NIEUWE LEIOSCHE COURANT Niets menschelijks vreemd van MAANDAG 1 AUG. 1927 TWEEDE BLAD. WAT DE BLflBEH TEGGÊN. Ij* Reizen op Zondag. De Heer Th. H. v. Oost Sr., secreta ris van het Comité voor Zondagsrust, schrijft aan de „Rotterdammer": Aan alles is merkbaar, dat wij de vacanties ingaan. De spoorwegen lokken door extra reclame tot reizen. Bijzondere, goert- koope gelegenheid wordt benut om 't publiek te trekken. Wij kunnen dit streven toejuichen. Wij zouden gaarne zien, dat uit alle rang en stand zooveel mogelijk kan worden geprofiteerd van alles wat mooi en schoon is in Gods schepping. Ja, gaarne zouden we er getuigen van willen zijn, dat ook zij, die de las ten des levens hebben te torsen het gansche jaar door, ook wat meer kon den profiteeren van het zilte nat over duin en dijk. Wij zouden het mee willen bevorde ren, dat de inademing van het stads- stof eens kon worden ontvlucht, om de dennelucht bij volle teugen naar bin nen te halen. Wat Wij echter gaarne zouden wil len beteugelen, dat is het misbruik ma ken van reizen op den dag der ruste. Dit is des Heeren dag, waarop alles u van God vertelt. Wie aan dezen dag meer waarde hecht dan een gewonen rustdag, zal zich bedroeven om wat hij, rondom zich ziet gebeuren. Het zal daarom dienstig zijn, dat wij met onverflauw- den ij v err blijven aandringen op bevor dering van de Zondagsrust. Voor zoo'n exodus uit de gr.oote ste den met tram, spoor en boot moet heel wat dienstpersoneel worden geëx ploiteerd. Daarvoor moet menigeen zijn eenigste vrije dag in den huise- Iijken kring worden ontnomen. Wij weten, dat er duizenden met ons op het standpunt staan, dat bevorde ring van de Zondagsrust een weldaad 'in zich sluit. Wij willen mee de Zon dagsrust bevorderen, om daardoor te komen tot Zondagsheiliging. Wij zouden echter al dankbaar zijn, indien in deze vacaaitie-periode alle voorstanders van Zondagsrust hun propaganda voor deze schoone zaak ijverig' doorzetten. Ook^ dan, wanneer men buiten de dagelijksche sfeer van het leven zijn vacantïe geniet, is nog zooveel voor 't bevorderen van Zondagsrust te doen Allereerst mogern we verwachten, dat de kenners van het vierde gebod het goede voorbeeld zullen geven. Vervolgens kunnen wij daar, waar wij met andere gasten verkeeren naast het te geven voorbeeld de goede, zaak bevorderen. In het. licht der feiten, hoe anderen met hun gezin worden gedupeerd, zal uw kracht gelegen liggen. Welaan dus, gij allen, die de rust gaarne voor uzelf begeert, bevordert de Zondagsrust ook voor anderen, door daad en woord. Heel heft maatschappelijk leven kan er wel bij varen. Wij rekenen op aller steun voor het ideaal zooveel mogelijk: „Rust op den I Zondag". Sen uit vele. Sjjort en waaghalzerij, zoo lezen wij in „Ons Schild", grenzen dicht aan el kaar. Beoefening van de sport leidt zeer dikwijls tot handelingen die met de benaming waaghalzerij worden beti teld. Dit zit zelfs de kinderen al in het bloed. We zijn daaraan zooeven herinnerd. We gingen per tram huiswaarts. In een der lange straten kwam een, jongetje van zeker niet ouder dan 9 jaar naast de tram rijden en probee- ren de tram bij te blijven. Dit gelukte met inspanning van alle krachten vrijwel. Om passeerende auto's en personen te ontwijken, moest hij telkens rake lings langs de tram rijden. FEUILLETON. Een episode uit de geschiedenis van de Christenen op bet Sinaïtisch Schiereiland omstreeks het jaar 300. 38 o— De verwarring van al die schijn- beeklen, waarin hij te vergeefs eenige klaarheid zocht te brengen, dreigde hem krankzinnig te maken, en hij slaakte een luide zucht. Het geluid zijner eigene stem bracht hem in de werkelijkheid terug. Hij was Phoebicius en geen ander, dat wist hij nu, en toch gelukte het hem nog nifjt geheel en al zich in de werkelijkheid te huis te gevoelen. Het be-aJ.d van de schoone Glycera, die hem. naar Alexand'rië gevolgd was, en vlie hij daar had verlaten, na dat hij zijn laatste stuk geld en haar kostbare sieraden in de Grieksclie stad Verbrast had, verscheen niet al leen t/elkens weer voor zijn oogen, maai? altijd en altijd weder naast dat van 'zijn vrouw Sirona. 