CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN 7" JAARGANG VRIJDAG 14 JANUARI 1927 Nl/MMER 2Ö27 LEIDSCHB COURANT ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden wear agenten gevestigd zijn Per kwartaal i 2.50 'Per week .......i 0.19 Franco per poit per kwartaal f 2.90 1)it nummer beslaat uil TWEE Bladen. EERSTE BLAD. V Een nieuwe Drankwet. Men weet dat bij het optreden van het kabinet-de Geer in Maart 1926 de Minister-president in de bekende re- (teerinfrsverklarinK o.m. ook toezegde, een hernieuwde aan de orde stelling van een voorstel tot invoering van de plaatselijke keuze. Dit punt is verwerkt in een nieuwe- (gewijzigde) Drankwet. Daarin zijn ook verwerkt eenige technische herzieningen die noodig ge acht werden. Voorts is ook eenige verruiming aan gebracht in de grondslagen der wet die de veranderde toestanden in de sa menleving vorderen. Deze drie redenen, waarop het nieu we ontwerp steunt, laten het beginsel van de wet, het maximum vergun ningsstelsel onaangetast. De Regeering heeft nu aan Gedepu teerde Staten der Provinciën en aan eenige burgemeesters advies gevraagd over dit ontwerp van wet. Ons Belang, het orgaan van den Ne- derlandschen Bond van Kofiieljuis- restauranthouders en slijters, van welk orgaan het Kamerlid Abr. Staalman redacteur is, zegt dat ook de bond toe gezonden gekregen beeft dit vooront werp met concept-memorie van too- lichting tot wijziging van de Drank, wet. Het blad zegt. na gewezen te heb ben op doni vertrouwelijken aard van het toegezonden stuk: „Wij verklappen naar onze meening geen geheim, wij begaan geen onbescheidenheid, wan neer wij mededeelen, dat bet wetsont werp een regeling voor de Plaatse lijke Keuze inhoudt. Het was trou wens wel eemigszins te verwachten". Wij zouden zoo zeggen: natuurlijk was dat te verwachten na de ge-dane regeeringstoezegging. Wij vragen echter: was er niet iets beters van dit ontwerp te zeggen. Zelfs voor koffiehuishouders moeten dunkt ons toch de volgende voorschriften aanbevelenswaardig zijn, waar wij niet mee gezegd willen hebben, dat wij dat oordeel in deten maatgevend achten. Verboden wordt sterke drank of zwak alcoholischen drank te verkoo- pen terwijl in de localtteit gelegenheid wordt gegeven tot dansen. Er zijn, met name in de steden, verschillende gelegenheden, waar de moderne dan sen en alcohol samenwerken in een zeer bedenkelijke richting. Over het dansen wordt in het ontwerp natuur lijk niet geoordeeldmaar het 19 de zaak^ den verderfelijken wederkeeri- geni invloed van het dansen en alco hol te breken. Dp verkoop van wijn.en hier in aller lei winkels, speciaal in groenten- en kruidenierswinkels, wordt geweerd. Er schuilt een niet gering gevaar in ver koop, zelfs opdringen aan het publiek van allerlei alcoholica lm gelegenhe den, die daarvoor tot voor korten tijd niet gebezigd werden en waarin jong en oud pubiek voor ganseh andere doeleinden moet komem Bovendien -wordt aldus een concurrentie aange daan aan verlofhouders, die aan aller lei wettelijke verplichtingen moeten voldoen en wier bedrijf dus behoorlijk gecontroleerd wordt. Of moeten wij aannemen dat ook dit ontwerp weer op dezelfde nare wijze zal worden tegengewerkt? STADSNIEUWS. KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN VOOR RIJNLAND TE LEIDEN. (Nieuwjaarsrede, Slot). Verplaatsing Kaasmarkt Een der punten, welke in het afge- loopen jaar de bijzondere aandacht der Kamer vroegen, was de eventueele verplaatsing der kaasmarkt naar het terrein van het voormalig invaliden huis. Burgemeester en Wethouders van Leiden vroegen daaromtrent aan de Kamer van Koophandel