CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. EERSTE BLAD. Belangrijkste nieuws in ilit Bummer. 7d# JAARGANG DINSDAG 1 MAART 1927 NUMMER 205f COURANT ABONNEMENTSPRIJS BUREAU: Hooigracht 35 TeL 1278, Postgiro 58936 I.pidpn Posfhnx 20 ADVERTENTIE-PRIJS In Leiden en buiten Leiden waai agenten gevestigd zijn Pér kwartaal i 2.S0 Par week 1 0.19 Franco per post per kwartaal i 2.90 Gewone advertentlên por regel 22'/» cent Ingezonden Modedeelingen, dubbel tarieL Bij contract, belangrijke redactie. Kleine advert en tien bij voornitbe taling Tan ten hoogete 30 woorden, worden dege lijke geplaatst ad 40 cent. V Het tooneel. In het Gereformeerd Kerkblad voor Overijssel en Drenthe kwam een arti kel voor waarin de volgende beharti genswaardige woorden voorkomen: Er is indertijd met medewerking van studenten aan de Vrije Universi teit een tooneeluitvoering gegeven. Dat heeft groote ontroering ver wekt in den lande. 't Is te verstaan. Tooneelspel en Gereformeerde zede zijn nu eenmaal moeilijk met elkan der te rijmen In schouwburgen voelen wij. ons niet thuis. Wij onthouden ons .van deze dingen. "^Dat men door zulk een afwijking van de beproefde oud paden zich ont stemd heeft gevoeld, is dan ook te prijzen. Dat men te fijne voelhorens heeft om zoo iets goed te kunnen pra ten, daarvoor mogen wij dankbaar zijn. Maar geeft ons dit nu het recht om al maar steenen te blijven werpen op de Vrije Universiteit, en te verge ten, dat onze studenten tot inkeer zijn gekomen. Eenparig hebben ze immers uitge sproken, dat zij uit liefde tot het Ge reformeerde volk besloten hebben, in het vervolg deze dingen te zullen na laten. Is er niet veeleer voor ons iets uit te leeren? Bij den aanvang van het jaar ver- k eer en onze jongelieden veelal in blij de gemoedstemming. In allerlei weekbladen leest ge van te verwachten of van welgeslaagde knapen-, meisjes- en jongelingsfees ten. En bij al die feestelijke jaarverga deringen schijnt veelal als een onmis baar element te gelden: De samen spraak. Verkapt tooneelspel. Vaak minder waardig tooneel. Zou onze' consciëntie daarover nooit eens een woordje te zeggen heb ben? Is ieder, die zich bezwaard gevoelde over de tooneel-opvoering, waarvan we spraken, da'a rover wel volko men gerust? Wanneer onze jongelingen en meisjes nu eens zeiden: Uit liefde tot het Gereformeerde volk zullen wij ons voortaan van zulke .dingen onthouden. Als goede Gerefor meerden willen wij voortaan betere dingen leveren. Zou dat niet heerlijk zijn? Zou 't gebeurde aan de Vrije Universiteit dan niet de gewenschte vruchten afwerpen? Zou dan niet uit dit kwade voor om- het goede voortkomen? Heeft dit voor Leiden en omgeving ook iets te zeggen? Onverschilligheid in de poüiiek In „De Nieuwe Eeuw" gaat Mr. Krop man de oorzaken na van de onver schilligheid in de politiek, welke in den laatsten tijd valt waai* te nemen Zelf vat hij zijn betoog aldus samen: „De oorzaak der politieke onver schilligheid, welke zich vooral in de steden vertoont, is toe te schrijven aan de principieele onbelangrijkheid dei landspolitiek. Wil men die onverschil ligheid wegnemen, dan zal uien zich niet allereerst moeten richten tot de kiezers, doch tot de politiek". I)e juistheid dezer diagnose kan moeilijk betwist worden. In hét „Centrum" wordt het als volgt toegelicht: Het is nu eenmaal zoo: voor een twintig jaren ging het over .de groo te beginselen, en daarover