CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
8s,e JAARGANG
ZATERDAG 30 JULI 1927
NUMMER 2192
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal 2.50
Per week f 0.19
Franco per post per kwartaal f 2.90
BUREAU: Hooigracht 35
Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone adverientiën per regel 22'/i cent
Ingezonden MededeeÜngen, dubbel tarief.
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine adverientiën bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden dage-
lijks geplaatst ad 40 cent
Oil raw beslaat uil TWEE BSatlen.
EERSTE BLAD.
Vaderlijk erfdeel.
Er is geen landelijke organisatie op
ons Christelijk erf, die zoo'n lieflijke
naam heeft als Patrimonium.
Patrimonium, vaderlijk erfdeel wat
roept dit niet reeds aan historische
herinneringen bij ons wakker. Het erf
deel onzer vaderen, wat is dat? Dat
kan zijn een stoffelijk goed, en dan
zijn wij van Gods wege verplicht dat
te bewaren en te beheeren als goede
rentmeesters. Het kan ook zijn een
'persoonlijk geestelijk goed. en dan zijn
wij ook door God geroepen om dat
geestelijk goed te ontwikkelen en
vruchtbaar te makefi tot eere Gods.
Maar het kan ook zijn, een gemeen
schappelijk bezit, een nationale zegen,
en dan zijn wij naast het ontwikkelen
van persoonlijke actie, ook verplicht
om in broederzin met anderen aan het
beswaren van dien zegen te arbeiden.
Dr. Kuyper herinnerde in zijn ope
ningsrede van het eerste Christelijk
Sociaal congres aan de woorden van
Bilöerdijk, die' het Oud-Liberalismo
sprekend invoerde:
Ja, 't land bezwijkt van de armen!
Naar Frederiksoord daarmee, dan zijn
we er van verlost,
't Is rasphuisboeverij waarover we ons
erbarmen
Wien is 't niet reeds te vefel wat eer
lijke armoe kost?
Zij hongeren, ja 't is waar, zij vin
den niet te werken,
Doch waartoe zijn ze nut. zoo 't werk
voor hen ontbreekt?
Tegenover deze cynische opvatting
van den maatschappelijken nood, was
het Patrimonium, dat ons volk weer
wees op de erfenis der vaderen, die in
ons volksbestaan een hechte eenheid
had geschonken, gegrond op het ge
meenschappelijk belijden van den God
der vaderen.
In die pretentie, in dien naam, heeft
Patrimonium onder ons een lieflijken
klank.
Patrimonium viert dit jaar zijn gou
den jubileum. Een halve eeuw werd
het door God bekwaamd om een ge
zegend vaderlijk erfdeel te zijn.
'Wat al worstelingen heeft deze orga
nisatie in die 50 jaar doorgemaakt. Da
gen van druk en verachting waren
het ruimschoots bereid.
Maar ook, wat een rijke zegeningen
wilde God geven. Patrimonium heeft
mogen arbeiden aan de bevestiging
van de volksvrijheden en aan de zede
lijke opheffing van ons volk. Middel
lijk zou ook ons land. evenals andere
landen, reeds lang overstroomd zijn
met den revolutiegeest, indien Patri
monium niet een dam had opgewor
pen.
De taak die Patrimonium zich stel
de. is van meet af geweest, de ontker
stening van ons volk tegen te gaan.
Werkte de revolutiegeest juist onder
de weinig en niets bezittenden. Pa
trimonium was zijn tegenstander.' Wil
de gene door gewelddadige omkeering
verbetering verkrijgen, deze predikte
Gods gerechtigheid ook op maatschap
pelijk gebied.
Die strijd werd gestreden op stoffe
lijk gebied, maar ook was die strijd
geestelijk van aard. Wij denken daar
bij aan de geestelijke goederen ons als
een erfenis der vaderen nagelaten. De
strijd ging voor den dag des Heeeren
Was het vroeger een strijd voor de
sabbatsrust, allengs kwam'die strijd
op het terrein van het behoud van
den Zondag, als den dag des Heeren
zelf. Ging het vroeger om de sociale
wetgeving, om de bescherming, thans
gaat het om de sociale organisatie, om
versteviging van het beginsel, om be
houd van het verkregene.
