CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN en OMSTREKEN Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. Belangrijkste nieuws in dit Niunmer. 8s,e JAARGANG DINSDAG 14 FEBRUARI 1928 NUMMER 2300 Bureau: Hooigracht 35 Leiden Telefoonnummer 2778 Postbox 20 Postgiro 58936 Aangesloten op het Streeknet Lisse ABONNEMENTSPRIJS Id Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal. i 2.50 Per weeki 0.19 Franco per post per kwartaal f 2.90 EERSTE BLAD. V Ook nummer elf. Met innig welbehagen haalt de heer van D(is) in De Banier aan wat Prof. Fabius indertijd noemde vele vondsten tegen hem die niet wilde meedoen met wat hij noemde antire volutionaire staatkunde naar den nieuwen vorm, antirevolutionaire staatkunde, op vrijzinnigen grond slag maakt de heer van Dis er van. Hij noemde er tien van deze over dreven vondsten. Zoo iemand is: 1. overdreven; 2. wil alles ondersteboven keeren, zonder op het bestaande te letten; 3. wil alles, óf niets; 4. kent het leven niet; 5. houdt geen rekening met de omstandigheden G. zegt alleen wat hij niet wil; niet wat hij wèl wil; 7. houdt vast aan wat Groen van Prinsterer zelve wellicht he den niet meer zou bepleiten; 8. vergeet, dat Groen van Prinste rer meer dan dertig jaar dood is; 9. ziet de „neutrale zone" voorbij; 10. denkt niet aan de „coalitie". De heer Van Dis vervalt in een groote fout door het voor te stellen alsof hij, en met hem de S.G.P., Prof. Fabius volgen. Integendeel Prof. Fa bius is thans nog volbloed Anti-Revo lutionair en kleedt zich nog met het zelfde gewaad, waarmede Groen en Kuyper zich kleedden, al moge de S.G.P. liet dan ook oude plunje noe men. Maar de S.G.P.en de heer Van Dis in de voorste rij, vergeet een voor naam punt nog te noemen, en dat is: 11. hij haalt een jasje te voorschijn, 'dat hem absoluut niet past, ja dat hem allerverschrikkelijkst mismaakt en dan roept hij moord en brand dat men hem met den vinger na wijst als de man met het narrepak. Zoo is het en niet anders! Dat geschetter van Antirevolutio naire Staatkunde op vrijzinnigen grondslag past allerminst. Mannen, herzie uzelf, desnoods door ter harte te nemen de harde les in het narrenpak van no. 11! STADSNIEUWS. MAATSCHAPPIJ VOOR TOONKUNST Het Haagsche Strijkkwartet. Toen Robert Schumann in Septem ber 1840 na ontzaglijk veel tegenkan ting eindelijk zijn levenswensch ver vuld zag en met Clara Wieck in 't huwelijk trad, werd hij overmeesterd door een geweldigen scheppingsdrang. Zij had reeds eenige jaren als virtuoos pianiste alom de harten stormender hand veroverd en Schumann wilde als kunstenaar haar waard zijn. In dit eerste huwelijksjaar ontstaan een 150-tal liederen en verder zijn beste grootere werken. Hiertoe be hoort ook op. 41; het Strijkkwartet, dat we gisteravond uitnemend hoor den vertolken door de Hagenaars: Sam Swaap, 1ste viool: Adolphe Poth, 2de viool: Jean Devert, alt en Charles van Isterdaal, cello. In dit werk van rhvthme, melodie en droom kon men onmiddellijk bij de Introduction van het Andante reeds opmerken, dat de Hagenaars in eenheid van samenspel liet tot zoo'n hoosde hebben gebracht, dat ze een eervolle plaats innemen naast allerlei buitenlandsche kwar tetten van naam. Eenheid van samen spel. die ieders afzonderlijke spel- kwaliteiten niet verdoezelt: die ieders artistieke persoonlijkheid toch in heel juiste belichting stelt. Reeds vroeger wezen we op edele toonvor- ming van den cellist Van Isterdaal, waarmee hij de bewogenheid van zijn gemoed uit: op de gevoelige warmte, het fluweelig timbre van den altist Devert; het diepe, bezonnen spel van Poth en het romantisch-lyrische van Swaap, dat we soms terwille van zijn toon iets meer ingehouden zouden wenschen. Schumann's kwartet is een werk van droom en vreugde, een werk vol afwisseling. We denken even aan het Adagio, waarin de groote melodische lijn zoo heerlijk ontsponnen wordt door de contra-puntiek der overige partijen; hoe prachtig is een deel er van waar de cello de melodie voert, begeleid door de pizzicati der 1ste viool; hoe dan alles zich weer oplost in een bijna religieuze hymne. We