NIEUWE LEIDSCHE COURANT Niets iiiensciieiijks vreemd Bedankt: Voor Warffum. N. G. Kerssies, te Wezep (Geld.). CHR. GEREF. KERK. Beroene'1- Te Harderwijk, J. B. G. Croes. te Naarden-Bussum. EVANG. LUTH. GEM. Drietal: Te Monnikendam De Bijp. P. TI. Borgers. prop. te Amster dam; G. J. Duyvendak, te Bussum; en K. H. Wallien, te Weesp. Beroepen: Te Stadskanaal, P. H. Borgers Jzn., prop. te Amsterdam. BEVESTIGING, INTREDE EN AFSCHEID. Na een ruim 6-jarige arbeid nam ds. 'VV. M. A. Kalkman Zondagmiddag af scheid van de Ned. Herv. Kerk van Werkendam. Ds. Kalkman sprak naar aanleiding* van Joh. 1631b. Op hartelijke en waardeerende wijze werd hij toegespro ken door ouderling Kramer namens de gemeente, door ds. Feykes namens de Ringcollega's en door het hoofd der Chr. school den heer J. H. Adriaansen, die gewaagde van groote waardeering en diepe erkentelijkheid voor veel en velerlei arbeid verricht op vereeni- gingsgebied en voor het christelijk on derwijs. Ds. J. J. H. van Beem, overgeko men van Nieuw-Vennep werd Zondag tot zijn dienstwerk bij de Ned. Herv. Gemeente te Breda, ingeleid door zijn voorganger ds. J. J. van der Wall, te Groningen, met een predikatie over Exodus 4 19. Des namiddags deed ds. van Beem zijn intrede met een predikatie over Openb. 3 7b. Dr. M. C. Mourik Broekman sprak namens de gemeente den nieuwen lee- raar toe, wien werd toegezongen Ps. 134 vers 3. KERKBOUW. Namens den Kerkeraad der Chr. Geref. Kerk te Almelo is Maandagmid dag aldaar aanbesteed de bouw eener kerk met pastorie en kosterswoning aan de Hofkampstraat. Hoogste inschrijvingssom is 29.359 laagste ƒ24.205. Gunning na beraad. ZENDING. Tot administratrice der Christelijke Scholen ie Solo, tevens administratrice van het Zendingsbureau van Dr. H. A. vpn Andel te Solo, werd benoemd mej. C. Bronkhorst, thans administratrice der Maatschappij tot Onderlinge Ver zekering te Amsterdam. DE GEREF. KERK VAN BERGEN OP ZOOM. De Geref. Kerk van Bergen op Zoom heeft plannen om een nieuwe kerk te bouwen. Thans zijn de plannen reed» zoover gevorderd, dat de Kerkeraad be sloten heeft tot het aangaan van een obligatieleening ter gedeeltelijke finan ciering van den bouw. ROOMSCHE GROEI. Vooral anti-papistisehe naturen slaat de schrik om het hart als ze hooren van den groei van Rome, inzonder heid als getallen genoemd worden. Nu zeggen getallen gewoonlijk niet zoo heel veel. Met een klein aantal doelbe wuste en principieele menschen begint men meer dan met een groot aantal, waaronder heel wat slappelingen vaak schuilen. Echter mag Home wel eens gaarne met getallen voor het voetlicht treden, welke voor haar natuurlijk zeer gun stig zijn of schijnen, al naar jnen 't neemt. Het blad Evangelisches Deutschland noemt enkele cijfers, die integendeel ongunstig voor Home zijn, tenminste wat fe^t getal betreft. Nogeens, zóóveel gewicht dient hieraan niet gehecht. Het komt op gehalte aan, en wat men onder protestantisme en onder katho licisme verstaat. Genoemd blad deelt dan mee. dat in de Vereen. Staten van Amerika SO pet. der bewoners tot het protestantisme behooren. In 50 jaar tijds is het getal roomsche emigranten met 20 millioen verminderd. Engeland had in 1789 op 34 millioen inwoners 6 millioen room- schen; thans op 43 millioen 5 millioen. In Zwitserland verminderde het aan tal roomschen'met 650C0; dat der pro testanten vermeerderde