NIEUWE LEIDSCHE COURANT van DINSDAG 6 SEPT. 1927 TWEEDE BLAD. WAT OE BLffiDEM ZEGGEN. Zes millioen tegenover drie en een halve ton. De rijksbijdrage voor het Nijver heidsonderwijs, zoo lezen wij in De Standaard, bedraagt 6.718.407.6Q, die voor het Laiid- en Tuinbouwonderwijs 355.685. Met cijfers moet men voorzichtig wezen, ook met deze cijfers. Zeer wel kan het zijn, dat in deze get&llen posten schuilen, die de verge lijking onzuiver maken. Ook al laten wij dien factor ten vol le tot zijn recht komen, dan toch is de tegenstelling van zes millioen en drie en een halve ton wel zeer sprekend. De aard van het voortbrengingspro- ces brengt met zich dat in het indus- trieele bedrijfsleven vakonderwijs groo ter beteekenis heeft het zij zoo! Het instinctieve leven komt op de boerderij tot zijn recht en maakt, dat de plattelanders aan hoogere ontwik keling van him aangeboren talent min der behoefte hebben we aanvaarden dankbaar het compliment voor onze schrandere agrariërs- Het Nijverheidsonderwijs is nu een maal ten onzent royaal aangepakt en die royaliteit brengt groote kosten met zich wij hooren het zonder zuchten aan! De sobere boerenaard maakt dat ook het Landbouwonderwijs eenvou dig kan worden ingericht de agrari sche eenvoud bekoort ons! Nog meer factoren kunnen worden aangevoerd, om het verschil tusschen zes millioen en drie en halve ton te verklaren. Maar alle scherpzinnigheid" en spits vondigheid ten spijt, blijft toch deze waarheid voor niemand verborgen: groote achterstand bestaat voor ons Landbouwonderwijs, voor ons Christe lijk Landbouwonderwijs niet het minst. Het inhalen van dien achterstand is, vooral nu het zevende leerjaar ver plichtend wordt, dringende eisch! Be Indische studenten. Sedert de vorige week aldus schreef d.d, 6 Juli de Nederlandsche redacteur van het ,.Soer. Hbl." aan zijn blad, is omtrent den arbeid der commissie van drie, belast met het onderzoek der in beslag genomen do cumenten tijdens de huiszoekingen bij inlandsche studenten te Leiden en Den Haag, niets naders bekend gewor den. Wij vernemen echter, uit volmaakt betrouwbare bron, zoo schrijft „Het Handelsblad", dat in handen der auto riteiten is gevallen een schrijven uit Moskou, gericht aan een der inland sche communisten, die, nadat, het hem in ons land te' benauwd was gewor den, naar Parigs is uitgeweken en in welk schrijven een geldzending werd geadviseerd, waarvan het bedrag die nen moest om de communistische ac tie in Ned. Oost-Inclië voort te zetten. Dit schrijven was voor. de' politieke recherche in Den Haag aanleiding den inspecteur der geheime politie, den heer Nieuwenhuis, naar Parijs te zen den, waar deze in het laatst der vo rige week met de persoonlijke hulp van den Nederlandschen gezant te Pa- rijs, jhr. Loudon, zijn nasporingen heeft voortgezet. Het Nederlandsche gezantschap be tracht de uiterste waakzaamheid en de heer Nieuwenhuis heeft maatrege len getroffen, dat de communistische „Indonesiërs" die thans in Parijs hun heil gezocht hebben, daar onder zeer behoorlijk toezicht blijven. Men 'deelde ons nog over dit geval mede, dat jhr. Loudon persoonlijk met den heer Nieuwenhuis op stap was gegaan om het spoor van enkelen dier „Indonesiërs" te volgen. Wij releveeren dit, omdat het be wijst, dat thans eindelijk ook in de hoogste officieele kringen het moge lijke wordt gedaan om aan het com- FEUILLETON. Niets mensciïeifts vreemd Een episode uit de geschiedenis van de Christenen op het Sinaïtisch Schiereiland omstreeks het jaar 300. 