NIEUWE LEIDSCHE COUR®
WAT DE BLADEN ZEGGEN.
Niets mensciieiijks vreemd
DINSDAG 9 AUG. 1927
TWEEDE BLAD.
Oudegeest exit.
Bij het uittreden van Oudegeest uit
het Intern. Verbond van Vakvereeni-
gingen teekent ,,De Tijd" o.m. het vol
gende aan;
„Het groote mogendheid-3pelen van
het I.V.V. heeft niet lang geduurd. Van
al de mooie plannen is niets terecht
gekomen.
De boycot tegen Hongarije is mis
lukt.
De „Federation of Labour", de Ame-
rikaansche vakcentrale, weigerde zich
bij het I.V.V. aan te sluiten, omdat de
heeren van Amsterdam zich voor so
cialisatie der productiemiddelen had
den uitgesproken.
Het „Haagsche Vredescongres" werd
een grandiose mislukking. Er heersch-
te verdeeldheid als nooit tevoren. Em.
van der Velde stond er tegenover Karl
Radek; voorzitter Thomas, de bezadig
de Engelsch'e patriot, tegenover Edo
Fimmen, den halven bolsjewiek, die
de versleten leuze verkondigde, dat
„de arbeiders geen vaderland hebben".
Toch werden er, natuurlijk met alge-
meene stemmen resoluties aangeno
men. De algemeene werkstaking zou
voortaan „het" middel zijn om alle mi
litair geweld te voorkomen of te bre
ken.
Enkele weken later werd het Roer
gebied door Fransche en Belgische
troepen bezet. De Duitschers gingen in
staking. De Fransche en Belgische ..ca
merades" zorgden echter voor het
transport van troepen en oorlogstuig.
Van der Velde en Jouhaux waren hun
beloften vergeten en zwegen. Alleen
Fimmen kwam in verzet. Hij schreef
zijn artikel over de zwarte Januari
maand, verliet het secretariaat van het
I.V.V., liep naar de communisten over
en begon als secretaris van de Inter
nationale Transportarbeidersfederatie
(I.T.F.) aan de bolschewistische cellen-
bouwerij in de socialistische vakbewe
ging.
Sedert dien duurt de strijd in het I,
V.V. tusschen Amsterdam en Moskou
voort. Gesteund door de Duitschers en
Franschen trachtte Oudegeest de boi-
schewieken er uit te houden. De En-
gelschen, die naar verhouding het
grootste deel der kosten van hét I.V.V.
betalen, coquetteerden inmiddels met
Moskou, en het slot van den strijd is
dat Oudegeest door de Engelschen ge
dwongen wprdd heen te gaan.
Het communisme wint veld. Twee
wegen slechts staan voor het I.V.V. nu
open: of de leiding van Moskou geheél
aanvaardeh, of scheuring.
In beide gevallen is het I.V.V. voor
het zoogenaamd gematigde socialisme
verloren.
Vergankelijk zijn 's werelds roem en
grootheid.
Oudegeest, die onlangs in Genève
zich een hooghartige houding tegen
over de Christelijke Vakbeweging durf
de veroorloven, is nu door andere
machtswellustelingen, die sterker ble
ken dan hij, van zijn voetstuk gegooid.
Dat is het beeld van den klassenstrijd.
Ook de komische noot ontbreekt hier
niet
Onlangs heeft de heer Albarda na
mens de S.D.A.P. een verzoekschrift
naar Stockholm gezonden om voor het
I.V.V. een Nobelprijs voor den.vre
de te vragen!"
„De Standaard" zegt er dit van:
Hoogmoed komt voor den val.
Het fel bewogen incident op het con
gres van het Internationaal Vakver
bond te Parijs, dat den heer Oudegeest
vdn zijn hoogen post deed tuimelen,
roept de herinnering op aan het „hoog
moed komt voor den val".
Niet op den heer Oudegeest persoon
lijk wordt dit toegepast.
Te zeer zijn wij overtuigd van de
wreede tragiek, die schuilt in het op
dergelijke wijze verlaten van een ar
beid, waaraan men is gehecht, dan- dat
wij ons met zeker leedvermaak zouden
verheugen in dit conflict.