advies, het welk de Kamer uiteraard van vertrou welijken aard beschouwde. De Kamer heeft daarom de verkeerde voorstel lingen, welke omtrent haar advies ten beste werden gegeven, onweersproken gelaten in het vaste vertrouwen, dat de feiten haar in het gelijk zouden stellen. Dit geschiedde nog eerder dan dezerzijds gehoopt werd. Kort geleden kocht de gemeente groote terreinen aan voor verplaat sing der veemarkten. Daarmede is een '.roote stap gezet in de richting, waar- n zich de Kamer de uiteindelijke op lossing van het marktprobleem te Leiden denkt. Snelle afwerking zal nu eisch zijn. Het verkeersprobleem op Stationsweg BUREAU: Hooigracht 35 i Leiden TeL 1278, Postgiro 58936 Postbox 20 en Steenstraat is reeds ingewikkeld. Door onmiddellijk naast en gedeelte lijk op den voornaamsten toegangs weg van Leiden markt te houden, is des Vrijdags de toestand èteeds meer onhoudbaar geworen, zoowel uit ver- keersoogpunt, als wat begaanbaarheid der wegen betreft. De verplaatsing zou echter voor de vele neringdoenden een groote ramp beteekenen, indien op de een of ande re wijze geen compensatie verschaft zou worden. Deze sociaal-economische factor werd door de Kamer van jseer groot belang geacht. Eenerzijds drong de Kajner er daarom op aan om zoo spoedig mogelijk over te gaan tot het inrichten van een nieuw marktplein, liefst niet te ver van het oude, maar ook anderzijds 'om de kaasmarkt over tc brengen naar het ruime, welgelegen marktterrein van de Nieuwe Vee markt, bij de molen „De Valk". Men handele echter spoedig. Laat men de kaasmarkt te lang op het terrein van het voormalig invalidenhuis, dan past de omgeving aldaar zich te veel daarbij aan, en wordt een nieuw pro bleem geschapen. Over de voordeelen van de verplaat sing der kaasmarkt naar het terrein van de huidige veemarkt, zal ik thans niet uitwijden. Voor vele neringdoen den in de omgeving van dit terrein zal, nu de veemarkt straks verplaatst zal worden, de kaasmarkt althans eenige vergoeding geven. Voor de kaasmarkt zal dit een ui.termate geschikt terrein zijn, gele gen als het is vlak bij het station, ^an de stopplaatsen van beide trams en van nagenoeg alle autobussen. Ook de veemarkt zal alsdan dicht in de nabijheid zijn, waardoor een voor bei de markten gunstige wisselwerking zal ontstaan. De goede accomodatie zal de kaasmarkt aantrekkelijk ma ken voor producent en handelaar bei de. De Kamer heeft de verplaatsing van de kaasmarkt naar het terrein van het voormalig invalidenhuis steeds be schouwd als een overgangsmaatregel. Men make den overgangstijd echter zoo kort mogelijk. Het getob met de kaasmarkt moet zoo spoedig mogelijk een einde nemen. Aan deze verplaatsing van de markt zijn echter nog vele andere problemen verbonden. Allereerst wel dat van de stadsuitbreiding, maar vooral het probleem van de aansluiting aan het vaarwater. De Kamer is er van over tuigd, dat deze problemen allerminst eenvoudig zijn. De wijze waarop de moeilijkheden opgelost zullen worden, zullen echtei beslissend zijn voor de richting, waarin de oplossing van ve lerlei andere vraagstukken gevonden zal moeten worden. Verkeersvraagstuk ken nemen daarbij geen onbelangrijke plaats in. De Kamer zal het daarom zeer op prijs stellen, indien zij in staat gesteld zal worden, advies over d.e aanhangi ge uitbreidingsplannen uit te bren gen. De toestand van het vaarwater In dit verband wil ik even de aan dacht vestigen op de Haarlemmertrek vaart en de Zijl met de Spanjaards- brug. Daaromtrent bestaan, nog in de meest letterlijken zin Middeleeuw?che toestanden. De overheerschende posi tie van de steden