NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 15 JUNI 1927
TWEEDE BLAD.
Vrouwenkiesrecht.
Een van de bezwaren, clie de Staatk.
Gereformeerden hebben tegen de Anti
revolutionaire partij, zoo schrijft D e
Z e enw, is de houding door die partij
aangenomen ten opzichte van het vrou
wenkiesrecht.
De A.-R. partij moet van het vrou
wenkiesrecht niets, hebben, maar nu
het er eenmaal is, meent'zij, dat de
vrouwen van het haar gegeven recht
in 's lands belang gebruik moeten
maken.
De Staatk. Gereformeerden denken
daarover anders. Zij beschouwen het.
vrouwenkiesrecht als in strijd met
Gods Woord en maken er de A.-R. par
tij een verwijt van, dat zij op dat stuk
haar beginselen niet handhaaft.
Zoo was het althans tot voor kort.
Er begint echter een kentering te
komen.
Op de jongste vergadering van de
S.G.P. is gebleken, dat. theorie en prac-
Stjk elkaar niet meer dekken.
Was ep tot nu toe een oogluikend
toelaten van het stemmen door de
vrouwen, thans is er een openlijke uit
spraak van den partij-leider, waarmee
door de vroeger met zooveel vuur be
leden beginselen een streep wordt ge
haald.
Toen toch de afgevaardigde van
Krabbenclijke, om maatregelen vroeg
tegen candidaten, die de vrouwen
trachtten over te halen om te gaan
stemmen, was het. niemand minder
dan Ds. Kersten, die zich met kracht
verzette. Deze zaak, zoo betoogde hij,
toehoorde op de algomeene vergadering
niet thuis, maar op de plaatselijke kies
vereeniging. De partij als zoodanig
had zich daarover niet uit te spreken.
Daaruit volgt dus, dat we hier naar
het oordeel van Ds. Kersten niet met
een principieele kwestie te doen heb
ben, maar met een kwestie van prac-
tijk.
Was het anders, daa zou het ant
woord geluid hebben, nat Gods Woord
het vrouwenkiesrecht veroordeelt, en
dat dus, wie de vrouwen opwekt om
te gaan stemmen, zich stelt tegenover
het Woord van God. Dan zou tegen der
gelijke candidaten even onverzoenlijk
moeten zijn opgetreden, als tegen de
A.-R. partij, die nu dag in dag uit, van
ontrouw aan hare beginselen wordt be
schuldigd.
Maar dat. gebeurde niet. Ds. Kersten
achtte deze zaak van ondergeschikte
beteekenis en niet van genoegzaam be
lang om daardoor verwarring in de
partij te brengen.
Natuurlijk mogen we verwachten,
dat nu ook de aanvallen op de A.-R.
partij althans wat dit punt betreft, zul
len ophouden, of dat men zich ook van
Ds. K. zal kjsmaken.
Een tusschenweg is hier niet. Als Ds.
IC. gesproken heeft, namens de S.G.P.
en overeenkomstig de door haar bele
den beginselen, dan heeft men niet
het recht de A.-R. partij in staat van
beschuldiging te stellen.
En doet men dit toch, dan veroor
deelt men daarmee tevens de leiding
van de S.G.P.
Wij vertrouwen, dat onze Staatk.
Gerei', vrienden met wi we in vele op
zichten overeenstemmen, als zij eens
ernstig over deze dingen nadenken, de
juistheid van dit betoog zullen toe
stemmen.
Typeering van den tijdgeest.
Onze A.-R. Nieuwe Meerbode
drie Start:
Soms zijn er geschikte thermome
ters .voorhanden om te beoordeel en de
geestesgesteldheid van het publiek.
Eén daarvan* is het laatstgehouden
onderzoek in Engeland over de verlan
gens dei' luistervinken bij de radio.
Aan al die luisteraars was een vraag
gezonden over de voorkeur, welke zij
hadden voor een bepaalde uitzending.
1.250.000 antwoorden kwamen bin
nen. Hiervan spraken zich uit voor va
riéténummers en concert 238.000; lich
te orkest-muziek 179.000; dansmuziek
'134.000; militaire concerten 165.000;
sport-voordracht en 115.000; symphonie
concerten 79.000; wetenschappelijke
en andere voordrachten 31.000. -
Zóó was de v - nouding in Engeland.
