CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
7" JAARGANG
VRIJDAG 14 JANUARI 1927
Nl/MMER 2Ö27
LEIDSCHB COURANT
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
wear agenten gevestigd zijn
Per kwartaal i 2.50
'Per week .......i 0.19
Franco per poit per kwartaal f 2.90
1)it nummer beslaat uil TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
V Een nieuwe Drankwet.
Men weet dat bij het optreden van
het kabinet-de Geer in Maart 1926 de
Minister-president in de bekende re-
(teerinfrsverklarinK o.m. ook toezegde,
een hernieuwde aan de orde stelling
van een voorstel tot invoering van de
plaatselijke keuze.
Dit punt is verwerkt in een nieuwe-
(gewijzigde) Drankwet.
Daarin zijn ook verwerkt eenige
technische herzieningen die noodig ge
acht werden.
Voorts is ook eenige verruiming aan
gebracht in de grondslagen der wet
die de veranderde toestanden in de sa
menleving vorderen.
Deze drie redenen, waarop het nieu
we ontwerp steunt, laten het beginsel
van de wet, het maximum vergun
ningsstelsel onaangetast.
De Regeering heeft nu aan Gedepu
teerde Staten der Provinciën en aan
eenige burgemeesters advies gevraagd
over dit ontwerp van wet.
Ons Belang, het orgaan van den Ne-
derlandschen Bond van Kofiieljuis-
restauranthouders en slijters, van welk
orgaan het Kamerlid Abr. Staalman
redacteur is, zegt dat ook de bond toe
gezonden gekregen beeft dit vooront
werp met concept-memorie van too-
lichting tot wijziging van de Drank,
wet.
Het blad zegt. na gewezen te heb
ben op doni vertrouwelijken aard van
het toegezonden stuk: „Wij verklappen
naar onze meening geen geheim, wij
begaan geen onbescheidenheid, wan
neer wij mededeelen, dat bet wetsont
werp een regeling voor de Plaatse
lijke Keuze inhoudt. Het was trou
wens wel eemigszins te verwachten".
Wij zouden zoo zeggen: natuurlijk
was dat te verwachten na de ge-dane
regeeringstoezegging.
Wij vragen echter: was er niet iets
beters van dit ontwerp te zeggen. Zelfs
voor koffiehuishouders moeten dunkt
ons toch de volgende voorschriften
aanbevelenswaardig zijn, waar wij niet
mee gezegd willen hebben, dat wij dat
oordeel in deten maatgevend achten.
Verboden wordt sterke drank of
zwak alcoholischen drank te verkoo-
pen terwijl in de localtteit gelegenheid
wordt gegeven tot dansen. Er zijn,
met name in de steden, verschillende
gelegenheden, waar de moderne dan
sen en alcohol samenwerken in een
zeer bedenkelijke richting. Over het
dansen wordt in het ontwerp natuur
lijk niet geoordeeldmaar het 19 de
zaak^ den verderfelijken wederkeeri-
geni invloed van het dansen en alco
hol te breken.
Dp verkoop van wijn.en hier in aller
lei winkels, speciaal in groenten- en
kruidenierswinkels, wordt geweerd. Er
schuilt een niet gering gevaar in ver
koop, zelfs opdringen aan het publiek
van allerlei alcoholica lm gelegenhe
den, die daarvoor tot voor korten tijd
niet gebezigd werden en waarin jong
en oud pubiek voor ganseh andere
doeleinden moet komem Bovendien
-wordt aldus een concurrentie aange
daan aan verlofhouders, die aan aller
lei wettelijke verplichtingen moeten
voldoen en wier bedrijf dus behoorlijk
gecontroleerd wordt.
Of moeten wij aannemen dat ook
dit ontwerp weer op dezelfde nare
wijze zal worden tegengewerkt?
STADSNIEUWS.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN VOOR RIJNLAND
TE LEIDEN.
(Nieuwjaarsrede, Slot).