Daarvan weerhoudt ook de indruk,
dien het verslag van het gebeurde
wekt.
De kwade trouw van zijn medebe
stuurslid, die drie jaren lang een brief
onderschepte om dien op een geschikt
moment tegen deü heer Oudegeest te
kunnen uitspelen, ergert heel wat
meer dan diens onvoorzichtigheid om
zijn antipathie tegen de Russen al te
veel te doen blijken.
De hoogmoed, dien wij signaleerden,
zit dan ook niet bij den vertrekkenden
secretaris, maar bij het Internationaal
Vakverbond zelf.
Brallend werd het gezegd, dat de
millioenen van het moderne Vakver
bond de wereld zouden regeeren en
den vrede aan de wereld zouderi ge
ven.
De socialistische arbeiders der we
reld zouden vormen een onweerstaan-
baren muur, waarop het geweld, cle
krijgsmacht zich zou te pletter loopen.
Als door de machthebbers naar de
wapenen werd gegrepen, zou het inter
nationaal proletariaat hun de tanden
laten zien.
Door staking en boycot zou alle
krijgsactie worden verhinderd en het
bureau van het I.V.V. zou vormen de
trotsche vredesburcht.
December 1922 belegde het I.V.V. zijn
internationale ontwapeningscongres in
Den Haag; dat Het. Volk met trots
deed uitroepen: dit congres beteekent
een keerpunt in de geschiedenis der
menschheid, het „nooit meer oorlog"
zal werkelijkheid worden.
Bittere ontgoocheling volgde.
Geen vier weken later begonnen
Frankrijk en België hun actie tegen de
Ruhr.
De Fransche en Belgische vakgenoo-
teh lieten de krijkstoerusting stil be
gaan.
De met zooveel ophef aangekondigde
boycot tegen Hongarije mislukte.
Binnen den kring van het I.V.V. zelf
was het al strijd en conflicten.
Eerst trokken de Amerikanen zich
terug.
De Engelschen vormden een aparte
partij.
De houding tegenover de Russische
bolsjewieken aan te nemen, voerde tot
verbitterde debatten.
Op het congres, thans te Parijs hij
een, is alle eenheid zoek en bederft on
verkwikkelijk krakeel het samenzijn.
Wat werd aangekondigd als een ver
heven vredesburcht, blijkt een vergif
tigde krijgshaard.
Zoo kwam hoogmoed ten val.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen; Te Helder (toez.), Mr.
J. L. N. Zillinger Molenaar, te De Graft
en De Bijp.
Aangenomen: Naar Haarlo, E.
K. Groeneveld, te Wieringerwaard
Kolhorn. Naar Visvliet c.a., H. G. Th.
Ravesteyn, te Midwolda.
Bedankt: Voor Werkendam, B.
Tuinstra, te Beesd. Voor Soesterberg,
E. 'Warmolts, te Heerde.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Zwartsluis, P. de
Feijter, te Boornbergum.
Bedankt: Voor Oudemirdum e.a.,_
H. M. de Ploeger, te Appelscha.
EVANG. LUTH. GEM.
Beroepen; Te MonnikendamDe
Hijp. P. H. Borgers, cand. te Amster
dam.
BEVESTIGING, INTREDE EN
AFSCHEID.
Het afscheid van Ds. K. Groen van'
de Chr. Geref. Kerk te Baarn is be
paald op Zondag 28 Augustus en zijn
bevestiging en intrede te Nieuwpoort
op Zondag 11 September. Bevestiger
zal zijn Ds. J. A. Riekel, van Slie-
drecht.
Ds. S. E. Wesbonk te Jutrijp
Hommerts, die het beroep aannam
naar de Geref. Kerk te Hoorn, hoopt
18 September a.s. aldaar zijn intrede
te doen en te worden bevestigd door
Ds. H. M. Dethmers van Sneek.
Ds. J. C. Neelemans, te Eikerzee,
liobpt 18 September des middags in
trede te doen in de Ned. Herv. Kerk
teKrabbendijke na des morgens be
vestigd te zijn door Ds. G. A. van der
Hooft, te Overschie.
