NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DONDERDAG 20 JANUARI 1927
TWEEDE BLAD.
WAT DE BLADEN ZEGGEN.
De Nederlandsche taak in Indië.
De Frankfurter Zeitung van
15 dezer bevat een uiteenzetting van
een medewerker in Nederland, die na
drukkelijk constateert:
„Al kunnen niet alle methoden en
maatregelen worden goedgekeurd, in
het algemeen gesproken dient toch te
worden gezegd dat de Nederlandsche
kolonisatie-methoden zeker niet slech
ter, in vele gevallen zelfs beter zijn
dan die van andere mogendheden."
Voorts vermelden wij nog een in
gezonden stuk in de „Deutsche Alïge-
meine Zeitung" van 14 dezer ge
schreven door iemand die onze kolo
niën uit eigen aanschouwing kent
waarin tal van verkeerde meeuing in
worden recht gezet.
De schrijver begint met uiteen te
«etten, dat in de Duitsche, perscom
mentaren zelden in het licht is ge
steld de groote verdienste van Neder
land ten opzichte van zijn reusachtig
•koloniaal gebied en de talrijke bevol
king daarvan, en acht het een plicht
der dankbaarheid om te gewagen van
onze „Kulturfordenden Tatigkeit" op
koloniaal gebied. Na een voorbeeld te
1)ebben gegeven van Nederland's libe
rale opvattingen ten deze verklaart
de schrijver dat de onlusten geenszins
mogen worden geweten aan ontevre
denheid over het Nederlandsche be
stuur, doch aan stroomingen welke
enkelen- onder de bevolking willen
doen ontstaan. Hij onderscheidt drie
'richtingen: een religieuse, welke van
Mekka, een nationale, welke van Br.-
Indië, en een communistische, welke
van Zuid-China uitgaat. En de wereld
oorlog was oorzaak, dat de inlandsche
bevolking niet geheel onbevangen te
genover de verschillende soorten van
propaganda bleef; de oorlogs-gevolgen
waren ook in Nederlandsch-Indië te
diepgaand.
Men moet echter toegeven-aldus
wordt verder opgemerkt dat de In
dische regeering op de bres stond en
rustig doch nadrukkelijk den toe
stand onder de oogen zag.
Ten slotte: de conclusie van den
schrijver is treffend! „Met vol ver
trouwen" zegt hij „in de wijs
heid der verantwoordelijke Nederland
sche organen moet men den Wensch
koesteren dat verdere rampen van de
zen aard de mooie kolonie bespaard
zullen blijven en dat Nederland in
staat zal zijn om zijn zegenrijken ar
beid ten beste voor de inheemsche be
volking van Indië ononderbroken
voort te zetten".
Het stemt verblijdend in een Duitsch
blad een dergelijk oordeel te lezen.
Keuchenius en de Roomsch-
Katholieken.
De voorstelling, zoo lezen wij in D e
R o 11 e r-d„ bestaat bij onderscheide-
nen, dat Keuchenius fel tegen saam
werking met de Roomsch-Katholieken
gekant was.
Waar rs dat hij in zekere zucht tot
zelfstandigheid hen herhaaldelijk prik
kelde door zijn protestants ch credo
met groene scherpte te doen hooren.
Zoo toon hij in 1879 uit Indië terug
gekeerd al in de eerste woorden, die
hij in de Kamer sprak, het pauselijk
gezag bestreed.
Hoe zeer hij echter ook toen de nau
were gemeenschap met de katholiekén
voelde blijkt uit de rede, die hij bij
het algemeen begrootingsdebat van dat
zelfde jaar hield.
Op bla. 433 van de 'Handelingen
1879/1880 lezen wij zijn rede van 4
December: „De geachte afgevaardigde
uit Sneek heeft opgemerkt, dat ik, bij
mijn intrede in deze Kamer, wel verre
van de hand toe t$ reiken aan de
Roomsch-Katholieken, integendeel een
woord heb uitgesproken, dat strekken
moest om de kloof te doen kennen,
die Protestanten en Katholieken
scheidt.
Dat woord, door hem bedoeld, trek
ik geenszins terug; en nog begrijp ik
niet, hoe ierhand, hétzij aan deze, het
zij aan gene zijde, zich daarover heeft
kunnen ergeren, omdat het niets an
ders was, dan het constateeren van
een feit.