denken even aan het droomerige intermezzo in de Finale. Na Schumann het kwartet van on zen stadgenoot H. W. Hannivoort. We hoorden het thans voor de derde maal binnen enkele jaren van het Haagsch kwartet, waaraan het is opgedragen. En deze derde auditie heeft ons nog weer den indruk versterkt, dat dit werk tusschen de kwartetten van al lerlei beroemdheden niet misplaatst is. En deze indruk vond een gelukki ge bevestiging, toen we verngmen, dat de Bohemers het in hun reper toire wenschen op te nemen. De Componist toont er in, dat hij innerlijk zeer muzikaal is, over ge dachten beschikt en verder over een schrijftechniek van importantie, waar door hij in staat is zijn inspiratie te uiten. We zullen de verleiding weerstaan, om aan de hand van de partituur nog eens het notenbeeld te volgen en uit voerig te bespreken. Gewezen worde op de ongedwongen melodische phra ses en de levendige rhythmiek, op de rijkdom v. afwisseling, welke reeds 't Allegro geeft te genieten. We denken aan een passage door de 2de violist ingezet, terwijl achtereenvolgens 1ste violist en cello invallen met een om keering van het fraaie melodische motief; en verder aan levendig ge spannen coda van dit eerste deel. Het Adagio heeft ons nog meer ge troffen dan de vorige malen; die heer lijke solo-passages van de alt, na een tiental maten vervolgd door de cello. Dit is heel warm gevoeld en werd even warm voorgedragen. En weldra is dan het volledig samenspel in vol len gang. Ook thans trof ons weer het dramatisch bewogene in het Adagio, maar een dramatiek van plechtig- weemoedig karakter. Het Allegretto met zijn fijne rhyth- men en geestige vondsten is van be korende werking. En het is juist de tegenstelling, die de finale zoo mooi maakt. Nog meer dan verleden jaar is ons dat opgevallen. Als op een gege ven oogenblik het passagespel eindigt met een point d'orgue komt heel in nig een eenvoudige melodie: ÖTëT I 15 4 3 2 1 die buitengewoon mooi verwerkt en bemijmerd wordt. Maar daarna weer het bruisen der oorspronkelijke rhyth miek en de spanning van de coda. Er was een geestdriftig applaus na de uitvoering van dit kwartet. De componist moest 'op het podium ver schijnen en ontving van het Toon kunst-bestuur een fraaie krans. Na de pauze een Quator van Mau rice Ravel. Een werk van bijzondere schoonheid en prachtig gespeeld. Er is in dit geheele werk iets geheimzin nigs, dat ragfijne vlechtwerk van tonen, dat wonderlijk geruisch en ge fluister als van ijle geesten in een klaren maannacht. Reeds in het Alle gro moderato. Dan het Assez vif met zijn piazzic-ati en wonderlijke rhyth- men, zijn fijne kleurigheid, een ver droomde nuanceering, die aan een schilderij van Thijs Maris doet denken. Dan de mystieke innigheden van het Trois lente, consordine gespeeld, tee- re wuivende sluiers van broos-fijne geluiden zich vereenigend in een bij na etherisch slot-accoord. En einde lijk het geagiteerde slot. Droommuziek zou men het kunnen noemen; in ieder geval muziek, waar in al de élégantie van den Franschen geest zich in haar zuiverste expressie uit. Muziek, geheel modern van struc tuur, maar onderworpen aan een ver fijnden zin voor proporties. Het kwartet heeft door het uitvoe ren van dit heel moeilijke werk op zoo voortreffelijke wijze wel getoond, aan alle eischen te kunnen voldoen, welke een muzikaal veeleischend pu bliek mocht willen stellen. Het samen spel was subliem, en de flink bezette Gehoorzaal heeft dat op prijs weten te stellen. Het Toonkunst-bestuur hulde voor zijn keuze. OUDERAVOND DER KERKELIJKE WIJK IV. Deze tamelijk druk bezochte ouder avond werd geopend door den voor zitter van het bestuur der Kinderkerk, den heer A. A. Boehmer. die liet zin gen Psalm 138 1, en in gebed voor ging. Na voorlezing van 1 Samuël 1, heette spreker de opgekomen ouders en belangstellenden hartelijk wel kom en zei, in aanmerking genomen, 'lat de heer J. v. d. Steen, ouderling onze Gemeente, voor eenige oogen- blikken het woord had gevraagd, kort te zullen zijn. Spr. schetste de groei der zeer kort geleden opgerichte Kinderkerk, en wees op den in 't najaar