Na een zesjarige ambtsbediening
aldaar nam Ü3. T. Kloosterman Zon
dag afscheid van zijn gemeente, de
Ned. Herv. te Voorburg om naar Leeu
warden te vertrekken. Hij deed dit met
een predikatie over 1 Joh. 2 28 „En
nu, kinderkens, blijft in Hem". Na de
preek werd Ds. Kloosterman toege
sproken door ouderling C. M. Broek
man namens den kerkeraad; cand. A.
Sonneveld namens catechisanten en
gemeente; Ds. J. F. Röth, van Scheve-
ningen, als consulent; Ü3. B. C. Verha
gen, van Wateringen, namens den ring
en door Ds. D. Zoete, van Lemmer, vice
president van de Simode, als oud-leer
meester. De gemeente zong Ps. 1214.
Ds. S. E. WESBONK.
Ds. S. E. Wesbonk, predikant bij de
Geref. Kerk van JutrijpHommerts,
die een beroep aannam naar Hoorn,
heeft in de afgeloopen week met gun
stig gevolg een operatie ondergaan.
PROMOTIERECHT THEOL. SCHOOL
TE KAMPEN.
Ter Kerkeraadsvergadering van de
Geref. Kerk van Delft werd door een
der leden een voorstel ingediend, om
adhaesie te betuigen met het voorstel
van Leiden om aan de Theol. School
het promotierecht ie verleenen. Het
voorstel werd echter niet in behande
ling genomen.
GliTEN EN LEGATEN.
Dr. M. J. A. de Vrijer, Ned. Herv.
predikant te Amsterdam, heeft van
een dame buiten Amsterdam duizend
gulden ontvangen voor den bouw van
de Willem de Zwijger-kerk in plan-
Zuid,
GODSDIENSTONDERWIJZER.
De heer D. Tamminga, te Kampen,
heeft voor zijn benoeming tot gods
dienstonderwijzer te Gorredijk be
dankt.
PASTORIEBOUW.
Door den architect Adr. C. Lengkeek
Wzn., te Hilligersberg, is aanbesteed
het bouwen van een pastorie voor re
kening van de Geref. Kerk van Slik
kerveer. Ingekomen waren II biljetten.
Hoogste inschrijver was J. Heyden en
Zonen, IJselmonde, 12,720; op één na
laagste inschrijver F. Singewald. Rid
derkerk 10.998; laagste inschrijver P.
Verdoorn en A. v. d. Wilt, Rotterdam
ƒ10.286.
KERKBOUW.
De Kerkvoogdij der Ned. Herv. Ge
meente te Wierden is voornemens het
volgend jaar over te gaan tot den
bouw van een nieuwe kerk.
DE SCHREEUW VAN EEN
KINDERZIEL.
Dr. H. A. van Andel, missionair pre
dikant van de Javaansche Kerk van
Solo, deelde onlangs in een schrijven
aan de Zendingsvrienden in Neder
land mede, dat hij vgji een Javaansch
meisje een vraag kreeg, waardoor hij
een blik kreeg in het zieleleven van
dit kind.
Schriftelijk werd ze ingediend, on
gekunsteld doch ontróerend ernstig.
„Als we in Christus gelooven, maar
we mogen niet gedoopt worden van
onze ouders, telt Hij ons dan ook tot
de Zijhen, als Hij op de aarde terug
komt?"
't Is te verstaan, dat Dr. v. A. hier
aan toevoegt: „Ik weet niet, of deze
vraag vu zoo heftig aangrijpt, als ze
mij aangreep.
Ik heb al mijn zelfbeheersching noo
dig gehad om daarop te antwoorden.
Uit ae diepte roep ik tot U, o Heere.
Een kinderziel in verdrukking, die
schreeuwt om eeuwig leven. O, als
gij denkt aan uw eigen kinderen; aan
uw blijdschap, als zij met beslistheid!
Christus als hun Heiland aannemen;
Idan zal ook uw hart ontroerd worden
over den moeilijken strijd van de kin
deren in een niet Christelijk la^d.
