NIEUWE LEIUSCNE COURANT Wflï DE BLADEN ZEGGEN. Niets menscheiijks vreemd van WOENSDAG 24 AUG. 1927 TWEEDE BLAD. Overproductie van intellect. Wij leven weer midden in de perio de, dat „de eene helft van ons goede landje bezig is de andere helft te exa- mineeren". schrijft onze „Maas- en Scheldebode". En jaarlijkt neemt dat getal nog toe. Waar het met al die geleerde men- schen heen moet is onbekend. De werkloosheid onder dé aktenbe- zitters neemt onrustbarend toe. Bonden van leeraren en van onder wijzers waarschuwen de ouders hun kinderen toch vooral niet voor dit of dat wetenschappelijk vak op te leiden, want straks staan die kinderen met een hoofd vol met kennis, maar met ledige handen. Toch blijkt een groot gedeelte van ons volk dit gevaarr nog niet in te zien. Vele ouders zijn er die voor hun kin deren niet minder eischen dan een H. B.S.-opleiding. Soms komen die kin deren met groote moeite door .de stu die heen, soms blijven het brekebee- nèn, soms knakt het hun gezondheid, maar in vele gevallen staan ze straks zonder positie, want het aanbod over treft verre de vraag. En wat dan? Die kinderen zijn opgeleid voor hoofdarbeid. Handenarbeid kunnen ze in vele gevallen niet verrichten, of ze schamen zich er voor. 't Is te hopen, dait we spoedig eens van die manie geneden en gaan begrij pen, dat ook het handwerkvak een Goddelijk beroep is, waarin de mensch gelukkig kan zijn. Ouders denkt aan het geluk van uw kinderen! KERK EN SCHOOL. WED. EEK?. USEE. Beroepen: Te Garmerwolde, L. de Baan te Drachtscei'-Compagnie. Te Godlinze (toez.), J. Eilqema te Witmar- sum. Aangenomen: Naar Jorwerl (Fr.): W. P. Stratingh te Noordbroek (Gr.). Naar YVinuervank, J. N. v. Dru- ten te Noord wol de (Fr.)i Naar Wage- ningen, C. Kijne te Woub.rugge. Bedankt: Voor Puttershoek, J. J. y. d. Pol te Oud-Alblas. GERF.F. KEREF^J. B e da nkt: Voor Bussum (2e precl. plaats), C. Bouma, te Zwolle. Voor Heinenoord en voor Hoek van Holland D. Br emmer, te Bruinisse—Oosterland Vó'ör'Klurtdért, A. J. Bouma, te Wans- werd c.a. CHR. GEREF. KSRE'. Tweetal: Te Zierikzee. PI. Hoo- gendoorn te Bunschoten en P. de Smit te Boskoop. Beroepen: Te Steenwijk, L. H. Beekamp, te Harlingen. GEREF. GEM. Bedankt: Voor Utrecht, M. Hof man te Krabbendijke. BEVESTIGING, INTREDE E*J AFSCHSÏB. Zondag nam Ds. A. H. J. G. van Voorthuizen afscheid van de gemeen te te Nijkerk (Veluwe). Hij bepaalde zijn gehoor bij het laatste woord van Hand. 15 29. Achtereenvolgens stond bij stil bij: le een heilbede voor het welvaren naar het tijdelijke en ver gankelijke; en 2o. een heilbede voor het welvaren naar het geestelijke en eeuwig blijvende. Aan het einde der godsdienstoefe ning werden de gebruikelijke toespra- gen gehouden en werd den scheiden den leeraar toegezongen Psalm 121 4 Zondagavond nam Ds. W. Steu nenberg afscheid van de Gerei. Kerk te Heerenveen, wegens vertrek naar Katendrecht. met een predikatie naar FEUILLETON. Een episode uit de geschiedenis van de Christenen op het Sinaïtisch Schiereiland omstreeks het jaai- 300. 