NIEUWE LEIDSCHE COURANT van ZATER~>An 23 JUL* 1927 TWEEDE BLAD. =v -■ UIT DE DE VLAKTE VAN DEN JORDAAN, EEN SLECHTE KEUZE. En Lot hief zijn oogen op Zoo koos Lot voor zich de gan- sche vlakte van den Jordaan En Lo t woonde in de steden der vlakte en sloeg tenten tot aan Sodom toe. En de mannen van Sodom waren boos. Genesis 13 1013. Er zijn vele getuigen voor de waar heid van hel Apostolische woord: „Die! rijk willen worden, vallen in verzoe king. en in den strik, en in vele dwaze en schadelijke begeerlijkheden, welke Ide menschen doen verzinken in ver- Iderf en ondergang". Lot is één van die getuigen. Riik willen worden is dat niet ge weest Lot's streven? Rijk worden. Nooit werd hem een schooner kans daartoe geboden dan' nu. Uit Egypte gingen zij Abram en zijn huisvrouw en Lot met hem. Zijl trekken naar 't Zuiden, tot de plaats,, waar Abram vroeger had vertoefd: tusj schen Bethel en Ai. 1 Maar die streek werd té eng voor twee herdersvorsten. 't Gedurig getwist hunner herders, dreigde den vrede tusschen de twee bloedverwanten te verstoren, een twist over weideplaatsen en bronnen. Grootmoedig komt Abram tot zijn neef met een voorslag: „Zoo gij 'de linkerhand kiest zal ik ter rechter band gaan". 1 Een prachtkans voor Lot, die óók! Schapen en runderen en tenten bezat. Dwaas, als hij nu niet zijn eigen be lang dient. Geen vruchtbaarder land, geen heerlijker weiden, geen meer doorwa- térdë streek dan de vlakte van den Jordaan. „Als de hof des Heeren was zij, als Egypteland." Een verstandige keuze. Een pien tere baas, die Lot. Daar zat toekomst in die streek. Goed gekozen, Lot". Zoo oordeelt de zakenwereld. Of 't ook bescheiden was Of hij! als de jongste aan Abram niet !de keuze had moeten laten? Nu ja bescheiden is prachtig, maar het geeft je geen brood. Met zulke dingen als bescheidenheid kun ie in zaken nu eenmaal geen rekening houden. En was Lot niet eerlijk als goud Nam hij niet eenvoudig, wat Abram hem liet kiezen? Er viel toch niets aan te merken op die keuze? O Lot, waar is uw onbaatzuchtigheid! en uw grootmoedigheid? Lot hief zijn oogen op en zóó koos hij.. Maar dat opheffen ging niet verder', dan tot den gezichtseinder. En den hemel déArboven zag! hij niet. En de kritiek van den hemel over) zijn keuze hoorde hij niet. Die kritiek was: „De mannen van! Sodom waren boos en groote zondaars tegen den Heere". De bewoners der Jordaanvlakte, vooral die van het dal Siddim muntten uit. boven alle Kana- anitische stammen in God-tergende zedeloosheid. Dkt wist Lot. Evenzoo goed, als hij de vruchtbaarheid van het land ken de, moet hij van de zonden van heft volk geweten hebben. Lot heft zijn oogen op. Ziet ge niett Lot, dat het daar voor u niet deugt Dat de ziel meer is dan 't lichaam Dat die schoone vlakte een hel Ides Satans is 2 Petrus 2:7 spreekt van den recht vaardigen Lot. Hij diende dus in waarheid den eeni- gen God. I FEUILLETON. Niets menschelijks vreemd Een episode uit de geschiedenis van de Christenen op het Sinaitisch Schiereiland omstreeks het jaar 300. 31 O— Het was ten slotte toch niet anders geeselriemen op zijn vleesck deed ne derdalen, om verleidelijke droomge stalten te verbannen, in weinige dagen veranderd! Om zijns vaders wil had hij den berg nog niet verlaten, hij was echter besloten de wereld niet langer te ontvluchten, maar haar veeleer op te zoeken. De verpleging zijns vaders h.