere
composities, vooral zijn orgelconcer
ten ons hem doen kennen als kunste
naar bij de gratie Gods en dit laatste
geldt van hem nog weer in bijzondere
mate, omdat hij innig-vroom Was en
dat ook in al zijn muziek tot uiting
bracht.
Hij heeft niet dat subjectieve van
Bach, dat fijne romantiek wordt,
maar hij blijft steeds objectief en we
vinden daarom bij hem niet die groo-
te diepte, maar wel de overweldigen
de kracht en schittering.
Zoo moeten we zijn werken opvat
ten, willen we er in waarheid van ge
nieten. Zoo was ook het concert, dat
we gisteravond hoorden.
Het ving aan in Con maesta, totdat
in het Allegro de klanken uit het or
gel spoten om dan in statig Adapio ver
der te ruischen, waarna het tenslotte
weer in Allegro overgaat.
Het is juichende muziek, gedragen
door donkere tonen als goud op blauw
fluweel.
Leo Mens vertolkte het onberispe
lijk, terwijl zijn technische capacitei
ten er duidelijk door in het licht tra
den.
Het laatste nummer van zijn gedeel
te van het programma was een Toc
cata van Th. Dubois, die inderdaad
met virtuositeit geschreven en uitge
voerd is. De strenge rhythmische
eischen aan een Toccata gesteld, kwar
men hier goed tot hun recht.
Mejonkvr. J. Repelaer van Driel had
voor het meerendeel muziek gekozen,
die uiterst geschikt was voor haar
stem. Ze heeft een donkere altstem,
die zich uitermate goed leent voor ge
wijde muziek, vooral als deze muziek
bovendien klagend is en somber.
Heel mooi vonden we daarom, en
inzonderheid het laatste couplet, van
„Das Grab", van Joh. Fr. Reichardt.
Ook Ad te clamamus, van J. A. Has-
se klonk goed. Jammer, dat de tweede
inzet niet heel zuiver was. Tevens von
den wij de begeleiding bij dit stuk te
zwaar, vooral voor deze stem, waar
door de diepe tonen van de zangeres
niet gehoord werden.
Hoewel haar stem nog niet de volle
draagkracht bezit, heeft de melancho
lie, die er onafscheidelijk van schijnt
te zijn, diepen indruk op ons gemaakt
Het Advent-Gesang van Joh. Ad.
Hiller, ons kort geleden door een so
praan-soliste ook in een kerkcon
cert voorgezongen, voldeed ons be
ter, dan als alt-solo. Wel zong de so
liste heel mooi en krachtig het slot:
„Anbetung, Preis und Dank!", wat
met de staccato-accoorden prachtig
door Leo Mens begeleid werd.
No. 6a: Disons le Chapelet en 6b: Le
Paradies, beide van Harm. p. Bour-
gault-Du Condray, waarvan vooral dc
teerc begeleiding indruk maakte, wer
den door de zangeres sober voorgedra
gen.
Tot slot kregen wij nog een Melodie
sans paroles, van Vincent d'Indy,
waarbij de zangeres zonder woorden
de melodie meezong.
Zij heeft ons met den heer Leo Mens
een schoonen avond bezorgd.
Het eerste Zomerconcert is ons goed
bevallen.
We zien het tjveede op 2 Augustus,
biet, medewerking van een fuitist en
een celliste, belangstellend tegemoet
en we hopen, dat dan het Leidsche pu
bliek ook zijn belangstelling beter zal
doen blijken. Het concert is het ruim
schoots waard.
„TUINLUST".
Zooals men zich zal herinneren, is
verleden jaar de handelskweekerij en
het magazijn voor tuingereedschappen
„Tuinlust" aan den Rijnsburgerweg
128 overgegaan in handen van de be
kende firma Buurman en Zn.
Het bedrijf verkeerde toentertijd nu
juist niet in een zeer florisanten toe
stand, maar de heer Buurman, be
kwaam tuin-architect als hij is, heeft
de zaak energiek aangepakt en onder
zijn leiding is een algeheele metamor
phose tot stand gekomen, zoodat
thans het geheele gemoderniseerde
bedrijf door iedereen gezien mag wor
den en overal ter goeder naam en
faam bekend staat.