69. *o De naar den weg toegekeerde hel ling der rots-massa, waarop hij ge bouwd was, verhiel zich zoo steil en was zoo glad, dat zelfs de woestijn bewoners, die met hun naakte voeten en gespierde armen hoogten beklom men, die de steenbok en de jakhals vermeden, haar onbeklimbaar acht ten. Van de andere zijde was hij beter toegankelijk, en om hem ook daar te versterken, was een zware muur op getrokken, die de vlakte, waarop het kasteel stond, in de gedaante van een hoefijzer omgaf, welker einden uit liepen op de steilte van de kloof waar door de ijlweg liep. Dit gebouw was z.oo ruw en onbehouwen uit steen blokken opgestapeld, dat het er uit zag als ware het ee,n gewrocht der natuur, en niet door menschenhan- den tot stand gebracht. De indruk Van ruwheid en onvolkomenheid, die het teweeg bracht, werd verhoogd, doordat op de hoogte van deze in de gedaante van een muur opgehoopte steenen, een menigte grootere en klei nere stukken graniet lagen, die door 'i^^èaehoreten waren saam gebracht, munistische gewroet een einde te ma ken. 'Wij kregen ook de overtuiging, dat op het oogenbjik zeer scherp toezicht wordt uitgeoefend op hen, die in gou vernementsbetrekkingen naar Indië worden uitgezonden; wanneer er ook maar iets „communistisch" is aan hun politieke geloofsbelijdenis, dan worden hun kansen voor benoembaar heid minimaal. Ons kwam dezer dagen ter oore, dat over het uitzenden van een jongen houtvester, leerling van Wageningen, een uitgebreide correspondentie met „Binnenl. Zaken" en „Koloniën" heeft plaats gehad, naar aanleiding van 't feit, dat hij als „communistisch" ge signaleerd stond. Alles bijeen mag nu dus wel worden gezegd: men wordt in Nederland wakker; men onderschat niet langer het gevaar van het com munistisch gewroet in het moederland ten aanzien van rust en veiligheid in cle koloniën. Men is nu, eindelijk, wak ker en waakzaam. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Vriezenveen, O. Groenewoud, te Parrega (Fr.) en H. P. Brandt, te Lage Zwaluwe. Bedankt: Voor Hattem en Burum e.a. W. Okken, te Urk. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Warffum, J. W. v. Tol, te Scharendijke'. Aangenomen: Naar Oegstgeest, Dr. D. J. van Katwijk, te Schipluiden. Bedankt: Voor Goënga c.s., H. v. d. Zanden, te Wapenveld. Voor Mid delburg, J. R. Goris te Apeldoorn. CHR. GEREF. KERK. Tweetal: Te Vlissingen, K. G. v. Smeden, te Kampen; en J. G. G. Croes, te Bussum. Te Dokkum, L. de Bruyne, te Zwolle; en P. Zwier, te Papendrecht Bedankt: Voor Broek onder Ak- kerwoude, P. Zwier, te Papendrecht. Voor Nieuwe Pekela, H. Biesma, te Groningen. EVANG. LUTH. GEM. Drietal: Te Middelburg-Vlissin- gen, J. Bergman, te Leeuwarden; G. J. Duyvendak, te Naarden-Bussum; en J. P. van Heest, te Deventer. VRIJE EVANG. GEMEENTEN. Bedankt: Voor Bussum, D. W. Veldkamp te Oude Pekela. BEVESTIGING, INTREDE EN AFSCHEID. Ds. H. H. van Ameide nam Zondag middag, na een ruim 2-jarig verblijf, afscheid van de Ned. Herv. Gemeente van Diütcloord, met een predikatie over Rom 8 vs. 35 a: „Wie zal ons scheiden van de liefdé-van Christus?" De naar Hoogeveen vertrekkende 1 eeraar werd aan het einde op harte lijke wijze toegesproken door Ds. Eige- man van Willemstad, namens de