Ik ben overtuigd dat, wanneer van
de zijde der Katholieken gezegd ware,
dat wij, antirevolutionairen, of Protes
tanten een Christus belijden zonder
plaatsbekleeding, ik er mij niets over
zou vertoornd hebben, omdat het feit
zelf niet kan worden tegengesproken.
Wat in dit opzicht ook het verschil
wezen moge hierin vereenigen zich
anti-revolutionairen en katholieken
dat zij wenschen vast te houden aan
Hem ook als zoodanig door ieder, die
zich naar Hem noemt, wenschen ver
eerd te zien.
Dat stelt een band daar. sterker dan
ooit zou kunnen worden aangeknoopt
of gesmeed met hen, wier richting er
op uit is om de eer van dien Heer en
Zaligmaker te vernietigen".
Dat klinkt anders dan onze anti
papisten geneigd zijn té verhalen.
Fijn en waardig.
De zachtheid en fijnheid in de par
lementaire zeden* schrijft de „Rotterd."
ging in menig opzicht te loor.
Een verkwikking is het, die in de
oude historie-bladen te proeven.
De zeventigjarige Elout van Soeter-
woude is na het Volkspetitionnement
in 1879 weer in de Tweede Kamer ge
komen.
Hij werd in dit incidentje gewikkeld
op 4 December 1879:
De voorzitter, de liberale heer Dul-
lert, plaatste de opmerking, dat de
heer Elout „een zachte berisping tot
hem gericht had. omdat hij den heer
Moens veroorloofd had In de algemee-
ne beschouwingen terug te treden".
Daarop igaf Elout dit korte bescheid:
„Mijnheer de Voorzitter,
Te regt hebt gij mijne berisping zeer
zacht genoemd, want ik geloof niet,
dat iemand, ook ik zelf niet, die heeft
gehoord. Noode zou ik mij dan ook
aan een berisping jegens den hoogge-
achten Voorzitter schuldig maken".
Kan het fijner en waardiger?
De berisping zoo zacht, dat niemand,
ook ik, ze gehoord heeft zoo werd
den president toegevoegd.
Tegenwoordig zouden de geachte af
gevaardigden het ietwat anders zeg-
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Drietal: Te Soest, A. K. Straatsma
te Zandvoort. J. I. v. Sohaiek te Nieuws
Pekela en W. A. Zeydner te 's Heereiv
berg.
Beroepen: Te Hees (2e Pred.-pl.) G.
A. Barger, te Aerdenhout.
Bed anktVoor Genemuidea, J. E.
Klomp te Oldebroek.
GEREF. KERKEN
T w e etalTe Ede, J. G. Fernhout te
Boskoop en K. Winkelman te Maastricht
Bedankt: Voor Katwijk, G. Laarman
te Klundert. Voor 'sGravenhage (W.\
A. M. Boeijin^a te Sassenheim.
GHR. GEREF. KERK.
Beroepen: Te Ulrum (als leerend ou
derling) L. Floor, te Emmercompascuum
Bedankt: Voor Zwjjndrecbt, J. li.
Barth te Alphen a. d. Rjjn.
Dr. J. G. UBB1NK.
Naar de Stand." meldt, heeft Dr.
1. G. Ubbink, predikant bij de Geret.
Kerk van Zevenhoven, die in het DtaJ
conessenhuis te Leiden is opgenomen.
!de mondoperatie nog steeds met on-
Hergaan.
Tot dusver is nog slechts het voor
bereidend werk verricht.
H. VEENMAN.
Te Wageningen is op bijna 64-jart-
gen leeftijd overleden de heer H. Veen
man, ouderling-lid van de Algem. Sy-
(node der Ned. Herv. Kerk en van
het Prov. Kerkbestuur van Gelderland.
De heer .Veenman was o.m. uitge
ver van het confess, weekblad „De-
Geref. Kerk".
Dr. N. D. VAN LEEUWEN
GESCHORST.
De classis Drachten der Geref. Kerken
nam de volgende beslissing:
De classis Drachten der Geref. Kei
ken, kennis genomen hebbende van het
heswtKsrsdhrift van Dr. 01. li. van.