^d hij aan den vromen Paulus over gelaten, en hij had beneden de rots omgezworven. Nu eens oefende hij zich daar in het werpen met de schijf, dan weder maakte hij jacht op steen bokken en roofdieren. Soms daalde hij, doch altijd wel een weinig schroom vallig, in de oase af, om daar té loo- pen rondom het huis van den senator, ten einde Sirona te zien. Thans werd hij met eene onweer staanbare kracht tot haar getrokken, daar hij wist dat zij alleen was. Wat hij van haar wilde, wist hij zichzelven eigenlijk niet te zeggen, en volmaakt duidelijk was hem niets, dan dat hij wenschte haar vinger nog eens met den zijnen aan te raken. Of dat zonde moest heeten of niet, dit was hem vrij onverschillig. Zonde had men ook zijn En toch koos hij de gemeenschap! van de goddeloosheid der Siddim- dalbewoners. 1 Vindt ge dat niet vreemJd van dien' Lot? Liep hij zoo niet de meest tot óns1 vleesch sprekende verzoeking in dei armen En zoo hij" al sterk was in zijn God, hij had toch ook nog knechten; mocht hij die wel blootstellen aan de doodelijke gevaren, doodelijk voor zie! én voor lichaam, die hen in zulk een omgeving van alle kanten moesten be dreigen Is die keuze niet onverant woordelijk voor God? i Maar ddaraan dacht Lot niet. Mooie) kudden, dkt was zijn lust. Grazige vlak ten zijn vermaak. Maar zaken zijn immers zaken., 't Koninkrijk Gods het wordt ach tergesteld bij welvaart. Zijn aardsch beroep zag Lot niet( als goddelijk. i En de Schrift toont ons tot waar schuwing die zonde en haar bitter) gevolg. Lot vreesde geen verzoeking, geen grijpende strik. En om die zelfs nog te tarten, ging hij al dichter bij Sodom wonen Wie de wereld begint te naderen, door zich in zijn bedrijf, in zijn zaken,, 'in zijn dagelijksch werk te onttrekken aan de gehoorzaamheid Gods, diei moet zoo God het niet verhoedt eindigen, met in die wereld onder te gaan. Eerst 't wonen in de Jordaanvlakte. Toen voor zijn veiligheid (daft dacht hij tenminste) 'in de steden der; Kanaanieten. Dan, tot vlak voor de poorten van Sodom zijn tenten gespannen. En tenslotte zit hij in Sodoms poor ten als een harer burgers, en woont in een huis binnen haar muren. En *jn dochters belooft hij' aan mannen van Sodom. En zijn vrouwi hecht aan die stad. Ja hemzelf moest de Heere strakg dwingen, voor hij uittrok. Dat is het verzinken in verderf en ondergang. En dat alles, omldat hij koos en zijn eigen voordeel op het oog had. Is uw keuze als die van Lot Deut. 30:19: „het leven en den dood heb ik u voorgesteld, den zegen en» den vloek. Kiest dan het leven, opdat gij ieeft en uw zaad, liefhebbende den Heere, uwen God, Zijner stemme ge hoorzaam zijnde, en Hem aanhangende) want Hij is uw leven en de lengte uwer dagen. VREUGDEZANG. Gij Heer, Die in den hemel woont, Hoog boven Uwe Schepping troont, Die- ons formeerde uit het stof, En alles schiep tot uwen lof, Wij roemen uwe wondermacht, Waardoor Gij 't al tot aanzijn bracht; En sinds dien stond regeert, bestuurt, En met uw trouwe zorg ommuurt! In dorre vlakten der woestijn, Wilt Gij Bescherm- en Schutsheer zijn Als alle lafenis ontbreekt, De moede ziel om redding smeekt, Schenkt Gij uit Uwe volheid Heer, Genadiglijk verkwikking weer: Zoodat het harte zich verblijdt, En vreugdevol zijn dank U wijdt! Uw werk is altijd wijs en goed, Al wat Gij in en om ons doet, Waar ook Uw hand ons henenleidt Uw we* loopt uit op zaligheid! Zoo rijst met blijde keelgeklank, Tot U, o Heer, ons lied van dank! Opdat door onze vreugdezang Uw nafrie lof en eer ontvang. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen, te Huizen (N.-H.): P. J. Steenbeek, te Kampen. Te Vrie- zenveen: Tj. Tak, te Zevenhuizen (Z.