NIEUWE LEIDSCHE COURANT
van
DONDERDAG 21 JUN11928
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
HET RECHT.
Wij ontvingen het eerste nummer
van een nieuw periodiek „Het Recht",
officieel orgaan van de Vereen, tot
reorganisatie der rechtspraak.
Over doel en taak zegt de Redactie
in een artikeltje aan den kop:
Ons doel is:
le. als orgaan te dienen voor de
Vereeniging tot Reorganisatie der
Rechtspraak;
2e. de beginselen, door die Vereeni
ging voorgestaan, te verbreiden, toe te
lichten, te verdedigen, tot verwezenlij
king te brengen.
Onze taak hopen wij te vervullen
door
le. artikelen, welke het streven der
vereeniging duidelijk maken;
2e. bijdragen van binnen- en buiten-
landsche medewerkers;
3e. wijzen op misstanden op rechts
gebied, welke ter onzer kennis ko
men;
4e. het rechtsgevoel van het publiek
op te wekken en te versterken;
5e.'in alle gevallen, waarin inbreuk
wordt gemaakt op het recht, zoo noo-
dig een beroep te doen op het zedelijk
bewustzijn der massa, opdat de pu
blieke opinie oordeele en optrede als
hoogste instantie.
De wijze waarop v/ij ons doel zullen
trachten te bereiken, zal los staan van
eenige politieke, godsdienstige en
oeconomische richting, noch zal eeni
ge bepaalde klasse door ons verdedigd
worden, doch zullen wij met al de
kracht waarover wij beschikken, op
treden voor het recht onzer medebur
gers 't strafrecht, dat onze vrijheid
het civiel recht, dat ons bezit het
internationaal recht, dat ons leven
verdedigen moet, maar ook bedreigen
I kan.
Wij zullen dit laatste trachten te
voorkomen en het eerste te bereiken
door recht te schrijven en te handha
ven en door mogelijk onrecht te be
strijden, alsmede door een dank zij
stijgende medewerking van allen, die
met ons streven sympa-hiseeren, pre
ventieve werking uit te oefenen op al,
wat het algemeen rechtsgevoel kren
ken mocht.
Minder wetten beter toegepast
Voor recht tegen onrecht minder
dwang meer vrijheid.
NEDERLAND EN ORANJE.
„Nederland en Oranje", Officieel or
gaan van het Verband van A.-R. Pro-
pagandaclubs in Nederland. Uitgave
van fchet Bureau Centraal Comité, Dr.
Kuyperstraat 3, 's-Gravenhage, Post
rekening No. 134589, Telef. 17396.
Het derde nummer van den 9den
jaargang (Juni 1928) bevat: Verplichte
Verzekering II (Slot), van Mr. P. S.
Gerbrandy; Antirevolutionair en Chr.-
Historisch IlI.r, van R. A. d. O.; De
Antirevolutionaire Partij en het Kies
recht III, door R. A. d. O.; Berichten.
CENTRAAL COMITé.
Op Donderdag 12 Juli a.s., des mid
dags half twee heeft een voortgezette
vergadering van het Centraal Comité
plaats in het Kuyperhuis. Dr. Kuyper
straat, Den Haag.
De Agenda der vorige vergadering
is daar aan de orde.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Drietal: Te Zeist (vac.-B. N. B. Bout
hoorn) A. J. Wormgoor, te Bussum; P. G.
de Vey Mestdagh, te Rotterdam; en J. G.
L. Brouwer, te De Meern.
Beroepen: Te Zevenbergen, G. Ver
does Kleijn, te Dordrecht. Te Kleverskerke
(eiland Walcheren), H. v. d. Linde, cand.
te Utrecht. Te Wanswerd, J. v. Amstel, te
Putten. Te Scheveningen (vac.-H. J. de
7wqrt). J. J. T. Heeringa, te 't Zandt (Gr.)
FEUILLETON.
