CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN stadsnieuws. Belangrijkste nieuws in dit Nummer. NUMMER 2034 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal f 2.50 BUREAU Hooigracht 35 gjÖl&fr» Tel. 1278, Postgiro 58936 j I.piHpii iWSSLrV Pnsthny ?fl ADVERTENTIE-PRIJS; Gewone advert entiën per regel 22fy« cent] Ingezonden Me de deelingen, dubbel tariei.' Bij contract, belangrijke reductie* Kleine advertenties bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage» Üjks geplaatst ad 40 cent. Franco per post per kwartaal f 2.90 Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. eerste blad. 7 Politieke deining. Er zijn in de laatste weken uit den boezem der twee grootste politieke partijen beurtelings voorstellen ge daan om tot een meer gezond parle mentair leven te komen. Van Sociaal-Democratische zijde was het de heer Schaper die het denk beeld opperde van een samengaan van Roomsch-Katholieken met Vrijzinnig- Democraten gesteund door Sociaal- Democraten. Van Roomsch-Katholieke zijde be pleitte het Huisgezin een samengaan van Roomsch-Katholieken en Anti- Revolutionairen. Beide pogingen zouden slechts een kabinet van minderheden hebben voortgebracht een kabinet dat alleen bij de gunst van de andere partijen kan leven. Voor gezondmaking van het parlementaire leven ..ou het on voldoende zijn. Toch is het opmerkelijk dat deze po gingen onmiddellijk weerklank vin den, zij het ook dat men ze niet goed keurt. Niet alleen in de Roomsche en Sociaal-Democratische Pers, ook in de andere bladen werden deze herstelpo gingen besproken. Van Anti-Revolutionaire zijde wordt dit alles natuurlijk met de grootste belangstelling gadegeslagen. Dat van on2e zijde niet onmiddellijk gerea geerd werd op het voorstel van het Huisgezin, ligt voor de hand. Als Anti- Revolutionairen hebben wij steeds met volle overgegevenheid aan de Coa litie meegedaan. Wij hebben ons om trent het uiteenvallen niets te verwij ten. Met 't oog op de getalsverhoudin gen en vooral met het oog op de be- rinselen meenen wij dat herstel van samenwerking tusschen de voornaam stc, zoo niet alle, rechtergroepen noo dig is. Zoolang nu van Christelijk Histori sche zijde geen toenadering valt te be speuren kan onzerzijds niet9 defini tiefs worden gedaan. Een gedwongen huwelijk kan ook door 0119 niet worden begeerd. Tegenover deze, misschien wat on voorzichtige, uitlating van den anders zoo voorzichtigen oud-Mimister Schok king, kwam te staan de wat meer toe schietelijke houding van den heer Snoeck Henkemans, die volmondig het uiteengaan van de rechtergroepen betreurde. Misschien geheel onopzettelijk valt hiermede samen het verschijnen van een boekwerk van den heer Ven Mal- sen over Verzamelde Opstellen van Jhr. Mr. A. F. de Savornin Lohman. Wellicht niet onopzettc'ijk heeft de oud-Minister Dr. J. Th. de Visser daar in een voorrede geschreven, die in een toon gesteld is die allerwege de aan dacht trekt. Doch niet alleen de toon ook do in houd is moedgevend voor hen die ho pen dat nog eenmaal de partijen van rechts elkander in samenwerking zul len terugvinden. Dr. de Visser, die deze voorrede in de Nederlander publiceert gaat de ge- yolgen na,.en schildert met fijnen tact de verhoud:ng tusschen de rechtsche partijen. Daaruit concludeert hij dan dat zoowel elke groep der rechterzijde op zichzelf, als de verhouding tusschen deze groepen onderling, groote schade lijden onder den politieken toestand. Verder toont hij aan dat deze toe stand voor de politiek van het land verwarrend werkt. Moet men al de