Ijsvermaak
NIEUWE LEIDSCHE COJiUin
van
D NS'MG 20 DEC. 1927
TWEEDE BLAD.
Op de Raadstribune.
De laatste vergadering onzer vroe
de vaderen in dit jaar is weer achter
den rug.
Helaas mocht Wethouder Splinter
nog niet weer de vergadering bijwo
nen. VV ij wenschen Z.E.A. spoedig
geheel herstel toe en hopen dat in het
nieuwe jaar de eerste vergadering
daarvan getuigenis zal afleggen.
Overigens een rij van hamerstuk
ken
Alleen punt 13 't was nu geen
ongelukspunt gaf ruime stof tot
bespreking en eveneens nog de inter
pellatie-de Reede.
Beide punten waren het dan ook
meer dan waard.
Punt 13. het waschbureeau. bracht
geen nieuwe gezichtspunten. Het uit
stel was naar s Burgemeesters woord
een berg die een muis baarde geble
ken. De heeren die op onthullingen
hadden gehoopt, mochten zich blij
maken met een doode musch
Maar op het onderwerp zelf ging
men en terecht principieel in.
De heer Wilbrink opende met een
principieelen aanval op Wethouder
Goslinga, dm reeds in een vorige ver
gadering zich voorstander betoond
had.
Het vrouwelijk element kwam ook
even in het geding bij monde van
Mevr. Braggaar— de Does. Wat zij zei-
de over de vrouw was volkomen in
orde, alleen de toepassing was wat
Socialistisch. Voorts past de vraag of
Mevr. nu inderdaad meent dat de ar-
ine arbeidersvrouwen, waarvoor zij
in het krijt trad, straks genoodzaakt
zouden zijn aan de waschtobbe te
staan?
Natuurlijk vond het waschbureau
verdediging, principieele verdediging,
bij de Sociaal Democraten.
Wethouder Reimeringer vond zijn
fractie verdeeld, de eene Vrijheidsbon-
der stemde voor de andere tegen. Te
genover de bestrijding van den heer
Romijn beriep hij zich handig op Prof.
Eerdmans.
Naar onze meening is de heer Par-
mentier. een van de laatste sprekers,
het best geslaagd om het principe aan
te toonen. Hij betoogde niet alleen op
theoretische gronden, maar haalde
ook practische voorbeelden aan.
Pakkend was o.i. dat hij aantoonde
dat de gemeente door zich niet terug
te trekken, mogelijk maakte dat het
apparaat Jat de hr. Qoslinga wensch-
te, in werking kon treden. Juist de
Overheid maakte het 't particulier ini
tiatief onmogelijk om zich te uiten,
omdat de concurrentie dan op misluk
king moet uitloopen.
Alle betoog over rentabiliteit is ten
slotte bijzaak. Een bedrijf dat verlies
levert moge eerder de aandacht op
zich vestigen, een ander dat winst
geeft kan veel grooter economisch na
deel brengen. Naar onze meening
hadden dan ook die raadsleden het bij
't rechte eind, die op principieele
gronden voor opheffing waren.
Intusschen 't heeft niet zoo mogen
zijn. De oplossing van het dure per
ceel dat nu rendabel wordt, leek te
mooi. De heele linkerzijde met uit
zondering van den heer Romijn plus
een tweetal van rechts en de wethou
ders behaalden de overwinning.
Het tweede punt was de interpellatie
De Reede.
Deze was de eerste maal mislukt
omdat de interpellant zijn vragen
foutief adresseerde.
Wij zijn thans blij, dat zij nu in
openbare behandeling kwamen. Hier
door toch is de aandacht gevestigd op
een verordening '.ie vermoedelijk in
wezen geheel ondeugdelijk is. Een
verordening toch die jaren lang niet,
of onnauwkeurig, wordt toegepast en
daarna bij toepassing, zoo ernstige
ontstemming wekt, draagt in zich de
kiemen van niet aan te sluiten bij het
karakter van de overige verordenin
gen op fiscaal terrein.
FEUILLETON.