FEUILLETON.
DORPSTOONEELEN.
60) o
„Hoe is 'c er mee Adam?" Vroeg na
een wijle op bedroefden toon zijn
vrouw.
Thomhof neeg het hoofd een weinig
ter zijde. In zijn oogen schitterde een
heldere glans.
„Margaretha, kom eens -hier," zeide
hij met volklinkende stem. Margare
tha boog zich over haar vader neder.
Fluisterend sprak hij tot haar: „Ga
eens gauw uw peetoom halen. Zeg
hem, zich te haasten, ik heb hem nog
iets te zeggen."
Margaretha trof den burgemeester
niet thuis. Hij was naar den onder
wijzer gegaan, zeide zijn vrouw; zij-
wilde Margaretha nog ondervragen
omtrent den toestand van haai* vader,
deze gaf echter slechts een zeer haas
tig bescheid en ijlde naar de school.
Volker stcmd met den burgemeester
in het portaal. Binnen raasden de kin
deren. De beide mannen sloegen daar
op echter geen acht; ernstig en somber
waren hunne gezichten. Zij spraken
over de ramp van dien nacht en over
hem, die ze zoo roekeloos had veroor
zaakt.
„Het gerecht zal om negen uur ko
men," zeide de burgemeester. „Ik laat
u dan dadelijk roepen, mijnheer de on
derwijzer. Wie was er nog meer met
Zou het in Nederland gunstiger zijn?
Tc vreezen is dat de verlangens van
het Nederlandsclie volk in dezelfde
richting' gaan.
Voorts rijst de vraag of het nut der
radio wel heel groot zal zijn, indien de
ui tending vroeg of laat in overeen
stemming komt met de wenschen van
de groote menigte luisteraars.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Oudenhoorn, E.Ree
ser te Hoogland. Te Kimswerd, J. A.
Swart te Dokkum. Te Eelde, E. A. A.
Snijdelaar teMantgum (Fr./. Te Goutum.
H. Stolk te Brielsnieuwland. Te Hauler
wijk (Fr.), (toez.), de heer E. Douwes.
Cand. te Groningen.
A a n ge no rn e nNaar Belum, J
Groenewold te Godlinze.
Bedankt: Voor Oosterwijk (bij Leer
dam), D. van Lutterveld. em. Pred. te
Zeist. Voor Sluipwijk, J. Ronge te Hoog
Blokland. Voor Randwijk, J. D. van Hof
te Wilnis. Voor Hansweiert, Ardbloev&o,
Cand. te Utrecht.
GEREF. KERKEN.
B e r oei p e nTe Dien Ham. J. H. Meu
lernan ta Hoogersmilde: Te Kruiningen.
IJlst, Noord-Scharwoude, Fijnaart en
Aalsmeer, L. v. d. Zanden, Cand. te
Putten (Gld.). Ta Andel, Giessen en Rijs
wijk (N.Br.), B. P. Kalkman te Krimpen
a. d. Lek.
Bedankt: Voor Alrnkork ön Schoon
rewoard, J. W. van Tol te Scharendijke.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Werkendam, D.
Driessen te 's Gravenzande.
BEVESTIGING, INTREDE EN
AFSCHEID.
Voor een overvolle kerk nam Zondag
avond Ds. G. van Duinen, die binnen
kort ►Ms le^erpredikant naar N. O. I.
vertrekken zal, afscheid van de Geref.
Kerk van Schiedam. Spr. had tot tekst
gekozen Hand. 8 ^9.
Spr. richtte het woord tot de classis,
welker voor hem heuglijke beslissing, nl.
hem te handhaven als -dienaar der Geref.
Kerken in en buiten Nederland, spr. nog
memoreerde. Met waardeering gewaagde
spr. van de aangename samenwerking
mee den kerkeraad, om hierna het woord
te richten tot zijn achterblijvenden col
lega, Ds. Jonkers. Spr. eindigde met een
woord van afscheid aan de gemeente
in het bijzonder aan de jeugd, welker
belangen hem steeds na aan het hart
hebben gelegen.
