NIEUWE LEIDSCHE COURANT Niets menscEieiijks vreemd van DINSDAG 2 AUG. 1927 TWEEDE BLAD. WAT DE BtfiOEH ZEGGEN. Roode fratsen. Er'is-zoo pas weer, schrijft De Maasbode, een Noorsche kruiser op bezoek geweest ïft de haven van Rotterdam. Bijna hadden de vreem de gasten den weg versperd gevon den door de motie, waarin mej. Suze Groeneweg aan Neerlands eerste ha venstad haar visie op de internatio nale politiek wilde opdringen. „Het Volk", dat blijkbaar zijn le zers een foto van den oorlogsbodem niet wilde onthouden, kon er fat soenshalve niet buiten, zich aan het pitoyabele geval te refereeren. Dies stelde het als bijschrift de vrij-onnoo- zele vraag, wat zulke bezoeken, zulke .,milltaire demonstraties", toch eigen lijk te berteekenen hebben. Geheel in de lijn dus van de ruim- Wikkende roode Maasstad-politiek, die de wereld een stap nader tot den vrede denkt te brengen door dergelij ke beleefdheidsbezoeken heel onbe leefd af te wijzen met de boodschap, dat wij Nederlandsche „ontwape- naars" geen oorlogstuig meer kun nen zien. Aldus het risico loopend, dat wij onheusch inbreuk makend op wat voorlóopïg nog wel tot den interna tionalen bon ton zal blijven behooren voor het vriendschappelijk ver keer rivet de andere naties meer na- dan voordeel zullen bereiken: en ons derwijs. weer eens volkomen waardig tooneml den roemruchjen titel van Chineesden van Europa. Eén ding is ons toch niet duidelijk. De „Voorwaarts" heeft nog zoo pas verklaard, dat er voor verschillende andere landen dan het onze alleszins reden bestaat er een weermacht op na te ^houden. Ligt het niet voor de hand, 'dat wij ten aanzien van deze van roode zijde meer begunstigde naties .een uitzondering maken? Een bof is het. wel voor mej. Groeneweg, ;dat de Ooslenrijksche partijgenooter. naast hun door de „Voorwaarts" ge 'tolereerde leger, uiteraard aan een vloot geen behoefte gevoelen. Het zou tot eigenaardige consequenties aan leiding kunnen geven. KERK EM SCHOOLT NED. HERV. KERK. Berjoep-eji: (tcez.) t.- Yisvlist-Pk- ïerzrjl. H. 0. Th. rtav;steijn tc Midwalda (thatt .Winschoten). Bedajikt: Voor Sluipwijk, A. "V. d. iWat'tjeJjtgnaatsi'wcnule. ■\e'f GEREF. KERKEN. Tweetal: Te Mêuwdorp, J. J.B&u- C&Ü te ürk en \V. H. v. d. v'egt ia J>r. Compagnie. Beroepen: Te Njeuwerkerk a. d. (Jssel, H. Al. Ploeger te Appelscha. 'Ie Almelo (2de Pred.pl.), J. van Herkreu te Hillegom. Te Maiiskerke, E. B;ukema te Nijawaer. Te Barendrecht, J. Oostar- veen. te Wilnis. Te Nieaiwdorp, W. H. v. d!. Vegt te i>r. Compagnie. Aa.ngenomen: Naar llussen en Meeuwen, J. Al. Spier, Cand. te 's-Gra- venbaec-, B eet a n k*t: Voor Ternaard, Engwïe- um en Ottobnd, J. M.' Spier, Cand. te 's-,Gravenhagt. CHR, GEREF. KERK. ■Tweet al: Te Haarlem (2e Pred.pl.) H. Hoogendoorn te Bui}schoten en J. L. de Vries te Rijnsbiirg. 4 EVANG. LUTH. GEM, Beroepen: Te Groanlo, P. H. Eor- gels Jr., Prop. te Amsterdam. BEVESTIGING, INTREDE EN AFSCHEID. Ds. W. Steunenberg hoopt 29 Augus tus, 's avonds 7.30 uur in de Putsche- FEUILLETON. E®n episode uit de geschiedenis van de Christenen op het Sinaltisch Schiereiland omstreeks het jaar 300. '39. 