NIEUWE LEIDSCHE COURANT SS££}PUROL van DONDERDAG 11 AUG. 1927 TWEEDE BLAD. i WAT DE BLBBEN ZEG6EM. Weer een voorbeeld van on waarachtige actie. In de Staatkundig Gereformeerde partij, schrijft „De Rotterdammer", Toert men een feilen strijd tegen de antirevolutionairen inzake het deelne men van de vrouw aan de verkiezin gen. Wij hebben al vaak aangetoond, dat het den staatkundig gereformeerden kwalijk past hier zulk een hoogen toon aam te slaan. De stemmen der vrouwtjes veracht men daar alles be halve. Of zou het zoo zijn, dat zij, die voor leiders doorgaan, niets geen in* vloed hebben en men hen maar praten laat? 't Een zou even erg zijn als het ander. Nog een sprekend voorbeeld geven wij hier van een gemeente in Zeeland. Den naam noemen wij niet, maar na tuurlijk staat hij ter beschikking van elk, die de cijfers zou willen betwis ten. Voor den Raad bedroeg het aantal kiesgerechtigden 1023. Op de St. Geref. lijst Werden uitgebracht 148 stemmen Van degenen, die voor hun wegblijven van de stembus een reden opgaven en van wie de oorzaak bekend is, gaven slechts 2 op*: gemoedsbezwaar. Van slechts 7 personen is de reden niet be kend, een van die zeven is een man. de overige 6 zijn vrouwen. Van die 0 is het van 2 bekend, dat zij zeker geen gemoedsbezwaar hadden( een van die twee verklaarde, dat zelfs schriftelijk bij de Statenverkiezing). In het gun stigste geval kunnen er dus nog 4 ge moedsbezwaar den bijkomen. Met de twee, die schriftelijk van hun gemoeds bezwaar deden blijken, is het maxi mum aantal gemoedsbezwaarden 6. Ën dat terwijl de St. Geref. lijst 148 stómmen haaide! De voorzitter van de staatkundig gereformeerdén in deze gemeente heeft het vrouwenkiesrecht gewraakt en de vrouwen gemaand niet te stemmen. Zelf heeft hij ons dit gemeld. Met welk resultaat? Deze cijfers zijn welsprekend. Het wordt tijd, dat men aan die zijde zijne Onwaarachtige actie tegen de anti-re volutionairen inzake het deelnemen van de' vrouw aan de verkiezingen staakt. Het vermaan helpt niet niet al. Al de artikelen in de Banier blijken zoo goed als voor niets geschreven te worden. Nietwaar,wie boter op zijn hoofd heeft zen voor de noodzakelijkheid, dat de betrokken leden uit de rodde vakbon den moeten treden. Dit is dus het wachtwoord; de com munisten moeten lid worden van de katholieke en de christelijke vakbon den. De moeilijkheid, dat ze niet te gelijk lid van de communistische en lid van de katholieke vakvereeniging kunnen zijn, mag niet gelden. De com munistische wolf legge zijn uiterlijke kenteekenen af en hulle zich in schaapskleederen ten einde tot de ka tholieke en de christelijke vakvereeni- gingen te worden toegelaten. Dat is het systeem van cellen-bouw, door de communisten overal toegepast. Zij pooten hun cellen in de socialistische organisaties en niet zonder succes; nu willen zij hetzelfde beproeven in de confessioneele organisaties. In de so cialistische organisaties hebben zij hun vertakkingen en zelfs het Inter nationaal Vakverbond is niet vrij van communistische invloeden. De heer Oudegeest is pas gevallen als alge meen secretaris van het LV V. en daar aan zijn de communistische invloeden niet vreemd geweest. Nu heb ik jaren lang tegen den invloed der communis ten gevochten, zoo ongeveer sprak de heer Oudegeest in zijn slotrede, en het eenige resultaat is, dat wij nog meer last hebben van de communisten. Maar ze zitten niet stil, daar in Mos