met 100.000. DORPSPREDIKANTEN NAAR DE GROOTE STAD. Het komt niet dikwijls voor, maar toch gebeurt het wel eens, zoo schrijft De Rotterdammer, dat predikanten die op een kleine plaats, of op een dorp staan, voor een beroep bedanken naar een groote stadsgemeente. In mijn voorlaatste standplaats, al dus Ds. J. W. Gunst in de „Rijnland- sche Kerkbode", had ik in de Ned. Herv. Kerk een collega van niet ge ringe bekwaamheden. Waarom zou ik zijn naam niet noemen, hij is overle den. Hij heeft de knappe vertaling be zorgd van Calvïjns Psalmen. Hij heette J. Boer Knottnerus. Wij hadden veel omgang met elkan der, ofschoon wij over de kerkelijke kwestie het ver van eens waren en dik wijls de degens kruisten. Deze predikant zeide mij eens, zoo danig gehecht te zijn aan het leven op het platte land, dat al ontving hij een beroep naar de grootste stad, b.v. Am sterdam, hij er zeker voor bedanken zou. Hij geleek in dit opzicht op den dichter Ds. Willem Sluyter, in vorige tijden predikant te Eibergen. En werkelijk, hij hield woord. Van Rhoon, waar wij beide predikant waren, keeg hij een beroep naar Vrie- zenveen. Dit nam hij aan. Van hier werd hij later beroepen naar Amster dam. Te Vriezen veen is hij in de volle kracht van het leven overleden. Een ander predikant, die te Amster dam beroepen was uit een kleine ge meente. en de roeping aarzelend had aangenomen, nam bij zijn intrede in de hoofdstad tot tekst het woord van den gewaanden Samuel tot Saul: „Waarom hebt gij mij onrustig ge maakt, mij doende opkomen?" EEN MOTIE VAN EEN OUDER AVOND. De Minister van Onderwijs had be sloten de Rijksleerschool te Maas tricht, die thans nog 11 leerkrachten telt, verdeeld over 11 klassen, waar van er twee gemengd zijn, terug te brengen tot een 7-klassige school, met 7 leerkrachten. De oudercommissie van die school was, om te trachten de school in haren tegenwoordigen toestand te behou den, naar den Minister gegaan en had, zonder zich te overtuigen, of de meerderheid der ouders het hiermee eens was, het argument aangevoerd, dat de ouders tegen co-educatie wa ren, zoodat een missive van den Mi nister, naar aanleiding van de nog eens schriftelijk geformuleerde gron den der oudercommissie luidde, dat, om aan dit bezwaar tegemoet te ko men, twee opeenvolgende klassen, zoo wel van jongens als van meisjes tel kens samengevoegd konden worden, nadat op een ouderavond de ouders zich daarover uitgesproken zouden hebben. Op den aldaar Vrijdagavond gehou den ouderavond, die zeer druk bezocht werd, is met op twee na algemeene stemmen een motie aangenomen, dat de ouders zich tegen de samenvoeging van twee opeenvolgende klassen en dus vóór co-educatie verklaarden en werd de oudercommissie verzocht, dit ter kennis van den Minister en het schooltoezicht te brengen. BRAND TE MEKKA. De correspondent te Djocja der I. Ct, meldt: „Wij vernemen, dat door het hoofd bestuur van de vereeniging Moham- maddijah te Djokja een schrijven ont vangen werd van een pelgrim, die on langs naar Mekka vertrok, en waarin deze bericht, dat op den 15en Mei j.l. de groote kampong Djihat te Mekka, waar het meerendeel der pelgrims ver blijf houdt, in vlammen is opgegaan. Daar behoorlijke bluschmiddelen ontbraken brandde het complex geheel af. De brand duurde, volgens den be richtgever, twee dagen, terwijl ver scheidene personen door het vuur wer den