clas sis en den ring; door br. Vogelaar, na mens den Kerkeraad en Gemeente; en door het hoofd der Ned. Herv. school, den heer C. Schipper, namens het schoolbestuur en personeel. Toegezongen werden Ps. 134 4 en Ps. 90 9. Diep onder den indruk ver liet de schare, die de kerk tot in alle hoeken vulde, het bedehuis. Velen maakten nog van de gelegenheid ge bruik om den leeraar na afloop de hand te drukken. Ds. W. A. Bronsveld te Brandwijk hoopt, wegens verkregen eervol eme ritaat, Zondag 25 Sept. a.s. zijn af scheid te preeken. De catechisaties zullen na zijn vertrek gehouden wor den door den heer J. Kars, godsdienst onderwijzer te Schoonhoven. Ds. Mr. J. F. Dijkstra, gekomen van Den Haag, verbond zich Zondag aan de Ned. Herv. Gemeente van He- del, na vooraf door Dr. D. J. de Lind, van Wijngaarden, van De Bildt, te zijn bevestigd, met een predikatie over Jes. 52 7. Ds. Dijkstra sprak over Jes. 55 :10 en 11. Hij besloot zijn predikatie met de gebruikelijke toespraken. De plech tigheid werd bijgewoond o.m. door den consulent. Ds. J. J. van der Grient, om ze bij den overval op de roovers neer te rollen of te slingeren. Men had ook in den rotsbodem van de door den muur ingeslotene vlakte een waterput geboord, en droeg zorg, dat deze altijd was gevuld. Zulke maatregelen van voorzichtigheid wa ren noodig, want van twee zijden dreigde den Anachoreten gevaar. Vooreerst van de Ismaëlietische Sa- razenen, die' uit het oosten op hun rooftochten de berg- en oase-bewo ners overvielen en plunderden, even snel vluchtende als zij onverwacht aangrepen. Ten anderen van de Blem- myers, de onbeschaafde bewoners van de woestijn, die hetvruchtbare Egyptische en Nubische land be grensde, en inzonderheid van de" naakte gebergten, die de Roode zee van het Nijldal scheidden. De laatste waren gewoon in lichte bootjes de zee over den berg te verspreiden. De klei ne voorraad en de weinige noodpen- nin'gen, die de onbeschaamde kluize naars in hunne holen bewaren, had den de Blemmeyers telkens, en altijd weder gelokt, ondanks de- Roniein- sche bezetting van Pharan, die ge woonlijk eerst op het tooneel der plun dering verscheen, als zij, reeds lang, met hun schralen buit het hazenpad hadden gekozen. Weinige maanden geleden had er zulk een overval plaats gehad, waar bij de oude Stephanus door een pijl schot was gewond, en men had allen grond om te verwachten, dat de wilde en nog een zestal collega's. De Gemeen te zong Ds. Dijkstra de bekende zè- genbede toe. Ds. J. Kuiper, em.-pred. van Vreeswijk, werd Zondagmorgen j.l. bij de Ned. Herv. Gemeente van Dussen bevestigd door den consulent, Ds. J R. B. Feykes, van Sleeuwijk, die tot tekst had Hand. 13 vs. 38-39 en deed er des namiddags zijn intrede met een predikatie over 2 Cor. 5 vs. 20. Na ver schillende toespraken gehouden te hebben, werd Ds. Kuiper zelf toege sproken door Ds. Feykes namens den kerkeraad en de gemeente. Ds. L. H. van der Meiden, van Dordrecht, die resp. 25 en 27 October a.s. bevestigd wordt en intrede doet als predikant der Chr. Geref. Kerk te Den Haag, hoopt Woensdag 19 Octo ber (en niet Zondag 16 October) van zijn Gemeente afscheid te nemen. Zondagmorgen werd Ds. Y. K. Vellenga, overgekomen uit Oosterzee in de Geref. Kerk te Meppel in 'de va cature Dr. J. Thijs bevestigd door Ds. B. Hagenaar, die tot tekst hal Ezech. 33 7. 