EINDELIJK VREDE.
3> —o—
En haar liefdevolle geloofstaal
had diep wortel geschoten in het
hart van de arme wees, die zoo
weinig liefde in haar leven had onder
vonden. en die van Godsdienst tot nu
toe niets meer had gezien dan eenen
k 'i<?en vorrn, die bestond in een ge
dwongen kerlcgaan en in het opzeg
gen van een uit het hoofd geleerd ge
bed bij den maaltijd.
De tijd was kort geweest, en Ruth
had dikwijls gemerkt, dat er veel was,
wat Helena niet begreep; maar het
werkzaam geloofsleven, dat Ruth leid
de in den dienst der Hoogste Liefde,
en haar innise omgang met den Heere
hadden een dieperen indruk op het
ontvankelijke gemoed gemaakt, dan
Ruth kon vermoeden. Met stillen wee
moed kon de trouwe zuster, die zich
reeds zoo verblijd had in het vinden
van eene vriendin, den pas gevonden
schat weer afstaan, en dien neerleg
gen in die Armen, die Zich eens aan
liet vloekhout lieten uitstrekken om
eene geheele wereld té omvatten in
grenzenlooze liefde. Maar haar broer,
haar arme Frank!
Ze wendde het hoofd naar hem om.
Hij lag nog steeds in dezelfde hou-
Aangenomen: Naar Charlois, G. J.
Koolhaas, te Oud Beyerland. Naar Hele-
naveen, W. A. v. Bruggen, te Goëngarijp.
Naar Boxum, L. de Baan, te Garmerwol-
de.
Bedankt: Voor Giessendam, A. v.
d. Kooy, te Kampen.
GEREF. KERKEN.
Aangenomen: Naar Molenaarsgraaf
Brandwijk, O. P. Boodt, cand. te Voor
burg.
BEVESTIGING, INTREDE, AFSCHEID.
Ds. D. M. Blankhart is voornemens 26
Aug. afscheid te nemen van de Ned. Herv.
Kerk te Nijverdal om op 2 Sept. zijn in
trede te doen te Hillegersberg.
Na des morgens te zijn bevestigd
ëbor zijn voorganger, Ds. J. Hoekstra, van
Schoonhoven, met een predikatie over
Ezech 33 7, deed Ds. J. W. v. Tol, geko
men van Scharendijke, Zondagavond zijn
intrede bij de Geref. Kerk van Dalfsen,
sprekende over Ezech. 33 11.
Na de predikatie werd Ds. van Tol toe
gesproken door ouderling J. Evertsen na
mens den kerkeraad; Ds. C. A. Vreugden-
hil, van Gramsbergen, namens de classis
Ommen en door zijn bevestiger, Ds. J.
Hoekstra. Toegezongen werd Ps. 134 3.
Wegens vertrek naar Putten nam
Ds. G. de Jager Zondag afscheid van de
Geref. Kerk van Doornspijk, sprekende
over Hab. 3 2b. Hij werd toegesproken
door ouderling J. v. Hattem, namens den
kerkeraad; den heer D. Harskamp, hoofd
der Chr. School; Ds. J. Krijger van Elburg
en door zijn broèr, Ds. R. de Jager, van
Nunspeet, als consulent. Toegezongen
werd Ps. 121 2 en 4.
Wegens vertrek naar Amsterdam-
Zuid nam Ds. C. J. Sikkel Zondagavond
afscheid yan de Geref. Kerk van Oosthem,
met een predikatie over Jesaja 40 611.
Na de predikatie werd hij toegesproken
door oud. S. Sijbrandy namens den ker
keraad; door oud. J. Nooitgedacht namens
den kerkeraad van Ylst en door Ds. H.
Dethmers, van Sneek, namens de classis.
Toegezongen werd Ps. 1214.
Dr. J. VAN LONKHUIJZEN.