kou, en zij wroeten steeds verder. Nu hebben zij het óog'geslagen op de katholieke en de christelijke vak organisaties. Zij vergeten daarbij één ding; dat er tusschen hen en de socia listische vakbonden slechts een gra dueel verschil bestaat, tusschen hen en de geloovige arbeiders echter een principieel onderscheid. Het is tus schen hen en de onzen een kwestie van ja of neen, tusschen hen en de socialisten een vraagstuk van meer of minder. De socialisten vechten met de communisten over dat meer of min der op hetzelfde hellend vlak van den klassenstrijd en op dat hellend vlak kan men geen vaste positie vinden; de geloovige arbeiders echter staan op een heel ander terrein dan de commu nisten en tusschen hen tweeën in staat een muur, die slechts vallen kan als de geloovigen hun eigen-ik verliezen. Maar een gewaarschuwd man geldt voor twee. En daarom moest op het citaat van de „Prawda" de aandacht gevestigd. Ook als lastverkoopers en stukjes draaiers zijn de communisten in onze vakorganisaties ongewenscht. KERK EN SCHOOL. NEB. HERV. KERK. Beroepen; Te Wildervank (Gr.), J. ;N. van Druten, te Noordwolde (Fr.). CHR. GEREF. KERK. De cellen-bouw. Via dë Maasbode zien wij dat ook de R.K. „Gelderlaïnder" schrijft over het onderwerp, dat wij gisteren besprak ken; Wij vinden in „Het Volk", zoo luidt dit artikel in de Gelderlander, een ci taat uit een artikel van de „Prawda", het bekende orgaan der Sow jet-agita toren in Moskou. Het is meer belang wekkend dan belaifgrijk. maar ver waarloosd'mag het toch niet. De communisten hebben het wacht woord uitgegeven; dring door in cle christelijke en katholieke vakvereeni- gingen. Voor de communistische partijen van die landen, waar ook vakbonden bestaan, niet op het standpunt van den klassenstrijd staande, is het de taak naast versterking van haar in vloed in de moderne vakbeweging, ook een systerrratischen arbeid in de, ka tholieke en christelijke vakvereenigin- gen te beginnen. De invloed dien de christelijke en nationaal socialistische partijen op de arbeidersklasse uit oefenen, kan vernietigd of minstens verzwakt worden door de intrede van communisten in de vakbeweging de zer partijen en door de uitoefening van gepasten arbeid. Met de intrede in de vreemde vakbonden moet dadelijk be gonnen worden, zonder terug te dein- FEUILLETON. Niets menschelijks vreemd Een episode uit de geschiedenis van de Christenen óp het Sinartisch Schiereiland omstreeks het jaafr 300. '47 o Zij waren eenvoudig genoeg, maar in den vollen vriendelijken klank legde hij de kinderlijke liefde van zijn goed hart, en onwillekeurig 'gaf de Ale.xan drijn, die in de stad dfer redenaars en wel in de voornaamste school was gevormd, aan zijn rede een eigenaar dige kleur, door de welluidende die pe en weeke, uit de borst voorkomen de tonen, die hem tesn dienste ston den. „Verheug u, gij arme en lieve vrouw", zeide hij. ,*tk heb u ter rech ter tijd gevonden, Tk ben Paulus,. de beste vriend van Hermas, en hoe gaarne zou ik u helpen in uw ellen de. U dreigt geen gevaar, want Phoe- bicus zoekt u op den verkeerden weg Gij kunt mij vertrouwen! Niet waar, ik zie er niet uit als kon ik een arme verdwaalde vrouw bedriegen? Maar gij staat daar op een plafats, waar ik liever mijn vijand zou zien dan u. Leg uw hand maar gerust in de mij ne; zijis wel niet aanvallig meer, doch sterk en eerlijk. Zoo is het goed, en gij zult het u nooit herou wen! Zet uw voet hier neder en wees voorzichtig, wanneer, gij de rots los laat. Gij weet niet, hoe bedenkelijk deze het hoofd gefecbud heeft over Tweetal: Te Steenwijk, L. H. Bee- kamp, te Harlingen; en J. Hovius te Sneek^ BEVESTIGING* INTREDE EN AFSCHEID. Cand. P. A. A. Klüsener, werd Zon dagmorgen door Ds. H. G. v. d. Hoek van Langerak tot zijn ambtelijk werd in de Necl. Herv. Kerk te Nieuwpoort ingeleid. Ds. v. d. Hoek had tot tekst gekozen Matth. 