58. o— Paulus had van de plaats der boe telingen dikwijls den senator en de zijnen op hunne plaatsen in de kerk dicht bij het altaar zien zitten, en her kende tot zijn verbazing in den stout- moedigen springer, die met ver warde haren en vonkelende oogen als een razende op hem losstormde, Po- lycarpus, den tweeden zoon van Pe trus. Het kostte den Anachoreet veel moeite om zijn kalmte en tegenwoor digheid van geest te bewaren, want sedert hij wist, dat Sirona ten on rechte door hem met een zware schuld was beladen, toen hij zichzel- ven tegen de waarheid an, hare mede schuldige had genoemd, gevoelde hij een angst, die al toenemende over ging in bittere smart, en terw,ijl het loodzwaar op zijn hersenen drukte, was hij niet in staat snel te denken. Hij stamelde derhalve in het eerst slechts onverstaanbare woorden. Maar het was zijn tegenpartij vree- selijke ernst met zijn vraag, want met een verbolgen hevigheid greep hij den Anachoreet aan den kraag van het grove monnikskleed en hij schreeuwde met heesche stem: Waar hebt gij het dier gevonden? Waar is aanleiding van Colossensen 3 11, laat ste gedeelte: Maar Christus is alles en in allen. Na de predikatie vertolkte ouderling B. Looyenga de gevoelens van de gemeente en verzocht den scheidenden leeraar toe te zingen Ps. 121 4. Ds. W. Steunenberg hoopt Maan dag 29 Augustus a.s. intrede te doen' bij de Geref. Kerk te Katendrecht. Ds. J. de Jong, te Losdorp, hoopt Zondag, den 9 Oct. 1927 afscheid te ne-, men van de Herv. Gemeente te Los dorp en Zondag den 16 Oct. 1927 zijn intrede te doen te Vrouwenparochie na bevestigd te zijn door Ds. J. P. Snoep van St. Anna Parochie. GEN. SYNODE DER GEREF. KERKEN. De zitting van gisteren. Dinsdagmorgen 9 uur werd de vier de zitting geopend, nadat gefongen gen waren de verzen 3 en 4 van den Morgenzang, gelezen was Efeze 3 14 21 en de praeses. Dr. K. Dijk, was voorgegaan in gebed. Appèl nominaal werd gehouden, waarbij bleek, dat Prof. F. W. Gros heide, van Amsterdam, voor het eerst aa.nwezig was,*terwijl Ds. K. Fern- hout, van Vreeland, was vervangen door zijn secundus, Ds. W. Verhoef, van Zeist, ouderling E. J. Bakker, van Santpoort door ouderling K. Wa genaar, van Heer-Hugowaard en ouderling W. H. van Helden, van Nieuwendijk, dor ouderling G. C. de Jong van Almkerk. Op verzoek van den praeses betui gen Prof. F .W. Grosheide en Ds. W. Verhoef en de ouderlingen K. Wage naar en G. C. de Jong, voor het eerst ter Synode aanwezig, door opstaan instemming met de belijdenisschrif ten der Geref. Kerken. De Voorzitter heet Prof. Grosheide hartelijk welkom en spreekt de *hoop uit, dat zijn adviezen mogen strekken tot heil der Kerken. De acta worden gelezen en goedge keurd. De assessor doet mededeeling van ingekomen stukken, o.a. van een be zwaarschrift van de broeders van M. en O., van brieven van den kerkeraad der Geref. Kerken van Bodegraven en Vehlo, houdende sympathiebetuiging met het voorstel van de Kerk van Leiden inzake het promotierecht; van een schrijven van Dr. U. over het proees-Ds. Vermaat; van een schrij ven van Mej. C. J. ver het voorstel- uitbreiding Gezangen en van een dankschrijven van Rev. H. Hagan. Rapporten. Bs. T. Gerber, van Assen, rappor teert namens Commissie II over een* schrijven van den Kerkeraad van Pae- sens, waarin advies gevraagd wordt in een echtscheidingskwestie. De con clusie van het rapport luidt: Uw com missie stelt aan uw vergadering voor aldus te besluiten en daarvan bericht te zenden aan den Kerkeraad der Geref. Kerk van Paesens c.s.: De Sy node, overwegende dat juist inzake de vraag of kwaadwillige verlating een Schriftuurlijke grond van echt scheiding is, nog geen beslissing door de Kerken werd genomen, besluit dat het haar tot haar leedwezen niet mo gelijk is van advies te dienen. Aldus besloten. Ds. T. Gerber rapporteert namens dezelfde commissie over het bezwaar schrift van de broeders J. P. de