0— Wat kon hem Sirona schelen! In 'de opwelling van het oogenblik had hij overmoedig zijn, lot aan het hare geketend. Twee jaren geleden was. een zijner kameraden te Arelate bij hem gekomen, en had verteld, terwijl hij in den kring zijner vrienden zat te i drinken, dat hij getuige was geweest van een merkwaardig tooneel. Een aantal jongens hadden een knaap omsingeld, en dezen gruwelijk gesla gen; waarom, dat wist hij niet. De kleine had zicli dapper geweerd, maar moest voor de overmacht zwich ten. Plotseling, zoo vertelde de sol daat, ging de deur open van een huis in de nabijheid van den circus. iEen meisje met lange blonde haren stormde naar buiten, joeg al die jon gens op de vhicht en bevrijdde den mishandelde, itaar broeder, van zijn kwelgeesten. „Het meisje zag er uit als een leeuwin", had hij die het ver haalde uitgeroeypen. „Zij heet Sirona, en onder de mooie meisjes van Are late is zij zonder twijfel de schoonste" Die woorden werden door velen der aanwezigen bevestigd. Doch Phoebi- jpleink'erk van de Geref. Kerk te Katen- clrecht zijn intrede te doen. r HERDERLOOS. Nu Ds. J. H. Telkamp het beroep naar Utrecht heeft aangenomen, staat de Geref. Kerk van Middelburg voor de voorziening van. drie vacatures. In de vacature van Ds. L. Bouma, die in 1925 eervol emeritaat ontving, kon door bedanken van beroepen pre dikanten nog niet worden voorzien, terwijl Ds. R. Hamming juist dezer da gen het'beroep naar Nijverdal aan nam. In verband daarmede blijft Ds. Tel kamp nog tot Januari te Middelburg, GODSDIENSTONDERWIJS. Tot Godsdienstonderwijzer te Gorre- dijk is benoemd d;j heer D. Tamminga, thans huisvader in het Tehuis voor Mili tairen te Kampen. ETHISCHE VEREENIGING. Het derde referaat over de navol ging van Christus heeft Ds. Adriani op den laatsten dag der Zomerconfe- rentie te Lunteren gehouden, en wel over „de navolging van Christus in het persoonlijke leven". Spr. teeken- de verschillende typen, die dit ge poogd hebben, en noemde allerlei be zwaren tegen deze wijze van doen. Zij is niet mogelijk. De bergrede is niet te verwezenlijken als men staat in zijn gezin, werk, gecompliceerde maatschappij. Gemeten aan God3 oordeel kan het zeker niet. En kon het al, ik kan het niet, want ik ken mijn kracht. Bovendien is het het volle evangelie niet, want dit is niet in de eerste plaats eisch, maar gave Gods, boodschap van zaligheid. Ook is verder het letterlijke navolgen de bedoeling niet. Niet Christus' leven copieeren, maar leven met Hem, Hem toebehooren. Maar tochtoch laat het ons geen rust, ook al kunnen we het niet. Ja, wij willen den eisch zelfs niet van ons ai zetten, want Christus staat er achter. Het moet de spanning in ons leven zijn, al weet ik niet wat ik er mee doen moet, want ik wil Christus niet kwijt. Eerst komt het Evangelie, dan de wet. Eerst kinderen Gods, dan navol gers. De voornaamste vraag is dus, of men Hem toebehoort. Dan zal het na volgen zich in verschillend leven ver schillend openbaren, als men zich door den H. Geest laat leiden. Maar de spanning mag nooit verdwijnen. PRAEPARATOIR EXAMEN. De heer M. Zijlema, te Ten Post, is door.de classis Appingedam beroep baar verklaard in de Geref. Kerken. VOORZICHTIGHEID MET KERK- GOEDEREN. Het Provinciaal College van Toe zicht te Groningen heeft aan de Ker- lceraden der Ned. Herv. Gemeenten in de provincie de waarschuwing ge richt, geen relaties aan te knoopen met kooplieden, die xrachten roeren de kerkegoederen van oudheidkundi ge of historische waarde van de kerk voogdijen