mi nisters dankbaar zijn dat zij zich ge- Ven willen voor de regeertaak, onge zond is dat bij een rechtsche meerder heid er geen rechtsche regeering is, dat het Kabinet een steunsel missen de, toch vaster zit dan eenig ander. Op de vraag of dit zoo blijven kan, geeft hij dan niet zelf het antwoord maar voert wijlen den heer Lohman sprekende in. Wij meenen dat dit tot de harten on zer Christel ijk-Historische broeders moet spreken en dat de conclusie dan een weinig anders zal moeten zijn dan de uiting van afkeer van een gedwon gen huwelijk. verschillen van inlicht moet heenstap pon en neer. wij zeggen niet in één partij-verband moet meeleven be hoort te trachten weer regeeren naar constitutionei'.e regelen mogelijk te maken, daarover geen woord. Van bezinning voor zichzelf geen sprake. Van bezinning of het noodig of nut tig i9 om nu altijd de Anti-Revolutio nairen te bestrijden, alsof er geen groo ter en bitterder vijanden waren, geen woord. De voorzitter heeft gevraagd om een getrouw verslag. Welnu wij hebben ge tracht zoo getrouw mogelijk- verslag te geven van het gesprokene. De lezer kan nu zelf oordeelen of wij teveel Zeggen als wij uitspreken dat het ons leed doet dat deze eerste vergadering weer zoo moest vevloopen. Op de inderdaad zeer belangrijke beginsel-vraag van het recht komen wij nog terug. Die vraag verdient vol le aandacht. Wij zullen ze eerlijk be handelen maar dan niet onder den titel bezinning. Wat het verschil is mag genoemd worden, moet klaar en duidelijk worden gesteld. Maar niet als tegenstelling. Als er van bezinning sprake is dan bezinnen wij ons allereerst om te spre ken over hetgeen vereenigt niet op het geen verdeelt. V Bezinning. Wie meefien mocht, dat gisteravond de afdeeling Leiden der Staatk. Geref. Partij met dit onderwerp óf tot zich zelf zou ingekeerd zijn, óf nu eindelijk eens tot dc overtuiging zou gekomen zijn, dat er grooter vijanden zijn dan de bevriende partijen van rechts, zal zeker teleurgesteld zijn. De rede van den heer Ivuijk bevatte helaas van begin tot einde geen enkel heenwijztn daarheen. Dat de hopelooze verwarring op staatkundig gebied eischt dat al wie buigt voor het recht Gods over kinine BEZINNING. Gisteravond vergaderde in het ge bouw van het Nut aan de Steenschuur de Staatk. Geref. Partij. De zaal was zoo ongeVeer voor de helft bezet toen om acht uur de voorz., de heer Jansen, de vergadering' opende. Nadat gezon gen was Ps. 3G vs. 3 ging de voorz. voor in gebed en las Ps. 99. In zijn openingswoord wees hij er op dat het nu nog een stille t ijd is, voorafgaande aan de verkiezingen. Dezen tijd acht de S.G.P. geschikt om voor haar bestaansrecht te getuigen. Het zal slechts getuigen kumien zijn. Maar daartoe is de partij ook van God geroepen. Misschien trekt dit nog eenigen. Misschien hooren ook nog en kelen den kreet van den profeet: Land land, land, hoörd dse Heeren Woord. Hij deelt mede, dat na de rede Van den hr. Kuijk gelegenheid zal zijn tot het stellen van vragen. Hij hoopt dat de vragers ook zullen medewerken, dat de vergadering goed verloopt en dat de Pers een getrouw verslag zal maken. De heer E. Kuijk, partijsecretaris van de S.G.P., begint daarna met eveneens te verwijzen naar de nog be trekkelijke stilte. Hij constateert dat bij alle partijen een zekere stilheid is, zooals Albarda zeide van de S.D.A.P. een stadium tusschen twee activiteits perioden. Die rust is te gebruiken om zich te bezinnen. Daarom spreekt hij over „bezinning". Voor alle werk moet gezocht naar de beginselen. Alle menschen zoeken een steun buiten zich zelf. Ook de Atheïst of de Deïst heeft behoefte aan gezag. Een autoriteit moet als basis aanwezig zijn. 