-H.) en J. C. H. Romijn, t© Workum. Aangenomen, naar Haarlem (8ste pred.pl.): F. Postma, predikant directeur van het Diaconessenhuis te Haarlem. Naar Eri- a: J. A. Steen bakker Morilyon Loysen, thans voor ganger aldaar. onschuldig spel genoemd, zonde elke gedachte aan de wereld, waarnaar hij verlangde, en hij was geheel besloten de zonde voor zijne rekening te ne men, teil einde zijn doel te bereiken. Het wsa ten slotte toch niet anders dan een schrikbeeld, waarmede men kinderen bang maakt, en de waardige Petrus had hem verzekerd, dat hij een man was, van wien men daden moest verwachten. In het gevoel dat hij een ongehoord waagstuk ging beginnen, naderde hij het venster van de Galli sche, en deze herkende hem terstond, want hij werd beschenen door het licht van de voile maan. ,Hermas!" hoorde hij zacht roepen. Hem overviel zulk een hevige schrik, dat hij als aan den grond genageld bleef staan, terwijl de steenbok van zip© schouders glee! en hij meende iat zijn hart ophield te kloppen. Andermaal riep eene zachte vrou wenstem: „Hermas zijt gij het? Wat brengt u zoo laat in den avond tot ons?" Hij stamelde onsamenhangende woorden; doch zij zeide: „Ik kan u niet verstaan; kom toch wat nader bij." Onbewust bewoog hij zijnen voet en trad in de schaduw van het huis tot aan haar venstér. Zij droeg een wit gewaad zonder mouwen, en hare armen kwamen niet minder helder dan haar kleed tegen de duisternis uit. Het hazewind je begon weder te keffen. Zij bracht het tot bedaren en CHR. GEREF. KERK. Beroepen, te Delft; P. de Smit, te Boskoop. BEVESTIGING, INTREDE EN AFSCHEID. Ds. J. G. Harthoorn hoopt op 14 Augustus afscheid te nemen van de Ned. Herv. Kerk te Scherpenzeel om. 21 Augustus d.a.v. intrede jte doen te Etten. Bevestiger is Ds. P. C. IJsseling, te Loenen aan de Vecht. TOEGELATEN TOT DE BEDIENING DES WOORDS. De classis Dokkum der Geref. Ker ken heeft toegelaten tot de evangelie bediening don heer D. Zwart, canai- daat te Öosternijkerk. BEROEPINGSWERK. Bij de Rem. Geref. Gemeente te Hoogeveen, thans wat den dienst des Woords betreft gecombineerd met die van Meppel, worden ernstige pogingen in het werk gesteld, te komen tot be roeping van een eigen predikant. EMERITAAT. Het prov. kerkbest. van Zuid-Hol land heeft aan Ds. A. Tap, pred. der Ned. Herv. Gem. te Schiedam, na meer dan 43 dienstjaren eervol emeritaat verleend, en aan Ds. W. A. Bronsveld, pred. der Ned. Herv. Gem. te Brand wijk c.a., na meer dan 41 dienstjaren GEEN CANDIDATEN. Voor het toelatingsexamen aan de R. H. B. S. te Almelo heeft zich in te genstelling met alle voorgaande jaren, geen enkele candidaat aangemeld. W. VERMOLEN. De heer W. Vermolen, leeraar aan de Christelijke Kweekschool te Solo, is met zijn gezin met verlof in Holland aangekomen. Zijn voorloopig adres is Stuyvesantstraat 38, 's-Gravenbage. HOLLANDSCH-JAVAANSCHE SCHOOL TE WATES. Men verzoekt ons mede te willen deelen, dat hier te lande met verlof vertoeft de heer P. Offringa, hoofd der Hollandsch-Javaansche School met den Bijbel te Wates (residentie Djokja) Do heer Offringa is eventueel gaar ne bereid over het zendingswerk me dedelingen te doen in zendingsbijeen komsten e.d. D.V. hoopt hij tot Jan. in ons land te verblijven. Zijn adres is te Ermelo. LEGAAT. Wijlen jonk vrouwe C. A. M. Fabri- cius van Heukelum heeft aan de .Ned. Herv. Kerk te Heukelum een legaat geschonken, groot 10.000, vrij van successierechten, voor reparatie en onderhoud van het kerkgebouw. DE UNIE-COLLECTE. Het bestuur van de Unie „Een school met den Bijbel" komt met het ver zoek de 49ste Unie collecte bij voor keur te houden in de week van 3 Aug. aanstaande. Exemplaren van het Unfeblaadje no. 61 zijn voor het bezorgen aan de huizen te verkrijgen bij den secreta ris Mr. J. Terpstra, Sweelinckstraat 39, Den Haag, door wie ook exempla ren van ëen brochure van den heer J. Strikwerda voor 1 Sept. (postrek. Den Haag 5166 of door girobiljet) toe gezonden worden. De ontkerstening van Europa maakt, steeds meer voortgang, maar er zijn ook moedgevende teekenen. Is het niet kostelijk, dat thans in zoovele landen de behoefte aan het Christelijk onderwijs, aan scholen met in ons klein Holland, hebben reeds een schoolstrijd achter den rug. Maar is het nu niet merkwaardig