vrijwel alleen. Le groote massa was daar voor warm te maken, al bleek dit toch in hoofdzaak alleen mogelijk om de vier jaren, bij de algemeens ver kiezingen voor de Tweede Kamer Thans gaat het veel meer over al lerlei practische, vooral economische en sociale kwesties; niet over de beginselen-zelf, maar over de prac tische toepassing ervan. En het is duidelijk en vanzelfspre kend, dat een algemeen élan daar voor moeilijk te wekken valt, -ui anderzijds, dat verschil van meening daaromtrent veel meer zal voorko men. Wil men deze onverschilligheid bestrijden, dan is het noodig aller eerst de juiste diagnose te stellen. En ziet Mr. Kropman het goed en wij meenen, dat hij' het doet dan kan de eenige remedie zijn: veel zijdjge principieele voorlichting en opwekking der kiezers. Deze zal veel meer van de Pers dan van de Kiesvereenigingen kunnen komen. Daarom is voor onze partij niets zoo funest, als dat tal van katholie ke kiezers nog steeds neutrale bla den lezen. Het groote gevaar, dat juist in de zen tijd daarin ligt, kan moeilijk overschat worden. Maar daarom moeten onze kies vereenigingen ook begrijpen, dat haar allereerste plicht is, de bestrij ding der neutrale pers, de krachtige bevordering der katholieke pers. Ook bij ons is heel veel lauwheid. Ook wij hebben te klagen over kleine belangen-kwesties. Maar vooral ook wij hebben te klagen dat onze men- schen niet begrijpen het nut en de noodzaak van een eigen pers. Dat heb ben wij met Rome gemeen. Ja zelfs konden wij menschelijkerwijze ge sproken „er zijn" als wij een pers had den die er zoo „in zat" als de Room- sclie pers. Bij ons toch is de onver schilligheid. in de politiek niet in even. redige verhouding tot de onverschilii- heid voor de pers. Gelukkig niet! Of STADSNIEUWS. HAAELEMSCHE ORKEST-VEREEN. De Zesde Symphonie, de Pastorale, vormt wel een sche.pe tegenstelling met de Vijfde. In de Vijfde een voort durende worsteling en strijd, een Sym phome vol tragische klanker. en de Zesde één en al jubel. t>.en Kan ze met Beethovens eigen woonden noemen: „Erinnerungen aus dem Landleben". Wagner is opgetogen over deze mu ziek. hij schrijft: „De buitenwereld was voor Beethoven door zijn doof heid geheel afgesloten. Des te die per wendde hij zijn blik binnenwaarts. Nu spreekt, door zijn innerlijk, het we zen der dingen tot hem en vertoont hom deze in het rustige licht der schoonheid. Nu begrijpt hij het bosch, tie beek, het veld, den blauwen hemel, de Vxoolijke menigte, het" minnend paar, den za.*g dér vogels, het voort trekken der wolken, het loeien van den storm, de verruKKing der zalige rust". uit alles wordt in de Symphonie niet piio'iiograiisch verklankt; ze is zooals JbeelhoVen zeil zegt: •,me,ir Ausd.ucK der E^pjpnndung als Mah- ierei". up voorname wijze, hoe kan t anders? ueeit riethoven zijn indrukken van de natuur in tonen gehracht. Al de elementen, welke Wagner noemt, vin den we er in te."ug, maar op de meest noLele wijze verklankt. Muziek met en glimlach. YToolijk, ongedwongen in het be- gin: ten voelde van Ueuijke melo dieën, die „het ontwaken van blijde gevotiens bij de komst op het land schetsen, beethoven bedoelt waar schijnlijk een verblijf in den zomer te iieiugenetadt. Strijko.kest, hobo's, duiten, fagotten en klarinetten geven vooral de pasiorale stemming aan in en orgelende, jubileerende klanken- weelde. Het tweede gedeelte schets ons een, „Scène am B&.ch