NIEUWE LEIDSCHE COURANT
SS££}PUROL
van
DONDERDAG 11 AUG. 1927
TWEEDE BLAD.
i
WAT DE BLBBEN ZEG6EM.
Weer een voorbeeld van on
waarachtige actie.
In de Staatkundig Gereformeerde
partij, schrijft „De Rotterdammer",
Toert men een feilen strijd tegen de
antirevolutionairen inzake het deelne
men van de vrouw aan de verkiezin
gen.
Wij hebben al vaak aangetoond, dat
het den staatkundig gereformeerden
kwalijk past hier zulk een hoogen
toon aam te slaan. De stemmen der
vrouwtjes veracht men daar alles be
halve. Of zou het zoo zijn, dat zij, die
voor leiders doorgaan, niets geen in*
vloed hebben en men hen maar praten
laat? 't Een zou even erg zijn als het
ander.
Nog een sprekend voorbeeld geven
wij hier van een gemeente in Zeeland.
Den naam noemen wij niet, maar na
tuurlijk staat hij ter beschikking van
elk, die de cijfers zou willen betwis
ten.
Voor den Raad bedroeg het aantal
kiesgerechtigden 1023. Op de St. Geref.
lijst Werden uitgebracht 148 stemmen
Van degenen, die voor hun wegblijven
van de stembus een reden opgaven en
van wie de oorzaak bekend is, gaven
slechts 2 op*: gemoedsbezwaar. Van
slechts 7 personen is de reden niet be
kend, een van die zeven is een man.
de overige 6 zijn vrouwen. Van die 0
is het van 2 bekend, dat zij zeker geen
gemoedsbezwaar hadden( een van die
twee verklaarde, dat zelfs schriftelijk
bij de Statenverkiezing). In het gun
stigste geval kunnen er dus nog 4 ge
moedsbezwaar den bijkomen. Met de
twee, die schriftelijk van hun gemoeds
bezwaar deden blijken, is het maxi
mum aantal gemoedsbezwaarden 6.
Ën dat terwijl de St. Geref. lijst 148
stómmen haaide!
De voorzitter van de staatkundig
gereformeerdén in deze gemeente heeft
het vrouwenkiesrecht gewraakt en de
vrouwen gemaand niet te stemmen.
Zelf heeft hij ons dit gemeld. Met welk
resultaat?
Deze cijfers zijn welsprekend. Het
wordt tijd, dat men aan die zijde zijne
Onwaarachtige actie tegen de anti-re
volutionairen inzake het deelnemen
van de' vrouw aan de verkiezingen
staakt. Het vermaan helpt niet niet al.
Al de artikelen in de Banier blijken
zoo goed als voor niets geschreven te
worden. Nietwaar,wie boter op zijn
hoofd heeft
zen voor de noodzakelijkheid, dat de
betrokken leden uit de rodde vakbon
den moeten treden.
Dit is dus het wachtwoord; de com
munisten moeten lid worden van de
katholieke en de christelijke vakbon
den. De moeilijkheid, dat ze niet te
gelijk lid van de communistische en
lid van de katholieke vakvereeniging
kunnen zijn, mag niet gelden. De com
munistische wolf legge zijn uiterlijke
kenteekenen af en hulle zich in
schaapskleederen ten einde tot de ka
tholieke en de christelijke vakvereeni-
gingen te worden toegelaten. Dat is
het systeem van cellen-bouw, door de
communisten overal toegepast. Zij
pooten hun cellen in de socialistische
organisaties en niet zonder succes; nu
willen zij hetzelfde beproeven in de
confessioneele organisaties. In de so
cialistische organisaties hebben zij
hun vertakkingen en zelfs het Inter
nationaal Vakverbond is niet vrij van
communistische invloeden. De heer
Oudegeest is pas gevallen als alge
meen secretaris van het LV V. en daar
aan zijn de communistische invloeden
niet vreemd geweest. Nu heb ik jaren
lang tegen den invloed der communis
ten gevochten, zoo ongeveer sprak de
heer Oudegeest in zijn slotrede, en het
eenige resultaat is, dat wij nog meer
last hebben van de communisten.
Maar ze zitten niet stil, daar in Mos
kou, en zij wroeten steeds verder.