't Is nu maar de vraag welke autori teit. Onze Schepper heeft ons een be trouwbare basis gegeven in Zijn Woord. In dien weg, die ons door de Reformatie uit den donkeren achter grond der middeleeuwen, weer helder is voorgesteld door de reformators, kunnen wij een vasten gang maken. Wanneer de S.G.PTzich beroept op de- Zo Reformatoren zegt men dat zij 300 h 400 jaar te laat komt. Dr. Kuyper zegt op blz. 90 van zijn „Calvinisme" datdeze reformatoren groote fouten maakten. De fout dat zij hun belijdenis de eenig juiste, de eenig toelaatbare achten. Daartegenover zegt spr. stellen wij dat wel niet die belijdenis absoluut is, maar dat het een belijdenis is van de absolute waarheid. Verleggen van den klemtoon naar de belijdenis is Roomscli Men zegt dat de waarheid pluriform is; er is roomsche en gereformeerde waarheid. Spr. meent dat iemand die den Bijbel neemt als grondslag ook Gereformeerd is en omgekeerd. Spr. geeft enkele aanhalingen uit Calvijn's Institutie als bewijs. In een onlangs in de Tweede Kamer gevoerd debat tusschen Ds. Lingbeek en Ds. Kersten werd v. den laatste ge zegd dat hij niet voldoende theologisch gefundeerd was. Daartegenover wil spr. opmerken, dat de S.G.P. Zich onvoorwaardelijk buigt voor Gods Woord. Dat Woord stelt een wet voor alle menschen. Ook Voor de Overheid. Dit zal blijken ten jongsten dage. De A.-R. partij maakt naar de uitleg ging v. Kuyper in Ons Program daar van dat het recht voor de Overheid slechts vastligt in de consciëntie der Overheidspersonen, welke Overheids personen een natuurlijke godskennis bezitten. De grens gaat dan verder tus schen wedergeborenen en onwedergebo- renen of men dat kennen van God ver der uitwerkt uit Gods Woord. Dat is een Doopersche stelling. Daar tegenover stelt de S.G.P. dat alleen het Woord Gods richtsnoer kan zijn. Deze verkeerd gelegde basis wordt verder uitgewerkt. Door dat aan te rie men was men genoodzaakt zoo spoe dig mogelijk te komen tot een regee- rings-meerderheid van personen die zich ook in de regeeringsdaden Voor het Vecht van Gods Woord buigen. In de gloriedagen der A.-R. partij is vooral dit deel van het vraagstuk, het voldoen aan dien eisch van de over heidspersonen, aan de orde geweest. Maar het heeft nog een andere zijde. Als voor de Overheidspersonen die rechtsregel geldt, dan geldt die ook voor do onderdanen. Dan is de gehoor za inheid aan de wet ook slechts plicht voor zoover de consciëntie het gebiedt. Dan is de eisch van gehoor zaamheid van de onwedergeborenen Vaak onrecht. Dan komt men op de vraag of Ne derland nog een Christen-natie is tot de meest uiteenloopende antwoorden. Ja zegt de een, want de Overheid steunt nog op de volksmeerderheid. Ja zegt de heer Colijn want onze wetten dragen nog het stempel van dat bui gen voor het recht Gods. Anderen weer zeggen, dat het volgt uit de historie. Spr. antwoordt dat al leen de genade Gods het bepaalt. Hij laat nog het licht van Zijn Woord Schijnen. Daarom kan de S.G.P. ook niet sa mengaan met anderen. Zij laat die niet los maar zal haar beginselen blij ven prediken. Oud- Minister Heemskerk heeft dit onlangs een consciëntie-dwang ge noemd. Doch dat is het niet, oiridat God nooit onrechtvaardig is. Deze rechtsbasis staat zoo verre bo- ben die der A.-R. partij als het koste lijk licht verschilt van het walm-end lampje. Daarna geeft spr. nog eenige aanha lingen van Dr. Kuyper, van den heer De Wilde, van A.