EBBA EN HELENE.
74. —O—
En toen, na een lange pauze, als
een zucht: Ik heb toch meer van
hem gehouden dan ik wist.
Als er, zooals jij zegt, een wederzien
hiernamaals is, dan zal ik het hem
zeggen
Helene! snikte Ebba, je mag ons
niet verlaten, je moet Richard je lief
de toonen over het graf heen, door
voor zijn zoon te leven l
Maar de bleeke vrouw keerde stil
haar gelaat naar den muur en sloot
de oogen.
De zwijgende had alles gezegd, wat
voor haar te zeggen was.
Ebba kon niet begrijpen, dat haar
speelgenoote van haar wegging. Ze
had anders toch ook nooit kleur ge
had en veel meer leven was er toch
anders ook niet in haar geweest.
Twee, drie dagen gingen voorbij en
ér kwam geen verandering.
Kon men nog hopen? O, Ebba's han
den wilden werken tot bloedens toe,
om de armste van alle vrouwen te ver
zorgen ,te verplegen en voor het kind
te behouden.
Eens, op zekeren avond, zat Ebba
voor het raam, de laatste stralen op
vangend om schriften te corrigeeren.
De wieg, waarin de kleine Richard
sliep, stond naast haar. Ebba moest
Dat B. en W. toezegden wijziging te
overwegen was wel het minste dat
kon worden toegezegd. Eerlijk gezegd
verwonderde ons dat geen aandrang
tot meer positieve toezegging kwam.
Eveneens verwonderde ons dat de
Wethouder meende, dat administra
tieve afschrijving onmogelijk zou zijn
zonder voorafgaande reclame. Na
tuurlijk toch slaat dat alleen op dat
deel van de belasting dat niet volgens
de letter van de verordening is opge
legd Wat 'us ten onrechte is opgelegd
kan na reclame worden afgeschreven.
Maar voor administratieve kwijtschel
ding kan de Raad zich toch immers
de bevoegdheid voorbehouden. Dat
staat dan ook naar wij meenen geheel
naast de reclame. Heeft de gemeente
raad die bevoegdheid zich niet voor
behouden bij verordening dan zal de
verordening gewijzigd moeten worden.
Maar in elk geval staat dit geheel
naast de afschrijving na reclame.
KERK EN SCHOOL.
NED. HCRV. KERK.
Beroepen: Te Maasland, N. J. Cupe-
do, te Koudum.
Aangenomen: Naar Veendam, C. C.
de Kloet, te Helder.
Bedankt: Voor Ouddorp, J. E. Klomp
te Oldebroek. Voor Nunspeet, A. Altena, te
Rijnsburg.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Moordrecht, F. de
Vries, cand. te Oegstgeest. Te Zoutkamp,
A. Adema. cand. te Boerakker. Te Maas
tricht, W. Seinen, te Opperdoes.
Bedankt: Voor Middelburg, W. H.
den Houting, te Huizum.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Dokkum, B. Oosthoek,
te Soest.
BEVESTIGING, AFSCHEID, INTREDE.
Ds. C. L. A. M. van Puyvelde zal Zondag
15 Januari des avonds zijn intrede doen
in de Geref. Kerk te Zuilen. Bevestiger
zal zijn Ds. S. G. de Graaf, van Amster
dam.
Ds. W. BANNING.
Na de godsdienstoefening van Zondag
morgen te Sneek, kondigde Ds. VV. Ban
ning, Herv. pred. aldaar, zijn voornemen
aan om per 1 April ontslag te vragen uit
zijn predikambt.
Naar wij vernemen is Ds. Banning van
plan zich na dien datum te Barchem te
vestigen, om zich gedurende een paar ja
ren geheel aan zijn studiën van het Reli
gieus socialisme te wijden.
Ds. M. v. d. BOOM f
In den ouderdom van 78 jaar is na een
kortstondige ongesteldheid j.l. Zaterdag
avond te 's Gravenhage overleden Ds. M.
v. d. Boom, emeritus-predikant van de Ge
ref. Kerk van Ouderkerk a. d. Amstel.