om te hoo- ren, hoe ook in tal van andere landen hier nog zwak, daar reeds krachtiger len met den Bijbel opklinkt? de roep der Christen-ouders om scho- Zong onze Da Costa: „Bouwt scholen, in wier schoot het Evangeliezout Uit on- en bijgeloof een dier'bre jeugd behoudt" die klanken verneemt gij thans ook in Duitschland, in 't Vlaanderenland, vroeg vervolgens aan Hermas hoe het zijn vader ging, en of hij ook wijn noodig had. Hij antwoordde dat zij goed was, engelachtig goed; dat de kranke we der geheel bijkwam, en dat zij hem veel te veel van hare goede gaven had geschonken. Wat beiden verder spra ken, mocht ieder hooren; toch fluister den zij, alsof het over verbodene din gen handelde. „Wacht even", verdocht Sirona, en verdween in d.e kamer. Een oogenblik later verscheen zij weder en zeide op zachten, 'treurigen toon Ik wilde u uitnoodigen binnen te komen, maar Phoebicius heeft do deur gesloten. Ik bon geheel alleen. Houd de flesch om hoog, opdat ik haar door het venster uit de kruik vuile'. Bij deze woorden bukte zij naar de groote wijnkan. Zij was sterk, maar de kruik scheen haar heden veel moei lijker op te tillen dan op andere dagen, en zuchtend zeide zij: „De amphora is mij te zwaar". Hij hief de hand naar het venster op; wederom raakten hare vingers de zijne aan, en weder had hij hetzelfde zalig gevoel, waaraan hij dag en nacht had gedacht, ^edert hij het voor de eerste maal had ondervonden. Op dit oogenblik kwam er beweging in het tegenoverliggende huis. De sla ven stonden van den maaltijd op. Si rona wist wat er plaats had. Zij schrikte en riep, terwijl zij angstig naar de deur van den senator wees: in Frankrijk, en Zwitserland, in Oos tenrijk en Hongarije, in Noord Ame rika en Zuid Afrika. Overal wordt het Christenvolk wak ker en gaan de oogen open voor het cntzettend gevaar, dat van de gods- dienstlooze openbare school voor het dierbaar kroost dreigt. Het is ook in dit opzicht een merk waardige tijd, waarin wij leven. In dezen over heel de wereld ont- wakenden strijd om de gewetensvrij heid in de opvoeding staat ons klein Holland aan de spits. In al die landen ziet men naar Holland, vraagt men naar de inrichting en verzorging van het Christelijk onderwijs in Neder land. BINNENLAND. DE EERSTE PASSAGIERSVLUCHT AMSTERDAM—BATAVIA EN TERUG Naar het Haagsche Aneta-kantoor vernam, is bij de K.L.M. bericht ont vangen, d.d. 21 Juli dat het Fokker vliegtuig dien dag om 6.4 uur v.m. uit Aleppo vertrokken is en om 13.45 uur te Constantinopel aankwam. Getracht zou worden gisteren door te vliegen naar Neurenberg, dat 650 KM. verder ligt dan Boedapest. Sofia gepasseerd. Naar het Haagsche Aneta-kantoor verneemt, is bij de K.L.M. bericht ont vangen van den consul te Sofia, dat het Fokkervliegtuig daar Vrijdag om 10 uur 45 is gepasseerd. Te Boedapest geland en weer vertrokken. Naar het 'Haagsche Aneta-kantoor verneemt, is bij de K.L.M. bericht onU vangen, dat het Fokker-toestel uit Ba tavia Vrijdagmiddag halfdrie te Boe dapest is aangekomen, waar het ben zine en olie heeft opgenomen, om ver- i volgens tien minuten voor vier van daar te vertrekken naar Neurenberg., Te Neurenberg aangekomen. De directie van de K.L.M. deelt me de, dat het Fokker-vliegtuig, na een vlucht van 13 Va uur, de rustpooze te Boedapest niet medegerekend, te Neu renberg is aangekomen. Dit is de langste reis op de heenreis en den terugtocht gemaakt. - Wolff meldt nog uit Neurenberg, dat het Nederlandsche Fokkervliegtuig, met de piloten Geysendorffer en Schol- te en den Amerikaanschen millionnair van Lear Black aan boord tegen half- negen op het Fuerther-vliegterrein is geland. Het vliegtuig was om zeven uur in den morgen uit Constantinopel ver trokken. Er deden zich tijdens de vlucht geen bijzondere gebeurtenissen voor. Hedenmorgen tegen 11 uur gaat het weer verder. De ontvangst te Schiphol. De directie telefoneerde met Geysen dorffer en sprak af dat het vliegtuig heden (Zaterdag) precies 4 uur boven Schiphol zal komen. De route over Ne derland gaat via Nijmegen, Soester- berg en Loenen naar Schiphol. Vlieg tuigen zullen het Fokker-vliegtuig te gemoet vliegen en begeleiden naar Schiphol, waarbij'■een K.L.M.