1 Gl'ycera was een droefgeestig liefje gevveest, dat veel had geweend en werinig gelachen, sedert zij haren ecJitgen-oot had verlaten. Hij meende thans ook zachte verwijten van hare lfppen. te hooren, terwijl Sirona hem met kiide bedreigingen tegemoet was gekctfnen, en het gewaagd had den zoon van den senator, Polycarpus, De inzittenden vreesden ieder oogen- hlik een ongeluk. En niet ten, onrechte. Op een gegeven moment kwam hij in aanraking met een passeerende sla- gersfiet.s, zwenkte terzijde en smakte tegen den grond. Èr onder, werd in de tram geroepen. De bestuurder stopte onmiddellijk. De zandbak werd gebruikt. En? Gelukkig, het viel mee. De fiets was verbrijzeld. En de jeugdige berijder lag met ge scheurde kleeren en licht gewond over den grond. Goed afgeloopen, aldus was aller oordeel. Het scheelde maar een haartje of een jeugdig leven was afgesneden. En waardoor? Door eigen roekeloosheid. Door waaghalzerij. En, wie het beweeg op "de publieke wegen gadeslaat, die zal zonder eenige reserve toestemmen, dat het geconsta teerde feit is een uit vele. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen, te Sommelsdijk: C. J. v. d. Graaf, te Ameide.Te Oene: B. G. C. Steenbeek, te Wierden. GEREF. KERKEN. Tweetal, te Hoek van Holland: D. Brenner te Bruinïsse-Oosterland; en C. A. Vreugdenhil, te Gramsbergen Aa ngenomen, naar Utrecht (vac. Dr. J. C. de Moor): J. H. Tel- kamp, te Middelburg. CHR. GEREF. KERK. Beroepen, te Schiedam: ,W. Bij- leveld, te Haarlem. BEVESTIGING, INTREDE EN AFSCHEID. De bevestiging en intrede van Mr. J. F. D ij k s t r a, em.-predikant te 's-Gravenhage bij de Ned. Herv. Gem. te Hedel zal plaats hebben op Zon dag 4 Sept. a.s. Als bevestiger zal op treden Dr. J. D. de Lind van Wijn gaarden, van De Bilt. Het afscheid van Ds. A. T a p, van de Ned. Herv. Gem. te Schiedam, wegens bekomen emeritaat, is bepaald op Zondag 25 September a.s. Ds. P. v. WILLENSWAARD. Wegens voortdurende ongesteld heid heeft Ds. P. v. Willenswaard, Ned. Herv-, predikant te Krimpen a. d. ÏJsel, eervol emeritaat aange vraagd. Ds. v. Willenswaard, die lid is van het Prov. Kerkbestuur van Zuid-Hol land en scriba van dén ring Schoon hoven, werd in 1864 'geboren en in in 1890 candidaat in Drente, waarna hij zich 26 October van dat jaar ver bond aan de gemeente, die hij nu bij kans 37 jaar diene4 mocht. Ds. M. C. J. WANROOY. Ds. M. C. J. Wanrooy, Ned. Herv. predikant te Hempens en Teems (Leeuwarderadeel) is voornemens eervol emeritaat aan te vragen. Ds. Wanrooy werd in 1855 geboren en in 1882 candidaat in Zeeland, om 10 Sept. van dat jaar te Nieuwland bij Gouda het predikambt te aanvaar den. Vandaar vertrok hij in 1887 naar Vlagtwedde, welke standplaats in 1892 met Markelo werd verwisseld. Sedert 13 Nov. 1898" dient Ds. Wan rooy, die 45 dienstjaren heeft, zijn te genwoordige gemeente. DE GEREF. KERK VAN UTRECHT. Naar de Stand, verneemt hoopt Ds. J. H. Telkamp die het beroep naar de Geref. Kerk van Utrecht aannam, zich in Januari van het volgende jaar aan de gemeente te verbinden. Tot dien tijd heeft Ds. Telkamp uitstel gekre gen. DE GEREF. KERK IN H. V. TE ZAANDAM. Op Donderdag 18 Augustus a.s., des avonds te half acht zal het nieuwe kerkgebouw der Geref. Kerk in H. V. te Zaandam aan het Hazepad in ge- door beloften tot zich te lokken. De afgematte droomer verzamelde in woede al zijne krachten, balde de vuisten en stond dreigend op. Deze beweging was het eerste tee- ken, dat de veerkracht van zijn li chaam begon terug te keeren, en na dat hij, evenals iemand die uit den slaap wakker wordt, zijne leden had uitgerekt en zijne oogen uitgewreven, drukte hij