Ds. Jonkers richtte hierna nog het
woord tot den scheidenden Predikant
en verzocht de gemeente haar Predikant
toe te zingen Ps. 121 4. Hierna sprak
namens d classis Schiedam, ouderling
De Heer van Vla-afdingen.
Na beëindiging van den dienst zong de
gemeente nog Ps. 134 3 toe.
BEZWAARDEN IN FRIESLAND.
De „Leeuw. Crt.", meldt, dat -aldaar
Zaterdag een vergadering is gehouden
van leden van verschillende Geref. Ker
ken uit de provincie, bezwaard inzake
de uitspraken der Synode te Assen.
Ds. S. P. Vermeier van Nijemirdum,
sprak over de beteekenis van het- ker
kelijk conflict.
Ds. Vermaat sprak eveneens de ver
gadering toe.
Besproken werden de gebeurtenissen
der laatste maanden erf de aangenomen
besluiten v. d. Bond van Jongelingaver-
eenigingen op Geref. Grondslag op den
Bondsdag te Leeuwarden gehouden.
Verder werdén e enige huishoudelijke
zaken behandeld.
EVANGELISCHE ALÏANÏIE.
De Ned. afdeeling van de Evangeli
sche Alliantie houdt haar Jaarvergade
ring D.V. Maandag 20, Dinsdag 21 en
Woensdag 22 Juni a.s. te Zeist in de
Kerk der Boredergemsente.
Als sprekers treden op: Ds. Th. Mul
ler van" Zeist; Prof. Dr. A. Westphal,
van Parijs; Ds. P. J. de Jong van Am
sterdam; Ds. J. C. Helders van Biltho-
ven; Ds. Th. B. W. G. Gramberg van
Zwolle en Ds. S. F. H. J. Berkelbach
v. d. Sprenkel van Rotterdam.
EEN GIFT VAN 1200.
Ds. A. G. H. van Hoogenhuyze te
Amsterdam, heeft onder letters IJ. Z.
(gecollecteerd in de Noorderkerk) een
gift ontvangen van twaalf honderd gul
u in het huis?"
Volker noemde de namen der man
nen op.
„Dan zal ik terstond de politie naar
hen zenden," antwoordde Esser en
draaide zich om, om heen te gaan.
Daar ging de deur open en Marga
retha verscheen op den drempel.
„Margaretha," riep Volker.
Bij die woorden lag zij aan zijn borst
en zuchtte en weende in hartbrekende
smart.
Ook Esser kwamen de tranen in de
oogen.
Volker hield het meisje in zijn ar
men en liet het uitschreien; slechts
van tijd tot tijd richtte hij tot haar
een liefdevol woord. Langzamerhand
was Margaretha in zooverre gekal
meerd, dat zij de opdracht van haar
vader aan Esser kon mededeelen.
XXXVI.
Adam Thomhof liet, toen Esser bin
nentrad, al zijn huisgenooten de ka
mer verlaten. Zij moesten intusschen
naar Gunthersberg om den dominee te
waarschuwen. Hij verlangde een laat
ste troostwoord.
Nu was Esser met hem alleen. De
gekwetste lag daar met gesloten oogen
slechts een oogenblik opende hij ze,
hij scheen te willen spreken, maar kon
geen woord over de lippen brengen.
Men zag hem den verschrikkelijke#,
innerlijken strijd aan. Zijn trots ver
zette zich tegen de bekentenis, welke
hij wilde afleggen.
den, voor de drie te bouwen Herv. ker
ken en voor de classic-ale zending elk
f300,—.
EEN LUTH. PATRIARCHAAT TE
JERUZALEM.
Volgens de .Zweeds'che bladen 'denkt;
men in Duit$chland en Engeland over
het oprichten van een Luthersdi patri
archaat te Jeruzalem. Als toekomstig pa
triarch wordt aartsbisschop Söderblom
van Upsala genoemd. Daarmede zou de
Evangelische Kerk naast de Orthodoxe
Armeensche en R. IL patriarchen te
Jeruzalem ook haar eigen opperhoofd
verkrijgen. Jeruzalem is ook vroeger de
zetel van een Evangelischen bisschop
geweest. Friedrich Wilhelm IV van Prui
sen had in 1846 den Evang. missiona
ris Gobat tot de waardigheid van bis
schop van Jeruzalem verheven. Tot aan
zijn dood in 1879 heeft Gobat onder groo
te moeilijkheden zijn ambt waargeno
men. Een opvolger werd niet aangesteld
Het bericht zal wel1 met zekere re
serve oQtva-ngen moeten worden.
