NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN VRIJDAG 25 FEBRUARI 1927 Van socialistische zijde wordt hef plan van Minister Kan feitelijk tegen gewerkt. „H^t Volk", dat nog al tijd in gebreke bleef, om ziïn onwaar heden omtrent Bellingwolae, waarop wij wezen, te erkennen had weeit plaatjes, om duidelijk te maken, hoe slecht voor de werkloozen in Dren te wordt gezorgd. Men 'houdt/zich siet lig weer "gereed voor zeer scherpe critiek. Echter onder de wethouders van, groote steden, die met den minister van binnenlandsche zaken óverlegden* was ook de heer Drees, sociaal1 demo craat, wethouder van Den Haag, Het communiqué gaf dus ook zijn meening weer. Nu heeft de heer Drees later wel In een vraaggesprek met een vertegen woordiger van „Het Volk" getracht den indruk, die zijn houding op de: partijgenooten moest maken, ietwat te- verzwakken, maar feiten blijven feilen. Trouwens er kan in deze moeilijke- kwestie ook niet anders gehandeld worden. Dat weten de sociaal-democra ten ook wel. De oude propaganda wordt wet vol gehouden, maar de praktijk weer spreekt die overal, waar ae sociaal democratie de -verantwóórdelijkheid! zelve moet dragen. KERK EN SCHOOL. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Sluipwijk (toez.), G. Enkelaar te Ter Aar. Bedankt: Voor Leeuwarden, C. M. Luteyn, te Apeldoorn en Het Loo. Voor Haarlem, J. A. van Selms, te Nij megen. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Nieuwer kerk a. d. IJssel, H. Steenhuis, cand. te Almelo. Bs. P. J. WAUTERS. Naar De Standaard verneemt heeft Ds. P. J. Wauters, Ned. Herv. predikant te- Kleverskerke, met ingang van 1 Ju ni a.s. eervol emeritaat aangevraagd en bereids verkregen. Ds. Wauters, die bijkans 40 jaar predikant is, was van 1S871890 werkzaam als predikant der Vlaamsch-Hollandsche gemeente te Roubaix, waarna hij, na colloquium doctum, in 1890 !t predikambt aan vaardde te Goedereede, welke stand plaats hij in 1892 met Rozenburg ver wisselde. Na 16 jaar de gemeente vaji Ter Aar te hebben gediend, was Ds. Wauters van 19121916 om gezond heidsredenen op non-activiteit. 16 Juni van laatstgenoemd jaar werd hij weer predikant te Hoofdplaat, om 9 Mei 1920 in zijn tegenwoordige gemeente intrede te doen. Br. J. G. UBBINK. Dr. J. G. Ubbink, Geref. predikant te Zevenhoven, heeft het Diaconessen- huis alhier verlaten. Zijn toestand is goed vooruitgaande. WAARSCHUWING. De Diaconie der Geref. Kerk van 's- Gravenhage-Oost waarschuwt „tegen een zekere H. C. Reijders, voorgevende lid te zijn van dê Geref. Kerk van U- trecht en een brief van aanbeveling te bezitten van Dr. H. Kaajan. Deze per soon tracht hier en daar de diaconie oP te lichten om reisgeld te ontvangen, of hem te steunen gedurende enkele da gen, dat hij wijl in Utrecht voor hem geen arbeid is te vinden werk zoekt". KERK EN JEUGB. Naar De Standaard verneemt, zal de groote vergadering, die te 's-Gra- venhage in het belang der Herv. Jeugd zal worden gehouden en waarin Min. Prof. Dr. J. R. Slotemaker de Bruine, Dr. J. Eykman van Amsterdam, Dr. M. M. den Hertog, en Ds. C. Ferguson, bei den van Den Haag, spreken zullen, worden gehouden op Denderdag 3 Mrt. a.s. in de Groote Kerk aldaar. NEERBOSCH. De Weesinrichting te Neerbosch ont- vjng van iemand uit Amsterdam f 1000. ONGEGROND VERKLAARD. In de Woensdag gehouden vergade ring van den Raad van State, afdeeling voor de geschillen van bestuur, onder presidium van den oudsten Staatsraad Mr.,A. D. W. de Vries, werd voorlezing gedaan van de Koninklijke Besluiten, waarbij