Welk een zegen, ook voor uw kin
deren, met zulke kinderen te leeren
meeleven.
Ik hoop, dat hét gebéd in den dienst!
des Wootfds en uw persoonlijk gebed
de geestelijke noóden van de kinde
ren zullen opdragen aan onzen He
melse hen .Vaaer.
En dat gij uw kinderen zult leeren
bidden voor die geestelijk verdrukte
kinderen.
Wii. gelooven immers in de kracht
van het gebed?
O, vergeet vooral die kinderen niet"
DAT IS ALLES.
Onder dit opschrift vertelt Dr. Gun
ning in Fhiël:
Na een prediking kwam een 'dame
mij zeggen, dat zij zoo ongerust was
over haar ziel. Het klonk mij als he-
melmuziek in de ooren. Gewoonlijk
hooren wij niets, of 't oude Satans
liedje, dat wij „zoo heerlijk mooi" ge-
Ereekt hebben. Hier was nu eens een
ekommerde ziel.
Den volgenden morgen bezocht ik!
haar.
U wilt, dat ik eens met u over
het belang van uw ziel spreek
O ja, ik zou zoo gaarne een Chris1
tin worden.
ik vind het heerlijk, dat u dat
wenscht, maar gelooft u zelf iets te
kunnen doen God zegt, dat gij zondig
zijt en verdoemeiijk m Zijn oogen.
ik las haar toen enkeie Schriftuur
plaatsen voor en zeide:
Ziet u deze teksten?
Ja, ik zie ze, dominee.
Gelooft u, dat ze waarheid bevat
ten en uods meening over uzeive uit
drukken
ja, antwoordde zij.
.YVeinu, wat verdient gij dan vol
gens die woorden anders dan den
eeuwigen dood? Kunt gij iets anders
verwachten?
Neen, onmogelijk.
YV emu mevrouw, wanneer ik die
woorden aanneem als direct van God
komende en tot u persooniijkt sta mij
dan toe nog een beetje verder, te lezen
„Maar Goa bevestigt Zijn liefde jegens
u, dat Christus voor ons gestorven is,
toen wij nog zondaars waren. Wij keer
:den ons een ïegeujk naar onzen weg,
maar God neetc ons aller ongerechtig
heid op Hem doen aanioopen". ,Ver
staat gij die beloftenissen Gods?
ja, ik versta ze, zeide zij met toe
nemende belangstelling.
En geiooft gij, dat die woorden
al'cs uilalukken, wat God voor u ge-
GJc.n heeft r
ia zeker, ik geioof dat die woor
den \an God. komen, en dat Jezus
C hijSIus mijn zonden gedragen heeft.
einu mevrouw, zeide ik toen,
cat l ahes.
lac.iou» ziiri wii beiden neergeknield
en zr> heeft vrede gevonden. En zij
neeft dien vrede benouden. En zij zal
weidra, m dien vrede sterven en neen-
gaan naar het .Vaderhuis.
Gemeenteraad Leiden.
(Slot.)
1. Benoeming van een Curator van
het Gymnasium.
De heer Heemskerk (R.-K.)
vraagt een besloten zitting ten einde
inlichtingen te verkrijgen o^er de
voordrachten van B. en W., waarop
de vergadering wordt geschorst.
Na heropening der vergadering te
3 uur wordt benoemd Prof. Dr. J. A.
J. Barge met 22 van de 26 uitgebrach
te stemmen.
2. Benoeming van een leeraar(es) in
het Hoogduitsch aan het Gymnasium
Benoemd wordt Mej. C. M. de Haas,
Dra. in de Germaansche taal- en let
terkunde aan de R.H.B.S. te Hel
mond, met 14 van de 26 uitgebrachte
stemmen; 12 op den heer J. C. de
Wilde, no. 2 der voordracht.
3. Benoeming van een onderwijzer
in de lichamelijke oefening bij het
openbaar lager onderwijs.
Benoemd wordt de heer J. H. Koers
te Almelo met 24 van de 26 uitge
brachte stemmen.