-R. persorganen en uit Roomsche encyclieken, om aan te toonen dat zijn stelling de juiste is. Dat practisch dit standpunt tot een verlaten van Gods wet moet leiden tracht hij aan te toonen met een voor beeld in Zeeland waar Mr. Dieleman (A.-R.) en de heer Hensel (C.-H.) meen den dat een gebod om Zondags de boo ten te doen stilliggen niet mocht wor den verbonden aan een conce9sie-ver- leciiing. Met Rome samengaan is gevaarlijk, omdat Rome steeds nog ultramon- taansch is. Niet uitgesproken in het werkprogram maar wel in het begin selprogram. Men zegt tegen de S.G.P. dat zij met die politiek niet ver zal komen. Moge lijk zegt Spr., maar dan heeft zij toch een taak om te getuigen. Na het zingen van Ps. 119 vs. 1 maakt de heer Van Bostelen gebruik van de gelegenheid om een vraag te stellen. Zijn vraag was waarom de S. G.P. zoo vaak de A.-R. bestrijdt over de geloofsbelijdenis. Mag die dan niet veranderd worden? In zijn antwoord deelde de heer K. mede, dat de S.G.P. die mogelijkheid erkent. Daarna werd de vergadering geslo ten en ging de heer Kuijk in dankge bed voor. Ds. H. J. KOUWENHOVEN. Wij weten het nog van twee jaar ge leden: op 1 Februari viert Ds. Kouwen- hoven zijn- ambtelijken jaardag. Nu al 42 jaar. Nog staat hij in zijn frissche kracht. Maar met zooveel dienstjaren moet men het billijken, dat hij gaat kiezen en zijn krachten spaart. Zoo vernemen wij, dat hij voorne mens is zich van enkele tijdroovende werkzaamheden los te maken, om die zoo mogelijk aan jongere krachten over te dragen. Daartoe zouden o.a. be hooren het voorzitterschap van de Stadsevangelisatie en het Eind-redac teurschap van de Kerkbode. 't Is te billijkep, ofschoon te betreu ren, want wie zal hem in zooveel trouw en jeugdig vuur evenaren? PROF. MR. DR. H. KRABBE. Morgen, Donderdag, zal Prof. DrMr H. Krabbe, hoogleeraar in het Staats recht aan de Universiteit alhier, den 70-jarigen leeftijd bereiken en der halve ingevolge het bepaalde bij de Hooger onderwijswet, aan het eind v. den thaii9 aan den gang zijnden aca- öemischen cursus het hoogleeraars- ambt moeten neerleggen. ZooMs reeds gemeld, bestond aan vankelijk bij een groot aantal zijner leerlingen en oud leerlingen het voor nemen, den voortreffelijken leermees- ter en uitnemenden kenner van ons Staatsrecht op zijn 70sten verjaardag te huldigen voor het vele en belangrijke, wat hij voor hun wetenschappelijke vorming heeft gedaan. Aan dit voor nemen is echter geen gevolg gegeven kunnen worden, aangezien Prof. Krab be zijn 70sten verjaardag slechts in in tiemen kring wenschte te vieren. Prof. Hugo Krabbe is de zoon van den Leidscnen predikant Chr. Krabbe en werd den derden Febr. 1857 te Lei den geboren, waar hij aan het stede lijk gymnasium zijn opleiding ont ving. Den 29sten Sept. 1874 werd hij aan de Leidsche Universiteit als student in de rechten ingeschreven, waar hij den 2den Juli 1&83 den graad van doe tor in de Staatswetenschappen ver wierf op een proefschrift getiteld: De burgerlijke staatsdienst in Nederland. Denzeimen dag promoveerde hij op stellmgen tot doctor in de rechtsweten schap. Spoedig na zijn promotic werd hij bij de Provinciale griffie van Gelder land aangesteld, als adjunct-commies 1ste klasse. In Februari 188G vertrok hij van daar naar Haarlem, waar hij ter Pro vinciale griffie van Noord Holland als commies chef tot Juni 1888 werkzaam was. Daarop werd hij naar Den Haag ge roepen en bij het departement van Binnenlandsche Zaken aangesteld als hoofdcoihmies. In 1894 werd hij benoemd tot hoog leeraar in het staatsrecht aan de