ongegrond zijn verklaard de beroepen van: eenige ingezetenen der gemeenten Velsen tegen het besluit van Gedep. Staten van Noord-Holland, houdende ongegrondverklaring van beroep van appellanten tegen het besluit van den Raad van Velsen, waarbij de door het bestuur der vei'eeniging voor Chr. Nat. Schoolonderwijs te Santpoort ge vraagde medewerking is verleend tot het stichten van een bijzondere lagere school aldaar. EEN SCHOOLKWESTIE. In de gisteren gehouden openbare vergadering van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen werd behan deld een beroep, ingesteld tegen een besluit van den Raad van de gemeente Onstwedde tot bet verleenen van me dewerking voor de oprichting van een bijzondere school te Musselkanaal. Door het bestuur van de Ned. Herv. Schoolvereeniging voor Chr. Volkson derwijs is tot den Raad van Onstwedde het verzoek gericht om door beschik baarstelling der benoodigde gelden, me dewerking te willen verleenen voor de stichting van een bijzondere school te Musselkanaal. Volgens de bij de aan vrage overgelegde lijst zou de school door 67 leerlingen worden bezocht. Daar op deze lijst o.m. de naam voor kwam van een Israëlietisch ingezeten© stelden B. en W. een onderzoek in met het gevolg, dat zij tot de conclusie kwa men, dat de namen van 22 kinderen van de lijst moesten worden afgevoerd. Er hieven echter nog 45 leerlingen over dus 5 meer dan de wet eischt, zoodat het verzoek door den Raad werd in gewilligd. Tegen dit besluit werd in beroep ge komen door G. Slim c.s. en Polman c.s. allen ingezetenen der gemeente Onst wedde. Zij werden in d© gisteren gehouden vergadering vertegenwoordigd door hun gemachtigde, den heer KI. de Vries, hoofdbestuurslid van de vereeni ging „Volksonderwijs". Deze betoogde o.m. dat nog verschillend© andere kin deren van de lijst moeten worden afge voerd, omdat ten aanzien van deze niet in werkelijkheid is gebleken, dat zij de nieuw te stichten school zullen bezoeken. Worden deze kinderen niet meegeteld, clan blijven er minder dan 40 over. In verband hiermede verzoe ken zij het raadsbesluit te vernietigen. Het gemeentebestuur van Onstwedde was vertegenwoordigd door den burg© meester, den heer K. van Sevenhoven, die er op wees, dat de Raad aan de eischen der wet moest voldoen. Voor het schoolbestuur was' aan wezig de heer Ten: Hove te Mussel kanaal. Gedeputeerde Staten zullen later uit spraak doen. GOEDKOOPE ONDERWIJS OPLEIDING. De Centrale Commissie voor Bezuini ging uit de Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel heeft een arti kei gepubliceerd van een onderwijsdes kundige over de opleiding van onderwij zers. De schr. wijst op het groote over compleet van onderwijzers, getuige hel aantal gegadigden voor de weinige be schikbare plaatsen. Uit de regèeriiigsveï slagen blijkt, dat dit overcompleet in da eerstvolgende jaren nog zat toenemen! vooral, doordat tot 1930 door het samen voegen van klassen (norm 48) het aantal }vacatures zal verminderen. Hij vraagt zich af, waarom de regea •ring voortgaat met het stichten vvan (Rijkskweekscholen, dure inrichtingen, (liê, ook dit toonen de regeeringsverslv gen, zich niet voldoende mogen verheu gen in de belangstelling van de studea- fende jeugd. Van de 29 Rijkskweeksoha len is er slechts één, die in de ie klassa 20 leerlingen telt, alle andere tellen mïiv- der; 15 Rijkskweekscholen hebben min der dan 10 leerlingen, 4 hebben 5 ot minder leerlingen in de ie klasse. De onderwijzers, door deze inrichtin fen afgeleverd, worden ontzaglijk duur