In den winkel en het magazijn treft
men aan een groote sorteering van al
le mogelijke artikelen, die in het tuin
bouwbedrijf te pas komen: bestrij
dingsmiddelen van insecten en on
kruid, enz, tuinmeststoffen en gereed
schappen voor alle mogelijk© doelein
den.
Bij de gereedschappen, die de heer
Buurman verkoopt, bevindt zich o.a.
©en instrument, dat wij nog niet eer
der zagen, n.l. een nieuw soort gras-
schaar, bij het knippen waarmee de
hand zich verticaal beweegt en de be
weging natuurlijk horizontaal wordt
overgebracht. Een zeer practisch in
strument, dat we ieder kunnen aan
bevelen.
Voor het huis van den heer Buur
man bevindt zich een mooi tuintje,
waarin o.a. monstersteenen ten behoe
ve van rotspartijen liggen, die daarin
heel mooi tot hun recht komen. Deze
steenen zijn uit voorraad leverbaar.
Achter het huis vindt men de groo
te tuin (175 M. diep en 30 M. breed)
waarin men allereerst aantreft een
viertal kassen, waarin een groote ver
scheidenheid van bloemen en sier
planten wordt gekweekt. Vooral wat
betreft de vetplanten, is de heer Buur
man rijk gesorteerd. Een der kassen
bevat er niet minder dan 12000 van
alle mogelijke soorten.
Verder viel ons in een des kassen op
een mooie en kostbare verzameling
cactussen.
Op de z.g. koude grond achter de
kassen treft men aan een collectie
planten, bloemen, heesters en vrucht-
boomen, aan een opsomming waarvan
we niet beginnen. Dat zou ons te ver
voeren.
Het zal thans wel aan ieder duide
lijk zijn, dat men voor alles, wat ook
maar eenigszins met een tuin in ver
band staat, bij den heer Buurman te
recht kan. Hij is niet alleen een goed
verkooper, maar bovendien een be
kwaam adviseur en* zijn werk op het
gebied van tuinarchitecteur mag over
al gezien worden.
LEGATUM VISSERIANUM.
Gemeld wordt:
In Juli 1926 heeft de faculteit der
Rechtsgeleerdheid alhier voor het Le-
gatum Visserianum d© volgende
prijsvraag uitgeschreven:
Een critisch overzicht, volledig
voorzoover dit uit de uitgegeven bron
nen, welke alleen behoeven te worden
geraadpleegd, mogelijk is, van het
Westfaalsch© congres en de daaraan
voorafgaande vredesonderhandelingen.
Uit het overzicht moet blijken de be
teekenis van het congres voor de orga
nisatie van de Westersche staten we
reld, alsmede ook voor andere vol
kenrechtelijke gezichtspunten, b.v. de
vraag, in hoever er aanleiding bestaat
het jaar 1648 te beschouwen als een
mijlpaal in de ontwikkeling van het
volkenrecht.
Op deze vraag zijn drie antwoorden
binnengekomen, waarvan aan één een
prijs van f 3000 is kunnen worden toe
gekend. De schrijver bleek te zijn prof.
Andreae Rapisardi Mirabelli, hoog-
leeraar aan de Koninklijk© universi
teit te Siena (Italië).
EEN LEGAAT VOOR DE LAKENHAL.
De heer I. J. Leembruggen, den 16den
Mei j.l. te Amsterdam overleden, heeft
aan het Stedelijk Museum De Lakenhal
alhier vermaakt twee portretten van zijn
grootouders, namelijk Johannes Leem
bruggen, geboren te Leiden 2 Juni 1778,
en Elisabeth Reynvaan, beide portretten
geschilderd door J. W. Pienemans in
1S36 en 1835, op doek hoog 140 en breed
111 c.M.
De goed geschilderde portretten vor
men een belangrijke aanwinst voor het
museum.
liet vrouwenportret, bekend uit de af
beelding bij G. H. Merius „De Hollandsche
Schilderschool", uitgave 1903, blz. 28, ver
toont een dame op 55-jarigen leeftijd in
de drukke kleeding van dien tijd, met
grooten hoed en met een wat stijf geschil
derd kind, de \y%-jarige kleindochter
Elisabeth Johanna Leembruggen, later ge
huwd met W. Pompe Statiger, en het
ret van Johannes Leembruggen.
Binnenland.
De universiteitsdagen der V. U. te Mid
delburg aangevangen.