Patrimonium is de moeder-organi
satie van vele sociale organisaties ge
worden en heeft als centrale organisa
tie, waar die alle zich in terug vinden,
nog groote beteekenis.
Patrimonium staat nog in ongebro
ken kracht, fier en vrij, het vaandel
omhoog geheven.
In zijn weekblad Patrimonium be
reikt de organisatie elke week de dui
zenden die stelselmatig en vasthou
dend in de beginselen worden onder
wezen.
- Maar ook meer propagandistisch
treedt Patrimonium op met een bro-
churenhandel, met openbare vergade
ringen. Van meer beteekenis wellicht
dan als landelijke organisatie in den
Bond, zijn de werkzaamheden van de
afdeelingen. Van hoeveel beteekenis is
niet het werk der afdeelingen in bi
bliotheken en leeszalen, in jeugdwerk
en andere evangelisatie-arbeid, in wo
ningbouwverenigingen, ziekenfondsen
technisch onderwijs, en andere
In a) dien arbeid heeft PatrimoniuiYi
een tijd gehad dat deze organisatie
ban de spits stond. Er was geen an
dere die meer en beter werkte.
De kracht ontbreekt nog niet, maar
wel vaak de middelen. Het werk heeft
allengs een ander karakter gekregen.
In onbetaalden arbeid kan niet alles
meer gedaan worden. Er is behoefte
aan een goed centraalpunt. Van daar
uit moet dan de energie uitstralen en
de zwakke plekken met nieuw vuur
begeesteren.
Het leven eisch nu meer dan ooit,
ook en vooral door de goed georgani
seerde sociaal-democratische actie, een
krachtig optreden. De tijd van het
voetje voor voetje veroveren van het
terrein, is voorbij. De voorposten-ge
vechten, hoe vinnig ook op zich zelf,
zijn kinderspel geweest bij de worste
ling van de hoofdmacht die nu is aan
gevangen.
Daarom heeft ons vaderlijk erfdeel,
behoefte aan een vast ,,home".
Een jubileumfonds is daartoe ge
sticht. Dit fonds moet de grondslag
vormen van dat gemeenschappelijke
moederhuis. Daar moet gevestigd zijn
een goede bibliotheek. Een bondsbu-
reau moet daar de organisatie voort
durend regelen, reorganiseeren en op-
frisschen.
Dan, zoo is de verwachting, zal Pa
trimonium spoedig weer zijn, het erf
deel der vaderen, de organisatie die
het grootste deel van ons volk, dat de
knie voor Jezus buigt, omvat.
De breede massa onzer kleine luyden
maar ook allen, die zich met dezen
één weten in belijdenis, en die de we
reld toeroepen dat er geen heil is dan
alleen in Christus.
„En voorts zoo eindigde Dr. Kuy
per zijn straks genoemde rede voor het
le Chr. Soc. congres dit immers
staat bij ons allen vast: zal er voor
deze felbewogen maatschappij nog
redding dagen. Zoo moet ook aan onze
straks stervende eeuw de Christus als
haar Heiland verschijnen. Mocht de
redding uitblijven, en moest de stroom
der ongerechtigheid nog hooger was
sen, nooit mag van Neerlands Christe
nen gezegd kunnen worden, dat door
onze schuld, dat door de lauwheid van
ons geloof, de redding onzer maat
schappij verhinderd en de zegen van
der vaderen God verbeurd werd."
Daarom moet Patrimonium blijven
ons „Vaderlijk erfdeel"! Daarom moet
Patrimonium slagen met zijn jubile
umfonds.
Gods eere is er mede gemoeid!
V CalvijnSpinoza.
Ze behooren niet bij elkaar. Hun
denkbeelden lagen hemelsbreed uiteen.
Hun namen worden dan ook niet ver
bonden om eenige overeenkomst aan
te toonen.