4. Benoeming van een Commissaris
van de Gemeentelijke Bank van Le-e-
ning.
Benoemd wordt de heer Th. B. J.
Wilmer, aftredende.
5. Benoeming van een Stadsgenees
heer tot 1 Januari 1928.
Benoemd wordt Dr. P. J. M. Niemer,
met 18 van de 26 uitgebrachte stem
men.
6. Praeadvies op het verzoek van
Prof. Dr. D. C. Hesseling, om ontslag
als Curator van het Gymnasium.
Mevr. Van Itallievan E inb-
den (V.D.) zou willen dat in de ko
mende vacature een vrouw werd be
noemd.
Daarna conform het advies van B.
en W. besloten»
7. Praeadvies op het verzoek van
Mej. B. C. G. Numan, om eervol ont
slag als Directrice van de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes.
Aangenomen.
8. Praeadvies op het verzoek van
A. Wisse, om eervol- ontslag als leer-
aar aan de Kweekschool voor onder
wijzers en onderwijzeressen.
Aangenomen.
9. Praeadvies op het verzoek van
H. W. Blote, om eervol ontslag als
Stads-geneesheer en als Schoolarts.
Aangenomen.
10. Balans en Verlies- en Winstre
kening, dienst 1926, van de Gemeen
telijke Bank van Leening.
De heer Wilmer verlaat tijdens de
ze behandeling de vergadering.
Het punt wordt aangenomen.
11. Balansen en Verlies- en Winst
rekeningen, drenst 1926, van de Ste
delijke Fabrieken van Gas en Elek
triciteit.
Aangenomen.
12. Suppletoir© begrooting, dienst
1926, van de gestichten „Endegeest,
Voorgeest en Rhijngeest".
Aangenomen.
13. Balans en Verlies- en Winstre
kening, dienst 1926, van de gestichten
Endegeest, Voorgeest en Rhijngeest"
De heer Dubbeldeman (S.D.)
merkt op, dat de Commissie deze re
kening nog niet behandeld'heeft. Het
bestuur der stichtingen heeft tijd ge
noeg gehad om ook de Commissie er
in te kennen. Spr. stelt voor alsnog
de Commissie te hooren.
De Voorzitter merkt op, dat de
rekening juist van de Commissie is
ontvangen.
De heer Dubbeldeman meent
dat ze niet behandeld is; het waren
slechts voorloopige cijfers.
YVeth. Reime ringer zegt, dat
de rekening in de Commissie is be
handeld.
De Lieer Dubbeldeman meent
dat dit geen behandeling is geweest;
er waren slechts voorloopige cijfers.
De Voorzitter zegt dat dit een
beschuldiging is aan het adres van
Voorzitter en Secretaris, die niet zon
der meer kan passeeren.
De heer Heemskerk (R.-K.) wil
liever nu dit punt op de gewone wijze
afdoen. Laat de heer Dubbeldeman
in de Commissie protesteeren.
De Voorzitter is het daarmee eens.
De heer Wilbrink (C.-H.) is het
daarmede niet eens. De Commissie
moet behoorlijk op de hoogte zijn.
Het schijnt dat dit hier niet is ge
beurd.
De heer Dubbeldeman stélt
voor het punt aan te houden en de
rekening door de Commissie eerst
opnieuw te doen behandelen.
Dit voorstel wordt aangenomen met
19 tegen 6 stemmen.
14. Balans en Verlies- en Winstre
kening, dienst 1926, van het Grondbe
drijf.
Aangenomen.
15. Balans en Verlies- en Winstre
kening, dienst 1926, van den Gemeen
telijken Reinigings- en Ontsmettings-
dienst.
Aangenomen.
16. Balans en Verlies- en Winstre
kening, dienst 1926, van het Gemeen
telijk Waschbureau.
Aangenomen.
17. Begrooting, dienst 1928, van den
Keuringsdienst van Waren voor het
district Leiden.
Aangenomen.
18. Voorstel tot aankoop van een
stukje grond met transformatorge
bouwtje en toegangspad aan de
Leeuwerikstraat, Sectie P. no. 1457.