bracht in de Mid deleeuwen met zich, dat deze zorg den voor goede toegangswegen te land en to water. De houw eener sluis te Gouda in 1436 werd o.a. bekostigd door de steden Haarlem, Leiden, Am sterdam, Gouda, Alkmaar, Hoorn, Medemblik, Edam. Zoo bezat Leiden zeer vergaande eigendomsrechten op het Haarlemmermeer. Op denzelfden geschiedkundigen basis rust op Lei den thans nog de onderhoudsplicht van de Haarlemmertrekvaart, voor zoover in Zuid-Holland gelegen, en van de Zijl, ofschoon deze vaarten practisch geheel buiten Leiden gele gen zijn. Deze Middeleeuwsche toe stand geeft tot allerlei wanverhoudin gen aanleiding. Leiden gevoelt er weinig voor om met den onderhouds plicht verder te gaan dan in vroegere eeuwen. Waren deze vaarten vroeger „trekvaarten", waarom zouden deze op haar kosten thans in groot vaar water veranderd moeten worden. Het gevolg is, dat vele noodzakelijke ver beteringen achterwege blijven. Zelfs thans is het b.v. nog niet geoorloofd in de nachturen met een motorboot in de Haarlemmertrekvaart te varen. Ik acht het te behooren tot de taak der Kamer van Koophandel, mede te werken om aan dezen toestand een einde te maken. Niet zoozeer Leiden, als wel de geheele betrokken streek heeft in de eerste plaats belang hij practisch bruikbaar vaarwater. Kan aan de Gemeente Leiden rede lijkerwijs in dit opzicht geen al te groote verwijten gemaakt worden, in ander opzicht is er zeker wel reden tot klachten. De uitdieping van het vaarwater had nagenoeg geen voort gang. Volgens een officieele opgave is er in 1926 alleen gebaggerd in de Oude Heerengracht en Maresingel om den weg naar de Gemeentelijke Gasfabriek uit te diepen. Ondanks alle besluiten en mooie beloften is er derhalve voor het ge wone verkeer te water ten behoeve van industrie en handel niets gedaan. Wel wordt er ten koste van groote sommen een nieuwe Janvossenbrug gebouwd, welke althans voorloopig tamelijk doelloos haar rente en aflos sing vragen zal. Wil Leiden haar bevolking blijven voeden, dan zullen zeer zeker alle krachten ingespannen moeten worden om de bestaansmogelijkheid zoover als kan, op te voeren. De statistieken wijzen uit, dat er telkenjare meer per sonen Leiden verlaten dan er zich ves tigen. Het geboorte-overschot alleen moet zorgen voor de bevolkingstoe name, welke echter minder is dan het gemiddelde in Nederland, zelfs on danks den bekenden trek naar de ste den. Leiden zal zich zuiver rekenschap hebben te geven van de oorzaken van dezen min gunstigen toestand, en op krachtige wijze wel overwogen mid delen hebben toe te passen om weldra een gezonde stadsontwikkeling mo gelijk te maken. Bij de doorgaande in dustrialisatie van Nederland mag Leiden niet op gelijke hoogte blijven. Dat er in. Leiden nagenoeg geen ge schikte industrieterreinen zijn, is een veeg teeken. Doelbewuste actie zal nog veel moeten rechtzetten. Voorts dien ik met een enkel woord gewag te maken van den zeer slechten toestand, waarin het vaarwater naar Noordwijk verkeert. Noord wijk met zijn vlugge verbinding met electrische tram en goede wegen, bezit te water een verbinding, die, zelfs al stelt men de meest bescheiden eischen, in elk opzicht onvoldoende is. Op deh be langrijken aanvoer van bouwmateria len zou, waiïneer het gemeentebestuur van Noordwijk zich deze zaak meer ter harte liet gaan, veel onnoodige vrachtkosten bespaard kunnen wor den. Bovendien zou Noordwijk als badplaats er zeker wel hij varen, wan neer een vlotte verbinding te water met Noordwijk mogelijk was. Moge het College van Burgemeester en Wethouders van Noordwijk deze zaak eindelijk eens ernstig ter hand nemen. Naar een meer actieve handels politiek.