c-en poëtisch geval letje van amoureuzen aard, begeleid door t ruischend klateren van den stroom. We zien de zonneloovers flik- .ceren over den woui'ijodem en de zil verige reflexen over t vlietende wa ter. lieflijko melodieën vljchten zich over t «windgesuis en 't stroomgekabbel: 't lijkt een lieiuésduet, een vragen en antwoorden, en eajïienstemmen in ge luk. En dan komt het „Iustiges Zusam- mensein der Landleute n leutig lied je in beurtzang, door de violen aange stemd, door hobó en fluit beantwoord, dat zich ten slotte verheft tot een uit bundige vreugde. Maar dan komt het verre donder gerommel; t nadeit; de storm zwiept de boonu n; de lucht kraakt, de regen plast. Men zou zeggen: in déze passa ge, hebben de modernen van Beetho ven niets te leeren dan zin voor smaak volle orkestratie. Deze heele bewerking is, na hon derd en twintig jaar nog geheel mo de-n. Als het onweer afgetrokken is, is alles vrede en rust. De zon werpt weer haar gouden glimlach over de aarde. En het slot is een religieuze zang vol dankbare gevoelens. Men zou over de Pastorale heel uit voerig willen zijn, maar er werd zoo veel moois gegeven en ik moet de redactie te vriend houden I Want na Beethoven kwam Mozart, diens Concerto A.-gr.-lt. voor Piano en Orkest. Een mooie orkestrale inlei ding, alles zon. Ook de Pastorale was alles zon. Maar de zon van Mozart is nog weer anders dan die van Beetho ven; ze is nog zonniger. Weldra valt de klavier-solist, Theo van der Pas in en tokkelt den vleugel met mooien aanslag en laat de fijne melodieën met. hun tintelend Coloriet door de zaal klinken. Zoo puur zijn de ze melodieën en met een klein versie ringsmotiefje weet Mozart steeds een fijne gratie te scheppen. Het ngt alles bij Mozart schijnbaar zoo voor de hand, het is zoo vanzelfsprekend, zoo vrijuit jubileeren, alsof zoo'n compo sitie aan geen vetten gebonden was. En juist daaruit blijkt, hoe sterk de innerlijke gebondenheid is, de inner lijke logica. Deze beweeglijke gratie, deze vrijheid om de ziel uit te zingen is gevolg van de strengste innerlijke zelfbepaling. Een kunstenaar is een schepper on der de menschen; maar scheppen is ,niet naar willekeur voortbrengen; scheppen is meteen ordenen, regelen; terwijl het den schijn heeft alsof alles in vrijheid uitstroomt. Het Andante in deze compositie, in gezet door den pianist is een stille, verrukte zang en elegisch cantilene in mooi wisselspel tusschen pianist en orkest, vol poëtische gedachten. En dan volgt een glanzend presto. Het orkest, dat ditmaal onder lei ding van Willem Knikker, Beethoven heel mooi gespeeld had, scheen ons in Mozarts werk wat mat. We misten soms iets van de rhythmische zeker heid. Maar Mozart is razend moeilijk- te spelen Geen nootje mag een kwart tel te laat komen of even onzuiver klinken, dan mist men onmiddellijk hot sereene, het argeloos vanzelfspre kende. De heer Van der Pas vervulde zijn taak met glans en ontving bene vens daverende toejuichingen een bos prachtige aronskelken. Na de pauze mocht de heer Van der Pas nogmaals zijn virtuoos en kunst zinnig spel doen iiooren in een „Fan tasie über Ungarische Volksmelodiën" van den klaviergtweldenaar Franz Liszt. Het glanzend toongeparel van het passagespel en de breede zang der melodieën waren buitengewoon mooi. Hoofdmotief van deze compositie, die inderdaad een merkwaardigen indruk geeft van Liszts Fantasie, is het Hon- gaarsclK? lied „Magasan", dat op het programma van „Sursum Corda" staat. Gisterenavond hoorden we het op sublieme wijze instrumentaal bewerkt. Een ware ovatie volgcte op de uitvoe ring, en de pianist had opnieuw bloe men in ontvangst te nemen. Tot slot nog een zeer mooi werk van Liszt „Les préludes, poème Sympho- nique". Een religieuze zang, die gelei del iik aanzwelt tot een machtige hym ne. Dan komt er een verzinken in mij merende droefgeestigheid. We hooren de klachten van het heimwee; een me diteerend cantilene. Strijd breekt los, die zich stringendo verheft, eèn wor stelen; weer e enverzinken in mijme rende weemoed. Lieflijke melodieën ko men vol phantasie en romantiek, tot de vreugde zich baan breekt en stijgt tot geestvervoering. Er is met toewijding gemusiceerd èn de stampvolle gehoor zaal was voor alles zeer dankbaar ge stemd. LEIBSCHE CHR. BESTURENBOND. I. Aan het uitvoerig jaarverslag over 1926 van den Leidschen Besturenbond ontleenen wij het volgende: Inleiding. Wanneer wij aan het einde van dit tijdperk een oogenblik stil staan, en in gedachten de maanden en dagen nog eens nagaan, in welke onze Chr. arbeidersbeweging te dezer plaatse heeft mogen werken onder Gods ze gen, kunnen wij met vreugde denken aan datgene, wat de arbeider weder omhoog bracht, ook geestelijk. Doch ook vervullen ons de dagen die vervlo gen met droefheid, wanneer wij her denken, hoe dit jaar ons vooral heeft bepaald bij de broosheid van het le ven en gedachtig zijn geworden aan het woord: ^Gedenkt te sterven". Óns bestuurslid J. E. v. d. Ouwee- len, die door ongesteldheid genood zaakt was, zich op de vorige jaarver gadering als bestuurslid terug te trek ken. is op 27 April na lang en bang lijden door God tot zich genomen. Een ongeval maakte voorts een einde aan het jonge leven van vriend I. Arbouw in leven bestuurslid van den Chr Me taalbewerkersbond. De besturenbond kon in het afge- ioopen jaar zijn ledental niet slechts handhaven, doch ging zelfs weder wat vooruit. Ook werd in dit jaar het 15- jarig jubileum van den besturenbond herdacht. Na deze inleiding volgt een kort overzicht van de beteekenis van den besturenbond. Organisaties Het aantal aangesloten organisaties bleef dit jaar stationnair. 16 vakorga nisaties en 2 Chr. Soc. Bonden, n.l. Pa trimonium en de Ned. Chr. Werk mansbond. Het medeleven van de besturen was in het algemeen prachtig, en de be-. sprekingen op do gehouden vergade ringen stonden op hoog peil. Het ledental. Uit de ledenstaat blijkt, dat het le dental met 14 is vooruitgegaan. Er is evenwel onder de on- en verkeerd- georganiseerdo arbeiders nog veel meer te winnen en de krachten der organisaties zullen moeten aange wend worden, op huisbezoek en pro paganda. Van de afzonderlijke organisaties gingen de ambtenaren, die in '25 zoo prachtig zijn vooruitgegaan, met 18 leden achteruit. Ook de textielarbeiders verloren 18 leden. De metaalbewerkers hebben het le dental sinds Dec,, van het vorig jaar met 13 leden kunnen opvoeren; al zijn zij in vergelijking met de cijfers van het 1ste halfjaar 1926 achteruitgegaan zij hebben het ledental van Jan. 25 kunnen handhaven. Vooruit met nieuwe kracht, dat is het parool van all© besturen. Vergaderingen. Het 'dagelijksch bestuur vergaderde twee maal, waarvan een vergadering met 't bestuur der fabrieksarbeiders. Verder werden bestuursvergaderin gen gehouden en vergaderde het be stuur met de