Naar De Standaard verneemt, staat het
nu vast, dat Dr. J. v. Lonkhuijzen, thans
met verlof hier te lande, weer naar zijn
gemeente U Chicago zal terugkeeren. Dr.
van Lonkhcijzen zal over een paar maan
den te Arnhem in het huwelijk treden.
Ds. L. H. A. BëHLER 90 JAAR.
Ds. L. H. A. Bahler. em. predikant der
Ned. Herv. gemeente te Gron'ngen, wordt
vandaag te Scheveningen 90 jaar.
Ds. L. H. A. Bahler werd 21 Juni 1838
te Oosterwolde geboren. Aanvankelijk stu
deerde hij te Leiden in de oude talen,
maar hij bezocht ook de colleges van de
hoog-leeraren in de Oostersche talen, het
Gothisch, Sanskriet enz. Te midden van
zijn omvangrijke talenstudie in 18 ta
len, w.o. Angelsaksisch, Russisch en Spij
kerschrift, heeft hij zich min of meer
thuis gemaakt gevoelde hij de roeping
predikant te worden; hij vertrok naar
Utrecht en studeerde daar onder Ooster
zee, Doede9, Opzoomer e.a., terwijl hij in
1866, dus op 28-jarigen leeftijd, proponent
der N.H. Kerk in Ovtrijsel werd.
Achtereenvolgens diende hij de gemeen
ten: Resteren, waar hij 5 Augustus 1866
bevestigd werd, Oosterwolde (1870), Lage
Zwaluwe (1880) en Groningen, waar hij
van 1881—1906 predikant wa9 en zijn eme
ritaat nam.
JUBILEA.
Ds. Joh. Bender, Ned. Herv. predikant
te Noordwolde, viert vandaag zijn 25-ja-
rige ambtsvervulling. Achtereenvolgens
heeft hij gestaan te Peperga, Muntendam,
Garnwerd, Westerlee en Nieuwe Schans.
Ds. G. van Dorssen, predikant bij de
Ned. Herv. gemeente te St. Johannesga,
viert vandaag zijn zilveren ambtsjubi
leum. De jubilaris heeft, voordat hij in
1915 in z'n tegenwoordige gemeente kwam,
van 1903 tot 1915 te Zevenhoven gestaan.
Vandaag herdenkt Ds. B. Dijkstra,
Ned. Herv. predikant te Harich, den dag,
waarop hij 25 jaar geleden zijn ambt te
Holysloot heeft aanvaard. Van 1910 tot
1921 heeft de jubilaris te Longerhou ge
staan; op 29 Mei 1921 heeft hij in zijn te
genwoordige gemeente zijn intrede ge
daan. Ds. Dijkstra is quaestor van den
ring Sloten.
Heden viert Ds. A. Hoeneveld, Geref.
predikant te Nijkerk, zijn zilveren ambts
jubileum. De jubilaris werd 18 Nov. 1873
ding, het gezicht in de handen ver-
horgen, voor het ledikant.
Zacht streelde ze zijne donkere lok
ken. „Kom mee, Frank!" fluisterde ze.
Hij richtte het hoofd op, en keek
verward naar het nu ledige bed. Ze
raadde zijne gedachten, en wees hem
naar de rustbank, waar de doode nu
lag. Langzaam stond hij op, en liet
zich door Ruth daarheen leiden.
„Zij slaapt, Frank", zeide ze teeder;
„maar eens zal Jezus haar opwekken".
Hij scheen haar niet te hooren. Lang
staarde hij op dat engelachtige gelaat,
en knielde toen bi, de rustbank neer
zonder een woord te spreken. Doode-
lijke stilte heerschte in het geheele
huis.
Op eens hoorde Ruth het kiezel
zand in het kleine bloemtuintje vóór
het huis kraken, en Nénék fluisterde
baar in, dat de dominee aankwam. Zij
haastte zich om hem te ontmoeten.