etaald. Schr. raadt daarom de regee ring aan, zoo spoedig mogelijk met net stichten van Rijkskweekscholen op t® houden, en de blijkbaar overtollige t» sluiten. Hij wijst verder op het bestaan van z.g. 3)stoom"'-cursussen, waar jonge lui met einddiploma H. B. S. of Gymnasi um ,ock wel met einddiploma Mulo, les krijgen. Van de candidaten dezer cursus sen "slagen blijkens de ervaringen van den schrijver de mee3ten; gemiddeld 90 pet. Deze onderwijzers kosten het Rijk absoluut niets, zelfs geen subsidie en bieden 'evenveel waarborgen, §dat zn bruikbare onderwijzers zullen znn, als ae jongelui met kweekschoolopleiding. Hun einddiploma's waarborgen meer dan vol doende intellect en ontwikkeling. Aan de practische opleiding aer Rjiks- kweekschoolcandidi ien kent de schrp ver slechts geringe waarde toe; werkelp ke practische geschiktheid ontwikkelt zich slechts als men in het werkelijke schoolleven treedt. Door gebruik te ma ken Van bedoelde opleiding, heeft de re geering de regeling van het aantal onder wijzers in de nand^ Als die behoefte groot wordt, dan kan zij het oprichten van spoedcursussen bevorderen, door subsi die toe te kennen aan leeraren H. B. Mulo, hoofden van scholen en onderwij zers, in zooverre deze subsidie noodig blijkt om de bestaansmogelijkheid der cursussen te verzekeren. Doch particu lier intiatief blijve hoofdzaak, de regee- ring vuile slechts aan. In de groote steden zal steun in den regel niet noodig zijn. Daar bestaan de stoomcursussen reeds jaren en voorza gen in een bepaalde behoefte. Vrees voor een tekort aan onderwijzers bs hoeft men niet te koesteren, omdat er honderden jongelieden met einddiploma H. B. S. gaarne van de gelegenheid, om in één jaar een geschikt© positie te ver overen," zullen gebruik maken, indien zich werkelijk de behoefte aan onderwij zers doet gevoelen en de jongelui dus perspectief in deze richting zien. Is er behoefte aan ervaren onder wij zers ,dan kan de regeering nog meer doen, door aan enkelen gedurenaen een zekeren tijd een toelage toe te kennen, waarmee ze zich eenigen tjjd als kweek® ling met akte kunnen redden,"1 zöodat ze op een school zich practisch kunnen be kwamen. Een dergelijke toelage zal het animo stellig vergrooten- het aantal der toelagen blijve afhankelijk van de be staande behoefte aan leerkrachten. Deze methode van opleiding kan d® speciale der Rijkskweekscholen vervan gen, omdat de moeder-inrichtingen H.B.S. Gymnasium en Mulo, in bijna alle plaatr sen van eenige beteekenis bestaan. Ver der is ze verre te prefereeren boven de bestaande, omdat er een besparing van ettelijke millioenen aan vastzit, hetgeen gezien de geweldige overbelasting v. d. onderwijsbegrooting, een welkome ver betering mag worden genoemd. BINNENLAND. UIT DE S.D.A.P. In een dezer dagen gehouden verga dering van het partijbestuur der S.D.A. P., werd blijkens een mededeeling in „Het Volk", kennis genomen van de verklaring', door den heer Jelles in den gemeenteraad van Utrecht afgelegd. Op grond dezer verklaring werd afkeu ring uitgesproken over de handelingen van den beer Jelles en het dagelijksch bestuur opgedragen een onderzoek in te stellen naar de motieven, op welke de houding van de Utrechtsch© raads fractie en de federatie Utrecht Jegens de gedragingen van den heer Jelles ge grondvest was, teneinde na het onder zoek een eind-oordeel over het geval te kunnen uitspreken. Tot afgevaardigden naar de achtste algemeene vergadering van den Nat. Bond voor Plaatselijke Keuze, welke 3 Maart a.s. in het