WNT DE BLADEN ZEGGEN. nmuwc. leiuöuïiê. uuurtANr van uunüéKUAG 6 JANUARI 1927 meente vertegenwoordigende, bijeenge komen in het kerkgebouw der gemeen te op Dinsdag 9 en Maandag 15 No vember 1926, naar aanleiding van het door den Gouverneur van Suriname, >Mr. A. J. A. A. baron van Heemstra, bij (zijne beschikking van 30 October 1920 mo. 3535 aan den predikant der gemeen te Ds. W. Eronneger Onnekes gegeven ontslag, hebben volgens „De West" be sloten: 1. Aan te teekenen dat door de bo venaangehaalde ontslagresolutie de band van het Surinaamsche Gouvernemenl met Ds. W. Bronneger Onnekes thani als verbroken kan worden aangenomen^ maar dat de band van dien predikant met de Hervormde gemeente te Pararaa- ribo onverzwakt is blijven bestaan. 2. Te bepalen: a. dat door den kerke raad der Hervormde Gemeente te Pa ramaribo stappen zullen worden gedaan om te beletten dat in de toekomst eene tprocedure buiten den kerkeraad om, door den Gouverneur kan worden ge opend als tegen Ds. Onnekes is geschied b. dat vooralsnog geen pogingen zullen worden gedaan om in de plaats van Ds. Onnekes een anderen predikant te doen uitzenden; c. dat door den kerke raad afschrift van dit besluit zal wor den gezonden aan Ds. W. Bronneger On nekes, aan den Gouverneur van burina- me en aan de commissie tot de Prot. Kerken in N.-O. en W.I. te 's-Graven hage. De motie is onderteekend door voorzit ter en secretaris, Ds. J. #W. Poort en A. Th. de Miranda. VOOR KERKBOUW. Daar de Kerkeraad der Geref. Kerk van Groningen meende, dat minstens 150.000 aan vrijwillige bijdragen moest worden toegezegd voor men Kon voort gaan met de voorbereiding van de plan- .nen tot bouw der Nieuwe OosterKerk, is een rondgang door de gemeente ge houden. Naar de Stand, verneemt, 13 het bedrag ruim voiteekend en moet er plus minus f58.000 zyn toegezegd. BUITENGEWONE VERGADERING DER HERV. CLASSIS AMSTERDAM. De classis Amsterdam der Ned. Herv_ Kerk hield gisteren in de consistorieka mer der Nieuwe Kerk te Amsterdam, een buitengewone vergadering onder voorzitterschap van Dr. P. J. Kromsigi Prof. Dr. Tn. L. Haitjema van Gronm gen hield in de morgenvergaderingeen ^efeavta t over „De ambtsidee in het Gerefoi» meerde Protestantisme De institutaire kerk, zegt spr.,. rust ïeven sterk dp den pjjler van de ambten als op dien van de gemeenschap der heiligen. De ambtsidee weg te willen dringen, zooals Dr. Slotemaker de Brui ne indertijd deed bij 'n voorsteo v«un her ziening van het Algemeen Reglement, is 'n weg, waarvoor gewaarschuwd moei worden. De quaestie van de inrichting der kerk is voor maar al te velen gewor den een vraag van gezond-verstand alieen, en niet van goddelijk recht. Maar in de oude Gereformeerde kerkordenin gen blijkt men van dat goddelijk recht onmiddellijk uit te gaan, ais men spreekt van de Kerk en de ambten Koomsch 13, ie Kerk te laten M imen alleen op den pijler van ambt en sacra ment. Gereformeerd is, evenveel te dra gen te geven a3n den anderen pijier van ue gemeenschap der heiligen. Presbyte raat en episcopaat moeten in innig vei» band gehouden worden. Voetius noemde kerkrecht: ius divinum per missivum -d.w.z. „bij toelating*', 't Is goddelijk reclit, maar geidena alleen voor de strij dende kerk, dus met een karakter van Yoerloopigheid. Na deze aigemeene beschouwing komt spr. tot een bespreking van elk der drie ambten: dienaar des vVoords, ouderling en diaken. 