aan te koopen, alvorens ad vies in te winnen van en overleg te plegen met dit College en met het Museum van Oudheden voor de Pro vincie Groningen. DE KERKEN VAN HET HERSTELD VERBAND EN DE SYNODE TE GRONINGEN. Wij vernemen dat de Geref. Kerken van hei Hersteld Verband zich met een „Getuigenis" zullen wenden tot de sy node- der Geref. Kerken, die begin dezer (maand te Groning&n bijeenkomt. De 'commissie., aan welke door de medio Juni te Zandvoort gehóuden classical? vergadering opdracht gegeven was tot het samenstellen van dit getuigenis, is dezer dagen met haar arbeid gereed ge komen. LUTHER IN DE R.E. KERK. Te Graupen in Rohemen doet zich een 'zeer eigenaardig geval voor. Verleden jaar is daar namelijk in de R. K. St (Annakerk bij gelegenheid van de» „groote Schoonmaak" ontdekt, dat ach ter een kalklaag een' geschilderde beelte nis verborgen moest zijn. Een deskur? cius, die toen juist onder de Mitras- vereerders den graad van leeuw had verkregen, en zich gaarne „leeuw" hoorde noemen zeide: „Ik zoek reeds naar een leeuwin, thans heb ik haar, meen ik, gevonden. Phoebicius en Si rona dat zijn twee namen, die heer lijk samen passen!" Den volgenden dag vroeg hij haar aan haren vader tot vrouw, en daar hij binnen weinige dagen naar Rome moest vertrekken, werd de bruiloft in haast gevierd. Zij had Arelate nooit verlaten, en wist dus niet wat zij prijs gaf, toen zij het ouderlijk huis misschien voor altijd vaarwel zeide. Phoebicius vond zijn jonge vrouw in Rome terug. Mochten daar velen zijn schoone ga de bewonderen en zich. in haar gunst trachten te dringen, voor hem was zij toch maar een schat, die hij zich ge makkelijk verworven had, en waar aan hij dus weinig waarde hechtte; ja, die hij weldra beschouwde als een lastig sieraad, dat moeilijk te bewa ken was. Toen de schoone vrouw ook de aan dacht had getrokken van den legaat, beproefde hij haar dienstbaar te ma ken aan zijn eigenbelang, en door haar bevordering te erlangen; doch Sirona had Quintillus zoo beleedi- g'end en zonder genade afgewezen, dat de man, die de eenturio dacht te gebruiken, zijn vijand werd, en zijn verplaatsing naar de afgelegen RECLAME Zonnebrand DIIDI en Smetten J rUltUL dige uit Teplitz werd spoedig er bij ge haald'. Voorzichtig werd de kalklaag ver wijderd; stuk voor stuk werden tie ge reinigde dee Ie n, waar blesk dat een kunstzinnige schildering voor den dag zou komen, zoo goed mogelijk gec-on* gierveerd eri eindelyk. toen de arbeid de voltooiing naderde en identificatie mo ïgelqk was. was vast te stellen, dat do schildering... Luther voorstelde. Het bleek inderdaad een prachtige schild- ring; Luther, nagenoeg levensgroot, do beenen wijduit vast in den bodem g» plant, de vuist, op de borst, met fel rechtuit op den kansel blikkende oog en. iSpceclig was de ontdekking in Praag be kend; en dadelijk kwam het bevel van de commissie voor de gedenktekenen dat de beeltenis niet verwijderd mocht werden En zoo staat daar dan nu Luther recht - tegenover den R. K. kansel'. De schild» ring moet tusschen- 1590 en 1600 ver vaardigd zijn," Vroeger is deze kerk pro- testantsch geweest." Ce laatst» evange lische godsdienstoefening is er in 1628 giehcuden. De kerk wordt thans een protest, bedevaartplaats. GEWONE EN BUITENGEWONE KRUISEN. Uit een artikel van Ds. Stegenga in het