Jaarbeursgebouw te Utrecht wordt gehouden, benoemde 't partijbestuur Suze Groeneweg, J. A. Bergmeier en D. A. van Eek. Het partijbestuur besloot in de con clusies van het onderwijsrapport eeni ge wijzigingen en aanvullingen aan te brengen, in verband met d© behan deling van deze op het a.s. congres. FOTOGRAFEEREN OP VERRE AFSTANDEN. De heer A. Kliphuis, adj. comm. der P. en T., te Hoogezand, heeft een foto apparaat. samengesteld, waardoor bet mogelijk is op vrijwel eiken afstand tot 4 a 5 K.M. toe foto's te nemen, wel ke scherper en grooter zijn, dan zulks tot dusverre het geval was. De minis ter van oorlog, wien hij proeven had toegezonden, heeft hem opdracht ge geven bij wijze van proef ten behoeve TWEEDE BLAD. Wfll DE BLADEN ZEGGEN. Humoristisch© vorm. Naar aanleiding van de ook door ons overgenomen opmerkingen van het Handelsblad, over den vorm van een rede bij de opening van de Missieten- toonsielling, schrijft de „Volkskrant" het volgende: „Men kan d© gedachte, di© in deze woorden schuilt, ook op een andere manier vertolken, maar aanstoot be hoeven ze toch stellig niet te geven. Het „Hbld." wil wel beginnen met vast te stellen, dat het voor wie goed wil verstaan'boven eiken twijfel verbe ven is, „dat plat materialisme aller minst in d© bedoeling van Monseig neur kan hebben gelegen", maar intus- schen zegt het blad te vreezen, dat bet grapje als uiting van een zeer weinig verheven baatzucht zal worden uitge legd". Het „Hbld." vreest echter, dat Mgr. Buckx „zeer onaangename echo's zal blijken te hebben gewekt". En juist omdat het blad liet werk van de zending (ook de Roomsche) van geestelijke en zedelijke beteekenis acht „wanneer zij de grenzen haar ge steld zorgvuldig eerbiedigt" zou het „Hbld." het betreuren, „als uit dit min der geslaagde grapje een schijn van recht kon worden afgeleid tot beoor deeling (dat wil in dit geval zeggen: veroordeeling) van de zending, protes- tantsch en roomsch, in Nederlandsch Oost-Indië". Blaast het „Hbld." met zijn schijn bar© welwillendheid tegenover en waar deering voor de zending, het simpele geval niet bijna op tot een veroordee ling van het missieleven? En heeft het niet den schijn, of het de sociaal-democraten en communis ten wil uitnoodigen, er eens stevig' op los te slaan, zoodat het „Hbld." dan zou kunnen zeggendaar heb je het al, we hebben het wel voorspeld? Het woord van Mgr. Buckx, al of niet gesproken zooals 't aangehaald Is, behelst voor ieder verstandig mensch niets dan de waarheid: wie den arbeid der missionarissen door zijn bijdragen mogelijk maakt en steunt, doet óók een vaderlandschlievend werk. Waar Moskou den Indischen bodem poogt te ondermijnen, versterken de missionarissen mede den band tus schen de bevolking van Indië en het moederland. E11 om den opvoeden den en besclia- venden invloed, die van d© zending uitgaan, èn om haar inderdaad Neder landsche actie, behoort de overheid haar t© steunen en haar arbeid te ver gemakkelijken. En als het „Hbld." haar voorhoudt, de haar gestelde grenzen zorgvuldig te eerbiedigen, dan toont het minstens (afgezien van haar godsdienstige be teekenis) weinig oog te hebben voor haar belang als Nederlandsche factor tegenover de destructieve actie uit liet buitenland". Theorie en practijk. De minister van binnenlandsche za ken, schrijft de N. Prov. Gron. Crt., wil in Drente werkgelegenheid zoeken voor werkloozen in groote steden. In de eerste plaats om dezulken in. staat te stellen door nuttigen arbeid1 in het noodige voor zich en hun geziii te