't Ambt van den dienaar des .W.oords heeft niets van '11 onvernietigbaar ambts kenmerk. Bij Rome is de priester altijd ambtsdrager by de Gereformeerue Kerk kan een predikant 's morgens ambtsdrager zijn, en 's avonds voorgan ger. De ambtsdrager komt telkens óp. uit het niveau der Gemeente, door Chris tus opgetrokken, om in de prediking ■contactpunt te zijn tusschen Christus en Zyne.Kerk. Zijn normale positie is dus ais van de geioovigen, zondermeer. Zijn gezag ontleent hg aileen aan God en niet aan eenige voikssouveremiteit de basis van zyn werk ligt in de .Ge meente, 't steunpunt van zijn gezag in het HoofdXler Kerk. Aanleiding vooï ambts hoogmoed is er dus bitter weinig. Vraagt men: waarom dan nog 'n be paald ambt vc-or bepaalde personen? dan antwoordt spr.: o.a. om de voorberei ding, die noodig is. En omdat er ook is praedispositie tot het ambt, praedes- tinatie er toe. En opdat men in de Ge meente niet kom.? tot geestdrijverij. De reglementair? crgan'satié d;r Kerk zet op het licht van deze Gereformeerde ambtsidee onophoudelijk den d< mper. Ook.hierom is de eisch van reorganisa tie zoc dringend, omdat de waarheid van het ambt zoo telkens Id de knel komt. Op dit referaat volgde een geanimeer de discussie. HET NED. LEGER DES fiEILS. In „De Schakel", het gemeenschappe lijk orgaan van de instellingen voor maatschappelijk hulpbetoon te Ams'.er dam van December 1926, schrijft Mi J. Everts het volgende: „Van het Leger des- Heils" scheidde zien ettelijke jaren geleden af een or ganisatie. die zich het Ned. Leger des Heils noemde, en zich vervolgens in een uniform stak, dat evenals de naam, bijna als twee druppelen water op dat van het oorspronkelijke Leger gelijkt. In 'Amsterdam deed dit nieuwe Leger geen werk van eénige beteekenis; in andere plaatsen deed het, naar ons ter oore kwam, iets meer, hoewel haar methode van geldinzamelen, haar werkzaamheid, de onvoldoende controle op de gestie der leiders en op de geldmiddelen open bare critiek uitlokten. Op het oogenblik probeert het Neder- landsche Leger des Heils in Amsterdam partij te trekken van de nieuwjaars- stemming, die tot mildheid brengt. Er worden bonnetjes verkocht aan de deur b ijde burgerij „voor het leger", door lieden, die uit den aard deT zaak voor soldaten van het Leger des Heils wor den aangezien (de kleur van den petrand is een nuance anders). De bonnetjes feven reent op een maaltijd „aan een er adressen van het Ned. Leger des Heils", terwijl er maar één zulk een gelegenheid, 'op beperkte schaal, in deze stad bestaat. Waar die ééne i3, heeft men ..vergeten" op den bon te vermei den. Men verkoopt die bonnetjes ook in andere gemeenten, waar in '1 geneel geen adres van deze inrichting bestaat Duidelijk bewijs, dat men met den bon niet in de eerste plaats den armen wil helpen, maar zichzelf ep de gehêelb bonnetjesverkoop een camouflage is van oen openbare inzameling, die men niet bij B. en VvT. heeft aangevraagd, bljjk baar omdat plaatsing op de lijst van in stellingen van weldadigheid inder tijd door B. en W. geweigerd is en hen dus ook een afwijzend antwoord voorzag op een aanvrage om te collec teeren. En gesteld dat er een aantal der bons tenslotte toch in handen van be hoeftigen komt, zullen dit dan niet 't meest waarschijnlijk bedelaars zijn. die bij den kooper toevallig aanbelden? Dit rondstrooien van bons is wel de slechtst denkbare manier van armen zorg. En omdat het „Nederlandsch" Leger des H*i!s onder valsche vlag probeert te varen, en om zijn verkeerde werkme thoden, verdient deze instelling geen steun". GEREFORMEERD SCHOOLVERBAND In