Leeuwen, dienaar des Woords teH?frki-
ma-Opeinde inzake het antwoord van de
Gen. Synode op zijn gravamen ad hoe;
waaruit blijkt:
a. dat Dr. N. D. van Leeuwen van de
in het besluit der Generale Synode ark
455 sub c bedoelde uitdrukkingen een
nadere verklaring heeft gegeven, waarin
althans, de. classis tot de a.s. Generale
Synode zal kunnen berusten;
b. dat Dr. van Leeuwen niet bereid
iwas de ongenoegzaamheid en onhouA
baarheid zijner gronden te eritennen en
zijn gravamen terug te nemen en de in
art. 455 sub a genoemde uitspraak dei
Synode in haar geheel te aanvaarden en
ten grondslag te leggen, van wat hfl in
dezen zal. leeren en ook niet bereid was
van zijn afwjjkend gevoelan tot aan do
beslissing dér a.s. Gen. Synode in do
zen te zwijgen;
gehoord ook de verklaringen van Dt
van Leeuwen in de classicale vergade
ring. dat- hij in beiderlei opzicht nog
altijd niet bereid is aan den wensch dei
classis te .voldoen;
geboord ook het advies der Deputaten
Synödi;
ovénvegéhde, dat het het recht dei
kerken ie om in zaken de leer betreffes
de uitspraken te doen en van haar diena
ren te vorderen, dat zjj zich aan die
uitspraken houden, gelijk door hen ook
in het Onderteekeningsformulier van de
D. d. W. beloofd is;
besluit, zij het ook met diep leedwe
zen, Dr. N. D. van Leeuwen, Dienaai
Je3 'Woords bij de Geref. kerk te Hark»
ma-Opeinde in ziin ambt té schorsen op
grónd van afwijking in de leer en on
willigheid om zich inzake de leer teov
derwerpen aan het oordeel der Gen
Synode, wat hij toch met het onderschrij
ven van het onderteekeningsformuliei
van D. des W. beloofd heeft en deschoi
ging uit te spreken voor'den tijd tot aan
de gewon? MeiVetgAiering der classis
tenzy Dr. van Leeuwen voor dien trjdl
aan de classicale vergadering bevrêdi
ging -geeft.
KERKBOUW TE APPINGEDAM.
Te Ap'pingedam had de aanbeste
ding plaats vanden. verbouw van de
Geref. Kerk en het yergrooten van
.de vergaderzaal aldaar, onder archi
tectuur van den heer Egb. Reitsma,
te Groningen.
Het totaal der hoogste inschrijvers
bédroeg t 52.110; het totaal der laag
ste inschrijvers f 38.253
Er waren op de verschillende wer
ken in het geheel 76 inschrijvers.
HET EVANGELISATIEWERK.
Dé Evangelisatiedag te Almelo zal
gehouden worden op 3 Febr. in da
(aeref. Kerk.
Het doel is, alle kerken uit de clas
sis Deventer te doen toetreden tot
Hen Ring van Comité's. voor Evan
gelisatie.
De leiding berust bij 'Ds. E. Prin
sen van Enschedé, voorzitter van den
Ring.
In de middagvergadering hoopt Ds,
T. Sap van Grarnerbrug, te spreken
over: 1. De noodzakelijkheid oer E-
vangehsatie in elke plaats. 2. Bezwaj
ren in den arbeid der Evangelisatie
en: hóe deze te overwinnen".
In de avondvergadering hoopt Dr.
C. Bouma, van Zwolle, te spreken over
Roeping der Kerk inza'ke Evangeli-
satie-arbeid".
GIFTEN EN LEGATEN.
Door wijlen mevr. de wed. J. Wt,
Artler, geb. Boeser, overleden te 's
Gravenhage, 17 Juni '1926, is aan de
Diaconie der Ned. Herv. Gem. te
Noorden f 1000 vermaakt, onder den
last om uit de revenuen daarvan hett
graf van Hennca. C. P. Boeser en
Johannes C. A. Boeser te onderhou
den.
DE HEER PAPE OVERLEDEN.
Op 84-jarigen leeftijd is te Almelo
overleden de heer G. Pape, rustendi
godsdienstonderwijzer der Ned. Herv.
hvangehsatievereen, aldaar.