Hij was een goed man, die het volle
Evangelie ijverig en trouw verkondig
de, en Ruth hoopte, dat zijn bezoek
haar broer goed zou doen.
„Ik heb met innig leedwezen ge
hoord, welke een vreeselijk zware
slag u en uw broer getroffen heeft,
juffrouw Van Ede", begon de dominee
hartelijk; en het zou mij een groot ge
noegen zijn. als ik u in deze droevige
omstandigheden van dienst kon zijn".
„Ik ben u heel dankbaar voor uwe
deelneming, dominee. Er is niet heel
geboren en studeerde aan de Vrije Univer
siteit. In 1899 werd hij candidaat om 21
Juni 1903 te Kockengen het predikambt
te aanvaarden. In 1908 kwam hij in Char
lois, welke gemeente hij 7 Mei 1911 met
zijn tegenwoordige gemeente verwisselde.
Ds. Hoeneveld is deputaat vanwege de
Gen. Synode voor de correspondentie met
de Buitenlandsche Kerken en voor de
zaak der Hongaarsche studenten.
PART. SYNODE Z.-HOLLAND-NOORD.
In de Nieuwe Zuiderkerk te 's-Graven-
hage werd Dinsdag de Part. Synode der
Geref. Kerken van Z.-Holland ten.. Noor
den gehouden. Namens de roepende Kerk
's-Gravenhage-West) opende Dr. Dijk, als
oudste predikant, de Synode op gebruike
lijke wijze, waarna hij een toespraak hield
waarin hij na een woord van welkom tot
de aanwezigen, er aan herinnerde, dat se
dert in 1924 de vorige Part. Syn. te 's-
Gravenhage bijeenkwam, deze Kerk in
tweeën gesplitst werd, een splitsing die
geen scheuring was. Sinds de Gen. Syno
den van Assen en Groningen, gingen, al
dus spr., slechts enkelen van ons. Zij gin
gen in een eigen huis, dat echter van zoo
min-vaste formatie is, dat een eigen naam
nog steeds ontbreekt. Met de opwekking,
tot het gebed dat Gpu ons beware voor
alle strooming buiten ons en innerlijk
sterke met de zalving van den Heilige,
heslooi spr.
Hierna werd overgegaan tot de verkie
zing van een moderamen, Na enkele
stemmingen werden gekozen tot praeaes
Ds. A. H. v. Minnen, van 's-Gravenzande;
tot assessor Dr. K. Dijk, en tot scribae Ds.
E. H. Broekstra, van Hijnshurg en Ds. J.
Wientjés, van Oudshoorn.
De Syn. ging vervolgens, ter behande
ling van enkele tuciLzaken en bezwaar
schriften, in comité-generaal.
Verder werden behandeld onderschei
den jaarlijksche rapporten en verslagen.
Een voorstel van de classis Woerden, Den
Haag en Leiden, luidende: De Part. Syn.
van Z.-Hoiland-Noord overwege de wen-
9chelijkheid en de mogelijkheid of de mis
sionaire dienaren des Woords van de Kerk
van Delft opgenomen kunnen worden in
de regeling die zij getroffen heeft in ver
band met art. 13 K. O., werd ter nadere
bestudeering gesteld in handen van depu-
taten naar art. 13 K. O. en die voor de
Zending.
Roepende Kerk voor de volgende Part.
Syn. is die van Gouda.
In verband met enkele tuchtzaken zal de
Part. Synode Dinsdag 10 Juli wederom
samenkomen.
KERKGEBOUW GEWEIGERD.
De kerkeraad der Geref. Kerk van Rot
terdam heeft geweigerd de inwilliging
van het verzoek van den Kerkeraad der
Geref. Kerk in Hersteld Verband aldaar,
om voor de intrede van Ds. E. L. Smelik
van Tienhoven in Sept. a.s. te mogen be
schikken over het kerkgebouw in de Ho
venierstraat.
THEOL. SCHOOLDAG.