dag. besturen der aan gesloten organisaties met een werkloo zerkas en werd ook een vergadering belegd met het bestuur van de Chr. Bouwarbeiders. Vriend H. van Cittert vertegenwoor digde den besturenbond ook dit jaar weer in de Commissie voor Sociale Zaken. Op tal van vergaderingen was voorts het bestuur van den besturenbond vertegenwoordigd. Geen gevolg werd gegeven aan de uitnoodiging van den Leidschen Be sturenbond tot het bijwonen van een vergadering op 24 Juli met de andere vakcentralen, tot bespreking van liet voorontwerp „Tarief voor de Zieken- hulsverpleging", aangezien het be stuur aan deze zaak reeds haar aan dacht had geschonken en op het stand punt staat, haar eigen weg te volgen. Nadat het bestuur gegevens uit ande re plaatsen had ontvangen inzake de betaling bij ziekenhuisverpleging en deze zaak grondig besproken was, werd besloten geen adres of wijzigin gen aan den gemeenteraad op het voorontwerp in te zenden. Het Bestuur. Het bestuur bestond aan het begin van dit jaar uit de vrienden: J. B. H. Grotenhuis, le„ voorz.; A. J. Schone- veld,,2e voorz.; J. Slegtenhorst, le se cretaris; I. Tuinliof de Moed, 2e secr.; Ph. de Leeuw, le penningm.; J. E. v. d Ouweelen, 2e penningm.; J. Wasse naar, bibliothecaris P. Ph. v. d. Broek en W. Veerman, bestuursleden. Op de jaarvergadering, gehouden 24 Febr., werden de aftredende bestuurs leden Ph. J. de Leeuw, J. Slegtenhorst en J. Wassenaar herkozen en werd in de vacature-v. d. Ouweelen gekozen H. v. Bostelen. Op de bestuursverga dering, die daar op volgde werden dc bestuursfuncties als volgt verdeel 1: P. Ph. v. d. Broek 2e penningm. on H. v Bostelen, bestuurslid, terwijl de an dere bestuursleden in hun zelfde func ties bleven. De samenwerking tusschen de be stuursleden was steeds zoo&ls het in een goede organisatie moet zijn. Propaganda. Door het bestuur is ook in dit jaar getracht door propaganda naar buiten het ledental uit te breiden en innerlijk te versterken. Op 21 Jan. sprak in een cursusvergadering de heer G. Post over'de „Engelsche Vakbeweging"; op 18 Febr. in een openbare vergadering Ds. K. Schilder over „Wat is de Sa tan". Op 15 Maart is op luisterrijke wijze het bestaan van den besturenbond herdacht in een feestvergadering in de Stadsgehoorzaal. Met de propagandisten, die in de wintermaanden 1925/'26 hun propa- gandatocht hadden gedaan, werd 19 Maart door het bestuur vergaderd om de resultaten te bespreken. Als inzet voor de wintercampagne 1926/,27 werd op 2& October een groote propagandavergadering gehouden, waar als sprekers optraden de heeren K. Kruithof, P. L. v. d. Voorde en Ds. W. Bouwman. Vervolgens trad 18 Nov. voor den Besturenbond op de heer W. v. d. Have, die het onderwerp behan delde: „De positie van het Overheids personeel en hun verhouding tegen- ever de arbeiders in het vrije bedrijf". In December zou een openbare ver gadering plaats hebben met als spre ker Dr. K. Dijk, doch door verhinde ring van den spreker kon deze niet doorgaan. Wordt vervolgd. Buitenland. Engeland aanvaardt het voorstel van Coclitige inzake de vlootbeperking Be Britsche regeering zftl de jong ste malta van Moskou niet beantwoor den. De nieuwe arbeidswet heeft in de kringen der Duitszho vakbeweging on gerustheid gewekt. WETHOUDER A. MULDER. Tot ons leedwezen vernemen wij, ö$t cle heer A. Mulder, Wethouder, ernstig ongesteld is. Gistermorgen had hij zich als naar gewoonte naar het