ingesloten en jammerlijk omkwa men. Zoo zouden alleen reeds 25 men schen uit Midden-Java levend zijn ver brand. De schrijver van den brief eindigde, van WOENSDAG 27 JULI 1927 TWEEDE BLAD. Op de Raadstribune. i Direct na de opening van de raads vergadering Maandagmiddag zaten j.wij al midden in de onderwijspolitiek. Onder de ingekomen stukken was een verzoek om te komen tot stichting van ten bijzondere school. Daarin vond de heer Eerdmans aanleiding om te ver- zoeken een extra zwaar onderzoek in te stellen naar de echtheid en oprecht heid vacn de hand teek eningen. De nog 'in te stellen Commissie, moest meen de hij, maar eens haar aandacht daar laan wijden. Terecht merkte de heer Wilmer op, dat dit geen werk is van een dergelij ke commissie, afgescheiden van de vraag of het wettelijk toelaatbaar zou zijn dat B. en W. dit aan deze commis sie delegeerden. Begrijpelijk was Wethouder Meij- nen wel wat in zijn wiek geschoten. Hij liet dat goed merken bij de opmer king- dat hij in de 4 jaar dat hij Wet houder is, steeds onpartijdig heeft ge werkt. Maar men moet rekenen, het Comi té van Actie heeft reeds tegen deze schoolstichting geageerd en, vooral nie£ te vergeten, h^i levensbestaan van dé openbare school aldaar staat of valt 'in beginsel met deze school. Blij de verordening op de opcenten- Uleffing Personeele belasting, vermocht de Raad nog- niet op'peil te komen. Hoewel de heer Van Eek met klem protesteerde tegen de opheffing der progressieve heffing, vermocht hij niet veel cijfers aan te dragen om voor die progressieve heffing te plei ten. N^aaa* ons voorkomt in dit geval ook o/ajuist. Het eenige middel om van deze inderdaad zwaar drukkende be lasting af te komen, is nivelleering uit de^ winst op de bedrijven, maar daar .wflde natuurlijk do heer Van Eek ih/.ets van weten. Burg. en Weth. hadden den wenk 'ter harte genomen en eigener bewe ging het woordje „lager"' voor de Onderwijs-commissie geschrapt. Zon der strijd ging nu hun voorstel onder den hamer door. De Rijn- en Schiekade blijft voorloo- ipig zooals ze is. Ieder voelde dat wat men k o n doen toch maar lapwerk zou zijn. Eerst dan wanneer deze weg de toegang zal vormen tot een be langrijke nieuwe wijk, zal definitieve verbetering geboden zijn. Het geval leert ons dat een goed doordacht uit breidingsplan een noodzakelijke be hoefte is voor een moderne stad. Wat "te verwachten was is geschied, de Chr. H. B. S. krijgt, evenals verle den jaar, slechts 60 pet. van liet ge vraagde subsidiebedrag. De Raad •heeft zich niet boven het kleine stand punt kunnen verheffen. Intusschen is gelukkig de zaak nu niet incidenteel afgedaan, maar komt principieel nog eens ter sprake als B. en W. praeadvies uitbrengen op de motie-Wilbrink om inplaats van een bedrag dat telkens wordt vastgesteld, een vast percentage toe te kennen. Na tuurlijk komt de kern van deze aange legenheid, de verhouding van de school tot deze stad en tot de andere gemeen ten, daarbij vanzelf aan de orde. Op telkenen de wijze kwam het so- ciaal-deemocratisch standpunt inzake ziekenzorg en andere maatschappij- nooden-leniging aan het licht bij de interpellatie Vhn Stralen. Elk element van plicht der bloedverwanten werd uitgeschakeld, ook daar waar niet vaststond of hier van onmacht of ori- wil sprake was. Naar onze meening was het jammer dat ook de heer Heemskerk op zijn pertinente vraag geen afdoend antwoord kon krijgen. Het had den schijn alsof het College in de weigering uitsluitend onwil zag, terwijl onmacht, althans gedeel telijke onmacht, aanwezig kan ge weest zijn. Voor een principieele be- FEUILLETON. Een episode uit de geschiedenis van de Christenen op het Sinaïtisch Schiereiland omstreeks het jaar 300. 