Heden werd in de Burgwalkerk te Kam
pen de jaarlijksche Theol. Schooldag ge
houden onder presidium van Prof. Dr.
H. Bouwman.
Gisteravond ging in den bidstond voor
D s. D. v. D ij k van Groningen. Aan diens
toespraak ontleenen wij het volgende:
Daar ligt, zoo ving hij aan, over de bid
stond voor de Theologische Schooldag,
evenals over heel dien dag zelf voor mijn
besef en ongetwijfeld ook voor het uwe,
een zekere wijding. Dat komt, doordat op
den Schooldag, wij ons voelen staan aan
gezicht tot aangezicht met de geschiede
nis der vrijgemaakte kerken sinds 1834;
een geschiedenis, waarin zoo klaar de
hand Gods openbaar wordt, dat wij ons
op zulk een Schooldag zoo dicht gevoelen
bij den Heere.
Laat het on9 gegeven zijn in zulk een
gewijde stemming vanavond dezen bid
stond te houden.
Ter inleiding op het gebed, sprak hij
over Jacobus 15—8, 'waarin ligt: De ver
maning, dat wij, als ons wijsheid ont
breekt, die zullen begeeren van God.
Spr. ging na: I. Op welke omstandighe
den heeft deze vermaning betrekking; II.
Waartoe worden wij in deze vermaning
opgewekt; III. Welke drangrede tot ge
hoorzaamheid is aan deze vermaning toe
gevoegd.
De wijsheid, waarvan Jacobus hier
spreekt is niet de wijsheid, die ook bij
de natuurlijke mensch gevonden wordt,
een helder oordeel over, een diep inzicht
veel meer te doen. Voor de begrafenis
is alles al beschikt".
„Zou uw broer het goed vinden,
als ik den begr&fenisdienst leidde?"
„Ik zou het zoo graag willen. Ik zal
het hem gaan vragen", zeide Ruth.
Het duurde eenigen tijd, voordat
Frank hare zachte stem hoorde, en
toen keek hij haar verwilderd aan,
alsof hij haar in 't geheel niet kende.
„Frank", zeide ze zacht, ,de dominee
is daar, en hjij vraagt, of je het goed
vindt, dat hij den begrafenisdienst
leidt. Hij is een goed man, Frank 1"
Een oogenblik staarde haar broer
baar verward aan; toéin richtte hij
zich plotseling in zijne volle lengte op.
„Laat hem heengaan, onmiddellijk I"
riep hij woest uit. „Wat heb ik met
een dominee te maken! En laat hij het
hart hebben, zich nog eens te vertoo-
nen!"
Zijne geheele forsche gestalte trilde,
en uitgeput zakte hij ineen.
Hevig verschrikt kwam Nénék toe-
loopen; en daar hij te zwaar was voor
de beide vermoeide vrouwen, scho
ven ze slechts een kussen onder zijn
hoofd. De flauwte duurde echter niet
lang.
Toen Ruth zijne slapen met koud
water bevochtigde, opende hij de
oogen: en daar hij zich geheel uitge
put voelde, stemde hij er in toe, zich
wat op eene rustbank neer te leggen.
Nénék bleef er naast op den grond
zitten. De trouwe ziel had hare „kin-
in het wezen en den samenhang der din
gen; wat hier bedoeld wordt is de reli
gieuze wijsheid, die wijsheid waardoor
wij verstaan, dat God te dienen onze roe
ping en onze zaligheid is en waardoor
wij tevens inzien wat in de verschillende
omstandigheden des levens de wil Gods is
naar Zijn Woord. Die wijsheid bezit elk
kind van God krachtens wedergeboorte
en bekeering.
Alleen die wijsheid heeft nog niet ten
volle doorgewerkt. Het kind van God ziet
nog niet altijd helder en klaar wat de
wil des Heeren, naar Zijn Woord, zij.
Hij moet nog zoo vaak vragen: „Wat
wil de Heere, dat ik doen zal?"