Ds. v. d. Boom werd geboren 29 October
1849 te 's-IIertogenbosch. Hij ontving zijn
opleiding aan het instituut Hasselman te
Nieuwendijk (N.B.) en studeerde, daar hij
aanvankelijk voor ingenieur bestemd was
aan de H.B.S. te Dordrecht. Op rijperen
leeftijd het predikambt begeerend, stu
deerde hij aan de Theologische school te
Kampen. Hij werd candidaat in 1876 en
aanvaardde 1U December 1876 het predik
ambt te Hardinxveld. Den 9den November
1884 verbond hij zich aan de gemeente
van Ambt Vollenhove. Achtereenvolgens
diende hij nog de gemeenten te Dussen,
Capelle, a. d. IJsel *n Ouderkerk a. d. Am-
stel. Den 17den December 1916 ontving hij
eervol emeritaat en vestigde zich te 's-
Gravenhage.
De teraardebestelling van het stoffelijk
overschot zal plaats hebben Woensdag
e.k. des n.m. te 2 uur op Oud Eik en Dui
nen te 's-Gravenhage.
Ds. A. ALTENA.
Ds. A. Altena, Ned. Herv. predikant te
Rijnsburg, die hef beroep naar Nunspeet
reeds had aangenomen, is daarop terug
gekomen. Dit was mogelijk, daar de aan-
nemingsbrief per telefoon kon worden
achterhaald. Ds. Altena heeft dus bedankt
voor het beroep naar Nunspeet.
HERDENKING JAN DE BAKKER.
Het Nationaal Comité voor de herden
king van Jan de Bakker zal Donderdag 29
nu ook nog op het kind passen, als
vrouw Vosz in de keuken was. Zij had
van vrouw Vosz geleerd, hoe men met
een klein kind moet omgaan, en daar
dit een wijsheid is, die ieder eigenlijk
uit zichzelf weet, dit dadelijk begre
pen. Maar toch was ze den kleinen Ri
chard dankbaar, dat hij zooveel sliep
Met rooden inkt streepte ze fout na
fout aan. Zij moest zich geweld aan
doen, haar gedachten bij het werk te
houden.
Wat een verlichting, dat het morgen
de laatste schooldag was voor de groo-
te zomervacantie.
Vrouw Vosz kwam binnen, op kou
sen en heel voorzichtig, want daar
naast lag Helene en de deur stond aan
Met wenkende gebaren hield vrouw
Vosz iets in de hoogte, dat er als een
groote brief uitzag. Zij fluisterde ook
iets van een bode, maar Ebba verstond
er niets van.
Ze zag het handschrift, het eene, dat
ze onder duizenden zou herkend heb
ben op een groot, verzegeld couvert
Het voelde, alsof er een dun boekje in
zat. En een heel zonderling adres
stond er op.
„Aan den kleinen zoon van Richard
von Kunowsky. Mej. Ebba Herlingen"
Ebba ging naar het venster om te
zien.
Een boekje viel er uit, naar vorm
en uiterlijk een spaarbankboekje.
En daarin waren tien duizend mark
opgeschreven als eigendom van het
kind.
RECLAME
geeft ruwe huid
verzacht Minimum geneest
Dec. a.s. in de consistorie der Groote kerk
te Amsterdam een vergadering houden,
waarin de heer Nauta zijn door kerkvoog
den en minister van onderwijs goedge
keurd ontwerp voor het gedenkraam zal
toelichten.
„KERSTWIJDING".
Te Deifshaven, zoo lezen wij in de Rot
terdammer, heeft Ds. S. H. J. James, pre
dikant der Ned. Herv. Gemeente aldaar,
vorig jaar reeds beproefd een Kerstnacht
wijding in een der kerkgebouwen te doen
plaats hebben. Doordat men de maatrege
len daartoe te laat begonnen was, kon
destijds dit voornemen niet ten uitvoer
gebracht worden. Ds. James bericht thans,
dat in den nacht van Zaterdag op Zondag
a.s., dus van 24 op 25 December, te 12
uur in de Oude Kerk door de Jongeman-
nenvereeniging „een godsdienstoefening
georganiseerd wordt ter plechtige inlei
ding van het Kerstfeest".