Verplaatsing Kaasmarkt
Een der punten, welke in het afge-
loopen jaar de bijzondere aandacht
der Kamer vroegen, was de eventueele
verplaatsing der kaasmarkt naar het
terrein van het voormalig invaliden
huis. Burgemeester en Wethouders
van Leiden vroegen daaromtrent aan
de Kamer van Koophandel advies, het
welk de Kamer uiteraard van vertrou
welijken aard beschouwde. De Kamer
heeft daarom de verkeerde voorstel
lingen, welke omtrent haar advies ten
beste werden gegeven, onweersproken
gelaten in het vaste vertrouwen, dat
de feiten haar in het gelijk zouden
stellen. Dit geschiedde nog eerder dan
dezerzijds gehoopt werd.
Kort geleden kocht de gemeente
groote terreinen aan voor verplaat
sing der veemarkten. Daarmede is een
'.roote stap gezet in de richting, waar-
n zich de Kamer de uiteindelijke op
lossing van het marktprobleem te
Leiden denkt.
Snelle afwerking zal nu eisch zijn.
Het verkeersprobleem op Stationsweg
BUREAU: Hooigracht 35
i Leiden
TeL 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
en Steenstraat is reeds ingewikkeld.
Door onmiddellijk naast en gedeelte
lijk op den voornaamsten toegangs
weg van Leiden markt te houden, is
des Vrijdags de toestand èteeds meer
onhoudbaar geworen, zoowel uit ver-
keersoogpunt, als wat begaanbaarheid
der wegen betreft.
De verplaatsing zou echter voor de
vele neringdoenden een groote ramp
beteekenen, indien op de een of ande
re wijze geen compensatie verschaft
zou worden.
Deze sociaal-economische factor
werd door de Kamer van jseer groot
belang geacht. Eenerzijds drong de
Kajner er daarom op aan om zoo
spoedig mogelijk over te gaan tot het
inrichten van een nieuw marktplein,
liefst niet te ver van het oude, maar
ook anderzijds 'om de kaasmarkt over
tc brengen naar het ruime, welgelegen
marktterrein van de Nieuwe Vee
markt, bij de molen „De Valk".
Men handele echter spoedig. Laat men
de kaasmarkt te lang op het terrein
van het voormalig invalidenhuis, dan
past de omgeving aldaar zich te veel
daarbij aan, en wordt een nieuw pro
bleem geschapen.
Over de voordeelen van de verplaat
sing der kaasmarkt naar het terrein
van de huidige veemarkt, zal ik thans
niet uitwijden. Voor vele neringdoen
den in de omgeving van dit terrein
zal, nu de veemarkt straks verplaatst
zal worden, de kaasmarkt althans
eenige vergoeding geven.
Voor de kaasmarkt zal dit een
ui.termate geschikt terrein zijn, gele
gen als het is vlak bij het station, ^an
de stopplaatsen van beide trams en
van nagenoeg alle autobussen. Ook
de veemarkt zal alsdan dicht in de
nabijheid zijn, waardoor een voor bei
de markten gunstige wisselwerking
zal ontstaan. De goede accomodatie
zal de kaasmarkt aantrekkelijk ma
ken voor producent en handelaar bei
de.
De Kamer heeft de verplaatsing van
de kaasmarkt naar het terrein van het
voormalig invalidenhuis steeds be
schouwd als een overgangsmaatregel.
Men make den overgangstijd echter
zoo kort mogelijk. Het getob met de
kaasmarkt moet zoo spoedig mogelijk
een einde nemen.
Aan deze verplaatsing van de markt
zijn echter nog vele andere problemen
verbonden. Allereerst wel dat van de
stadsuitbreiding, maar vooral het
probleem van de aansluiting aan het
vaarwater. De Kamer is er van over
tuigd, dat deze problemen allerminst
eenvoudig zijn. De wijze waarop de
moeilijkheden opgelost zullen worden,
zullen echtei beslissend zijn voor de
richting, waarin de oplossing van ve
lerlei andere vraagstukken gevonden
zal moeten worden. Verkeersvraagstuk
ken nemen daarbij geen onbelangrijke
plaats in.
De Kamer zal het daarom zeer op
prijs stellen, indien zij in staat gesteld
zal worden, advies over d.e aanhangi
ge uitbreidingsplannen uit te bren
gen.