Dan verkeert hij in de omstandigheden,
waarvan Jacobue hier spreekt: „Indien
iemand van u wijsheid ontbreekt".
Hoe vaak komen zulke omstandighe
den in de practijk in het leven niet voor;
ook in de practijk van het leven, waar
van de Theol. School het middelpunt is.
De curatoren met de kerken, die zij ver
tegenwoordigen, komen telkens bij de ver
zorging van de school voor de vraag:
„Wat moeten wij nu?" (18541882 straks
in de kwestie van het promotierecht).
De professoren in de opvoeding van de
studenten in het uitdeelen der wetenschap,
komen telkens voor de vraag: „Wat is nu
het beste, wijl het meest naar den wil
van God?" (Novieten-kwestie, omvang
van en het gewicht te hechten aan be
paalde vakken van de wetenschap).
De studenten in de inrichting van hun
studentenleven (feesten b.v.), in de wijze
van studeeren (examen-studie, liefhebbe
rij), hoe vaak zal hen de vraag niet in
het hart leven: „Wat wil de Heere nu? In
dien wij maar teeder leven en trouw zul
len zijn".
En in al die omstandigheden komt de
vermaning tot ons: „Begeert die u ont
brekende wijsheid van God".
Wanneer Jacobus dus zegt, dat iemand
als hem wijsheid ontbreekt, die van God
zal begeeren, dan zegt hij daar niet in de
eerste plaats, dat wij bij ons gebrek ons
niet maar zoo mogen neerleggen, dat wij
vervulling van dat gebrek moeten zoe
ken, en dat wij het dan zoeken moeten bij
God.
„Begeeren van Gcd", dat is niet: „eens
een keer vragen" en dan maar laten loo-
pen, maar dat is een voortdurende ziels
gestalte, een voortdurend onder alles, zijn
hand bedelend tot God houden uitgestrekt.
Natuurlijk sluit dat niet uit, onderzoe
ken van Gods Woord, naspeuren van wat
anderen ons weten te zeggen.
Zoolang wij dat niet hebben gedaan is
er zelfs van „gebrek" geen sprake en heb
ben wij geen recht, om te zeggen: „Heere,
ik weet het niet".
Alles doen wat wij kunnen, natuurlijk,
maar dan ook: „begeeren van God".
Dat geldt ook voor het leven der school
Curatoren, professoren, studenten; na
tuurlijk moeten zij nadenken over de
vragen, die hen voorkomen, Gods Woord
raadplegen, studeeren; maar als de din
gen dan niet duidelijk zijn, dan niet naar
eigen inzicht volgen, eigen meening door
drijven, maar „van God begeeren".
God is een God, die als iemand in het
geloof iets van Hem begeert, het eenvou
dig geeft, zonder verwijt.
Het behoort tot Gods wezen om den
bidder te geven wat hij vraagt, zooals het
behoort tot het wezen der zon om te
koesteren het tot haar opgeheven gelaat.
Hij kan niet anders, dan geven.
Ook geeft Hij mildelijk, zonder te ver
wijten.
„Mildelijk" er staat eenvoudig:
„zonder meer"; dat is positief het
zelfde als wat „niet verwijtend"; negatief
zegt.
God maakt geen sneue, pijn-doende,
vernederende opmerkingen, als Hij geeft;
Hij geeft en daarmee uit.
Natuurlijk moet dan het begeeren
„in het geloof geschieden".
De bidder moet vast overtuigd zijn, dat
God. om Christus' wil, hem zal verhooren
en geven wat Hij Zelf heeft beloofd.
Alle twijfel is in den grond der zaak,
ongeloof.
Laat dan ook in uw kring een drang
rede tot gebed zijn.
Curatoren, Professoren, studenten, zij er
veel gebed, om wijsheid in uwe kring.