Rijks niVersiteit te Groningen, welk ambt hij den 24en Februari 1894 aanvaardde met een redevoering: pe working van den Staat. Toen wijlen prof. mr. J. Oppenheim als hoogleeraar in het staatsrecht aan de Leidsche universiteit aftrad, werd prof. Krabbe bij Kon. Besluit van 7 December 1907 tot zijn opvolger aan deze universiteit benoemd. Hij aan vaardde. het hoogleeraarsambt te Lei den den 4den Maart 1908 met een rede: De idee der persoonlijkheid in de staatsleer. Gedurende den academ. cursus 1923^1924 was hij rector magni ficus der Leidsche universiteit, als hoedanig hij bij de viering van den 349sten stichtingsdag dezer Hooge- school den Ssten Februari een rede hield over: De innerlijke waarde der wet. Tal van geschriften en tijdschrift-ar tikelen zijn in den loop der jaren van zijn hand verschenen, o.a.: Admini stratieve Rechtspraak (Groningen 1901) Die Lehre der Rechtssouveranitat. Bei- drag zur Staatslehre (Groningen 190G); Ongezonde Lectuur (Groningen 1913); De Moderne Staatsidee ('s-Gravenliage 1915), Welk werk later ook in het Duitsch en Engelsch is verschenen); Het Rechtsgezag, Verdediging en toe lichting ('s-Gravenhage 1917). Ook zag van zijn hand het licht een geschrift: De strafwetgevende bevoegdheid der gemeentebesturen. Behalve verschil lende boekaankondigingen en admini stratieve artikelen schreef prof. Krab be tijdschriftartikelen in de „Bijdra gen tot de kennis van het Staats-, Pro vinciaal- en Gemeentebestuur" en in het „Rechtsgeleerd Magazijn". OUD-GRIEKSCH OORLOGSRECHT Dr. J. H. Thiel te Haarlem, toegela ten als privaat-docent aan de Leidsche Universiteit om onderwijs te geven in de oude geschiedenis, heeft vanmiddag in het kléin-auditorium der Universi teit zijn colleges geopend met het hou den van een openbare les over: Oud- Grieksch oorlogsrecht. Dr. Thiel wijdde daarbij eenige be schouwingen aan de internationale be trekkingen der Oud-Grieksche stadsta ten. Hij demonstreerde het sterk exclu- sivistisch karakter der Grieksche „po lis" (stadstaat) aan de eigenaardige op vattingen der Grieken omtrent oorlog en vrede. Oorlog was voor hen de nor male internationale toestand; alles wat buiten de stadsgrenzen lag, gold pri mair als vijandig. Slechts tijdelijk kon onderbreking intreden door een ver- desverdrag; na afloop van den in het verdrag bepaalden termijn trad auto matisch de oorlogstoestand weer in. Wel kon de oorlog tijdelijk latent zijn, ook al was er niet officieel vrede ge sloten, maar latente en openlijke krijgs toestand gingen ongemerkt in elkaar over zonder officieele oorlogsverkla ring Sterk tegenover de Grieksche staat de Romeinsche rechtsopvatting, welke den vrede tot basis heeft. De Romein, heeft vrede, tenzij hij officieel oorlog heeft verklaard; de Griek heeft oorlog, tenzij hij officieel vrede 'heeft geslo ten. Spr. wees vervolgens op het verband van deze opvattingen dei' Grieken met hun houding tegenover den vreemde ling. Deze was rechteloos, één met den vijand. Maar zooals de oorlog door een vredestoestand wa9 onderbroken, zoo kon ook de vreemdeling door tractaat of eeredecreet rechtszekerheid in een Binnenland. Met ingang van 7 Februari Is voor alle personen, die zich naar Frankrijk willen begeven, het Fransch pasvisum weer vereischt. Op de Z.