De toestand van het vaarwater
In dit verband wil ik even de aan
dacht vestigen op de Haarlemmertrek
vaart en de Zijl met de Spanjaards-
brug. Daaromtrent bestaan, nog in de
meest letterlijken zin Middeleeuw?che
toestanden. De overheerschende posi
tie van de steden bracht in de Mid
deleeuwen met zich, dat deze zorg
den voor goede toegangswegen te land
en to water. De houw eener sluis te
Gouda in 1436 werd o.a. bekostigd
door de steden Haarlem, Leiden, Am
sterdam, Gouda, Alkmaar, Hoorn,
Medemblik, Edam. Zoo bezat Leiden
zeer vergaande eigendomsrechten op
het Haarlemmermeer. Op denzelfden
geschiedkundigen basis rust op Lei
den thans nog de onderhoudsplicht
van de Haarlemmertrekvaart, voor
zoover in Zuid-Holland gelegen, en
van de Zijl, ofschoon deze vaarten
practisch geheel buiten Leiden gele
gen zijn. Deze Middeleeuwsche toe
stand geeft tot allerlei wanverhoudin
gen aanleiding. Leiden gevoelt er
weinig voor om met den onderhouds
plicht verder te gaan dan in vroegere
eeuwen. Waren deze vaarten vroeger
„trekvaarten", waarom zouden deze
op haar kosten thans in groot vaar
water veranderd moeten worden. Het
gevolg is, dat vele noodzakelijke ver
beteringen achterwege blijven. Zelfs
thans is het b.v. nog niet geoorloofd
in de nachturen met een motorboot in
de Haarlemmertrekvaart te varen. Ik
acht het te behooren tot de taak der
Kamer van Koophandel, mede te
werken om aan dezen toestand een
einde te maken. Niet zoozeer Leiden,
als wel de geheele betrokken streek
heeft in de eerste plaats belang hij
practisch bruikbaar vaarwater.
Kan aan de Gemeente Leiden rede
lijkerwijs in dit opzicht geen al te
groote verwijten gemaakt worden, in
ander opzicht is er zeker wel reden
tot klachten. De uitdieping van het
vaarwater had nagenoeg geen voort
gang. Volgens een officieele opgave is
er in 1926 alleen gebaggerd in de Oude
Heerengracht en Maresingel om den
weg naar de Gemeentelijke Gasfabriek
uit te diepen.
Ondanks alle besluiten en mooie
beloften is er derhalve voor het ge
wone verkeer te water ten behoeve
van industrie en handel niets gedaan.
Wel wordt er ten koste van groote
sommen een nieuwe Janvossenbrug
gebouwd, welke althans voorloopig
tamelijk doelloos haar rente en aflos
sing vragen zal.
Wil Leiden haar bevolking blijven
voeden, dan zullen zeer zeker alle
krachten ingespannen moeten worden
om de bestaansmogelijkheid zoover
als kan, op te voeren. De statistieken
wijzen uit, dat er telkenjare meer per
sonen Leiden verlaten dan er zich ves
tigen. Het geboorte-overschot alleen
moet zorgen voor de bevolkingstoe
name, welke echter minder is dan het
gemiddelde in Nederland, zelfs on
danks den bekenden trek naar de ste
den.
Leiden zal zich zuiver rekenschap
hebben te geven van de oorzaken van
dezen min gunstigen toestand, en op
krachtige wijze wel overwogen mid
delen hebben toe te passen om weldra
een gezonde stadsontwikkeling mo
gelijk te maken. Bij de doorgaande in
dustrialisatie van Nederland mag
Leiden niet op gelijke hoogte blijven.
Dat er in. Leiden nagenoeg geen ge
schikte industrieterreinen zijn, is een
veeg teeken. Doelbewuste actie zal nog
veel moeten rechtzetten.
Voorts dien ik met een enkel woord
gewag te maken van den zeer slechten
toestand, waarin het vaarwater naar
Noordwijk verkeert. Noord wijk met
zijn vlugge verbinding met electrische
tram en goede wegen, bezit te water
een verbinding, die, zelfs al stelt men
de meest bescheiden eischen, in elk
opzicht onvoldoende is. Op deh be
langrijken aanvoer van bouwmateria
len zou, waiïneer het gemeentebestuur
van Noordwijk zich deze zaak meer
ter harte liet gaan, veel onnoodige
vrachtkosten bespaard kunnen wor
den. Bovendien zou Noordwijk als
badplaats er zeker wel hij varen, wan
neer een vlotte verbinding te water
met Noordwijk mogelijk was.