voorzien, maar ook, dus werd in een communique, dat van een onder houd tusschen den minister en de wet! houders van enkele groote steden werd) gegeven, geconstateerd, om een proef te hebben voor de werkloozen, dati zij van goeden wille zijn. De steun, gedurende langen tijd ver schaft, ^brengt overal het gevaar, dat velen daarop gaan steunen en de ener gie voor den arbeid verliezen. Alleen die werkloozen, die het buiten hun goeden wil zijn, verdienen geholpen ta worden. Wil men zulk een proef, dan moet men natuurlijk zeggen: daar is arbeid, en als gij dien arbeid niet aanvaardt, |dan houdt ook de steun op. Het blijkt dan, dat gij meent op eigen ge legenheid werk te kunnen vinden. In dezen zin werd ook in ons ge west gewerkt met zeer goed gevolg. FEUILLETON. BLOED EN TRANEN. 29 -■ Er werd den ganschen dag geen slag meer gewerkt; in hun wo ningen: achter de kleine, verweerde ruiten, of neergezeten op de banken van graszoden voor het huis, werd over niets anders gesproken dan over den afgrijselijken moord. De klok werd geluid, en in het vol gende dorp werd de klok geluid, en in het volgende in honderd duizend dorpen. De metalen tongen begonnen als van zeiven te spreken: van schrik en van ontzetting. E11 het sombere ge beier vervulde de lucht: boven de ste den, boven de dorpen, boven de ge huchten, en de tijding van den Tsaren moord verbreidde zich met bliksem snelheid door het onmetelijke Russi sche rijk. In de moerassen der Ukrai ne, in de zonnige valleien van den Kaukasus, in het grimmige Noorden, .waar het noorderlicht schijnsel geeft overal drong de tijding door, dat de Nihilisten den machtigen Tsaar Alexan der II hadden vermoord, en de moujik was bedroefd. HOOFDSTUK VII. Doch te midden der Nihilistische be roeringen, terwijl een Keizer is neer gedaald in den somberen grafkelder, en een nieuwe Keizer is opgestaan, is het heerlijke Paaschfeest gekomen. Het is nog nacht, en de wierook geuren vervullen de dorpskerk, die vol aandachtige menschen is. Het geheele dorp is hier vereenigd. Aan den rechterkant staan de boeren, en aan den linkerkant de vrouwen. Ivan Nekalof staat tusschen eenige oudere boeren in, die eigengeweven jassen dragen. Hij 'is in een zwart la- kenschen jas gedost; hij draagt een vroolijk gekleurden gordel om het middel, terwijl hij de hooge laarzen heeft aangetrokken. En aan den lin kerkant, waar zich de vrouwen be vinden, staat Katinka Palofski, de dochter van den Starosta, en zij ziet er uit als een schitterende, kleurrijke bloem tusschen een groep oudere vrouwen met hare witte halsdoeken, hare eigengeweven mantels en hare donkere, ouderwetsche rokken. Katin ka draagt een groenen rok en een zwart fluweelen lijfje, terwijl een nieu we, rood-zijden doek, op het hoofd be vestigd, over bare schouders golft. Het lijfje is versierd met borduursels en metalen gespen, die zacht blinken in het licht der vele kaarsen, doch zachter blinken Katinka's vriendelij ke, blauwe oogen. Groepen vroolijk gekleed© kinderen loopen tusschen de volwassenen door, terwijl de blos der geestdrift schittert op hun jonge wangen. Het stroomt het hooge, ruime kerkgebouw uit en in, als bij een. bijenstok in den zomer; al de binnenkomenden buigen het hoofd, maken het teeken des kruises, en sta ren vol eerbied op het Christusbeeld, waarvan de edelgesteenten helder op blinken in het licht der brandende waskaarsen. Het koorgezang vervult de hooge gewelven met zijn heerlijke geluiden, en de Pope staat daar in zijn plechtgewaad. Hij zegent het volk, dat langzaam