H. M. de Koningin bezoekt de L T. A.
Het congres van Voikenbondsvereeni-
gingen in Den Haag.
Buitenland.
De opening der in- en uitvoerconieren-
tie te Genève.
De Duitsche regeeringsverklaring.
Venizelos kabinetsformateur in Grie
kenland.
Een scherpe verklaring der Poolsche
socialisten tegen PilsoedskL
Bij dit legaat zijn nog gevoegd een
schilderijtje van het slot Teylingen to
Sassenheim en 12 schilderijtjes van het
Huis Dever, geschilderd door G. J. Leem
bruggen, vader van den legetaris, alsmede
een aantal schetsen en teekedingen van
diens hand, waaronder ook eenige ge
zichten van de omgeving van Leiden.
De schilderijtjes van het Huis Dever
zijn van groot belang voor de topografie
aangezien zij ook weergeven het thans
verdwenen gedeelte van het kasteel, waar
van uit dien tijd geen afbeeldingen be
stonden.
KWEEKSCHOOL-EXAMENS.
Aan d© «Gemeentelijk© Kweekschool
alhier zijn geslaagd (3d© groep): de
heeren B. H. Bakker, W. M. Breuring,
J. M. Goddijn, H. van Hest, F. H. Th.
Jasperse, allen alhier en J. Boer^ma,
Sassenheim.
Verbetering. Van d© vorige groep is
geslaagd mej. P. J. Verberg en niet
mej. P. J. Verbey.
Voor het diploma M.UX.O. zijn
geslaagd, diploma B.: A. F. v. d. Touw,
'i'. Tieleman, G. Starre, alhier; P. Ch.
Kraan, Oegstgeest; N. v. d. Baan, al
hier; M. Hulsebos, Lisse, A. C. Noord-
hoff, alhier; M. C. Rutter, Voorscho
ten; C. A. v. Schalk, S. A Taverne,
alhier.
BINNENLAND.
NIEUWE PORTRETTEN VAN DE
KONINGIN-MOEDER.
De heer Franz Ziegler te 's-Graven-
hage, opvolger van den hoffotograaf
Deutmann, zal half Juli drie nieuwe
foto's van d© Koningin-Moeder in den
handel brengen. Deze zeer goed ge
slaagde portretten laten ons de Konin
gin-Moeder zien staande, bijna ten
voeten uit, een buste van haar en een
zittende foto.
Verder toonde d© heer Ziegler een
foto dieplografie, een eigen procédé
van hem, waarop de Koningin-Moeder
en profiel staat afgebeeld. Het is een
zeer goed geslaagd en fijn portr©t.
HIJ HEEFT GEEN HAAST.
Zooals m enweet is de heer H.
Colijn, die door den voorzitter van
het Centraal Stembureau tot lid der
Tweede Kamer benoemd is verklaard,
thans lid der Eerste Kamer. Het Va-
dtrland hee/t den heer Colijn, die
thans te Genève vertoeft, gisteren te
legrafisch gevraagd of hij reeds een
beslissing heeft genomen omtrent d©
vraag in welke der beide Kamers hij
zitting zal nemen.
Hierop ontving het blad van den
heer Colijn telegrafisch bet volgende
antwoord:
„Niets geen haast om t© beslissen".
WISKUNDE BIJ HET EXAMEN
HOOFDAKTE.
Op de vragen van mevrouw Bakker
Nort betreffende het examineeren in
het vak wiskunde van candidaten bij
het examen voor de hoofdakte voor
on 'crwijzer, antwoordde de Minister
van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen, dat d© tegenwoordige in
richting van het hoodakte-examen,
voor zoover het vak „wiskunde" be
treft, een gevolg is van de regelen
betreffende dat vak bij het onderwijs
op do kweekscholen voor onderwijzers
en onderwijzeressen. De Minister is
bereid te overwegen, of een wijziging
in de regeling van d© opleiding, die
dan mede tot veranderng van de exa
menregeling zal kunnen leiden, wen-
schelijk is, dan wel of het invoeren
van d© in d© vraag bedoelde vrijstel
ling aanbeveling verdient.
RIJKSSUBSIDIE TUBERCULOSE
BESTRIJDING.
Het Tweede Kamerlid mej. Groene-
v. eg heeft aan den Minister van Ar
liid, Handel en Nijverheid gevraagd:
Is de Minister bereid te bepalen, d i