Gaay Fortman e.a. De conclusies van het rapport luiden: Uw Commissie stelt aan Uw verga dering voor, aan Dr. J. P. de Gaay Fortman en de andere onderteekena ren, voorzoover zij lid zijn van een on zer Geref. Kerken, te antwoorden, dat de Synode: a. met blijdschap kennis nam van de waardeering, waarvan de broe ders in hun schrijven kennis geven; b. doch haar leedwezen erover uit spreekt, dat zij nog steeds slechts van een exegetisch en niet van een con fessioneel verschil spreken, en c. derhalve op dit schrijven niet na der kan ingegaan en hen verwijst naar de van Assen uitgegane stukken. Aldus besloten. Dr. W. A. van Es, van Leeuwarden, rapporteert namens Commissie II over het rapport van de Deputaten voor de oefening van het verband tus- sche/i de Geref. Kerken in Nederland het? Opeens brak hij af en liet den A- lexandrijn los, nam hem op met zijn oogen en vroeg hem zacht en lang zaam: „Zou het mogelijk zijn? Zijt gij Paulus uit Alexandrië?" De Anachoreet knikte toestem mend. Polycarpus barstte uit in een smar telijk gelach, sloeg zich- met de rech terhand voor liet voorhoofd en riep cp een toon van den diepsten af schuw: „Alzoo is het tocht waar! En voor zulk een afzichtelijken aap! Ik wil het maar niet gelooven, dat zij u ook slechts een hand heeft gegeven, want uw aanblik alleen verontreinigt reeds". Paulus' hart klopte als met hamer slagen tegen zijn borst en het gonsde en suisde hem in de ooren. Toen Polycarpus opnieuw de hand naar hem uitstrekte, nam hij onwil lekeurig de houding aan van een ath- leet, die bij het worstelen met uitge strekte armen naar een goeden greep greep zocht, en zeide op doffen, diep- verontwaardigden toon: „Ga terug, anders geschiedt hier iets, wat voor uw beenderen wel eens niet goed kon zijn". Hij, die daar zoo sprak was Paulus en toch niet Paulus; het was Menan- der, de roem van het worstelperk, die geen enkel woord van zijn metgezel len, dat liem niet behaagde in alle op zichten, onopgemerkt liet voorbij gaan. En toch had hij gisteren in de oase en de Theol. Faculteit der V. U., welk rapport eerst wordt voorgelezen door den rapporteur, Ds. W. II. Gispen, van Scheveningen. De conclusies van het rapport van Commissie II luiden: De Synode besluit: le. de deputaten dank te zeggen voor hun gewichtigen arbeid en hen te déchargeeren niet het oog op hun financieel, beheer. 2e. voor fle komende periode van 3 jaar aan dit deputeatsohap een.cre- diet-van ten hoogste f 800 toe te staan. De conclusies worden na eenige be spreking goedgekeurd. De Voorzitter spreekt een woord van hartelijken dank tot Deputaten en deelt-daarbij mede dat de voorzit ter van Deputaten Ds. J. D„ v. d. Mun- nik ontheffing uit zijn functie heeft verzocht wegens zijn ouderdom. De Voorzitter brengt hem een bijzonder woord van dank. Eveneens heeft Dr. J. Hania ontheffing van zijn functie al« deputaat verzocht. Ook hem wordt dank gebracht voor zijn arbeid. Dr. H. Kaajan van Utrecht brengt namens Commissie II rapport uit over het bezwaarschrift, van de Part. Sy node der Oud-Geref. Kerken in' de Graafschap Bentheim en Oost-Fries land tegen een uitspraak der classis Deventer. Het rapport der Commissie luidt: In handen uwer commissie werd ge steld een missive van de algemeene classis der Oud-Geref. Kerken in de Graafschap Bentheim en Oost-Fries land, bchpl7er.de een bezwaar tegen een uitspraak ner classis Deventer, vergaderd 7 April 1927 te Almelo. Aangezien het uwe commissie, na in gesteld