te houden gezelligen avond; en sloot z'n ope ningswoord met de wensch uit te spreken, dat de samenwerking tus schen Kinderkerk en ouders altijd goed zou mogen zijn en blijven. De dames Koster, Bonnet en v. d. Swan zongen op niet onverdienstelij ke wijze het lied: „Z'n vaderland- sche vlag", wat een dankbaar applaus oogstte. Hierna nam de heer J. v. d. Steen het woord. Hij begon met de ouders iets te vertellen over de 3 jonge men- schen, die op zich genomen hadden de Kinderkerk op te richten en te doen groeien, wat volgens spr. duide lijk bleek uit dezen avond. De predikant van Wijk IV, Ds. Bee kenkamp, die nu sinds geruimen tijd ziek is, was ook met zijn gedach te in deze samenkomst aanwezig, hij die zijn volle sympathie en medewer king gegeven had om de Kinderkerk op te richten. Spr. wenschte dat ook dit werk zijn vrucht mocht dragen, en dat op dezen avond een band gelegd zou wor den tusschen ouders en leiders. De penningmeester van het bestuur, de heer C. v. 't Riet hield na de har telijke woorden van den heer J. v. d. Steen een referaat over „Gebedsop voeding". Op mooie en duidelijke wijze schet ste spr. wat het gebed is en moet zijn. het gebed moet zijn een contact ver krijgen met God; het hoogste wat wij hebben om onze schulden voor Hem te belijden. Bij het tweede gedeelte van z'n re feraat, de gebedsverhooring, haalde de heer v. 't Riet 't hoofdstuk aan, wat bij de opening voorgelezen was: de treffende geschiedenis van Hanna, die haar God bad om een kind in al haar lijden, en een kind kreeg, dat zij naar haar belofte aan den Dienst van Israëls God zou wijden. Eerst is het noodig, dat wij contact krijgen met God, wil het gebed ver hoord worden. Als passend voorbeeld haalde spr. den dichter Bilderdijk aan, den man, die zoowel met geloofs- genooten als vijanden niet samen kon werken, en die toch voor zijn God was als een waar kind van zijn Hemel- schen Vader, Dien hij liefhad met zijn geheele hart. Bij het laatste punt, de gebedsop voeding', zei spr., dat de moeder de belangrijkste voor het kind was. Het gebed, geleerd bij moeder, vergeet het kind niet licht, en daar heeft hij steun aan in zijn verder le ven. De ervaring leert, dat bij kinderen niet moet worden gewacht om hen te leeren bidden. Neen, de ouders moe ten hun kinderen vroeg het gebed voorhouden, en zeker zal het zijn vrucht afwerpen als het kind grooter geworden is, en zelf meer vastheid krijgt. Dan zal van bidden ook dan ken komen, danken voor hetgeen God Zijn kinderen geeft. Eén waarschuwing wilde spr. ten slotte geven, n.l. dat de ouders nooit met het bidden hunner kinderen moe ten pronken, zooals ouders maar al te vaak doen. Bidden, vroeg geleerd en gedaan werpt zeker zijn vruchten af, wat de heer v. 't Riet zoo treffend illustreer de met 't verhaal van een jongen man, die onder z'n dobbelen en zon dig vroolijk zijn, zich plotseling her innerde, hoe hij met zijn moeder bad. Nadat spr. nog eenige gedichten van Bilderdijk en Da Costa gedecla meerd had, was een dankbaar applaus 't duidelijke bewijs, dat hij zijn toe hoorders geboeid had door zijn met gevoel uitgesproken referaat. In de pauze, die nu volgde, werd door de dames koffie geschonken, en werd door den penningmeester de collecte, die dezen avond gehouden zou worden, warm aanbevolen. (Deze bracht ruim 9 op). „Bij het kerkportaal", een gedicht van Van Beers, werd na de pauze door den heer A. A. Boehmer voorgedra gen op een wijze, die niets te wen schen overliet. Na het tweede kopje koffie, las de heer H. F. v. d. Horst, de secretaris, een prozastukje voor „de kleine Lom bardische verspieder", wat bij de aanwezigen, naar het applaus te oordeelen, zeer in den smaak viel. Nu 't einde van den avond gekomen was, te ongeveer 10 uur, bedankte de voorzitter allen voor hun opkomst, de dames voor hun bereidwillige hulp en mooie zang, en vooral den heer v. 