^ Vergun mij voorts, terwille van de continuïteit U in herinnering terug te roepen de Nieuwjaarsrede van het vorige jaar, waarin gepleit werd om een meer actieve handelspolitiek. Era stig werd er over geklaagd, dat de Nederlandsche onderhandelaren hij het afsluiten van handelsverdragen moeten volstaan met het houden van schoon© beschouwingen over vrij handel en de weinig succes belovende opdracht hadden, om de landen, die onze proucten niet liooge invoerrech ten belastten, ar van te overtuigen, dat zij daarmede hun eigen land en volk ten zeerste schaadden. Ik acht mij gelukkig U thans te kun nen mededeelen, dat deze gedachte bij enkele anderen in die mate weerklank heeft gevonden, dat mede daarover on derling overleg is gepleegd, ten gevol ge waarvan na velerlei bespreking is besloten een vereeniging voor actieve Handelspolitiek op te richten, welke onder leiding van Prof. Diepenhorst 21 October j.l. hare oprichtingsvergade ring gehouden heeft. Ik kan het niet anders zien, dan dat Ben dergelijk streven ook dfe economi sche positie van ons district Rijnland zeer ten goede zal komen. Allereerst deelt het district Rijn land in den algemeenen ecanomischen toestand van ons land. Vooral indu- trie en tuinbouw ondervinden maar al te veel hinder van de vele slagboomen welke andere landen door hun hooge tarieven van invoerrechten en anders zins hen in den weg hebben gelegd. Geographisch is Nederland zoo klein, dat het voor vele bedrijven mogelijk is alle afnemers van hun artikelen te kennen en door hun reizigers te laten bezoeken. De grens ligt slechts een tweetal uren sporens vanaf het cen trum van liet land. Op die grens stuit nagenoeg ieder exporteur, allereerst op verschil in taal, wat ook reeds een handicap is, men denke b.v. daarbij aan een taalgebied als het Engelsch voor een land als Engeland met zijn Dominions en de Ver. Staten van Amerika. Duitschland en andere lan den hebben voorts in d« binnenland- sche markt Heen reeds een ontwik kelingsmogelijkheid, welke in Neder land niet valt te benaderen. Daarbij komen nog de voornaamste belemmeringen, de barrières, bestaan de uit hoog© tarieven en invoerverbo den, of andere dikwijls niet minder hinderlijke belemmeringen door aller lei douanebepalingen, zooals moeilijk na te leven voorschriften, te groote dif ferentiaties van tarieven, valutamoei lijkheden, patentrechten, geheven van vreemde kooplieden, enz., enz. Juist voor een klein land als het on ze is het onmiddellijk beschikbare de biet zeer beperkt, en daarom is het dubbel noodig om alle krachten in te spannen om te bewerken, dat het bui tenland aan de Hollandsche artikelen zoo min mogelijk belemmeringen in den weg legt, een noodzaak, welke te meer klemt, nu in Nederlandsch-Indië niet als in de Britsche Domonions voor Engeland, voor ons land voorkeur tarieven gelden. De lijdelijkheid, welke bij onze han delspolitiek onvermijdbaar was van wege het hier te lande gevolgde stel sel van eenzijdigen vrijen invoer, dient daarom plaats te maken voor een ac tieve handelspolitiek. Kleinere, minderwelvarende landen, hebben bewezen, dat deze zeer wel mogelijk was zonder in groote conflic ten te geraken. Een kapitaalkrachtig land van 7% millioen inwoners is een factor van beteekenis in den wereld handel, en geen land zal dit feit ne- geeren. Daarom is actieve handelspo litiek zoowel noodzakelijk als moge lijk. Hoezeer reeds öok voorheen ge voeld werd, dat de wijze, waarop ons land zijn handelstractaten afsloot, hoog noodig verbetering behoefde, blijkt wel uit de door Oud-Minister Van