het altaar nadert; de mu ziek weerklinkt, en de geur de lieflijk ste lentebloemen vermengt zich met den reuk van den wierook. Het volk is opgetogen, en in ver heven beurtzangen wordt het heug lijke Paaschfeest ingewijd. „Christus is opgestaan!" zingt de Pope met zijn geestelijken, en al het volk antwoordt: „Hij is waarlijk opgestaan!" Hier staat Simeon Nekalof, uit wiens staalblauwe oogen ee® zachter licht straalt dan in dien somberen Januari nacht, toen hij het spoor van den moordenaar volgde; daar staat de oude Leo Walnowitch met zijn ver- rimpeld gelaat en zijn ontroerde blik ken, en de onnoozele Nicolaas, op wiens somber gelaat thans de hope schittert. De Starosta, die de wet hand haaft, en Sidorski, die ze telkens schendt ze staan daar naast elkan der als broeders; de oudsten, voor wie iedereen ontzag heeft, zijn er, en de een-oogige Badiska in zijn havelooze plunje ontbreekt er niet. Het geheele dorp is aanwezig, en al deze honder den menschen, die zoo dikwijls kwaad van elkander hebben gesproken, die elkander hebben bekampt en beoor loogd, voelen plotseling hun verwant schap, hun eenheid. Vijanden worden vrienden, en oude veten worden be graven; zij vormen te zamen één fa milie, één groot huisgezin, en onder de hymnen en de blijdste gezangen wordt de mis bediend. Katinka heeft thans de kerk ver laten, en zij staat op het kerkhof: bij het eenvoudige kruis, waar Serguw Nekalof begraven ligt. Zij staat te wachten zij wacht op den zoon van Serguw Nekalof. Het volk golft voorbij, maar zij wacht. Hare handen beven, en hare oogen zijn vochtig. En zij wacht, tot dat Ivan komt. Nu ziet zij hem naderen; zij her kent hem onmiddellijk aan zijn kreu pelen gang. Hij ziet haar niet, maar zij roept hem, en hij herkent de stem. De Paaschmorgen schemert ree cis over de heuvelen, als Katinka hem roept. En Katinka is als de bloem, die haren kelk opent, als de morgen schemert Zij slaat den arm om Ivan's hals; „Ivan Serguwitch", zegt zij met om floerste stem „Christus is opge staan!" „Ja, Katinka Paulovna", antwoordt Ivan „Hij is waarlijk opgestaanl" en hij kust haar op het voorhoofd: twee malen. AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 25 Febr. 1927. Wat is eigenlijk het geheim van den invloed van Karl Marx? De beroemde Franse he econoom Charles Gid© beeft dit dezer dagen in een interview zeer juist gezegd: het is zijn onbegrijpelijkheid. Om beroemd te blijven, zoo verklaar de Gide, moet men duister zijn en duis tere zaken vertellen. Dit is het geheim van- den invloed en den roem van Karl Marx. Als men liem vijfmaal heeft ge lezen, weet men nog niet precies, wat hij bedoelt. Wie de geschriften van Marx kent, zal toestemmen, dat deze karakteris tiek juist is. 't Staat gekleed, „Das Ka- pital" in zijn boekenkast te hebben, doch hoe weinigen zijn er, die (lit lang dradig© boek met zijn wiskunstige for mules bestudeerd hebben? Hoe weinig socialisten ook zijn er die het Commu nistisch Manifest gelezen en begrepen hebben? Indien Karl Marx geen gewichtig doende Duitscher ware geweest, doch dezelfde gedachten neergeschreven had in dien helderen stijl die bet ken merk is der Frans eken, zou hij waar schijnlijk niet half zoo beroemd zijn geweest. OBSERVATOR. van het Rijk een toestel samen te stel len. DE VUILVERWIJDERING TE •s-GRAVENHAGE Naar het Vad. verneemt is (lezer da gen de vuilverwijderingskwestie in het college van B. en W. uitvoerig bespro ken. Bij de bespreking bleek, dat men over liet algemeen de in deze kwestie naar voren gebrachte