Alleen dit Viel op: Te Noyon werd
een Calvijn-Museum geopend en voor
Spinoza zal diens woonhuis in Den
Haag een aparte gevel krijgen. Het
Calvijn-Museum werd met veel open
bare attentie geopend. Het Spinoza-
huis maakte een onderwerp van be
spreking uit in de Statenzitting, naar
aanleiding van het voorstel om een
provinciale subsidie te geven voor den
bouw van den gevel.
Nu is het opmerkelijk, dat beide
feiten iets meer dan gewone belang
stelling ontvangen. Met de opening
van bet Calvijn-museum werd een tele
gram verzonden aan onze koningin
als de Souvereine van de Calvinistische
natie, waarover de R.K. Maasbode zich
boosmaakt.
In de subsidie voor den gevel van
het Spinoza huis, zoo werd in de Sta
tenvergadering uitdrukkelijk vastgesteld,
moet niet gezien worden een huldebe
tuiging voor de Spinoza denkbeelden.
Dit noopt ons tot de verzuchting dat
we het nog eens weer mogen beleven
dat wij den moed hebben om werkelijk
groote mannen te eeren, onafhankelijk
van hunvlevensrichting, ja dat wij in
die van de onze afwijkende levens
richting stof vinden om eigen standpunt
vast te stellen. Laten wij, met andere
woorden, stelling leeren nemen, zon
der in tegenstelling onze kracht
te zoeken.
V Doordraven en
Eenigen tijd geleden gaven wij een
bericht van de Geref. Kerkbode van
Gorinchem door, waarin Ds. Janssens
mededeelingen deed omtrent scheuring
in de Geref. Gemeente te 's Gra
venpolder.
Volgens Ds. Janssens zou de actie
van Ds. Kersten inzake de opleiding
tot den dienst des Woords tot deze
scheuring hebben geleid.
Dit bericht bleek niet geheel juist.
De genoemde gemeente was niet op
genomen in het kerkverband der
„Gereformeerde Gemeenten", maar
stond fils „Nederduitsch Gereformeerde
Gemeente" te boek.
„Het overgroote deel dezer gemeente
wilde beleving der Kerkenorde en voor
hun kinderen de Christelijke school.
Tevens wilde men breken met de steeds
gevolgde liberale politiek. Dit deel
voegde zich bij de Gereformeerde Ge
meenten.
„De splitsing is dus niet ontstaan in
de Gereformeerde Gemeente zelf, ook
niet tengevolge van de Theologische
schoolkwestie, maar door de genoemde
feiten."
Ds. Kersten vond daarin natuurlijk
aanleiding, om de Rotterdammer en ons
te kapitteleneerst in „De Banier", het
orgaan der S.G.P. en daarna in „De
Saambinder", het correspondentieblad
der Gïreformeerde gemeenten in Ne
derland.
„De „Nieuwe Leidsche Courant" en
en (A.R.) „Rotterdammer" en andere
bladen" schrijft Ds. Kersten „namen
een bericht over uit de „Gorkumsche
Kerkbode" van Ds. J., als zou te 's Gra
venpolder scheuring zijn ontstaan in de
Gereformeerde Gemeente als gevolg
van de stichting der Theol. School te
Rotterdam.
Hoe Ds. J. aan die voorstelling komt,
is mij onbekend, misschien heeft hij
nog waarheidszin genoeg, om den laster
te herroepen; want het is laster, niets
meer.
Waarom nam de „Nieuwe Leidsche"
en „De Rotterdammer" zonder infor
matie dit bericht over?
Ds. Lingbeek verkoopt allerlei on
zinnige praatjes over kerkstichting bij
De Klundert. Waar N.B. geen Gerefor
meerde Gemeente bestaat; maar dat
is Ds. Lingbeek, die van de historie
der Gereformeerde Gemeenten blijk
baar niets weet. Bij Ds. J. mogen wij
die onwetendheid nf.rt veronderstellen.
Doch waarom dan dergelijke laster
praatjes verspreid A11 e s broeder
lijke liefde!
Nu is het opmerkelijk, dat wel dit
bericht, maar niet de rectificatie door
Ds. Kersten is opgemerkt. Uit De Heraut
bleek ons toch dat De Rotterdammer
dit bericht reeds vóór het verschijnen
van Banier en Saambinder had ver
beterd.