't Riet voor zijn referaat. De penningmeester betrad nog maals den katheder, en ook hij dank te den voorzitter voor zijn voordracht, waarna deze avond gesloten werd met dankgebed en het zingen van Psalm 103 11. Zeker mag het bestuur der Kinder kerk terugzien op een ongetwijfeld uitstekend geslaagden ouderavond. LUITENANT KOPPEN KOMT. Blijkens eene advertentie in dit no. lioopt Luitenant G. A. Koppen op Donderdag 23 Febr. a.s. in de Groote Stadszaal een lezing te houden over zijn vlucht AmsterdamBatavia EEN ACHTERUITGANG? Naar wij vernemen had hedenmor gen de aanbesteding plaats van de verhuur van de Groentenveiling aan de Boommarkt. Eenigste inschrijfster was de Leid- sche Groentenveiling Ons Belang, die inschreef voor 2000. Verleden jaar was dit bedrag nog 6250, De gunning is aan B. en W. en dit College heeft nog niet beslist. NED. VEREEN TOT BESCHERMING VAN DIEREN. Gisteravond hield in 't Nut v. 't Al gemeen de afdeeling Leiden en Om streken van de Nederlandsche Ver- eeniging tot Bescherming van Dieren haar jaarlijksche ledenvergadering. De vergadering stond onder leiding van den Voorzitter, den heer Prof. An- dré de la Porte, die te 8 uur de bij eenkomst met een kort welkomstwoord opende. De notulen werden gelezen en na en kele opmerkingen goedgekeurd. Van eenige ingekomen stukken werd mededeeling gedaan. Vervolgens las de secretaresse, Mevr J. C. v. Poelgeest-Brand, haar jaarver slag, waaruit we het volgende aan stippen: De jaren gaan snel! Want hoewel alles, wat onze vereeniging heeft door gemaakt nog zoo versch in het geheu gen ligt, zal het toch dezen zomer al tien jaar geleden zijn, dat de oprich tingsvergadering van onze afdeeling werd gehouden. Het bestuur kwam bijeen op 10 Fe bruari en op 7 September. De ledenvergadering had plaats op 10 Februari, de vergadering van de Commissie van Advies voor de propa ganda op de scholen op 20 September Op 17 October en 18 November werden vergaderingen gehouden van het Co mité van Actie die ook door het be stuur werden bijgewoond. De heer Mr. A. van de Sande Bak- huyzen heeft de plaats van Mevr. de Gijselaar ingenomen, door het be schermheerschap weiwillend te aan vaarden. Verder bleef het bestuur ongewij zigd. Het aantal leden bedroeg 584, vo rig jaar 580. Mej. van Spall bleef ons trouw ver tegenwoordigen in de gemeentelijke commissie voor filmkeuring. Binnen kort zal deze taak door opheffing van de plaatselijke Commissies voor haar beëindigd worden. Ons bestuur brengt haar hartelijk dank voor de toewij ding, waarmede zij gedurende velé ja ren deze vrijwillig op zich genomen plicht onversaagd heeft vêrvuld. (In stemming). De kas-commissie bestond uit Me vrouw van Beeck en den heer Eilders. De afgevaardigden naar de Algemeene vergadering in Haarlem waren Mevr. Jonker en Mevr. Vosmaer, plaatsver vangend de heer van Poelgeest. Deze laatste heeft, door verhindering van de heide genoemde dames, onze afdee ling vertegenwoordigd. Uw secretaresse bleef lid van het Hoofdbestuur en als afgevaardigde van Dierenbescherming bestuurslid van den Nationalen Vrouwenraad. In de naar aanleiding van het voorstel Leiden 1926 door het Hoofd bestuur ingestelde commissie ter Ver betering van toestanden bij de Exploi tatie van Vee en Pluimgedierte, wer den o.a. benoemd uw secretaresse en uw penningmeester. Deze commissie heeft een speciaal December-nummer van ons Maandblad aan haar werk gewijd; dit nummer is eveneens alle leden van de Afdeeling en Asyl toege zonden. De verspreiding van geschriften had plaats als gewoonlijk. Evenals vorige jaren plaatsten we, als het noodig was, advertenties kleine en groote in de Leidsche dag bladen. Ook verschillende berichten over ons werk werden daarin opge nomen, b.v. over den opstellenwed strijd, den bazar, onze vergaderingen, enz. Ook dit jaar ondervonden we de grootste welwillendheid van de Leid sche pers, Uit meer dan één redactio neel bericht of artikel bleek wel. dat men onze zaak in de redactiebureau's ook uit eigen beweging voorstaat. Klachten doen in aantal en verschei denheid voor vorige jaren niet onder. Dan valgde een opsomming van dierenmishandelingen, een lange zwar te lijst. Ook dit jaar mochten we de meest mogelijke tegemoetkoming ondervin den, als we ons om medewerking of voorlichting tot de gemeentelijke auto riteiten wendden, zoowel in Leiden