De overledene was Ridder in de
Orde van Oranje Nassau.
NED. HERV. GEM. TE RIJSSEN.
Het „Weekblad voor Ry'ssenvan j.V
Zaterdag schrift, dat in de Ned. Herv.
Gem. te Rassen de houding v. d. kerkeiy
ka autoriteiten tegenover confessione»
ie en-andere Predikanten van dien aard
is, dat
diepe droefheid' ieder weldenkend
Christen (móet) vervullen, als hij ziet
op de hedendaagsche kerkeljjke tos
standen ia onzegemeenteWant
het is gebeurd dat in de morgen-sa
menkomst der gemeente den Aller
hoogste werd gebeden om den nien-
soben lust te geven des avonds op te
gaan naar de voorhoven des Heeren
van de middagsamenkomst werd
niet gewaagd, maar toen trad ook een
Predikant van een andere richting op.
Hy predikte dan voor stoelc enbaa
ken, geen ouderling of diaken was aan
wezig, slechts enkele tientallen van
mensehen,van wie de helft verdween
toen een gezangvers werd opgegeven
Zondag 9 Januari, toen Ds. Le Roj
van Almelo voorging, ging het volgens
het blad als een loopenl vuurtje roncr.
daar komt een „lichte" dominé uit Alms
lo, ga maar weer terug. De ruime kern,
die voor een 1500 menschen plaats biedt
bevatte slechts 150 menschen; de plaat
sen ter rechter- "en linkerzyde van den
kansel waren onbezet; slechts twee dia
kenen waren aanwezig. Ook D3. Ekering
van Amsterdam, die eenige jaren gele
den te Rassen optrad, werd verworpen,
omdat hy confessioneel is.
Wy vragen slechts: Geven die predi
kanten dan soms ook steenen vooi
brood?
GODSDIENSTONDERWIJS IN DE
NED. HERV. KERK
In zake de examens-Godsdienstonóer-
wgzer, verzoeken enkele medelevende
leden der Ned. Herv. Kerk te willen pa
èlioeeren onderstaand schrijven, gëficht
aan de Ciass. Besturen der Ned. Hem.
Kerk:
Enkele uwer Colleges zullen ook dit
jaar waarschy'niyk wederom examinee
renvoor de akte van Goiisdienstpndei-
wijzer.
Te betreuren is het, dat de Synode
niet veel eerder het zoo noolige besluit
heeft genomen, de eischen voor toela
ting te verzwaren. Gevolg toch van het
■examineeren volgens het oude Program
is geweest, dat velen (enkele zeer goede
uitzonderingen daargelaten) in de Kerk
optreden, welke deze bevoegdheid nooit
hadden moeten verkrijgen. Gespeend aar
elke normale ontwikkeling, niet instaat
hun eigen taal zelfs behoorüjk te lezer,
schryven of spreken missen ze abso
luut de bekwaamheid iets drageiyks te
brengen en verliest hun „prediking??"
zich in ontelbare herhalingen van sub
jectieve meeningen, die vaak kant noch
'wal raken.
„.Redenen: waarom ondergeteekenden
zich beleefd en dringend tot u wenden
met het verzoek, dat, mocht u ooit dit
jaar nog aan het oude program geboft
den zyn, in elk geval de eischen binnen
dit kader zoo streng mogeiyk te stellen*
en onvoorwaardeiyk af te wijzen dege
nen, wien elke grondslag ontbreekt vooi
verdere, Aauwgjzette studie en wier op
treden in de Kerk een ramp moet woi
den genoemd voor een gezonde, schril
iuuriyke prediking".
BEZWAARDEN TE ZAANDAM
Naar aanleiding van een samenspre
king met den kerkeraad van Amsterdam
Zuid, hebben de bezwaarde leden van de
Gereformeerde Kerk t9 Zaandam beslo
ten Zondag a,s„ hun eerste godsdiens»
oefening te houden, en wel in het pavil
joen van het Volkspark, des morgens 10
'uur, met Ds. Buskes als voorganger. De
namiddaegodsdienstoefening zal geleid
tworden door Ds. Aalders.