Aangenomen.
19. Voorstel:
a. tot het doen van afstand aan de
YVaalsch Hervormde gemeente vaü
de rechten op den toren van de YVaal-
sctre kerk;
b. tot het doen van afstand aan de
FEUILLETON.
Een episode uit de geschiedenis van
de Christenen op het Sinaïtisch
Schiereiland omstreeks het jaar 300.
45. o-
„Binnen vijf of zes dagen", ant
woordde deze. De visscher Ali, dien
Ik eens een doorn uit den voet heb
getrokken, verhaalde mij in het ge
heim,, toen ik gisteren naar de kerk
ging, dat de Blemmyers zich achter
de zwavelbergen verzamelden. Als
zij zich teruggetrokken hebben, zal
het hoog tijd worden Hermas vrijheid
te geven-naar Alexandrië te gaan.
Mijn broeder leeft nog, en zal hem
om mijnentwil als een boezemvriend
opnemen; want ook deze is gedoopt".
„Hij mag dan de catechetensckool
Id. de- hoofdstad bezoeken, en wan
neer hij.... wanneer hij
„Dat zal wel terecht komen", viel
Pauliis hem in de rede. „Allereerst
komt het er op aan hem van hier te
laten gaan, om hem £ijn weg te doen
zoeken. Qjjdenkt, dat er in den he
mel een eerezaal is voor de zoodani-
gen, die nooit struikelen, en onder de
ze zoudt gij Hermas gaarne opgeno
men zien. Dat doet mij denken
aan een arts in Corinthe, die
.•rich beroemde dat hij geschikter was
dan alle zijn ambtgenooten, want hij
Üad nog geen enkelen zieke verloren.
En de man had gelijk, want geen
mensch of beest had zich ooit aan I
zijn handen durven toevertrouwen.
Laat Hermas zijn jeugdige krachten
beproeven, en wanneer hij geen pries
ter wordt, maar een dapper krijgs
man als zijn voorvaderen, dan kan
hij toch als zoodanig zijn God eerlijk
dienen. Maar we hebben nog den tijd
eer het zoovere is. Zoolang hij af
wezig is, zal ik in uwe verpleging
voorzien. Gij hebt, gelijk ik zie, nog
water in de kruik".
„Deze werd reeds tweemaal voor
mij gevuld", antwoordde de oude
man. „De bruine herderin, die zoo
vaak de geiten drenkte aan onze
bron, kwam eerst in de vroegte en
daarna nauwlijks een uur geleden bij
mij. Zij vroeg naar Hermas en bood
zich daarop zelve aan water voor mij
te scheppen, zoolang hij afwezig zou
z.ijn. Zij is zoo schuw als een vogel en
vloog naar boven, nadat zij de kruik
hier neder had gezet".
„Zij behoort aan Petrus, en zal haar
geiten niet lang alleen durven laten",
zeide Paulus. „Nu ga ik heen om wat
wortelen voor u te zoeken als toespijs.
Met den wijn zal het vooreerst wel
uit zijn. Zie mij eens goed aan!
Voor welk een groot zondaar houdt
gij mij wel? Denk u maar het ergste
van mij, en toch zult gij wellicht nog
erger dingen hooren. Doch daar
komen twee mannen. Wacht! De een
is Hilarion, een der acolythen van
den bisschop, en de ander Pachomius
uit Memphis, die zich eerst onlangs
op den berg heeft neergezet. Zij ko-
men hierheen en de Egyptenaar
draagt een kruikje. Ik zou wel willen
dat het weder wijn bevatte te uwer
versterking".
De beide vrienden zouden niet lang
in het onzekere blijven omtrent het
doel der naderenden. Beiden keerden,
nadat zij bet hol van Stephanus be
reikt hadden, Paulus zoo opzettelijk
den rug toe, dat het ieder in het oog
moest vallen. Ja, de acolyth maakte
voor hem een kruis over het voor
hoofd, als hield hij het voor noodig
zich tegen booze invloeden te vrijwa
ren.