de Kerstweek vergaderde de Com missie van Uitvoering van het Gr.S.V. Een groot deel van de vergadering was gewijd aan de behandeling van de L.O. wet, zulks in verband met het verzoek van de StaatscommissieRutgers aak de organisaties om haar wenschen ten aanzien van wetswijziging bekendte maken. Dei Comm. van Uitv. kon daarbij .een dankbaar gebruik maken van den voorarbeid van den Schoolraad te dier zake. Zij kon zich bij het concept-schrij ven van den Schoolraad in hoofdzaak aansluiten; enkele punten zullen nog aan den Schoolraad worden voorgelegd. De commissie kon ook een dankbaar gebruik maken van een rapport over het onderwijs in de religieuse vakken op de kweekschool, op haar verzoek door de heeren Dr. Kaajan, Ds. Meystor en Wirtz samengesteld. Dit rapport werd pa bespreking in handen gesteld' van drie leden der vergadering om het leer plan nader uit te werken. Daarna za\ het naar de aangesloten kweekscholen 10m advies gaan, waarna de Commis sie hoopt het als model-leerplan aan den Schoolraad te kunnen aanbieden. De gedachte werd overwogen om hei Verband om te zetten in een organisatie met rechtspersoonlijkheid. Breed werd ook gehandeld over de propaganda. In verschillende deelenvan net land zal de hulp worden gezocht van vooraanstaande mannen en van dp pers. Dr. Waterink. als adviseur tegenwoor dig ,kon enkele mededeelingen doen. die een mooie perspectief voor zijn ar beid openen. Voor aezen winter van '2; op '28 is er uitzicht op een cursus per radio, vulks in overleg met de Chr. Ra dio- vereeniging. CHRISTELIJKE SCHOOL TE BRUSSEL. „De Nederlandsche Christelijke school te Brussel-' aldus lezen wij bij een foto in Hollandia (Januari-af- levering) „mag zich, onder de knap pe leiding van den heer Neven, en dank zij mede de toewijding van net onderwijzend personeel in een buiten gewonen bloei verheugen. Een paar jaren geleden .j.oest de school, toenmaals aan ie Nieuwe Graanmarkt, in de benedenstad ge legen, aanzienlijk worden uitgebreid, wat hare overbrenging naar do i Oul- tremontstraat, nabij het Jubel- of Cinquantenairepark, waar over ruime lokalen met speelplaats en tuin kon worden beschikt, noodzakelijk maak te. Dr. de Visser woonde to it. als mi nister van onderwijs de inhuldiging van het nieuwe schoolgebouw bij en sprak een merkwaardige rede uit. Sedertdien is de Nederlandsche school nog uitgebreid met een volledige af- deeling voor middelbaar onderwijs. Naast de Noord-NederJandsche kin deren uit de Brusselsche agglomeratie worden ook Vlaamsche kinderen in deze school als leerliÉgen aanvaard". NACHTRUST VOOR SCHOOL KINDEREN. Hierover searyic A. G. van Wave- reni in Gezin en öcnool" o.m. hst vol- gende: „riet moeilijk opstaan in de jeugd is een vaak voorkomend euvel; net houcit geen verband mei bewuste lui heid, maar vindt zyn verklaring hier in, dat de natuurlijke opleving van energie na de miuuernacntsche inzin king door verschillende oorzaken is vertraagd. Meermalen hooren wij er over kla gen, dat kinderen des morgens moei lijk opstaan „omdat" zjj 's avonds te veel nuiswerk moeten maken, indien het huiswerk te inspannend en van te langen duur is, of wanneer het kind behoort tot diegenen, wier ge dachten gebonden blyven aan „elke" actie waaraan zij tot vlak voor het naar bed gaan, deelnemen (dus ook spel, literatuur, muziek), dan kan een telaat-inslapen en moeilijk opstap daarvan inderdaad gevolg zijn. In deze gevallen dienen de ouders een tijdruimte tusschen het huiswerk en het naar bed gaan