Te Den Haag zal op Donderdag en Vrij
dag a.s. in de Remonstrantsche Kerk een
„wijdingsavond voor Kerstmis" worden
gehouden, waarbij de Jongerengroep een
Kerstspel zal spelen.
Dergelijke opgesmukte „nieuwigheden"
weten we zeker niet op de juiste waarde
te taxeeren. Maar wel staat voor ons vast
dat zij verre minderwaardig zijn verge
leken bij de gewone samenkomsten der
Gemeente met de sobere en juist daarom
zuiver sprekende en sterk aangrijpende
verkondiging van het Woord Gods in de
prediking des Evangelies.
DE SCHOOLKWESTIE IN ENGWIRDEN.
B. en W. van Engwirden stellen den ge
meenteraad voor thans geen beslissing te
nemen op het verzoek der Vereeniging
voor de Neutrale school te Luinjeberd, om
de vroegere o.l. school aldaar in bruikleen
te ontvangen, doch eerst af te wachten
de beslissing van de Kroon omtrent be
schikbaarstelling van "gelden uit de ge
meentekas ten behoeve van die neutrale
school.
De gemeenteraad heeft dat verzoek van
het schoolbestuur geweigerd, wat Ged. St.
vernietigden en waarvan B. en W. voor
stelden in hooger beroep te gaan.
Daarover staakten de stemmen Eerst
daags zal weer gestemd worden.
Gemeenteraad Leiden.
Vervolg van gisteren).
13. Voortzeting van de behandeling
van het voorstel:
a. inzake het verleenen van een
voorschot aan de VVoningbouwvereoni
ging „de Goede Woning ten behoeve
van de voltooiing van haar gebouw
aan de Gasslraat, oorspronkelijk be
stemd voor Badhuis en van een bij
drage in het exploitatietekort van dat
gebouw;
b. inzake het huren van het
sub a bedoeld gebouw, ten einde daar
in het tijdelijk Gemeentelijk Wasch
bureau te vestigen;
c. tot vaststelling van den desbe-
treffenden begrootingsstaat.
De heer Wilbrink (C.-H.) is ver
wonderd, dat het College nu zonder
nader voorstel de zaak weder aan de
orde stelt.
De Voorzitter deelt mede, dat de
mededeelingen, die het College had
den bereikt geen aanleiding hebben
Geen woord er bij. Geen enkel.
Slechts het handschrift verried den
gever.
Ook zonder dit bewijs zou Ebba ge
raden hebben.
Ze gevoelde duidelijk, wat dit groote
geschenk aan het kind, haar, zijn ver
zorgster, zeggen moest.
De geliefde man wilde haar toonen.
Je lasten zijn vermeerderd, je zorgen
voor het tegenwoordige en de toe
komst nog grooter geworden; ik ben
besloten ze te helpen dragen en weer,
altijd weer zal ik komen vragen; Mag
ik?
In stille verrukking drukte Ebba het
boekje tegen zich aan, als was het een
levend wezen en Son het teederheid
gevoelen.
Hoe goed is hij, en wat denkt hij
groot, fluisterde ze voor zich heen.
In zijn goedheid en grootheid
achtte hij alle zorgen gering, die met
Ebba zijn huis zouden binnen komen.
Zij echter, zij kende maar al te goed
de waarheid van het eenvoudige
woord: op den duur wordt 't een last.
Ze moest en zou stanvastig blijven.
Maar het was toch onuitsprekelijk
heerlijk, te weten, dat hij haar nog al
tijd liefhad.
Of ze Helene over deze grootmoe
dige daad zou spreken? Zou Helene
dat als een aalmoes gevoelen, zich
over haar armoede schamen? Of zou
bij haar de vreugde zwaarder wegen,
dat voor dit geld haar zoon later een
goede opvoeding zou kunnen krijgen?
gegeven tot voorstellen aan den Raad.