de handen tegen zijn sla pen. Langzamerhand kwam hij weder tot zijn volle bewustzijn, en begon hij zich te herinneren, wat hij in de laatste uren had doorleefd. Hij ver liet nu dadelijk het donkere vertrek, versterkte zich in dé keuken met een teug wijn, e'n plaatste zich voor het open venster om naar de sterren te zien. Het uur van middernacht was lang voorbij. Hij dacht aan zijn gezellen, die thans op den berg offerden, en richtte een lang gebed „tot de kroon", „den onoverwinnelijken zonnegod", „het groote licht", „den god uit de rots", of hoe hij Mithras ook noemde. Want sedert hij behoorde tot de inge wijden van deze godheid, was hij hij zonder ijverig geworden in het gebed, en kon hij het vasten buitengewoon lang uithouden. Hij had reeds vele van de tachtig proeven doorgestaan, waaraan ieder zich onderwerpen moest, die in hoogeren graad wilde opgenomen worden, en de zwakte, die hem ook heden overmeesterde, had hij voor het eerst ondervonden, bruik worden genomen. Ds. J. C. Aal- ders, Ds. J. J. Buskes en cand. G. W. van Deth zullen daarbij het woord voeren. EEN GOUDEN JUBILEUM. Gisteren herdacht de heer G. S. Bakker den dag waarop hij de Geref. kerk van Bergum gedurende 50 jaar als organist heeft gediend. GIFTEN EN LEGATEN. Dr. F. Van Gheel Gildemeester, Ned. Herv. predikant te 's-Gravenhage, ontving voor den bouw der tiende kerk aldaar, een gift van 6000, van denzelfden N. N., die onlangs 4000 gaf. Voor zijn Chr. Volksbond ontving Dr. Gildemeester een gift van 1000. KERKBOUW. In de in de vorige week gehou den vergadering van den Kerkeraad der Geref. Kerk van 's-Gravenhage- West kwam ter tafel een schrijven van de commissie van beheer, ter be geleiding van het advies van de com missie van beoordeeling der ingeko men ontwerpen voor kerkbouw, waarin den kerkeraad werd voorge steld dit advies op te volgen en als architect voor den bouw aan te wij zen den heer B. v. Heyningen aldaar, die naar het oordeel der commissie het besté ontwerp heeft ingeleverd. Het is met volkomen eenstemmigheid in cle telde commissies aanvaard. 16 ontwerpen waren ingekomen. De be oordeel jïig daarvan èh van "de "daarbij overgelegde begrootingen der bouw kosten is gebaseerd op een nauwkeu rig onderzoek, onder Teiding van den architect Tjeerd Kuipers te Amster dam. Daarna werden de 3 beste ont werpen bezichtigd. De kerkeraad ver- eenigde zich na eenige discussie met algemeene stemmen .met het voorstel der commissie van beheer. Alle inge komen ontwerpen met het rapport der commissie zullen ter visie worden gelegd van de inzenders. GNVERRICHTERZAKE HUIS WAARTS Na een oneenigheid met den Kerke raad der Dordtsch-Gereformeerde ge meente te Rijssen, weigerde een van elders gekomen predikant een dienst in het kerkgebouw te leiden. Een poging van den Kerkeraad, om den predikant te bewegen een hoogen hoed op te zetten, faalde De kerkgangers konden onmiddel lijk naar huis terugkeeren. De oneenigheid staat, naar gemeld wordt, mede in verband met het feit, dat de predikant een gleufhoed draagt terwijl die gemeente alleen maar den hoogen hoed of de „steek" als waar dig hoofddeksel voor een predikant erkent. tZoo iets is in Rijssen mogelijk, dat al jaren dén naam heeft van alleszins meer dan godsdienstig te zijn. PROTESTANTISME EN KATHOLICISME. In het Geref. Kerkblad van 's-Gra venhage komt een brief uit Trier voor, waaraan wij het volgende ontleenen: Nadat ik den Zondag heb uitgerust, van mijn voetreis langs den Rijn. in een christelijk familiehotel, zooals men die hier vele vindt (waarom zou men in ons christelijk Holland zulke instellingen niet hebben?) ben ik in een boemeltreintje door het Moezel dal gespoord. Opzettelijk nam ik de zen sukkelaar om met langzame teu gen de schoonheid van dezen tocht in te kunnen drinken. En nu zit ik dan alleen in het oude Trier. Gisteren ging ik, bij gebrek aan Ge reformeerde prediking