34. Q*— Hernias' verlegenheid verdween al meer en meer bij dit genoegelijk spel, en weldra begon 'hij haar mede te dee- len, hoe hij dat eenzame leven op den berg verafschuwde. Hij vertelde haar, dat Petrus zeJ.f hem geraden had zijne kracht in de wereld te beproeven, en deelde haar in vertrouwen mede, dat hij, als zijn vader genezen zou zijn, soldaat wilde worden en roemrijke da den vetpficht-en. Zij betuigde hare in- genoimmheid met dit besluit, prees hem en wekte hem er nog meer toe op. Dan weder berispte zij zijne link- sche houding, toonde hem met komi- schen ernst hoe een krijgsman moet staan, en gaan, noemde zich zijn dril- meesaer, en verlustigde zich in den ijver?, waarmede hij zich bereid toonde haar in alles na te volgen. Met dit spel vloog de tijd om. Her mas gevoelde zich trotseh in zijn sol daten-uniform, en gelukkig door hare tegenwoordigheid en in het uitzicht op toekomstige daden. Sirona was echter zoo opgeruimd, els anders bij het spelen met de kin- èiren, en zelfs -de rauwe kreet van handeling was dit een beletsel, althans oen moeilijkheid. Overigens ontbrak het ook hier niet aan de noodige krachttermen van S.- D.-zijde, die op het stalen pantser van de mededeeling van den Voorzitter, dat de verordening ook in de toekomst op dezelfde wijze als in het verleden zal worden uitgevoerd, afstuitten. Daarmede waren weer een middag en avond-vergadering zoek gebracht. WAï DE UOOi ZEGDEN. V accina tie-gevaren. Bij het. vaccinatie-probleem, schrijft „De Rotterdammer", was tot heden veel meer de hatelijke dwang dan het gevaar voor de gezondheid in 't ge ding. Wel liepen de meeste kinderen door de vaccinatie voor korten tijd een lich te ongesteldheid op, maar van ernsti- gen aard waren de verschijnselen in den regel niet. Men kan dan ook niet zeggen, dat de ouders met. groote vrees de kleine operatie lieten geschieden. Eigenlijk daclit niemand er bij, dat de gezond heid er onder lijden kon en zeker niet, dat het leven gevaar kan loopen. Ook deze omstandigheid droeg er veel loe bij om het verzet tegen de vei*- pliehte vaccinatie te breken. Wel vond men den dwang hatelijk, maar de zegen was niet te ontkennen en de operatie bleek vrij gevaarloos. In den laatsten tijd echter brachten berichten van hier en daar eenige on rust, welke snel toenam, toen juist in de provincie Zeeland, waar het verzet altijd het grootst geweest was, twee kinderen tengevolge der vaccinatie stierven en andere ernstig ziek wer den Wie zou daaronder onberoerd blij ven? Statistieken zijn mooi en nuttig; maar wat troost het u, dat er slechts 35 kinderen op de 250.000 tengevolge der inenting sterven, wanneer uw kind weggedragen wordt? Tegen een overheidsbevel, dat onze kinderen aan zoo gevaarlijke experi menten met dwang onderwerpt, moet immers verzet groeien. Het is dan ook van beteekenis, dat een vrijzinnig blad als de „Middelb. Crt." dat lacht om gemoedsbezwaren, thans tot bezinning komt en de vraag stelt: ,.