Nu hebben zij het óog'geslagen op
de katholieke en de christelijke vak
organisaties. Zij vergeten daarbij één
ding; dat er tusschen hen en de socia
listische vakbonden slechts een gra
dueel verschil bestaat, tusschen hen
en de geloovige arbeiders echter een
principieel onderscheid. Het is tus
schen hen en de onzen een kwestie
van ja of neen, tusschen hen en de
socialisten een vraagstuk van meer of
minder. De socialisten vechten met de
communisten over dat meer of min
der op hetzelfde hellend vlak van den
klassenstrijd en op dat hellend vlak
kan men geen vaste positie vinden; de
geloovige arbeiders echter staan op
een heel ander terrein dan de commu
nisten en tusschen hen tweeën in staat
een muur, die slechts vallen kan als de
geloovigen hun eigen-ik verliezen.
Maar een gewaarschuwd man geldt
voor twee.
En daarom moest op het citaat van
de „Prawda" de aandacht gevestigd.
Ook als lastverkoopers en stukjes
draaiers zijn de communisten in onze
vakorganisaties ongewenscht.
KERK EN SCHOOL.
NEB. HERV. KERK.
Beroepen; Te Wildervank (Gr.),
J. ;N. van Druten, te Noordwolde (Fr.).
CHR. GEREF. KERK.
De cellen-bouw.
Via dë Maasbode zien wij dat ook de
R.K. „Gelderlaïnder" schrijft over het
onderwerp, dat wij gisteren besprak
ken;
Wij vinden in „Het Volk", zoo luidt
dit artikel in de Gelderlander, een ci
taat uit een artikel van de „Prawda",
het bekende orgaan der Sow jet-agita
toren in Moskou. Het is meer belang
wekkend dan belaifgrijk. maar ver
waarloosd'mag het toch niet.
De communisten hebben het wacht
woord uitgegeven; dring door in cle
christelijke en katholieke vakvereeni-
gingen.
Voor de communistische partijen
van die landen, waar ook vakbonden
bestaan, niet op het standpunt van
den klassenstrijd staande, is het de
taak naast versterking van haar in
vloed in de moderne vakbeweging, ook
een systerrratischen arbeid in de, ka
tholieke en christelijke vakvereenigin-
gen te beginnen. De invloed dien de
christelijke en nationaal socialistische
partijen op de arbeidersklasse uit
oefenen, kan vernietigd of minstens
verzwakt worden door de intrede van
communisten in de vakbeweging de
zer partijen en door de uitoefening van
gepasten arbeid. Met de intrede in de
vreemde vakbonden moet dadelijk be
gonnen worden, zonder terug te dein-
FEUILLETON.
Niets menschelijks vreemd
Een episode uit de geschiedenis van
de Christenen óp het Sinartisch
Schiereiland omstreeks het jaafr 300.
'47 o
Zij waren eenvoudig genoeg, maar in
den vollen vriendelijken klank legde
hij de kinderlijke liefde van zijn goed
hart, en onwillekeurig 'gaf de Ale.xan
drijn, die in de stad dfer redenaars en
wel in de voornaamste school was
gevormd, aan zijn rede een eigenaar
dige kleur, door de welluidende die
pe en weeke, uit de borst voorkomen
de tonen, die hem tesn dienste ston
den.
„Verheug u, gij arme en lieve
vrouw", zeide hij. ,*tk heb u ter rech
ter tijd gevonden, Tk ben Paulus,. de
beste vriend van Hermas, en hoe
gaarne zou ik u helpen in uw ellen
de. U dreigt geen gevaar, want Phoe-
bicus zoekt u op den verkeerden weg
Gij kunt mij vertrouwen! Niet waar,
ik zie er niet uit als kon ik een arme
verdwaalde vrouw bedriegen? Maar
gij staat daar op een plafats, waar ik
liever mijn vijand zou zien dan u.
Leg uw hand maar gerust in de mij
ne; zijis wel niet aanvallig meer,
doch sterk en eerlijk. Zoo is het
goed, en gij zult het u nooit herou
wen! Zet uw voet hier neder en wees
voorzichtig, wanneer, gij de rots los
laat. Gij weet niet, hoe bedenkelijk
deze het hoofd gefecbud heeft over
Tweetal: Te Steenwijk, L. H. Bee-
kamp, te Harlingen; en J. Hovius te
Sneek^
BEVESTIGING* INTREDE EN
AFSCHEID.