's Avonds deed Ds. Vellenga in trede sprekende over 2 Tim. 2 19. Mét de gebruikelijke toespraken en het toezingen van de bede uit Ps. 133 werd de dienst besloten. Na Zondagmorgen door den con sulent Ds. B. Verhagen van Waterin gen, te zijn bevestigd, met een predi katie over Richteren 6 14, waarbij hem na de bevestiging de zegenbede uit Ps. 134 werd toegezongen, verbond Ds. G. Venema, gekomen van Appin- gedam, zich des avonds aan de Ned. Herv. Gem. te Loosduinen, sprekende over Lucas 24 47. Na de predikatie werd Ds. Venema toegesproken door Ds. B. Verhagen als consulent, en door Ds. K. van Geest van 's-Gravenzande, namens den ring. De gemeente zong staande toe de zegenbede uit Psalm 121. Ds. S. Postma, predikant-direc teur van het Haarlemsche Diakones- senhuis, die beroepen is als achtste predikant, speciaal belast met den dienst in het Diakonessenhuis, is Zon dagavond in de Groote op St. Bavo- kerk bevestigd door Ds. C. J. van Paas- sen met een predikatie naar aanlei ding van Joh. 10 41. Toegezongen werd Psalm 134 1, 2 en 3. Ds. Postma, die daarna zijn intrede deed koos als tekst 1 Cor. 3 9. Hij zei- de dat deze ure voor hem er een van blijdschap was, om zich zelf, om de kerk en om zijn werk. Weder een dienstdoend predikant der Ned. Herv. Kerk te zijn was hem een oorzaak van groote blijdschap. Om der wille van de kerk was spr. verder blijde. De kerk, die zich zoo laiig buiten veel hield, gaat nu weder de taak van den predikant ruim en breed opvatten, door hem aan te stellen als predikant, inzonderheid belast met den dienst in het Diakonessenhuis. Maar ook was er blijdschap in zijn hart ter wille van zijn werk. Het werk van het Diakonessenhuis is er ten slotte een van de gemeente. Spr. ver wacht dat de gemeente nu meer met het Diakonessenhuis zal medeleven en dat werk met haar gebed mede zal dragen. Woorden van dank tot bevestiger, collega's, kerkeraad en kiescollege volgden. Na de zegenbede werd Ds. Postma toegezongen „Vader, sla hem steeds in liefde ga", enz. Ds. A. J. A. VERMEER. Onder zeer groote belangstelling hield Ds. A. J. A. Vermeer Zondag avond in de Groote Kerk te 's-Graven- hage een gedachtenisprediking, om dat hij dien dag juist 40 jaar Evange liedienaar in de Vaderlandsche Kerk was. Er waren vele officieèle perso nen aanwezig. Een koor van diakonessen zong bij den aanvang en 't einde van de gods dienstoefening een lied, bij den aan vang „Lof zij den Heer, den almachti- gen Koning der eere", en bij het einde ,,'t Is Uwe zaak, o Hoofd en Heer, de zaak waarvoor wij staan". Na 't amen van den zegen werd Ds. Vermeer door de gemeente Gezang 224 1 en 5 toege zongen, waarvoor hij met een enkel woord dank zegde. roovers niet zoo spoedig zouden te- rugkeeren. Phoebicius toch, de be velhebber van den manipel Romein- sche soldaten in de oase, was in zijn dienst gewoon scherp en doortastend te handelen, en gelukte het hem ook al niet de Anachoreten geheel voor roof te bewaren, hij had toch de bij zijn nadering vluchtende Blemmyers achtervolgd, en hun den weg tot de op hen wachtende booten afgesneden. Niet ver van de kust, op de woestijn- strook, die de zee van den berg scheidde, kwam het tot een strijd tusschen de -Romeinen en de wilden, die met een geheelen ondergang van de laatsten eindigde, en er was grond om te hopén; dat zulke ervaringen de zonen der Woestijn tot waarschuwing zouden zijn. Maar had tot hiertoe