Amsterct. Predikbeurtenblad knippen We het volgende: Men heeft allen een kruis en de kruisen zijzi onderscheiden. Er zijn van die gewone kruisen, die ieder inensch ook werkelijk kruisen vindt én iedereen heeft medelijden met u, misschien zelfs wel drie da gen lang. Zqo'b.v.. als de dood uw vrouw van uw zijde wegrukt of uw kindje, dat pas begon te loopen, uit zijn'bedje, wegsteel! Dan doen de menschen zelfs hun zwarte pak voor u aan en schenken li uit de volheid hunner harten rouw beklag. Gij krijgt kaartjes met „p.c." welnu wat wilt ge nog meer? Dat rouwbeklag duurt soms wel drie dagen, maar als na een maand 01 een jaar de smart, in u nog gloeit als een vuur, als ge 't maar niet heb ben kunt.dan spreekt niemand er meer over, en: gij hebt niemand. Maar, daar zijn ook buitengewone kruisen, die niemand weten mag, stil verborgen zwoegt rnen er onder, want de menschen zouden heusch boos worden, als-zij uw kruis kenden of ,nog erger er zich vroolijk óver maken. Men heeft het kruis der jongen: de bittere strijd om rein te leven, ze kuil nen het niet altijd, en durven het niet zeggen. .Stel u voor, zoo iets on fatsoenlijks! Ze hebben niemand. En men he.eft een- -kruis der ouden, die als de Jan Jansens van: Nicoiaas Beets, zitten met een kleinkind op de knie; en dan zegt de kleine dreu- mes: Weet u wel, grootvader, wat tante gister tegen moeder zei: Het Was heter, als u een kamertje kreeg onder de gToene zoden". Daar is een kruis der eenzamen op huh kamertje: Waarvoor leven ze nu nog? Alleen, collectanten en belasting ambtenaren wéten waar ze wonen. Daar is een kruis van fatsoenlijk verborgen armoede, en als ge oplet, leunt go zien dat zij, die het dragen, "s avonds het brood opzoeken, heime lijk, dat de openbare armoede, die 't om geld voor jenever te doen was, heeft weggegooid. Daar is een kruis der rijken: Een zaam zijn ze op de wereld, immers, wie heeft hen lief, doen hun vrienden 't niet om geld? O, die verborgen kruisen! HUMOR VAN DE CATECHISATIE. Ds. C. F. Westermanri schrijft in „De Wartburg" o.m.: Een predikant riep, om een der meergevorderde leerlingen op gang te helpen, die het antwoord niet wist op de vraag: „waar was Augustinus bis schop?" aanmoedigend uit: „kom dat was te Hip-Hip-Hip". „Hoera!" case, die met een verbanning gelijk stond, wist te bewerken. Sedert dien tijd beschouwde hij haar als zijn vijandin, en meende hij, dat zij met voordacht zich het vriendelijkst toonde jegens hen, die hem een af keer inboezemden. Onder hen waar aan hij liet meest hekel had, rekende hij ook Polycarpus. Wederom viel de klopper op Petrus' deur. Thans ging zij open en de sena tor stond met een lamp in de hand tegenover den woedenden eenturio. ELFDE HOOFDSTUK. De arme Paulus zat voor de deur van den senator op een steenen bank en beef do .van de koude; want hoe meer de morgen naderde, des te kil ler werd de nachtlucht, en hij was zoo gewend aan zijn warm schaaps vel, dat hij aan Hermas geschonken had. Hij hield den sleutel van de kérk, dien hij volgens zijn belofte aan don deurwaarder bij Petrus zou af geven, in de hand, en durfde de sla- penden niet wekken. „Wat is dit een zonderlinge nacht!" prevelde hij in zichzelven, terwijl hij zijn gescheurd onderkleed dichter om zijn leden trok. „Doch al was het warmer en zat ik, in plaats van in de zen doorschijnenden