-vliegtuig met radio het wachtende Schiphol op de hoogte houdt. Naar de directie meedeelt, wordt op Schiphol aan alle opvarenden van het K.L.M.-vliegtuig een grootsche ont vangst voorbereid. Op het vliegveld zal geëxposeerd worden een door de Kon. Delftsche Aardewerkindustrie „De Porceleine Flesch" ontworpen tegel, groot 44 cM. lang 12H cM. breed, voorstellend een Fokker-verkeersvliegtuig in de lucht, uitgevoerd in blauw en geel, zwevend voor een witte wolk, in het midden van den tegel omringd door eenige andere kleinere vliegtuigen en op den voorgrond een Nederlandsch land schap aan zee; op den achtergrond water, waarop eenige stoomschepen. lExposante is de fa. N. F. van Gelder Co., v.h. Maintz Co., Amsterdam. DE WETHOUDERSVERKIEZING TE HAARLEM. Men meldt uit Haarlem: Naar wij vernemen, zijri de leden van de R.K., AJR., C.H., en Vrijz.-Dem. „Bij allo goden, zij komen, en wan neer zij u hier opmerken, ben ik ver loren". Hermas overzag, terwijl hij scherp luisterde naar hetgeen er in het an dere huis gebeurde, met een snellen blik den hof. Zoodra hij begreep, dat het onmogelijk zou zijn de meer en meer naderende slaven van Petrus te ontloopen, riep liij Sirona gebiedend toe: „Ga achteruit 1" en sprong door het venster in het vertrek van den Galliër. Op hetzelfde oogenblik ging de deur van den senator open en liepen de sla ven den hof in, Mirjam de eerste van allen. Vol verwachting overzag zij de groote ruimte, om met hare oogen te zoeken. Zij zag zich teleurgesteld; hij was er niet. Toch had zij hem hooren binnenkomen, en de deur had zich niet andermaal geopend; dat wist zij stellig en zeker. Eenige slaven begaven zich naai den stal, andere gingen de poort door de straat op, om van de avondkoelte te genieten. Zij zetten zich in groepen op den grond, keken naar de sterren, babbelden en zongen. De herderin bleef alleen in den hof achter, en doorsnuffelde dien in alle hoeken, als zocht zij een verloren kleinood. Zij keek zelfs achter de mo- lensteenen en de donkere schuur, waarin de werktuigen der steenhou wers bewaard werden. Eindelijk bleef zij staan en balde de kleine vuisten. In weinige vlugge sprongen stond zij raadsfractie van gevoelen dat er geen vijfde wethouderszetel moet worden geschapen en dat de heeren. Heerkens Thijssen (R.K.), mr. A. Bruch (A.R.), mr. M. Slingenberg (V.D.) en M. A. Rei- nalda (S.D.A.P.) als wethouder dienen herkozen te worden. Waar genoemde raadsfracties 20 stemmen, dus één meer dan de helft, uitbrengen in den raad, ligt het voor de hand, dat het oude college van B. en W. in Septem ber zal worden herkozen. Intusschen heeft zich hieromtrent de R.K. raads fractie alleen nog maar formeel uitge sproken. De anderen moeten nog ver gaderen. DE MOEILIJKHEDEN VAN PETTEN. De Bank van Nederlandsche Gemeen ten heeft aan de gemeente Petten een leening van 14.000 toegezegd tegen een rente van 5 pCt. en een koers k pari. De voorwaarden, welke door de- Bank zijn gesteld, zijn door den ge meenteraad aanvaard, meldt de Maas bode, zoodat onderscheidene nog te betalen posten van vroegere dienstja ren eerlang kunnen worden vereffend. AUDIëNTIE COMM. DER KONINGIN. De commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland is verhinderd a.s. Woensdag 27 Juli audiëntie te ver leen en. GEHUWD ZONDER TOESTEMMING. Een binnenkort te verwachten leger order bevat een ministerieele beschik^ king, waarbij bepaald wordt, dat ge wezen marechaussées, die destijds we gens huwen zonder toestemming van het wapen zijn verwijderd om bij het korps van herkomst de marechaussée verbintenis uit te dienen, indien zij daartoe door een schriftelijk verzoek aan den korpscommandant de wenscli te kennen geven, van hun verbintenis kunnen worden otnslagen, indien hier tegen overigens geen bedenkingen be staan. GED. STATEN VAN Z.