Moge het College van Burgemeester
en Wethouders van Noordwijk deze
zaak eindelijk eens ernstig ter hand
nemen.
Naar een meer actieve handels
politiek.^
Vergun mij voorts, terwille van de
continuïteit U in herinnering terug te
roepen de Nieuwjaarsrede van het
vorige jaar, waarin gepleit werd om
een meer actieve handelspolitiek. Era
stig werd er over geklaagd, dat de
Nederlandsche onderhandelaren hij
het afsluiten van handelsverdragen
moeten volstaan met het houden van
schoon© beschouwingen over vrij
handel en de weinig succes belovende
opdracht hadden, om de landen, die
onze proucten niet liooge invoerrech
ten belastten, ar van te overtuigen,
dat zij daarmede hun eigen land en
volk ten zeerste schaadden.
Ik acht mij gelukkig U thans te kun
nen mededeelen, dat deze gedachte bij
enkele anderen in die mate weerklank
heeft gevonden, dat mede daarover on
derling overleg is gepleegd, ten gevol
ge waarvan na velerlei bespreking is
besloten een vereeniging voor actieve
Handelspolitiek op te richten, welke
onder leiding van Prof. Diepenhorst 21
October j.l. hare oprichtingsvergade
ring gehouden heeft.
Ik kan het niet anders zien, dan dat
Ben dergelijk streven ook dfe economi
sche positie van ons district Rijnland
zeer ten goede zal komen.
Allereerst deelt het district Rijn
land in den algemeenen ecanomischen
toestand van ons land. Vooral indu-
trie en tuinbouw ondervinden maar al
te veel hinder van de vele slagboomen
welke andere landen door hun hooge
tarieven van invoerrechten en anders
zins hen in den weg hebben gelegd.
Geographisch is Nederland zoo klein,
dat het voor vele bedrijven mogelijk is
alle afnemers van hun artikelen te
kennen en door hun reizigers te laten
bezoeken. De grens ligt slechts een
tweetal uren sporens vanaf het cen
trum van liet land. Op die grens stuit
nagenoeg ieder exporteur, allereerst
op verschil in taal, wat ook reeds een
handicap is, men denke b.v. daarbij
aan een taalgebied als het Engelsch
voor een land als Engeland met zijn
Dominions en de Ver. Staten van
Amerika. Duitschland en andere lan
den hebben voorts in d« binnenland-
sche markt Heen reeds een ontwik
kelingsmogelijkheid, welke in Neder
land niet valt te benaderen.
Daarbij komen nog de voornaamste
belemmeringen, de barrières, bestaan
de uit hoog© tarieven en invoerverbo
den, of andere dikwijls niet minder
hinderlijke belemmeringen door aller
lei douanebepalingen, zooals moeilijk
na te leven voorschriften, te groote dif
ferentiaties van tarieven, valutamoei
lijkheden, patentrechten, geheven van
vreemde kooplieden, enz., enz.
Juist voor een klein land als het on
ze is het onmiddellijk beschikbare de
biet zeer beperkt, en daarom is het
dubbel noodig om alle krachten in te
spannen om te bewerken, dat het bui
tenland aan de Hollandsche artikelen
zoo min mogelijk belemmeringen in
den weg legt, een noodzaak, welke te
meer klemt, nu in Nederlandsch-Indië
niet als in de Britsche Domonions voor
Engeland, voor ons land voorkeur
tarieven gelden.
De lijdelijkheid, welke bij onze han
delspolitiek onvermijdbaar was van
wege het hier te lande gevolgde stel
sel van eenzijdigen vrijen invoer, dient
daarom plaats te maken voor een ac
tieve handelspolitiek.
Kleinere, minderwelvarende landen,
hebben bewezen, dat deze zeer wel
mogelijk was zonder in groote conflic
ten te geraken. Een kapitaalkrachtig
land van 7% millioen inwoners is een
factor van beteekenis in den wereld
handel, en geen land zal dit feit ne-
geeren. Daarom is actieve handelspo
litiek zoowel noodzakelijk als moge
lijk.