vast te stel len en moeten de kinderen deze tijd ruimte aan onbelangrijke bezigheden bestedén. Dit is voor elk kind ge- wenscht. Huiswerk is alleen dén van onmid dellijk nadeeligen invloed op de nacht rust, als het tot het moment van het naar bed gaan, zoo groote in spanning vergt, dat het inslapen tot een te laat uur wordt verschoven waardoor het kind ook een tekort aan slaap ondervindt, of wanneer ter wille van de hoeveelheid huiswerk het naar-bedgaansuur abnormaal wordt verlaat. In sommige gezinnen is het de ge woonte, dat de kinderen hun huis werk 's morgens vroeg maken in plaats van 's avonds. Dit kan in ^bij zondere gevallen noodzakelijk zijn- maar als stelsel is het niet aanbeve lenswaard. Immers voor een goede nachtrust een volledig uitrusten is noodig, dat men zich 's avonds in ontspannen toestand kan neerleggen. Het kind, dat naar bed gaat met de gedachte, dat men hem den volgenden morgen tegen zes uur zal wekken voor het leeren van lessen, dier teT voorkoming van strafwerk of een ..on voldoende beurt om 9 uur moet ken nen, geniet geen weldadige nachtrust Dit wreekt zich op den duur in den vorm van onvoldoende weerstandsver mogen, psychische onevenwichtigheid i TWEEDE BLAD. Schandlitteratunr. Friesch Dagblad had de aandacht gevestigd op schandelijke lectuur van Het Volk waarop dit S.D.A.P,-orgaan als naar eewoonte aan het schelden slceg. Hierop antwoordt nu Fr. Daghl. als volgt: We spraken onlangs van een feuille ton, dat „Het Volk' aan zijn lezers (essen) tegenwooi'die presenteert al9 van „schandlitteratuur' en de R.K. Residentiebode, die het ook nogal eens een keer ontgelden moet van „Het Volk", aarzelde niet, 'te zeggen, dat wij die benaming ..terecht" op dat feuilleton hadden toegepast. „Het Volk" evenwel was woedend en schold ons blad voor „een pipsche krant", terwijl het meedeelde, „dat juist dit feuilleton zoo uitermate ge schikt was ter bevordering van de goe de zeden." Dat feuilleton nu draagt tot titel: „Het oudste Beroeo" Dat is het beroep van de hoer. Drie jonge Engelsche baronets (ge broeders) bedrijven achtereenvolgens overspel met eenzelfde „meid van de straat", die op haar beurt natuurlijk van „hqnger" tot ontucht verviel. De oudste, die dit schandelijk stuk be gaat. heeft echter een vrouw met 3 kinderen, maar die is hem niet mooi genoeg meer. nu ze de dertig gepas seerd is. Door een samenloop van omstandig heden wordt het heele vuile bedrijf aan het licht gebracht en vraagt de getrouwde man zijn wettige vrouw vergiffenis voor hetgeen hii misdreef. En dan volgt er: „Ik heb je al lang vergeven", zeide zii met een nauw hoorbare zucht. „Ik moet krankzinnig geweest zijn', zeide hij in diep berouw. „Neen. mijn liefste, dat is het niet", antwoordde zij. „ik zie nu in, en dat heb ik vroeger nooit ingezien, dat een vrouw in de latere jaren van haar le ven er niet op rekenen mag haar man voor haarzelve te behouden, zooals dat in het begin geweest is". „Later jaren? Je bent toch niet oud", zeide hij. „Ik ben al over de dertig, Jimmie. En dat zegt voor een vrouw heel wat meer dan voor een man. De veelwij verij is in mijn oogen een gruwel ge weest. maar ik heb nu de verklaring daarvan gevonden. Het is een bescher ming van de vrouw die ouder gewor den is en het komt tegemoet aan de natuurlijke neigingen van den man. Neen, zeg mij niet dat je liefde voor mij onveranderd is gebleven. Ik weet het beter". Dit is de strekking van het geheele verhaal. Zie hoe hier de misdaad vergoelijkt wordt. Het