Uit het Sociale Leven,
DE LOONACT1E IN HET VISSCHE-
RIJBEDRIJF TE IJMUIDEN.
Vanwege den Centralen bond van
transportarbeiders, den Christelijken
zeeliedenbond en den Nederlandschen
bond van christelijke fabrieks- en
transportarbeiders wordt het volgen
de gemeld:
De IJmuider federatie heeft mede
gedeeld, dat een conferentie over de
door de reedersvereenigingen gedane
voorstellen ten opzichte van het te
stichten f6nds voor sociale voorzienin
gen heeft plaats gehad op Maandag jl.
De besturen van de drie genoemde or
ganisaties wijzen erop, dat in dit be
richt opnieuw uitdrukkelijk wordt ver
meden, in eenig opzicht te spreken
over de overige aan de reeders gestel
de eischen en over do verlangde ver-
hooging der gages. Het verschil tus-
schen het federatiebestuur en cje be-
FEUILLETON.
t-Af'
Opoïfering beloond.
4C)
XXIV.
Sinds twee dagen wachten mevrouw
Lenooy met mijnheer De Verbrugge
en zijn dochter te Marseille op de aan
komst van Walter.
Een wachten vol angst en onrust.
Men bedriegt het hart eener moeder
niet. Walter had in zijn laatste brief
slechts in vage termen over zijn ge
zondheid gesproken, maar mevrouw
Lenooy had zich niet vergist. Zij had
tusschen de regels door gelezen en
haar fijngevoelende moederliefde be
greep h;: gevaar, dat haar kind be
dreigde. Angstige zorgen hadden haar
nachten slapeloos gemaakt en haar de
afschuwelijkste schrikbeelden voor
oogen getooverd.
Wat Piëta betreft, zij maakte zich
niet ongerust. Zij was even vast over
tuigd van Walters terugkeer, als zij
altijd zeker geweest was van z'n on
schuld. Men had veel moeite gehad
om haar te bewogen niet met haar
vader en mevrouw Lenooy mede te
gaan naar de haven. Zij had eindelijk
toegegeven, niet o-mdaj, zij hang was
voor slecht nieuws, maar uit beleefd
heid, omdat zij devreugde van het
eerste wederzien van moeder en zoon
niet wilde verstoren. Toch had zij geen
weerstand kunen bieden aan- het ver
langen om zich met een dichte voile
te mengen onder de drukke menigte,
die zich voortbewoog op de haven
kade.
Daar een hartelijk handendrukken,
een kussen, een blij wederzien, uitroe
pen van vreugde, die weer overstemd
worden door het geschreeuw van pak
jesdragers, het gevloek van matrozen,
en de verontwaardigde scheldwoor
den van de voorbijgangers, die op zij
geduwd worden.
Mevrouw Lenooy 9taat geleund op
den arm van den "bankier dicht op,de
plaats waar de passagiers uit het schip
aankomen en met angstigen blik be
schouwt zij elk gezicht, dat langs haar
heengaat. Zij beeft over al haar lede
maten. Waarom komt haar zoon niet?
De menigte wordt dunner, gaat lang
zamerhand uiteen en haar zoon, Wal
ter, is er nog niet
De jongen weet niet dat men hem
wacht en daar hij met zijn zwakke
krachten voor de enorme drukte
vreesde, had hij de haastigsten het
eerst laten gaan. Eindelijk wordt het
rustiger en de officier neemt de gele
genheid te baat om eveneens het schip
tc- verlaten.
„Daar is hij T*
Is 't hem wel? Ja! Ofschoon hij
haart onkenbaar is zoozeer is hij
veranderd het moederhart bedriegt
zich niet. Zij laat den arm los, die haar
ondersteunt en vliegt den jongenman
te gemoet.
En terwijl mijnheer De Verbrugge
op eenige passen afstands met vreug
de, met medelijden, met wroeging het
uitgeteerde gelaat van den jongen man
beschouwt, 'Iggen dë moeder en de
zoon in eikaars armen;
„WalterMijn lief kind!Hij
alleen hóórt die woorden. De weduwe
siddert en clrrigt in bezwijming neer
te zinken en de zoon met zijn zwakke
krachten moet haar ondersteunen.