als in omliggende gemeenten. Op 12 September richtten we tot B. en W. van hier een verzoekschrift, om op 3 October straatvertooningen met aapjes, beren en eventueel andere ADVERTENTIE-PRUS Gewone Advertentiën per regel 221/» cent Ingezonden Mededeelingen dubbel tarlei Bij contract belangrijke reductie Kleine Advertentien bij Tooraitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden da gelijks geplaatst ad. 40 cents Binnenland. De toestand van Dt. Scheurer. Huzaren defileeren voor H. AL de Koningin. Luitenant Koppen komt te Leiden over zijn vlucht vertellen. Tentoonstelling van Bloeiende Bol gewassen. Ingebruikneming van het gereorga niseerde bedrijf van „De Landbouw" te Leiden. De opening der Mr. Dr. W. v. d. Bergh-school te Voorthuizen. Ministerieel besluit inzake geschen ken aan ambtenaren. Buitenland. De onderhandelingen der Duitsche regeeringspartijen hebben nog niet tot een resnltaat geleid. De Duitsche Rijksdag zal vermoe delijk in Mei ontbonden worden. Door de uitsluiting in de Duitsche metaalindustrie zullen meer dan 800.000 arbeiders getroffen worden. De nieuwe Noorsche regeering. Lord Oxford and Asquith is gister avond overleden. voor dat doel gedresseerde dieren te verbieden. Het resultaat was op 3 October al zeer goed merkbaar. Er gaat geen jaar voorbij, of de oprit ten voor schelpenvisschers geven ook aanleiding tot verzoekschriften aan of conferenties met gemeentebesturen. Intusschen is voor dergelijke oprit ten een goede technische oplossing zeer moeilijk en duur, daar zand en storm de beste bedoelingen vaak te niet doen. Aan verschillende plaatsen werden door ons inlichtingen verschaft. Contact met andere vereenigingen wordt zooveel mogelijk onderhouden door Mevr. Jonker en het secretariaat. Zoo bezochten we dezen zomer het tuinfeest van Freule des Tombe, ten bate van het te houwen dierentehuis en winkel voor dierenbescherming; woonden we de viering bij van het 50- jarig bestaan van het Haagsche asyl; bezochten de vergaderingen van den Anti-Trekhondenbond, het Jack Lon- don-verbond, enz. Aan de Leidsche geitenfokkers-ver- eeniging gaven we 10 als prijs voor den besten stal. Van den stal voor woonwagenpaard- jes werd druk gebruik gemaakt; de beer van Dorp zorgde weer voor gra tis verzekering. Zoo gauw de kas het toelaat, moeten nog enkele verbeterin gen worden aangebracht. Een enkele maal droegen we bij in de kosten van verpleging van paardjes, als dit op dokters- of politie-advies noodig was. Ook in dit opzicht zou nog veel meer nuttig werk verricht kunnen worden, als de kas het kon dragen. Aan de heeren Boelee, Gaykema, Hasselbach en Mr. van Nes werd over 1927 een door de politie gewaarmerkte kaart als inspecteerend lid uitgereikt. Voorzoover ze niet buiten de stad ver toefden, hebben ze ons bij voorkomen de gelegenheden regelmatig geholpen, vooral de heer Boelee, die in den loop van dit jaar in functie bij de politie kv am. Ook verder blijkt gelukkig tel kens, dat er personen zijn, die gaarne daadwerkelijk willen optreden, als het noodig is. Het hier volgende geval geeft daarvan duidelijk blijk. (En dan volgt bet relaas van de kranige red ding van een hond door den beer A. Plan jé te Voorschoten bij een brand aldaar. De afdeeling heeft die dappere daad geeerd, door een bericht en een foto van den redder met den hond in ons maandblad te plaatsen en den heer P. op zijn huwelijksdag (13 Sept.) een medaille aan te bieden, op ons ver zoek geschonken door het Hoofdbe stuur, waarin de naam van den redder en de datum van den brand zijn gegra veerd. Tenslotte volgt een kort verslag van de najaarsactie. Spr besloot met te constateeren, dat steeds meer personen aan dit werk deelnemen. Vooral ook in dit opzicht mogen we over het afgeloopen jaar zeer tevreden zijn en we kunnen dit verslag niet beter besluiten dan met den wensch. dat de jongste aanwinst in medewerking zich in de toekoms; moge consolideeren, dat al onze hel pers van 1827 ons trouw zullen blijven. Allerwegen gaat men de noodzanl van dierenbescherming uit ethisch en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 1