LOOPERS.
In Amerikaansche kringen spreekt
men van „chürch tramps".
Dr. Simons, van New York, aldus le
zen we in de Am. „Wachter", wees on-
langs op menschen, die den eenen
Zondag hier, en den anderen Zon
dag- daar kerken, maar zeiden dat ze
twee Zondagen achter elkaar naar de
zelfde kerk gaan, en toch nooits iets
vergaderen. Dat ze steeds komen met
het doel wat te halen en nooit om wat
te brengen, en het slot is dat. ze voor
zichzelven niets blijvends verzamelen.
Een kwaad, dat ook in onze.kringen
niet geheel vreemd is. Van loyaliteit
tot zijn eigen Kerk is in dit opzicht
heelemaal geen sprake. En ook al blijft
men in Kerken van eigen gezindte,
men zal toch niet nu eens hier en dan
weer eens daar gaan. Elke Gemeente is
een gezin. En wat zou men denken
van een vader, die, in plaats van thuis,
met. zijn gezin, gedurig zonder nood
zaak weer elders ging eten. Of zelfs
van kinderen. Dat mag voor 'een keer
geschieden, maar heeft dat gedurig
plaats of is het reeds een halve ge
woonte geworden, dan getuigt dat niet
van goede zede, allerminst van goede
Gereformeerde zede.
God is een God van orde. En daar
mag men hopen en verwaci m den
meesten zegen te zullen ontvangen,
waar de Heere onze plaats ter woning
ook ons Kerkelijk tehuis, heeft be
paald.'
VERGELIJKENDE CIJFERS.
De Geref. Kerkbode van Schevenin-
gen geeft de volgende, naar de laatste
gegevens bijgewerkte vergelijkende cij
fers ten aanzien van het zielental dat
een predikant in onderscheiden groo-
tere Geref. Kerken aan zijn zorgen ziet
toeV-ertrouwd
Geref. Kerk Zielental Aantal iZelental
van
pred.
per
plaatsen pr.pl.
Groningen
9884
5
1977
Leeuwarden
4000
3
1333
Assen
2504
2
1252
Zwolle
4469
3
1467
Kampen
5536
3
1384
Arnhem
2733
9
1366
Apeldoorn
3600
3
1200
Utrecht
7942
4
1485
Amsterdam
20000
10
2000
Leiden
4184
3
1394
Den Haag-O.
6854
4
1713
Den Haag-W.
6544
4
1636
Rotterdam
12500
7
1832
Middelburg
2870
3
956
Kralingen
4180
3
1393
Charlois
2900
2
1450
Amersfoort
2200
2
1100
Soest
1124
0
562
Amsterdaan-W
2190
2
1095
Hilversum
3000
3
1000
Zeist
2812
2
906
Delf shaven
7358
4
1840
Scheveningcn
7300
3
2433
Maassluis
4100
3
1366
Vlaardingen
3981
3
1297
De toestand is derhalve in Scheve-
ningen en Amsterdam het ongunstigst
en in Soest het gunstigst.
BINNENLAND.
NEDERLANDSCHE ROODE KRUIS.
Het hoofdbestuur van het Nederland
sche Roode Kruis zal op Vrijdag a.s.
Dat was het hardste oogenblik van
zijn leven.
Vol medelijden vroeg Esser: „Wat
wilt gij mij dan zeggen, Adam?" Met
heesche stem fluisterde Thomhof:
„Geef mij even mijn jas aan, neef, daar
ligt hij op den stoel. Zoo in den
rechter zak zit een sleutel sluit
daarmee even den muurkast open. Zoo
boven op het kerkboek ligt een brief
lees dien eens."
De burgemeester deed, wat hem ge
vraagd werd.
Terwijl hij las, nam zijn gezicht een
steeds ernstiger uitdrukking aan.
„Maar Adam, wie had dat nu toch
kunnen denken!"