Cand. P. A. A. Klüsener, werd Zon
dagmorgen door Ds. H. G. v. d. Hoek
van Langerak tot zijn ambtelijk werd
in de Necl. Herv. Kerk te Nieuwpoort
ingeleid. Ds. v. d. Hoek had tot tekst
gekozen Matth. 11:26. Des namid
dags trad.de nieuwe leeraar voor bet
eerst voor de gemeente op. Als tekst
nam Ds. Klüsener Ps. 5 5.
Na afloop der predikatie werden tot
verschillende personen en corporaties
de gebruikelijke toespraken gericht.
Hierna werd Ds. K. toegesproken
door Ds. van Griethuyzen van Zuiü-
Beijerland, door deii heer C. Slob na
mens de Unie van Geref. Studenten
aan Openbare Universiteiten en Hooge
scholen (S.S.R.) en door den heer B.
van Ginkei namens de vereeniging
„Voetius".
Ds. J. Ch. W. Kruishoop nam j.l.
Zondag afscheid van de Ned. Herv.
Kerk te Aïnemuiden met een predika
tie over Hebr. 13 8. Aan het einde
richtte hij zich tot den Kerkeraad. de
catechisanten, den consulent, den" or
ganist, koster, het burgerlijk bestuur
der gemeente, enz. Door ouderling
uw wonderlijke gerustheid. Pas
op, daar stort uw. steunpunt naar be
neden. Hoor, hoe de steen neerploft
en kraakt; hij is beneden stellig in
duizend stukken gebersten en ik ben
maar blijde, dat gij ten laatste hebt
besloten liever mij dan hem te vol
gen".
Paulus Was onder het spreken de
zer woorden naar Sirona toe gegaan,,
als een meisje, wier vogeltje uit de
kooi is gevlogen, én het diertje met
schroomvallige behoedzaamheid na
dert, om bet weder te vangen. Hij
had haar zijn rechterhand toegesto
ken, haar, zoodra hij hare hand in de
zijne, voelde, voorzichtig gered uit
den vreeselijken toestand, en naar
den veiligen bodem van de hoogvlak
te geleid. Zoolang zij hem gedwee
volgde, geleidde hij haar naar den
berg, zonder plan, of doel. Hij wilde
haar alleen van dien afgrond verwij
deren. Bij een vierkant dioriet-blok
vertraagde zij haar schreden, en Pau-
luk, wien het niet ontgaan was, hoe
moeilijk haar het loopen viel, nooclig-
de haar uit orn te gaan zitten. Hij
haalde een vlak stuk rots, dat hij met
kleine steenen vastzette, om Sirona
een steun te geven voor haar ver
moeiden rug.
Zoodra de Alexandrijn ditwerk
had volbracht, leunde Sirona tegen
den steen, en er lag aanvankelijk
reeds eenig gevoel van welbehagen in
de lichte zucht, die als eerste geluid
zich deed hooren van hare lippen, die
sedert hare redding vast gesloten wa
ren.
Schroevers werd een woord van af
scheid tot den scheidenden leeraar ge
sproken.
Ds. B. J. van Garderen, van Nieuw-
land, verzocht na een korte toespraak
de Gemeente haar scheidenden leeraar
toe te zingen Psalm 121 4.
Ds. J. H. Meuleman is voorne
mens Zondagmiddag 28 Aug. afscheid
te nemen van de Geref. kerk te Hoo-
gersmilde en Zondagmiddag 11 Sept.
intrede te doen te Den Ham, na des
morgens bevestigd te zijn door Ds. H.
A. Munnik Jr. van Zwolle.
Ds. R. Hamming, predikant bij
de Geref. Kerk te Middelburg, hoopt
op 18 Sept. a.s. afscheid te nemen van
zijn tegenwoordige gemeente om op 2
Oct. d.a.v. zijn intrede te doen te Nij
verdal na bevestigd te zijn door Ds. J.
J. Bouwman te Urk.
DE ZONDAG RUSTDAG IN TURKIJE.