\loet men de ouders nu toch blijven dwingen hun kinderen bloot te stellen aan de mogelijkheid, dat zij tot die uit zonderingen behooren? Tegenover het ontwerpen van ge moedsbezwaren hebben we steeds het standpunt ingenomen die die moeten wijken voor het veel grooter belang van de bescherming der samenleving tegen een pokken-epidemie, waarvan men zich de gevolgen niet ernstig ge noeg kan voorstellen. Maar de nu weer te Goes aan het licht gekomen onzekerheid maakt den stand van zaken anders.' 'Wanneer de medische wetenschap geen zekerheid kan geven, dat de inenting in alle ge vallen zonder noodlottige gevolgen blijft (de vrijgestelde scrofuleuse kin deren buiten beschouwing gelaten), dan rijst er ook twijfel of een verplich te vaccinatie verantwoord is". Het is wel meer gebeurd, dat ge moedsbezwaren van Christelijke zijde later van vrijzinnigen kant op practi- sehe gronden gesteund werden. En zoo is het ook hier. De. overheid behoort af te blijven van het lichaam der onderdanen, maar mag zeker hen niet dwingen om een operatie te ondergaan, welke blijkbaar lang niet ongevaarlijk is. KERK EN SCHbOL. NED. HEPaV. KERK. B er o e pén: Te Ahloo, T. Leen- dertz, te Lobith. Te Knollendam en Marken-Binnen, K. Hendriks, te The- singe. Aangenomen: Naar Niezijl, J. Juursema, te Britsum. Naar Dussen, .T. J. Kuyper, em. predikant van Vrees wijk. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Katwijk aan Zee, D. Scheele, te Oudewater. Mirjam, dien de jongeman voor het gekras van een nachtuil had gehou den, kon haar slechts voor een oogen- blik herinneren aan het dreigend ge vaar, waaraan zij zich blootstelde. De slaven van Petrus waren reeds lang ter ruste gegaan, toen het spel met Hermas haar begon te vermoeien, en zij hem beval de wapenrusting van haar man af te leggen en haar te verlaten. Hermas gehoorzaamde, terwijl zij het vensterluik, dat op de straat uit kwam, voorzichtig opende, en zich tot hem omkeerende zeide: „Gij moogt niet door den hof, door dit venster moet gij naar buiten. Doch daar komt iemand de straat op. Laat hem eerst voorbijgaan. Het zal wel niet lang du ren, want hij schijnt haast te hebben" Zeef voorzichtig trok zij het luik naar zich toe en lachte weder, toen zij zag hoe onbeholpen Hermas te werk ging bij het losgespen der scheenpla- ten. Maar op hare vroolijke lippen be stierf weldra het lachen, toen de tuin- deura open vloog, en zij de stem van haar echtgenoot herkende, die de honden het stilzwijgen, oplegde. „Voort, voort, om aller goden wil!" riep zij met bevende stem, doofde de lamp uit, met eene snelle, tegenwoor digheid van geest, die de natuur aan zwakke vrouwen als wapen heeft ver leend, wanneer zich plotseling een ge vaar opdoet, drong Hermas naar het venster en stiet de luiken open. De jongeman sprong, zonder haar vaar wel te zeggen, met een vaart op den weg, en vloog, achtervolgd door het geblaf der honden, die hij in alle hui zen deed ontwaken, de straat op in de richting van het kerkje. Hij was nog niet halverwege geko men, toen eene mannelijke gedaante hem tegemoet kwam. Angstig sprong hij in de schaduw van een huis, maar de nachtwandelaar verhaastte nu zijn schreden eii kwam recht op hem af. Toen begon hij opnieuw te loopen. De andere vervolgde hem echter en bleef hem op de hielen, tot hij buiten het bereik der huizen was gekomen, en het bergpad betreden had. Hermas ge voelde, dat hij vlugger was dan zijn vervolger, en