de licht te onderdrukken begeerte om te rooven hen over zee gejaagd, thans dwong, de heilgste aller plichten, de wet die hun voorschreef wraak te ne men over het vergoten1 bloed van zoo- velen huïiner vaders en broeders, een nieuwen aanval te. doen, met inspan ning van al hun krachten. Zij hadden ditmaal met opzet de grootste voorzichtigheid in acht ge nomen, en ■hun jonge mans'chappen verzameld in verborgen dalen achter de uitgestrekte bergketens langs den oever. In den eersten donkere nacht zou de tocht over den smallen zeeboe zem, die hen van het steenachtig schiereiland scheidde, plaats hebben, en toen nu gisteren bij het ondergaan JUBILEUM Ds. J. D. v. d. VELDEN. In de Jeruzalem-kerk te Kralingen, hield Ds. J. D. v. d. Velden Zondag avond een gedachtenisrede, naar aan leiding van zijn bediening des Woords in de Geref. Kerk aldaar gedurende een reeks van 25 jaren. Zijn stof ont leende de jubilaris aan Col. 3 15 en 16a. In deze verzen spreekt de apostel Paulus zijne wenschen uit aan de ge meente te Colosse. Deze wenschen wilde de jubilaris tot de zijne maken, en ontwikkelde naar aanleiding van deze tekstwoorden twee gedachten, die daarin opgesloten lagen: le. de heerschappij van den vrede Gods en 2e. de inwoning van het woord van Christus. Na afloop van den dienst zong de gemeente toe Ps. 72 11. Des morgens was toegezongen Ps. 132 10. EEN VRIJZINNIGE MINDER. In de Vrijz. predikantsplaats te Sneek is thans een rechtzinnig predi kant beroepen. De rechtzinnigen krij gen thans 2 predikanten; de vrijzinni gen 1. EMERITAAT. De \erkeraad der Geref. Kerk van Andijk heeft in zijn vergadering van Donderdag aanvaard de emeritaats- aanvrage van den Dienaar des Woords bij die kerk Ds. F. C. van Dorp. Met in gang van 1 Dec. a.s. zou het emeritaat ingaan. Op 5 October zal de aanvrage ter classicale vergadering worden be handeld. DE THEOL. SCHOOL TE APELDOORN Door Curatoren der Theol. School der Chr. Geref. Kerken te Apeldoorn is besloten de vacature-doc. v. d; Hei den te vervullen op de Synode van 1928. Tot zoolang zullen de vakken door Doe. v. d. Heiden gedoceerd, ver deeld worden over de andere docen ten. „BARTÏMEUS". In sommige bladen heeft een bericht gestaan omtrent het bedanken van de lieeren Prof. Dr. H. Visscher en Dr. Bos als leden van het bestuur van „Bartimeus". Dit moet het gevolg zijn van verschil van meening, welke zich in den kring van dat bestuur heeft voorgedaan. Van meer dan één kant is gevraagd, .wat de reden zou zijn van het heengaan van deze heeren, omdat toch in het belang van „Barti meus" een gemeenschappelijk samen werken absoluut vereischt is. Wij vernemen nu, dat er een com missie benoemd is om een onderzoek in te stellen en een rapport uit te brengen. Voordat deze commissie haar taak verricht heeft, acht men het niet wenschelijk om wat geschied is nu reeds publiek eigendom te doen wor den. Dit zou kunnen zijn tot nadeel van de stichting. Naar wij vernemen, oordeelen Ds. Visscher en Dr. Bos het ook het beste, dat aldus geschiedt. CHR. BEWAAR3CKOOLONBERWIJS. Morgen hoopt de Bond van Vereen, voor Chr. Bewaarschoolonderwijs van Nederland zijn jaarvergadering te hou den in de Chr. Bewaarschool, Spring weg 93 te Utrecht. Op de agenda komt o.m. voor de verkiezing van bestuurs leden, aan de beurt van aftreden de heeren J. S. Dienske, van Amsterdam Baron van Boetzelaer van