11:26. Des namid dags trad.de nieuwe leeraar voor bet eerst voor de gemeente op. Als tekst nam Ds. Klüsener Ps. 5 5. Na afloop der predikatie werden tot verschillende personen en corporaties de gebruikelijke toespraken gericht. Hierna werd Ds. K. toegesproken door Ds. van Griethuyzen van Zuiü- Beijerland, door deii heer C. Slob na mens de Unie van Geref. Studenten aan Openbare Universiteiten en Hooge scholen (S.S.R.) en door den heer B. van Ginkei namens de vereeniging „Voetius". Ds. J. Ch. W. Kruishoop nam j.l. Zondag afscheid van de Ned. Herv. Kerk te Aïnemuiden met een predika tie over Hebr. 13 8. Aan het einde richtte hij zich tot den Kerkeraad. de catechisanten, den consulent, den" or ganist, koster, het burgerlijk bestuur der gemeente, enz. Door ouderling uw wonderlijke gerustheid. Pas op, daar stort uw. steunpunt naar be neden. Hoor, hoe de steen neerploft en kraakt; hij is beneden stellig in duizend stukken gebersten en ik ben maar blijde, dat gij ten laatste hebt besloten liever mij dan hem te vol gen". Paulus Was onder het spreken de zer woorden naar Sirona toe gegaan,, als een meisje, wier vogeltje uit de kooi is gevlogen, én het diertje met schroomvallige behoedzaamheid na dert, om bet weder te vangen. Hij had haar zijn rechterhand toegesto ken, haar, zoodra hij hare hand in de zijne, voelde, voorzichtig gered uit den vreeselijken toestand, en naar den veiligen bodem van de hoogvlak te geleid. Zoolang zij hem gedwee volgde, geleidde hij haar naar den berg, zonder plan, of doel. Hij wilde haar alleen van dien afgrond verwij deren. Bij een vierkant dioriet-blok vertraagde zij haar schreden, en Pau- luk, wien het niet ontgaan was, hoe moeilijk haar het loopen viel, nooclig- de haar uit orn te gaan zitten. Hij haalde een vlak stuk rots, dat hij met kleine steenen vastzette, om Sirona een steun te geven voor haar ver moeiden rug. Zoodra de Alexandrijn ditwerk had volbracht, leunde Sirona tegen den steen, en er lag aanvankelijk reeds eenig gevoel van welbehagen in de lichte zucht, die als eerste geluid zich deed hooren van hare lippen, die sedert hare redding vast gesloten wa ren. Schroevers werd een woord van af scheid tot den scheidenden leeraar ge sproken. Ds. B. J. van Garderen, van Nieuw- land, verzocht na een korte toespraak de Gemeente haar scheidenden leeraar toe te zingen Psalm 121 4. Ds. J. H. Meuleman is voorne mens Zondagmiddag 28 Aug. afscheid te nemen van de Geref. kerk te Hoo- gersmilde en Zondagmiddag 11 Sept. intrede te doen te Den Ham, na des morgens bevestigd te zijn door Ds. H. A. Munnik Jr. van Zwolle. Ds. R. Hamming, predikant bij de Geref. Kerk te Middelburg, hoopt op 18 Sept. a.s. afscheid te nemen van zijn tegenwoordige gemeente om op 2 Oct. d.a.v. zijn intrede te doen te Nij verdal na bevestigd te zijn door Ds. J. J. Bouwman te Urk. DE ZONDAG RUSTDAG IN TURKIJE. Volgens bericht uit Konstantinopel aan Duitsche bladen heeft de Turk- sche regeering uit praktische overwe gingen