lap, in een zak vol vederen, dan zou mij toch een koude rilling door de leden varen, wanneer de hclsche geesten, die hier ronddwalen, mij nog eens tegen- antwoordde de leerling, i. p. v.. gelijk de predikant beoogd had, Hippo te zeggen. „Hoe heette .de zoon van. Jacob, die als slaaf naar Egypte verkocht werd?" Zoo vroeg ik eens een niet zeer snug- geren leerling. En toen hij het ant woord schuldig bleef en ik hem tege moet kwam.door te zeggen: wel, net als je buurman, de jongen die naast hem zat, heette n.l. Jozef van zijn voornaam, antwoordde hij prompt: „Mulder". Onbewust geestig was wat de cate chisant zeide, die, toen de predikant vroeg: ,vvaarom maakten de Israëlie ten een gouden kalf?" dadelijk repli ceerde met: „omdat zij geen goud ge noeg voor een. koe .hadden". BINNENLAND. WAALHAVEN EN BEN HAAS. Ofschoon liét Handelsblad in offici- eele kringen geen inlichtingen kon verkrijgen, meent het blad zich niet te vergissen, wanneer zij. mededeelt, dat men in de Residentie denkt te kunnen afzien van den aanleg van een eigen vlieghaven voor Den Haag, wanneer een nieuwe weg tot stand zou kunnen komen, welke een directe, snel le verbinding voor autoverkeer moge lijk zou maken tusschen Den Haag en Waalhaven. In die richting moet se dert eenigen tijd de oplossing van het vraagstuk van een vlieghaven voor de Residentie worden gezocht. De overwegingen, waarop men thans in Den Haag bereid moet wezen van een eigen vlieghaven in de onmiddel lijke omgeving van de stad af-te zien, zijn, dat drie vlieghavens, zoo dicht bij elkaar gelegen, in een klein landje, als het onze bij een. zoo snel verkeer als het vliegverkeer, meer nadeel dan voordeel zouden meebrengen en dat Den Haag. wanneer eenmaal een goe de wegverbinding wordt verkregen in dezelfde positie komt te verkeeren als Parijs met Le Bourget en Londen met Croydon en andere Europeesche ste den met hun eenigszins verwijderd ge legen vlieghavens. ZIEKTEN NA VACCINATIE. Op de. vragen van de Tweede Ka merleden Krijger en Kersten betreffen de het optreden van ziektegevallen met en zonder doodelijken afloop na inenting met koepokstof, heeft minis ter Slotemaker de Bruine o.m. geant woord, dat noch hier te lande, noch in het buitenland, waar zich hetzelfde verschijnsel voordoet, een stellige mee ning bestaat omtrent de oorzaak van de ziektegevallen. Men is nergens ver der gekomen dan tot eenige hypothe sen, die met enkele gronden van waar schijnlijkheid kunnen worden bepleit, maar geen van alle. zoo gefundeerd zijn. dat zij als basis voor regeerbeleïd bruikbaar zijn. De rijksorganen, t.w. de hoofdinspee teur, de directeur van het Rijks Sero- logisch Instituut prof. dr. H. Alders- hoff, het hoofd van de bacteriologi sche afdeeling van het Centraal Labo ratorium voor de Volksgezondheid, be nevens de koepokinrichting te Amster dam, werken reeds maandenlang in nauw contact samen om tot een oplos sing van de moeilijke vraag te komen. De commissie van den Gezondheids raad voor de besmettelijke ziekten houdt zich geregeld op de hoogte van den stand van het vraagstuk en advi seert de regeering. Volledigheidshalve wijst de minister er op. dat van de verstrekking van een niet onschadelijk vaccin tot dus ver niet kan worden gesproken. Im mers entingen met op dezelfde 'wijze bereide en gedistribueerde stoffen ga ven. vóór 1924, voor zoover de waar neming reikt, nooit aanleiding tot ziek teverschijnselen. en van 1924 af wer den die verschijnselen na zeer veel en tingen niet, na een kléine minderheid wel waargenomen. Dit wijst er op dat er andere, helaas nog niet ontdekte, factoren in het spel zijn. Voorts deelt minister Slotemaker de Bruine mede, dat de waarneming,van gevallen van encephalitis post vacci na tionern zich uitstrekt over%de jaren 1924, 1925. 