IJsselsteyn in herinnering ge brachte passage uit het verslag op het tarlefontwerp Kolkman, in welk verslag de toenmalige Minister van Buitenlandsche Zaken, Jhr.. Mr. R. de Marees van Swinderen het volgende opmerkt: „de herinnering aan het feit, dat ten onzent de invoer vrij of bijna vrij is, in staat zou zijn de Regeering van het vreemde land te bewegen af te zien van door ons ongewenschte maatregelen strookte niet met de ervaring, door den Minister opge daan. Overtuigd, dat het stelsel van vrijen invoer door ons wordt voorge staan, op gronden, louter aan ons be lang ontleend, plegen de buitenland sche regeeringen bij de tariefonder handeling met ons land zich door waardeering van die vrijheid van in voer niet te laten leiden". Typeerend voor zijn waaj'deering van de economische aangelegenheden is wel, dat Min. Van Karnebeek in het Voorloopig Verslag op de Begrooting voor 1926 neerschreef: „Tot nog toe heeft intusschen de Regeering bij hare onderhandelin gen over handelsverdragen de ont stentenis van eeA differentieel ta rief niet als éen element van zwak heid gevoeld". Wel was herhaaldelijk critiek op het economisch beleid van Min. Van Kar nebeek uitgeoefend, maar veel indruk bleek het niet op hem te hebben ge maakt. Toen echter bij hej, Nedeii. Duitsch Handelsverdrag eenigszins andere belangen in de knel kwamen dan de gewoonlijk voorkomende, en ook de groote bladen duchtig van leer trokken, begon er toch in veler ge moedsgesteldheid iets te veranderen. Zelfs op Min. Van Karnebeek bleef dit niet geheel zonder invloed. In het Voorloopig Verslag op de begrooting van Buitenlandsche Zaken werd door de Tweede Kamer n.l. ernstige critiek geoefend op het hier te lande gevolg de stelsel bij het totstandkomen van verdragen. M.i. is er echter van Min. Van Kar nebeek niets te verwachten, wat zou kunnen leiden tot versteviging van Ce positie van Nederland bij het sluiten van Handelsverdragen, Dit zal wel voor een groot deel daaraan zijn te wijten, dat zijn interesse meer ligt op het politieke dan op het economische terrein. Zijn wensch om Nederland een eervolle plaats te verzekeren in den Volkerenbond en om in het bijzonder de Volkenbondsgedachten daadwerke lijk vooruit te brengen, is m.i.' oorzaak van de mindere belangstelling, welke het economische probleem voor hem heeft. Het is niet de zucht om protectie voor onze Industrie, welke hier tot uiting komt. Zij echter, die aan den lij ve ondervinden, hoe de meeste der ons omringende landen maatregelen ne men ter wering van onze en bescher ming van eigen producten, kunnen niet bevriend blijven met de ongetwij feld schoon© gedachte, dat interna tionale vrijhandel een eerste vereisch- te is om te komen tot wereldwelvaart. Tengevolge van de groote verslagen heid, welk© heerschte in een zeer groot deel van de Nederlandsche in dustrie en in den land- en tuinbouw, verliest het schoone ideaal vrijhandel zijn bekoring en wordt de roep om maatregelen tegen die landen, welke ADVERTENTIE-PRIJS G«woim adrertentiSn per regel 227» cent; lage zonden Mededeelingen, dobbel tariei. Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooraitbetallag van ten hoogste 30 woorden, worden dage*' Ujhs geplaatst ad 40 cent. Belangrijkste nieuws in dit Hummer. Binnenland. Koninklijk bezoek aan Kafwijk aan Zee. Buitenland. Cortius zon heden een bespreking hebben met de Duitsch-nattpnalen. De regeering te Peking eischt „te ruggave van de buitenlandsche conces* sles". hun producten vrij invoeren, maar on*, ze producten met soms draconische, tarieven belasten, steeds krachtiger. Opleiding in de Textielnijverheid. Bij opgaven, welke de Kamer mocht ontvangen omtrent het aantal arbei ders in de textielnijverheid, was het opvallend, dat er algemeen geklaagd werd over een tekort aan personeel, bereid en geschikt om den textielar- beid te verrichten. Deze klacht is aan-, leiding geweest om te Tilburg en En* schede inlichtingen te vragen over de opleiding van het personeel. Behalve een belangrijke dagcursus voor de op-< leiding van aanstaande fabrikanten: en textiel-beambten, bleken er te be^ staan avondcursussen voor werklieden* Het komt mij,voor, dat er alleszins aanleiding is om de mogelijkheid van een dergel ijken avondcursus voor het machinaal breien, het weven van de* kens, lakens en katoentjes, ernstig on-* der de oogen te zien. Markt- en Havendienst* De markten in het district Rijn land mogen zich over het algemeen in een zekeren bloei verheugen. Leiden schijnt zich als derde markt plaats ook in 1926 gehandhaafd te hebben. Ondanks de Engelsche in* voerbepalingen voor VarkensvleescK waardoor 10.000 varkens minder ter; markt werden gebracht, bedraagt de totale aanvoer van vee nog 240.000, stuks, zijnde 10.000 meer dan het VQ! rige jaar. De kaasmarkt te Leiden heeft dit jaar den invloed ondergaan van det nieuw gestichte kaasmarkt te Alphen.- Ik acht het nog zeer de vraag, of deze nieuwe kaasmarkt den handel tot voordeel strekt. In verband met enke le opmerkingen, welke te mijner ken* nis gebracht werden, acht ik het ge* vaar niet denkbeeldig, dat de handel1 te veel personen zal behoeven om al* le markten te kunnen bezoeken. Een; teveel aan markten is evenzeer scha* delijk als een tekort. In 1925 werden te Alphen aangevoerd 2883 partijen kaas, in 1926 slechts 2428. Het is voon den kaashandel te hopen, dat hij voori meerdere nieuwe markten gespaard! blijve. Het scheepvaartverkeer is te Leiden toegenomen, wat blijkt uit 8 pet. hocw gere ontvangsten aan bruggelden. An derzijds mag niet vergeten worden» dat door verlaging van de doorvaart- hoogte van diverse bruggen, voor, meerdere schepen bruggeld betaald moest worden. Het havengeld ver toont, omgerekend op basis van vgor d© verlaging der tarieven, een voor* uitgang van pet. Handelsregister. Ten aanzien van liet Handelsregis* ter kan medegedeeld worden, dat het laatste dossier thans is 4297. Nieu^ werden ingeschreven 141 Handelsza ken. Het aantal wijzigingen bedroeg 1091, derhalve meer dan 1/4 van het aantal dossiers, wat zeer hoog geacht moet worden. Het aantal verstrekte inlichtingen, beliep 3525. Het is verblijdend, dat dit cijfer in steeds stijgende lijn blijft gaan. Het is toch immers een belang-» rijke graadmeter van het nut van het Handelsrègister. Het aantal uitgaande brieven voofl het Handelsregister bedroeg 657, en de ingekomen 958. Meer speciaal op het algemeene werk der Kamer hadden betrekking 1881!. ontvangen- en 1034 verzonden brieven* Natuurlijk steeds zonder de vele druk werken en stencils, welk© het Bureau verlieten. Het aantal faillissementen van in geschreven handelszaken bedroeg 18, het'vorig© jaar 22. De Kamer vergaderde 7 maal, da Commissie voor Vervoer, Post en Te legrafie 4 maal, de Commissie voos Handelsbelangen 5 maal, de Commis sie voor Aanbestedingen 3 maal, da Commissie voor het Handelsregister 11 maal, die voor het Handelsonder wijs 1 maal en het Bureau 49 maal. Hiermede meen ik, mijne Heerent mijn overzicht te mogen sluiten. Een woord van groote waardeering mag ik onzen secretaris voor zijn on-» vermoeiden ijver in 1926 betoond, niet onthouden en ook het Bureau-perso neel der Kamer, dank ik voor hunne

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 1