naar de Ev. Lu- tersche Kerk endaarna naar de R.K. kerk, (Ik zie U reeds waarschu wend de vinger opheffen als ge dit leest.) Enuw haren zullen uw vinger opwaarts volgen: ik was ont sticht in de eerste, en bijzonder ge sticht in de laatste. De magere, Luthersche predikant raffelde een preek af waar geen leven in zat en een vreeselijk dikke pater in wit gewaad hield een aangrijpende ernstige preek tot de jeugd die af dwaalde van den levenden en levenver wekkenden Heiland. toen hij, om den leeuwengraad te ontvangen, zich dagelijks gedurende een gansche week uren lang in do sneeuw had neergelegd, om daarop ten strengste te vasten. Sirona's ge zond verstand had een afkeer van al deze oefeningen, en daar zij beslist weigerde daaraan deel te nemen, was de kloof nog grooter geworden, die haar van haar gemaal scheidde. Het was Phoebicius op zijn manier echter volkomen ernst met ai deze dingen, want daardoor alleen kon hij zich losmaken van sombere herinnerin gen, en van de vrees voor een vergel ding van zijn daden, als zijn laatste ure zou slaan, terwijl Sirona juist uit de herinnering aan vroeger dagen haar besten troost en de kracht put te, om het droevig heden blijmoedig te dragen en de hoop op beter tijden vast te houden. Phoebicius voleindigde heden zijn gebed om kracht, opdat hij de trots van zijn vrouw mocht breken, opdat het hem gelukken mocht zich op ha ren verleider te wreken, zonder over haasting en met inachtneming yan alle voorgeschreven vormen. Vervol gens nam hij twee stevige touwen van den wand, richtte zich in al zijn lengte zoo fier op, als moest hij zijn soldaten vóór den slag moed inspre ken, kuchte als een redenaar op het forum, alvorens zijn voordracht te beginnen, en overschreed met waar digheid den drempel van de slaap kamer. De kerk van Luther was behalve een groep hotelgasten en weeskinde ren akelig leeg. De Roomsche was op gepropt vol. Het kan natuurlijk zijn, dat ik het zoo trof, maar het deed mijn „pro- testantsch" hart pijn. dat zij daar Lu ther's woord: „Das Wort sollen Sïe stehn lassen", zoo droef vergeten. Ik trof het ook in een ander opzicht. De pastoor gaf 3 verzen op van een roomsch lied, op wat heerlijk! de wijs van ps. 130. Uit volle borst zong ik van dien psalm vers 1. 2 en 4 mee. „Ik geloof in de gemeenschap der heiigen". BINNENLAND. IN HET ONGELIJK GESTELD. Op de schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid den heer v. Zadel- hoff betreffende het resultaat van het gehouden overleg met den waarne mend directeur van het Centraal Bu reau van Voorbereiding voor Ambte narenzaken, in verband met de weige ring van het gemeentebestuur van 's- Gravenbage tot uitbetaling van het hun toekomende salaris aan een aan tal onderwijzers, die tijdelijk waren belast met de waarneming van het hoofdschap, heeft de heer Waszink, Minister van Onderlijs, Kunsten en Wetenschappen, het volgende geant woord: Het overleg, bedoeld in mijn ant woord van 8 Jnni 1927, is inderdaad afgeloopen. Het- resultaat is. dat ook de ondergeteekende meent, dat de be rekening der salarissen van de onder- wijzers, die op 1 Januari 1925 tijdelijk belast waren met de waarneming van de betrekking van hoofd eener school, door het gemeentebestuur van 's-Gra venhage niet is geschied overeenkom stig de regelen, vastgesteld in het Be zoldigingsbesluit Burgerlijke Rijks ambtenaren 1925, zooals dat laatstelijk is gewijzigd bij Kon. besluit van 9 De cember 1925 (Staatsblad no. 467.) De wet doet den ondergeteekende geen middel aan de hand om het ge meentebestuur van 's-Gravenhage te verplichten, de salarissen, berekend overeenkomstig de bovenaangegeven zienswijze, uit te betalen. Indien de belanghebbende onderwij zers van meening zijn, dat het gemeen tebestuur hun salarissen op een te laag bedrag heeft vastgesteld, kunnen zij zich met hun bezwaren tot den bur gerlijken rechter wenden. DE FERRY BOOT BRESKENS— VLISSINGEN. Door den heer A. D. F, van der Wart lid der Prov. Staten van Zeeland, zijn de volgende vragen aan het college van Ged. Staten gericht: 1. Is het juist, dat, naar de berichten in de bladen mededeelen, dé bestuur baarheid der ferryboot Koningin Wil- helmina veel te wenschen overlaat? 