1926 en 1927. In dien tijd zijn in totaal 118 gevallen van aandoe- luvamen. -Nu heb ik het met eigen oogen gezien. Uit de oase vliegen de demonen in vrouwelijke gestalte den berg op, om ons in den slaap te kwel len en te verleiden. Wat toch dat vliegend spook in dat witte kleed met die loshangende haren wel in de ar men hield? Misschien "den steen, die liet, als wij de nachtmerrie hebben, ons op de borst wentelt. Die andere scheen wel te vliegen, maar vleugels heb ik toch niet gezien. In dit zij gebouw woont zeker de Galliër met zijn eerbare vrouw, die den armen Hermas in hare strikken heeftge vangen. Zou zij werkelijk zoo: schoon zijn? Doch wat weet die jongen, die te midden van rotsen is opgegroeid, van de aanvalligheid der vrouwen! l)e eerste de beste', die hem vriende lijk aanzag, heeft hij zeker voor de schoonste gehouden. Zij is bovendien blond en dus een zeldzame vogel on der al die bruin geblakerde tweebee- nige woéstijnprodueten. De eenturio heeft stellig het schaapsvel nog niet gevonden, anders zou het hier zoo stil niet zijn. Terwijl ik hier zit te wachten heeft eens een ezel gebalkt, eens een kameel gebruld, en daar kraait reeds de eerste haan. Maar ik heb nog geen geluid uit een menscne- lijke-n mond vernomen, niet eens het snorken van den grooten senator en zijn lieve Dorothea, en het zou toch wel wonder zijn als beiden niet snork ten". AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 2 Augustus 1927. Te Barchem, het lieflijke rustoord op de Overijsselsch-Geldersche grens, is op een begroeiden heuvel door de Sociaal-Democraten een cursus ge houden. Dat was nu niet eens een recruten- school foei hoe leelijk vyoord voor S.D.A.P.-ooren, maar niettemin vol komen juist maar een cursus tot verdieping van de socialistische ge dachten. Mevr. PothuisSmit is er geweest en vertelt er van in „Het Volk". Er is gesproken over: „Politiek en Wereldbeschouwing", over: „Socia lisme -en Idealisme", over: „Invloed van het Socialistisch streven op het dagelijksch leven", maar ook over? „Geloof en leven". Daarover sprak een zeker G. C. van der Horst, die stelde volgens het ver slag, de vraag: „Of de mensch die van dogmatisch geloof niet meer wil weten en die ook niet bevredigd is met een vage illusie, die op het ge voel berust, of die mensch door zijn geloof kan komen tot waarheid, tot zekerheid. Voor de beantwoording van die vraag wees hij op de natuur, waarin alles streeft, naar de verwe zenlijking van eigen doel, waarin het ordenend b.eginsel overal 13 op te merken. Ook de mensch streeft naar het volkomene, en in die worsteling naar het volmaakte, welke in de gan- sche schepping is waar te nemen, kan ons geloof midden in het leven worden geplaatst, en voert het den mensch tot idealisme". Is hét niet alsof wij hier zien de rijke jongeling, die tot Jezus komt on waarvoor Christus ten slotte