Volgens bericht uit Konstantinopel
aan Duitsche bladen heeft de Turk-
sche regeering uit praktische overwe
gingen den Zondag tot openbaren rust
dag ingesteld inplaats van den Vrijdag
die tot nu toe volgens het Mohamme-
daansch geloof de wekelijksche rust
dag was.
IN MEMORIAM Ds. J. H. LAATSMAN.
Uit Brussel schrijft men aan „De
Standaard":
In het bericht betreffende de begra
fenis van onzen hooggeachten leeraar
Ds. J. H. Laatsman, in leven predi
kant bij de Belgische Chr. Zendings
kerk te Brussel, kwamen eenige on
juistheden voor. De begrafenis heeft
op uitdrukkelijk verzoek van den ont
slapene, in alle intimiteit plaats ge
had. Het stoffelijk omhulsel werd in
een daarvoor speciaal bestemden wa
gen van Brussel naar Den Haag ge
bracht; buiten de naaste verwanten
waren aanwezig: Ds. J. Meyhoffer. als
afgevaardigde van de Belg. Chr. Zen
dingskerk en een afgevaardigde van
den kerkeraad.
Door Ds. Meyhoffer werd aan de
groeve over Ps. 93 gesproken. Verder
werd door spr. de loopbaan van dezen
onvergetelijken leeraar geschetst, van
wien het gezegd moet worden, dat hij
was een trouw dienaar van Christus.
Ds. Laatsman was iemand, die de kerk
van Christus gediend heeft, met veel
zelfverloochening, niet als menschen-
behager, doch alleen roemende in zijn
Heiland.
DIACONALE CONFERENTIE.
Wij ontvingen he-t agendum voor de
38ste Centrale ^^m^rentie te
houwen te Utrecht op Woensdag 14
September 1927, in de groote zaal van
„Tivoli". Aanvang v.m. 1015 uur.
Daarop komen voor:
Toespraak door den Voorzitter.
Lezmg der Notulen en Presentielijst.
Verkiezing van Comité-leden.
Aan^ de beurt van afreden ziin d©
Comité-leden, die gekozen zijn voor d^
provincies Óverijsel en Gelderland. De
aftredende brs.J. Hagenbeek, Zwolle
én J. Reinink, Harderwijk zijn niet in
het diakenambt gebleven en derhalve
niet herkiesbaar.
Het Comité stelt de volgende candi
dates voor Óverijsel: J. W. kamp
huis, Zwolle, T. Nieboer, Enschedé, en
A. Boer, Kampen. Voor Gelderland: A.
C. van Leersum, Arnhem. H. Wipkink
Jr., Harderwijk en J. Krjjger, Ermelo.
Mededeeling door het Comité betref
fende de benoeming eener Commissie
tot het samenstellen van een rapport
inzake de verhouding van Diaconie en
Overheid ten opzichte van Ziekenver
pleging.
Behandeling van de vraag:
Wordt het door de Conferentie wen-
filielijk geacht om te komen tot de op
richting van esn Centraal Kantoor?
Na de Pauze Referaat van Dr. J. W.
van den Bosch te Harderwijk. Ondei>
werp:., Welke is de verhouding, waar
in volgens het Gereformeerde Kerkrecht
de Diaconie tegenover den Kerkeraad
behoort te staan?"
Daarna komen nog aan de orde een
voorstel van de Diaconieën uit de clas
sis Zaandam, tot bespreking van de
vraag, op welke wijze tot een krach
tiger steunbeweging voor de Glindhorst
Paulus lachte haar her. oedigend
toe en zeide: „Rust nu wat uit. Ik zie
wel wat u schort. Men kan zich niet
ongestraft een geheelen dag aan de
stralen der zon blootstellen".
Sirona knikte toestemmend, wees
met den vanger naar haar mond, en
smeekte met moeite en zacht: „Wa
ter, wat water!"
Paulus sloeg zich met de hand voor
het voorhoofd, en riep driftig; „Ik
breng u dadelijk een frisschen dronk.