Maar wat erger is, het doorgeven
van een bericht, waarvan men de ge
deeltelijke onjuistheid niet kennen kan,
wordt zwaar aangerekend, maar in het
zelfde nummer van De Saambinder en
vlak onder bovenstaande stukje met
den sensatiekop„De nieuwe leugen"
vertelt Ds. Kersten allerlei onjuiste
dingen over de Jaarverg. der Vrije
Universiteit en de instelling van de
Commissie van overleg met de Profes
soren inzake hun samengaan met Dr.
Geelkerken.
Aan de eene zijde doordraven en
de overtredingen breed uitmeten en
aan de andere zijde zelf onbroederlijk
handelen. Dat moge de opvatting van
broederlijke liefde zijn bij Ds. Kersten,
de onze is het niet.
STADSNIEUWS.
ZONDAGSSCHOOL „LAAT DE KIN.
DERKENS TOT MIJ KOMEN".
Gisteravond werd in „Prediker" een
herdenkingssamenkomst gehouden, in
verband met het 13de lustrum van de
Zondagsschoolvereen. „Laat de kinder-
kens tot mij komen".
De voorzitter, de heer J. Bosch, open
de de samenkomst, liet zingen Ps. 100
vers 1, ging voor in gebed en sprak
daarna een openingswoord, waarin hij
wees op het heerlijk doel der Zondags
school: den kinderen een schat van
bijbelkennis in hun hoofd en een nog
grooter schat in hun hart, kennis aan
den Heiland, mee te geven voor hun
verder leven.
Nadat de kinderen van de hoogste
klasse der Zondagsschool het Feest
lied' gezongen hadden, voerde aller
eerst D s. A. M. B o e i j i n g a, Geref.
pred. te Sasenheim het woord.
In de provincie Zeeland, aldus be
gon spr., slaan vele menschen de mees
te van hun verjaardagen "over en vie
ren alleen om de vijf jaren het kroon
jaar. Ditzelfde doen de meeste vereeni-
gingen als zij hun lustrum vieren. Als
een vereeniging zooals de Zondags-
schoolvereeniging 65 jaar bestaat, is er
weireden een9 terug te zien. Dan zien
we dat het de Heere is, die ons kracht
gaf, zoodat we in Zijn kracht begee-
ren verder te gaan.
Zou het geen tijd zijn, de Zondags
scholen op te doeken? Dit woord heeft
zoo'n ouderwe'schen klank. Er zijn
den laatsten tijd zooveel Chr. scholen
opgericht waar het onderwijl geheel
op Christelijke leest is geschoeid. Heb
ben die den Zondagsscholen het be
staansrecht niet ontnomen?
Spr. beantwoordt die vraag ontken
nend. 'Wij leven in een wereld, waar
in de harmonie is verstoord en waar
uit het geluk is weggestroomd. Er is
zooveel armoede en ziekte in de we
reld. Er zijn menschen die die ellende
trachten te vergeten, te ontvlieden,
door allerlei pret, meti tracht er ver
betering in aan te brengen, doch het
schijnt wel of de wereld maar steeds
achteruitgaat.
Vanwaar al die ellende? Er is op die
vraag maar één antwoord, het ant
woord dat God ons in den bijbel ge
geven heeft. De mensch heeft God. de
eenige bron van het leven, den rug toe
gekeerd; daarom heeft God een twist
met Zijn menschheid en is de harmo
nie op aarde verstoord. Alleen in de
gemeenschap met God is het waarach
tige leven.
De Zondagsschool, die thans feest
viert, heeft, reeds 65 jaar lang gepre
dikt, dat God Zijn Zoon als de Zon
in de wereld heeft gezonden om den
duisteren nacht te verlichten, dat Hij
gedachten des vredes over de wereld
heeft gedacht. Dat Licht van Christus
moet doorbreken in onze zielen, maar
het heeft nog verdere strekking. God
g.eeft ons in het Evangelie het richt
snoer ook voor het maatschappelijk
leven, dat ook daar de harmonie her
stellen kan.