„Ja, ja. neef, ik heb mijn huisge
nooten in het ongeluk gestort door
mijn domheid en hoogmoed. Ach, ver
geef mij, neef; ach, help mij, zoo 't nog
eenigszins mogelijk is."
Essèr had een hard woord op de lip
pen, doch het medelijden zegevierde
over zijn verontwaardiging. Hij troost
te den stervende en beloofde te zullen
helpen zooveel hij slechts kon.
Thomhof wilde hem niet goed geloo-
ven. „De onderwijzer zal er op tegen
zijn," klaagde hij.
„Neem me niet kwalijk, Adam, gij
waart een dwaas en gij zijt nog een
dwaas. Een paar minuten geleden
hield de onderwijzer Margaretha nog
in zijn armen en troostte hij het arme
meisje. Adam, waarom gaf gij uw toe
stemming niet tot bet huwelijk, alles
7.0U nu geheel ander9 geweest zijn 1"
des namiddags te 4 uur te zijnen bu-
reele, Princessegracht 27 te 's-Graven-
hage belangstellenden in de gelegen
heid-stellen hetzelve met het 60-jarig
bestaan der Vereeniging „Het Neder
lands che Roode Kruis" geluk te wen
schen.
MARIE SLOOT, f
(Melaii van Java),
Op 73-jarigen leeftijd is te Noord-
wijk aan Zee, waar ze voor haar ge
zondheid vertoefde, de schrijfster Ma
rie Sloot overleden, meer bekend on
der haar pseudoniem Melati van Java
Haar verhalen behooren tot die soort
van vlotte, onderhoudende amuse
mentslectuur, die door een vorig ge
slacht gretig werd gelezen. Haar beste
werk ontstond in den tijd toen dr. Jan
ten Brink, redacteur van „Elsevier's
Maandschrift" was, zooals de ro
man „Rosa Marina", die met pittige
illustraties van Kalmerer in zijn blad
verscheen. Ten Brink was een groot be
wonderaar van de jonge schrijfster;
haar jeugdwerk „De jonkvrouwe van
Groenerade", kwam in 1874 uit met
een inleiding van zijn hand, da eer
ste van 'n reeks boeken, door H. M.
Roelants uitgegeven en tusschen 1885
en 1902 door hem herdrukt en verza
meld in de populaire serie „Romanti
sche Werken".
De lijst van Marie Sloot's romans en
novellen is buitengewoon teug; ze
schreef van haar 17de jaar af onder
verschillende schuilnamen, haar ka
tholieke boeken meest onder dien van
„Mathilde" en heeft dat volgehou
den tot kort voor haar dood.
Een begaafde en werkzame vrouw is
met Marie Sloot heengegaan.
DE INDISCHE MILITAIREN.
Omtrent de ontvangst door de Ko
ningin van het detachement inheem-
sche Indische militairen op het Huis
ten Bosch, meldt het Corresp. Bureau
dat even vóór drie uur de auto's niet
de Koninklijke Familie het Voorplein
van het Paleis opreden.
Het detachement stond toen opge
steld aan de oostelijke zijde van het
plein, in twee gelederen, voor inspec
tie gereed. Op den rechtervleugel ston
den luit.-kolonel Camman, comman
dant van de Koloniale Reserve, met
zijn adjudant. Voor het front stond de
le luit. Jordans, de detachementsgelei
der. De hoornblazer blies den eere-
marsch (een muziekkorps was niet
aanwezig), luit. Jorüans presenteerde
den klewang en de manschappen, in
marschtenue, allen geridderd met eere
kruisen of medailles, stonden stram in
de houding met gepresenteerd geweer.
Langzaam reed de koninklijke auto,
gevolgd door de andere hof-auto's,
langs het detachement en de vorste-
ke personen damUcn met een buiging
voor het gebrachte militaire eerbewijs.
Be inspectie.
Even later begaven de Koningin,
prinses Juliana en de Prins zich te
voet naar het detachement en ging de
Koningin, nadat zij en ook de Prins en
Prinses zich even hadden onderhou
den met den commandant van de Kolo
niale Reserve, tot de inspectie ovr,
door, vergezeld van luit. Jordans,
langs het voorste en het achterste ge
lid te schrijden.