den Zondag tot openbaren rust dag ingesteld inplaats van den Vrijdag die tot nu toe volgens het Mohamme- daansch geloof de wekelijksche rust dag was. IN MEMORIAM Ds. J. H. LAATSMAN. Uit Brussel schrijft men aan „De Standaard": In het bericht betreffende de begra fenis van onzen hooggeachten leeraar Ds. J. H. Laatsman, in leven predi kant bij de Belgische Chr. Zendings kerk te Brussel, kwamen eenige on juistheden voor. De begrafenis heeft op uitdrukkelijk verzoek van den ont slapene, in alle intimiteit plaats ge had. Het stoffelijk omhulsel werd in een daarvoor speciaal bestemden wa gen van Brussel naar Den Haag ge bracht; buiten de naaste verwanten waren aanwezig: Ds. J. Meyhoffer. als afgevaardigde van de Belg. Chr. Zen dingskerk en een afgevaardigde van den kerkeraad. Door Ds. Meyhoffer werd aan de groeve over Ps. 93 gesproken. Verder werd door spr. de loopbaan van dezen onvergetelijken leeraar geschetst, van wien het gezegd moet worden, dat hij was een trouw dienaar van Christus. Ds. Laatsman was iemand, die de kerk van Christus gediend heeft, met veel zelfverloochening, niet als menschen- behager, doch alleen roemende in zijn Heiland. DIACONALE CONFERENTIE. Wij ontvingen he-t agendum voor de 38ste Centrale ^^m^rentie te houwen te Utrecht op Woensdag 14 September 1927, in de groote zaal van „Tivoli". Aanvang v.m. 1015 uur. Daarop komen voor: Toespraak door den Voorzitter. Lezmg der Notulen en Presentielijst. Verkiezing van Comité-leden. Aan^ de beurt van afreden ziin d© Comité-leden, die gekozen zijn voor d^ provincies Óverijsel en Gelderland. De aftredende brs.J. Hagenbeek, Zwolle én J. Reinink, Harderwijk zijn niet in het diakenambt gebleven en derhalve niet herkiesbaar. Het Comité stelt de volgende candi dates voor Óverijsel: J. W. kamp huis, Zwolle, T. Nieboer, Enschedé, en A. Boer, Kampen. Voor Gelderland: A. C. van Leersum, Arnhem. H. Wipkink Jr., Harderwijk en J. Krjjger, Ermelo. Mededeeling door het Comité betref fende de benoeming eener Commissie tot het samenstellen van een rapport inzake de verhouding van Diaconie en Overheid ten opzichte van Ziekenver pleging. Behandeling van de vraag: Wordt het door de Conferentie wen- filielijk geacht om te komen tot de op richting van esn Centraal Kantoor? Na de Pauze Referaat van Dr. J. W. van den Bosch te Harderwijk. Ondei> werp:., Welke is de verhouding, waar in volgens het Gereformeerde Kerkrecht de Diaconie tegenover den Kerkeraad behoort te staan?" Daarna komen nog aan de orde een voorstel van de Diaconieën uit de clas sis Zaandam, tot bespreking van de vraag, op welke wijze tot een krach tiger steunbeweging voor de Glindhorst Paulus lachte haar her. oedigend toe en zeide: „Rust nu wat uit. Ik zie wel wat u schort. Men kan zich niet ongestraft een geheelen dag aan de stralen der zon blootstellen". Sirona knikte toestemmend, wees met den vanger naar haar mond, en smeekte met moeite en zacht: „Wa ter, wat water!" Paulus sloeg zich met de hand voor het voorhoofd, en riep driftig; „Ik breng u dadelijk een frisschen dronk. In weinige oogenblikken ben ik we der bij u Sirona zag hem 11a, terwijl hij weg vloog. Hare oogen kregen meer en meer een starende, glazige uitdruk king, en het \yas haar alsof de steen waarop zij zat zich veranderde in het schip, dat haar van Massilia naar Ostia had overgebracht. Zij gevoelde thans andermaal elke slingering van het vaartuig, die haar op de onstui mige