Veel ernst en toewijding, maar ook veel
gebeds; gebeds in kleinheid voor God, ge
bed gedragen door de diepste overtuiging,
dat gij door Christus kinderen Gods zijt,
en dat Hij u zal verhooren.
Dan zal Hij u verhooren. Laten wij zoo
ook straks naderen tot God, en Hij zal
ons verhooren.
deren", zooals zij den dokter en zijne
zuster noemde, lief met geheel haar
aanhankelijk hart.
Ze was tal van jaren bij hunne ou
ders in dienst geweest, en had hen
beiden van hunne geboorte af ver
zorgd. Hare groote liefde voor hare
jonge, zachte, vriendelijke meesteres,
die kort na de geboorte van Ruth ge
storven was, en hare diepe vereering
voor hun vader die zijne vrouw na
weinige jaren was gevolgd, was op de
twee wezentjes overgegaan, die zij
hadden achtergelaten; en geene moei
te was haar te zwaar, geene opoffe
ring te groot geweest, waar het haar
„kinderen" gold. Het viel haar zeer
hard, haar jongen heer naai Europa
te zien gaan; en nooit kon ze het
zich verklaren, dat Mijnheer, die toen
nog leefde, en de oude mevrouw, me
vrouw van Ende's moeder, dié na den
dood van hare dochter de 5 org voor
de kinderen op zich genomen had,
zich daarin konden schikken. Ze ver
dubbelde hare zorgen voor Ruth, en
hing haar zoo mogelijk met nog in
niger liefde aan, toen hare grootmoe
der een paar jaren geleden door den
dood van haar werd weggenomen.
En nu was haar jonge mijnheer uit
Europa teruggekomen, en had zich
zulk een lieve bruid meegebracht! De
goede oude had tranen van "blijdschap
geschreid 1 De vreugde had haar bij
na overstelpt. Had dat hare jonge
meeesteres mogen, beleven! Maar ach,
AAN HET ZOEKLICHT.'
Leiden, 21 Juni 1928.
De leider der Britsche Arbeiders
partij, Rajmsay Mac Donald, sprak
dezer dagen in een groote vrouwen-
vergadering, waar meer dan 5000
vrouwen aanwezig waren. Hij richtte
zich in 't bijzonder tot de jonge ar
beidsters en zeide tot hen o.a.:
„Men kijkt nog wel eens op u
neer, om uw maats chappel ijken
stand; ik zeg u, dat dit heilzaam
is voor de vorming van uw karak
ter; gij jonge meisjes moet zelve uw
aristocratie vormen. Zij, die u ver-
achten omdat gij werkt, zijn zelve
verachtenswaardhet zijn de doel-
looze elementen, die niets producee-
ren ten bate van de samenleving".
Dit zijn schoone woorden, die wel
eens in wijden kring herhaald mogen
worden. Want de tijd is nog niet hee-
lemaal voorbij, dat b.v. een vrouw met
ophef van haar man verklaarde: „hij
werkt niet, hoor, hij houdt alleen
maar toezicht". En er zijn ook thans
nog menschen, die op fabrieksarbeid
sters en dienstmeisjes laag neerzien.
Doch de ware aristocratie der maat
schappij zijn niet de nietsdoeners,
doch de werkenden, immers zij zijn
de aristoi, d.w.z. de besten.
OBSERVATOR.
Dat zal in de toekomst blijken.
Hierna volgde een begroetingssamen
komst.
Hedenmorgen sprak Ds. F. C. M e y s-
ter van Rotterdam over: „Wetenschap
en levensvreugd".
VRIJE UNIVERSITEIT.
Wij ontvingen het uitvoerige keurig uit
gevoerde programma voor de 48e jaarver
gadering op 4 en 5 Juli a.s. te Middelburg
van de Vereen, voor Hooger Onderwijs
op Geref. grondslag.