In weinige oogenblikken ben ik we
der bij u
Sirona zag hem 11a, terwijl hij weg
vloog. Hare oogen kregen meer en
meer een starende, glazige uitdruk
king, en het \yas haar alsof de steen
waarop zij zat zich veranderde in het
schip, dat haar van Massilia naar
Ostia had overgebracht. Zij gevoelde
thans andermaal elke slingering van
het vaartuig, die haar op de onstui
mige golven had doen duizelen. Ein
delijk scheen het haar toe dat het
schip in de maalstroom was geraakt,
en al sneller en sneller in een cirkel
ronddraaide. Zij sloot de oogen, en
greep tevergeefs in de lucht naar een
steun. Haar hoofd viel machteloos óp
zijde, en eer haar wang met haar
schouder in aanraking kwam, liet zij
een zachten klaagtoon hooren; want
liet was haar als geraakten alle leden
van haar lichaam los, gelijk de bla
deren in de herfst van de takken val
len. Zij zonk bewusteloos achterover
tegen den steen, die Paulus voor
haar had opgericht.
Het was voor het eerst dat Sirona,
RECLAME.
kan worden opgewekt.
De vraag: Wordt voor de Diaconieën
aan de Zuiderzeekustplaatsen ook een
arbeidsveld geopend ten opzichte van
de visschersbevolking in deze plaatsen,
door de drooglegging der Zuiderzee en
wat staat de Diaconieën in dezen t©
dic/en?
En ten slotte:
Wanreer iemand gaat verhuizen, met
de bedoeling hocg&ren diaconalen steun
te ontvangen dan in de tegenwoordige
woonplaats wordt genoten, moet dan de
de diaconie van de nieuwe woonplaats
diezen steun verkenen, ja of neen; of
welke maatregelen moet de betrokken
diaconie treffen?
Prof. Dr. H. Bouwman ei de Redac
teuren van het Diaconaal Conleöpon-
dentieblad: Mr. A. J. L. van Beeck Cal-
kcen en Mr. R. van Maare hopen de
Conferentie weder van advies te di»
nen.
De Diaconie van Utrecht biedt aan
den vooravond der Conferentie (dus op
Dinsdag 13 Sept.) een ontvangstsamen
komst aan in de sal'ons van Hotel Pays
Bas, Janskerkhof.
Deze begroetingsavond vangt aan te
8 uur. Een half uur te vorfcn is de R?-
gelingsccmmissie hier aanwezig tot- het
verstrekken van alle gewenschte inlich
tingen.
GENERALE SYNODE DER GEREF.
KERKEN.
Dr. de Gaay Fortman en anderen
hebben aan de Generale Synode der
Gereformeerde Kerken in Nederland
te Groningen het volgende schrijven
doen toekomen:
Weleerwaarde en Eerwaarde Hee-
ren en Broeders,
Ondergeteekenden hebben de eer U
te berichten dat zij zeer waardeeren
het besluit der Buitengewone Synode
te Assen 1926, waardoor samenspre-
kingen werden mogelijk gemaakt tus
schen de Hoogleeraren in de Theolo
gie eenerzijds en ondergeteekenden
anderzijds, opdat men ten aanzien van
vragen die betrekking hebben op het
verband tusschen de Heilige Schrift
en de resultaten der wetenschap elk
ander beter zou kunnen verstaan en
zoo mogelijk tot eenstemmigheid zou
kunnen komen. Hiernaast voegt een
woord van dankbaarheid voor de toe
wijding welke ingevolge dat besluit
door deze Hoogleeraren reeds is be
toond. Daar de besprekingen nog niet
zijn geëindigd is thans nog niet de tijd
gekomen om het resultaat daarvan
vast te leggen.
Niettemin voelen wij ons gedrongen
Uwe vergadering te doen weten, dat
wij ons in verband met onze aan
de Synode te Assen gezonden missi
ves tot nu toe teleurgesteld gevoe
len, zoowel over de besluiten aldaar
genomen, alsook over de toepassing
en werking van deze besluiten. Daar
in de eerste plaats de methode van
behandeling ons geen bevrediging ge
schonken heeft, nemen wij de vrijheid
U te wijzen op de gedachte, uitgespro
ken in ons eerste geschrift aan de Sy
node te Assen, dat in een zaak als de
onderhavige elk bijzonder geval eerst
op de rechte wijze kan worden behan
deld, indien het wordt bezien vanuit
een algemeen gezichtspunt, te weten
de rechte beschouwing der Heilige
Schrift. Wij meenen dan ook nog
steeds een exegetisch verschil te kun
nen constateeren, geen confessioneel
verschil dat schorsing of afzetting zou
kunnen rechtvaardigen.