Hoezeer reeds öok voorheen ge
voeld werd, dat de wijze, waarop ons
land zijn handelstractaten afsloot,
hoog noodig verbetering behoefde,
blijkt wel uit de door Oud-Minister
Van IJsselsteyn in herinnering ge
brachte passage uit het verslag op
het tarlefontwerp Kolkman, in welk
verslag de toenmalige Minister van
Buitenlandsche Zaken, Jhr.. Mr. R. de
Marees van Swinderen het volgende
opmerkt:
„de herinnering aan het feit, dat ten
onzent de invoer vrij of bijna vrij
is, in staat zou zijn de Regeering van
het vreemde land te bewegen af te
zien van door ons ongewenschte
maatregelen strookte niet met de
ervaring, door den Minister opge
daan. Overtuigd, dat het stelsel van
vrijen invoer door ons wordt voorge
staan, op gronden, louter aan ons be
lang ontleend, plegen de buitenland
sche regeeringen bij de tariefonder
handeling met ons land zich door
waardeering van die vrijheid van in
voer niet te laten leiden".
Typeerend voor zijn waaj'deering
van de economische aangelegenheden
is wel, dat Min. Van Karnebeek in het
Voorloopig Verslag op de Begrooting
voor 1926 neerschreef:
„Tot nog toe heeft intusschen de
Regeering bij hare onderhandelin
gen over handelsverdragen de ont
stentenis van eeA differentieel ta
rief niet als éen element van zwak
heid gevoeld".
Wel was herhaaldelijk critiek op het
economisch beleid van Min. Van Kar
nebeek uitgeoefend, maar veel indruk
bleek het niet op hem te hebben ge
maakt. Toen echter bij hej, Nedeii.
Duitsch Handelsverdrag eenigszins
andere belangen in de knel kwamen
dan de gewoonlijk voorkomende, en
ook de groote bladen duchtig van leer
trokken, begon er toch in veler ge
moedsgesteldheid iets te veranderen.
Zelfs op Min. Van Karnebeek bleef dit
niet geheel zonder invloed. In het
Voorloopig Verslag op de begrooting
van Buitenlandsche Zaken werd door
de Tweede Kamer n.l. ernstige critiek
geoefend op het hier te lande gevolg
de stelsel bij het totstandkomen van
verdragen.
M.i. is er echter van Min. Van Kar
nebeek niets te verwachten, wat zou
kunnen leiden tot versteviging van Ce
positie van Nederland bij het sluiten
van Handelsverdragen, Dit zal wel
voor een groot deel daaraan zijn te
wijten, dat zijn interesse meer ligt op
het politieke dan op het economische
terrein. Zijn wensch om Nederland
een eervolle plaats te verzekeren in den
Volkerenbond en om in het bijzonder
de Volkenbondsgedachten daadwerke
lijk vooruit te brengen, is m.i.' oorzaak
van de mindere belangstelling, welke
het economische probleem voor hem
heeft.
Het is niet de zucht om protectie
voor onze Industrie, welke hier tot
uiting komt. Zij echter, die aan den lij
ve ondervinden, hoe de meeste der ons
omringende landen maatregelen ne
men ter wering van onze en bescher
ming van eigen producten, kunnen
niet bevriend blijven met de ongetwij
feld schoon© gedachte, dat interna
tionale vrijhandel een eerste vereisch-
te is om te komen tot wereldwelvaart.
Tengevolge van de groote verslagen
heid, welk© heerschte in een zeer
groot deel van de Nederlandsche in
dustrie en in den land- en tuinbouw,
verliest het schoone ideaal vrijhandel
zijn bekoring en wordt de roep om
maatregelen tegen die landen, welke
ADVERTENTIE-PRIJS
G«woim adrertentiSn per regel 227» cent;
lage zonden Mededeelingen, dobbel tariei.
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooraitbetallag
van ten hoogste 30 woorden, worden dage*'
Ujhs geplaatst ad 40 cent.
Belangrijkste nieuws in dit Hummer.
Binnenland.
Koninklijk bezoek aan Kafwijk aan
Zee.
Buitenland.
Cortius zon heden een bespreking
hebben met de Duitsch-nattpnalen.
De regeering te Peking eischt „te
ruggave van de buitenlandsche conces*
sles".
hun producten vrij invoeren, maar on*,
ze producten met soms draconische,
tarieven belasten, steeds krachtiger.
Opleiding in de Textielnijverheid.