onderzoek, is gebleken, dat deze klacht van de algemeene clas sis enz. op een mindere vergadering, in casu op de Part. Synode van Over- ijsel, niet gediend heeft, adviseert uw commissie, dat de Gen. Synode den Kerken in Bentheim en Oost-Fries land aanrade, zich met de Part. Sy node van Overijssel over het bewaar te verstaan en zij de Part. Synode van Overijssel aanbevele, met de Kerken van Bentheim en Oost-Friesland, in algemeene classis vergaderd, dore zaak, indien eenigszins mogelijk, tot een goed einde te brengen. Het rapport werd goedgekeurd. Ouderling Sjaardema, van Bun schoten, rapporteert namens de be trokken commissie over het rapport deputaten ter uitvoering art. 11 K. O., ni'.dat Ds. H .Meijering, van Katwijk, het rapport heeft voorgelezen. De con clusies van het rapport der Commis sie luiden aldus- Uw Commissie adviseert: le. den leputaten hartelijk dank te zeggen voor den velen arbeid in dezen ver dicht en den penningmeester van zijn beheer te déchargeeren; 2e. de staat van ontvangsten en uitgaven der kas als bijlage op tc nemen in de acta. Na bespreking wordt aldus beslo ten, nadat vastgesteld was om de con clusie 3 en 4 van dit rapport te be handelen wanneer hét rapport der verstrooiden in behandeling komt. Ds. H. Meijering, van Katwijk, rap porteert over verzoeken van een twee- tai o of e harén om ondersteuning te mogen ontvangen uit de Generale Kas voor hulpbehoevende Kerken. De conclusies strekken tot voldoe ning aan dit verzoek. Aldus besloten. De Synode gaat in comité-Centraal. Daarna wordt gepauzeerd tot 1 uur. BINNENLAND. DS KONINGIN IN NOORWEGEN. De directeur der Noorsche Reisver- eeniging, de heer Lampe, die Konin gin Wilhelmina en Prinses Juliana op hun reis in het Noorsche bergland be geleid heeft, heeft aan „Aftenposten" te Oslo o.a. medegedeeld: Het verblijf in Fefor werd niet door het allerbeste weer begunstigd, maar Koningin en Prinses beviel het ver blijf toch zeer goed. Ze hadden een huis voor zich alleen met hun eigen keuken. Dagelijks maakte men een wandelrit of een wandeltocht naar de verschillende uitzichtpunten in de na bijheid. Gegeten werd onder den vrij en hemel en deze kleine tochtjes be vielen den vorstelijken personen zeer goed. De Koningin is een zeer goede liefhebster-schilderes en in Fefor schil derde ze het uitzicht van haar hui3 of maakte schetsen. De Koningin toonde nauwkeurige kennis van de Noorsche bergwereld. Toen de heer Lampe voorstelde een betrekkelijk makkelijker en korter weg naar Bygclin te nemen, antwoord de zij, dat 'die om het Sogngebergte veel interessanter was. Dat had ze zelf uitgezo.cht. Er werd per auto gereisd van Fefor naar Borshem in het Bogoerdal. De Koningin bevielen zeer cle oude hui zen der berghoeven en ze merkte op, dat deze huizen zeer goed aan de na tuur aanpassen. Daarna werd de reis naar Bosvar- tien te paard voortgezet. Op heel de reis werden paarden meegevoerd. In Bosvartien werd overnacht. Den vol genden dag ging men verder over het Sogngebergte naar Turtagros. Het was een tocht van 10 uur van 's morgens 9 tot 's avonds 8. Het weer was mooi met schitterenden zonneschijn. De lunch werd in de vrije lucht gebruikt; men zat op rendiermos met een heer lijk uitzicht over de koolzwarte top pen en de glinsterende gletschers on der een diepblauwen hemel. De vor stelijke personen vonden het heerlijk. En later, toen het Sogngebergte zijn prachtige beelden toonde, de schoone toppen Fanaracken en de Skagastorls, was