Toen de inspectie was afgeloopen,
plaatste de jningin zich op een der
onderste tiv „n van cle groote bordes
trap; achter haar namen Prinses en
Prins plaats, benevens de miïtaire le
den van bet gevolg.
Het défilé.
Hierop formeerde het detachemnt
gelederen van vier en werd. na eerst
een breeden boog over het Voorplein
beschreven te hebben, langs de Koninlt
lijke Familie gemarcheerd, in wier na
bijheid luit. Jordans een krachtig be
vel „hoofd rechts" deed hooren.
Nijgende dankte de Konigin de voor
bijtrekkende manschappen, die op voor
treffelijke wijze defileer ten
Nadat het défilé was afgeloopen
gaf de Koningin het verlangen te ken
nen eenigen der manschappen afzon
derlijk te begroeten.
Daartoe bleken te zijn uitverkozen:
de Mnadoneesche sergeant le kl.
Pongoh, ridder Mil. Willemsorde 3e kl.
De tweede militair die voorgesteld
werd, was de Europeescke sergeant le
kl. (Amboinees) Lohy, ridder Mil. Wil
lemsorde 4e kl. De derde die de eer ge
noot te worden voorgesteld was de
„Die Lob, die woekeraar bad mij ge
heel in zijn macht, maar de rekening
is niet in orde. Gij moet eens zoeken,
er moet nog een oude rekening zijn,
waarmede deze niet klopt."
„Zal ik den onderwijzer eens hier
zenden?" vroeg Esser na een poosje.
Een oogenblik dat Thomhof na.
Daarna schudde hij met het hoofd:
„Dat zou me te erg zijn. Maar zeg hem,
mij niets na te dragen en voor mijn
Margaretha een goed echtgenoot te
zijn, en Zijn stem ging in snik
ken over.
Zachtjes werd er aan de deur ge
klopt.
„Het gerecht is er," berichtte de
veldwachter Zwischenbach.
Esser nam afscheid van Thomhof.
„Wat het tijdelijke betreft, kunt gij
rustig sterven. Richt uw gedachten nu
op het eeuwige, Adam."
„God vergelde het u duizendmaal
met Zijn zegen en ook den onderwijzer
en ooit de leenbank," murmelde de
stervende,
De rechter met zijn secretaris en
twee politieagenten zaten in de kamer
bij den burgemeester. Deze deelde in
het kort de gronden mede, waarop de
vermoedens van brandstichting gere
zen waren. Daarna werd de waard Ho-
del ontboden. Zijn blik. dwaalde onrus
tig van den een naar den ander, schijn
baar echter gedroeg bij zich zeer ge
rust, bijna brutaal Zijn huis was hoog
verzekerd geweest, maar toch veel te
'aaf Mi leed bij den brand zeer eroote
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 15 Juni 1927.
't Doet je hart goed als je boort dat
de Christelijke liefde ook in den „Pers
strijd" niet opzij gezet wordt.
In Kuypers tijd hadden we een A.-R.
hoofdorgaan, met daarnaast de lokale
pers.
Dien tijd hebben wij gehad want er
zijn sindsdien bladen verschenen die
ook aanspraak maken op den naam
van landelijk orgaan.
Wij hebben dus meer dan één alge
meen landelijk orgaan.
Geen wonder dat dus ook op ver
schillende plaatsen die organen propa
ganda maken.
Nu hoorde ik dezer dagen, dat een
dezer organen ook bier in de omgeving
„gewerkt" had. Daarbij was dadelijk
een bezoek gebracht aan den Agent
der Nieuwe Leidsche.
Met zorg is verder voorkomen dat
door de propaganda voor dit landelijk
orgaan de Nieuwe Leidsche schade
leed. Ja zelfs bracht hij op bet eind
nog een aantal nieuwe abonne's niet
voor eigen blad maar voor het onze
aan, n.l. menschen, die zich niet de
weelde kunnen permitteeren er twee
dagbladen op 11a te houden en voor
wie dus het locale A.-R. blad het aan
gewezen orgaan is.
Zoo moet het!
Hulde aan wie het zoo deel!
OBSERVATOR.
Europeesche sergeant le kl. Hukum,
ridder Mil. Willemsorde 4e kl.; daarna
werd voorgesteld, de Javaansche ser-
geant le kl. Ngapoh en ten slotte de
Soendaneesche sergeant le kl. Tong.