Stadhuis begeven ter bijwoning van een vergadering van B. en W. Hoewel zich niet goed gevoelend, wilde hij niet ihuis blijven, maar meende dat het wel gaan zou. Toen hij evenwel in de vergadering van B. en W. was, overviel hem een flauwte, en moest onmiddellijk genees kundige hulp worden ingeroepen. Na per auto naar zijn woning te zijn* gebracht, is door den te zijnen huize ontboden geneeesheer opname in het Diaconessenhuis gelast, waarheen de patiënt nog gistermiddag is vervoerd geworden. Aanvankelijk meende men dat een en andc-r een herhaling was van de ongesteldheid welke den lieer Mulder ec-nigen tijd geleden, vrij plotseling overviel. Het onderzoek van den dokter schijnt echter te hebben uitgewezen, dat de ongesteldheid van thans geen verband houdt met de vorige. Bij informatie werd ons hedenmor gen meegedeeld, dat hoewei dc toe stand ernstig is en de patiënt een zeer - zwakken polsslag heeft, tot op heden gelukkig geen achteruitgang te con- stateeren valt. Wij weten te spreken namens velen, als wij de hoop uitspreken, dat het God behagen moge, den heer Mulder weer op te richten en aan zijn gade die juist gister verjaarde en zijn kin deren terug te schenken. JUBILEUM P. J. COFFRIE. Heden herdacht de heer P. J. Cof- frie dat hij veertig jaar geleden aan de redactie van het Leidsch Dagblad verbonden werd, waaraan hij tot op lieden is werkzaam gebleven. Onge twijfeld een zeer zeldzaam jubileum: 40 jaar journalist aan eenzelfde bladl De heer Coffrie, die in 186i» te Lei derdorp geboren werd kwam reeds in zijn tweede levensjaar naar Leiden en heeft sindsdien altijd hie* ter ste de gewoond. Hij is dan ook een Leide- naar in hart en nieren en kent onze stad als weinigen. En daar hij bij voor keur in den buitendienst werkzaam was, is hij wel een zeer algemeen be kende persoonlijkheid hier ter stede. Ook wij hebben, hoe kan t anders, waar ons beroep ons als collega's \oo*t durend met elkander in aanraking brengt, meermalen met den heer Cof frie op vriendschappelijke, echt col legiale wijze kunnen samenwerken, en waar deze herdenkingsdag iegelijk een dag van afscheid voor den beer Coffrie beteekent, willen wij den wensch uitspreken, dat hij nog tat van jaren in dóh a ring der /.ijnon van de welverdiende rust gen:'lei: mag. Hedenmiddag om half had een huldiging plaats, waarop wij morgen •nader terug hopen te komen. BELGISCHE ONDEHS3:?LIDING. 'De heer J. Zaalberg, dekonfabrikant alhier, wonende te W'assemian is be noemd tot ridder in de orde van Leo pold II van België. Deze benoeming houdt verband met zijn bemoeiingen met de Belgische vluchtelingen in den oorlog. LEIDSCHE WINKELWEEK COMMISSIE. Na gehouden besprekingen der drie Middenstands'vereenigingen en de ver- eeniging tot instandhouding der L.A.- W.E.T. is besloten om in het najaar een winkelweek te organiseeren. In de bovenzaal van „In don Vergul den Turk" is door den heer C. Kortweg voorziter der neutrale Middenstands- vereeniging een Commissie geïnstal leerd, samengesteld uit deze vier Ver eenigingen, welk© de voorbereidende werkzaamheden voor deze Winkel week zal ter hand nemen. NATIONALE B ANK VEREEN IG1NG. Aan het jaarverslag over 1926 der Nationale Bankvereeniging met oen Bijkantoor te Leiden, ontleenen wij het navolgende: Niettegenstaande de daling in den rente-standaard kon zij de rentewtnft ongeveer handhaven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 1