de geestdrift groot. De fraaie bloemen met de schitte- rende kleuren verhoogde nog de wer king. Toen bet gezelschap in Turtagros was aangekomen wensebte de Konin gin nader kennis te maken met den groenen berg: Stors Skagastoglastind. Om den top te bereiken moest men 'n geoefend Alpinist zijn, maar men heeft er clan ook een mooi uitzicht op Fu- asse, den eigenlijken top en daar ging men heen, te paard naar den gletscher en te voet den gletscher op, aan een touw gebonden. Na eenige dagen rust in Turtagros leidde de weg de sterke helling af naar Fortun in Sogn. De Koningin bleef lang op de hoogte staan en be wonderde het heerlijke uitzicht. Ver in de diepte zag men het enge dal met de steile rotsen aan beide kanten, maar achter in het dal, waar de hel ling minder steil was, zag men de groene kleine bebouwde plekken. Wat een contrast met Holland! zei de Ko ningin. Dit schijnt me het meest ty pisch Noorsch wat ik gezien heb. En het bevalt me zoo bijzonder. Hier is poëzie. Maar wat móet het veel arbeid gevergd hebben en wat een moeite voor de menschen. Er is hier een heel andere toon in |de atmosfeer dan in Holland. De lucht is ook anders. Van Fortun ging men naar Skjol den, toen per schip naar Laardal en per auto naar Jotumheiman. En nu vertoeven de Koningin en de Prinses in het Alpenhotel. De Koningin heeft twee tapijten met typisch Noorsche patronen gekocht, welke boerinnen heben geweven. GROENE KRUISZEGELS. Den lsten October zullen in Suri name Groene Kruiszegels in drie waar den (2, 5 en 10 cent) verschijnen. De Tel. geeft de volgende bijzonderheden over deze zegels: 2 cent. Kleuren grijs en groen, pa pier wit. Bovenaan het woord „Suri name." In het midden bovenaan is het wit gecontoureerde Groene Kruis aan gebracht, waaronder in zeer kleine let ters de woorden „Groene Kruis". On deraan het zegel, wit op donker, links en rechts het cijfer 2, waartusschen 't woord „cent". Een speelsch ornament vult de overige gedeelten. 5 cent. Kleuren paars en groen, pa pier wit. In het midden van het zegel het in een cirkel geplaatste licht uit stralende Groene Kruis, hieronder in wit op paars de waarde 5 cent. Dit geheel wordt door een ornamen taal lijnenspel in licht paarse kleur saamgebonden. Bovenaan in kleine let ters „Groene Kruis," onderaan iets grooter „Suriname." 10 cent. Kleuren rood en groen, pa pier wit. Dit zegel heeft rechts en links een ornamentale palmboomver siering', die een lichtgroen middenge deelte afsluit, waarin het Groene kruis. Onder het kruis het duidelijk spre kende witte cijfer 10, waaronder iets kleiner de woorden „cent" en name". De zegels zijn uitgevoerd ta roto gravure naar een ontwerp der Firma Joh. Enschedé en Zonen. Het Ned. Maandblad voor Philathe- lie voegt hieraan toe, dat de zegels van 1 October tot en met 31 December 1927 zoowel in Suriname als hier te lande verkrijgbaar worden gesteld, te gen 2 2. 5 -f 3 en 10 -f 3 cent, vrttar- van de toeslagen, dus 8 cent per stel, na aftrek der kosten ten bate van de Sur. Ver. Het Groene Kruis komen. De zegels zullen geldig zijn in het binnen- en buitenlandsch verkeer van Suriname. Hét zal de eerste maal zijn, dat de rotogravure-druk. die tot dusveral leen voor onze Nederlandsche zegels werd gebruikt, ook voor koloniale ze gels zal toegepast worden. DE LANDARBEIDERS. De minister van Arbeid, Handel en Nijverheid heeft in overleg met den minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, aan den Hoogen Raad van