Dubbeldam van De Bildt, en M. Schreuder, van Rotterdam. De voorzitter, de heer J. Zuidmeer, zal spreken over „Het ge subsidieerd Chr. Bewaarschoolonder wijs en de gevaren van Overheidsbe moeiing." CHR. H. B. S .TE APELDOORN. Zaterdag is te Apeldoorn in het ge bouw „Irene" aan den Zwolschen weg geopend de Cbr. H. B. S., in tegen woordigheid van vele autoriteiten en belangstellenden. De samenkomst werd geopend door den voorzitter Ds. C. M. Luteyn met gebed en een rede, waarin hij eraan herinnerde, dat cle plannen om te ko men tot een Chr. H. B. S. al jaren be staan had. Openbare en bedekte tegen werking hebben echter het werk jaren lang verhinderd, zoodat zelfs in 1925 het voorstel werd gedaan, om de ver- eeniging te ontbinden. Desondanks werd toch besloten met het werk voort der zon zware onweerswolken samen trokken, zich in onstuimige buien ont lastten en het licht der afnemende maan verduisterden, trokken zij hun bootjes en vlotten in zee. Zij zouden de overzijde, den berg en misschien ook de oase bereikt hebben, zonder door de wachters op den bergtop op gemerkt te zijn, die zich tijdens het onweder onder hun schutdak hadden teruggetrokken, wanneer niet iemand de Anachoreten gewaarschuwd had. Die man was Hermas: De jongeling had, gehoorzaam aan het woord van Paulus, drie van diens goudstukken bij zich gestoken, zich van pijl en boog en wat brood voor zien, en vervolgens, nadat hij voor den ingang van het hol zijns vaders den sluimerende een zachten groet had toegeroepen, zich naar Raithoe begeven. Blijmoedig in het gevoel van zijn mannelijke kracht, trotsch op de moeilijke taak, een aanstaand krijgs man waardig, die hem was opgelegd en die hij dankbaar had aanvaard, om haar te volbrengen, zij het ook ten koste van zijn leven, snelde hij bij 't licht der volle maan voorwaarts. Waar zich de wég in zigzag kron kelde, om den waarlijk niet weekelij- ken woestijnreiziger het stijgen mo gelijk te maken, verliet hij het gebaan de pad en klauterde van rots tot rots in een rechte lijn op en af. Op vlakke plaatsen joeg hij voort, als zaten hem de gerechtsdienaars op de hielen. Na zonsondergang versterkte hij zich door AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 6 September 1927. „Ik zal handhaven" wijst in het Au gustusnummer op eenige decadentie- verschijnselen waarvan mij bijzonder opviel dat betreffende een artikel in het Groot Gereformeerd Studenten blad „Fraternitas", Mei-aflevering. De student-inzender van „Fraterni tas" acht het een treurige werkelijk heid dat de Standaard eenerzijds scherpe maatregelen eischt tegen de Communisten en anderzijds na iaat „een streng optreden te eischen tegen de misdadigers uit de ambtenaars- en plantagewereld.» Schrijver somt dan een aantal staal tjes op van wreedheden en afpersing, welke wij reeds uit de bladen kenden en voegt er dan aan toe: „Waarom ik deze schandalen die nog met verschillende vermeerderd kunnen worden nog eens ophaal? Omdat zij een waardig pendant vor men tegenover de communistische misdaden. Het maakt dan ook wel een eigenaardigen indruk, dat de admini strateur v. d. Stok tot zes maanden hechtenis, een Japanner voor dergelij ke misdrijven tot 3 jaar gevangenis straf en enkele communistische lei-, ders tot den dood veroordeeld wer den." Ofschoon deze student later zegt dat hij niet bedoelde een direct pleidooi te leveren voor een