2. Is het juist, dat belangrijke ver anderingen móeten aangebracht wor den? 3. Zoo deze berichten waarheid be vatten, kan dan ook door uw college worden medegedeeld, of de schuld van deze fouten ligt bij den ontwerper der boot (bureau Cornelisse) of aan de werf, waar de boot gebouwd werd? 4. Zoo er inderdaad belangrijke ver anderingen noodig zijn, zullen dan de daartoe vereischte uitgaven voor reke ning der provincie komen, zoodat bet door de Staten toegestane bedrag van ƒ500.000 overschreden zal worden? DE SCHEEPVAARTINSPECTIE EN DE STOOMTREILERS. De vier vakorganisaties in het vis- scherijbedrijf te IJmuiden hebben een adres gezonden aan den minister van arbeid, handel en nijverheid, waarin zij schrijven: Reeds vele malen werd door ons de wenschelijkheiid vastgesteld, dat het toezicht van de beambten der Scheep vaartinspectie op de stoomtreilers zich zou uitbreiden tot het vischtuig en. wat daarmee rechtstreeks in verband staat. Gevaar voor leven en veiligheid der bemanning ontstaat zoo dikwijls het vischtuig en hetgeen daarmee in onmiddellijk verband staat in slechte conditie verkeert. Meermalen werd door ons de aan dacht van de scheepvaartinspectie op Hij waande zich zoo zeker van zijn zaak, dat zelfs de geringste gedachte aan de mogelijkheid van een ont vluchting niet bij hem opkwam, toen hij, aangezien Sirona niet in het slaapvertrek was, de woonkamer in ging, ten einde de straf, die hij haar had toegedacht, aan haar te voltrek ken. Doch ook hier vond hij niemand. Hij bleef verbaasd stilstaan; maar het denkbeeld dat zij ontvlucht kon zijn kwam hem zoo dwaas voor,- dat hij het terstond weder uit zijn hoofd zette. Voorzeker,zij vreesde zijn toom en hield zich onder het bed verborgen of achter het gordijn dat zijn kleederen bedekte. „Het hazenwindje", dacht hij, „kruipt .thans dicht hij haar", en daarom begon hij half te fluiten, half te sissen, op een manier die Jambe altijd hinderde en het beest aanlei ding gaf hem nijdig aan te blaffen. Doch tevergeefs. Alles bleef stil in het verlaten vertrek, doodstil. Hij werd nu ernstig bezorgd. Hij lichtte eerst voorzichtig, daarna met steeds sneller en zenuwachtiger be weging onder elk meubel, in iederen hoek, achter elk gordijn, en zocht haar zelfs op zulke plaatsen, die voor geen kind, ja ternauwernood voor een vervolgden vogel voldoende zou den geweest zijn om zich te verber gen. Eindelijk ontgleden de touwen aan zijn rechterhand, en de linker, die het lampje vasthield, begon te beven. zoodanige zaken gevestigd, waarop ons dan echter geantwoord werd, dat de bevoegdheid der scheepvaartinspec tie zoo ver niet strekte. Het in de Staatscourant no. 123 be handelde ongeval op de John Brown IJm. 109, waarbij drie man zwaar ge wond werden, toont nogmaals overdui delijk aan. hoe noodzakelijk het is, dat controle op het vischtuig en wat daar mee rechtstreeks, in verband staat, wordt uitgeoefend. De Raad hoopt, dat dit ongeval de schippers van schepen, waarop het En- gelsche systeem bestaat, tot bijzonde re waakzaamheid zal aansporen. De besturen der vakorganisaties zijn van oordeel, dat hoe goed deze raad i3 bedoeld, deze onvoldoende moet wor den geacht, om de opvarenden tegen dergelijke ongevallen te beveiligen. Daartoe zou het naar hunne meening noodzakelijk zijn, de bevoegdheid der scheepvaartinspectie uit te breiden over de door hen bedoeldè zaken. De besturen zijn gaarne bereid, in dien dit door den minister wenschelijk wordt geacht, deze aangelegenheid na der mondeling toe te lichten. CHR. WERKGEVERSVEREENIGING. De Christelijke