-Holh eilanden is een tram op een koppel koeien geloopsn* Buitenland. Inzake Duitschlands ontwapening is overeenstemming bereikt. De Engelsch-Chineesohe onderhan delingen zijn door Tsjen geschorst, De eerste kabinetsraad van het ka' binet-Marx. andere stad verkrijgen. Had liij deze echter niet verworven, dan kon hij straffeloos worden uitgeschud; een ge woonterecht, dat den vreemdeling als zoodanig in. bescherming' nam, had zich slechts zeer zwak ontwikkeld. Dit verschijnsel vindt zijn verklaring in het feit, dat oorlog de normale toe- stand voor de Grieken was; gewoonte recht kan zich slechts op een basis van vrede gezond ontwikkelen. In verband met het voorgaande staat volgens spr. ook de algemeenheid van de zeeroof in de Grieksche wateren. De piraat gold bij de Grieken niet als een misdadiger; mits hij de door zijn eigen stad gesloten tractaten eerbiedig de. was hij in zijn recht, als hij vreem de schepen opbracht. Ook hier is weer duidelijk onderscheid tussclien Griek sche en Romeinsche opvattingen: de» Romein onderscheidt scherp tusschen. i justus hostis (openlijke vijand) en pracdo (roover); voor c!e Grieken i» oorlog en roof nagenoeg één. In de 3de eeuw voor Christus ver toont zich in theorie een sterke veran dering ton goede in de Grieksche op vattingen ten aanzien van. oorlog en vreemdelingenrecht; in de practijk was de ontreddering grooter dan in de 5de eeuw. Toen immers had Athene een groot deel van de zeestaatjes in een zeehond vereenigd; het hield dien hond met geweld bijeen en handhaafde door zijn vloot de orde ter zee. In de 4de eeuw was de maclit van Athene gebro ken; en macht, niet alleen goede wil was noodig' om de exclusivistïsche nei gingen der Grieksche stadstaten te on derdrukken. Die macht had in de 3de eeuw slechts dc Macedoniër; met hem doet het jus gentium (volkenrecht) ei genlijk eerst zijn intrede in de Griek- sche wereld. s JUBILEUM. Gisteren herdacht onze siadgenoot, de heer Nicolaas van der Hoed. den c-ag, waarop hij 40 jaar geleden in dienst kwam bij de firma. Wed. Groen thans Gebrs. Splinter Pottenfabriek' aan do Rijnkade. Des morgens werd de jubilaris 'door de beide Directeuren oj> hun kantoor ontvangen, waar zij hem met eenige hartelijke woorden een couvert met in houd aanboden. De jubilaris werd in de gelegenheid gesteld den feestdag, verder in intiemen kring to vieren. LET OP UW RIJWIELPLAATJE. De politie verzoekt ons, er tie aan-, klacht op te vestigen, 'dat er tien Iaat» sten tijd veel rijwielplaatjes vermist!, worden, tengevolge van het onbeheerd1. v neerzetten cleix fietsen. Men zij dus op zijn hoede, opdat niet rijwiel en 'of rijwielplaatje net slachtoffer van des eenen onoplettendl heidl en des anderen al te groote op-; Tettendheid' worden. Gistermiddag tégen l uur fó tie S-jarige F. M., die op een auto wash 'geklommen, er weer afgevallen, waar bij hij vermoedelijk zijn linkerbeen gfeV broken heeft. Door Iden E.H.D. werd het been ge' spalkt, waarna het kind pex politie-: (brancard naar het 'Acad. ziekenhuis! werd vervoerd. Hedenmorgen is het lijk van P-.' klie verleden week vermoédtelijïd in het' Galgewater geloopen is, opgedregd. De ongelukkige had zich aan eenj meerpaal vastgeklemd, 3.5 M* onder! water. - i..*W BURGERLIJKE STAND. Geboren: Geertruida, ti. y< P.; Boom en J. Beij; Jan Hendrik, z.v. I. Peter en. R. Nabarro; Arie, z. v. A. Groe- nevelt en M. C. Schouten; Abraham, z. v. W. Ie Mair ea E. Horree; Willem Marius^ z. v. W. J. Neuteboom en H. Koppier; Herbert Martinus, z. v. H. Gijsman enI A. W. van Leeuwen; Da niël, z. v. D. van Egimond en H. van; Roest; Johannes, z. v. J. H. Spijker en! A. Kars; Johannes Willem, z. v. K. Slieker en C C Buijs; Elizabeth, d. v. M. Versprille en J. H. Möller; Cornelia j Alida, d, y, C, J* y&a pelzen en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 1