is hetzelfe standpunt, dat onlangs wierd ingenomen, door de De mocraten en de Vereeniging v. Staats burgeressen. n.l. dat een man van ze keren leeftijd er zonder bezwaar een bijzit op na mag houden. Dat was im mers. volgens de Democraten een „aanvulling" van het tekort der oude vrijsters. O tempora, o mores! Zie hoe „Het Volk" bezig is. de goede zeden te be vorderen! Met zijn „hoogstaand" feuil leton. Zie: het record van alle zelf- verdwazJng. KERK EN SCHOOL. NEO. HERV. KERK. Beroepen: Te Oosterwolde (Doorn spijk) Ds. Pop te Yaassen. Bedankt: Vo'or N.-Beerla (toez.) it. E. H. de Jong, te Hornhuizen en Kloosterburen. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Westbroek (U.) H. J. Heida, te Vlaardingen. HET ONTSLAG AAN Ds. W. ONNEKES. Het kiescollege en de kerkeraad der Hervormde Gem. te Paramaribo, schrijft de Stand.'', tezamen de geheele ge- FEUILLETON. Opoffering beloond. S". ftjt# „Stel mijn moed niet op de proef, Piëta, het hart van een moeder is zwak ten opzichte van haar kinderen. Ik zou alle achting onwaardig zijn, als ik deed. wat ie van me verlangt. En als mijn. raad om te vergeten, niet helpt, welnu, dan beveel ik het je". Het jonge meisje schrok van den ernstigen toon van die laatste woor den en keek de moeder van den offi cier met verwondering aan. Zij ver mande zich en zeide: „Ik kan niet.Ik heb niet zulk een berusting als u. Vergeten?O neen. dat kan ik niet. Eu overigens, ik wil. het niet. Ik heb vrijwillig Walter mijn woord gegeven en dat is voor .eeuwig". De oude dame boog zich voorover en fluisterde het meisje een paar woor den in ihet oor. Deze verbleekt, en week verschrikt terug. „O nieen.Spreek me daar niet over. De Here zal dat niet van mij eischen., daar ben ik zeker van. Ik kan als 't moet afstand doen van het ge luk Walter's vrouw te worden. Maar hem to vergeten door mij aan een an der to geven? Neen. nooit!. Niemand ter wereld heeft het recht zoo iets van mii op te eischen" XVIII. Piëta was nauwelijks bekomen van de ontroering ondervonden, geduren de het bezoek bij mevrouw Lenooy, toen zij een weinig voor het diner het salon binnentrad. De markies De. Servannais was .r reeds en toonde al zijn beminnelijk heid in zijn gesprek met mevrouw de Verbrugge, die ten hoogste ingenomen was met haar knappen neef. „Zoo Piëta, je schijnt geen haast ge had te hebben. Ik begon al bang te wor den, dat hoofdpijn of zoo iets je terug hield en dat we van avond niet de eer zouden hebben ie in ons midden te zien", zeide zii. zich tot Piëta wen dend, met een half spottend lachje. Een lichte blos overtrok het gelaat van het jonge meisje. „Niets van dat alles ma, Ik had wel een heel ernstige reden moeten heb ben om me van avond aan uw gezel schap te onttrekken". Zij reikte haar hand aan den jon gen man, die een bevallige buiging voor haar maakte. „Zoo beste neef", zeide zii niet haar bekoorlijken glimlach. „Kom je Parijs weer eens opzoeken?" ,,'t Is weer, alsof ik er altijd ge weest ben. 