Arbeid verzocht, een onderzoek in te stellen naar den toestand van de landarbeiders en naar de middelen, welke kunnen worden aangewend om in dien toestand verbetering te bren gen. Er zal een bijzondere commissie uit den Hoogen Raad van Arbeid worden ingesteld, die met die opdracht zal worden belast en die aan den Raad praeadvies zal uitbrengen. ONGEREGELDHEDEN IN DE CHASSEKAZERNE TE BREDA. Gisteren liepen te Breda geruchten, als zouden Zaterdagavond in de Chas- sékazerne van het 6e regiment infan terie ernstige relletjes hebben plaats gehad, waarbij zelfs schoten zouden gevallen zijn. De hardnekkigheid waarmede deze geruchten aanhielden, deden ons be sluiten een nader onderzoek in te stel len, schrijft Het Vad. Dank zij de voor komendheid van den overste, werden wij in staat gesteld den betrokken ma joor en kapitein te hooren. en deze ga ven inderdaad toe, dat er, naar aan leiding van de voeding, gemopperd is, dat er dien avond een minder pret tige geest onder de mannen heersch- te, en dat er ook bij of in een tent door een tot heden onbekend man schoten gelost zijn. De ontevredenheid was ontstaan onder de mannen'van het 14e regi ment infanterie, dat evenals het 3e re giment infanterie thans te Breda is ge detacheerd. Deze ontevredenheid uitte zich naar aanleiding van minder sma kelijk opgediende aardappelen, hachee en vochtig brood. Het 14e regiment infanterie was nj. Zaterdag een half uur te laat van een oefening teruggekeerd. Dientengevol ge zag het eten er minder smakelijk uit en weigerden de mannen dit tot zich te nemen. Er werd toen een half rantsoen brood gegeven. Daarmede was natuurlijk eenige tijd gemoeid Toen het brood kwam, viel dat echter ook niet in den smaak, omdat het te kersversch en te vochtig was. De ma joor heeft daarop de mannen toege sproken en hen gekalmeerd. 'YVat de schoten betreft, deelde men ons mede, dat een paar losse patronen werden afgeschoten, doch dat men dit algemeen niet als irriteerend heeft beschouwd. Tenslotte hebben wij ons in de keu ken van de kwaliteit van het eten overtuigd. Dit is over het algemeen uitstekend, zoodat o.i. geen reden zal bestaan. Ook de tenten zijn zeer ruim. De mannen zijn gelegerd in 20-man9- baraktenten, voorzien van electrische verlichting. Zij slapen in kribben en ieder heeft een plank te zijner be schikking om een en ander op te leg gen. LéON DAUDET NAAR ONS LAND. Léon Daudet, de leider der Fran- sche royalisten, die thans naar men weet in België vertoeft, zal begin September eenige lezingen hier te lande houden. De heer Daudet zal op treden te Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Het onderwerp, waarover hij zal spreken, luidt: „Les salons li- ttraires". Als organisator van de bij eenkomsten treedt op de heer J. J. L. van Zuylen. der jeugd in de palaestra deel te ne men. en hij wel begreep, dat hij met een sterken en breedgeschouderden tegenstander te doen had. Ook hij was geen bloodaard, en terwijl het in zijn binnenste kookte van woede, werd zijn begeerte geprikkeld om zich met dien gehaten tegenstander te meten.. „Welaan, grijp toe", riep hij met vlammende oogen, en boog, ook van zijn zijde tot denkamp bereid, den rug, terwijl hij het hoofd ver vooruit stak. „Pak aan! Gij zijt mogelijk een gladiator geweest of iets dergelijks, eer gij dit smerig kleed hebt aange trokken, om ongestraft bij nacht de huizen in te breken. Maak nu deze heilige plaats tot een circus! En wan neer het u gelukken mocht mij