De Zondagsschool heeft niets anders
gedaan dan de stem van Jezus doen
hooren, die gekomen is om te zoeken
en zalig te maken. Waardeert ge dat
voorrecht? vraagt spr. aan de ouders
der kinderen. Tot hen, die iederen Zon
dag hun tijd aan de Zondagsschool
wijden, zegt spr.: moge God u nieuwe
bezieling geven tot dezen arbeid op
dat hoe langer zoo tneer kinderen de
goede boodschap van Gods heil in
Christus gebracht worde.
Spr. liet vervolgens zingen Ps. 25
vers 2. waarna D s. H. Mondt. Ned.
Herv. pred. te Leiderdorp, een rede
hield naar aanleiding van het laatste
vers van het boek Jona.
Spr. schetste allereerst Amsterdam,
de groote, drukke stad, maar waar ook
zooveel stoffelijke en geestelijke ellen
de geleden wordt. De stadsjeugd heeft
zooveel voor boven de jeugd van het
platteland, maar toch is daar ook de
verleiding zooveel grooter. Wij mogen
God danken nu wij gedenken, dat de
Zondagsschoolvereeniging reeds 65 ja
ren de jeugd voor die gevaren heeft
willen bewaren, die in de stad de
jeugd bedreigen. Het gaat er om een
keuze te doen: ter rechter- of ter lin
kerhand: voor of tegen God.
Velen spotten met de geschiedenis,
die ons in het boek Jona is meege
deeld; zij verstaan niet de stem Godg.
die daarin klinkt. Het is toch zoo be
grijpelijk, dat terugdeinzen van Jona
voor de opdracht Gods. Ieder die ge
roepen is anderen tot bekeering op te
roepen, heeft dit wel eens gbvoeld.
Hoe ontroerend groot was de gees
telijke nood in een stad als Ninevé!
Ja. hoe weinigen zijn er ook die den
nood in kinderharten peilen! Hoe hard
is de mensch en hoe barmhartig is
God! Want God wilde de stad sparen,
die volgens het laatste ver9 van Jona,
meer dan 100.000 menschen telde, die
het onderscheid niet kenden tuschen
hun- rechter- en linkerhand, daartoe
veel vee.
Van die liefde Gods getuigt ook de
geschiedenis der Zondagsschool.
Wat is nu de t^ak die ons wacht?
Wij moeten de kinderen leeren on
derscheiden tusschen hun rechter- en
linkerhand, tusschen geloof en geloof,
opdat zij ook eenmaal mogen zijn on
der degenen die aan Christus' rech
terhand zijn en tot wie hij zeggen zal:
Komt, gij gezegenden mijns Vaders,
beërft het Koninkrijk!
Ten slotte werd nog gezongen Ps.
34 3, waarna Ds. Mondt in daiikgebed
voorging.
PLAATSELIJKE SCHOOLCOMMISSIE
Wij ontvingen het verslag van de
Plaatselijke Schoolcommissie alhier
over 1926.
Deze commissie bestaat uit 4 ouders
van leerlingen van O.L.-scholen, 4
idem van Bijzondere scholen, 4 onder
wijzers aan O.L.-scholen en 4 aan Bij
zondere L.-scholen, aangevuld met nog
4 meerderjarige ingezetenen.
Het bestuur der commissie is als
volgt samengesteld:
T. S. Goslinga, voorzitter; W. Koops
Zzn., Plv. voorzitter; Mr. H. F. A. Don
ders, secretaris; D. C. Schuit, plv. se
cretaris.
De commissie verloor in het afge-
loopen jaar, wegens overplaatsing
naar elders, haar ijvervollen secreta
ris den heer A. J. Oost dam. wiens
plaats werd ingenomen door Mr. Don
ders.
De werkzaamheden van de Commis
sie, die telkenmale voorbereid door 'n
bestuursvergadering in totaal 7 maal
bijeenkwam, kunnen niet bijster uit-
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
Binnenland.
De Staten van Zuid-Holland heb
ben zich in een motie verklaard tegen
het vervallen van het interpellatie-
recht van de handelingen van Ged.
Staten.
De rechtsche raadsclub te Leiden
en de Wethouderszetels,
- Doodlijk tramongelnk te Oegstgeest
Broedermoord te Merkelbeek bij
Sittard.