't Doet zoo goed zich weer eens thuis te voelen na een verblijf in den vreemde". Verschrikt riep mevrouw de Ver- brugge uit: „Maar heeft dat leven in den vreem de dan ook vermoeienissen?Ach, maar des te beter. Ik hoop altijd dat het heimwee naar huis m'n. lieven Kees eindelijk noe eens tot me bren gen zal". „Hij schijnt daar op het oogenblik nog niet veel aanleg voor te hebben. Maas wees gerust, tante, eens zal het uur wel komen, waaróp Kees, even als iedereen, zich tot het rustig fami lieleven getrokken zal voelen". „Van wien weet li dat?" vroeg zij nieuwsgierig. „Van Kees zelf. Ik heb de eer gehad om eènige uren met hem door te bren gen in St. Petersburg. Ik dacht toen niet zoo spoedig weer in Frankrijk te zullen terugkeeren, ahders had ik hem gevraagd, of hij nog boodschap pen hacl mee te geven voor u". De vrouw van den bankier legde koortsachtig haar hand op den arm van haar neef en zeide: „Hebt 1.1 mijn zoon gezien? O, ver tel wat van hem. ik bid het u. Zijn afwezigheid is mij zoo'n foltering. .Hij ?al mij niet meer herkennen bij zijn terugkeer. Ik bén een oude vrouw ge werden". „Ik protesteer tegen de laatste uit drukking. lieve tante," antwoordde de jonge man galant. „Het is toch de waarheid. Als Kees al te lang wacht om te komen, zal hij me misschien heelemaal niet te rugvinden. En wat een vreemd idee toch ook om weg te gaan en al die uitgestrektheden te doorreizen, in plaats van rustic lhui9 te blijven". „Dat idee heeft z'n heele goede zij de, beste tante. Het is lang niet slecht eens met z"n dagelijksche gewoonten te breken en omgang te zoeken met lui, die de zaken van een ander stand punt bezien dan wij. Hun standpunt kan beter of slechter zijn dan het on ze.dat is verschillend. Maar altijd worden er nieuw© gezichtspunten door geopend en het komt mij voor, dat het zeer bevorderlijk is voor de ontwikke ling- van den geest". „Dat is ook mijn oordeel!"Bon jour Guido, ik ben blij je bij ons te zien", zeide mijnheer de Venbrugge, die op dit oogenblik binnentrad. „Je hebt ie verlangens te kennen gegeven eens in onzen huisel ijken familiekring ontvangen te worden. We hebben aan je verzoek voldaan. Erhter zul je wel een uitzondering willen maken voor een enkelen gastvriend dezen avond, onzen we derzij ds ch,en vriend baron van Bruineberg. Hij heeft je ouders heel goed gekend, en het zal hem een groot genoegen doen je te ontmoeten". „En het zal mij ook een groote eer zijn, mijn kennismaking met den ba ron te vernieuwen. Zijn naam is mij heel goed bekend, maar mijn herinne ringen aan zijn persoon zijn zoo vaag, dat ik mij hem niet meer voor kan stellen". „Is Thom hier?" zeide mevrouw de Verbrugge met blijkbaar genoegen. „Ja, voor iwee dagen maar. Ik heb hem gelukkig zoo pas toevallig ont moet en heb hem kunnen overhalen. AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 6 Jan. 1927. Het is vandaag Driekoningen: de dag waarop men in de Roomsch-Ka- tholieke en ook in andere kerken de openbaring des Heeren aan de Wijzen uit het Oosten, d© eerstelingen uit dé heidenwereld, herdenkt. Wij weten niet of het koningen In den gewonen zin des woords zijn ge weest, doch in elk geval waren zij ko ningen naar den geest eu zij brachten het edelste wat zij hadden: goud, wierook en mirre aan den geboren Koning te Bethlehem. Ook van het nieuwe Jeruzalem staat geschreven, dat de koningen der aarde hun heerlijkheid en eer en 1e heerlijkheid en de eer der volkeren daarin zullen brengen. Daarom mogen wij „de heerlijkheid en de eer", dat zijn de schatten der cultuur, niet verachten, maar wij hebben ook op het terrein der schoon heid de roeping, onzen God te dienen. Ook in de kunst, in de litteratuur moet Christus als Koning heerschen en moet de Naam verheerlijkt worden van Hem, die is de schoonste onder de menschenkinderen. OBSERVATOR en een mindeyr profiteeren van hel onderwijs. Ik heb dit in verschillend* gevallen kunnen nagaan. Ten slotte nog dit: de ervaring en de wetenschappelijke onderzoekingen hebben geleerd, dat men