golven had doen duizelen. Ein delijk scheen het haar toe dat het schip in de maalstroom was geraakt, en al sneller en sneller in een cirkel ronddraaide. Zij sloot de oogen, en greep tevergeefs in de lucht naar een steun. Haar hoofd viel machteloos óp zijde, en eer haar wang met haar schouder in aanraking kwam, liet zij een zachten klaagtoon hooren; want liet was haar als geraakten alle leden van haar lichaam los, gelijk de bla deren in de herfst van de takken val len. Zij zonk bewusteloos achterover tegen den steen, die Paulus voor haar had opgericht. Het was voor het eerst dat Sirona, RECLAME. kan worden opgewekt. De vraag: Wordt voor de Diaconieën aan de Zuiderzeekustplaatsen ook een arbeidsveld geopend ten opzichte van de visschersbevolking in deze plaatsen, door de drooglegging der Zuiderzee en wat staat de Diaconieën in dezen t© dic/en? En ten slotte: Wanreer iemand gaat verhuizen, met de bedoeling hocg&ren diaconalen steun te ontvangen dan in de tegenwoordige woonplaats wordt genoten, moet dan de de diaconie van de nieuwe woonplaats diezen steun verkenen, ja of neen; of welke maatregelen moet de betrokken diaconie treffen? Prof. Dr. H. Bouwman ei de Redac teuren van het Diaconaal Conleöpon- dentieblad: Mr. A. J. L. van Beeck Cal- kcen en Mr. R. van Maare hopen de Conferentie weder van advies te di» nen. De Diaconie van Utrecht biedt aan den vooravond der Conferentie (dus op Dinsdag 13 Sept.) een ontvangstsamen komst aan in de sal'ons van Hotel Pays Bas, Janskerkhof. Deze begroetingsavond vangt aan te 8 uur. Een half uur te vorfcn is de R?- gelingsccmmissie hier aanwezig tot- het verstrekken van alle gewenschte inlich tingen. GENERALE SYNODE DER GEREF. KERKEN. Dr. de Gaay Fortman en anderen hebben aan de Generale Synode der Gereformeerde Kerken in Nederland te Groningen het volgende schrijven doen toekomen: Weleerwaarde en Eerwaarde Hee- ren en Broeders, Ondergeteekenden hebben de eer U te berichten dat zij zeer waardeeren het besluit der Buitengewone Synode te Assen 1926, waardoor samenspre- kingen werden mogelijk gemaakt tus schen de Hoogleeraren in de Theolo gie eenerzijds en ondergeteekenden anderzijds, opdat men ten aanzien van vragen die betrekking hebben op het verband tusschen de Heilige Schrift en de resultaten der wetenschap elk ander beter zou kunnen verstaan en zoo mogelijk tot eenstemmigheid zou kunnen komen. Hiernaast voegt een woord van dankbaarheid voor de toe wijding welke ingevolge dat besluit door deze Hoogleeraren reeds is be toond. Daar de besprekingen nog niet zijn geëindigd is thans nog niet de tijd gekomen om het resultaat daarvan vast te leggen. Niettemin voelen wij ons gedrongen Uwe vergadering te doen weten, dat wij ons in verband met onze aan de Synode te Assen gezonden missi ves tot nu toe teleurgesteld gevoe len, zoowel over de besluiten aldaar genomen, alsook over de toepassing en werking van deze besluiten. Daar in de eerste plaats de methode van behandeling ons geen bevrediging ge schonken heeft, nemen wij de vrijheid U te wijzen op de gedachte, uitgespro ken in ons eerste geschrift aan de Sy node te Assen, dat in een zaak als de onderhavige elk bijzonder geval eerst op de rechte wijze kan worden behan deld, indien het wordt bezien vanuit een algemeen gezichtspunt, te weten de rechte beschouwing der Heilige Schrift. Wij meenen dan ook nog steeds een exegetisch verschil te kun nen constateeren, geen