De heer Wilbrink (C.-H.) is
voorts nog niet overtuigd van de nood
zaak van het blijven bestaan van het
Bureau.
Weth. Reimeringer verdedigde in
dertijd liet waschbureau en de heer
Goslinga noemde dat een sterk be
toog. Spr. noemt dat niet sterk.
Spr. heeft bezwaar tegen handha
ving omdat de concurrentie weer vóór
oorlogsche toestanden heeft doen ont
staan. Maar bovendien de gemeente
wascht niet. Dat wist echter blijkbaar
de heer Goslinga niet want hij stelde
dit als een heuglijk feit in het licht.
Weth. Goslinga meende dat het bu
reau de middenstandsbelangen niet
benadeelde. Maar daar gaat het niet
om. De gemeente heeft hier geen taak.
Principieel wil het College niet op het
terrein van pariculieren treden maar
dan moet het ook consequent zijn
Het waschbureau heeft geen sociale
taak gezien het kleine percentage dat
er door bediend wordt. Spr. had van
dit College geen enkele stap met de
S.D.A.P. verwacht die steeds zooveel
van de gemeente verwachten,
Spr. neemt den heer Groeneveld
kwalijk, dat deze hem beschuldigde
van tegen beter weten in vol te hou
den, dat het bureau slechts tijdelijk
was. Spr. toont met de stukken aan,
dat steeds dit bureau tijdelijk is ge
bleven tegen elke poging van de
S. D. A. P. in.
Het bureau zal wel zijn eigen dood
sterven, maar de gemeente behoeft
het leven niet te rekken. Van het ge
bouw in kwestie is ook nog wel iets
anders te maken. De gemeente moet
toch de meerdere kosten dragen om
dat de gemeente daar een badhuis
voorschreef. De 1200, die dit kost per
jaar moet de gemeente toch bijpassen,
maar dan moet de gemeente dat do'en
buiten het waschbureau om.
Tegenover een interruptie: „Dat kan
niet", merkt Spr. op, dat dit nauurlijk
wel kan. Alle oude huizen kan men
veranderen, dus hier ook wel.
Spr. hoopt dat de heer Goslinga op
den ingeslagen weg zal terugkeeren
en aan Spr. zijde zal komen staan, zoo
als zijn beginselen hem gebieden
Mevr. Braggaar de Does (S.D.)
zet uiteen de bezwaren tegen het was-
schen aan huis. In de eerste plaats de
behuizing is een beletsel; de wonin
gen zouden verontreinigd worden.
Ook is het op hygiënische gronden on-
gewenscht vanwege de ongezonde
dampen. Verder is de wasch doen
voor de meeste vrouwen een zware
taak. Het gemeentelijk waschbureau
heeft prijzen beneden particulieren,
maar het voornaamste voordeel is,
dat de kleinste wasch wordt aangeno
men, zelfs een enkele slagerskiel.
De dienstvoorwaarden van het per
soneel zijn beter dan bij de particulie-
ren.
De argumenten van de waschindu-
striëelen zijn niet steekhoudend, men
verzuimde sommige transportkosten,
enz. Het nummeren kan zoodsfnig ge
schieden. dat het slechts 12 cent per
jaar kost.
..Spr. meent, dat, wanneer bezuinigd
i/ioet worden, men in de eerste plaats
op de wasch zal bezuinigen. Spreker
meent, dat B. en W. hebben nagelaten
voldoende reclame te maken voor dit
bureau. Men maakt wel reclame voor
andere bedrijven.
Spr. doet een dringend beroep voor
de instandhouding van dit bureau.
De heer R o m ij n (V. B.) is ook voor
opheffing van het bureau. De gemeen
te is wel tot opheffing van diensten
overgegaan die van veel meer belang
waren. Ook omdat het verlies zal kun
nen opleveren is spr. voor opheffing.