Dit programma bevat mededeelingen
en inlichtingen omtrent:
Regelingscommissie; verzending jaar
verslag; wetenschappelijke' samenkomst;
bidstond; ontmoetingssamenkomst; agen
da algemeene vergadering; toegang tot de
jaarvergadering; gemeenschappel. maal
tijd; logies, en uitbreidingsfonds.
DE VAKOPLEIDING VAN LEERAREN.
De Vereeniging van Leeraren in Leven
de Talen heeft in zijn vergadering van 29
Mei een motie aangenomen betreffende
het bij de Tweede Kamer ingediende ont
werp van wet tot regeling van het Voor
bereidend Hooger en Middelbaar Onder
wijs. In dezelfde vergadering is aan een
commissie opgedragen om op grond van
de besprekingen die in de algemeene ver
gaderingen van dit en het vorige jaar
over de opleiding van leeraren in leven
de talen bij het voorbereidend hooger en
middelbaar onderwijs gehouden zijn, de
motie nader toe te lichten, en aan te too-
nen, dat een regeling als door de Ver
eeniging van Leeraren in Levende Talen
gewenscht wordt, ook practisch zeer goed
uitvoerbaar is.
De commissie heeft nu een adres ge
zonden aan de Tweede Kamer, waarin zij
zegt voor de vakopleidmg in engeren zin
zich geheel aan te sluiten bij de stofver-
deeling van dr. Gallas in zijn lezing op
de algem. verg. van 29 Mei, des te meer,
omdat deze uiteenzetting ook in de ver
gadering van de vereeniging volledige in
stemming heeft gevonden. Die vakoplei
ding omvat drieërlei:
1. Elementaire psychologie en opvoed
kunde, in het bijzonder in verband met
den omgang met leerlingen van den leef
tijd van twaalf tot achttien jaar; 2. di-
daktiek en methodiek van het speciale
vak, dat de candidaat-leeraar zal onder
wijzen; 3. het hij wonen van de lessen van
ervaren docenten en het geven van proef
lessen onder toezicht van die docenten
(stage).
Een toelichting van deze drie punten
wordt dan verder gegeven.
GRAFZERKEN ONTDEKT.
In de Ned. Herv. Kerk te Wedde zijn
onder den houten vloer grafzerken te
voorschijn gekomen, die zich in uitste
kenden staat bevinden.
Ook kwamen onder het puin, afkomstig
van het indertijd door brand vernielde
en neergestorte kruisgewelf, stukken
hoe spoedig had de vroolijkheid, die
in het kleine huis heerschte, en die in
welluidende liederen en prettig ge
kout weerklonk, plaats gemaakt voor
dezen diepen rouw. Het oude trouwe
hart kromp in elkaar bij het zien van
die stille bruidsgestalte met de gevou
wen banden, liefelijk als de engel op
de schilderij daarboven, liefelijk,
en toch het hart vervullend met na-
melooze droefheid. En dan, haar
jonge mijnheer! De in elkaar gedo
ken gedaante naast de rustbank
schokte van ingehouden snikken. „O
Toehan Allah almachtige God, mocht
ik het voor hem dragen! Moet ik, ou-
do, blijven leven, terwijl zij, zoo jong
en 9choon als een bloemNeen,
neen, Gods wil moet goed zijn. Maar
c, ik kan het niet dragen, hem zóó te
zien! Laat Nènèk lijden, maar spaar
ben, mijne kinderen 1 O God, o God!"
Onafgebroken staarde Frank op de
beweginglooze gedaante tegenover
hem; en nu en dan flikkerden die
oogen, door geen traan bevochtigd,
in woeste drift; en balde zich de vuist
krampachtig, terwijl de bor9t heftig
op en neer zwoegde.
De dominee? Wat wilde die man?
Kon hij hem niet met rust laten?
Wat zou hij willen spreken bij dat
graf, waarin zijne zon, zijn leven voor
altoos zou ondergaan? Spreken over
God? Weder balde zich de vuist.
CWordt vtrvolgdj*