confessioneel verschil dat schorsing of afzetting zou kunnen rechtvaardigen. Er is thans tengevolge van de be sluiten der Synode te Assen in de Ge reformeerde Kerken een bepaalde sfeer geschapen welke speciaal in kerkelijke bladen tot de voorstelling geleid heeft alsof de door de Synode van Assen behandelde zaak betrof „een zaak van geloof of ongeloof", of „aanranding der Heilige Schrift". Voor al deze laatste uitdrukking maakt, in het. verband waarin deze gebezigd wordt, den indruk, alsof er sprake zou zijn van welbewuste aanranding van overigens volmaakt gezond naar li chaam en geest, in onmacht viel. Maar zelfs de sterkste onder hare zusters zou bezweken zijn onder de aandoeningen, de inspanig, de ontbe ringen en het lijden, die deze dag over de schoone ongelukkige had ge bracht. Eerst was zij, zonder een be paald doel, in den nacht den berg op gevlogen. De maan bescheen haren weg, en wel een uur lang klom zij zonder te rusten. Toen hoorde zij de stem van wandelaars, die haar tege moet kwamen. Zij verliet den straat weg en trachtte zich daarvan zoover mogelijk te verwijderen, want zij vreesde, dat haar liazewindje, dat zij telkens weder op dén arm nam, wan neer zij het hoorde kermen en zag hinken door zijn geblaf verraden zou. Ten laatste had zij zich op een steen neergezet en zich voor den geest gebracht, wat er in de laatste uren me haar gebeurd was, en wat haar verder te doen zou staan. Zij verstond voortreffelijk de kunst om over het verledene te droomen en schitterende luchtkasteelen te bouwen. Daarente gen kostte het haar moeite verstan dig te overleggen en ernstig 11a te den ken. Een ding was haar volmaakt duidelijk. Zij wilde liever verhonge ren en versmachten, liever schande en ellende dragen, ja zelfs den dood ondergaan, dan tot haar echtgenoot terugkeeren. Zij wist dat zij van Phoe- bicius niets anders dan mishandeling hoon en opsluiting in een afzichtelijk donker vertrek te verwachten had; maar dat alles scheen haar gem&kke- Gods Woord. Ondergeteekenden moe ten wel aannemen dat zij, die zulke voorstellingen ingang willen doen vin den, zich niet voldoende rekenschap geven van de zware en liefdelooze be schuldigingen welke zij daarmede uit brengen tegen personen, waarvan toch veler overtuiging is, dat zij van de Ge reformeerde Belijdenis geenszins afwij ken, zij het dan ook dat zij naar de meening van de Synode te Assen dwa len. De noodlottige uitwerking van dergelijke toch inderdaad verdachtma kende uitdrukkingen is dan ook niet uitgebleven. Zoowel in de persoonlijke verhoudingen tusschen leden onzer kerken, alsook in het vereenigingsle- ven is dit reeds te bespeuren. Er zal een knellende band worden aangelegd die voor menige actie in Gods Konink rijk ongetwijfeld zeer schadelijk zal worden. Ondergeteekenden willen daarom Uwe Synode dringend verzoeken alles te willen aanwenden wat dienen kan om de sfeer van wantrouwen weg te nemen, opdat een broederlijke samen- spreking mogelijk zij tusschen hen, die thans uit elkaar zijn gegaan. Eerst dan zal het voortgaand proces der scheiding gestuit worden en kan de hoop herleven, dat allen, die staan op den grondslag der Gereformeerde Belijdenisschriften, hunne roeping voor kerk en wereld kunnen vervul len ter eeré van Hem, Die tot den Va der bad: „dat zij allen één zijn, gelijk Wij één zijn". Met de bede, dat de zegen des Hee- ren op Uwen arbeid ook in dezen rus ten moge, Dr. J. P. DE