Dhr. Groeneveld (S. D.) deelt
mede. dat men in den Bond van
Wa9chindustrieelen het niet algemeen
eens is met het bestuur. Enkelen wa
ren van meening, dat voor de gemeen
te de wasch wel een beetje minder
behandeld kon worden.
Anderen wilden liever zelf regelen.
Waarom bezochten de bestuursle
den ook de S. D. raadsleden niet? Dan
hadden ze tweeërlei inzichten gehoord
Ook voor het personeel is het te
wenschen. dat het bureau blijft. Bij
opheffing zal de gemeente toch iets
moeten doen voor deze menschen.
Een actie van de cliëntèle is onmo
gelijk, maar de 625 klanten hebben
toch ook nog iets te zeggen.
Ebba dacht en luisterde tegelijk, of
zich daarbinnen niets bewoog. Als He
lene eens gesterkt was door een goe
den slaap? Of meer levensmoed toon
de? Of men het dan zou kunnen wa
gen? Of het haar opwinden zou?
In Ebba brandde het verlangen, de
daad van den geliefde jubelend te ver
kondigen en hem prijzen, over hem te
spreken
Bewoog zich daar binnen niet iets?
Het klonk als een zucht. Ja, heel
duidelijk, Ebba sloop er heen. Het
was donker. Overdag weerde men het
licht.
Zij boog zich over Helene heen. Hoe
vreemd geen geluid in het geheel
niets Niet de minste ademtocht!
Maar die zucht! Ebba had het
toch gehoord heel zeker.
Helene! fluisterde ze.
Maar niemand antwoordde haar.
Niet de geringste beweging was er
merkbaar.
Een groote angst kwam over Ebba.
Ze ging naar het raam, trok de gor
dijnen open. Het laatste van de ver
dwijnende schemering drong binnen.
Maar het bed bleef in de schaduw,
zoo, dat men nauwelijks de trekken
der vrouw kon onderscheiden, die lang
uitgestrekt en zwijgend daar nederlag.
Haar oogen waren gesloten. Dat zag
men toch, niettegenstaande de vale,
wegstervende schemering. De groote
donkere sterren waren gesloten.
Helene, fluisterde Ebba nog een»-
Slerhts diep zwijgen.
De heer Lips heeft de beschikking
gehad over alle cijfers van het bureau
vermoedelijk van een der raadsleden.
Men heeft een slag geslhgen naar het
aantal wasschen en kwam tot 350.,
maar een feit is, dat er nog 625 klan
ten zijn. Misschien dat sommigen dan
hun wasch om de 14 dagen inzenden,
om op het bezorgloon te sparen.
Wat het winstcijfer aangaat heeft
rnen andere jaren genomen dan voor
de telling. In 1920 maakte het bedrijf
4000 verlies, dat kwam door de op
zet. Eerst van 1921 is het bedrijf op
winst ingesteld. De heer Lips heeft
echter handig het verliesjaar 1920 er
bij geteld, daardoor kwam hij tot een
lager winstcijfer.
Spr. heeft ook bezwaar tegen de
cijfers van den heer de Reede. die
sprak over verschillende omzetcijfers
en over winst-cijfers. maar ook al weer
genomen uit verschillende jaren.
Daar stak ook een bedoeling in, n.l.
om zoodoende de achteruitgang te
kunnen aantoonen.
De S. D. hebben niet meegedaan aan
de oprichtine. maar dezelfde partijen
die het oprichtten zijn nog in den raad
aanwezig.
Het overheidsbedrijf exploiteert slech
ter, zegt men. Dat komt dan in den
regel, omdat het overheidsbedrijf dan
de slechte dienstvoorwaarden van het
particuliere bedrijf niet durft ov^rn"!-
men.
De gemeente heeft don plicht, de be
drijven zoo goed mogelijk t^beheeren,
instede daarvan poo^t men het be
drijf om hals te brengen. Dit be
drijf is nog steeds winstgevend, menig
particulier zou er mee in zijn schik
zijn.
Spr. meent, dat het bedrijf veel te
veel huur betaalt.
Voorts weerlegt spr. nog verschillen
de cijfers door de heeren Bergers en
de Reede gegeven.