van kant te maken, zoo zal ik u daarvoor danken, want wat mij waarde aan het leven deed hechten, hebt gij toch reeds vernietigd. Welaan dan! Of houdt gij het voor gemakkelijker, het levensgeluk van een vrouw te ver storen, dan uwe kracht te meten met hem die haar verdedigt? Grijp toe, zeg ik u, grijp toeof „Of gij zult u op mij werpen", zeide Paulus, die onder de woorden van den jongeman zijn armen had laten zinken, gelaten en met een geheele verandering in zijn stem. „Werp u op mij en doe met mij wat gij wilt, ik zal het u niet beletten. Ik blijf hier staan en mag niet vechten. Want daarin hebt gij waarheid gezegd: deze heili ge plaats is waarlijk geen circus. (Wordt vervolgd). gansch andere beleedigingen dan die van Polycarpus zwijgend aangehoord en met kalme tevredenheid zich la ten aanleunen. Van waar dan heden deze onstuimige prikkelbaarheid, de hevige lust tot vechten? Toen hij twee dagen geleden naar zijn voormalig hol was gegaan, om zijn laatste, daar verborgen "goudstuk ken te halen, wilde hij den ouden Ste- phanus gaafi begroeten. Doch de E- gyptenaar, die hem verpleegde, had hem met booze verwenschingen weg gejaagd, alsof hij een onreine geest was, en hem steenen nageworpen. Ondanks het verbod van den bis schop, had hij een poging gewaagd om de kerk in de oase binnen te tre den, teneinde daar een gebed te doen; hij toch meende, dat het voorportaal met de bron, waar gewoonlijk de boe telingen vertoefden, voor hem niet gesloten zou zijn. Maar de acolythen wezen hem met schimpwoorden 'af en de deurwachter, die hem kort gele den den sleutel van de kerk had toe vertrouwd, spoog hem in het aange zicht. Toch was hij in staat geweest om zonder toornig te worden of te kla gen, zijn beleedigers den rug toe te keeren, waarbij het niet eens noodig was, zichzelven te bedwingen. Ter wijl hij aan de tafel van een der kra mers den wollen deken, de kruik en nog verschillende andere dingen voor Sirona kocht, ging er een presbyter voorbij, die, wijzende op de goudstuk ken, zeide: „De satan vergeet de zij nen niet!" Ook dezén had Paulus niets geantwoord. Hij was met een opgewekt en dankbaar hart naar haar toegegaan, wier verzorging hem was opgelegd, en wederom had hij datzelfde hooghartig gevoel in al zijn volheid en zaligheid bij zich waarge nomen, dat de heerlijkste beloften in zich bevatte, namelijk, dat hij Chris tus navolgde door voor anderen de smaadheid en lijden te dragen. Wat was het dan, dat hem tegen over Polycarpus zoo uiterst gevoelig deed zijn, en dat de koorden van zijn geduld, door jarenlange ontbering zoo stevig bevestigd, opeens door sneed? Scheen het den man, die zijn eigen vleesch martelde om de ziel te verlossen uit de banden des lichaams minder zwaar te dragen, dat hij voor een godvergeten zondaar werd ge scholden, dan dat zijn persoon en zijn mannelijke waardigheid met minach ting werden aangerand? Dacht hij misschien aan de schoone getuige van zijn beschimping, die in het hol zat te luisteren? Was zijn toorn wellicht ontvlamd, omdat hij in Paulus niet een verontwaardigd geloofsgenoot zag, maar den man, die een ander man met onbeschaamde beleedigingen in den weg trad? De jongeling en de athleet met zijn grauwe baard stonden tegenover el kander als twee doodsvijanden, die ten kamp bereid waren, en Polycar pus week niet terug, hoewel het hem gelijk den meesten Christenen, verbo den was geweest, aan het worstelspel 0

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5