GAAY FORTMAN, Den Haag. Dr. S. T. HEIDEMA, Amsterdam. Dr. L. v. d. HORST, Amsterdam. A. JONKMAN, Amsterdam. Dr. RYK KRAMER, Amsterdam. Dr. J. C. H. DE PATER, Haag. Dr. W. J. A. SCHOUTEN. Arnhem. Mr. H. H. STENEKER, Amsterdam. De heer Dr. H. R. Woltjer is door verblijf in het buitenland verhinderd dit schrijven mede te teekenen; Mr. A. Goote, die eveneens de vorige missi ves medeteekende is naar Indië ver trokken, zijn plaats is ingenomen door den laatstondergeteekeade. STATISTIEK VAN KERKELIJKE OVERGANGEN. Uit de religie-statistieken in Duitseh land blijkt, dat zeer vaak confessio neele minderheden groeien, daarente gen meerderheden slinken. Zoo bij voorbeeld zijn in de Roomsche landen Beieren en Baden de Ëvangelischen er in geslaagd, vrij sterk in aantal te klimmen, terwijl de Roomsch-Katho- lieken natuurlijk in diezelfde mate in getal terugliepen. Omgekeerd echter bleek, dat in de Evangelische landen Württemberg, Mecklenburg-Schwerin, en Stelitz en Hamburg de Roomsch- Katholieke minderheden vrij sterk toe namen. en de Evangelische meerder heden achteruitliepen. Wellicht volgt hieruit, dat minderheden steeds actie ver zijn dan meerderheden en dus ook meer resultaten boeken. Over geheel Duitschland loopt het getal Israëlieten terug, zoowel absoluut als relatief. Het is niet duidelijk, of de oorzaken hier van gezocht moeten worden in over gang tot eenige Christelijke kerk of in het feit, dat bij de Israëlieten ge meenlijk het geboorte-cijfer zeer ge ring is of in emigratie. Onder hen, die tot geen confessie behooren in Duitschland zijn twee vijfden vrouwe lijk, drie vijfden van het getal man nelijk. De vrouwen blijven de kerk dus langerg etrouw dan de mannen. BINNENLAND. NATIONALE LANDSTORMDAG 1928 De Bijzondere Vrijwillig© Land storm, Instituut tot steun aan het Wettig Gezag, sterkte zes en vijftig duizend vrijwilligers, beeft het voor nemen in de eerste helft van Septem ber 1928 zijn 10-jarig bestaan te her denken en te dezer gelegenheid een bijeenkomst van alle afdeelingen, cir ca 1100, te beleggen te 's-Gravenhage, lijker te dragen dan de teederheid, waarmede bij baar nu en dan nader- de. Wanneer zij daaraan dacht, woer baar een koude rilling door de leden, klemde zij de witte tanden op elkan der, balde zij de kleine banden zoo stevig, dat de nagels harer vingers in het vleescb drongen. Maar wat zou zij doen? Wanneer Hermas haar eens tegenkwam? Doch welke hulp kon zij van hem verwachten? Wat was hij anders dan een baardelooze knaap, en de ge dachte haar leven ook slechts voor enkele dagen aan het zijne t© ver binden, scheen haar onzinnig en be lachelijk. Zij was wel is waar in gee- nen deele geneigd berouw te gevoe len en zich zelve te beschuldigen; doch het was toch een dwaasheid van baar geweest, dat zij hem in huis had geroepen om met hem te spelen Daarbij dacht zij aan de harde straf die zij ontvangen had, toen zij als kind, zonder te weten dat zij kwaad deed, het wateruurwerk van haar va der uit elkander had genomen en bedorven. Zij gevoelde dat zij veel verstandiger was dan Hermas, en haar toestand was te ernstig gewor den, dan dat zij lust kon gevoelen nog eens te spelen. Zij dacht wel aan Petrus en Dorothea, maar bij deze kon zij alleen komen, wanneer rij naar de oase terugkeerde, en zij had alle grond om te vreezen, dat Phoe- bicius haar ontdekken zou. (Wordt vervolgd). i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5