gewoonlijk be ter datgene onthoudt wat men 's avonds van buiten leert dan hetgeen men 's mo? gens vroeg in het geheugen prent". m REMMENDE INVLOED OP HET ONTHOUDEN? In het psychologisch instituut te Rosi tock heeft, naar het ZftfPadagl Psych" meedeelt, W. Hinrich de vol gende proef genomen: Hij Het 10 jongens van 913 jaar een rij eenlettergrepige, niet met el kander in verband te brengen woor den goed uit het hoofd leeren. Tien minuten, nadat ze die opgezegd had den, werd opnieuw nagegaan, hoe veel ze er nog van hadden onthouden Die pauze van 10 minuten werd ge bruikt bij een deel der proeven met het uit het hoofd leeren van inspan- sende stof (het uit het hoofd leeren van een getallen-vierkant} bij een an der deel met lichte, vrije bezigheid. Er bleek toen, dat de jongens onge veer 25 pet minder onthouden had den, als ze getal-vierkanten hadden moeten leeren, dan wanneer ze lich te bezigheden hadden verricht in de pauze. De onderzoeker bleek hieruit, dat de inspanning van het leeren der ge tallen terugwerkend een nadeeligen invloed heeft gehad op het onthoi» den der woorden. Hij geeft dan den volgenden onder wijs wenk: ,,Laat men twee inspannen de leerstoften dadelijk op elkander volgen, dan wordt het resultaat van het eerste verminderd door het twee de". Tot zoover Hinrich. Men moet overigens voorzichtig zijn met conclusies, juist ten aanzien van het geheugen, waarbij zich merkwaar dige dingen kunnen voordoen. Men neme maar eens .de volgende proef: Laat een groep kinderen( eik af zonderlijk) reeksen van b.v. vijf, niet met elkander samenhangende woor den uit het hoofd leeren, b.v. bad,, lepel, varen, gras, prik; en zes, lui, Doom, hal, zuid, enz. Laat men de jongens, b.v. vijt reek sen woorden uit het hoofd leeren, dan worden in die reeksen 18 woor- iden gereproduceerd. Maar meermalen komt het voor, dat jongens den tweeden keer de reek) sen opzeggende, zonder die nog weer onder de oogen te hebben gehad, meer woorden kunnen reproduceeren dan den eersten keer, ook als ze in de pauze inspannend werk hebben ge daan, b.v. een groote reeks kleine op tellingen maken. i Op het ge Died van het geheugen) is nog lang niet alles vaststaand on derzocht. i bij ons t© komen, dineeren. Wil je zor gen voor zijn ontvangst, vrouw?" „We hoeven alleen een couvert hij te dekken. Piëta, schel eens". Zij wendde zich weer tot den mar kies: „Heeft Kees u niet gesproken over terugkeer naar huis. Guido?" „Neen beste tante, maar het ligt voor de hand. dat hij het grootschoep sche leven, wat hij in Rusland leidt, niet lang zal uithouden. Het is best mogelijk, dat hij verplicht zal zijn, spoediger terug te keeren, dan hij zelf wel denkt. Men kan ook al te veel vergen van z'n krachten". „Maar u hebt mijn zoon ziek gevon den en u zegt het miï niet!" onderbrak de moeder jammerend. Een veelbeteekenende blik van Pië ta matigde het antwoord van den jongen man. „Dat heb ik niet gelegd", hernam hij met klem. „Ik beweer dat een voor treffelijke gezondheid onontbeerlijk is om zulk een leven van -overspanning te kunnen volhouden". Mevrouw de Verbrugge glimlachte. „Kees is nog zoo jong. het is heel natuurlijk dat hij van afleiding en vermaak houdt", zeide zij, het -hoofd afwendend om den blik van haar echt genoot te ontgaan. De komst van baron van Brulnebeirg onderbrak dit voor den bankier en zijn vrouw zoo pijnlijke gesprek.. Piëta voelde zich er door verlicht. (Wordt vorvolgd^,1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1927 | | pagina 5