Er is thans tengevolge van de be
sluiten der Synode te Assen in de Ge
reformeerde Kerken een bepaalde
sfeer geschapen welke speciaal in
kerkelijke bladen tot de voorstelling
geleid heeft alsof de door de Synode
van Assen behandelde zaak betrof
„een zaak van geloof of ongeloof", of
„aanranding der Heilige Schrift". Voor
al deze laatste uitdrukking maakt, in
het. verband waarin deze gebezigd
wordt, den indruk, alsof er sprake zou
zijn van welbewuste aanranding van
overigens volmaakt gezond naar li
chaam en geest, in onmacht viel.
Maar zelfs de sterkste onder hare
zusters zou bezweken zijn onder de
aandoeningen, de inspanig, de ontbe
ringen en het lijden, die deze dag
over de schoone ongelukkige had ge
bracht. Eerst was zij, zonder een be
paald doel, in den nacht den berg op
gevlogen. De maan bescheen haren
weg, en wel een uur lang klom zij
zonder te rusten. Toen hoorde zij de
stem van wandelaars, die haar tege
moet kwamen. Zij verliet den straat
weg en trachtte zich daarvan zoover
mogelijk te verwijderen, want zij
vreesde, dat haar liazewindje, dat zij
telkens weder op dén arm nam, wan
neer zij het hoorde kermen en zag
hinken door zijn geblaf verraden zou.
Ten laatste had zij zich op een
steen neergezet en zich voor den geest
gebracht, wat er in de laatste uren
me haar gebeurd was, en wat haar
verder te doen zou staan. Zij verstond
voortreffelijk de kunst om over het
verledene te droomen en schitterende
luchtkasteelen te bouwen. Daarente
gen kostte het haar moeite verstan
dig te overleggen en ernstig 11a te den
ken. Een ding was haar volmaakt
duidelijk. Zij wilde liever verhonge
ren en versmachten, liever schande
en ellende dragen, ja zelfs den dood
ondergaan, dan tot haar echtgenoot
terugkeeren. Zij wist dat zij van Phoe-
bicius niets anders dan mishandeling
hoon en opsluiting in een afzichtelijk
donker vertrek te verwachten had;
maar dat alles scheen haar gem&kke-
Gods Woord. Ondergeteekenden moe
ten wel aannemen dat zij, die zulke
voorstellingen ingang willen doen vin
den, zich niet voldoende rekenschap
geven van de zware en liefdelooze be
schuldigingen welke zij daarmede uit
brengen tegen personen, waarvan toch
veler overtuiging is, dat zij van de Ge
reformeerde Belijdenis geenszins afwij
ken, zij het dan ook dat zij naar de
meening van de Synode te Assen dwa
len. De noodlottige uitwerking van
dergelijke toch inderdaad verdachtma
kende uitdrukkingen is dan ook niet
uitgebleven. Zoowel in de persoonlijke
verhoudingen tusschen leden onzer
kerken, alsook in het vereenigingsle-
ven is dit reeds te bespeuren. Er zal
een knellende band worden aangelegd
die voor menige actie in Gods Konink
rijk ongetwijfeld zeer schadelijk zal
worden.
Ondergeteekenden willen daarom
Uwe Synode dringend verzoeken alles
te willen aanwenden wat dienen kan
om de sfeer van wantrouwen weg te
nemen, opdat een broederlijke samen-
spreking mogelijk zij tusschen hen,
die thans uit elkaar zijn gegaan.
Eerst dan zal het voortgaand proces
der scheiding gestuit worden en kan
de hoop herleven, dat allen, die staan
op den grondslag der Gereformeerde
Belijdenisschriften, hunne roeping
voor kerk en wereld kunnen vervul
len ter eeré van Hem, Die tot den Va
der bad: „dat zij allen één zijn, gelijk
Wij één zijn".
Met de bede, dat de zegen des Hee-
ren op Uwen arbeid ook in dezen rus
ten moge,
Dr. J. P. DE GAAY FORTMAN,
Den Haag.