Buitenland
Wefnig hoop op een compromis ter
maritieme conferentie.
Spoedzitting van den Britschen Mi
nisterraad.
Cholera-epidemie in Mesopotamië.
De Vesuvius werkt weer.
Ontzettende overstroomingsramp in
de Chineesche provincie Foekien.
gebreid genoemd worden. Hieruit af
te leiden, dat op stuk van het lager
onderwijs in onze gemeente weinig za
ken de bijzondere aandacht vroegen is
wel voor de hand liggend, doch slechts
gedeeltelijk juist.
Immers, wel werd vanwege het Col
lege van B. en W. slechts in enkele ge
vallen 't advies van de Commissie ge
vraagd doch daarmede mag niet uit
gemaakt worden, dat dit dan ook al
les is wat in 1926 op het terrein van
het lager onderwijs in Leiden was te
beleven.
Niet in iecfere zaak toch schrijft de
verordening aan B. en W. het hooren
der Commissie gebiedend voor of
wordt dit hooren door de wet veron
dersteld en het is denkbaar zelfs be
grijpelijk en voor de hand liggend, dat
in tal van zaken het College de mee
ning van de Commissie niet van noode
heeft. Iets anders is het of het in het
belang van het onderwijs niet wensche
lijk genoemd mag worden het contact
tusschen beide colleges in de toekomst
wat veelvuldiger te doen zijn dan in
het afgeloopen verslagjaar het geval i9
geweest en dan ook in die gevallen,
waar het hooren der Commissie niet
door de wet wordt ondersteld of door
de verordening geboden.
Het komt de Commissie voor, dat
een intensiever uitwisseling van ge
dachten tusschen beide colleges in het
belang van het onderwijs zou zijn.
Opgemerkt wordt in het jaarverslag,
dat de algemeene toestand wat het on
derwijs zelf betreft zeker niet ongun
stig genoemd mag wórden. In verre
weg de meeste gevallen heeft het on
derwijs steeds zonder stoornis voort
gang gehad. In gelukkig niet veel ge
vallen had men te kampen met de on
vermijdelijke personeel veranderingen,
ziekte van personeel of leerlingen en
in de maanden November en Decem
ber vooral met griep-epidemie. Bepaal
de stoornis werd slechts aan drie scho
len geconstateerd waarvan in twee ge
vallen wegens ziekte van het personeel
en in één geval wegens ziekte van de
leerlingen.
Nadat 'n opsomming Is gegeven van
verschillende aangebrachte verbeteUn
gen en ook eenige wenschen zijn opge
noemd. wordt ten slotte geconstateerd
dat aan verschillende scholen hinder
ondervonden wordt van het drukke
stadsverkeer.
Zijn alzoo de werkzaamheden van
de Commissie in het afgeloopen ver
slagjaar niet zoo uitgebreid geweest,
in eenige belangrijke zaken is haar ad
vies door B. en W. gevraagd en ge
geven, o.a. inzake Daltoniseering van
het onderwijs.
Het verslas: eindigt met een staat
van leerkrachten, leerlingen, enz. bij
het openbaar en Bijzonder Onderwij-
On 1 Jan. 1927 bedroeg het totaal
aantal leerlingen op de gemeentelijke
scholen 5004 op de Bijzondere scholen
5418.
WETHOUDERSZETEL.
Naar wij vernemen heeft de Recht
sche Raadsclub aan de Raadrfractie
der S.D.A.P. bericht, dat zij niet kan
ingaan op haar voorstel, om twee
wethouderszetels aan de S.D.sche frac
tie af te staan; en dat zij, wijl de S D.
A.P. beslist heeft verklaard, één wet
houderszetel niet te aanvaarden, zich
nu tot de andere, niet-socialistische
vrijzinnigé partijen heeft gericht met
de vraag, pf deze er prijs op stellen,
een der wethouderszetels te bezetten.
Een schrijven van den hierbedoel-
den inhoud is gezonden aan de Raads
fractie van den Vrijheidsbond en aan
het Raadslid van de Vrijz. Dom. Partij.