Werkgeversvereeni- ging zal op 6 en 7 September a.s. hare jaarlijksche vergadering te 's-Graven hage houden. Op 6 September zal de heer J. R. Snoeck Henkemans, lid van de Tweede Kamer, spreken over de Ziekteverzekering. Op 7 September zal dr. J, A. Nederbragt, chef van de af- deeling economische zaken van het departement van buitenlandsche za ken, spreken over de beteekenis van de economische volkenbondsconferen tie voor de Nederlandsche handelspo litiek. DÉ BESTRIJDING VAN VERKOOP MET CADEAUX. De Ned. Bond van Behangers- en Meubelmakerspatroons heeft zich aan gesloten bij-het Comité van actie tot bestrijding van den verkoop met ca- deaux, ingesteld door den Nederl. Mid denstandsbond, den R.K. Midden-, standsbond en de vereeniging van den Chr. Handeldrijvenden en Industri- eelen Middenstand. iHet bestuur stelt voor aan de leden stempels met den volgenden tekst ver krijgbaar te stellen voor plaatsing op alle uitgaande zakenstukken: „Wan neer u artikelen koopt met cadeaux. verliest u het oordeel over de waarde van hetgeen u koopt. Deze z.g. ca deaux worden toch door u betaald, ver minderen de kwaliteit of hoeveelheid en verhoogen den prijs." PATRIMONIUMS GOUDEN JUBILEUM. Naar-wij vernemen heeft de Com- missie uit het Verbondsbestuur en het bestuur der afd. Utrecht, belast mét de organisatie van het gouden feest van Patrimonium op haar verzoek van Kerkvoogden der Ned. Herv. Gemeente bericht gekregen, dat voor de wij dings samenkomst; van de Domkerk gebruik gemaakt kan worden. DRENTSCHE ARBEIDERS IN BELGIë. Men meldt uit Emmen: In verband met de toenemende werk loosheid in deze gemeente heeft de Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw bepaald, dat opnieuw 'n proef zal worden genomen met tewerk stelling van Drentsche arbeiders in België. Het loon bedraagt aldaar 4 frs. per uur en er wordt gerekend op een 60-urige werkweek. Daar echter dit loon onvoldoende is voor het levens onderhoud van het-achterblijvende ge zin, heeft de Minister bepaald, dat aan het. gezin een toeslag zal worden ver leend van 7 per week, welk bedrag stijgt wanneer tot het gezin kinderen behooren. Voor vrijen overtocht wordt van regeeringswege gezorgd, terwijl eens in de drie maanden de arbeiders voor rijksrekening eenige dagen naar Drente mogen komen. De aanwijzing geschiedt voorloopig tot November en de proef wordt genomen met 50 arbei ders, die de volgende week vertrekken Hij die zonder gegronde redenen wei gert aan deze oproeping te voldoen, wordt voor goed, dat wil zeggen, be houdens ministerieele toestemming, van de werkverschaffing uitgesloten. Hij vond de luiken van het' venster der slaapkamer geopend, en daar vóór een stoel, waarop Sirona, alvo rens Hermas was gekomen in het maanlicht had zitten kijken. „Hier dus", prevelde hij, schoof, de lamp op het nachttafeltje, waarvan hij het glas van Polycarpus had afgeworpen, rukte de deur open en vloog den hof in. .Dat zij op straat zou zijn gespron gen, en in den nacht den, weg op en. de woestijn in gevlucht zou zijn, kon hij zich nog maar altijd niét voorstel len. Hij trok aan de'deur, die de hoeve, afsloot, maar vond deze gesloten. De wachthonden ontwaakten en sloegen aan,, toen Phoebicius zijn schreden richtte naar het huis van Petrus, en met den koperen klopper aan de poort eerst zacht, en vervolgens in boosheid steeds harder begon te slaan. Hij hield zich overtuigd, dat zijn vrouw bij den senator bescher ming gezocht en gevonden had. Hij had het van woede en smart wel kunnen uitschreeuwen, en toch dacht hij nauwelijks aan zijn vrouw en het gevaar van haar te verliezen, maar aan Polycarpus en den smaad hem door dezen aangedaan, aan de wraak, die hij wilde nemen op dezen en zijn ouders, die het gewaagd had den de rechten van zijn huis, van een keizerlijken centurio te schen den. (IWoittt vervolgd")-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5