cijfers (ook die van 't regeeringsrapportj onvoldoende vond. In beginsel is dan ook besloten, de cijfers nog eens aan het oordeel van deskundigen, zoowel op bemestïngsge- bied als vuilverbrandingsgebfed, te on derwerpen. De lange termijn, waarover een beslissing genomen moet worden* (op z'n minst 30 jaar) maakt, meende men, uiterste voorzichtigheid geboden^ Zoo werd ook de mogelijkheid geop perd, dat een landontginningsmaat- schappij haar bedrijf zou kunnen op geven, als b.v. een groote daling In grondprijzen ontginning niet meer loo- nend maakte. In dit verband werd aan de wenschelijkheid van betere rijksga rantie gedacht. HET TANDTECHNICI-WETJE. Mevrouw De VriesBruins, lid van de Tweede Kamer, heeft den minister van arbeid, handel en nijverheid de volgende vragen gesteld: 1. Heeft de minister kennis genomen van het behandelde in de zitting van het kantongerecht te Rotterdam op 10 December 1926, waarbij de 47-jarige J. M. S. terechtstond, wien ten laste was gelegd, dat hij in Juli 1926, zonder toe gelaten te zijn tot de uitoefening van het beroep van geneeskundige, noch tot de uitoefening van het beroep van tandarts, buiten noodzaak het beroep van tandarts heeft uitgeoefend, door tandheelkundigen bijstand, niet strek kende tot toepassing van de tandpro these, te verleenen, als bedrijf? 2. Is bet den minister bekend, dat bij de verdere behandeling v. de in vraag 1 bedoelde tenlastelegging tot uiting is gekomen, dat de in de wet van 30 Decenber 1926 (Staatsblad no. 454) tot herziening van de uitvoering van de wet van 29 Juli 1925 (Staatsblad no. 282) voorkomende strafbepaling iiiet. vergezeld gaat van cle vermelding of het delict als een misdrijf aan wel als een overtreding moet worden be schouwd, zoodat volgens 11 uitspraak van den Hoogen Raad van 6 Juni 1922. 'W. 10031, in een dusdanig geval geen bevoegde rechter is aangewezen en dus vervolging zou zijn uitgesloten, ten ware het delict zou gebracht kunnen worden onder bereik van art. 436 Wet boek van Strafrecht? 3. Welke maatregelen denkt de mi nister voor te bereiden, om in (te even- tueele lacune te voorzien, ten einde volledige uitvoering van bedoelde wet mogelijk te maken? Hij neemt haar bij de liand: als in een zoeten droom. En zij wandelen door de dichte menigte der kerkgan gers lieeu, die op dezen dag der da gen, of zij rijk zijn of arm, zich één ge voelen in hun Grieksch-orthodox ge loof. De schemering wordt sterker; de dag kampt met den nacht, en uit de bosschen schatert het lied der vogels, (lie den overwinnaar tegen juichen. Een wondere gloed speelt aan de oos- terkimmen, en terwijl de dag met ma jesteit oprijst uit de duisternis van den nacht, ruischt het als de stem ve ler wateren: „Christus is opgestaan Hij is waarlijk opgestaan!" De lucht davert van dien kreet; het is een triumfkreet Christus, de Ver losser, Di© in het graf was neerge daald, heeft in de majesteit van zijn souvereine macht de ketenen des doods afgeschud, en thans leeft en triumfeert Hij tot in eeuwigheid Het is hoogtij in Ivan's gemoed, en starend in Katinka's oogen, waarin zich de ochtendgloed weerspiegelt, juicht zijn ziel met stille verrukking. De heerlijkheid van dit Paaschfeest en de liefde tot Katinka smelten samen in zijn gemoed; „verheugt u, gij men sch en kinderen!" zingt het koorgezang in de kerk, en waarlijk hij verheugt zich! Hij kan het gevoel, dat hem door tintelt, niet beschrijven, maag er is niets gemeens of onreins aan. (\£oixLt jrervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5