maakte reeds aanstalt© om over een rotsblok te springen, dat hem in den weg lag, toen hij hoorde dat hij bij zijn naam werd geroepen. Hij bleef staan, want hij had in do stem van den man voor wien hij vluchtte, die van den goeden Paulus herkend. „Gij zijt het dus", zeide de Alexan drijn, en snakte» kuchend naar adem. „Ja, gij zijt vlugger dan ik. De jaren hangen lood aan de voeten. Doch weet gij wat u zulke snelle vleugels ver leent? Gij hebt het zooeven ondervon den. Ik bedoel een boos geweten. Van het uwe is bijzonder veel fraais te ver tellen! De honden blaften het luid ge noeg uit in den nacht!" „Laat ze blaffen", antwoordde Her mas trotseh, en zocht zich te vergeefs los te wringen uit de sterke hand van den Anachoreet, die hem vasthield. „Ik heb niets kwaads gedaan!" „Gij zult niet begeeren uws naasten vrouw", hernam Paulus met hoogen ernst op zijn zwaren toon. „Gij zijt bij de schoone vrouw van den centurio geweest, en uwe samenkomst is ge stoord. Waar is uw schaapsvel?" Hermas verschrikte, greep naar zijn schouder en riep. terwijl hij zich met de hand voor het voorhoofd sloeg: Barmhartige hemel ik liet het bij haar liggen! Nu zal die wreedaard het vinden!" „Heeft hij u zeiven dan niet gezien?" vroeg Paulus met ijverige belangstel ling. „Neen, stellig niet"/ zeide Hermas zuchtend, „maar dat vel „Zoo, zoo", prevelde Paulus. „Uwe zonde wordt daardoor niet kleiner. Maar er dient toch iets gedaan te wor den. Denk eens, als dit uw vader ter oore kwam, het zou hem het leven kunnen kosten". „En de arme Sirona!" zuchtte Her mas. „Laat dat maar aan mij over", ver volgde Paulus. „Met haar zal ik den arm wel in 't lid brengen. Daar, neem mijn schaapsvel. Gij wilt niet? Waarlijk, wie zich niet ontziet den echt te breken, die maakt er ook geen gewetenszaak van den moordenaar zijn9 vaders te worden. Zóó is het AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 27 Juli 1927. Het is nog niet zoo bee! lang gele den, dat hier te lande de sport der dienstweigering welig tierde, 't Was tijdens de mobilisatie; de getallen der genen die weigerden de wapenen te dragen ter verdediging van liet vader land liepen eerst wekelijks, daarna dagelijks de hoogte in, en daaronder waren vooral vele communisten en anarchisten. Doch dit was een specifiek Holland- sche sport, alleen maar goed voor wat Lenin genoemd heeft „het landje der slappe reactie". In Rusland denkt men er anders over; daar is mij plus militairiste dan de ergste militairisten.' Zoo heeft dezer dagen Kroepskaja (Mevrouw Lenin) voor een vergadering van onderwijs- autoriteiten een rede gehouden over: „De taak der School met betrekking tot de landsverdediging". Zij wees op de noodzakelijkheid, om bij de leer lingen der lagere school belangstel ling te wekken voor de verdediging van het land en voor de vraagstukken, die daarmede samenhangen. De vurigste militairist uit het Duitschland van vóór den oorlog zou het niet anders kunnen zeggen. OBSERVATOR. met de hulp in te roepen van de ver eeniging Mohammaddijah, om de el lende van de lieden, die alles wat zij bezaten, verloren, te lenigen. PROVINCIALE STATEN VAN ZUID-HOLLAND. (Vervolg zittilig van gisteren). Bij de gisteren voortgezette bespre king over het voorstel van Ged. Sta ten tot toekenning van een subsidie ter restauratie van het Spinozahuis te Den Haag betoogde de heer DREES (S.D.A.P.) naar aanleiding van het ge sprokene door den heer Rutgers, dat in Den 'Haag het Dr. Kuyperhuis gesticht is en toen van A.R. zijde ge vraagd is de straat waar het huis staat, Dr. Kuyperstraat te noemen. Toen is er niet geredeneerd van den anderen kant, dat daarmede de denk beelden van Dr. Kuyper geëerd wer den. De heer DE VISSER (C.P.) trok uit het gesprokene door den heer Ling- beek de conclusie dat tal van monu menten door de vandalen zouden moe ten worden gesloopt. Het standpunt van den heer Rutgers, die er niet te gen op ziet zijn denkbeelden op staats kosten door het bijzonder onderwijs te verbreiden, begreep spr. niet. Na de pauze repliceerden de heeren Kersten, Lingbeek, Bergmeyer, Hof- mann. waarna het voorstel van Ged. Staten om een subsidie van ƒ500 te geven werd aangenomen met 5815 stemmen. Tegen de heeren Lingbeek (H. St. P.), C. Wamaer (A.R.), Alblas (H.G.S.P.), Guit (R.K.), Rutgers (A.R.). Hofmann (R.K.), v. d. Vijver (R.K.). v. Houdt (S.G.P.), Braat (P.B.), van Muyswinkel (A.R.)/Bergshoeff (S.G.P.), Kersten (S.G.P.), Mast (S.G.P.), de Wil de (A.R.) en Mooynxan (R.K.). Krankzinnigenverpleging. Bij het voorstel tot verhooging van het aantal plaatsen in het krankzinni gengesticht te Utrecht betoogde de heer TER LAAN (S.D.A.P.), dat de pro vincie de verpleging van krankzinni gen uit handen heeft, gegeven en uit besteed heeft aan particuliere gestich ten, die meerdndeels van confessioneel karakter zijn. Slechts vier niet-confes- sioneele gestichten zijn er in Zuid- Holland, n.l. Maasoord te Rotterdam, Oud Rosenburg te 's-Gravenhage, St. Joris te Delft en het gesticht Ende geest. Deze gestichten zijn regelmatig bezet, zoodat men krankzinnigen moet onderbrengen in particuliere gestich ten. Een oplossing zou liggen in uit breiding van bestaande of bouw van een nieuw neutraal gesticht. In het hier gevolgde stelsel is voor dit laatste een vereeniging noodig. die er niet is. Komt die er ook niet, dan zal een pro vinciaal gesticht moeten worden ge bouwd, tenzij men de pateinten van goed! Hier aan den schouder wordt het saamgebonden. En gij zult het noodig hebben, want gij moet van hier weg. Niet voor slechts heden en mor gen. Gij verlangdet zoo om de wereld in. te gaan; nu zult gij er een proef van kunnen geven, of gij waarlijk in staat zijt op eigen beenen te staan. Gij gaat eerst naar Raïthoe en brengt daar mijn groet aan den vromen Nikon. Deel hem mede, dat ik op den berg moet blijven; want in mijn langdruig gebed in de kerk ben ik te weten ge komen, dat ik niet waardig ben het ambt van presbyter, dat zij mij hebben opgedragen, te aanvaarden. Vervol gens laat gij u door een schipper over de Roode zee zetten, en zwerft rond langs den Egyptischen oever. Daar aan de overzijde hebben zich troepen Blemmyers vertoond,, die gij in het oog moet houden. Zoodra die wilde ge zellen beproeven over te steken, om ons opnieuw te overvallen, moet gjj de wacht op den bergtop waarschu wen. Hoe gij de zee weder over en hen vóór komt, dat is uw zaak. Aclit gij u zeiven dapper en omzichtig genoeg om deze taak te volbrengen? Ja? Dat had ik verwacht! Nu, zoo moge de Heere met u zijn. Voor uw vader zal ik zorgen; zijn zegen en die uwer moeder zullen u geleiden, wanneer gij oprecht berouw toont en thans uw plicht doet", (Wordt vervolgd.)'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5