Spr. constateert, dat dit bedrijf bui
tengewoon taai is geweest. Geen be
drijf. dat, zooals dit in het openbaar
herhaaldelijk is aangevallen door den
heer Bergers en andere leden. Spr.
geeft eenige cijfers bij de instelling gë-
raamd en daartegenover cijfers van de
exploitatie, waaruit blijkt, dat het be
drijf steeds be+er ging dan men ver
wachtte.
De oprichting heeft als oorzaak ge
had de zeepnood. Later echter heeft
men van verschillende zijden op ver
schillende gronden betoogd, dat 't be
drijf moet blijven. Door B. en VV. is
reeds bij de stichting in het vooruit
zicht gesteld, dat dit bureau voortdu
rend zijn bemiddeling zou verleenen
om de redenen, door Mevr. Braggaar
in het licht gesteld.
De heer De Reede (C. H.) weer
legt de woorden van den heer Groene
veld in een vorige vergadering gespro
ken. De voorstelling, als zou het bu
reau uitsluitend winst hebben gele
verd is onjuist. Behalve de oprichtings
kosten staan verlies en winst zoo te
genover elkaar, dat per slot de winst
heeft bedragen plm. 260.
Voorts geeft spr. inlichtingen over
de verstrekte cijfers en toont aan, dat
deze volkomen juist zijn.
Spr. zegt voorts, dat de bleekers een
bedrijf hebben hier in de stad, waarin
ze geen behoefte hebben aan tusschen-
personen.
De heer Van Es (A. R.) wil eenige
mededeelingen doen op grond waar
van hij moet tegenstemmen.
Spr. meent, dat de tegenwoordige
Raad geen verantwoordelijkheid voor
handelingen draagt van 1919. Voorts
weet spr. ook, dat de noodzaak voor
gemeentelijke bemiddeling niet meer
bestaat. Evenmin kan men zeggen, dat
het voorgestelde gebouw alleen hier
door rendabel wordt.
Spr. meent vooVts gerechten twijfel
te mogen opperen tegen den idealen
toestand in dit bedrijf, waarvan spr.
voorbeelden aanhaalt. Zoo vraagt spr.
onder anderen hoe het gaat met de
korting van de werksters wegens ver-
missing van goederen.
Wat de bezwaren van Mevr. Brag
gaar tegen het wasschen aangaat. Spr.
heeft als dokter vaak vrouwen op leef
tijd ontmoet, die heel wat solider ge
zondheid bezaten dan meisjes van 18
tot 20 jaar. De eersten hadden aan de
waschtobbe gestaan.
Spr. begrijpt niet, waarom de hee
ren S. D. nu zoo voor dit midden-
Ebba betastte de handen, die lange,
smalle handen, die op het dek lagen.
Doodskoudl
En toen het voorhoofd dat was
warm
Ach Helene scheen bewusteloos.
Daar stond wijn daar stond ether
vlug nam Ebba wat
Scherp steeg de geur van den aether
omhoog, zoodat Ebba het hoofd om
wenden moest.
Maar het hoofd, dat daar zoo stil en
wit op het kussen lag, bewoog zich
niet.
En het was zoo donker in de ka
mer. En dit vreemdsoortige, halsstar
rige zwijgen hield aan het was a!a
iets lichamelijks het vulde de heele
kamer het drukte op Ebba's hart
en beklemde het met onzegbaren, on-
begrijpelijken angst.
Daarnaast begon het kind te huilen
zachtjes het was als een klagen.
Ik zal licht opsteken, dacht Ebba,
ja licht het is zoo angstig, die duis
ternis
Daar stond de lamp. Ebba greep naar
de lucifers. Hoe repten zich haar vin
gers!
Zeker, Helene was bewusteloos
evenals gisteren. Maar zoo ver weg,
het was toch beter den dokter te roe
pen
De lamp brandde. Ebba droeg ze
naar het bed toe. Daar stond een ta
feltje. Aan het hoofdeinde
(Slot volgt).