slechts één middel tot behoud heeft: Ga heen verkoop al wat gij hebt. Moet hier ook niet alles worden overboord gegooid en het eene ledig weer worden aangevuld. Een mensch die van het dogma tisch geloof niets meer wil weten.... komt nooit tot een zaligmakend ge loof. OBSERVATOR. ning van hét centraal zenuwstelsel waargenomen. Hierbij wordt opge merkt, dat per jaar ongeveer 150.000 inentingen plaats vinden. De verhou ding van de ziektegevallen tot de in entingen (van 1924 tot dusver geschat op 550.000) is dus 0.21 per duizend. Gevallen van andere ziekten, bij bij welke oogenschijnlijk een samen hang met een te voren verrichte vacci natie moet aangenomen worden, zijn niet waargenomen. Wel is waargeno men, dat encephalitis-verschijnselen zich voordeden na griep, mazelen en andere ziekten. De entstof was in hoofdzaak afkom stig uit de koepokinrichting te Am sterdam, maar ook uit de inrichtingen te Rotterdam en Groningen. Verschil in stof bestond er tusschen de 3 in richtingen niet. Ten slotte is de minister van mee- ning, dat er voor instelling van een speciale commissie geen aanleiding is. De Commissie van den Gezondheids raad geeft al wat noodig is ten deze. Intusschen heeft de Minister reeds maatregelen genomen om de verstrek king van een bacterieel steriele ent stof te verzekeren. IS HET STATION ALKMAAR ONVEILIG? Een reiziger in den badtrein naar Bergen, die in een coupé was gezeten, dichtbij de plaats, waar Zaterdag de rangeerder Bos werd doodgedrukt, deelde mede. dat iemand van het spoorwegpersoneel, naar hij meent 'n. machinist, na het ongeluk tot hem zeide; ,,'t Verwondert mij niets, dat hier een ongeluk is gebeurd. Drie we ken geleden nog heb ik er schriftelijk op gewezen, dat in het Station Alk maar voor de veiligheid niet voldoen de gezorgd wordt." Deze zegsman zag het ongeluk aan komen; hij zag de locomotief door den verkeerden wisselstand rijden en riep den rangeerder nog toe zich te ber gen. maar het was reeds te laat. 1-Iij stond op en ging aan het ven ster van Phoebicius' woning staan, om te luisteren dooi- de half geopende luiken. Doch bij de Galliërs was alles stil. Een uur geleden had Mirjam ge luisterd naar hetgeen er in Sirona's woning voorviel. Zij was, nadat zij het verraad gepleegd had, Phoebicius \an verre gevolgd, en door den stal ih den hof van den senator geslopen. Zij moest wetèn wat daar binnen voor viel en welk lot de woedende Galliër Hermas en Sirona zou doeii onder gaan. Zij was op ailes voorbereid, en de gedachte dat de eenturio mis schien tegen beiden het zwaard zou hebben getrokken, vervulde haar met een gevoel van bitterzoet welgevallen Thans zag zij licht door de opening van de Juiken, die maar even tegen elkander waren geslagen. Zij verwij derde de houten blinden voorzichtig van elkaar, en trok zich daaraan met alle kracht op, terwijl zij haar naakten voet tegen den muur zette. Daar zag zij Sirona op haar bed over eind zitten, en tegenover haar den Galliër met vertrokken gelaatstrek ken. Vóór zijn voeten lag het schaaps vel. De doodsbleeke man hield de brandende lamp 'in zijn rechterhand. Het licht viel op het plaveisel vóór het bed van Sirona, en weerspiegelde juist in een groote donkerroode vlek. „Dat is bloed", dacht zij huiverend, en sloot de oogen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5