„U" hier, móéder!- Wat ben ik geluk
kig u weer te zien! Waarom heb ik
er ook niet aap gedacht, dat u hier
zoudt zijn. Ik zou het allereerste ge
komen zijn, als ik geweten had, dat u
hier wasT"
„Ik maakte me ook al bang over je
lang uitblijven. Maar nu ben je dan
weer terug, mijn jongen, wat kan ik
nog verlangen, nu jij. terug bent? Wat
bén je veranderd- Je bent veel zieker
geweest, dan. je &esc.i-.\.^èn hebt".
De officier glimlachte en teeder de
hand drukkend, die.-hij nog steeds om
vat hield, ging hij voort:
„Ik maak het nu uitstekend, lieve
■moeder". Wat bent'u goed! U hebt al
leen hierheen willen komen om mij
het geluk te bezorgen, dat ik u aan
stonds zou kunnen omhelzen".
„Ik ben niet alleen gekomen, mijn
kind".
Een blijde glinstering schoot in do
oogen van den jongen man.
„Is Dini er ook? vroeg hij haastig.
„Neen, zij wilde wel graag. maar
haar kleine Benjaminnetje is ernstig
ziek. Heb je mijn laatste brief niet ont
vangen Walter?"
„Ik denk het wel. Wat schreef u
daar ook weer in? Help me eens, mijn
geheugen is wat verzwakt sind9 die
laatste koortsaanvallen".
Op zachten toon antwoordde de moe
der:
„Ongeveer hetzelfde als in de vorige
brieven mijn kind.... Ik schreef je
alleen dat Keesin Parijs is terugge
keerd en dat hij ernstig ziek was".
De jonge man beefde, alsof plotse
ling een geheime wonde werd openge
scheurd. Maar hij vermande zich:
„ZooIs Kees thuis. Ik heb dien
brief niet ontvangen, moeder, want ik
wist niet eens, dat Kees in Fraukrijk
teruggekeerd was. Hoe maakt hij het
nu?" vroeg hij, zonder lat de toon van
zijn stem eenige bitterheid verried.
„Het gaat wat heter. Zijn vader is
overigens hier, hij stond er op, mij te
vergezellen, die zal je beter dan ik kun
nen inlichten".
Wat! Is mijnheer de Verbrugge hier
in Marseille?" vroeg hij met angsti
ge stem.
De bankier volgde de moeder en den
zoon op een kleinen afstand hij hoor
de den verwonderden uitroei- van den
officier, hij zag zijn verwrongen trek
ken en zich niet langer kunnende in
houden, versnelde hij zijn passen en
sprak hem aan
sturen der overige organisaties is, dat
de laatsten de keuze van eventueel©
aanwending van de verlangde g°.ge-
verhooging ten bate van het te stich
ten fonds' willen overlaten aan de op
varenden. Hét federatiebestuur, het
welk de meening der opvarenden niet
heeft gevraagd, poogt haar houding
te verdoezelen door het voor te stel
len, alsof zij in vergadering opdracht
heeft gekregen tot het stellen van de
eischen, zooals zij tegenover de ree
dersvereenigingen heeft ggdaan. Dat
nu is volkomen onjuist. Ook Maandag
heeft geen vergadering plaats gehad,
doch slechts een bespreking met een
klein deel der opvarenden van vier
schepen, die zijn opgehouden. De an
dere schepen zijn naar zee vertrokken.
De besturen van den centralen bond
en de beide confessioneele organisaties
zijn van oordeel, dat over het ant
woord der reedersvereeniging ten op
zichte van de door de organisaties ge
stelde eischen en over het voorstel der
reeders wat betreft het fonds met de
leden behoorlijk overleg dient te wor
den gepleegd, wat door den aard van
het bedrijf vanzelf eenige dagen zal
vorderen.
WERKTIJDREGELING IN DE
ZUIVELINDUSTRIE.
De directeur-generaal van den ar
beid heeft de vertegenwoordigers van
alle werkgevers- en werknemers-ver-
eenigingen in de zuivelindustrie (zui
velfabrieken, condensfabrieken, melk
inrichtingen, enz.) uitgenoodigd tot 'n
bespreking op 28 Januari over de rege
ling van de werktijden in de zuivel
industrie voor het jaar 1927—'28. Met
toestemming van de werknemersbon
den bestaat sedert eenige jaren in de
zuivelindustrie de gemiddelde 50-uri-
ge werkweek, in plaats van de 48-
urige.