Dr. S. T. HEIDEMA, Amsterdam.
Dr. L. v. d. HORST, Amsterdam.
A. JONKMAN, Amsterdam.
Dr. RYK KRAMER, Amsterdam.
Dr. J. C. H. DE PATER, Haag.
Dr. W. J. A. SCHOUTEN.
Arnhem.
Mr. H. H. STENEKER,
Amsterdam.
De heer Dr. H. R. Woltjer is door
verblijf in het buitenland verhinderd
dit schrijven mede te teekenen; Mr. A.
Goote, die eveneens de vorige missi
ves medeteekende is naar Indië ver
trokken, zijn plaats is ingenomen door
den laatstondergeteekeade.
STATISTIEK VAN KERKELIJKE
OVERGANGEN.
Uit de religie-statistieken in Duitseh
land blijkt, dat zeer vaak confessio
neele minderheden groeien, daarente
gen meerderheden slinken. Zoo bij
voorbeeld zijn in de Roomsche landen
Beieren en Baden de Ëvangelischen er
in geslaagd, vrij sterk in aantal te
klimmen, terwijl de Roomsch-Katho-
lieken natuurlijk in diezelfde mate in
getal terugliepen. Omgekeerd echter
bleek, dat in de Evangelische landen
Württemberg, Mecklenburg-Schwerin,
en Stelitz en Hamburg de Roomsch-
Katholieke minderheden vrij sterk toe
namen. en de Evangelische meerder
heden achteruitliepen. Wellicht volgt
hieruit, dat minderheden steeds actie
ver zijn dan meerderheden en dus ook
meer resultaten boeken. Over geheel
Duitschland loopt het getal Israëlieten
terug, zoowel absoluut als relatief. Het
is niet duidelijk, of de oorzaken hier
van gezocht moeten worden in over
gang tot eenige Christelijke kerk of
in het feit, dat bij de Israëlieten ge
meenlijk het geboorte-cijfer zeer ge
ring is of in emigratie. Onder hen,
die tot geen confessie behooren in
Duitschland zijn twee vijfden vrouwe
lijk, drie vijfden van het getal man
nelijk. De vrouwen blijven de kerk dus
langerg etrouw dan de mannen.
BINNENLAND.
NATIONALE LANDSTORMDAG 1928
De Bijzondere Vrijwillig© Land
storm, Instituut tot steun aan het
Wettig Gezag, sterkte zes en vijftig
duizend vrijwilligers, beeft het voor
nemen in de eerste helft van Septem
ber 1928 zijn 10-jarig bestaan te her
denken en te dezer gelegenheid een
bijeenkomst van alle afdeelingen, cir
ca 1100, te beleggen te 's-Gravenhage,
lijker te dragen dan de teederheid,
waarmede bij baar nu en dan nader-
de. Wanneer zij daaraan dacht, woer
baar een koude rilling door de leden,
klemde zij de witte tanden op elkan
der, balde zij de kleine banden zoo
stevig, dat de nagels harer vingers in
het vleescb drongen.
Maar wat zou zij doen? Wanneer
Hermas haar eens tegenkwam?
Doch welke hulp kon zij van hem
verwachten? Wat was hij anders dan
een baardelooze knaap, en de ge
dachte haar leven ook slechts voor
enkele dagen aan het zijne t© ver
binden, scheen haar onzinnig en be
lachelijk. Zij was wel is waar in gee-
nen deele geneigd berouw te gevoe
len en zich zelve te beschuldigen;
doch het was toch een dwaasheid van
baar geweest, dat zij hem in huis
had geroepen om met hem te spelen
Daarbij dacht zij aan de harde straf
die zij ontvangen had, toen zij als
kind, zonder te weten dat zij kwaad
deed, het wateruurwerk van haar va
der uit elkander had genomen en
bedorven. Zij gevoelde dat zij veel
verstandiger was dan Hermas, en
haar toestand was te ernstig gewor
den, dan dat zij lust kon gevoelen
nog eens te spelen. Zij dacht wel aan
Petrus en Dorothea, maar bij deze
kon zij alleen komen, wanneer rij
naar de oase terugkeerde, en zij had
alle grond om te vreezen, dat Phoe-
bicius haar ontdekken zou.
(Wordt vervolgd).
i