Met al deze dapperen van ons In-
ciisch Leger sprak de Koningin ver
scheidene minuten, vol belangstelling
informeerende naar bijzonderheden uit
hun militair leven en omtrent de hun
verleende onderscheidingen. Telkens
als een gesprek met cle Koningin was
afgeloopen, wrd het onderhoud overge
nomen door de Prinses en vervolgens
door Prins Hendrik.
Ten slotte onderhield de Koningin
zich nog met den begeleider van het
detachement zelf, le luit. der mare-
chaussée Jordans.
Aan het eind van het gesprek drukte
de Koningin hem de hand, waarna
Prinses Juliana en de Prins zich met
luit. Jordans onderhielden, wien de
Prins ook de hand drukte.
HET SCHILDERIJ VAN HET
HOFVïJVERFEEST OP JULIANADAG
Naar wij vernemen is het schilderij,
voorstellend het Hofvijverfeest op Ju-
lianadag 30 April j.l„ geschilderd door
H. van Meegeren, aangeboden aan
Prinses Juliana en door deze in dank
aanvaard.
VLIEGSPORT.
„De Rotterdammer" wijdde een drie
star aan de vlucht over den Oceaan en
kwam tot de conclusie dat dit voorals
nog geen practisch nut kon hebben.
(Zie ons persoverzicht van gisteren).
Mr. H. W. Hovy, Ouzl-Burgem. van
Loosduinen komt daartegen op.
Opmerkelijk is wat de Redactie van
De Rotterd. aan het slot van haar ant
woord zegt.
Ten opzichte van den geachten in
zender, waarvan wij weten, dat hij
niet alleen per ingezonden stuk 't op
neemt voor de vliegerij, maar dat hij
ook practisch haar beoefent en zelfs
een noodlanding met goed succes het
hoofd heeft geboden, spreken wij een
hartgrondigen wensch uit. Nimmer
meene hij den Jan Saliegeest te moe
ten bestrijden, door als Levine stille-
kens een afspraak te maken met den
bestuurder eener machine voor een
tocht naar het verre Westen Zijn
vrienden zij waakzaamheid aanbevo
len! Laat bet blijven bij een platoni
sche betuiging!
En onze overige lezers mogen wij
verwijzen naar een brief in ditzelfde
nummer van onzen Berlijnschen cor
respondent over het geval met Cham-
berlin-Levine en de zelfpijninging,
waaraan zelfs staatslieden in zulk
tijdsgewricht zich moeten onderwer
pen.
En allen volgen wij hoopvol het
K.L.M.-vliegtuig op zijn reis naar Indië
waarbij van geen waaghalzerij kan
worden gesproken.
schade. Hij had er immers geen enkele
reden voor gehad, zijn huis in brand
te steken.
Daar schoot den burgemeester eens
klaps een gedachte binnen; „Mag ik
eens iets vragen, mijnheer de rechter?
Hodel, heeft Izaak Löb u onlangs
geen rekening gezonden?"
Een' lichte schok voer Hodel bij die
vraag door de leden: „En wat zou dat,
die kan ik toch nog betalenl"
„Hoe groot is het gevorderde be
drag?" vroeg de rechter.
„Vijfduizend honderd mark."
„Hm, dat is een kleinigheid voor u?
Wachtmeester, leid den waard in
een andere kamer en zie toe, dat hij
met niemand spreekt, vooral niet met
zijn vrouw."
Nu werden de onderwijzer en de an
dere jongemannen voorgeroepen, die
in bet brandende huis geweest waren.
Eenstemmig verklaarden zij, dat de
vlammen langs de trap qaar beneden
kwamen loopen, en dat 't overal naar
petroleum geroken had.
Toen werd vrouw Hodel binnenge
roepen. De arme vrouw bood een be-
treurenswaardigen aanblik. Haar ge
zicht was wasbleek. Nauwelijks was
zij in staat te blijven staan. Door me
delijden getroffen liet de rechter haar
een stoel aanreiken. Evenals alle aan
wezigen had hij terstond het gevoel:
„Deze vrouw is meer een offer dan een
medeplichtige der misdaad."
(Wordt vervolgd).