MACDONALD OVER DEN INDUS-
TRIEELEN VREDE.
Het is al meer opgemerkt, dat Mac
Donald, de politieke leider van de*En-
gelsche arbeiderspartij, het standpunt
van den klassenstrijd in onzen tijd; ver
werpelijk acht.
Te Hammersmith behoorende tot
Londen heeft Mac Donald Zater
dag in een rede gezegd dat de indu
strieel e vrede moet gesloten worden
wil Engeland zijn plaats in de wereld
behouden en de gevolgen van de sta
king te boven kunnen komen.
Het beste was volgens spr. een niet
te groote, maar ook niet te kleine
commissie van leiders uit de vakbevve-
fing en voormannen uit handel en ïn-
ustrie, niet niet weer uiteen zouden
mogen gaan, vooroze de oorzaken van
de wrijving opgespoord en daarna
weggenomen hadden.
Dit is mogelijk en moet mogelijk
gemaakt worden, maar de regeering!
mag dan niet weer roet in het eten
gooien, door thans te dreigen met de
indiening yan speciale wetsontwerpen
op het vakvereenigingswezen, het recht
van vergadering, de heffing van con
tributie, enz. allemaal dingen, die door
den arbeider beschouwd worden als
in het algemeen tegen zijn belangen
gericht.
Toen hem uit de vergadering ver
wijten werden gemaakt over de half
slachtige houding van de parlemen
taire Labourpartii bij de algemeene
staking gat M!ac Donald een antwoordl
dat neerkomt op het volgende:
Den eersten dag van de staking zijn
tai va*h mannen bij mij' 'in het Lager
huis gekomen om krachtigen steun
voor ae staking te eischen, maar bij
na zonder uitzondering brachten ze
speciale wenschen naar voren om voor
cfit ot^dat een uitzondering te maken
Bij navraag bleek mij dan, dat die
theoretisch zoo felle voorstanders van
een algemeene staking liefst een ach
terdeurt\e open hielden, waardoor hun
eigen bedrijf tegen staking, gevrij
waard zou worden.
Mijn meening werd toen bevestigd,
,dat een opwekking van onze parle
mentaire groep om algemeen te sta
ken niet in overeenstemming zou zijn
met vele speciale belangen, zooals die
door de belanghebbende arbeiders
groepen zelf bepleit worden.
Tot zoover het betoog en de ver
dediging van Mac Donald. Hij gaat!
zich blijkbaar al beslister stellen op(
het solidariteitsstandpunt inzake de
werkgevers en werknemers.
„Ja, hier is hij om je vergiffenis te
vragen, WalterOm je aan mijn
hart te drukken, mijn beste, edele jon
gen. Kun je me nog liefhebben? Waar
om heb je je aldus opgeofferd?"
De jongen onttrok zich aan de om
arming van den bankier en richtte op
hem zijn van ontroering brandende
oogen.
„Ik heb slechts mijn plicht gedaan,
ik zou een lafaard, een ondankbare
vlegel geweest zijn, als ik anders ge
handeld had", zeide hij met beslist
heid. En met fluisterende stem ging hij
voort: „Dank ik het niet aan uw goed
heid, dat ik mij nu een eervollen naam
heb verworven? In mijn droefenis was
het mij een troost de schuld van dank
baarheid af te lossen, die mijn valer
nog met u te vereffenen had. Eer om
eer!"zeide hij met ontroering, den
bankier innig de hand drukkend.
Piëta had van verre de ontmoeting
van haar vader met haar verloofde
gadegeslagen. Zij riep een koetsier en
liet zich brengen naar 'n naastbijzijn-
de kerk van Onze Lieve Vrouw. Zij
had zooveel tot de „Troosteres der Be
drukten"' gebeden, dat het een eerste
behoefte voor haar was, die Goddelij
ke Beschermster haar dank tc bren
gen. En terwijl de familie Lenooy en
haar vader hun intrek namen in het
hotel, overschreed het jonge meisje
den drempel van het kerkgebouw, om
haar hart uit te storten in een vurig
g«b©4,