Bij opgaven, welke de Kamer mocht
ontvangen omtrent het aantal arbei
ders in de textielnijverheid, was het
opvallend, dat er algemeen geklaagd
werd over een tekort aan personeel,
bereid en geschikt om den textielar-
beid te verrichten. Deze klacht is aan-,
leiding geweest om te Tilburg en En*
schede inlichtingen te vragen over de
opleiding van het personeel. Behalve
een belangrijke dagcursus voor de op-<
leiding van aanstaande fabrikanten:
en textiel-beambten, bleken er te be^
staan avondcursussen voor werklieden*
Het komt mij,voor, dat er alleszins
aanleiding is om de mogelijkheid van
een dergel ijken avondcursus voor het
machinaal breien, het weven van de*
kens, lakens en katoentjes, ernstig on-*
der de oogen te zien.
Markt- en Havendienst*
De markten in het district Rijn
land mogen zich over het algemeen
in een zekeren bloei verheugen.
Leiden schijnt zich als derde markt
plaats ook in 1926 gehandhaafd te
hebben. Ondanks de Engelsche in*
voerbepalingen voor VarkensvleescK
waardoor 10.000 varkens minder ter;
markt werden gebracht, bedraagt
de totale aanvoer van vee nog 240.000,
stuks, zijnde 10.000 meer dan het VQ!
rige jaar.
De kaasmarkt te Leiden heeft dit
jaar den invloed ondergaan van det
nieuw gestichte kaasmarkt te Alphen.-
Ik acht het nog zeer de vraag, of deze
nieuwe kaasmarkt den handel tot
voordeel strekt. In verband met enke
le opmerkingen, welke te mijner ken*
nis gebracht werden, acht ik het ge*
vaar niet denkbeeldig, dat de handel1
te veel personen zal behoeven om al*
le markten te kunnen bezoeken. Een;
teveel aan markten is evenzeer scha*
delijk als een tekort. In 1925 werden
te Alphen aangevoerd 2883 partijen
kaas, in 1926 slechts 2428. Het is voon
den kaashandel te hopen, dat hij voori
meerdere nieuwe markten gespaard!
blijve.
Het scheepvaartverkeer is te Leiden
toegenomen, wat blijkt uit 8 pet. hocw
gere ontvangsten aan bruggelden. An
derzijds mag niet vergeten worden»
dat door verlaging van de doorvaart-
hoogte van diverse bruggen, voor,
meerdere schepen bruggeld betaald
moest worden. Het havengeld ver
toont, omgerekend op basis van vgor
d© verlaging der tarieven, een voor*
uitgang van pet.
Handelsregister.
Ten aanzien van liet Handelsregis*
ter kan medegedeeld worden, dat het
laatste dossier thans is 4297. Nieu^
werden ingeschreven 141 Handelsza
ken. Het aantal wijzigingen bedroeg
1091, derhalve meer dan 1/4 van het
aantal dossiers, wat zeer hoog geacht
moet worden.
Het aantal verstrekte inlichtingen,
beliep 3525. Het is verblijdend, dat dit
cijfer in steeds stijgende lijn blijft
gaan. Het is toch immers een belang-»
rijke graadmeter van het nut van het
Handelsrègister.
Het aantal uitgaande brieven voofl
het Handelsregister bedroeg 657, en
de ingekomen 958.
Meer speciaal op het algemeene werk
der Kamer hadden betrekking 1881!.
ontvangen- en 1034 verzonden brieven*
Natuurlijk steeds zonder de vele druk
werken en stencils, welk© het Bureau
verlieten.
Het aantal faillissementen van in
geschreven handelszaken bedroeg 18,
het'vorig© jaar 22.
De Kamer vergaderde 7 maal, da
Commissie voor Vervoer, Post en Te
legrafie 4 maal, de Commissie voos
Handelsbelangen 5 maal, de Commis
sie voor Aanbestedingen 3 maal, da
Commissie voor het Handelsregister
11 maal, die voor het Handelsonder
wijs 1 maal en het Bureau 49 maal.
Hiermede meen ik, mijne Heerent
mijn overzicht te mogen sluiten.
Een woord van groote waardeering
mag ik onzen secretaris voor zijn on-»
vermoeiden ijver in 1926 betoond, niet
onthouden en ook het Bureau-perso
neel der Kamer, dank ik voor hunne