-HOLLAND. In de openbare vergadering van Ged. Staten van Zuid-Holland op Maandag 25 Juli a.s. zal in behandeling komen het .beroep vap G. Voorburg te Zeven hoven tegen het besluit van.de ver- eenigde vergadering van het Hoog heemraadschap van Rijnland van 1 Juni 1927 tot niet-toelating van hem als hoofdingelajid-plaatsvervanger van Rijnland. Rapporteur is de heer J. H. A. Schaper. Voorts het beroep van M. Frankhuy- zen en 7 anderen te Hoogmade, tegen het besluit van den Raad der gemeen te Woubrugge d.d. 17 Februari 1927 tot opheffing van de openbare lagere school no. 2 te Hoogmade. Rapporteur is de heer Th, Heukels. Ged. Staten van Zuid-Holland heb ben ongegrond verklaard het beroep van A. J. van Wezemael te Gorinchem tegen het besluit van den Raad dier gemeente tot niet-toelating als lid van dien Raad en dat aan W. de Ruijter te Boskoop tegen niet-toelating van hem als lid van den Raad van laatst genoemde gemeente. MINISTER LAMBOOT. Minister Lambooy zal Donderdag 28 dezer een verloftijd in het buitenland gaan doorbrengen. ORDEVERSTORENDE STATEN LEDEN. Blijkens de Memorie van Beant woording van het verslag der commis sie van rapporteurs, omtrent het afdee- lingsonderzoek van de provinciale begrooting van Zuid-Holland voor '28, achtten Ged. Staten in antwoord op een desbetreffende vraag het oogen blik niet gekomen om, ten einde tegen leden, die ernstig de orde in de verga dering verstoren, krachtiger te kun nen optreden, een voorstel tot wijzi ging van het reglement van orde voor de vergaderingen der Provinciale Sta ten aanhangig te maken. In de om standigheid^ dat gemeld reglement aan den voorzitter geen andere be voegdheid tot handhaving der orde geeft, dan de vergadering voor een, door hem te bepalen tijd te schorsen, moge aldus Ged. Staten een prikkel gelegen zijn voor de leden om 'ordeverstoringen te vermijden. in den schaduw van het liuis, waarin de Galliërs woonden. Tegenover Siro- na's venster lag de door Hermas ge schoten steenbok. Zij betastte het dier haastig met de fijne naakte teenen, maar weldra trok zij den voet met een lichte huivering terug, want zij had de versche nog bloederige wond van lïet dier aangeraakt. Zij zeide tot zicli- zelve, dat hij het dier geschoten en hier neergeworpen moest hebben, en dat hij nog niet ver van hier kon zijn. Thans wist zij waar hij toefde. Zij beprgefde te lachen, omdat de smart die zij ondervond, haar te brandend lieet scheen om die door tranen te kunnen blusschen. Met dit al verloot zij toch hare tegenwoórdigheid van geest niet geheel en al. „Zij zijn in het donker', dacht zij, ,en zullen mij zien wanneer ik onder het venster ga staan om te luisteren. Toch moet ik weten wat zij te samen doen." Fluks keerde zij de woning van den Galliër den rug toe, trad in den hel deren maneschijn, bleef daar een oogenblik staan, en ging vervolgens het slavenverblijf binnen. Weinige oogenblikken later sloop zij achter de molensteenen, en kroop van daar zon der geritsel als een slang over den grond langs de in den donkeren scha duw liggende fundamenten van het huis van den centurio, om onder het venster van Sirona te blijven liggen. Haar hart klopte zoo luide, dat het hare scherpe ooren moeilijk viel te luisteren. (Wordt vervolgd) SCHRIFTEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5