zachtzinnige bestrij ding van het Communisme, conclu deert „Ik zal handhaven" terecht, dat zijn artikel toch een strekking heeft die de straf op wat de communisten misdeden wil gelijk stellen met die van v. d. Stok en anderen. Ik geloof dat het de taak van Gere formeerde studenten eerder is met den minister van Koloniën het han- teeren van de sapoe lidi goed te keu ren, dan zich in afkeurenden zin uit te laten, over de straf op de Commu nisten-moorden toegepast. OBSERVATOR. te gaan, met het verblijdend resultaat, dat thans de school kan worden ge opend. Na den voorzitter voerden achter eenvolgens o.a. het woord Ds. G. Bol- kenst.eyn, de inspecteur van het M. O., wethouder M. van W-ijhe Ezn., docent Lengkeek, Ds. C. Hattink, de heer Hui zing, Ds. Geels, de heer Windt, de heer Pilon en Ds. W. Sterhuis. Als laatste spreker trad op de heer Snoeck Hen- kenmans, die veel heeft bijgedragen tot de stichting dezer school. De heer De Planque, directeur der schooi gaf in groote lijnen aan, hoe hij zich den gang van het onderwijs had voorgesteld. BINNENLAND, VAN HET HOF. Tex Kerk. H. M. de Koningin en H. K. H. Prin ses Juliana woonden Zondagochtend de godsdienstoefening bij in de Wil lemskerk te 's-Gravenhage. Voorgan ger was Dr. M. M. den Hertog. De Fïisises op de tentoonstelling Nederlandsche reclame. Gisteren heeft Prinses Juliana on verwacht, streng incognito, een be zoek gebracht aan de tentoonstelling te Scheveningen. Door vrijwel nie mand herkend, heeft zij rustig en be langstellend de tentoongestelde voor werpen bezichtigd. Eerst bij haar ver trek liet zij den voorzitter cversto Oudendijk, aan zich voorstellen. Prinses Juliana bij Kieykamp. Prinses Juliana heeft, vergezeld door jkvr. Bentinck en baron Baud, een bezoek gebracht aan de tentoon stelling van schilderijen door oüd- iïollandsche en Vlaami.che meesters in de Kon. Kunstzaal Kieykamp, te 's-Gravenhage. Zij is ontvangen en rondgeleid door mevrouw E. KieykampHaagen Smid De Colleges van Prinses Juliana. Naar we vernemen staat het reeds vast, dat Prinses Juliana aan de Leid- sche universiteit de volgende colleges zal volgen: iets te nuttigen, snelde daarna weer weer voort en létte niet op de hitte van den middag of het mulle zand, waarin zij voet wegzonk, terwijl hij de zeekust volgde, Bij dat hartstoch telijk voorwaarts ijlen, dacht hij noch aan Sirona, noch aan zijn verleden, maar alleen aan de bergen aan, gene zijde der zee. aan de Blemmyers, en hoe h-ij ze het best bespieden en, waan neer hij hun plannen had vernomen, wederom naar zee en tot de zijnen zou. Eindelijk, toen zijn vermoeienis toenam, de middaghitte drukkender werd, en het bloed hem sterker naar het hart drong en sneller aan zijn sla pen begon te kloppen, hield hij geheel en al op te denken, en het eenige wat hem voortdreef was enkel de wensch, zijn naaste doel zoo spoedig mogelijk te bereiken. In de derde middaguren zag hij van verre de palmen van Raithoe, en met nieuwe krachtsinspanning ijlde hij er heen. Eer de zon onderging had hij den hem door Paulus aangewezen Ana choreten meegedeeld, dat dé Alexan drijn hun uitnoodiging afsloeg en be sloten was op den heiligen berg te blijven. Vervolgens begaf Hermas zich naar de kleine haven, om met de visschers van de plaats te spreken over een boot, die hij noodig had. {Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5