De Alexandrijn begreep hem, trad
terug en zweeg, toen Hilarion den
kranken Stephanus in naam van den
bisschop mededeelde, dat Paulus
schuldig was aan zeer zware zonden,
en dat hij als een schurftig schaap
van het verkeer met de kudde van
den bisschop, en alzoo van de verple
ging van een vroom christen moest
uitgesloten blijven, tot hij volledig
boete zou hebben gedaan. „Wij weten,
mijn vader, door Petrus", zoo eindigde
bij zijn rede, „dat uw zoon over zee
is gezonden; daar gij echter verple
ging noodig hebt, zoo zendt Agapi-
tus u door m ijzijn zegen en wijn ter
versterking. Deze jongeling zal bij u
blijven, en u van liet noodige voor
zien tot Hermas terugkeert".
Daarop overhandgde hij de kruik
met wijn aan den ouden man, die ver
stomd en bewogen nu eens hem, dan
weder Paulus aanzag.
Het hart van den laatsten brak,
toen zich de dienaar van den bis
schop andermaal tot hem richtte, en
hem een teeken gaf zich te verwijde
ren, terwijl hij uitriep: „Weg van
hier!"
Hoevele vriendschappelijke banden,
hoevele volgaarne bewezene en dank
baar aangenomen diensten vernietig
de dat bevel! Maar Paulus gehoor
zaamde onverwijld en ging den kran
ke voorbij. Hunne blikken ontmoet
ten elkander, en beiden merkten zij
op, dat er tranen welden in het oog
van den vriend.
„Paulus, riep de kranke, terwijl bij
den heengaande, wien hij zoo gaarne
elke schuld vergaf, beide handen toe
stak. Doch de Alexandrijn sloeg zijn
hand niet in de zijne, maar hij wend
de zich af en steeg, in een richting
waar geen gebaande weg was, zonder
om te zien haastig den berg op. Daar
na daalde hij weder af naar het dal,
altijd voortgaande tot hem de steile
helling van den hollen weg, die aan
de zuidzijde van den berg naar de
oase leidt, gebood stil te staan.
De zon stond nog hoog en het was
gloeiend heet. Druipnat van zweet en
geheel buiten adem, leunde hij met
den rug tegen den gloeienden porfier-
wand, bedekte zijn gelaat met de
handen, en trachtte tot zichzelven te
komen, te denken en te bidden. Maar
lang te vergeefs, want in plaats van
vreugde te gevoelen over het leed, dat
hij vrijwillig op zich genomen had,
pijnigde de ellende der eenzaamheid
zijner ziel, en in zijn binnenste weer
klonk de klagende roepstem van den
oude als een vermaning, en deed hem
twijfelend vragen of zijn daad wel
goed was, waardoor hij toch de bes
ten en reinsten bedrogen en gedron
gen had onrechtvaardig jegens hem
te handelen. Zijn hart kromp ineen
van angst en pijn, doch toen hij zich
eindelijk weder bewust werd, hoezeer
hij leed naar lichaam en ziel, begon
hij opnieuw moed te scheppen; en er
speelde zelfs een glimlach om zijn
lippen, toen hij in zichzelven prevel
de: „Goed zoo, goed zoo; hoe meer het
wee doet, des te zekerder vind ik ge
nade. En danl als de oude man
van Hermas had moeten beleven, wat
hij van mij moest hooren, gerechte
hemel, ik geloof dat het zeker zijn
dood geweest zou zijn! Toch zou ik
wel willen, dat het zonder datdat
het is nu eenmaal zoo zonder
dat bedrog had kunnen geschieden 1
Ik ben reeds als heiden een voorstan
der van waarheid geweest, en heb
den leugen in mijzelven en anderen
zoo diep verfoeid, als vader Abraham
een moord; hoewel ook deze zijn zoon
Izaak ter slachting voerde, wijl de
Heer het hem gebood. En Mozes, toen
hij den opzichter versloeg, en Elias,
en Debora, en Judith? Ik heb niet
veel minder op mij genomen dan zij,
en mijn leugen zal mij wel vergeven
worden, gelijk het hun niet is toege
rekend dat zij bloed vergoten".
Gforoit vervolgd),